Md afdaal den dag DREIN DRENTEL EN PIET PRIKKEL Door Christine kamp iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiyiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiilijïï Voor Kleeding n. Maat bespaart Hoeden FaGebrsVermeulen UITNOODIGING MARIA-STICHTING DE UREN GAAN V O O R B IJ NU BESTELD ERWONNEN ■.EVENSKRACHT DINSDAG 27 OCTOBER 1936 vertrofjcfensnaam tien jaar fritz hirsch Kunsttanden en Gebitten U GELD MET VOLLE GARANTIE Voor Pasvorm en Soliditeit OPERETTE »Sissy" in den Stadsschouwburg Programma van de Haarl. Radio centrale op Woensdag 28 Oct. Centrale Tandheelkundige Kliniek Ziekenfondstarief TOONEEL UIT DEN OMTREK DIAMANTEN KLOOSTER- JUBILÉ Uitsluitend merken van wereldreputafe penn-craft. BORSALINO, PRIJZEN VAN /650TÖT/I950 Groote Houtstr. (hoekGrMarkf) BENNEBROEK HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE VELSEN WHij' 'deed het. Mannen kunnen ZAANDAM RIJKSVISCHAFSLAG STAAT VAN BESOMMINGEN IEDEREN MIDDAG VAN 2-3 UUR POLIKLINIEK Margaïtas hart klopte fel. Wasi het mogelijk, V V m Ieder Costuum en Winterjas naar Ieder Costuum en Winterjas naar Maat wordt door ons geleverd Ieder Kleedingstuk naar Maat een reclame voor onze Maatafdeeling. STAD De Fritz Hirsch Operette bestaat tien jaar J Nederland. Zij heeft zich in ons land een be- ankwekkende plaats in de amusementswei-eld eroverd. Fritz Hirsch wilde van geen eere- temité weten. Hijl voelt zich dankbaar gestemd tegenover het Nederlandsch publiek dat altijd •teeft getoond zijn kunst zoo bijzonder op prijs te stellen en hij heeft aan die dankbaarheid uiting willen geven door een jubileum-operette, •waarin tal van herinneringen zijn gevlochten ten de afgeloopen tien jaren. Zaterdag 31 yctoben a.s. des avonds acht uur vindt in den ^tadsschouwburg een gala-opvoering plaats van ®eze jubileum-operette. Op dien avond hoopt *ritz Hirsch, die zooals gezegd van geen hul diging heeft willen weten, dat al zijn vrienden ®Pontaan zullen komen om blijk te geven van "Un belangstelling en het kan niet anders of telen zullen hier aan gehoor geven. „Sissy", een idylle aan het Weensche hof, is ten operette met muziek van den beroemden violist en componist Fritz Kreisler. Het libretto Schreven Hubert en Ernst Marischka naar het Wijspel van Ernst Descy en Gustav Holm, f'riedl Dotza zal de titelrol zingen en spelen. 2ij is Prinses Elisabeth, de toekomstige vrouw ten Franz Joseph, den Oostenrijkschen keizer. Deze operette eischt een uitgebreide bezetting ®h daarom werden enkele gasten geëngageerd, terwijl bovendien al de bekende leden van de yyitz Hirschi Operette er aan meewerken. Fritz Hirsch is Hertog Max van Bayem, een echt landedelman en een kunstminnaar, die de hof etiquette verfoeide. Jula Rillo, die indertijd al teet de Fritz Hirsch Operette naar ons land ls gekomen, kwam speciaal uit Oostenrijk om de tel van Hertogin Luise, de vrouw van Max, te apelen. Voor Franz Josepk en zijn moeder, Hertogin Sophie werden een tweetal tooneel- spelers geëngageerd van de Wiener Reinhardt- Bühnen, die deze rollen reeds verscheiden keeren hebben vervuld. Een derde gast is de tenge sopraanzangeres Gretl Ziha, die voor Hrinses Helene speelt. Haar partner is Eman Bilten als Prins Thum-Taxis. Verschillende historische figuren verschijnen ten tooneele, °a. Graaf Radetzky, de befaamde Veldmaar schalk, waarvoor Leo Reicher speelt. Paul Harden vertolkt een bij uitstek komische rol. Hij is geheim-kamerheer v. Hasenpfote en een Sroofc bewonderaar vani de prima-ballerina Bona Varady (Lisl Frank), Hona heeft echter hog een bewonderaar aan het Weensche hof, den. ceremoniemeester Nepomuk v. Kipferln tOtto Aurich). Met alle twee zingt en danst zij tal van duetten. Walter Triebei is de waard ten de „Zum goldenen Hirschen", tevens diri gent van het mannenkoor van Ischl. Verder Werken mede: Mady Meth, Henny Berchtold, Hans Blume, Gustav Pretsch, Herbert Klöpf, Oscar Schmidt, enz. Van Fritz Kreisler zijn hierin tal van be kende melodieën verwerkt, w.o. Caprice Vien- hoiose en Liebesleid un Liebesfreud. Gerard ^room heeft zijn zorgen aan de décors gegeven. Dnder leiding van Sophie Degenhardt zijn de c°stuums vervaardigd. Otto Aurich ontwierp de dansen. Het uitgebreid orkest staat onder lei ding van Hans Lichtenstein. Artistieke leiding ten Fritz Hirsch. Zooals gezegd zal de voor stelling een feestelijk karakter dragen en heeft Britz Hirsch voor tal van verrassingen zorg Sedragen. 6.20 Diversen. 7.00 en 7.35 Droitwich. 8.20 Lon don Regional. 8.35, 9.20, 9.40, 10.40, 11.00, 11.35 en 11.50 Droitwich. Progr. V: 8.007.00 Diversen. 7.00 Eigen gramofoonplatenconcertPopu laire muziek. 1. Puppe Hampelmann Dajos Bela 2. Parade der Zinnsoldate Dajos Bela 3. The blue bird Gino Bordin 4. Die Klosterglocken Odeonorgel 5. Tee bei Maikafer Dajos Bela 6. Polospiele Dajos Bela 7. Die Mühle im Schwarzwald Dajos Bela 8. Siamesische Wachtparade Dajos Bela 9. Der Rosenkranz Odeonorgel 10. In Vienna one night Gino Bordin 11. Pipsy Hans Bund 12. Im Klosterglocken Odeonorkest 13. Marionetten Brautzug Dajos Bela 14. Zwei Guitarren Hans Bund 15. Der Kanarienvogel George Boulanger 16. Auf einen Persischen Markt Odeonorkest 17. Die Schmiede im Walde Dajos Bela 18. Vous êtes joli Madame George Boulanger 8.00)12.00 Diversen. Liesl Frank met Otto Aurich en Paul Har den in „Sissy, een idylle aan 't 'Weensche hof". De jubileum operette van Frits Hirsch en de zijnen Progr. IH: 8.05 en 8.20 Parijs Radio. 9.05 Heulen. 9.20 Diversen. 11.20 Danmarks Radio. 12.20, 12.50 1.20, 1.30 en 1.50 Brussel VLaamsch. 2.25 Diversen. 2j50, 4.20, 4.50 en 5.05 Parijs Ra dio. 5.20 Keulen. 7.05 en 7.20 Beromünster. 8.20 Brussel Fransch. 9.20 London Regional. 10.20 Keulen. 11.20 Weenen. Progr. IV: 8.00, 8.20, 8.30, 8.40, 8.45 en 9.00 Brussel Vlaamsch. 9.30 Diversen. 10.35, 10.50, H.05 en 11.35 Droitwich. 11.50 London Regio dal. 12.50 en 1.20 Droitwich. 2.20 London Re gional. 3.20, 3.50, 4.20, 5.10 en 5.35 Droitwich. HENAUPARK 26 a TELEFOON 12644 Spreekuren: 911 en 12, Dinsdagav. 6.308.30, HET HART. Toneelspel in vijf bedrij ven van Henry Bernstein. Tooneelgr. Het Masker. Stadsschouwburg. Hartkwesties zijn niet alleen voor Franschen belangrijk en belangwekkend, zoodat we ons niet behoeven te verwonderen, wanneer „Le Coeur" van Bernstein naar deze lage landen is gehaald en zich ook hier de aandacht waard toont. Er worden in dit spel veornamelijk hartkwes ties behandeld. We loopen college in de theorie van de liefde tusschen man en vrouw. De twee eerste bedrijven, waarin de bedrijvigheid ont breekt, zijn zelfs zóó gevuld met niet bepaald origineele beschouwingen, dat wij, die toch op levend tooneei uit zijn, ons lichtelijk gaan ver velen. Dit komt ook hierdoor, dat de vrouwelijke hoofdfiguur, Rose Maguéyran, niet overweldi gend is. Een mooi jong vrouwtje, dat geen levenstaak kent, in het mondaine Biarritz in het huis van haar romantischen schoonvader een aantrekke- lijken jeugdvriend ontmoet en zich over de lange afwezigheid van haar echtgenoot beklaagt, waar op de overdrijving van nieuwe gemoedsaandoe ningen moét volgen neen, dat is niet bijster pakkend. En dat zelfde lieve en spoedig weer be keerde schepseltje kan ons ook later maar bitter weinig schelen, waaruit blijken zou, dat de auteur met die creatie niets bijzonders heeft verricht. De actie komt pas met het derde bedrijf als de vader en de zoon Jean Claude, de man van Rose tegenover elkaar staan en in een felle geestelijke botsing elkanders levenshouding peilen. Het zijn deze twee mannen met hun ge heel verscheiden aard, die het stuk d£ moeite waard maken. Het belangrijke is niet, dat Rose door het welberaden optreden van haar echt vriend haar fout leert corrigeeren, maar dat de vader na zooveel jaren van innerlijke verwijde ring het hart van zijn zoon ontdekt. Die mannen waren hier Ko Arnoldi en John Gobau. Het was wel zeer zuiver, wat dit tweetal ons in dramatisch sterke en psychologisch fijn gedachte dialogen te geneten gaf. Met den war men, beheerschten toon van den romantisch ge- aarden vader en de schijnbare hardheid van den zoon, die het wezen van den nieuweren tijd ver tegenwoordigde, werd in hun tegenstelling een boeiend stuk modem tooneelspel geschapen. Waarmee we niet willen zeggen, dat in beider samenspel met de lieftallig acteerende Ank van der Moer geen mooie momenten waren. „Het hart" mist volkomen den religieuzen in slag, die de uitwerking van de opgeworpen vraagstukken nog meer verdiepen zou, maar het dient erkend, dat de schrijver overigens de ver houding tusschen man en vrouw in het huwelijk in een helder licht zet en het spel der liefde op gezonden ernst baseert. De geestelijke verfijning gaat hier gepaard met natuurlijke kracht en dat doet weldadig aan. Het geheel was weer, zooals we dat van „Het Masker", nu onder regie van Elias van Praag, gewoon zijn: volkomen doorwerkt, ongemeen be schaafd, af tot in alle details: een model-opvoe ring die alleen een dergelijk van effectbejag ge speend dialogenspei tot zijn recht doet komen. De nevenrollen van Leo de Hartogh, Georgette Reyewsky en Mies Elout werden in denzelfden toon gegeven en het decor van Lucas Wensing was mooi genoeg om het vijf bedrijven lang te kunnen volhouden. Een volle schouwburg volgde met aanvankelijk aarzelende, later steeds groeiende belangstelling en waardeering het hoogstaande spel, dat voor volwassenen een ongewone genieting vormt. H. B. v. d. S. Vrijdag 30 October a.s. zal Mère Xavier in het Xaveriusklooster te Halfweg den dag her denken, waarop zij voor 60 jaar het kleed ont ving der zusters Ursulinen. Mère Xaxier (in de wereld Adriana Fran- ciska Kleizen) werd geboren 5 Februari 1857 te Baarle-Hertog. Zij trad in de orde der zusters Ursulinen te Venray (Limburg)ontving het ordekleed op 30 October 1876; werd geprofest op 3 December 1878 en vertrok op 5 Maart 1879 naar Batavia. Te Batavia is zij 32 jaar lang werkzaam geweest bij het onderwijs. Toen de zuster Ursulinen zich 4 Januari 1912 BOSTONIA, STETSON, HABIG etc te Halfweg gingen vestigen het Xaverius klooster is 3 December 1911 ingewijd werd Mère Xavier benoemd tot overste van dit nieuw gestichte huis. Deze functie heeft zij waargenomen tot 1918. Van 1918 tot 1924 was zij assistente, om vervolgens van 1924 tot 1933 opnieuw met de leiding te worden belast. Sinds 1933 fungeert zij wederom als assis tente. Deze hoogbejaarde moeder-overste 5 Febr. 1937 bereikt zij haar tachtigste levensjaar is nog kras en neemt opgewekt haar plichten waar. Zondag j.l., op het feest van Christus' Koningschap, is de herdenking van dit heug lijk feit ingezet. In de feestelijk versierde kapel werd een plechtige Hoogmis opgedragen door den Weleerw. pater H. Corsten M.S.C. De naaste familieleden van de jubilaresse uit België waren hierbij tegenwoordig. In een treffende predikatie over Christus' Koningschap haalde de predikant aan, dat de religieuzen in nauwere betrekking tot Christus Koning staan, waarbij hij zeer waardeerende woorden sprak tot de jubilaresse, die zooveel voor het zielenheil van de jeugd in Indië had verricht en thans nog haar beste krachten gaf voor het werk van haren Koning Christus. De „Missa Octava" van Elbert Franssen werd verdienstelijk door het zangkoor der zusters ten gehoore gebracht, waartoe op ezen dag de componist Alphons Vrank- ken uit Amsterdam, welwillend de leiding op zich had genomen. De feestdag werd besloten met een plechtig Lof, waarna het overbekende feestlied „Aan U, o Koning de$ Eeuwen" met geestdrift gezon gen, het slot van de kerkelijke viering uit maakte. Donderdag 29 ei) Vrijdag 30 Oct. a.s. zullen nog enkele plechtigheden plaats hebben. Naar wij vernemen zullen Z. H. Exc. Mgr. J. P. Huibers, Bisschop van Haarlem en Z. D. H. Mgr. M. P. J. Möllman e.a. persoonlijk de jubilaresse met een bezoek vereeren. Dronken autobestuurder? Zondagavond half acht is op den* Zwarte weg een luxe auto van af de rechterweghelft in een aan den linkerkant staande heg gereden. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor, alleen de heg werd over eenige meters vernield. Later heeft de politie hiervoor aangehouden een zekeren B. uit de Haarlemmermeer, die onder invloed van sterken drank verkeerde. Daar zich echter nog een persoon in den auto heeft bevonden, onderzoekt de politie thans wie den wagen be stuurd heeft. Kostelooze inenting Gelegenheid tot kostelooze inenting bestaat voor hen, die zich daartoe aanmelden op Woensdag 28 October, des voormiddags 9 uur ten huize van dr. J. P. Baumann te Halfweg, des middags te 12 uur in de R.K. School te Houtrakpolder en des namiddags te 4 uur in de R.K. School te Haariemmerliede. Opdracht. -- Het bouwen van een rouwkapel, een garage en een schaftlokaal op de begraaf plaats Westerveld alhier, is na onderhandsche aanbesteding opgedragen aan de fa. N. Cobelens Zn. te Haarlem. Het was een vervelend geval. Of eigenlijk was het dat ook niet, dacht Robert Jack son. Eigenlijk was het een geluk, dat er een knoop van zijn nieuwe tweede overjas was gesprongen, juist op het oogenblik. dat hij deze had aangetrokken om naar de film te gaan in het Roxy-theater en juist nu juffrouw Trent zijn hartelijke en moederlijke hospita, die al tijd dit soort werkjes voor hem in orde maak te, uit wandelen was gegaan en dus den knoop er niet kon aanzetten. Het weer was niet zacht genoeg, om zonder ias te kunnen uitgaan en Robert wilde niet naar een bioscoop met een kleedingstuk, waar aan een knoop mankeerde. Want Robert was erg precies. Kij zou, wanneer hij er den moed toe kon vinden, een naald en draad kunnen leenen van juffrouw Wingate en dan zichzelf veraer hel pen. Dorit Wingate was een buitengewoon aan trekkelijk persoontje en vanaf het moment dat zij in het pension van juffrouw Trent was ge komen, had Robert Jackson duizend dingen bedacht, om met haar in aanraking te komen. Maar zonder succes, want steeds weer had op het laatste oogenblik zijn durf hem in den steek gelaten, zoodat hij er slechts in geslaagd was een groet te stamelen. Doch nu was de kans schoon, meende hij. Robert ging naar boven en klopte aan de deur van Dorit's kamer. „Binnen," riep een vroolijke stem. Hij vermande zich, haalde diep adem en opende de deur. „Kunt u.... kunt u mij een jas leenen.... mijn naald is afgebroken...." zei hij zenuw achtig. Dorit keek verbaasd naar den stotterenden jongeman op den drempel. „Moet ik u een jas leenen?" vroeg ze, en ze glimlachte vriendelijk. „Neen, ik bedoel.... wilt u me een draad leenen.... mijn jas is van mijn knoop geval len „Wel, wel," zei het meisje, „uw jas van uw knoop gevallenEen wonderlijke geschie denis. „Nee, de knoop van mijn jas." „Ach, nu begrijp ik uHet schijnt u erg aangepakt te hebben." „Nee, ja, nee," haspelde de ongelukkige jon geling verder. „Erg vervelend. Knoop sprong af.... ging juist uit.... nieuwe film Roxy „O ja," zei Dorit vol belangstelling. Het drong eensklaps tot Robert door, dat hij slechts één ding wenschte, namelijk haar te vragen mee te gaan naar de bioscoop. Maar hij durfde het niet. „Als u mij dus een naald en een draad wilt leenen." „Ik zal den knoop er wel even voor u aan zetten." „Nee, dank u," zei Robert. „Ik wil u geen last bezorgen. Als u slechts een naald en een draad...." „Goed, goed. Alstublieft." Hij stormde naar beneden, vol afkeer van zichzelf. Wat drommel, waarom had hij het niet gewaagdAu Hij trok de naald uit zijn duim en stak haar driftig in den knoop. Met een knappend ge luidje brak ze af. Nu zou hij opnieuw moeten gaan vragen om een naald en draad. Er zat niets anders op. Hij zou nog eens zijn moed bijeen moeten ra pen en hij zou „Kijk er eens aan," zei Dorit ZOOietS niet enkele oogenblik- ken later, „op de- -1111""" ze manier zal ik -al mijn naalden kwijt raken. Ik voel me verplicht u te helpen. Mannen kun nen zooiets niet." Zij naaide den knoop vast en knipte tenslotte den draad af. .Alstublieft." „Hartelijk bedankt." „Het heeft niets te beteekenen." Robert talmde. Nu of nooit, dacht hij. „Ik.... ik ga de nieuwe film zien.... in Roxy...." „Dat weet ik," glimlachte Dorit. „U vertelde het me zoo juist." „Ikik vermoed datVooruit ermee. Robert haalde diep adem. „Ik vermoed dat u de film al gezien hebt." „Nee." „O," zei Robert ongelukkig. „Nou.... goe den avond...." Dwaas, idioot, ezel zonder tong, schold d« woedende jongeling zich zelf, toen hij op de gang stond en met een driftig gebaar maakte hij zijn jas dicht. Toen sprong de knoop er opnieuw af. Het was het lot. Hij zou wederom naar Do rit moeten gaan. Maar nu zou bü haar wer kelijk vragen met hem mee te gaan naar de film. Hij deed het. En Dorit ging mee. Robert vertelt nu, dat het verliezen van den knoop voor de tweede maal den grootsten stoot tot zijn geluk heeft gegeven. En Dorit lacht, wanneer hij dit zegt. Maar ze vertelt niet dat het geen zuiver toeval was. En natuurlijk knipt ze nu ook niet meer alle draden door, doch slechts één enkele, wanneer ze een knoop aan de jas van haar echtgenoot naait. Jecovitol levertraan wetenschappelijk de beste levertraan voor U en Uw kind. jem/m Verkrijgbaar bij apothekers en drogisten a f 0.75 per flacon. Burgerlijke Stand Geboren: Cees Willem, z. van W. H. Lagrand en D. Weehuizen; Willem en Geesje, z. en d. v. A. Kruiswijk en W. Mus; Hen drik Jan, z. v. J. Meester en H. J. Bouwman; Antonia Adriana, d. van A. F. de Krijger en A. F. Lazones. Ondertrouwd: N. J. van der Nade en J. van aan de Dames-bloempjesverkoopsters. - Vrijdag 30 October des avonds acht uur zal in het gebouw St. Bavo een film avond worden aangeboden aan de Dames welke hebben medegewerkt aan den j.l. gehouden bloempjesdag. Zonder toe gangskaart wordt niemand toegelaten. Het Plaatselijk Comité Toen de sigaar op was, zei Drein: „Nu moest ik eigenlijk maar eens kijken of dat vervelende beest weg is." En met de poes vooruit ging hij de stikdonkere kamer binnen, 't Was een heele toer om een lamp te vinden, maar eindelijk was er licht. Maar nu wiachtte Drein en Piet een vreemde verrassing. In de kamer fladderde niet één, maar wel vijftig vleermuizen. Die waren allemaal door de openstaande vensters naar binnen gekomen. „Wat ben ik toch een ezel", huilde Drein, „ik had toch wel kunnen bedenken, dat zooiets gebeuren kon. Zooals gewoonlijk was Drein natuurlijk radeloos. „Wat moeten we beginnen", klaagde hij, terwijl hij de aangrenzende kamer op en neer hep. „Waar maak je je zoo druk over", vroeg Piet, „help me liever de deur vasthouden. Aanstonds zijn ze met zijn allen zoo sterk, dat we ze niet eens meer kun nen tegenhouden." Duijn; H. Huisman en H. M. A. Schermer; J. M. M. Dekker en C. H. Servaas; P. J. Rot en G. Giskes; J. Poulain en C. Karskens; W. de Graaf en B. H. Mus; M. Selman en W. Blees; A. Bergman en C. P. Verheijden; J. Honig en G. E. Bakker. Gehuwd: N. J. Snaas en A. C. H. van den Broek; M. S. Nienhuis en C. W. Jansen; J. Kuü- per en R. Oppenhuizen; T. Visser en R. Tscheuschner. Overleden: Elisabeth Tjallingii, oud 77 jaar, geh. met H. Bos; Comelis Kabel, oud 79 jaar, weduwnaar van N. Veldhuijzen; Dirk Bleeker, oud 84 jaar, geh. met C. J. Velderda; Pieter Fris, oud 62 jaar, geh. met G. Bleeker; Anna, oud 11 jaar, dochter van J. P. Craane en J. IJsendijk (won. te Koog a. d. Zaan); Neeltje Kager, oud 68 jaar, weduwe van A. J. Blom (overl. te Noord- wijk) Abraham van Thijn, oud 68 jaar, weduwn. van A. Vet; Martinus Vlottes Visser, oud 55 jaar, geh. met J. Mooij (overl. te Bameveld); Jan Dekker, oud 53 jaar, geh. met W. Busch. IJMUIDEN. 27 Oct. Rijksvischafslag. Tarbot 1.201.55 per kg. Griet 20.0038 per 50 kg. Tong I.401.8o per kg. Groote Schol 28.0030, middel Schol 29.0032, Zetschol 29.0031. kleine Schol II.5 027, Schar 8.50—13.50 per 50 kg. Rog 17.00 —28 per 20 stuks. Vleet 1.003 per stuk. Pieter man en Poon 4.208.50. middel Schelvisch 23.00 —28. kl. middel Schelvisch 17.00—26, kleine Schelvisch 8.3016 per 50 kg. Kabeljauw 58.00 70 per 125 kg. Gullen 5.5028 per 50 kg. Leng 1.10—1.60 per stuk. Heilbot 0.32—1.20 per kg. Wijting 3.106.70 per 50 kg. Koolvlsch 0231.40 per stuk. Makreel 2.859.50 per 50 kg. Versche Haring 1.853.90 per kist. van de Dinsdag aan den Rijksvischafslag aange komen STOOMTRAWLERS R. O. 15 Antje 660 manden 2340.Oentoeng 70 manden 2060.Comelis 1025 manden 1390.Beatrice 70 manden 2500Christine 640 manden 3000.Rotterdam 1070 manden 3490.Gerberdina Johanna 900 manden 1420. Elie Chenevière 65 manden 2640. KOTTER G. G. 409 940.—. LOGGERS MET VERSCHE HARING K.W.: 22 610.—, 97 350.—, 68 780.—. 144 880.—, 65 1060.Sch.: 236 170.—. 37 55045 550. 311 1090.—, 412 560.—, 159 1300.—, 312 580.—. WATERSTANDEN IJMUIDEN, Woensdag 28 Oct. 1936. Vloed: 1.03 v.m. en 1.26 n.m. UIT HET FRANSCH VERTAALD §Ê|I 51 In huis trok zich de jonge weduwe niet terug in een soort van halsstarrig stilzwijgen, dat eigenlijk een vorm van egoïsme is, omdat men geen rekening houdt met zijn omgeving. Zij praatte opgeruimd, kon zelfs glimlachen. Zoo als voorheen arrangeerde zij bloemen in de vazen, hielp mee aan de wasch, speelde buiten met den spaniel Belza en liet hem springen haar een stukje suiker. Maar dat was allemaal maar uiterlijk om afleiding te geven, om de smart van haar vader te verzachten, die oud begon te worden zonder de hoop te kunnen voeden op een erfgenaam van zijn ras, die zich voorstelde, dat eens bet oude huis zou overgaan naar verre neven, of wel, dat het verkocht zou worden aan vreem delingen, die het zouden sluiten, het gras zouden laten groeien in de paden, zoodat het slechts een verlaten graf zou lijken. Margaïta gaf slechts in de kerk vrijen loop aan haar tranen, of wel op het kerkhof, waar sü elkop. dag heenging om het kleine graf te bezoeken, waar haar lieve Jean rustte, het kind met den bleeken glimlach, dat zijniet vergeten kon. Op een schoonen Meiavond, toen de onder gaande zon den horizon in gloeiende stralen zette, vond zij op het grafheuveltje een kruis, gevormd door fijne schelpen. Dadelijk ging haar gedachte uit naar de zigeunerin, die sedert zeer langen tijd niet meer in den om trek te zien was gewepst. Onwillekeurig keerde zij zich om en vond het meisje achter haar staan, zoo bleek, zoo vermagerd, dat zij bijna niet te herkennen was. „Mevrouw," fluisterde Catali, „ik kom u vragen of u mij zou willen vergezellen naar ginds." Met de hand duiddo zij in de richting van het klooster der Magdalena's. „Alleen zon ik er den moed niet toe hebben, ik zou daar niet naar de overste durven vragen, die mij zou zeggen, wat ik doen moet om aan genomen te worden bij de dienaressen van den Heer, die berouw hebben en boete willen doen." „Ik zal je er heel graag heenbrengen," ant woordde de jonge vrouw. „En zuster Francois- Xavier, vroeger juffrouw d'Uhalde, zal ons hel pen door haar gebeden en kieschen invloed." Catali zweeg, tusschen de vingers wreef zij een grassprietje, dat zij aan den weg geplukt had. „U vraagt mij niet eens," zei zij eindelijk op bijna harden toon, „hoe ik hier weer terug gekomen ben." „Het is voor mij voldoende, dat ik je terug zie, bezield met rouwmoedige gevoelens „Neen, dat is niet voldoende! U moet het weten! Den eereten keer, dat ik.uit de zonde ben opgestaan, waren er te veel dingen, die mij in het hoofd spookten.... Dat kon niet zoo doorgaan! Ik ben weer gevallen.... Eenige maanden van pretmaken, dan ziekte, het gast huisDe geestelijke, die het bediende, heeft mij bezocht.... Hij was toch zoo goed voor mij! Het was mij, alsof ik de goddelijke barmhar tigheid in hem kon beschouwen. Toen ik aan de beterhand was, heeft hij mij boeken ge leend. Een er van was zoo mooi, dat het mij een schok in mijn gemoed gaf. Het sprak mij over mijn land, het deed mij er de grootsch- heid en de schoonheid van kennen." Margaïta onderbrak de spreekster niet, zij had het niet noodig naar den titel van het boek te vragen; dien raadde zij al. „Ik hield er te meer van," vervolgde Catali, „omdat ik den schrijver kende Nu kon de jonge weduwe een gebaar van verwondering niet weerhouden. „Ken je Ourania?" „Ja, op zekeren dag nu zoowat drie Jaar geleden, ging ik voorbij Uhaldia. Een venster gelijkvlóersch stond open, de wind blies er in en eenige bladen papier, die op de tafel lagen, woeien naar buiten. Ik raapte ze op en zonder dat iemand mij zag, legde ik ze weer op hun plaats, maar niet zonder er den blik op ge slagen te hebben. Ik weet wel, dat ik dat niet had mogen doenmaar ik heb het gedaan! Welnu, mevrouw, die bladzijden, die ik buiten had opgeraapt, heb ik in druk teruggevonden in het boek, dat voor mij als een balsem voor mijn ziel is geweest." dat Dominique, de vriend harer kindsheid, altijd zoo gereserveerd, zoo weinig spraakzaam, wiens inwendig leven haar slechts als in bliksem flitsen was getoond, dezelfde was als die Ourania; met zijn diepe gedachten, die hij in eenvoudige en exquise woorden wist uit te drukken en die weergaven, wat zij vaag had gevoeld en waar naar zij gestreefd had? Tegenover die ontdek king bleef zij sprakeloos en zoo wit als het crêpe randje, dat haar japon aan' den hals afsloot. Catali ging voort, nog steeds met haar ruwe, harde stem: „Als ik u dat vertel, dan is het, opdat u zou begrijpen wat hij verbergt onder zijn uiterlijke koelheid. Op den dag, dat hij uw verloving had vernomen, heeft hij zijn makhïla genomen en is naar het gebergte gegaan. Toen hij weer thuis kwam, heeft zijn zuster niet vermoed, dat hij geweend had. maar ik heb hem in het gras zien liggen als een man, die door de smart verpletterd isAch, Andrea, hoe heeft u zich toch zoo vergist! Hij alleen was uwer waardig." Margaïta, de oogen strak als brandend, ver zette zich met al haar kracht om niet te schreien. „En nu," hernam de zigeunerin, „nu heb ik voor zoover dat mogelijk was het kwaad goed gemaakt, dat ik u had gedaan, nu heb ik niets meer te doen dan het toevluchtsoord op te zoeken, waar mij geleerd zal worden goed te leven om zalig te sterven.... morgen om twee uur wacht ik op u aan de poort van het klooster!" Zü vroeg niet eens of dat uur Margaïta conve nieerde en liep met groote passen weg, alsof iemand haar achterna zat. Margaïta sprak met niemand over hetgeen Catali haar gezegd had. maar toen zij dien avond alleen was zocht zij „De Behoedster van den Haard" op om eenige passages te herlezen. Telkens weer kleurde een blos haar bleeke wan gen. „Het was aan mij dat hij dacht, terwijl hij dat schreef! Hij had er van gedroomd mij de plaats van zijn moeder te zien innemen, haar zoo heerlijke taak te vervolgen en.... ik heb hem teleurgesteld!" Toen het middernacht was. sloot zij het boek en knielde neer voor het kruisbeeld in de hoop er afleiding van haar ontroering te vinden. Maar zij kon niet zoo spoedig haar geest los maken en in plaats van de gewone avondge beden te fluisteren, waar zij geen aandacht voor kon vinden, wierp zij zich met al haai verbijstering, haar aarzelingen, haar angsten in het goddelijk Hart. „Mijn God, Gij hebt mij nooit verlaten! Ver licht mij, leid mij! Ik ben bang voor de nieuwe gedachte, die in mijn geest is opgekomen en die mijn ziel in verwarring brengt. Toch is die gedachte nu niet meer schuldig, als zij vroeger was, toen een vreemde aantrekking mij dreef naar dien geheimzinnigen Ourania. Toen hebt Gij mij tegengehouden voor een stap, waar over iki nu zou blozen.... Wees daarvoor geze gend, mijn God!En wijs mij den weg, dien ik begaan moet. Ik wil niet meer mijn grillen opvolgen, ik verlang slechts U beter te bemin nen en U zoo te dienen, dat, zooals oom Michel zei, elk mijner uren goed moge zijn voor de eeuwigheid.... Want de uren gaan voorbij.... Fuget!" Lang sprak zij zoo tot den onzichtbaren Vriend, Die naar haar luisterde. Dan ging zij te bed en de vrede, beloofd aan die van goeden wille zijn, sloot zachtjes haar oogleden. Den volgenden dag, onder voorwendsel van boodschappen in Bayonne te moeten doen, ging zij daarheen en op het bepaalde uur kwam zij aan het kleine station verscholen in de denne- bosschen, waar dichtbij het klooster der Mag dalena's zich bevond. Catali wachtte haar reeds bü de eerste kromming van den weg. Zij had haar weelde rige krullen glad gestreken en verborgen onder een zwarten doek. Geen opzichtige kleuren meer, geen klatergoud. Zonder een woord te spreken liep zij voor Margaïta uit en zoo vlug, dat deze moeite had haar bij te houden. Bij de poort gekomen bleef zij staan en be val: „Schel maar! En houd mij stevig bij mijn pols vast, anders zou ik nog in staat zijn te vluchten." De jonge weduwe greep zachtjes haar hand, zooals zij het bij een kind zou hebben gedaan en trok aan den ring, die een luidruchtige klok in beweging bracht. (.Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1936 | | pagina 9