Mar greet
Hoe R.K. geschiedenisonderwijs
moet zijn
INTERESSANTE REDE
HET A.S. PRINSELIJK
HUWELIJK
Jong-Brabant
DINSDAG 29 DECEMBER 1936
Eerbied voor het Gezag
beursvacantie
minister van schaik
Luchtwaardigheid der
K.L.M.-toestellen
Aan drie eischen moet het voldoen:
'l moet katholiek, Nederlandsch
en systematisch zijn
Toespraak Mgr. Möllmann
DOOR ANNY VON PANHUiJS
Mr. JELGERHUIS SWILDENS
OVERLEDEN
Oud-president der Hooge Gerechts
hoven in Indië
MOTORRIJTUIGEN
BELASTING
|De K.N.A.C. bereikt weeft-
een vrijspraak
Kerstmolen in bruidstooi
Verzoek om extra-uitkeering
aan werkloozen
Indische vorsten gasten van
„Oost en West"
Feestviering te Manchester
Contingenteeringen
Geslaagde viering van het 25-jarig
jubileum in Den Bosch
31 December en 2 Januari
BELEEDIGD
MOLENAAR GEDOOD
Klap van een molenwiek trof hem
PAARDEN OP HOL
Dieren van het koninklijk stal
departement gewond
OPLICHTERS VEROORDEELD
Zwendel met Sweapstake-loten
INBRAAK IN EEN KERK
De brandkast open gebroken en
geplunderd
Tusschen de buffers doodgedrukt
Hongaarsche onderscheiding
Verklaring van officieele instanties
GRAANVOORRADEN
Regeling der restitutie
UIT DE STAATSCOURANT
Buitenl. onderscheiding
Binnenlandsche Zaken
Onderscheidingen
Onderwijs
Zuivelcentrale
In de te Haarlem gehouden vergadering van
de St. Cassianusvereeniging (Ver. van Hoofden
van R.K. Bijzondere Scholen in het Bisdom
Haarlem) hield de heer G. J. Rooymans, lee-
raar aan het St. Ignatiuscollege te Amsterdam,
een lezing over het onderwerp „U is katho
liek. U is Nederlander. En Uw geschiedenison
derwijs?"
Na eenige huldigend,e woorden gericht te
hebben tot Mgr. Möllmann en den voorzitter,
herinnerde spr. er aan, dat reeds vroeger al
gemeen verbetering van het geschiedenisonder
wijs noodzakelijk werd geacht, speciaal voor de
R. K. Scholen. Het probleem is echter zeer
moeilijk en veelomvattend. Geschiedenis wordt
in kinderoogen veelal als een dor vak, een op
somming van oorlogen beschouwd, doch spr.
zette in lyrische bewoordingen uiteen wat ge
schiedenis eigenlijk is. Het vak vraagt veel van
verstand en geheugen. Vooral komt het er op
aan uit welken gezichtshoek, op grond van welke
overtuiging men het beziet. Bovenal moet men
in het onderwijs laten zien hoe de geschiedenis
het bewijs geeft van de voortdurende leiding van
God.
Op het terrein der internationale en nationale
geschiedenis heerscht geen malaise! De gebeur
tenissen volgen elkaar thans zoo snel op, dat
zelfs bekwame geesten ze niet kunnen verwer
ken.
Beperking in de keuze der feiten is dus bij
het onderwijs gebiedend noodzakelijk. Maar hoe?
Aan drie eischen moet volgens spr. goed ka
tholiek geschiedenisonderwijs voldoen: het moet
zijn katholiek, Nederlandsch en systematisch.
Uitvoerig schetste spr. hoe door het geschie
denisonderwijs het Katholicisme als verbin
dingsdraad door alle eeuwen gesponnen moet
worden. Onze kinderen moeten meeleven met
de moeilijkheden en de zegepraal van onze
Kerk. De Heiligen, die zoo'n grooten invloed op
Nederland hebben gehad, worden veel te weinig
uitgebeeld. St. Willibrordus en Bonifaeius en de
andere pioniers zijn veel belangrijker dan alle
graven uit het Hollandsche Huis samen; de
beschavingsarbeid van Geert Groote enz. veel
voornamer dan de gemalinnen van alle stad
houders bij elkaar.
Ook den Volkenbond moeten wij een plaatsje
in ons onderwijs geven.
Bij het onderwijs legge men ook den nadruk
op hetgeen het zwaarst weegt.
Men mag de geschiedenis niet verdraaien.
Spr. gaf nog veel meer voorbeelden van de
wijze, waarop men in katholieken kring de be
schouwing van historische feiten moet herzien.
Moge, zoo besloot spr. zijn boeiende, gloed
volle, beeldrijke en met groote aandacht ge
volgde lezing, aan onze kinderen steeds meer
het nationale bewustzijn worden bijgebracht en
laten wij altijd tegengaan de leugen, dat Ne
derland een Protestantsche Natie zou zijn! (Ap
plaus.)
Bij de hiema volgende gedachtenwisseling
werd den spreker van vele zijden hulde ge
bracht. „Als we zulke leeraren als U op onze
kweekscholen hadden gehad, dan zou het on
derwijs op onze lagere scholen thans heel an
ders zijn!", merkte o. a. de heer Weustink, oud
inspecteur van het L. O. op.
Aan het einde der morgenzitting hield Z.D.H.
Mgr. M. P. J. Möllmann, eere-voorzitter der ver-
eeniging, de volgende toespraak:
Wat hebben wij, katholieken, overvloedige re
den tot dankbaarheid, wanneer wij ons open
baar leven vergelijken met dat van het buiten
land. Ons is de vrije beoefening van ons Ge
loof toegestaan en gewaarborgd. Niet het minst
mogen wij ons verheugen, omdat wij in staat
zijn, onze jeugd overeenkomstig de wet, waar
achtig op te voeden tot maatschappelijke en
christelijke deugden: wij behoeven het geloof
niet uit te schakelen uit het onderwijs, maar
mogen en moeten ons onderricht den zuur
desem geven van den godsdienst. Ten gevolge
van de financieele gelijkstelling van openbaar
en bijzonder onderwijs is het ons mogelijk ge-
Worden, voldoening te geven aan alle ouders,
die voor hun kinderen katholiek onderwijs ver
langen.
Als dit alles waar is, dan rust op den katho
lieken onderwijzer en vooral op de katholieke
hoofden van scholen een zware verantwoorde
lijkheid. Zij hebben de roeping, de macht en
de gelegenheid om katholiek onderwijs te ge
ven, dat wil zeggen, de katholieke leer goed te
kennen en bij hun onderricht vruchtbaar te
maken. Dit moeten zij doen door woord, door
gebed, door voorbeeld.
In onzen tijd is het meer dan noodzakelijk,
dat het kind van jongsaf eerbied wordt geleerd
voor het gezag. In den Kersttijd is het voor U
„Mijn beenen zijn altijd blij," knikte ze toe
stemmend. Haar tandjes schitterden en haar
stralende oogen schenen met één enkelen blik
alles om haar heen te omvatten. „De hemel is
zoo blauw en de zon is zuiver goud en de bloe
men, de mooie bloemen zijn zoo bont. Moet ik
dan niet dansen?" Ze jubelde: „Omdat alles zoo
Prachtig mooi is, moet ik wel dansen-." Ze sprong
elastisch op en trok haastig haar kousen en
schoenen aan.
„Ik moet nu naar huis, koffiedrinken, anders
Zoekt moeder me." Met een paar vlugge sprongen
Was ze weg.
De kinderen lachten en gingen uiteen. Zij
Waren wel gewend aan de wijze, waarop hun
Vriendinnetje er meestal van door ging.
De heer vroeg aan oen ouderen jongen, die nog
sen poosje bleef zitten: ,,Hoe heet die kleine
danseres?"
De jongen antwoordde: „Dat is Ria Fresenius
en zy woont daarginds in dat witte huis."
Zijn vinger wees naar een kleine villa, die ach
ter wat boomen verscholen lag. Een fluittoon
Van een kameraad riep den jonsen wem
al heel gemakkelijk, wanneer het er op gewe
zen wordt, hoe Jezus, God van Eeuwigheid,
onderdanig was aan zijn schepselen: Maria en
Joseph. Zelfs in het heuglijk feit, dat het hu
welijk onzer Kroonprinses zoo luisterrijk wordt
gevierd, kan de onderwijzer aanleiding vinden,
om uit te leggen, dat alles tenslotte zijn reden
tot feestviering moet hebben in den eerbied
voor de tijdelijke overheid. Maar woorden wek
ken, voorbeelden trekken.
Het zou niet te verantwoorden zijn, indien de
leeraar in het bijzijn zijner leerlingen stevige
critiek uitoefent op Geestelijk of tijdelijk ge
zag.
Ik kan mij ook niet voorstellen, dat, nu
de Kerkelijke Overheid zoo duidelijk heeft
gesproken, een goed onderwijzer zijn sym
pathie zou uiten, voor een staatsinrichting,
die allerduidelijkst de vrijheid van het ka
tholiek onderwijs aan banden legt of niet
al zyn invloed zou aanwenden, desnoods
met opoffering van eigen inzichten, tot
versterking voor en boven alles van onze
staatkundige eenheid.
Zijn wij toch overtuigd, dat door minachting
van het gezag zoo gemakkelijk ergernis wordt
gegeven! U weet toch beter dan ik: de tegen
woordige jeugd is opstandig en buigt moeilijk
voor het gezag. Helpt haar daarom door Uw
woord, door Uw voorbeeld, ook door Uw ge
bed.
Moge U allen bewaarheid worden bijzon
der in het volgend jaar, dat zoo belangrijk is
voor ons vaderland hetgeen de H. Kerk
bidt op dit feest van Onnoozele Kinderen: dat
wij het geloof, dat onze tong uitspreekt, ook
door ons levensgedrag mogen belijden. Dit is
mijn „Zalig Nieuwjaar!"
In de middagvergadering werden de aftre
dende bestuursleden, de heeren W. P. J. Ber-
tels en C. Paardekooper, bij acclamatie her
kozen.
De heer H. v. d. Weyer, Inspecteur van het
L. O., hield tenslotte een korte lezing met
lichtbeelden over iets uit de oude geschiedenis
van ons land, n.l. het ontstaan van Nederland
en de wording van den bodem.
In bijna 68-jarigen ouderdom is te 's-Gra-
venhage overleden mr. H. Jelgerhuis Swildens,
oud-lid van den Raad van Nederlandsch-Indië,
oud-president van de beide Hooge Gerechts
hoven in Ned. Indië, en oud-president van het
algemeen suikersyndicaat in Ned. Indië.
De thans ontslapene werd geboren te Drach
ten 13 Februari 1869 en trad in 1894 in Indi-
schen dienst. Na verschillende betrekkingen te
hebben vervuld bij de rechterlijke macht werd
hij in 1897 benoemd tot substituut-griffier bij
den Raad van Justitie te Soerabaja. In 1900
volgde zijn benoeming tot lid van dienzelfden
raad en in 1903 die tot griffier van den Raad
van Justitie te Batavia.
In 1909 werd mr. Jelgerhuis Swildens grif
fier van het Hoog Gerechtshof in Nederlandsch
Indië, om in 1912 de functie te gaan beklee-
den van lid van den Raad van Justitie te Ba
tavia. In 1916 volgde zijn benoeming tot raads
heer in het Hoog Gerechtshof van Ned. Indië,
van welk college hij nog hetzelfde jaar presi
dent werd. Bij Kon. Besluit van 24 Februari
1924 werd de thans overledene benoemd tot
lid van den Raad van Nederlandsch Indië. Twee
jaar later werd hem op zijn verzoek eervol
ontslag verleend. Mr. Jelgerhuis Swildens was
ridder in de orde van den Nederlandschen
Leeuw.
De teraardebestelling van het stoffelijk over
schot zal geschieden Donderdag a.s. te half drie
op Oud Eik en Duinen.
Gedrurende de laatste anderhalf jaar be
reikten de K. N. A. C. herhaaldelijk klachten
van handelsreizigers, die in hun auto's koffers,
inhoudende monstercollecties, stalen en dèrge-
lijke vervoerden en dan wegens overtreding' der
motorrijtuigen- en belastingwet aangehouden
en bekeurd werden.
De fiscus bleek zich namelijk op het stand
punt te stellen, dat hij, die bijv. de achterleu
ning en de zitkussens van de achterbank uit
zijn auto verwijdert, om in de aldus ontstane
ruimte koffers te vervoeren, daardoor zijn auto
wijzigt in een vrachtwagen en alsdan komt te
vallen in het hoogere tarief der motorrijtuigen
belasting.
De K. N. A. C. heeft toen in een proefproces,
dat in Mei j.l. voor den politierechter te Roer
mond werd gevoerd, een vrijspraak bereikt.
In de directie Groningen werd echter nog
steeds in dergelijke gevallen proces-verbaal op
gemaakt, zoodat de K. N. A. C. besloot, ook
Nu stond de heer alleen aan den rand van de
wei, en geheel verlaten lag nu de plaats, waar
weinige minuten geleden een blond elfenkind
sprookjesachtige dansen had uitgevoerd.
Ria Fresenius! Hij sprak den naam verschil
lende keeren stil bij zichzelf uit, om hem goea
te onthouden en dacht: Ze is een sensatie, deze
kleine Ria!
Maar in plaats van zijn wandeling naar het
bosch voort te zetten, keerde hij plotseling om
en als door een magneet getrokken, liep hij
recht naar het kleine witte huis, waar het meisje
wonen moest. Een gedachte was in hem opgeko
men, een gedachte die hem niet meer los liet. Hij
wilde althans een poging doen, deze gedachte te
verwezenlijken.
Het was hem opeens, als had hij in het kleine
huisje, waaraan de helgroene vensterruiten iets
frisch'en vroolijks gaven, een zending te ver
vullen.
Een tuintje lag om het huis, maar het lage
poortje stond open. Hij belde aan de huisdeur,
waarnaast een klein koperen bordje met den
naam Fresenius was aangebracht.
Een kraakhelder dienstmeisje deed open. Haar
oogen bekeken vol verbazing den vreemden heer,
terwijl ze vroeg wat hij wenschte.
„Ik zou graag mijnheer of mevrouw Fresenius
spreken."
Hij overhandigde haar zijn kaartje.
Ze keek hem nog meer verbaasd aan.
„Mijnheer Fresenius is al drie jaren dood."
„Dan zou ik wel graag mevrouw willen spre
ken," zei hij,
daar een proefproces uit te lokken. De behan
deling daarvan geschiedde dezer dagen voor den
politierechter te Groningen.
De politierechter sprak den verdachte vrij,
o.a. op de overweging, dat het enkel verwijde
ren van achterleuning en zitbank een perso
nenauto niet van karakter doet veranderen en
zeker niet maakt tot een bestel-auto.
De K. N. A. C. vertrouwt, dat zij door het
uitlokken van deze beide proefprocessen thans
heeft bereikt, dat over het geheele land een
uniforme interpretatie der wet en van de reso
lutie zal worden gevolgd en dat dergelijke be
keuringen als waarvan hier sprake is, voorgoed
tot het verleden zullen behooren.
In 1925 heeft de gemeente 'sGravenhage den
molen „De Korenaer" te Loosduinen aange
kocht, ten einde dezen in stand te houden. Deze
molen, ook wel genaamd de Prins Maurits-
molen, dateert van 1721.
Ter gelegenheid van het vorstelijk huwelijk
heeft het Haagsche gemeentebestuur gemeend
den molen op 'n karakteristieke wijze te moeten
doen versieren. Daarmede is tevens een oude
traditie in eere herstld.
De wieken zijn doorvlochten met de hoofd-
zeilen en de reservezeilen. Waar deze elkaar
ontmoeten, is als afsluiting het vierkante raam
geplaatst. In den linker- en rechterbovenhoek
is een hart (symbool van de liefde) aangebracht,
terwijl in den linker- en rechterbenedenhoek
een ring (symbool van de trouw) is geplaatst.
De bazuinblazers boven op en aan de wieken
verkondigen de faam (de boodschap) naar
buiten uit (dus de wereld in). Boven de kap
rijst de zon (gelukszon).
Aan de snoeren hangt zoowel ter linker- als
ter rechterzijde een ring met pijlen doorkruist
(symbool van Amor), daaronder een hart, daar
onder de zon, die naar men hoopt voor
de gehuwden figuurlijk en letterlijk zal schij
nen, daaronder de bruidskooi of bruigomshuis
(links) en het bruidshuis (rechts). De bedoe
ling van deze voorstelling is, dat door het hu
welijk het vrijgezellenleven wordt gekooid, ter
wijl tevens hiermede de huwelijkstrouw is ge
symboliseerd. Daaronder hangt een oud-Hol-
landsche kroon. Deze kroon heeft velerlei be-
teekenis, doch de symbolische hoofdgedachte
is dat de Kroon in donkere tijden licht zal
brengen.
Ten slotte zij nog opgemerkt, dat de stand der
wieken „vreugde" beteekent. Dat dit een vreugde
van belang is, wijzen de gedeeltelijk weggenomen
roeborden aan.
Het spant van dennegroen, gespannen tus-
schen de beide wieken, dient alleen om het bord
„J. B." te dragen.
De molen kan in feeststand niet draaien. Op
de kap mag uitsluitend de nationale vlag wor
den geplaatst.
Eén molenaarsknecht uit de Zaanstreek heeft
dit werk uitgevoerd.
Het bestuur van het R.K. Werkliedenverbond
heeft, zoo meldt de Volkskrant, zich tot den mi
nister van Sociale Zaken gericht met een schrij
ven, waarin dit bestuur den minister verzoekt
te willen bevorderen, dat bij gelegenheid van
't huwelijk van Prinses Juliana en Prins Bern-
hard aan de werkloozen (gesteunden en tewerk-
gestelden) een extra-uitkeering zal worden ver
strekt zooals ook bij de verloving van het
Prinselijk Paar is geschied.
Tevens verzocht het bestuur te willen bevorde
ren, dat aan de om een of ander feit ge
strafte arbeiders in de steunverleening en de
werkverschaffing kwijtschelding van hun straf
zal worden verleend.
Het hoofdbestuur van Oost en West ontving
Maandagavond de te 's Gravenhage verblijf hou
dende Indische deputaties, herwaarts gekomen
cm het Prinselijk huwelijk op 7 Januari bij te
wonen, aan een „rijsttafel" in het gebouw Per-
singgahan.
De vereeniging Neerlandia in Lancashire en
Cheshire is van oordeel, dat hare leden er de
voorkeur aan geven op den trouwdag van Prin
ses Juliana en Prins Bernhard via de radio de
plechtigheden thuis te hooren.
Zij heeft daarom besloten dit heuglijk feit
een week later te herdenken. Zij organiseert
daartoe op Donderdag 14 Januari, des avonds
te half acht, in de feestzalen van het restau
rant Royal, Peterstreet, Manchester, een diner
dansant.
Blijkens het voorloopig verslag over een aan
tal ontwerpen van wet tot regeling van den
invoer, verklaarden lenige leden der Eerste
Kamer met voldoening kennis te hebben genö-
men van het voornemen der regeering, tot be
perking van de contingenteeringen over te gaan.
Vele leden vestigden de aandacht op de
groote beteekenis van de mogelijkheid van con-
tingenteering bij het voeren van onderhande
lingen met het buitenland en om dumping tegen
te gaan.
Voorts betoogden zij, dat ten onzent de con-
tingenteering ongeveer 30 pCt. van den invoer
beloopt, terwijl andere landen tot een veel hooger
percentage den invoer beperken.
Het meisje ging en keerde even later weer te
rug.
Ze liet hem in een aardige hei-lichte kamer.
Enkele oogenblikken zat hij hier alleen; toen
werd vanuit een vertrek ernaast een zwaar gor
dijn weggeschoven en 'n sierlijke, meisjesachtige
gestalte in zwaren rouw gehuld stond voor hem.
Hij stond op en boog beleefd. „Neemt u me
niet kwalijk, mevrouw, dat ik u stoor
Ze viel hem in de rede.
„Het meisje, dat me uw kaartje bracht, zei,
dat u eerst mijn man had willen spreken."
Hij schudde het hoofd. „O nee, ik vroeg naar
mijnheer of mevrouw Fresenius, ik kom eigenlijr
voor uw kleine dochtertje. Ik zag Ria vandaag
dansen op een wei hier in de buurt, daarover
wilde ik met u spreken."
„Het is dus niet iets, wat direct mijn man be
treft," zei ze. Zij glimlachte nu heel even. Eigen
lijk was het slechts de schaduw van een glim
lacht, een nauw merkbaar vertrekken van den
kleinen rooden mond, die zoo vreemd afstak te
gen het bleeke, droevige gezicht.
Ze bood hem een stoel aan en keek besluite
loos naar het visitekaartje, dat zij nog altijd in
de hand hield.
Hij boog even.
„Ik heet Erich Dorenkamp, Dr. Erich Doren
kamp staat op mijn kaartje, en ik ben, wat niet
op mijn naamkaartje staat, directeur van een
circus in Berlijn met denzelfden naam; mis
schien hebt u er wel eens van gehoord?"
Over haar bleek gezicht joeg een lichte blos
en bijna wrevelig klonk het antwoord:
..Ik ben de weduwe van den kantonrechter
Dezer dagen hebben wij reeds melding ge
maakt van de réunie die de leden en
oud-leden van Jong-Brabant op derden
Kerstdag zouden arrangeeren naar aanleiding
van het 25-jarig bestaan der vereeniging.
De réunie is alweer achter den rug en heeft
als alle dingen die in vriendschap en in vreug
de voorbijgaan prettige indrukken en bemoe
digende herinneringen achtergelaten bij de
kleine honderd aanwezigen, die voor hoe
lang? uit elkaar gegaan zijn naar hun werk
en hun gezin. De opkomst der oud-leden was
verheugend en het mag gezegd worden, dat het
contact met de huidige leden die voor de oude
ren een jongere generatie vertegenwoordigen,
den ouden leuzen van Jong-Brabant nieuw leven
hebben gegeven. Het was een prettig en har
telijk weerzien van velen en een aangename
kennismaking tusschen jongeren en ouderen,
welke laatsten in de afgeloopen 25 jaar niet of
nauwelijks aan jeugd hebben ingeboet.
Na een H. Mis en een toespraak door mode
rator Sicking verzamelden de deelnemers zich
aan het ontbijt in een der zalen van Lohengrin,
waar de voorzitter van Jong-Brabant, drs. H.
v. d. Laer de aanwezigen meer in het bijzon
der de oud-leden en den allereersten voorzitter
(thans eere-voorzitter) den heer Stephan
Wehmeijer uit Amsterdam, en den feestrede
naar van den dag, den heer Emile Franke uit
Den Haag welkom heette, waarna de verdere
leiding van den dag werd toevertrouwd aan
den voorzitter van het feestcomité den heer P.
Doorenbosch, die een vergadering aankondigde
te houden om 3 uur in den namiddag.
Op deze vergadering heeft allereerst de voor
zitter van Jong-Brabant een humoristisch ge
tint historisch overzicht van het leven der ver
eeniging gegeven, waarvoor hij uit de oude en
jonge archieven de gegevens verzamelde. Hij
herinnerde aan de vele werkzaamheden van
Jong-Brabant's leden in en buitenshuis, aan
de eigen lezingen en die van anderen, aan de
felle debatten die den geest en de welspre
kendheid hebben gescherpt, aan de tooneel-
avonden, waarop ook werk van leden voor het
voetlicht kwam, aan den vriendschapsband,
door dit gemeenschappelijk werken en studee-
ren ontstaan en door talrijke uitbundige en
goede fuifavonden bevestigd. Terecht pleitte
spreker voor de vreugde, die Brabant steeds
heeft gekenmerkt, en die ook nu nog in Jong-
Brabant de volle maat krijgt toegemeten.
Het meest ernstige element van den Jong-
Brabantschen geest werd vertegenwoordigd door
den heer Emile Franke, die sprak over „Idealis
me" en een somber beeld ophing van de moei
lijkheden des levens in dezen tijd. Een licht
punt in deze moeilijkheden noemde spreker
het idealisme, waarmede de katholiek werk en
leven aanvaardt, een idealisme, dat steeds in
Jong-Brabant werd hooggehouden. De heer
Franke illustreerde zijn rede met eenige ge
dichten en citaten uit Boutens, Verlaine en
Adama van Scheltema en vond gelegenheid
verschijnselen als het neo-Malthusianisme in
zijn betoog te betrekken.
Op deze 'middagvergadering was mede aan
wezig Pastoor Goossens uit Drunen, de eerste
directeur en geestelijke leider van de vereeni
ging. Pastoor Goossens, die zeer veel voor J.
B. heeft gedaan en een goed stuk van zijn le
ven met grooten tact en een voorbeeldige goed
heid zijn taak volbracht heeft, werd verschil
lende malen geestdriftig begroet.
Na een korte pauze en een uitvoerigen borrel
ging het gezelschap aan tafel en bleef er tot
in het nachtelijk uur, onder tafelpresidium van
de heeren A. van Domburg en J. van Aalst,
die vele malen het woord hebben verleend aan
leden en vooral oud-leden (waaronder het oud
lid Mr. C. Kruse, wethouder van financiën te
's-Hertogenbosch), die de oude traditie eere be
wezen door gemoedelijke critische uitvallen aan
het adres van elkander en daarmede bewezen,
dat de vriendschap en het critisch gevoel bei
de nuttige factoren zijn om den geest levend
te houden.
Het was een goed en hartelijk feest, deze
Jong-Brabantsche réunie, die den deelnemers
een hernieuwd optimisme mee gegeven heeft
op de wegen, die telkens weer vrienden van
vrienden scheiden
De minister van Financiën heeft bepaald, dat
Donderdag 31 December 1936 en Zaterdag 2 Ja
nuari 1937 de beurzen voor den geld- en fond
senhandel zullen zijn gesloten, alsmede dat die
dagen voor de geldleeningen, als bedoeld in af-
deeling 5 der beursvoorschriften 1914, niet als
werkdag zullen worden beschouwd.
Het Hof te Den Bosch heeft arrest gewezen
in de zaak tegen A. J. M., wonende te Oister-
wijk, leider van het Nederlandsche volksfascis.
me Zwart Front, die door de rechtbank te
Breda is veroordeeld tot een maand gevange
nisstraf, omdat hij op 25 Juli in het weekblad
Zwart Front een artikel heeft gepubliceerd,
waarvan de inhoud beleedigend was voor den
minister van Justitie, mr. J. R. H. van Schaik.
Tegen dit vonnis heeft zoowel de verdachte
als de officier van justitie hooger beroep aan-
geteekend.
In hooger beroep heeft de advocaat-generaal
een gevangenisstraf geëischt van vier maanden.
Het Hof heeft het vonnis van de rechtbank
te Breda vernietigd en opnieuw rechtdoende
den leider van Zwart Front veroordeeld tot
één maand gevangenisstraf.
Fresenius en ben niet bekend met circussen en
dergelijke."
Het scherpe gezicht van den man versomber
de even. Hij meende in haar woorden een zekere
verachting voor zijn beroep te hooren.
Maar vlug herstelde hij zich.
Het zou dwaas zijn, deze bekoorlijke, jonge,
blonde vrouw in haar droefgeestige rouwkleeren
iets kwalijk te nemen.
„Mijn circus schijnt u dus even onbekend te
zijn als ik, mevrouw," glimlachte hij vriendelijk,
„maar dat is niet 'zoo erg; ik zal u nu over het
doel van mijn bezoek spreken."
Hij nam een kleinen aanloop, want het leek
hem tegenover deze ernstige in het zwart geklee-
de vrouw opeens heelemaal niet zoo eenvoudig
meer, over zijn voorstel te beginnen.
„Wilt u dus even naar me luisteren, mevrouw,"
zoo begon hij, „ik zag, zooals k al reeds zeide,
daar straks toevallig uw dochtertje dansen. Een
geïmproviseerd dansje was het, vroolijk en licht
over het groene gras en de madeliefjes. Ik bleef
staan en werd getroffen door het talent, dat dit
allerliefste kind aan den dag legde. Een dichteres
is uw dochtertje, een dansdichteres, die jubelen
de verzen met haar voetjes danst." Zijn koele,
grijze oogen straalden. „In dat kind steekt een
buitengewoon groot danstalent, en het zou zonde
zijn, als dit talent moest ondergaan in de wals
en polkawijsheid van een kleinsteedsch dans-
leeraar, die de jeugd voor brave familiebals op
leidt. Dat zou zonde zijn!" herhaalde hij met na
druk. „En ik geloof, dat een gelukkig toeval me
hier naar dit kleine Taunusdorp gevoerd heeft.
Zij: „Waar heb je Wimmie gelaten?"
Hij: „Die houd ik toch aan de hand".
Maandagmiddag is nabij het Vorstenbosch te
Veghel een ernstig ongeluk gebeurd, dat een
35-jarigen molenaar het leven heeft gekost.
De molenaar A. 's Molenaars beklom den heu
vel, waarop zijn molen staat. Toen de man bii
den molen was gekomen, kreeg hij een klap
van een der wieken, tengevolge waarvan hij naaj
beneden stortte en op den straatweg terecht
kwam.
Hevig bloedend werd 'sM. zijn woning bin
nengedragen, waar hij korten tijd later aan zijn
verwondingen bezweek.
Maandagmiddag omstreeks half vier reed
een twee-span voor een brik van het koninklijk
staldepartement door het Noordeinde te 's-Gra-
venhage, toen de paarden schrokken van een
motorrijder, die met open knalpot langs de
brik reed.
De beide paarden sloegen op hol, doch de
koetsier wist door handig manoeuvreeren ern
stige ongelukken te voorkomen. De paarden
botsten tegen een auto en vielen op straat. Per
soonlijke ongelukken kwamen niet voor; echter
werden de paarden gewond en de auto bescha
digd.
De rechtbank te Rotterdam heeft vonnis ge
wezen in de zaak van den 26-jarigen J. R. de
J., zijn 27-jarige vrouw I. S. de J.P. en den
25-jarigen brievenbesteller M. van der Z.
Zij hadden terecht gestaan wegens oplichting
van een firma in Liverpool, welke firma een
sweapstake uitschreef op paardenrennen.
De eerste verdachte en zijn vrouw luisterden
naar de radio en zonden dan de uitslagen op
in enveloppen, die door den postambtenaar te
voren waren afgestempeld, opdat de indruk ge
wekt zou worden dat de brieven waren afge
zonden vóór de rennen waren geloopen, zooals
voorschrift was. De brievenbesteller zorgde dat
de brieven in den postzak kwamen.
J. de J. werd veroordeeld tot één jaar ge
vangenisstraf, met aftrek van de voorloopige
hechtenis, zijn vrouw tot vier maanden gevan
genisstraf en de brievenbesteller M. van der Z.
tot zes maanden gevangenisstraf, waarvan
twee maanden voorwaardelijk. De voorloopige
hechtenis werd in mindering gebracht.
In den nacht van Zondag op Maandag is in
gebroken in de Ned. Hervormde kerk te Olde-
broek. De koster vond de deur aan de achterzijde
van de kerk open. Bij onderzoek bleek het slot
van de brandkast, welke in de consistoriekamer
staat, te zijn uitgeboord. De inhoud was ver
dwenen. Vermist wordt ongeveer honderd gul
den, zijnde de opbrengst van de gehouden col
lectes tijdens de Kerstdagen.
Te Varsseveld geraakte de wagenmeester H.
W. Janssen bij het rangeeren van een wagon
met kalveren bekneld tusschen de buffers van
twee wagons. Zijn verwondingen waren van
dien aard, dat hij eenigen tijd na het onge
luk overleed.
De regent van Hongarije heeft den heer Bert
Prinsen Geerligs, publiciteitschef van de K. L.
M., de oorlogsherinneringsmedaille Pro Deo et
Patria verleend.
opdat een dansgenie gered en door bekwame
handen geleid zou kunnen worden!"
Mevrouw Margreet Fresenius had verschillen
de keeren getracht, haar bezoeker te onderbre
ken, maar hij sprak rustig verder, tot hij duide
lijk gezegd had, wat hij met zijn bezoek beoogde.
Nu wist Margreet Fresenius, wat hij wilde.
Haar gezicht toonde een ijzigen afkeer.
„Het is voor een moeder heel vleiend, mijnheer
Dorenkamp, te hooren, dat haar kind bijzonder
met een of ander talent begaafd is. Als het mu
ziek, poëzie of schilderkunst betrof, zou u bij mij
ook een gewillig oor vinden, maar u kunt zich in
dit geval alle verdere moeite besparen, daar ik u
kort zeg: Mijn kind zal nimmer danseres worden,
de dochter van kantonrechter Fresenius en het
woord danseres passen niet bij elkaar."
Erich Dorenkamp dacht, dat hij nu eigenlijk
moest opstaan en met 'n beleefde verontschuldi
ging gaan moest. Hij weifelde.
Neen, zoo gauw gaf hij den moed niet op.
Hij glimlachte: „U oordeelt te snel en te
scherp, mevrouw, u oordeelt als een blinde over
kleurenpracht."
Hij trachtte den star vooruitkijkenden blik der
jonge vrouw op te vangen, maar het lukte hem
niet. En zoo sprak hij dan verder,, terwijl haar
oogen droomerig naar één punt staarden:
„Ja, mevrouw, u oordeelt werkelijk over dansen
als een blinde over kleurenpracht. Een danseres
is naar uw meening iemand, die in een kort
balietrokje over hét tooneel springt, wier hoog
ste kunst het is, op haar grooten teen heen en
weer te wiebelen en pirouetten te draaien. Kort
om een vage caricatuur van de beroepsdanseres
Naar aanleiding van bij de betrokken regee-
ringsinstanties binnengekomen vragen omtrent
de in een deel der pers tot uitdrukking ge
komen ongerustheid ten aanzien van de lucht
waardigheid van K. L. M.-vliegtuigen, wordt
ons van officieele zijde het volgende medege
deeld:
Bij een der gebruikelijke inspecties van de
K. L. M.-vliegtuigen is herstelling van de mo
torophanging van het vliegtuig type F 36 noo-
aig gebleken; aangezien deze ophanging bij het
type F 22 van soortgelijke constructie is, werd
het wenschelijk geoordeeld, ook de vliegtuigen
van dit type in het bijzonder op dit punt aan
een nauwkeurig onderzoek te onderwerpen.
Op grond van het bepaalde in art. 92 van de
Regeling Toezicht Luchtvaart heeft de Rijks
luchtvaartdienst de bewijzen van luchtwaar
digheid voor de beide vliegtuigen van dit type
geschorst, aangezien er in den zin der des
betreffende bepalingen van de bovengenoemde
regeling twijfel was gerezen aangaande de
luchtwaardigheid.
De genomen maatregelen berusten bijgevolg
op de duidelijk sprekende bepalingen van de R.
T. L., zijn dus in geen enkel opzicht van ver
ontrustend karakter en dragen evenmin een
aanwijzing in zich van een minder goed func-
tionneeren van den technischen dienst van de
K. L. M.
Naar men ons van bevoegde zijde meedeelt,
zal in den loop van de volgende maand een
regeling in werking treden krachtens welke
onder zekere voorwaarden restitutie wordt ver
leend op voorraden tarwe, rogge, mais, gerst en
haver, indien de monopolieprijsverschillen op
deze granen worden verlaagd. De restitutie
wordt verleend aan daartoe bij ministerieele
beschikking aangewezen importeurs van die gra
nen. Tegelijkertijd wordt een regeling getroffen
voor restitutie aan bepaalde hoogmolenbedrij-
ven op hun voorraden tarwe, tarwebloem, tar
wemeel en tarwe-afvallen, indien de monopolie
winst op tarwe of de prijs van vita-tarwe wordt
verlaagd, voorzoover deze verlaging niet samen
hangt met een opheffing van de zgn. bonificatie
regeling met de hoogmolens.
Belanghebbenden kunnen zich voor nadere
bijzonderheden wenden tot de Nederlandsche
akkerbouw-centrale te 's Gravenhage.
Tevens vernemen wij, dat het in het voor
nemen ligt, de restitutieregeling op voorraden
geleidelijk uit te breiden tot andere groepen van
belanghebbenden en eventueel tot andere pro
ducten. Te gelegener tijd zullen daarover nadere
mededeelingen worden gedaan.
Aan P. Chr. J. Haffmans, bankier te Venlo,
is verlof verleend tot het aannemen van het
vreemde eereteeken: Ridder der orde van den
Heiligen Gregorius den Grooten van den Hei
ligen Stoel.
Aan den kapitein ter zee R. P. van de Wete
ring, bijgenaamd De Rooij is vergunning ver
leend tot het aannemen van het ordeteeken van
commandeur der orde van NichanIftikhar
van Tunis, hem door zijne hoogheid den Bey
van Tunis geschonken.
Aan mejuffrouw A. J. C. Rinnooy commies
bij het departement van Binnenlandsche Za
ken, is op haar verzoek, met ingang van 1 Fe
bruari 1937 eervol ontslag als zoodanig ver
leend.
Toegekend de aan de orde van Oranje-Nas-
sau verbonden eere-medaille, in brons, aan:
R. Vermeulen, arbeider in dienst van de fa
milie de Geer van Oudegein, te Jutphaas.
Benoemd tot ridder in de orde van Oranje-
Nassau Th. H. Maan, directeur der N. V. Lim-
burgsche kolen groothandel Noord-Holland, te
Amsterdam.
Toegekend de aan de orde van Oranje-Nas-
sau verbonden eere-medaille in zilver aan: H.
A. Korthals te Dordrecht.
Toegekend de aan de orde van Oranje-Nas-
sau verbonden eere-medaille, in zilver, aan E.
Medema, chef van de afdeeling bakkerij van de
vereeniging Tot Christelijke Liefdadigheid te
Wageningen, gemeente Termunten.
Voor het tijdvak van 1 Januari 1937 tot 1
Januari 1938 is wederom benoemd tot tijdelijk
assistent aan de Landbouwhoogeschool te Wa
geningen dr. R. D. Crommelin, aldaar.
De minister van Landbouw en Visscherij heeft
benoemd tot secretaris van de afdeeling Zuivel
der stichting Nederlandsche Zuivelcentrale, te
's-Gravenhage den heer P. C. Minderhoud te
's-Gravenhage.
van vroeger staat u voor den geest. Maar aan zoo
iets mevrouw, denk ik bij uw kind niet in de
verste verte." Hij werd levendiger: „Er waren al
tijd al goede danseressen, maar de vormen van
vroeger zijn langzamerhand veranderd. Dans
was vroeger een tamelijk eng begrensd begrip,
doch sinds jaren is dit veel meer uitgebreid. Het
omvat tegenwoordig een gebied, dat zich van den
oud-Egyptischen tempeldans tot den hypermo-
demen fantasiedans uitstrekt. Maar of het nu
een oud-Egyptische tempeldans of een Spaan-
sche tarantella is, of de zachtwiegende gestalte
zich beweegt op de muziek van Liszt, of grotesk
en stijf het dansen eener beweeglijk geworden
ledepop tracht weer te geven, dat is allemaal
hetzelfde, als in de borst van de danseres de
echte genadevonlc gloeit. Uw dochter heeft
talent, en het ware een misdaad tegenover de
wereld, als dit vuur in uw kind moest dooven,
omdat geen hand het wilde aanwakkeren tot een
laaiende vlam."
Nu keek Margreet Fresenius den man met
haar groote oogen aan en bijna heftig kwam het
van haar lippen:
„U moogt zoo niet spreken, ik wil het niet
hooren. Ik wil "me niet laten verleiden; mijn
kind moet beschermd worden tegen al het bonte
rustelooze gedoe daarbuiten in de wereld, dat de
menschen als een vastenavondroes bedwelmt.
Mijn kind is de dochter van kantonrechter Fre
senius; ze mag later walsen en polka's leeren
voor de familiebals, dan mag ze trouwen en hier
of daar op een andere kleine plaats kan ze dan
een vredig leven leiden."
(Wordt vervolgd)