9tdwb&aal den dag
Het Zeemonster van Na
Begrooting van 1937 goedgekeurd
De zorgen van
Jimmy
MET ALGEMEENE
STEMMEN
De muziekcorpsen
SSS- TJ "li! Het proefwerk
DONDERDAG 4 FEBRUARI 1937
GEMEENTERAAD VAN HEEMSTEDE
Alle belastingvoorstellen van
B. en W. aangenomen
Muziekcorpsen
Steun aan werkloozen
Ontspanning werkloozen
Straatbelasting
Begrooting goedgekeurd
BENNEBROEK
BLOÈMENDAAL
DRIEHUIS
OVERVEEN
SPAARNWOUDE
ZAANDAM
HALFWEG
ATHLETIEK
DOOR P. C. WODEHOUSE
SCHAKEN
H. S. G. 4Hoogovens
Zandvoort IIIHaarlemsche
Schaakclub III
RIJKSVISCHAFSLAG
STAAT VAN BESOMMINGEN
zelfvertrouwen vatten zy steeds hun taak aan,
Woensdagavond werd de begrootingszitting
van den Heemsteedschen gemeenteraad ten
Raadhuize onder voorzitterschap van burge
meester jhr. J. P. W. v. Doorn voortgezet.
De heer DISSELKOEN (S.DÜ.P.) stelde voor
den post voor het openbaar voorbereidend lager
onderwijs pro memorie te ramen als 'n uitnoo-
diging aan B. en W. om iets voor dit onderwijs
te doen. Dit voorstel werd met 4 stemmen tegen
aangenomen.
De heer DISSELKOEN (S.D.A.P.) verzocht
E. en W. een onderzoek in te stellen aangaande
het middelbaar onderwijs in Heemstede.
De VOORZITTER achtte dit een moeilijke
kwestie en zegde grondige overweging van het
verzoek toe.
De heer DE TBLLO (S.D.AP.) wenschte door
vermindering van de subsidies aan de in Heem
stede bestaande muziekcorpsen tot fusie van
hen te komen. Drie corpsen zijn z. i. voor Heem
stede te veel.
De heer MEEUWENOORD (R. K.) betwijfelde
de mogelijkheid van zooiets en wees erop dat
drie muziekcorpsen bij volksfeesten al te weinig
zijn. Een gedeelte van de subsidies komt in
den vorm van belasting weer bij de gemeente
terug.
Ook de VOORZITTER vond Heemstede groot
genoeg voor drie muziekcorpsen, die een bij
zondere plaats op muzikaal gebied innemen. Spr.
dankte de corpsen voor de medewerking, die ze
altijd spontaan desgevraagd toonen. (Applaus).
Bij den post steun aan werkloozen zette de
heer RIJKES (V.B.) uiteen, dat de gemeente
per werklooze gemiddeld heeft uitgegeven in
1934 465, in 1935 490 en in 1936 ƒ593 per
jaar.
Ondanks de goede economische vooruitzich
ten begrootten B. en W. nog een stijging van
bet werkloozenaantal en voor 1937 een uitgave
voor de gemeente voor iederen werklooze (ge
middeld) van ƒ590 per jaar.
Spr. stelde voor den post steun aan werkloozen
van 176.000 te verminderen met 15000, dus
tot een gemiddeld bedrag van 540 per werk
looze per jaar.
De heer DISSELKOEN (S.D.A.P.) gaf aan
dat B. en W. integendeel volgens hun cijfers
géén stijging van het werkloozenaantal voor
1937 verwachten. Het voorstel-Rijkes wees
spr. af.
De heer JONCKBLOEDT (R. K.) achtte het
bedrag van 15000 te hoog en wilde den post
slechts met 5000 verlagen.
Om dan toch aan de. .straatbelasting te ont
komen, wilde spr. voorts de oorspronkelijk door
B. en W. voorgestelde doch later ingetrokken
verhooging van 20 op 30 opcenten op de Ver
mogensbelasting handhaven.
De heer v. d. ERF (R. K.) vond den heer
Rijkes te optimistisch en kon dus diens voorstel
niet goedkeuren.
De heer VOORS (C.-H.) merkte op, dat in
het blaembollenbednjf, dat in Heemstede over-
heerscht, de economische vooruitgang slechts
langzaam zal zijn, zoodat nu reeds geen wissel
op de toekomst mag getrokken worden.
De VOORZITTER zeide, dat B. en W. ook
niet zoo optimistisch zijn en dat zij dus 't risico
van het voorstel-Rijkes niet op zich kunnen
nemen. Uit de statistische gegevens omtrent
Heemstede in 1936 blijkt geen economische op
leving.
De heer JONCKBLOEDT (R. K.) meende dat
de aanleg van het stamriool veel werk zal bren
gen en daarom mag men z. i. den toaelen steun
minder ramen.
Wethouder dr. DROOK (R. K.) deelde mede,
dat het werk aan het stamriool waarschijnlijk
38000 aan steun zal besparen. Dit bedrag is
in den genoemden post voor werkloozensteun
reeds verwerkt.
Wethouder jhr. v. d. POLL (C.-H.) wees er
op, dat er thans al meer dan 300 werkloozen
zijn. Januari heeft geen vermindering gebracht.
B. en W. hebben totaal den post al met 21000
verminderd. Sterkere vermindering is onmo
gelijk.
Het voorstel-Rijkes werd met slechts de
stemmen van de heeren Rijkes (V.B.) en
Andretsch (Vrijz.) vóór, verworpen.
Het voorstel-Jonckbloedt werd met 104
stemmen (voor die van de heeren v. d. Lent,
Jonckbloedt, Rijkes en Andretsch) verwor
pen.
De heer RIJKES (V. B.) wees erop dat in
voering van de Rijkssteunregeling voor werk
loozen een belangrijke besparing zou geven.
De heer v. d. LINDEN (R. K.): „Inderdaad,
maar het zou tevens de reeds groote armoede
in de gemeente vergrooten!"
De heer JONCKBLOEDT (R. K.) dankte voor
het subsidie voor ontwikkeling en ontspanning
aan werkloozen, doch zette uiteen dat het sub
sidie niet voldoende zal zijn. Spr. verzocht in
dit opzicht den steun van den Raad indien
verhooging van het subsidie noodig is.
De VOORZITTER dankte de betrokken com
missie voor haar moeite en zegde den gevraagden
steun toe.
De heer VOORS (C.-H.) wees op hèt gebrek
aan rustige wandelwegen in Heemstede
Wethouder DROOG (R. K.) zegde overweging
van dit vraagstuk toe.
In behandeling kwam dan het voorstel van
B. en W. tot invoering van een straatbelasting.
De heer JONCKBLOEDT (R. K.) vreesde dat
een eventueele straatbelasting wel op de huren
van de lage huurwoningen doch niet op die van
de groote panden zal verhaald worden, zoodat
de minstkrachtigen de dupe zullen worden. De
huiseigenaren hebben reeds vele lasten te dra
gen en een straatbelasting kan er niet bij. Het
is niet billijk, dat zij nog eens extra belast
worden. De belasting is niet in het belang van
de gemeente, omdat Heemstede vooral aantrek
kelijk is, doordat de bewoners niet met allerlei
belastingen worden geplaagd. De belasting zal
de vestiging van nieuwe bewoners tegenhouden.
Eenmaal de belasting ingevoerd, is het hek van
den dam. Spr. was dus tegen het voorstel.
De heer v. d. ERF (R. K.) gaf de noodzaak
van deze belasting vanwege den financieelen
toestand van de gemeente aan. Wil men de ge
meentefondsbelasting laag houden, dan moet
een straatbelasting wel ingevoerd worden. Een
tekort van ƒ21000 moet immers gedekt worden.
De heer ANDRETSCH (Vrijz.) stelde voor
de rioolbelasting te verhoogen en uit te breiden
inplaats van een straatbelasting in te voeren.
De heer RIJKES (V. B.) sloot zich geheel bij
den heer Jonckbloedt aan. Spr. wilde echter al
leen door bezuiniging, niet door verhooging van
andere belastingen de straatbelasting vermijden
Hoewel dus een vijand van de belasting zal spr.
er toch voor moeten stemmen.
De heer DISSELKOEN (S.D.A.P.) wees er op
dat niet-ingezetenen van Heemstede voor ƒ7000
in de straatbelasting zullen moeten bijdragen en
de ingezetenen slechts voor 14000, daarom is
spr. er voor. Ook al omdat het technisch on
mogelijk is de vermogensbelasting zoo hoog op
te voeren, dat het tekort wordt gedekt.
De heer MEEUWENOORD (R. K.) merkte op,
dat, als men geen straatbelasting wenscht, men
andere belastingen moet verhoogen. Dit zal
eveneens de aantrekkelijkheid van Heemstede
niet vergrooten! Spr. was dus voor straatbe
lasting.
Ook de heeren v. MEIJENFELDT (A.-R.) en
VOORS (C.-H.) verklaarden zich voor de straat
belasting.
Wethouder v. d. POLL (C.-H.) merkte op,
dat deze straatbelasting eigenlijk een rioolbelas
ting is. B. en W. willen geen hooge straatbe
lasting.
Het is niet juist dat de eigenaren van goed-
koope woningen de straatbelasting op de huren
zullen leggen. Daar is ze veel te laag voor.
Een rioolbelasting treft juist de huurders,
terwijl een straatbelasting de eigenaren aan
spreekt.
De heer JONCKBLOEDT (R. K.) wilde 10
opcenten op de vermogensbelasting méér hef
fen, den post onvoorzien verlagen en de rest van
het tekort uit de reserves putten. Een rioolbe
lasting wees spr. af.
Straatbelasting is eenzijdig en dus onrecht
vaardig.
Het voorstel van B. en W. tot invoering
van een Straatbelasting werd tenslotte aan
genomen met 113 oiemmen. Tegen de
heeren v. Lent (R. K.), Jonckbloedt (R. K.)
en Andretsch (Vrijz.).
De heer KROMHOUT (C. D. V.) was tegen
het voorstel van B. en W. om het aantal op
centen op de Vermogensbelasting niet te ver
hoogen. Spr. wilde deze opcenten van 20 op 25
verhoogen en het aantal opcenten op de ge
meentefondsbelasting slechts van 25 op 30 op
centen (inplaats van 35 zooals B. en W. voor
stelden). De rest, noodig om het begrootings-
tekort te dekken, wenschte spr. uit den post on
voorzien en het Reservefonds te halen.
Wethouder jhr. v. d. POLL (C.-H.) somde de
bedragen op, die Heemstede in 1937 moet missen.
Totaal van 241.000. Het is dus veel te gevaar
lijk om uit het Reservefonds te putten. Het
voorstel wees spr. daarom af.
De heeren DISSELKOEN (S.D.A.P.) en v. d.
ERF (R. K.) waren tegen het voorstel-Krom-
hout, dat z. h. s. werd verworpen met alleen
den heer Kromhout voor.
De voorstellen van B. en W. tot verhoo
ging van het aantal opcenten op de Ge
meentefondsbelasting van 25 op 35 en op
de personeele belasting van 110 op 120 wer
den z. h. st. goedgekeurd. De heer Kromhout
(C.D.V.) was tegen.
De begrooting 1937 werd tenslotte z. h. st.
goedgekeurd.
De heer RIJKES (V. B.) sprak de gebruike
lijke dankwoorden jegens B. en W. en de amb
tenaren, waarvoor de VOORZITTER op zijn
beurt dank gebracht.
De vergadering werd daarna gesloten.
IJsvereeniging „De Volharding". Achterge
laten en gevonden voorwerpen tijdens de open
stelling der ijsbaan (terug te krijgen Jacob van
Campenstraat 33)een paai chaatsen, een paar
schaatsbeschermers, twee Hockey-sticks, een
rijwielbelastingmerk, een damesbroche en een
paar handschoenen.
Burgerlijke Stand G<eboren: d. van M. A.
van NoppenTensen; d. van C. DriessenHoog-
stra; d. van J. W. Schutter—Kerkvliet; d. van
P. H'. SpannPeters; z. van A. F. I. Steger
Quadekker.
Ondertrouwd: J. W. Jans en E. v. d. Bor.
Getrouwd: A. L. W. Hoogeveen en H. Ver-
meeren.
Overleden: J. B. de Blank, 63 jaar, geh.; I.
Thies, 73 jaar, wed Mouritz; A. C. de Zwart,
81 jaar, wed, Ripken; A. de Hoop Scheffer, 83
jaar, wed. Boerlage; A. Balkenende, 73 jaar,
weduwnaar.
Huis- en Schoolbroeitentoonstelling. De
jaarlijksche tentoonstelling van Huis- en
Schoolbroei van bloembollen zal dit jaar wor
den gehouden Vrijdag 12, Zaterdag 13 en Zon
dag 14 Februari in het R. K. Vereenigingsge-
bouw. De officieele opening zal geschieden Vrij
dag 12 Februari, des namiddags twee uur.
Distributie van gehakt 'n blik. Bij vol
doende aanvrage zal binnenkort van Gemeente
wege gehakt in blik worden verstrekt. Hiervoor
komen in aanmerking werkloozen, die langer
dan dertien weken werkloos zijn en steun krij
gen en zij, die van Gemeente, Diaconie of Ar
menraad onderstand krijgen, waarvan zij ge
heel of voor het grootste gedeelte moeten leven.
Aan gezinnen van vier personen wordt één, aan
grootere gezinnen worden twee bussen ver
strekt. De prijs bedraagt 32'/ cent per bus. Aan
vrage kan geschieden Vrijdag 5 Febr. op het
Raadhuis.
Redden van drenkelingen uit auto's. 5 Febr.
zal de heer Meyerink voor de leden der Bloe-
mendaalsche Reddingsbrigade des avonds om 8
uur in het natuurkundelokaal van de Harten-
lustschooi aan den Vijverweg een lezing met
lichtbeelden houden over het redden van dren
kelingen uit auto's.
Stille Omgang Dit genootschap hield
Woensdag zijn jaarvergadering in de gym
nastiekzaal der Zusterschool. In zijn openings
woord herdacht de voorzitter, de heer Heere
mans, het overleden lid H. Zwanenburg, voor
wien een gebed werd gestort. Het keurig ver
zorgd jaarverslag gaf o.a. te zien, dat het leden
tal vooruit gaat. Staande de vergadering trad
een tiental nieuwe leden toe. Het saldo van den
penningmeester was gestegen tot honderd gul
den.
De aftredende bestuursleden Komen en v.
Dorp werden herkozen. Eveneens werden v.
Dorp en Dijkman herkozen als afgevaardigden
naar de algemeene vergadering te Amsterdam.
De omgang wordt gehouden op Zondag 14
Maart.
Hierna werden lichtbeelden vertoond van het
internationaal eucharistisch congres, dat in 1924
te Amsterdam werd gehouden en waarbij pas
toor de Jong een toelichting gaf. Het was een
mooie en leerzame vergadering.
R.K. Volksbond. Dinsdag hield de R.K.
Volksbond afd. Overveen zijn jaarvergadering
in gebouw „Domi". De voorzitter sprak zijn vol
doening uit over de goede opkomst.
Het afgeloopen jaar besprekend wees hy op
de sombere omstandigheden, waaronder dit
verloopen was. Met de beste wenschen voor het
aangebroken jaar besloot hij zijn korte rede.
Na de ingekomen stukken volgde het jaar
verslag van den secretaris, dat op uitvoerige
en vlotte wijze het wel en wee van de afdeeling
en onderafdeelingen weergaf. Aan het slot van
het overzicht volgde een welverdiend applaus.
Vervolgens bracht de penningmeester zijn jaar
verslag uit, waaruit bleek, dat de financieele
toestand gezond is. Ook van dit verslag werd
met veel belangstelling kennis genomen. Bi) het
punt bestuursbeleid werden eenige opmerkingen
gemaakt en werd hulde gebracht aan het be
stuur voor de ontwikkelde activiteit. Bij de be
stuursverkiezing werd door den voorzitter aan
de aftredende bestuursleden, speciaal den se
cretaris, dank gebracht voor het verrichte werk.
Er moesten 4 vacatures aangevuld worden,
waarvoor alleen van bestuurszijde 2 canditaten
waren gesteld. In verband hiermede werd het
bestuur voorloopig vastgesteld op 7 leden. De
canditaten A. Kruup en C. P. van Galen werden
gekozen verklaard.
Nadat het verslag van de St. Barbaravereeni-
ging was uitgebracht, dat tot een geanimeerde
gedachtenwisseling aanleiding gaf en meerdere
sprekers bij de rondvraag het woord hadden
gevoerd, sloot de voorzitter deze goedgeslaagde
vergadering.
Uitvoering „St. Jacobus" Dezer dagen gaf
de R.K. Gemengde Tooneel- en Mondaccordeon-
vereeniging „St. Jacobus", alhier, een schitte
rend geslaagde uitvoering. Eerst gaf de Mond-
accordeonafdeeling, onder leiding van den di
recteur, den heer Kraijenheide, vier nummers,
welke zeer in den smaak vielen bij het. publiek.
Daarna kwam de Tooneelafdeeling voor het
voetlicht met de klucht in één bedrijf „Op ge
makkelijke condities of men spreekt met Jansen
enhet kómt in orde". Alle spelers gaven
zich ten volle aan hun spel en er werd on
bedaarlijk gelachen.
Na de pauze kreeg men te zien „De mode
regeert", ook een klucht in één bedrijf. Ook
hierin toonde de optredenden keurig spel en was
het gelach niet van de lucht.
Dan deed de Monaaccordeonafdeeiing zich
weer hooren met eenige stukjes, welke met een
dankbaar applaus van het publiek werden be
loond.
Hierna kwam de voorzitter, de heer A. J.
Buys, ten tooneele met een bijzondere aan
beveling voor de Mondaccordeonafdeeling nieu
we leden te werven, daar anders het voort
bestaan van deze afdeeling zeer bezwaarlijk zal
worden. Spr. deelde mede, dat nieuwe leden
voor deze afdeeling zich Woensdagavond 10
Februari tijdens de repetitie in het Vereeni-
gingsgebouw kunnen opgeven.
Daarna volgde gezellig samenzijn. Alles bij
elkaar is deze avond weer uitstekend geslaagd.
Uit het Katholieke Voetbalkamp. Daar het
tegenwoordige V. V. Z.-terrein in het uitbrei
dingsplan der gemeente is komen te liggen, is
men genoodzaakt geworden naar een nieuwe
speelgelegenheid om te zien. Dank zij een par
ticuliere actie en groote medewerking van den
zeereerw. heer pastoor van der Marck en ka
pelaan Mulder als geestelijk adviseur is het
ijverige V. V. Z.-bestuur er in geslaagd beslag
te leggen op een terreinencomplex in de Oost
zijde nabij de coupure. Dit complex bevat de
ruimte voor een drietal speelvelden. Met een
tribune zal het R. K. Zaandamsche Sportpark
dan volledig up-to-date zijn.
Het programma voor a.s. Zondag. Voor de
V. V. Z.-elftallen geldt Zondag ai>. het vol
gende programma:
S. D. O. IV. V. Z. I 2 uur (vertrek 12 uur
per auto vanaf de kerk)
Zwaluwen II—V.V.Z. in 2.30 uur (vertrek
per boot te 1 uur.
V.V.Z. IVVolendam IV 2.30 uur.
V.V.Z. VI—V.V.A. V 12.30 uur.
V.V.Z. Jun. B—S. V.A. Jun. B 2 uur.
V.V.Z. Jun. C—W.S.V. Jun. B 12.30 uur.
S.D.E. Jun. B—V.V.Z. Jun. D 12.30 uur (ver
trek 11.30 per fiets vanaf de kerk).
Ik geloof, dat het beste zal zijn," begon ik
tegen m'n vrouw, „als ik een secretaresse
neem. Tegenwoordig heb ik het zóó gewel
dig druk."
„Uitstekend," beaamde Virginia, „in den stil
len tijd kan ze mij dan in de huishouding
helpen."
Op dit eenigszins zonderling standpunt,
waarop m'n wederhelft zich plaatste, was ik
niet voorbereid.
„Nu," antwoordde ik, „ze zal t werkelijk..."
„Hoe wil je aan een secretaresse komen?"
informeerde Virginia.
„Nog al eenvoudig. Ik plaats een adverten
tie en neem den sollicitanten een klein examen
af. Ik zie alleen op bekwaamheid, zooals de
gemeente bij 't benoemen van d'r ambtenaren.
Geen kruiwagens, geen protectie."
„Heel mooi," stemde m'n vrouw toe, „maar
jij kent de gemeente niet, Alex."
„Inderdaad, maar ik kan haar goede voor
beeld volgen."
De advertentie werd geplaatst. Uit talrijke
sollicitaties schiftten Virginia en ik de sollici
tanten, totdat we er twee overhielden.
„Die twee zijn de besten," besliste m'n vrouw.
„Kies nu maar een van beiden."
„Niet zonder ze een examen afgenomen te
hebben," wierp ik tegen en daarbij bleef het.
De dames Josine Bachman en Cisca Rieser
werden ontboden. Virginia ontving ze en zond
Josine boven naar m'n kantoor, met een
kaartje.
„Josine Bachman," las ik. „Mooi zoo."
Zij trad binnen. Ze zag er forsoh en vier
kant uit, was in 't grijs gekleed met een sta
len, ouderwetschen bril op.
„Goeden morgen, juffrouw," zei ik; „neemt
u maar plaats, dan zal ik u iets dicteeren."
De sollicitante haalde een schrift en een
potlood te voorschijn.
„Ja, mijnheer?" en ze zat met haar potlood
in de houding om te beginnen.
„Ook op het gebied van andere publieke
werken," zei ik snel, „met name wat betreft
havenbouw, rivierverbetering, baggerwerk, wordt
in Patagonië flink aangepakt. Nederlandsetn
aannemers
„U zegt?"
„Aannemers hebben er reeds heel wat werk
zaamheden uitgevoerd en, gezien de goeds re
putatie, die we in dat opzicht hebben, schijnt
er alle aanleiding te bestaan om voet bij stuk
te houden en ons niet door anderen te laten
verdringen. Het stemt hoopvol, dat thans ook
in Nederlandsche financieele kringen het besef
rijpt, dat voor het veroveren of behouden van
een krachtige positie in dergelijke kapitaal
arme landen
,,'t Laatste verstond ik niet goed."
„Grooter samenwerking ten opzichte der fi
nanciering noodig zal zijn," eindigöe ik. „Zoo
is 't genoeg, juffrouw."
„Ik heb den zin nog niet af, mijnheer."
„Niet noodig. Daar staat de schrijfmachine.
Als u nu zoo goed wilt zijn het stukje zoo gauw
mogelijk over te tikken
Eén paar minuten later overhandigde ze mij
het blaadje. „U sprak buitengewoon snel, daar
om heb ik een of twee woorden gemist."
Even keek ik het blaadje in. „Zoo is 't vol
doende. Dank u. Den uitslag zal ik u laten
weten. Tot genoegen."
Een minuut later bracht ons dienstmeisje
het kaartje van juffrouw Cisca Rieser. Ze was
een aardige slanke verschijning, met blonde
krullen, die onder haar hoedje uitkwamen. Ze
glimlachte lief.
„Ik las in uw brief," begon ik, „dat u als
secretaresse rijke ervaring hadt."
„Ja, dat is te
zeggen, ik heb al
veel betrekkingen I
eigenlijk nog
niet."
„Enfin, we zul
len zien. Ik zal u nu iets dicteeren."
Weer glimlachte juffrouw Rieser.
„Maar ik heb geen papier en geen potlood."
Ik gaf haar de beide dingen en Degon, niet
te gauw:
„Er was eens een graaf, die een hond had."
„Niet te snel, mijnheer," verzocht de solli
citante.
Ik sprak langzamer: „Die graaf hield heel
veel van zijn hond, want het was een mooi
dier. Maar de gravin vond den hond niet moei
en daarom moest hij weg."
„Hier zullen we 't bij laten," besloot ik.
Daarna zette ik haar aan de schrijfmachine.
Zes minuten later overhandigde ze my het
blaadje. Er stonden vyf of zes fouten in. Ik
liet haar Uit.
Dien middag zei ik tegen Virginia: „Ik heb
het proefwerk nagezien. Veel scheelt het niet.
Juffrouw Rieser heeft het met 29 tegen 27
punten gewonnen. Ik zal haar schrijven dat ze
morgenochtend komen kan."
Den volgenden morgen kwam Virginia m'n
kantoor binnen.
Ze is er al, Alex. Ik vind dat ze er heel
eschikt uitziet." Ik ging naar de deur en daar
,ond ze, m'n nieuwe secretaresse, forsch,. vier
kant, in 't grijs gekleed, met een stalen, ouder
wetschen bril op haar spitsen neus. zy glim
lachte, terwijl ze een paar morsmouwen aan
deed.
„Een oogenblikje," verzocht ik, en verliet
het verbek.
„Virginia," zei ik tot m'n vrouw, die in de
gangkast met iets bezig was, ,,'t is de ver
keerde."
„Dat zal dan mijn schuld zijn," bekende m'n
vrouwtje gulweg. „Ik geloof, dat ik de kaartjes
verwisseld heb, toen ik Leentje met ze naar
boven stuurde. Dat is dus wel juffrouw Rie
ser, maar jij dacht dat het de andere was. Ik
heb 't ook zoo even gemerkt. Enfn, 't valt nu
niet meer te veranderen. En zoo heel erg is het
ook niet. Ze wogen vrijwel tegen elkaar op:
29 tegen 27, 't scheelt maar een paar punten."
„Je hebt groot gelijk," zei ik, en ging naar
m'n kantoor.
Muzlekvereeniging „Eensgezindheid". In
de groote zaal van Café „Modern" alhier gaf
de Muzlekvereeniging „Eensgezindheid" onder
leiding ,van haar directeur den heer B. D. Pe
ters, haar jaarlijksche uitvoering voor dona
teurs en genoodigden.
Tusschen de verschillende muzieknummers
door werd door een tooneelclub, bestaande uit
leden van „Eensgezindheid", 'n tweetal blijspelen
in een bedrijf opgevoerd, respectievelijk getiteld
„De verstrooide militairen" en „De verrassing".
Zondag 21 Februari zullen op de terreinen
van de Zandvoortsche Terreinmaatschappy te
Zandvoort nationale duinloopen worden geor
ganiseerd door het district Noord-Holland van
de K. N.A.U.
Kort daarop ontmoeten zy den groot-vizier, den raadsman De Sjah van Perzië keek eerst een beetje gek op, toen Piet 't is eigeniyk onzin, maar ik wil den groot-vizier met alle
en vriend van den sultan. Piet Prikkel keek door het vergroot- Prikkel by hem binnenstapte. „Ben je gek", zei hij tegen Piet, plezier even roepen." De groot-vizier kwam binnen Alsje-
glaasje en zag nu terstond, dat de ^vizier een zwarte ziel „op m<|n groot-vizier valt niets aan te merken. Dat is een blieft'.', zei Piet tegen den Sjah, „kyk nou zelf maar." De Sjah
us een groote schurk. „Weet je wat", ze! Piet rechtvaardig man." „Zeg dat maar zachtjes", antwoordde Piet, keek door het glaasje en zag nu ook, dat de groot-vizier een
„laat 'm maar eens roepen." doortrapte boef was.
tegen Drein, „ik ga den sjah van Perzië waarschuwen."
iiiiiUiiiitimitiiuuiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitmiiiiiiiii
EERSTE HOOFDSTUK
Het huis van meneer Peter Pett, den wel
bekenden financier aan de Riverside Drive in
New-York, is een van de grootste kwellingen
voor het oog op heel dien winderigen en kost
baar uitgedosten boulevard. Als men er in zijn
limousine voorbij komt, of voor een dubbeltje
versche lucht hapt boven op een van de groene
omnibussen, die daar langs ryden, dan springt
dat huis als het ware naar voren en men
schrikt.
Architecten, die men er plotseling voor
zette, wankelden en strekten hun handen afwe
rend voor zich uit; maar ook de gewone leek
kan het huis niet aankijken zonder een gevoel
van weerzin. Het gebouw lijkt voor een even
groot deel op een kathedraal, een buitenhuis
of een hotel, als op een Chineesche pagode.
Vele ramen er van zijn van beschilderd glas
en vlak boven de hoofddeur staan twee steenen
leeuwen. Het is een huis, waar men beslist naar
kijken moet, en het is heel waarschijnlijk om
die reden, dat mevrouw Pett er by haar man
op aandrong, het te koopen, want zy was een
vrouw, die wenschte op te vallen.
De bezitter van dit bouwwerk dwaalde door
het kostbaar uitgedoste interieur, als een
geest, die den weg kwyt is. Het was zoowat
tien uur, op een heeriyken Zondagochtend,
maar de rust van den Sabbath, die over het
huis hing, deelde zich niet mee aan mynheer
Pett. Er lag een trek van ergernis over zyn
anders zoo geduldig gelaat en een uitdrukking,
die hy ongetwyfeld op de beurs had opge
vangen, ontsnapte hem.
Het overdrevene van zyn omgeving was
hem een kwelling, want hij stelde geen hooge
eischen aan het leven. Op dit bepaalde oogen-
blik was alles wat hy wenschte, een rustig
plekje, waar hij in eenzaamheid en vrede zijn
Zondagochtendblad zou kunnen lezen. Maar
hy vond zyn plaatsje nergens. Achter iedere
deur lagen indringers op de loer.
Dat was hoe langer hoe erger geworden,
sinds hy twee jaren tevoren getrouwd was.
En het was allemaal de schuld van mevrouw
Pett, van wie een litteraire koorts scheen uit
te gaan, die iedereen aantastte. Ze schreef
niet alleen zelf heel dikke boeken de naam
Nesta Ford Pett zal iederen liefhebber van
sensatie-romans wel bekend zijn, maar zy
wenschte er ook nog een „salon" op na te
houden. Begonnen met één exemplaar haar
neef, Willy Patridge, die bezig was met de
uitvinding van een nieuwe springstof, die een
geheelen ommekeer in de wyze van oorlog
voeren zou brengen had zy er in den loop
Dinsdagavond is .bovengenoemde.competitie-
wedstryd gespeeld. Hoogovens won mefr 54.
tag
In Lunchroom Carels aan de Groote Krocht
te Zandvoort ontving het derde tiental van de
Zandvoortsche Schaakclub het derde tiental van
de Haarlemsche Schaakclub voor een compe
titie-wedstrijd. De uitslag was TA—IA voor
Z. S. C. Eén partij werd afgebroken.
IJMUIDEN, 4 Februari Rijksvischafslag.
Tarbot per kg. 1.80 tot 1.40, griet per 50 kg.
40.tot 28.tong per kg. 2.tot 1.40, groote
schol per 50 kg. 20.50 tot 16.middel schol per
50 kg. 24.tot 19.zetschol per 50 kg. 31.50
tot 28.kleine schol per 50 kg. 27.tot 11.
bot per 50 kg. 17.50 tot 15.—, schar per 50 kg.
13.50 tot 9.—, tongschar per 50 kg. 45.— tot
35.—, rog per 20 stuks 40.— tot 20.50, vleet per
stuk 4.35, pieterman en poon per 50 kg. 12.
tot 11.groote schelvisch per 50 kg. 35.tot
31.middel schelvisch per 50 kg. 32.tot
30.kleine middel schelvisch per 50 kg. 28.
tot 26.kleine schelvisch per 50 kg. 23.50 tot
18.50, kabeljauw per 125 kg. 78.tot 37.gul
len per 50 kg. 24.50 tot 12.50, leng per stuk 5.20
tot 2.—, heilbot per kg. 0.96 tot 0.66, wyting per
50 kg. 14.50 tot 6.50, koolvisch per stuk 1.65 tot
0.30, versche haring per mand 5.15 tot 4.80.
van de Donderdag aan den Ryksvischafslag
aangekomen stoomtrawlers: R.O. 46 Claesje 290
manden f 4130; Catharina Duyvis 20 manden
f 69.Derica VII 110 manden f 3090.Ge-
ziena Catharina 50 manden f 2120.Amstel-
stroom 50 manden f 2180.—, Neptunus 100
manden f 2020.—, Penelope 40 manden f 1490.—
Asimuth 95 manden f 1790.—. Loggers: KW 19
f 970.—, KW 110 f 1040.—, KW 56 f 1120.—.
WATERSTANDEN
IJMUIDEN, Vrydag 5 Februari 1937. Vloed:
9.55 v.m., 11.34 n.m.
van den tyd nog verscheidene in haar col
lectie verzameld, totdat er thans niet minder
dan zes Jonge en miskende genieën bescher
ming vonden onder haar dak. Zes juweelen
van jongelui, meest schryvers die nog niet
van wal waren gestoken en dichters, die op
het punt stonden te beginnen, stoorden de rust
van meneer Pett's kamers op dien mooien
Juni-morgen, terwyl hijzelf, de krant boos
tusschen zün vingers geklemd, rondliep en,
evenals de duif uit Genesis, geen rust vond.
Op zulke oogenblikken benydde hy wel eens den
eersten man van zyn vrouw, een zakenvriend:
Elmer Ford, die plotseling aan een beroerte
gestorven was, en het medelijden, dat Pett met
den overledene had, bracht hem vanzelf op
andere gedachten,
Het huweiyk had het leven voor meneer Pett
ongetwyfeld meer ingewikkeld gemaakt dan
vroeger: wat trouwens de meesten wel zullen
ondervinden, die tot 50 wachten, alvorens het
te probeeren. Behalve haar genieën had
mevrouw Pett ook nog haar eenig zoontje
medegebracht in haar nieuw huis. Die knaap
heette Ogden, was veertien jaar oud en met
den besten wil van de wereld kon niemand hem
een erg sympathieken jongen vinden. Een
jarenlang verbiyf temidden van uitsluitend
„groote menschen" en de afwezigheid van alles,
wat het begrip tucht ook maar benadert, had
den hem een vroegrypheid verschaft, waarop
de meest ernstige pogingen van een reeks huis-
onderwyzers waren gestuit. Vol optimisme en
maar het duurde dan niet lang, of zy vertrok
ken weer, als verslagen door den onoverkoom-
baren weerstand van den Jongen tegen opvoe
ding, in welken vorm ook. Voor meneer Pett,
die toch al niet op zijn gemak was, éls er
jongens in de buurt waren, was Ogden Ford
een bron van voortdurende ergernis. Meneer
Pett mocht den Jongen niet en hy verdacht
hem er meer dan eens van, dat hy sigaretten
kaapte. Dat bracht weer nieuwe ergernis, want
pett was er zich tenslotte van bewust, dat het
hem toch nooit lukken zou, den jongen op
heeterdaad te betrappen.
Meneer Pett hervatte zyn tocht door het
huis. Hy was even blyven luisteren aan de
deur van de huiskamer, maar toen hy daar
een hooge stem hoorde, die het over de voor
naamste christeiyke eigenschappen van den
dichter Shelley had, liep hy verder.
Stilte achter een andere deur, iets verder
de gang op, moedigde hem aan om de hand
op de kruk van de deur te leggen, maar het
daverend geluld van een piano, dat juist op
dit oogenblik achter die deur losbarstte, deed
hem zich vlug uit de voeten maken. Hy
zocht verder en een paar minuten later was
hy terecht gekomen in een vertrek, dat eigen
iyk zyn bibliotheek was, een groote, rustige
kamer vol oude boeken, die zyn vader verza
meld had.
Pett stond buiten de deur en luisterde scherp.
Hy hoorde niets. Hy ging naar binnen en
onderging voor een oogenblik dat heeriyke ge
voel, alleen gekend door oude heeren, die aan
de drukte van een huis vol jongelui hebben
weten te ontkomen. Maar toen klonk er plotse
ling een stem, die meteen zyn droom van een
zaamheid verbryzelde.
„Hallo, Paps!"
Ogden Ford lag nonchalant in een diepen
stoel, die in de schaduw stond.
„Kom er maar in, paps. Er is hier nog een
boel plaats."
Meneer Pett stond in de opening van de
deur en keek zyn stiefzoon met somberen blik
aan. Hy kon dien vaderiyken toon van den
knaap niet uitstaan en dat viel hem nu nog
moeiiyker, wyi de onverlaat in zyn gemakke-
lijksten stoel zat. Zelfs gezien vanuit een
aesthetisch oogpunt, was die dikke jongen,
zooals hij daar zat, een beleediging voor het
oog. Ogden Ford was rond en massaal en
scheen voortdurend een slachtoffer van over
voeding te zyn. Hy had het oververzadigd
voorkomen van iemand, wien iedere Inspan
ning vreemd is, en een gezicht van een aan
toffees en andere snoepery verslaafde. Zelfs
nu, nauweiyks een half uur na het ontbyt,
bewogen zich zijn kaken in een rhythmische
knauwbeweging.
„Wat eet je daar, Jongen?" vroeg meneer
Pett, wiens teleurstelling in geprikkeldheid
overging.
„Toffees."
„Ik wou dat je niet den heelen dag toffees
zat te snoepen."
Moeder gaf ze me," zei Ogden eenvoudig.
En zooals hy wel verwacht had, was het vuur
van d«n tegenstander door dit schot tot zwy-
gen gebracht. Ogden vierde die overwinning.
met opnieuw een toffee in zijn mond te
steken.
„Geen al te best humeur vanmorgen, is het
wel, paps?"
„Ik wensch niet zoo te worden toegesproken."
„Ik had het direct door," zei de stiefzoon
zelfvoldaan. „Ik weet dat altyd precies. Maar
ik weet heusch niet, waarom u my nu weer
daarom moet zoeken. Ik heb niets gedaan."
Meneer Pett haalde wantrouwend zyn neus
op.
„Je hebt gerookt."
„Ik?"
„Je hebt sigaretten gerookt."
„Nee, mynheer!"
„Er liggen twee eindjes in het aschbakje."
„Die zijn niet van mij."
„Een er van is warm."
„Het is warm vandaag."
„Je hebt het daar neergelegd, toen Je me
hoorde binnenkomen."
,Nee, meneer! Ik ben maar een paar minu
ten hier binnen geweest. Ik denk, dat een van
de anderen voor my hier geweest is. Ze zitten
voortdurend je doodkisten-nagels te paffen.
Heusch paps, daar moet Je iets tegen doen.
Je moet je weten te handhaven."
Een gevoel van hulpeloosheid overmeesterde
meneer Pett. Voor den duizendsten keer voelde
hij zich door dien yzigen Jongen met uitpui
lende oogen van de wijs gebracht.
(Wordt vervolgd)