QUAKER HAVERMOUT
Het buitenïandsch beleid
Mussolini maakt „rechtsomkeert
DE DIONNE
VIJFLING
INVLOED VAN BERLIJN?
DE DEELNEMING AAN
DEN VOLKENBOND
VALDA PASTILLES
Geef uw gezin ook Quaker Havermout,
dat specialisten kozen voor de vijfling!
Kerkelijk Iepen
WOENSDAG 11 NOVEMBER 1936
BUITENLANDSCH OVERZICHT
99
Een nog niet doode
illusie
wordt op voorschrift
van specialisten
gevoed met
QUAKER
HAVERMOUT
DE WERKGEVERS EN INDIË
De heer Koster zal hen in Batavia
vertegenwoordigen
DE BEËEDIGING VAN PRINS
BERNHARD
Zal te Amersfoort geschieden bij
het le halfregiment huzaren
WERING R.K. AMBTENAREN?
Ernstige opmerkingen in de
A.R.K.A.-vergadering
In memoriam Z. Exc. jhr. mr. Ch. Ruys
de Beerenbrouck. In den muur van de
R.K. kerk te Vierakker, waar wijlen Z.
Exc. jhr. mr. Ruys de Beerenbrouck be
graven ligt, is een gedenksteen aenlaatst
WIJZIGING ONGEVALLENWET
Leden der advies-commissie
benoemd
I.K.R.-bestuur door
H. Vader ontvangen
Uiteenzetting van het wereld
probleem van de radio
door pater Dito
Op voortvarendheid bij de onder
handelingen met België
aangedrongen
Onze verhouding tot
Duitschland
Onderhandelingen met België
Handel met Italië
Nederlanders in Spanje
Betrekkingen met Duitsohland
Verkoudheid
ECHTE VALDA
Het bloed kruipt
Waar het niet gaan kan
Waar is Roestam?
Kamerlid verdwenen
Zeldzaam klooster-jubileum
Z U1DERZ EEV I S SC HERS EN
MOBILISATIE
Moderne s-poorwegrijtuigjen
Arboklso vereenk cwm-t enbes krit
Na de in veler ooren uitdagend klinken
de rede van den Duce te Milaan, waar
in deze de internationale positie van
Italië schetste, scheen de sinds den Abessini-
schen oorlog gespannen verhouding tusschen
Groot-Brittannië en Italië eerder verscherpt
dan verbeterd.
Mussolini sloot de mogelijkheid van een
vergelijk tusschen Rome en Londen betref
fende de machtsverhouding in de Middelland-
sche Zee niet uit, maar eischte van Engeland
als uitgangspunt de erkenning, dat de Mid-
dellandsche 'Zee voolr Italië een elementair
levensbelang vertegenwoordigt, terwijl zij voor
het Britsche Rijk slechts één der vele verbin
dingswegen zou vormen. Bovendien achtte
Mussolini het noodig te waarschuwen, dat
Italië als één man zich zou verheffen, indien
Engeland zou pogen Italië te „verstikken".
Alleen al deze veronderstelling was weinig
geschikt om een beteren geest tusschen beide
mogendheden te scheppen. £De ietwat opge
wonden toon van den Italiaanschen dictator
harmonieerde volkomen met die, welke de Ita-
liaansche pers en vooral de door den Duce
vaak geïnspireerde journalist Virginio Gayda
tegen Engeland heeft aangeslagen. Geheel on
begrijpelijk, van Italiaansch standpunt uit be
zien, was deze opgewonden agitatie tegen En
geland niet. Want al heeft het Britsche pres
tige ook een gevoeligen knauw gekregen ten
gevolge van het slagen van den Italiaanschen
veroveringsveldtocht tegen Abessinië en het
falen van de door Engeland gepropageerde en
geleide sanctie-politiek, Engeland heeft onmid
dellijk maatregelen genomen om de geleden
schade zoo goed mogelijk te herstellen. Het
sloot met Egypte een vriendschapsverdrag,
waardoor zijn positie in het Oosten van de
Middellandsche Zee sterker werd, dan wan
neer het de subordinatie van Egypte tegen
het nationalistische verzet van de machtige
Wafdpartij in zou hebben trachten te hand
haven. Door de toegevendheid van Engeland
werd het vraagstuk van de herbewapening der
Dardanellen buiten Italië om opgelost in een
zin, welke Turkije en •'Sovjet-Rusland voldoe
ning gaf, maar Italië allerminst aanstond.
King Edward maakte een vacantie-reis naar
alle Middellandsche Zee-mogendheden, welke
Engeland bijstand hadden toegezegd voor het
geval van een conflict met Italië, noodigde
den dictator van Turkije Ata Turk uit voor
een bezoek aan Londen en vermeed Italië, dat
zich de grootste en belangrijkste Middelland
sche Zee-mogendheid voelt, aan te doen.
Sir Samuel Hoare, de Britsche minister van
marine, hield ter zelfder tijd een zorgvuldige
inspectie in alle Engelsche vlootbases in het
Middellandsche Zee-gebied en kwam tot voor
Italië weinig aangename conclusies. En ten
slotte stak Engeland het niet onder stoelen
of banken, dat het zijn weerbaarheid zoo snel
mogelijk op peil brengt, waarop het Britsche
prestige gewaarborgd en de door'Engeland
voorgestane collectieve veiligheid, welke door
Italië een doode illusie wordt geacht, krachtig
gesteund zal worden. Over dit alles heeft de
Italiaansche pers Engeland bittere verwijten
gemaakt, ofschoon men aan het Britsche rijk
toch niet de rechten kan ontzeggen, welke het
Italiaansche Imperium voor zich opeischt. En
geland is voorloopig nog geen Abessinië.
Anthony Eden heeft zich door Mussolini's
rede te Milaan niet laten overbluffen.
Met een typisch Angelsaksische zelfbe-
heersching heeft hij den Duce van repliek ge
diend, zijn trouw aan den Volkenbond en de
collectieve veiligheidsidee beleden en verklaard,
dat de Middellandsche Zee voor het Britsche
Rijk evenzeer als voor Italië een levensbelang
vormt, omdat zij niet slechts één, maar de
voornaamste en meest bruikba
re verbindingsweg met de Aziatische gebieds-
deelen van het Empire is. Hij gaf echter toe,
dat wel degelijk de harmonie tusschen de Ita
liaansche en Britsche belangen in de Middel
landsche Zee zou kunnen worden hersteld.
Na dat internationaal dispuut tusschen twee
Imperia is plotseling een groote ontspanning in
hun verhouding gekomen. De Italiaansche pers,
tot voor kort nog heftig hakkend op het per
fide Albion, laat thans zoet-gevooysde klanken
hooren, zooals zij die sinds het Abessinisch con
flict voor Engeland niet meer wist te zingen, en
zelfs de Duce heeft in een interview met Ward
Price een zeer verzoenenden geest aan den dag
gelegd. Vanwaar dit verbluffend snel „rechts
omkeert" maken in de richting van Engeland?
De onderteekening van een voor Italië gunstig
Engelsch-Italiaansch handelsverdrag en het
besluit der Britsche regeering om de Britsch-
Indische troepen uit Addis Abeba terug te trek
ken en het gezantschap aldaar te vervangen
door een consulaat-generaal, welk besluit door
Italië beschouwd wordt als een eerste stap naar
een officieele erkenning van het Italiaansche
Keizen-ijk door Engeland, hebben natuurlijk het
hunne ertoe bijgedragen om de Italiaansche
stemming tegenover Engeland in haar tegen
deel te doen verkeeren. Maar voor een dergelij
ke totale „volta face" schijnen deze twee mo
tieven toch niet afdoende. Het zou ons niet
verwonderen, dat Berlijn, waar men niet onver
deeld ingenomen was met Mussolini's Milanee-
sche rede, hierin een woordje heeft meegespro
ken. Duitschland wil graag goede vrienden met
Engeland worden en achtte Mussolini's uitla
tingen aan het adres van Engeland even ontac
tisch als die, waarin hij zeide, dat hij het
Duitsch-Oostenrijksch accoord enkele dagen,
vóórdat het gepubliceerd werd, had goedge
keurd en dat Hongarije verdragsherziening
moest krijgen. Door de eerste uitlating voelde
Berlijn zich op de teentjes getrapt, omdat Mus
solini daardoor den schijn wekte alsof hij voogd
over Hitier speelde, en door de tweede heeft hij
Roemenië en Tsjecno-Slowakije weer afkeerig
gemaakt van de Italiaansch-Duitsche spil-poli-
tiek, welke hij aankondigde. Behalve door mo
gelijke pressie van Berlijn kan Mussolini ook
beïnvloed zijn door het inzicht, dat het toch
eigenlijk verstandiger is met het zich snel her
bewapenende Engeland goede vrienden te zijn
dan het te blijven contrarieeren. De illusie van
een Europa beheerschende en regelende viermo-
gendheden-combinatie, waarvan Engeland,
Frankrijk, Duitschland en Italië deel zouden uit
maken, heeft de Duce ondanks alles nog niet
bij de „morsdooden" ingedeeld, waartoe hij die
van den Volkenbond en het collectieve veilig
heidsstelsel en de eenheid en ondeelbaarheid
van den vrede wenschte te rekenen. Door met
Engeland op voet van een uitermate gespan
nen „gewapenden vrede" te blijven staan, zou
hij die dierbare illusie een even zwaren slag toe
brengen als hij de collectieve veiligheid, den
Volkenbond en de ondeelbaarheid van den vre
de toebracht, toen hij het al te veel vertrou
wen in Genève stellende Abessinië op het zwar
te lijf viel.
Links Yvonne en recht
Cécile toen ze 9 maande*
waren, in een leuke hou
ding door de camera verras
Op 28 Mei 1934 voltrok zich voor de
oogen van een verbijsterden dokter te Cal-
lender (Canada) een wonder. In consult
geroepen om zijn bijstand te verleenen bij
de geboorte van een wereldburger, werden
de ouders en hij verrast door de komst
van een vijfling!
Nimmer is het in de geschiedenis voor
gekomen, dat een vijfling langer dan een
uur in leven bleef. Dat de vijf Diönne'tjes,
zooals ze worden genoemd, niet alleen leven,
doch nu, na twee en een half jaar in den
besten welstand verkeeren mag voor een
goed deel worden toegeschreven aan de
doctoren en de verpleegsters, die de kin
dertjes met goede zorgen omringden.
De meest vooraanstaande specialisten op
het gebied van voedingsleer hebben niet
geaarzeld Quaker als voeding voor de vijf-
lingetjes aan te wijzen, nog voor ze een
jaar waren. Eiken dag krijgen ze het
smakelijke, roomige Quaker Havermout.
GRATIS BESCHIKBAAI
zoolang de voorraad strekt, vijf groote
kleurenreproducties (elk 18 X 23 cm.),
zonder eenige reclame-opdruk, van de
Canadeesche vijflingen, tegen inzending
van de uit 2 pakken geknipte Quaker-
mannetjes, franco als drukwerk met uw
adres aan Quaker, Postbus 905, Rotterdam
Denk er eens aan, wat deze aanbeveling ook
voor uw kinderen beteekent en geef hun dage
lijks Quaker Havermout.
Quaker wordt gemaakt van de beste zon-
gerijpte haver ter wereld, welke volgens een spe
ciaal procédé wordt geroosterd, waardoor Quaker
Havermout zijn bijzondere eigenschappen en zijn
roomigen, unieken smaak krijgt. Vlugkokend
Quaker Havermout klaar in een paar minuten.
World Copyright reserved
Nadruk verboden
Gelijk reeds gemeld, heeft het Verbond van
Ned. Werkgevers met het oog op de groote
belangen van de Neclerlandsche industrie bij
de Indische markt, besloten een eigen verte
genwoordiging te Batavia te vestigen.
Als vertegenwoordiger van het verbond is
aangewezen de heer L. Koster, die zich naar
Batavia zal begeven op 27 November a.s. per
s.s. „Dempo" van den Rotterdamschen Lloyd.
Voor zoover de tijd voor zijn vertrek nog
toelaat, is de heer koster nog beschikbaar voor
persoonlijk overleg, waartoe men zich kan
wenden tot het secretariaat van het Verbond
van Nederlandsche Werkgevers, Kneuterdijk 8,
's Gravenhage.
Naar verluidt, zal Prins Bernhard bij zijn
benoeming tot officier bij het wapen der ca
valerie worden ingedeeld bij het le Halfregi
ment Huzaren te Amersfoort. De plechtige be-
eediging zal aldaar geschieden.
De groep Gemeente Ambtenaren van de A.
R. K. A. is in vergadering bijeen gekomen. Op
een schrijven van de A. R. K. A. aan de ver
schillende organisaties tot oprichting van een
comité te Amsterdam in verband met de mo
netaire maatregelen der regeering, werd in
stemming betuigd door den C. N. A. B. onder
restrictie.
Naar aanleiding van een schrijven van de
Landelijke Groep der Gemeente Ambtenaren
over kennisgeving van vacatures, werd door
een der leden opgemerkt, dat het zeer vreemd
is, dat veelal in vacatures wordt voorzien door
n i e t-Amsterdammers, verder dat zonder op
roeping in de organen der organisaties amb
tenaren worden geplaatst en dat het eindelijk
zeer opvallend is, dat bij het aanstellen van
een twintigtal ambtenaren bij een bedrijf geen
enkele katholiek daarbij is. Onder de onge
veer 600 sollicitaties zullen zeer zeker brieven
geweest zijn van R. K. Hiertegen werd scherp
geprotesteerd en gewenscht, dat bij het ver
vullen van vacatures de wethouder of de
raadscommissie daarin zal voorzien.
Verder werd er op gewezen, dat het raads
besluit omtrent de 60-jarigen óf niet óf slechts
gedeeltelijk wordt uitgevoerd.
Na ampele discussie over de medezegging
schap werd besloten nadere berichten af te
wachten.
De voorzitter van den Hoogen Raad van Ar
beid heeft benoemd tot voorzitter van dc com
missie, welke prae-advies zal hebben uit te
brengen over voorontwerpen van wet tot wijzi
ging van de Ongevallenwet 1921 en de Land
en Tuinbouw-ongevallenwet 1922: prof. dr. J.A.
Veraart; leden en plaatsvervangend lid: Chr. v.
d. Bilt (N.V.V.), dr. E. J. Buning, J. M. Keij-
zer (Centraal Beheer), dr. L. C. Kersbergen, P.
J. Kolijn (Chr. Boeren- en Tuindersbond)dl'.
L. G. Kortenhorst (pl.v. mr. H. A. J. H.
Franses) (Alg. R.K. Werkgeversvereniging)H.
J. Kuiper (R.K.W.V.), dr. P. A. van Luyt, mr.
B. C. Slotemaker (Verbond van Ned. Werkge
vers), dr. L. Smit, H. H. Spoelstra (C.N.V.) en
mr. H. W. Groeneveld.
Onze Romeinsche correspondent seint ons d.d.
10 November:
De zittingen van het Internationaal Katho
lieke Radio Bureau zijn hedenochtend voortge
zet met een vergadering waarin huishoudelijke
zaken, o.a. de begrooting werden behandeld.
Hedenavond vond in de aula van de Grego-
riaansche Universiteit een openbare slotverga
dering plaats, die o.a. werd bijgewoond door de
Kardinalen La Puma en Verdier, den gouver
neur van den Vaticaanschen Staat Markies-Sera-
fini, den groot-meester van de Malthezer Orde,
Prins Chigi, den nuntius in Italië, Mgr. Bor-
gongini Duca, Mgr. Smit, Mgr. Eras, Pater
Kuhlman O.P. en talrijke Nederlandsche pries
ters en studenten van het Nederlandsch college.
Na de begroeting van den voorzitter van het
Romeinsche Congres-Comité en een inleiding
van den voorzitter van het bureau, den Pool-
schen Mgr. Marschall, sprak de directeur, pater
J. Dito O.P., die eerst in het Italiaansch een
woord van dank sprak voor de in Rome ontvan
gen hulp en ontvangst en daarna in het Fransch
de groote beteekenis van de radio in de huidige
wereld behandelde en den daaruit voortvloeien-
den plicht van de katholieken om dit bij uitstek
geschikte middel van apostolaat te gebruiken
voor de verbreiding der waarheid en de onder
steuning van alle goeds eenerzijds, anderzijds
voor de bestrijding van het atheïsme en het
nieuwe heidendom.
Na zijn met applaus besloten rede voerde het
woord de heer Maurice Hankard, secr. der Ka
tholieke Belgische Radio. Hij behandelde in een
interessante voordracht de verhouding van
radio en pers, waarin hij den nadruk legde op
de noodzakelijkheid van een nauw samenwerken
tusschen katholieke pers en radio met zorgvul
dige eerbiediging van beider gebied.
Het bestuur van het Internationaal Ka
tholiek Radio Bureau is Dinsdag te Rome
door Z. H. den Faus in audiëntie ontvan
gen.
Hierbij werd aan den H. Vader een adres ge
richt, waarin namens de vertegenwoordigers
der 22 landen, aangesloten bij het Bureau,
dank werd betuigd voor de bijzondere bemoe
diging, welke men tijdens het jongste congres
te Praag van Z. H. mocht ontvangen.
Volgens de laatste statistieken zijn er op de
wereld meer dan 57 millioen radio-ontvang
apparaten, welk cijfer minstens verviervoudigd,
het aantal luisteraars oplevert. 1700 zendsta
tions hebben de golflengten onder elkaar ver
deeld. Onder de zenders van eersten rang zijn
er slechts enkele katholiek, waaronder de Radio
Vaticana. Hun invloed beteekent echter
slechts weinig tegenover de ontwrichtende
en immoreele invloeden, welke zich door de
radio doen gelden. Men denke slechts aan het
communisme, dat zich voortdurend via 24 zen
ders in 62 verschillende talen manifesteert.
De taak van het I. K. R. is om hiertegen in
alle landen het geweten der luisteraars wak
ker te maken. Millioenen Katholieken weten
nog niet beter dan zonder onderscheid naar
alles te luisteren. In „arbeidersmilieu's zijn
vrouwen gewoon van 's morgens vroeg tot
's avonds laat naar de radio te hooren, zonder
ooit een gids te raadplegen. Een verschijnsel,
dat daaraan gepaard gaat, is een groote terug
gang van het aantal uitgeleende boeken in de
volksbibliotheken.
Dit onbeperkt gebruik van de radio wijst
onmiskenbaar op verminderde verstandelijke
neigingen en zelfbeheersching. Maar het kwaad
is wel heel groot, als men bedenkt, dat deze
luisteraars zich op goed geluk overgeven aan
alles wat men hun in den aether gelieft voor
te zetten. Hoeveel erger zal dat alles nog wor
den indien ook de televisie rijp is voor de
huiskamer.
Voor den zwaren strijd tegen dit kwaad
vraagt het bestuur van het I. K. R. de aan
wijzingen van Z. H. den Paus.
Gedurende een kwartier sprak de H. Vader
dc bestuurders toe en zette de groote waarde
uiteen, die dit wonderbare nieuwe middel kan
hebben voor de verbreiding van de waarheid en
van het geloof.
Blijkens het voorloopig verslag der Tweede
Kamer over het derde hoofdstuk der rijksbe-
grooting voor 1937 (Buitenlandsche Zaken)
achtten enkele leden, die steeds tegenstanders
waren geweest van de deelneming van Neder
land aan den Volkenbond, wijl deze niet ge
grondvest is op de beginselen van Gods woord,
hun afkeurend oordeel over deze instelling door
de gebeurtenissen van den laatsten tijd steeds
meer gemotiveerd.
De mislukking van de toepassing der sancties
heeft, naar deze leden opmerkten, den aandrang
om den bond te verlaten bij velen versterkt. Zij
herhaalden hun wensch, dat Nederland zich uit
den Volkenbond zal terugtrekken. Zij achtten
daarvoor thans te meer reden aanwezig, nu door
de aansluiting van Rusland het onchristelijke
element in den bond nog is versterkt.
Van verschillende andere zijden werd deze
zienswijze krachtig bestreden. Daarbij werd uit
gegaan van het karakter van den Volkenbond
als internationaal rechtsinstituut, als een orga
nisatie tot het bevorderen van het recht onder
de volken, als een instelling tot opbouw en
handhaving van een internationale rechtsorde.
Dat dit instituut nog onvolkomen werkt
meende men is geen reden om het prijs te
geven of daaraan ziin medewerking te onthou-
In plaats van uit den bond te treden stelle
ons land met inachtneming van zijn positie het
mogelijke in het werk om de gedragslijn van de
bondsleden in overeenstemming te doen zijn
met de grondgedachte en de bepalingen van het
pact.
Dat het niet slagen van de tegen Italië ge
richte sancties het prestige van den Volkenbond
heeft geschaad, ontkenden de hierbedoelde le
den niet. Elke misrekening zal dat doen. Men
bedenke echter, dat in dit geval de misrekening
niet lag in een overschatting van den invloed,
dien de sancties bij een langeren duur hadden
kunnen hebben, doch in een onderschatting van
het weerstandsvermogen van het aangevallen
land. Ook heeft zich bü deze gelegenheid het
feit weder gewroken, dat niet alle landen bij
den bond zijn aangesloten, evenals dit andere
feit, dat in verschillende landen, die wel zijn
aangesloten, de Volkenbondsgedachte nog zeer
onvolkomen is ontwikkeld.
Sommige leden meenden, dat het aanzien en
de kracht van den Volkenbond mede ernstig
hebben geleden door het toelaten van Rusland
als lid van den bond en door het als gevolg
daarvan achterwege blijven, ondanks de vele
naar Genève gezonden protesten, van elke actie
tegen de geloofsvervolging, welke in dat land
plaats vindt.
Ook waren er leden, die het onjuist achtten,
dat een land als Abessinië tot den Volkenbond
was toegelaten, waar slavernij en andere bar-
baarsche zeden heerschten, toen het te zamen
met Westersche en Oostersche beschaafde lan
den als gelijkwaardige te Genève ging aanzit
ten.
Inlichtingen werden verzocht omtrent den
stand der onderhandelingen met België in zake
de herziening van de tractaten van 1839. Het
kwam den leden, die zulks deden, voor, dat het
om meer dan am reden gewenscht is, dat met
die onderhandelingen de noodige voortvarend
heid wordt betracht.
Een deel dezer leden wees in het bijzonder
op het gevoel van onbevredigdheid, dat de trage
gang van zaken in dit opzicht opwekt in Wes
telijk Noord-Brabant.
In dat gedeelte van ons land wordt sedert
tientallen van jaren, vooral sedert het hevige
waterbezwaar in 1917, uitgezien naar een ver
betering van de afwatering.
De hier aan het woord zijnde leden stelden
de vraag, of de minister bij nadere overweging
niet met hen van oordeel is, dat het ter hand
nemen van de verbetering van den waterstaats
toestand van Westelijk Noord-Brabant los van
de herziening van de tractaten van 1839 toe
laatbaar moet worden geacht.
Gaarne zouden verscheidene leden zoo
volledig mogelijk worden ingelicht omtrent
het geschil met België over het onttrekken
van water aan de Maas voor de voeding
van nieuwe kanaalwerken in dat land.
Daarbij zou men ook de redenen willen zien
uiteengezet, welke de regeering er toe heb
ben gebracht deze aangelegenheid bij het
Internationale Hof van Justitie aanhangig
te maken.
Verscheidene leden zouden het opnieuw tot
stand brengen van een diplomatieke en consu
laire verbinding van ons land mes Rusland
van groot belang achten.
Van verschillende andere zijden werd weder
aanknoopen van diplomatieke en consulaire be
trekkingen met Rusland sterk ontraden en het
in dezen door de regeering ingenomen stand
punt zonder reserve goedgekeurd.
Gevraagd werd, of de minister inlichtingen
kan verstrekken omtrent den loop der onder
handelingen met Italië inzake herstel van onze
normale handelsbetrekkingen met dat land.
Verscheidene leden zouden gaarne volledig
worden ingelicht omtrent de houding, welke
onze diplomatieke en consulaire vertegenwoor
digers in Spanje hebben aangenomen ten aan
zien van de tijdens het uitbreken van de revo
lutie aldaar verblijf houdende Nederlanders. Is
vroegen zij op eiken post al hetgeen bij
de vaak verwarde toestanden mogelijk was ge
daan om die Nederlanders en hun belangen te
beschermen? Is zulks met name ook geschied
te Valencia?
Kan werd in dit verband gevraagd de
minister mededeelen, of de berichten juist zijn,
volgens welke te Madrid een Nederlander ge
vangen zou zijn genomen?
Eenige leden meenden reeds thans te kennen
te moeten geven, dat zij over de houding van de
Nederlandsche vertegenwoordiging in Spanje,
gelijk die tot dusver bekend is geworden, weinig
tevreden waren.
Van andere zijde werd hiertegenover gesteld,
dat de verklaring, welke van de genoemde hou
ding door bemiddeling van den regeerings-pers-
dienst is gegeven, aannemelijk is.
Gaarne zouden sommige leden vernemen, op
welke wijze thans in de verschillende deelen
van Spanje de belangen van Nederland en de
aldaar verblijvende Nederlanders worden be
hartigd.
Naar de meening van een der leden wordt
hier te lande een sfeer gekweekt, die niet be
vorderlijk is aan een goede verhouding tot
Duitschland, welke toch, mede in verband met
de belangen van onzen handel en onzen land
bouw, als een begeerenswaard goed is te be
schouwen.
Sommige leden brachten in het bijzonder de
toelating van Duitsche vluchtelingen in ons
land ter sprake. Zij wezen er op, dat zich daar
onder een niet onbelangrijk aantal communis
ten bevinden. Naar hun meening behooren deze
in geen geval te worden toegelaten.
Ten aanzien van de uitzetting uit Duitschland
van vier willekeurig aangewezen Nederlanders
sprak de commissie van rapporteurs den wensch
uit, dat de regeering in de memorie van ant
woord die mededeelingen zal doen, welke zij
yoor een goed begrip van aaken noodig acht.
Bestrijd
vóór zich complicaties voordoen.
Gebruik
het sterk antiseptische geneesmiddel
Maar vraag naar de
in Hollandsche doozen.
50 cent.
Officieel beweert de S. D. A. P., dat
ze met het communisme niet te ma
ken wil hebben. Althans in Neder
land, want in Spanje zou ze met alle mid
delen zelfs willen ijveren voor het wettig
gezag van de communisten en anarchisten,
die er op het oogenblik in het Ministerie
zitten.
Het bloed kruipt waar het niet gaan kan.
Wijlen dr. F. Wibaut verzweeg zijn ver
langen naar het eenheidsfront met de
communisten niet. En niet alleen onder
de prikkeling van den Spaanschen bur
geroorlog komen de werkelijke sympa
thieën voor Sovjet-Rusland los. In het
jongste nummer van De Sociaal-democraat
wordt ronduit erkend:
„Welke bezwaren men ook moge hebben
tegen de werkelijk onmenschelijke me
thoden, waarmee de bolsjewieken hun ge
zag hebben gevestigd en gehandhaafd in
„hun" republiek, deze is er nu eenmaal en
in de gegeven omstandigheden zou o.i.
haar ineenstorting niet minder dan een
wereldramp zijn. De volstrekte afwijzing
van eiken vorm van dictatuur voor
West-Europa, kan zeer goed samengaan
met de erkenning, dat daarom alle dicta
turen nog niet over één kam te scheren
zijn; dat achter de onmenschelijke Russi
sche methoden ten slotte een groote Idee
staat, achter de onmenschelijke "Duitsche
en Italiaansche daarentegen niets. In
derdaad, het bloed kruipt waar het niet
gaan kan!
Wij lezen in het Volk:
Wij leven hier niet in een commu
nistisch of fascistisch geregeerden
staat, waar parlementariërs als oud vuil wor
den behandeld en op een wenk van een al-
machtigen dictator van dit aardsch tooneel
verwijderd kunnen worden. Daarom vragen wij:
waar is Roestam? Het heeft onze aandacht
getrokken, dat de communistische Indonesiër
al lang niet meer in de Kamer is geweest. Wat
mag hiervan de oorzaak zijn? Ruzie met de
fractie? Feit is, dat zij van dezen Indonesische!!
specialist weinig pleizier heeft beleefd. Aller
eerst omdat een enkele Indonesiër in een Neder
landsch parlementair milieu een zeer hache
lijke taak heeft, voor welks vervulling uitzon
derlijke gaven worden vereischt, die de heer
Roestam niet getoond heeft te bezitten. Maar
toch sprak hij, op zijn manier, zoo af en toe een
taal, die te verstandig klonk om in communis
tische ooren genade te vinden. De fractie
scheen dan ook reeds geruimen tijd weinig ge
sticht over haar Indonesisch paradepaardje. En
nu is de goede man eensklaps verdwenen. Waar
heen? Heeft de G.P.Oe hem op een Russische reis
gepakt, heeft hij er zelf den brui aan gegeven,
zijn er weer moeilijkheden met schuldeischers, of
wat is er aan de hand?
Wij weten het niet en vragen daarom: waar
is Roestam?
Vrijdag 13 November hoopt he eerw. frater
Honoratius van der Velden den dag te herden
ken, waarop hij 65 Jaar geleden zijn intrede deed
in de Congregatie van de Fraters van Tilburg.
Het grootste deel van zijn leven heeft de thans
91-jarige kloosterling besteed aan het welzijn
van de blinden. Eerst werkte hij 37 jaar in het
blindengesticht te Maaseyk (België) en vervol
gens 24 jaar in het bekende St. Henricus-ge-
sticht te Grave.
Ter gelegenheid van zijn diamanten klooster-
feest werd de jubilaris onderscheiden met de
gouden eere-medaille, verbonden aan de Orde
van Oranje Nassau.
Minister Colijn heeft ten vervolge op de be
antwoording van vragen van het Tweede Ka
merlid Duymaer van Twist betreffende het niet
toekennen van een tegemoetkoming wegens
waardevermindering ingevolge de Zuiderzee-
steunwet aan belanghebbenden, die op 25 Juli
1918 onder de wapenen waren, o.m. medege
deeld, dat hij van meening is, dat het niet aan
gaat, alleen voor een deel der oud-gemobili-
seerden af te wijken van den algemeenen regel,
dat tegemoetkoming wegens waardeverminde
ring volgens het Zuiderzeesteunbesluit niet in
aanmerking komt voor belanghebbenden, die
eerst na 25 Juli 1918 zich een vaartuig hebben
aangeschaft, met inachtneming overigens van
hetgeen daaromtrent is bepaald.
Naar wij vernemen zijn de acht motorrijtui
gen, die door de Ned. Spoorwegen bij Werk
spoor besteld zijn, bestemd om dienst te doen
op de lijn AlkmaarDen Helder, in aansluiting
van en op de electrische treinen Alkmaar
Amsterdam. De rijtuigen, die ruim 26 M. lang
zullen worden, en 23 tweede, benevens 64 derde
klasse reizigers kunnen vervoeren, kunnen een
snelheid van ruim 110 K.M. per uur bereiken.
Men hoopt ze met den winterdienst 1987 in ge
bruik te kunnen nemen.
Dinsdag is uitgegeven het staatsblad: no. 349.
Besluit van den 2den November 1936, tot aan
vulling en wijziging van het arbeidsovereen-
konjstenbesluit.