Jachtrit van de Zuid-Hollandsche Jachlvereeniging in de omgeving van den Haag.
Zoekt gij betrouwbaar j FOTOREPORTAGE Plaats dan een „Omroeper"
voor 80.000 gezinnen
Personeel?
«iHii
MIDDAGJAPONNEN
IN HUIS EN HOF
•K'BWS
MAANDAG 9 NOVEMBER 1936 1
OCHTENDJASJE VOOR MEISJES VAN 4-6 JAAR
RECEPTEN
^uiimmHiiifniiiiiimiiiimimiiiiHimiimiiinimimiimimiiiimiiiiniiimiiinimmmmmmMnnninmiiuis
De heer A. Hanemaayer, oud-wethou
der van Rotterdam, die benoemd is
tot burgemeester van Leerdam
Blauw Wit toonde zich de sterkste, tijdens den Zondag in
het Amsterdamsch stadion gespeelden wedstrijd tegen
R.C.H. Spelmoment uit deze ontmoeting, welke door de
stadionclub met 3—0 werd gewonnen
In het Rika Hopper theater te Amsterdam hield het gezelschap Jan Musch de generale repetitie van Molière s tooneel-
stuk .De Vrek waarin Musch de titelrol vervult Een der scènes
De Zuid-Hollandsche Jachtvereeniging hield Zaterdag in de om
geving van de Residentie een Hubertusjacht. Het gezelschap bij
het Huis ten Bosch
Te den Haag
werd Zondag
de hockeywed
strijd H.O.C.
Groningen ge
speeld. Een
moment voor
het doel der
gasten
Van den Zesdaagsche te Rotterdam. Pijnenburg wordt door zijn helper
verzorgd
Fig. 131a. Gekleede japon van groen flu
weel met ingezet voorstuk van crème zijde.
De voorpanden hebben groote revers, die
van boven teruggeslagen zijn en rond den
hals een smal biesje, dat vdn voren wordt
gestikt. De mouw heeft een plooi, die op
den bovenarm uitvalt, een middag japon-
netje, dat bij vele dames in den smaak zal
vallen, niet alleen om de mooie lijn, maar
ook om den eenvoud van 't model, wat voor
hen, die zelf maken veel waard is. Wij heb
ben er 4 meter fluweel en 1 meter zijde voor
noodig.
Het patroon is verkrijgbaar in de maten
42 44 46 en 48.
Niet minder flatteerend is fig. 132a, ver
vaardigd uit lichtroode zijde met een vestje
van crème kant. De raglanmouw heeft van
boven smalle plooitjes, evenals de voorbaan
van den rok. Typisch is de snit van de
taille, zooals we op de teekening kunnen
zien. We hebben voor dit costume nogal
veel stof noodig, namelijk 3.25 c.M. van
1.40 c.M. breed.
De patronen voor beide modellen zijn te
verkrijgen in de maten 424446 en 48.
POLA.
Een Hortensia, die in Mei heeft ge
bloeid en sindsdien heeft buiten gestaan,
haalt men eerst naar binnen, als de nacht
vorsten beginnen te komen. Daarna geeft
men zoo nu en dan een scheutje opgelosten
zwavelzuren ammoniak (1 suikerlepeltje op
één liter water).
Als men een of andere kamerplant een
grooteren pot moet geven,dan moet de
nieuwe pot op den ouden juist kunnen in
sluiten als men ze in elkaar zet. Over het
algemeen is het af te raden, in dezen tijd
van het jaar planten te verpotten.
Hulstboompjes ziet men tegenwoordig
in zeer vele tuinen. De bessen hebben haar
groene kleur voor de roóde verwisseld. Men
wil zoo gaarne rijkdragende takken hebben,
want ze maken toch zoo'n aardig effect.
Men moet er echter op bedacht zijn, dat
de liefhebsters dezer bessen ons niet voor
zijn met het afhalen er van. Lijsters, me
rels, musschen zijn bij eenige koude er fel
op belust. Daarom moet men bijtijds de ge-
heele struik omvatten met kuikengaas, van
een flink eind boven den top tot aan den
voet.
Als wind, regen of lichte vorst de Dahlia's
hebben vernield, dan haalt men de knollen
bij droog weer uit den grond. Men ontdoet
ze van het zand en bewaart ze op een droge,
vorstvrije plaats in een kist met droog turf
molm. Omstreeks half Januari onderzoekt
men of ze niet verschrompelen. Zoo ja, dan
bergt men ze in iets vochtigs, om verder
uitdrogen te voorkomen.
Vroeg bloeiende Chrysanten moeten nu
worden opgepot en gezet op een lichte
CORRESPONDENTIE. Mej. E. B. te
A'dam. Het patroon van de shangtoengsprei
heeft gestaan in het nummer van 1 Sep
tember JX zult dit nog wel by de ad
ministratie kunnen bestellen.
frissche plaats, met een behoorlijke gift
van water.
Geraniums zet men in den herfst, voordat
buiten de vorst ze vernielt, binnen op een
lichte, niet te warme, maar vorstvrije
plaats, zoo noodig bij strenge vorst in den
kelder. Geef dan weinig of "geen water. Om
streeks half Februari snoeit men de plan
ten terug tot op een laag gelegen takje of
by gebreke daarvan op een laag gelegen
oog. Langzaam begint men nu meer
water te geven en de plant op een warme
plaats te zetten.
Het Pampasgras bekend om de groote
prachtige, zilverwitte pluimen is niet
winterhard en moet daarom beschermd
worden. Na de eerste nachtvorst snijdt
men de blaren tot op een halven meter
boven den grond af en bindt ze dan samen.
Met behulp van stroo maakt men een be
dekking er omheen, want daardoor voor
komt men inwateren. Rondom den voet van
de plant legt men nog een flinke dikke laag
dekmateriaal.
Luis in kamerplanten kan men het ge-
Bovenwijdte 76 C.M., lengte middenvoor
76 c.M., schouderbreedte 9 c.M., mouwleng
te 40 c.M., mouwwijdte 30 c.M.
Benoodigd: 2.25 meter stof of gewatteer
de zyde van 70 c.M. breed en een dik
koord.
We vouwen de stof dubbel en plaatsen
vóór- en rugpand onder elkander op de
stof (middenachter aan de vouw). Naast
het voorpand knippen we den onderkraag,
naast het rugpand den bovenkraag, dan
hebben we nog een hoogte voor de mouw,
waarnaast de manchetten geknipt kunnen
worden. We kunnen dit model ook gebrui
ken voor bad jasje en nemen dan in plaats
van gewatteerde zijde, badstof. Een oude
bad- of ochtendjas van onszelf kan ook
hiér nog voor gebruikt worden. Het koord
kunnen we afgepast klaar koopen, waar
dit niet het geval mocht zyn, kunnen we
het zelf draaien van dikke wol. Den sjaal
kraag maken we van dubbele stof, we let
ten er vooral op dat de bovenkraag iets
ruimer genomen wordt (ongeveer 1 c.M.
breeder dan de onderkraag)Den mouwnaad
plaatsen we op den zijnaad van het jasje.
Op dit patroon is de lengte middenvóór
76 c.M. genomen, we kunnen deze naar
gelang van den leeftyd, langer of korter
maken, evenzoo met de mouwlengte. Wan
neer we het jasje 10 c.M. langer willen ma
ken, nemen we in plaats van 2.25 meter,
2.50 meter stof.
(Voor naden overal 2 c.M. by aanknip
pen).
C. M.
makkeiykst verdry ven met een zeep-spiri-
tus-oplossing, welke men verkrijgt door
in 100 liter water 4 pond zachte zeep en 1
liter brandspiritus op te lossen. Heeft men
minder noodig, dan neemt men een even
redig deel t van het mengsel. Daarna spuit
men flink, maar denkt om de zon. Doet
het daarom by voorkeur tegen den avond.
Asters zet men heel vaak op een zelfde
plaats. Niet elk jaar kan men rekenen op
mooie bloemen. Versche koemest en erg
vochtige grond is niet bevorderlik voor den
groei en bloei. Ook kan een schimmelziekte
oorzaak zyn van het verflensen. Scherp
zand met koolasch vermengd zyn een goed
weermiddel er tegen.
Zonnebloemen zijn ryp. Men moet niet
te lang er mee wachten om ze te oogsten,
want meezen en andere vogels houden er
ook van. Ook is de kans groot, dat de
bloembodem gaat schimmelen en dan zyn
ze niet te bewaren. De grootste en mooiste
pitten bestemt men voor pootgoed en de
rest is een puik kippenvoer.
't Is thans de beste tyd om rozen te plan
ten. Men maakt den grond diep los, zet den
wortel hierin tot aan de occulatie en legt
den mest tusschen de struiken. Als het vrie
zen gaat, legt men wat ruigte om den stam
met wat grond er boven op, om het weg- j
waaien te voorkomen.
Kamerplanten geeft men nu geen mest
meer, want de groei staat spoedig stil, wijl
ze moeten rusten.
Cactussen houden nog vroeger met den
groei op. Geeft men deze te lang voeding,
dan beloopt men de kans, dat ze 's winters
gaan rotten of 's zomers niet bloeien.
Wie vroege bloemen in den border wil
hebben, moet enkele soorten bloembollen
zetten als Kievits-eitjes, Blauwe Druifjes,
Narcissen met vroege en late Darwin-tul-
pen. Men kan ze er jaren in laten zitten,
mits men maar voor een beetje dekking
zorgt.
Wanneer bloembollen in huis wel blad,
maar geen bloem geven, zooals dat vooral
vaak voorkomt by Crocussen en Narcissen,
dan is de oorzaak meestal te vinden in een
te warme temperatuur en te lichte omge
ving. Alleen de droogbloeiers Colchicum en
Crocuszonatus, alsook de Narcissen Paper-
white en Soleii d'Or kunnen ze wel verdra
gen. Onthoudt het goed, dat even vorstvry
de beste temperatuur is en dat een gere
gelde besproeiing ook zeer hinderlyk is voor
den groei.
Bloemkool met verschillende sausjes
Als de bloemkool goedkoop is, willen wy,
huisvrouwen, daar natuurlijk ook zooveel
mogelyk van profiteeren. Maar met het
gewone bloemkoolsausje verveelt ze wel 'ns.
Voor de variatie kunnen wy de bloem
kool dan, nadat wij ze zooveel mogelyk
hebben laten uitdruipen en in een ver
warmde schaal hebben overgebracht, over
gieten met gebruinde boter. Wy kunnen in
die boter nog 'n paar druppels Maggi's
aroma voegen en er vooral fijn gehakte
peterselie doorheen roeren. Ook kan men
daar nog een eetlepel azijn aan toevoegen.
Bloemkool met tomatensaus Men
maakt de saus klaar even voordat de bloem
kool gaar is. Voor 'n zeer smakelijke saus
lost men 2 Maggi bouillonblokjes op in
4 d.L. kokend water. Men roert intusschen
3 afgestreken lepels bloem en 2 afgestreken
lepels boter, boven 'n zacht vuurtje, tot een
gelijk papje. Hierby voegt men langzamer
hand 4 lepels dikke tomatenpuree, en
roert er daarna den bouillon doorheen. Alles
tezamen moet 'n paar minuten zachtjes
koken.
Deze saus giet men heet over de uitge
lekte bloemkool, waarna men er nog wat
fyn gehakte peterselie over kan strooien.
Bloemkool met kerry en garnalensaus
Voor deze saus rekent men by een flinke
bloemkool: 1 ons gepelde garnalen, 1 thee
lepel kerry, 3 afgestreken lepels bloem, 2
afgestreken lepels boter en een bouillon van
4 d.L. water met 2 bouillonblokjes.
Men roert de boter, met de bloem, boven
'n klein pitje, tot een gelijk papje, roert
daar, langzamerhand, de bouillon by en
laat de saus even doorkoken. De garnalen
worden gewasschen in lauw water met zout
en door de saus geroerd, die men over de
gekookte en uitgelekte bloemkool giet.
Bloemkoolsoep Natuurlyk gooien we
het bloemkoolwater niet weg, want daar
van kunnen we, op verschillende manieren,
een voedzaam en smakelijk soepje maken.
Eventueel overgebleven bloemkool en saus
gaan weer in het kooknat. We kunnen daar
dan groentensoep van koken, of 'n aardap
pelsoep of 'n bloemkoolsoep zonder meer
wanneer we nogal wat bloemkool overhiel
den, of 'n kerrysoep. Daarvoor fruiten we
'n uitje met kerry, voegen dit mengsel by
de soep en wanneer alles goed gekookt
heeft wordt de soep gezeefd. We binden ze
voor het opdoen met bloem of met 'n eier
dooier en voegen er 'n stukje boter by.
Van 'n ei of 'n eiwit met fyn gestampte
beschuit en kruiden kunnen we ballet.ies
maken, die we even laten meekoken in de
soep. Ook kunnen we er soldaatjes ot dob
belsteentjes van gebakken brood bij geven.
A. K.-P.