I
DE UREN GAAN
V O O R B IJ
Haarlem, 23 Oct.
HET OFFICIUM NOBILE
Goed goed wint
Kreymborg
Kort en volledig
MEUWSEN
VRIJDAG 23 OCTOBER 1936
^•K. Haarlems Gemengd Tooneel
„Thalia"
Gangsters in Haarlem
Brutale straatroof
Waarborg-binnenwerk
W aarborg-jassen
23.- 26,50 29.50 36.50
Populaire jassen
AANRIJDING TE AERDEN
HOUT
Wraak over een
blauwtje
Potlepel tegen bakkersmes
Moed ingedronken
Als een kermisklant
R. K. KAPPERSVAKSCHOOL
Feestelijke opening met
demonstratie
AGENDA
Bioscopen
24 October
Bioscopen
DE CHR. HUYGENS HEEFT
VERTRAGING
Schade aan een der motoren
BURGERLIJKE STAND
m kind rapt den tóqefcen gjjmlapii,
STAD
Klachten over dokters maar laat ons er
haastig by voegen: ook lofprijzingen zijn
toeds zoo oud als de kwalen van den mensch
"tof. Voor wie in den put zit over eigen of
anderer gezondheid, komt een medicus nooit
toug genoeg, is de belangstelling, welke hij
toont, zelden voldoende. Dat is altijd zoo ge
feest en zal wel zoo blijven, zoolang de angst
mensch tot onredelijke oordeelvellingen
wengt. In het bijzonder bij ongevallen of acute
Zlekteverschijnselen, duren de minuten, dat een
groepen dokter op zich laat wachten, uren.
"m! moeten de klachten over de weinige hulp
vaardigheid van den man, die het edelste be-
r°ep, het officium nobile vervult, dan ook met
ton korreltje zout trachten te verteren. Dat er
tottimer reden tot klagen zou zyn, wij zouden
h®t niet willen beweren. De dokter wordt zoo
tokwijis voor wissewasjes midden in den nacht
tot zijn bed gehaald; zoo dikwijls worden in een
"bote stad bij een ongeval drie, vier dokters te-
fl«k opgebeld en komt hij als overbodige
Weede of derde, dat men het hem niet kwalijk
harnen kan, als hij tenslotte wat sceptisch staat
togenover telefoontjes voor „dringende ongeval-
€n Zoo voorbereid bieden wij onzen lezers den
togenden noodkreet van 'n lezer aan: „Ik was,
schrijft hij, woensdagavond getuige van een
togisch ongeval, dat zich voordeed in Stoop's
®ad, Daar werd een dame door een hartverlam
ming getroffen en overleed spoedig. Er werd
torect om een dokter getelefoneerd. Er werden
achtereenvolgens vijf opgeroepen, die in de
°nmiddellijke omgeving woonden, maar geen
enkele kwam. De eerste dokter deelde mede, dat
toj geen tijd had; de tweede, dat het zyn werk
toet was om naar een ongeval te komen kijken;
re drie anderen waren niet thuis, maar dat
*omt meer voor onder tafeltij d. Eindelijk na een
todf uur kwam er één om den dood te consta
teren. Zou hier, zoo vraagt de klager, nu niets
aan te doen zijn van regeeringswege? Dan hulde
®an de geestelijkheid! Deze werd opgebeld en
ehkele minuten nadien was er al een kapelaan
aanwezig."
Wij willen niets verbloemen en aan het bo
venstaande toevoegen, dat de juistheid van het
tormelde ons in hoofdzaak bevestigd werd. En
dan willen wij er, ongetwijfeld met instemming
jton de medici zelf, dit van zeggen, dat het af
■e keuren is als een dokter weigert zijn hulp bij
®en ongeval te verleenen. Hij moet wel een zeer
ringende reden hebben om zich te excuseeren.
Wjj hoorden van een dokter, die op weg naar
ton particuliere audiëntie bij H. M. de Koningin,
getuige was van een ongeluk en het slachtoffer
jJn hulp verleende, waardoor hij eenigen tijd
ater dan afgesproken aan het paleis arriveerde.
*tot werd hem, na kennisneming van de oor
aak, geenszins kwalijk genomen. Het is de
ehig juiste opvatting, die wij allen hebben van
e taak van een dokter. Maar nu terugkomende
b de klachten over Haarlemsche medici, vra-
»en wij ons af, of het niet noodig is het op-
°spen van eerste hulp bij ongelukken in Haar-
to beter te regelen.
Daarvoor is aangewezen „Ongevallendienst",
tolefoon 14141, maar herhaaldelijk blykt, dat
toen dat zelfs in groote openbare inrichtingen
toet weet. Zou het niet nuttig zijn, dat telefoon
nummer meer algemeen bekend te maken op
ue manier, waarop het alarm van de Brand-
V6®1" is geregeld of de plaatsen worden aange
duid, waar de reddingladders bij verdrinkings-
«cvallen worden bewaard? Wordt „Ongevallen-
toenst" stelselmatig gewaarschuwd, dan kan een
fgeroepen dokter ook verzekerd zijn, dat zijn
Komst gewenscht is en zeker niet overbodig;
:a« kan ook worden nagezien welke dokters in
nabijheid van de plaats, waar het Ongeluk
*"aats had, wonen.
Door een betere regeling zullen de klachten
erstommen.
uws
.Zondag 25 en Dinsdag 27 October a.s. geeft
Jtovengenoemde vereeniging haar eerste dona-
tours-avonden van dit seizoen in 'den Stads-
tohouwburg.
Opgevoerd zal worden: „Oud-Heidelberg",
tooneelspel in vijf bedrijven van M. Wilhelm
*wster.
Oezien de groote bezetting, werden aan de
-
regie zware eischen gesteld. Om de uitvoering
zoo goed mogelijk te doen slagen, werd door
den heer Willy de Maaré voor het 2e en 5e
bedrijf een speciaal décor vervaardigd.
„Oud-Heidelberg", bij velen bekend, doch
door weinig dilettanten opgevoerd, zal zeker
veler belangstelling trekken.
Men behoeft geen bioscoopliefhebber te zijn
om te weten wat een gangster is. De kranten
staan er sinds jaren vol van. Dat een gangster
zich pleegt uit te drukken in een vrijwel on
verstaanbaar slang, is de meest romantische
zijde van zijn figuur, die dan ook door de film
regisseurs aan de overzijde van de groote we
reldzee met een onmiskenbare voorliefde is
uitgebuit. Maar dat zij stelen, met gepantserde
auto's door de drukste straten rennen en zich
niet ontzien om zich door middel van een dolle
moordpartij uit de voeten te maken, is zelfs de
meest doorgewinterde Amerikaan op den duur
te kras geworden.
De tijd, dat vriendelijke buitenmenschen
naar Chicago trokken om eens wat mee te ma
ken en er dan vrijwel zeker van konden zyn,
dat zij op een sensationeele schietpartij zouden
worden vergast (waarbij zy er dan wel voor
zorgden om met ongeëvenaarde leepheid slechts
toeschouwers te blijven) schijnt voorbij te zijn.
De States do enalthans hun best om het regel
matige aanzien van een veilig geordende sa
menleving te herkrijgen.
Sinds langen tijd importeert Amerika hitte
golven, waartegen zelfs het Nederlandsche
Clearinginstituut machteloos is gebleken. Heeft
het nu ook de gangsters over den Oceaan ge
smokkeld?
Maakt u niet ongerust. Er is nog niet gescho
ten en het ziet er ook niet naar uit, dat u zich
eerdaags een panservest of iets van dien aard
moet aanschaffen. Maar Haarlem is toch niet
meer de vriendelijke stad, waar 's avonds laat
zich slechts de altijd waakzame nachtwaker
laat hooren en waar de stilte van de feërieke
maanverlichte straten slechts verstoord wordt
door het gemiauw van poesen, wier langgerekte
kreten door de verten waren als klankgeworden
fantomen, die.... Enfin, u begrijpt het natuur
lijk reeds. Als wij alles mogen gelooven, was
het verleden inderdaad zeer poëtisch.
Ook Donderdagavond scheen de maan. En
wat de stad door het verdwijnen van den le-
gendarischen nachtwaker aan poëzie mocht
hebben ingeboet, werd vergoed door luidspre
kerklanken, die als „vleugelen van den nacht"
of anderszins van huis tot huis tot op de straat
hoorbaar waren. In de Aelbertsbergstraat liep
een dame en in haar hand droeg de dame een
taschje.
Twee jongelieden, beiden ongeveer 22 jaar
oud, fietsten langs haar heen en een van de
twee heeft met een snellen greep het taschje
uit haar hand gegrist. In het taschje bevond
zich een bedrag van 74.50, een sleutelbos en
enkele brieven.
De jongelieden hebben zich met misdadige
argeloosheid verwijderd in de richting van den
Kleverparkweg en de dame heeft gegild en ge
roepen. Maar hulp was verre en toen er einde
lijk nieuwsgierigen kwamen opdagen, waren de
vogels reeds lang gevlogen. Bij ontstentenis
van sleutels heeft de politie de dame door ver
breking toegang tot haar woning verschaft.
Onmiddellijk heeft de recherche een uitge
breid onderzoek ingesteld.
Zooals men zich zal herinneren is het niet
de eerste maal, dat zooiets den laatsten tijd
in de stad is voorgevallen. De ordelievende
burgerij, die zich wel nooit tot de decadente
nieuwsgierigheid der Amerikaansche romantiek
zal kunnen opwerken, hoopt met ons van harte,
dat de sterke arm aan deze practijken een ein
de zal weten te maken. Wij prefereeren de rust
van de „Vleugelen van den nacht", hebben
vooreerst nog genoeg aan onzen K.R.O. om ons
des avonds te kunnen amuseeren.
„W«* rfyden si dia manseben ge
vaarlijk vandaag", dacht m immers
vanmiddag achter het stuur. (Hoe
zegt man dat ook waar van dien
splinter, dien balk en aw oog?
Dus ook 'n Waarborg-jas!
Zuiver wollen stoffen.
Prettige dessins. Elegante
modellen. Vlotte coupe.
(product van 30-jarige ervaring)
Nog steeds de bekende
lage Kreymborgprifzen.
enz.
975 12.5o 1475 1750
Hedenmorgen, ongeveer kwart over zeven
heeft een ernstige aanrijding plaats gehad tus-
schen de Amsterdamsche tram en een ladder
wagen van de gemeente Bloemendaal op den
overweg aan de Sparrenlaan te Aerdenhout. De
tram, die drie wagens telde, kwam van de rich
ting Haarlem. Op de Sparrenlaan reed gaande
naar de richting Zandvoorterweg een vracht
auto van de gemeente Bloemendaal, waarachter
de ladderwagen was gekoppeld. De bestuurder
van den auto, V., verklaarde naderhand, dat het
waarschuwingslicht boven den overweg niet
brandde. Na de aanrijding brandde het echter
wél. De auto was al op de trambaan, toen de
bestuurders elkaar opmerkten. De tram remde,
doch dit baatte niet. De vrachtauto was juist
over de baan heen, doch de ladderwagen werd
iti de linkerflank gegrepen. De wagen werd volko
men vernield. Van den voorsten tramwagen wer
den o.m. alle ruiten vernield; van den tweeden
wagen ook 'n paar ruiten. De conducteur bekwam
enkele lichte verwondingen aan de handen. Ge
lukkig waren er op dit vroege uur geen passa
giers. De politie maakte proces-verbaal op. Ook
de burgemeester en de commissaris van politie
van Bloemendaal verschenen na eenigen tijd ter
plaatse om den toestand in oogenschouw te
nemen.
Voor de Haarlemsche Rechtbank heeft de
23-jarige bakkersknecht G„ uit Santpoort, te
recht gestaan, verdacht van bedreiging.
Een 51-jarige inwoner van Santpoort ver
telde als getuige, dat de knecht een tijdlang
met zijn dochter was verloofd geweest, doch dat
het meisje de verloving had verbroken. Op den
avond van 8 Juni j.l. hield een auto voor zijn
woning stil en toen getuige de deur van zijn
woning opende, stond verdachte, die in den
auto had gezeten, voor hem. Hij vroeg hem den
armband, welken hij aan zijn dochter had ge
geven, terug. Getuige zeide, dat hy zich niet
daarmede wilde bemoeien, waarop verdachte
kwaad werd en een heftige woordenwisseling
ontstond. Getuige had verdachte de deur ge
wezen. Opeens had verdachte uit zijn binnen
zak, waaraan hij tijdens de woordentwist had
zitten frommelen, een groot bakkersmes ge
trokken en daarmede naar getuige geslagen.
Getuige was naar achteren gesprongen en
naar de keuken gevlucht, waar hij als afweer-
wapen een.potlepel had gepakt. Daarmede
„gewapend" was hij weer naar de voordeur
geloopen, terwijl echter verdachte reeds
in den auto was gestapt en weggereden. Op
zijn aangifte heeft een politie-agent verdachte
later in een café aan het Pretoriaplein te
Haarlem gearresteerd.
Tijdens den aanslag was ook nog een glas-
in-lood-ruitje verbrijzeld, doch er bestond ver
schil van meening tusschen verdachte en ge
tuige of verdachte dit ruitje heeft vernield bij
zijn aanslag, dan wel dat getuige het gebroken
heeft, toen hij achteruit sprong om den slag
te ontgaan.
Verdachte beweerde, dat getuige hem tijdens
de woordentwist uitgescholden heeft en dat hij
toen uit kwaadheid het mes heeft getrokken. Hij
heeft het mes overdag altijd bij zich om er
brood mee te snijden en dien avond had hij
het „zonder eigenlijk door te denken waarom",
aldus verdachte, meegenomen. Op weg naar de
woning van getuige, was hy eenige kameraden
tegengekomen, die bij hem bleven. In een café
had hij eerst bier gedronken.
President: „Zeker om je moed in te drinken?"
Verdachte: „Neen, dat gebeurde wel meer."
Daar zijn fietsband gesprongen was en hy
nog naar een kennis in Beverwijk wilde rijden,
had hij in een Santpoortsche garage een auto
gehuurd. Samen met de kameraden, is hy naar
de woning van getuige gereden. Hij erkende
tenslotte, dat hij het mes had getrokken om
getuige bang te maken. Het meisje was dien
avond niet thuis.
„Ik heb niet verder doorgedacht, anders had
ik het niet gedaan," verklaarde verdachte.
De president: „Je mag je wel veel beter
leeren beheerschen, anders gebeuren er nog
meer domme dingen!"
De politieagent, die verdachte had gearres
teerd, deelde mede, dat verdachte het mes on
der den toonbank van het café, waar hij gear
resteerd werd, had verborgen.
De garagehouder, by wien verdachte den
auto had gehuurd, vertelde, dat verdachte in
de garage had gezegd: „Als je van een lijkje
hoort, weet je er van." Verdachte verduide
lijkte dit; hij zou gezegd hebben tegen zyn ka
meraden; „Als ik straks een lijk ben, dan weten
jullie waar je den auto heen moet brengen...."
De Officier van Justitie zeide in zyn requi
sitoir, dat hij niet geloofde, dat verdachte
iemand van het leven heeft willen berooven,
maar dat hij heeft gehandeld als een charlatan,
een kermisklant, die een lolletje wilde uit
halen.
De handelwijze is uitermate ongepast en in
gegeven door gekwetste ijdelheid, ontstaan
door het verbreken van de verloving.
Tenslotte doet hij iets waardoor hy aller
minst meer de man harer keuze voor het meisje
kan zyn, maar zich daarentegen in de ry der
misdadigers geplaatst heeft. Het reclasseerings-
rapport is niet gunstig. De andere partij moet
tegen verdachte beschermd worden en daarom
eischte spreker een geldboete van f 100 subs.
50 dagen hechtenis en een maand gevangenis
straf met 3 jaar proeftijd.
Op een vraag van den president verklaarde
verdachte zich bereid zijn vroeger meisje en
haar familie voortaan met rust te laten.
Uitspraak 5 November.
In een der bovenzalen van Café Brinkmann,
Groote Markt, had Donderdagavond de zeer
druk bezochte feestelijke opening plaats van de
R. K. Kappersvakschool De technische clubs
„A'dam" en „Haarlem" verleenden hun mede
werking door dames, en heerenkapsels te de-
monstreeren.
De heer Zuijderland, voorzitter van de afdee-
ling Haarlem van den Bond van R. K. Kappers
patroons „St. Franciscus van Assisië", opende
met een kort woord den avond. Door in samen-
wtrking te treden met den patroonsbond en den
bond van bedienden zijn we nu eindelijk geslaagd
in ons plan, aldus spr., om een R. K. Kappers
vakschool in Haarlem op te richten. Wij willen
aantoonen, dat èn door samenwerking èn door
goed leeren veel te bereiken valt. Spr. eindigde
met de hoop uit te spreken, dat de avond in
alle opzichten mocht slagen.
De woorden van den heer Zuijderland zyn
wel bewaarheid geworden. Tijdens de demonstra
tie van de verschillende kunstige en smaakvolle
kapsels gaven velen zich als leerling van de
jonge vakschool op.
Ook de voorzitter van den Bond van R. K.
Kappersbedienden, de heer Van Zorn, hield een
toespraak. Tot nu tot, zeide hij, waren de kath.
bedienden aangewezen op de neutrale school.
Hoewel het aanvankelijk in de bedoeling lag, dat
er een gezamenlijke school van de diverse or
ganisaties zou zijn met een katholieke afdeeling,
mochten wij in dit streven niet slagen, zoodat
wij een eigen R. K. Vakschool hebben opgericht.
Aan de school is verbonden een uitmuntend
corps leeraren. Hij sprak de hoop uit, dat
door de hoogst mogelijke vakprestatic het be
staan van deze school gewettigd mag worden.
K'ij feliciteerde de besturen van de R. K. Vak
bonden met de bereikte resultaten en wenschte
leearen en leerlingen van harte geluk.
Tot zeer laat in den avond zette men dan nog
de demonstraties voort, welke met de grootste
belangstelling werden gevolgd.
Een woord van lof mag zeker wel gebracht
worden aan de arganisatoren.
Naar aanleiding van een antwoord inzake het
besturen van een autobus door een chauffeur
van 18 jaar, deelt men ons van politiezijde mede,
dat krachtens art. 5 A van het Kon. Besluit van
13 Augustus 1932, Staatsblad 438, betrekking
hebbend op de wet op de Openbare Vervoer
middelen, een chauffeur op 'n z.g. autobusdienst
minstens 21 jaar oud moet zijn.
De buurtvereeniging „Ravowiso" (Ged. Raam
gracht, Ged. Voldersgracht, Wilsonsplein en So-
phiaplein) hield haar jaarvergadering. De jaar
stukken werden goedgekeurd; de kas sloot met
een batig saldo. De aftredende bestuursleden
werden herkozen. Als voorzitter werd gekozen de
heer H. N. van Putten.
Op de begraafplaats Westerveld heeft de ter
aardebestelling plaats gehad van het stoffelijk
overschot van den heer G. v. Asten, in leven direc
teur van de Steendrukkerij fa, Desguerrois
Co. te Amsterdam, overleden te Aerdenhout. Er
was veel belangstelling.
Hat weekblad „Handelsbelangen" neemt o.m.
op de erediteurenlijst in het faillissement N. V.
Hoeiings Stoomertj en Ververij te Haarlem.
Deze lijst telt 40 crediteuren, waarvan één
met een betwiste vordering. Het totaal passief
bedraagt 55.650,12)4, waarvan preferent
28.229,76)4 en betwist 14.849.30. De baten
zyn nog niet volledig bekend.
HAARLEM:Gr. Houtstr. 32, Tel. 13440
Gebouw „St, Bavo" Grafische Bond 8 uur;
Gec. Eest. Kiesvereeniging, half 9; R.K. Be
volkingsbureau, 8 uur; Haarlems Gemengd
Koor, 8 uur; Laschclub, 8 uur.
Hotel „Royal" RK. Handelsreizigers en
Handelsagenten „St. Paulus", half 9.
Stadsschouwburg Vereeniging „Geloof en
Wetenschap". Het Centraal Tooneel voert op
„Het voorste legioen", kwart over 8.
Gem. Concertzaal Concert H. O. V., kwart
over 8.
Rembrandt-Theater Rose Marie, 2.30, 7 en
9.15 uur.
Cinema-Palace De Dorpsdokter, 7 en 9.15
uur.
Palace-Filmac 115 uur.
Frans Halstbeater De keizer van Calif or-
nië, 2.30, 7 en 9.15 uur.
Luxor-Theater De onzichtbare macht, 2.30,
7 en 9.15 uur.
Gebouw St. Bavo: Geel-Wit 6 uur; gewone zit
tingen 4 en 7 uur; Cursus R.K. Volksbond half 4.
Rembrandt-Theater: Jeanette MacDonald en
Nelson Eddy in ..Rose Marie", 2.30, 7 en 9.15 uur.
Cinema Palace: Palace Filmac, 115 uur; De
Canadeesche Vijfling in „De Dorpsdokter", 7 en
9.15 uur.
Frans Hals-Theater: Louis Trenker in „De
Keizer van Califomië", 2.30, 7 en 9.15 uur.
Luxor-Theater: Boris Karloff in „De onzicht
bare macht", 2.30, 7 en 9.15 uur.
De directie van de Stoomvaartmy.Neder
land" deelt ons mede:
Op het mi. „Christiaan Huygens" liggende
te Southampton, is schade geconstateerd aan
een der twee hoofdmotoren. De schade is van
dien aard, dat zij niet in korten tijd kan
worden hersteld, en daarom zal het schip met
verminderde vaart de reis naar Indië voort
zetten. Het vertrek van Southampton zal on
geveer op het vastgestelde tijdstip plaats
vinden. Echter zal Algiers niet warden aange-
loopen, om het tijdverlies te beperken. Het
vertrek van Genua zal een, eventueel twee
dagen moeten worden verlaat. In verband
hiermede zal de boottrein dus later uit Ne
derland vertrekken, waaromtrent nog nadere
mededeelingen zullen worden gedaan. De aan
komst in Indië is eveneens vertraagd. Wat
betreft de juiste datum van aankomst in In
dië valt thans nog niets definitiefs te zeggen.
Geboren: 22 October: z. van M. Roestv.
Rijn; 23 October: z. van E. M. v. d. Pieter
manSmits; d. van L. K. ElandModla.
Ondertrouwd: J. F. Kroonsberg en Jkvr. H.
C. Stem.
Overleden; 21 October: A. Boeree, 68 j„
Vrouwesteeg; M. D. Bos. 82 j„ Nassaulaan;
22 October: K. Slicht, 46 j„ KI. Houtstraat:
H. H. J„ 7 j., d. van H. Kist, Obistraat; D. E.
v. Leersum, 53 j., Kleverlaan.
D
D
r\j\nr^
^UNJLV
UIT HET FRANSCH VERTAALD
DOOR CHRISTINE KAMP
■HHIIWHIimilUllimillHIIIjHnilllHlttlllIHNIIHItmiltttHWWHWllÏÏ
48
Zij viel achterover op haar kussen en her
haalde telkens weer: Het Lichthet
Licht
Er kwam een uitdrukking van vrede over het
toooie gelaat, dat steeds meer verbleekte. De
inwendige bloeding was ingetreden, een sidde-
hig.... een zuchtAlles was geëindigd.
Margaïta had nog de kracht dc oogleden te
touiten, dan, bijna bezwijmend, liet zij zich
toeevoeren naar den auto, die haar naar het,
tond zou terugbrengen
De kleine Jean stierf dien avond, op het uur,
nat de hemel, door den Westenwind van wolken
ftozurverd, zich tooide met de zuivere kleuren
tol den ondergang der zon. Eerst begreep de
to"toe moeder de smartelijke waarheid niet,
toaar Josefa, die naast haar aan het wiegje
toiielde, trok haar in de armen en fluisterde:
"Laten wij God danken! Het kind is beveiligd
°2r de gevaren van deze aarde!"
Die gedachte had de jonge moeder ook reeds
■toWeaterd; 200 dikwyls h&d zij gebeefd waor
de ziel van haar kind. Een vreemd gevoel van
verlichting kwam over haar, terwijl zij, zonder
er van bewust te zijn, bezwijmde.
Peter en petekind kwamen tegelijk op het
kerkhof van Amaberry. Een congestie naar
het hoofd maakte een einde aan het leven van
den sterken oom Janeki.
Arnaud d'Eskerona, zyn zuster en aUe huur
lieden, waarbij ook Dominique en Josefa ach
bevonden vergezelden de twee lijkkisten.
Margaïta had haar man niet alleen kunnen
laten. Hij was als verzonken in smart en wan
hoop. Langzamerhand echter, alsof de kleine
doode hem het beetje leven had ingestort, dat
hij aan hem te danken had gehad, scheen Hugo
te herstellen en zijn vrouw, die al haar moeder
smart in haar ziel verborg, wijdde zich aan
dat werk van opleving. Hij kreeg weer smaak
in de dingen, die hem omgaven.
Map kon hem naar de hal overbrengen of
naar den zonnigen tuin, waar hij uren op zijn
chaise-longue kon liggen, de oogen gevestigd
op die uitgestrekte vlakte der zee, waar de
nevelen den Jaïzquibel verborgen, als grens van
Spanje.
De dokters beweerden, dat zijn kneuzing
slechts toevallig was en met goede voeding,
versterkende middelen en veel rust zou ge
nezen.
Margaïta verdubbelde haar zorgen en Hugo
was er haar dankbaar voor. Soms, als zy het
kopje terugnam, waar hij uit gedronken had,
hield hij haar hand vast om die te kussen.
Het medelijden, dat haar bezield had voor
steunde ook de jonge vrouw en gaf haar den
moed om de lustelooze gedachten te verdrijven,
die haar den plicht te zwaar zouden hebben
gemaakt.
De roman „De Behoedster van den Haard"
lag nog steeds in den koffer, waar zij hem
verborgen had en zij vermeed het, het boek
aan te raken Toch was het Hugo, die haar
daartoe drong. Opeens vroeg hij: „Heb je hier
dien roman van Ourania?"
Zij bloosde en antwoordde: ,,Die moet in dien
koffer liggen."
„Wil je hem mij geven? Ik heb het boek
indertijd nauwelijks ingezien en zou het nu
wel willen lezen."
Zij stond op om het te halen en ondanks al
haar geestkracht beefden haar handen, toen
zij het hem bracht. Hij scheen het te merken,
wanS dan vroeg hij, terwijl hij haar onderzoe
kend aanzag: „Weet je misschien, wie zich
onder dat pseudoniem verbergt?"
Heel oprecht schudde zij het hoofd en zei:
„Neen, het geheim is goed bewaard gebleven.
Maar wat ik wel kan verzekeren, dat is, dat de
schrijver een echte Baskiër is."
Hij bekende haar niet, dat aan boord van
het jacht Massot hem de identiteit van dien
geheimzinnigen Ourania had onthuld en dat
deze het was, die na hem het leven gered te
hebben, heen was gegaan om zijn dankbaar
heid te ontgaan. Enkel zei hij: „Te oordeelen
naar je ontroering, zou ik gedacht hebben, dat
je hem kende."
Zij werd zeer bleek, nooit had zij gelogen en
ffili Itor 1W1 imbvem
bekoring moest bekennen, waaraan zij bloot
had gestaan: ,,Op een middag, toen ik zoo al
leen en zoo bedroefd was kwam het verlangen
in mij op om dien schrijver mijn verdriet mede
te deelen. Hij drukte in zijn roman zoo goed
uit, wat ik in mijn ziel gevoelde
„Heb je aan dat verlangen toegegeven?"
„Ik heb den brief geschreven, maar toen ik
dien wilde verzenden, begreep ik, dat het niet
passend was een correspondentie te voeren,
zonder dat mijn man daarvan in kennis werd
gesteld. Die briefwisseling zou mij op gevaar
lijke wegen kunnen brengen en toen heb ik mijn
brief verscheurd."
Hij veroorloofde rich niet de minste opmer
king. Met gesloten oogen dacht hij na en
schaamde zich tegenover die zuiverheid, die
absolute rechtschapenheid. Al dc vergissingen
van dat eerste jaar van zijn huwelijk, al zijn
afdwalingen gedurende dien vervloekten kruis
tocht op het jacht kwamen hem voor den geest.
Hoe had hij zoo te kort kunnen komen aan de
heiligste plichten, het edelmoedige meisje, dat
hem haar leven had gewijd, aoo kunnen be
handelen!
Hij vreesde de oogen op haar te vestigen,
zoodat zy daarin zou kunnen lezen wat hij
gevoelde. Zij ging heen om het boek te halen
en toen zij terugkwam, sloeg hij zelfs den blik
niet op. Verslonden in zijn lectuur hoorde of
zag hij niets meer.
Margaïta had gezegd: „Hij drukte zoo goed
uit, wat er in mijn ziel omging!" Bij de lezing
van „De Behoedster van den Haard" begreep
„TOjjge.kfleakter waarvan.een sterke,
godsdienstige opvoeding de opwellingen weer
hield, de schoonheid vanj haar ziel, die, als hij
het gewild had zijn talent zou hebben gezuiverd
door er haar natuurlijke poëzie, frisch als de
beken, die van de bergen dalen, aan toe te
voegen.
Als hy niet er in had toegestemd, om zijn
leven in het hare te doen opgaan, haar kost
bare hoedanigheden in den smeltkroes hunner
liefde fee werpen om er een nieuw metaal van
te maken, dan was het, omdat hij' haar zuive
ren invloed vreesde over zijn waüustige manier
van schrijven, gewaardeerd door een bedor
ven publiek en daardoor een vermindering
van zijn beroemdheid.
In plaats van haar aan zijn werk te laten
deelnemen, had hy haar overgelaten aan de
eenzaamheid en aan het hart, zoo gevaarlijk
voor jonge vrouwen. Zij bekende het toch zelf;
„Op een middag, dat ik zoo alleen en zoo be
droefd was...."
Erger nog, hij had haar in een wereld doen
binnengaan, waar de deugd niet in tel was;
uit eerzucht had hij haar doen omgaan met
verdachte personen, met Aliette Cheron, met
dien Rigal, die zoo gevaarlijk kon vleien....
Als zij niet gevallen was als die Miriam in
„Het diepe Meer" of de Jacqueline in „De
Gescheurde Sluier," dan was het, omdat zij
weerstand had geboden aan hetgeen haar werd
toegefluisterd, omdat zij nooit zich geheel had
onthecht van den goddelijken Meester, die het
eeuwige in haar ziel had gestort, dan was het,
omdat de vrouwen van haar geslacht, zooals
Dominica in „De Behoedster van den
Haard," haar door haar gebeden hadden be
schermd.
Hij boog het hoofd over die bladzijden, die
zooveel gedachten in hem opwekten. Om hem
heen bewoog zij zich, waarvan zijn geest vol
was, zy liep heen en weer en arrangeerde
bloemen in de vazen. Heimelijk verhief zij haar
geest tot God, opdat dat boek een diepen in
druk op haar man mocht maken en een
blijvende verandering mocht teweeg brengen.
Toen zij zag, dat hy het eindelijk sloot, kwam
rij dadelijk tot hem en hoewel zij bleek was,
glimlachte zij toch en vroeg: „Ben je niet te
vermoeid! geworden?"
„Neen en ik ben blij, dat ik dien roman ge
lezen heb. Me dunkt, nu ken ik je beter."
Meer zei hij niet. De avond viel en omhulde
hen met zijn schemering, in het westen was er
slechts een schijn van rood licht. Weldra wer
den hemel en zee grauw.
Zij zette rich naast hem neer en er kwam
een stilte over hen, vol onuitsprekelijke ge
dachten.
Zij vertelde hem niet, hoe zy geleden had en
hij bekende haar niet den strijd, dien hy te
voeren had gehad aan boord van La Gloire,
toen zijn moeder, teleurgesteld door de lief
dadige beschikkingen van oom Janeki, hem
wilde noodzaken tot echtscheiding over te gaan,
terwijl zij voor zijn oogen het reusachtige for
tuin van gravin de Mauberay stelde.
tWoidt vervolgd.)