Minister De Wilde verdedigt zijn beleid ZIJN HARTEKIND RIJK EN GEMEENTEN Het Rood-Wit-Blauw Landbouwpolitiek van België De moord te Den Haag Fraude bij Bijz. Vrij wil ligen Landstorm ZATERDAG 6 MAART 1937 EERSTE KAMER Inzake de benoeming van socialis tische burgemeesters neemt Z. Exc. een afwachtende houding aan Minister antwoordt Onder curateele Velsens burgemeester De vlaggenkwestie De Poelau Bras te Port Said DE MOORD TE ROTTERDAM Tien jaar tegen den dader geëischt WINKELDIEFSTAL TE BOXMEER Autobandieten aan het werk? HET METAALBEDRIJF TE ROTTERDAM Herscholing van werkloozen wordt overwogen Beperking der margarineproductie; steun aan de kaasmakerij Belooning uitgeloofd SCHEEPJE OMGESLAGEN Opvarenden zijn gered kunnen worden EERVOLLE VERMELDING BESTELLER PLASSE In verband met overval op Haagschen postauto CH. VAN PELT KEUNEN Belgisch consul te Breda overleden Goedkoop telefoneeren met Japan iy2 jaar geëischt tegen secretaris van het gewest Zeeland LOTERIJ WET OVERTREDEN? Kwestie rondom een voetbalpool UIT DE STAATSCOURANT Onderscheiding Deskundige bij arts-examens HET DUITSCH Den Haag, 5 Maart 1937 Nadat hedenochtend nog enkele sprekers het hunne gezegd hadden over de begroo- ting-1937 van Binnenlandsche Zaken, heeft Minister De Wilde met furore vooral - tegen de N. S. B. zijn beleid verdedigd. t Was erbarmelijk, om aan te hooren, wat de leider der N. S. B.-sche fractie, de heer d' AN- SEMBOURG, aan koeterwaalsche politiek in het midden bracht: er waren in Limburg looze burgemeesters, die den hun onderdanigen werk- loozen enN. S. B.-ers verboden geduren de zekere nachtelijke tijden zich op te houden aan de tot smokkelen zoo verleidelijk lokkende grens. Er was een Minister, die aan de oervaderlan- ders der N. S. B. verbood, lid te worden van de burgerwacht. Er waren in Limburg pastoors 'de Hemel zij hun zielen genadig!), die toe lieten, dat het katholiek propagandablad „De Opmarsch" 's Zondags bij de kerken werd ver kocht. Er waren Joden, die 's Zondags hun win kels open lieten, terwijl de Christenen geslo ten moesten zijn, en Zondagsheiliging verhin derden. Er waren ten slotte in Nederland drie Minis ters het trio Colijn-De Wilde-Oud tenge volge van wier systeem dezer dagen de burger oorlog uit zal breken De heer DE ZEEUW (S. D.) nam den graaf 'n beetje in het ootje: De heer d'Ansembourg bloest het in Limburg, waarover hij zooveel klachten heeft, juist ideaal wonen vinden: hier denkt en handelt de overgroote meerderheid der bevolking met de burgemeesters aan het hoofd politiek en geestelijk in dezelfde rich ting, een zeer benijdenswaardige eenheid dus! Wanneer de graaf daarop nu critiek uitoefent, dan treedt hij uit de N. S. B.-idee over in de zoozeer verfoeide partijenstaat-idee. 't Was ons goed, hier te zijn, in onzen staat, waar verschil van meening tusschen Rijk en Gemeente mocht bestaan en in overleg wor den geregeld. Deze spreker vroeg een nieuwe financieele regeling tusschen Rijk en Gemeenten, waardoor deze laatste weer sluitende begrootingen zou den kunnen maken. De MINISTER VAN BINNENLANDSCHE ZAKEN, de heer DE WILDE, begon in stemmend met de heeren Kropman en De Zeeuw met hul de te brengen aan de Vereeniging van Ne- derlandsche Gemeen ten, welke onlangs in 't zilver jubileerde en ook de Regeering vaak belangrijke diensten bewezen had. Scherpe critiek op de verhouding tus schen Rijk en Ge meenten is er eigen- (S. D.) had alleen paar een klacht over de moeilijke positie, waar- h de gemeente Arnhem was komen te verkee- doordat het gemeentebestuur genoodzaakt Was geweest een schoolgebouw ƒ200 per jaar ®°edkooper te verhuren en op commando van Gedeputeerde Staten daarvoor nu dekking bloest aanwijzen, welke in den gemeentelijken °°d onvindbaaar is! Maar dit alles heeft met het regeeringsbeleid biets te maken. Er was over geklaagd, dat er ten aanzien van V'erkloozenkosten-vergoeding aan de gemeen- n geen vaste normen zouden bestaan, maar hebben toch de wet op de financieele ver- b°uding, welke volkomen objectieve normen be- en daarnaast geven enkele crisiswetten Belegenheid tot soepeler handelen: de een wat hieer, de ander wat minder. Als de heer De Zeeuw na de verkiezingen hier Minister terugkeert, zal het ook hem niet "hogelijk zijn, allen gemeenten sluitende be- srootingen te bezorgen: 't zou milliarden en biillioenen kosten! He heer d'Ansembourg had gesproken van de onbekwaamheid der gemeenteraden en „gere deneerd", dat waar de Tweede Kamer op den e'fden grondslag was samengesteld als de Ha rd11 ook de heele Staten-Generaal als onbe kwaam waren te beschouwen en dus maar „on- Mr- 3. A. DE WILDE, Minister van Binnen landsche Zaken niet gehoord. He heer Hermans der curateele van eenen Leider" moesten wor- ?eb gesteld. Nuchter was 's Ministers opmer- j?bg, dat niet de Regeering van onbekwaamheid er Raden had gesproken: alleen moest daar, waar men financieel niet meer onafhankelijk was, het toezicht verscherpt worden. In zijn staatkundige kennis had de heer d'Ansembourg ook het kleine verschil in karakter tusschen Raad en Staten-Generaal over het hoofd ge zien: dat de Raad is een regeerend college en de Staten-Generaal o.a. een controleerend li chaam, dat controle uitoefenen kan op iedere regeeringsdaad. Den heer Kropman, die geklaagd had over te veel centralisatie, merkte de Minister op, dat hij dien kant juist niet uit wil. en herhaaldelijk ook bij P. T. T.-aangelegenheden geeft hij er blijk van, in ieder overleg zooveel mogelijk de gemeentebesturen in te schakelen, maar van den anderen kant eischen nieuwe ontwikkelin gen des tijds in gevallen van een meer centraal karakter, waarbij algemeene belangen betrok ken zijn, ook wel eens een meer centraal op treden (neem b.v. de maximumsnelheden) De heer Hermans had den burgemeester van Velsen gelaakt, omdat deze gezegd zou hebben, tegen het algemeen kiesrecht te zijn, omdat deze een gemeentepark als particulier landgoed w'enscht te beschouwen en aldaar jaagt, hetgeen voor de Velsenaars gevaar zou opleveren, en omdat deze de werkloozen voor „luie lamme lingen" zou hebben uitgemaakt. Waarom wilde de heer Hermans, die zelf toch voor het vrije woord is, een burgemeester niet toestaan, zich persoonlijk tegen het algemeen kiesrecht te verklaren? Op eigen kosten heeft de burgemeester in dat park velé verfraaiingen aangebracht, en nu komen er konijntjes de zaak ver-ruïneeren. Onder leiding van den burge meester nu worden er als er voor niemand gevaar -kan dreigen razzia's op deze knaag dieren gehouden, met het gevolg, dat er dit jaar vijf en twintig beestjes werden geschoten, waar van de opbrengst netjes in de gemeentekas is gedeponeerd. Vroeger werden er wel méér ge schoten, maar zij werden toen dan ook onder de raadsleden verdeeld. Tenslotte de „luie lammelingen", waarvan de burgemeester heelemaal niet gesproken zou blijken te hebben. Hij heeft, doelende op zekere mala-fide werkloozen, alleen maar beweerd, dat steun voor dezulken „een luie lamlendigheid" in de hand werkt. Ten opzichte van benoeming van socialis tische burgemeesters staat de minister nu ten aanzien van Kroon en gezag in de SDAP een ommekeer zich schijnt te vol trekken minder rigoureus, maar hij wil voorzichtig blijven en afwachten, of de be keering wel een bekeering des harten zou blijken en of zij niet te zeer een (tijdelijk) gevolg van (tijdelijke) omstandigheden moet worden geacht. Dat het in sommige streken aan werkloozen verboden was, op zekere nachtelijke tijden aan de grens te vertoeven, achtte de minister een lang niet onverstandigen maatregel: arm zijn brengt vaak gevaar mee, in dit geval, het ge vaar zich aan smokkelen te gaan wijden. In Utrecht had de burgemeester in het stad huis, waar het stoffelijk overschot van een overleden wethouder, toevallig gewezen SDAP'er, een wijle was opgebaard geweest, een korte rede gehouden. Dat was volgens de NSB'ers een „noch nie dagewesen" schandaal. De minister moest hun aan het verstand brengen, dat deze laatste eer den overleden mensch, den verdien stelijken wethouder betrof, en niet een ver heerlijking der SDAP gold. Burgeroorlog? De minister voelt zich achter de 80.000 man B.V.L. heerlijk veilig, óók tegen de NSB. Waar is die burgeroorlog nu na vier jaar? Als we de NSB hadden laten begaan, ja, dan was de burgeroorlog daar geweest. Aan het krachtig repressief optreden der Regee ring heeft de graaf het te danken, dat hij zich in Nederland nog even veilig kan voe len als de minister. Op de klachten betreffende de looze pastoors en de dito joden, heeft de minister zich niet verwaardigd te antwoorden. Er kunnen den eenen wijzen man ook zooveel vragen gesteld worden De heer Lohman met zijn pleidooi-achteraf ten gunste van de oranje-blanje-bleu prinsen vlag kreeg géén gelijk: in de alom heer- schende onzekerheid moest positie gekozen wor den en de oranje-blanje-bleu-groep was, meen de de Minister, toch wel verreweg de kleinste. Historisch zou erop gewezen kunnen worden, dat Koning Lodewijk in 1806 rood-wit-blauw reeds tot staatsvlag verklaarde, en dat de sou- vereine Vorst in 1813 uitmaakte, dat de oude vlag de nationale zou zijn. Het Kon. Besluit van 27 Februari is zeer sober gehouden, spreekt alleen maar van de kleuren, niet van de banen, van de afme tingen, enz. Binnenkort zal de zaak in de Staten-Generaal gebracht worden en by al- gemeenen maatregel van bestuur zullen de definitieve en volledige bepalingen worden ingevoerd. De begrooting werd zonder hoofdelijke stemming aangenomen, met de gebruike lijke NSB-aanteekening. By de behandeling der begrooting van het Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Te lefonie kwam de heer. POLAK (SD) met een langdradig betoog tegen de intrekking van de' aan de Vrydenkers Radio-Omroep-Vereeniging, ondanks het welbekende feit, dat de VRO, welker grondslag is de souvereiniteit en autono mie der rede, onder afwyzing en bestrijding van elk geloofsdogma of bindend gezag van Kerk of personen, schrift of overlevering onmo gelijk aan haar doelstelling kon beantwoorden en tegeiyk voldoen aan de in het Radio-regle ment vastgelegde normen. En de totale zendtyd is toch al zoo beperkt. Zonder te lachen kwam de heer Polak nu be weren, dat de grondslag van „De Dageraad", waarvan de VRO een instelling is, niet een on- dermyning van den godsdienst zou beteekenen, maar alleenzuivere wetenschap! Terwyi de heer Albarda in de Tweede Kamer ronduit toegaf, dat „De Dageraad" met weten schap niets heeft te maken. Ten slotte had de heer Polak nog bezwaren tegen een volgens hem teveel aan radio- contröle. De heer VAN RAPPARD (VB) klaagde over het soms lang moeten wachten aan kantoor loketten en over hier en daar onvoldoende posl- bediening ten plattelande. De heer NIVARD (RK) kwam met den heer DE ZEEUW (SD) op voor personeelsbe langen: er was te veel hulppersoneel werkzaam. Op verscheidene plattelandskantoren is geen enkele vaste besteller te vinden. Ook waren er veel te veel arbeidscontractanten bij het bedrijf. De MINISTER beduidde den heer Polak, dat radio een bijzonder gevaariyk verbrei dingsinstrument is, dat ongecontroleerd veel kwaad kan doen. De vrije omroep kan slechts worden behouden, indien hy goed gecontroleerd wordt. Dat de minister niet inging op het verzoek van den heer Polak, de VRO weer zendtyd toe te staan, laat zich denken. Met de wenschen en opmerkingen der overige sprekers zou de minister zooveel mogeiyk reke ning houden. Na welke toezegging ook de P.T.T.-begrooting zonder hoofdelijke stemming werd goedgekeurd. Naar Lloyds thans bericht is de Poelau Bras te Port Said aangekomen. Wat doe je daar? Ik leer steno. Waarom eigenlijk? Veel papier bespaar je er in elk ge val niet mee. Holite Humour Tegen den 38-jarigen los werkman H. T., thans gedetineerd, die zich voor de arrondisse- ments-rechtbank te Rotterdam te verantwoor den had wegens den moord op de 38-jarige ge scheiden vrouw Marie K., welk misdrijf heeft plaats gehad op 20 September 1936 in de wo ning van het slachtoffer aan de Oranjeboom straat te Rotterdam, heeft de Officier van Jus titie wegens moord, subs, doodslag, meer subs, zware mishandeling den dood tengevolge heb bende, een gevangenisstraf van tien jaren ge- eischt. Door het uitsnijden van een ruit hebben on bekenden zich toegang weten te verschaffen tot de magazijnen van de manufacturenfirma Klaassen-Hoedemakers te Boxmeer. Het pand, waarin de inbraak gepleegd werd, is gelegen aan de drukste straat van Boxmeer en is inge richt als magazijn en toonkamer. Door den tuin heeft men de achterzijde van het gebouw weten te bereiken. Zoowel in de boven- als in de be nedenverdieping heeft men alles grondig door zocht. Van den grooten voorraad, die er lag op geslagen, heeft men de beste artikelen mede genomen., Een groote hoeveelheid beddegoed, vloerkleeden en tafelgoed wordt vermist. De marechaussee van Boxmeer, die het on derzoek in handen nam, heeft zich in verbin ding gesteld met den ryksveldwachter uit Hee- sen, die met een politiehond naspeuringen heeft verricht. Hierdoor werden de vermoedens, dat de daders met een auto gekomen zijn bevestigd. Intusschen zyn afdrukken van voetsporen ge nomen en werd opsporing en aanhouding ver zocht. Op het stadhuis te Rotterdam is een bespre king gehouden over de vraag op welke wüze de herscholing van werklooze metaalbewerkers zou kunnen worden ter hand genomen. De verga dering werd voorgezeten door wethouder J. Ratté en bijgewoond door wethouder J. R. Dijk, eenige hoofdambtenaren van de gemeente Rot terdam, mr. P. G. Draayer, directeur-generaal der werkverschaffing en steun verleening; Meyer de Vries, hoofdinspecteur voor de werkver schaffing; F. van der Hout, controleur voor het cultureele werk en vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemersorganisaties in het metaalbedrijf te Rotterdam. By de besprekingen bleek, dat zoowel werk gevers als werknemers, met de overheid willen medewerken, omdat hier verschillende moge- ïykheden aanwezig zijn. Aan B. en W. van Rotterdam zal nu worden voorgesteld door een tweetal kleine technische commissies plannen, welke by de conferentie ter tafel kwamen, te doen onderzoeken en deze verder voor te bereiden. Die plannen zullen dan aan den minister van Sociale Zaken en aan het gemeentebestuur van Rotterdam worden voor gelegd. De strijd tusschen de boter en de margarine in België, die reeds geruimen tyd vrij scherpe vormen heeft aangenomen, zal nu weldra door ingrüpen van hoogerhand een andere wen ding nemen. In België bestaat niet de prijs regulering van boter en margarine, welke sinds 1932 bü ons bestaat. De strijd woedt daar zoo fel, dat artikelen met groote koppen in de bladen verschenen, waarin de boeren den margarinefabrikanten en omgekeerd, de heftigste verweten naar het hoofd slingerden. Thans is men zoover gekomen, dat in de Kamer de zaak behandeld is. De minister van Landbouw, de heer Pierlot, heeft medegedeeld, dat in 1935 het verbruik van margarine ge stegen is tot 45 millioen kilogram tegen 18 millioen in 1912. Veel ernstiger noemde de minister het gevaar voor de toekomst. Onder invloed van de reclame is het verbruik in 1936 gestegen tot 52 millioen kilogram. Nadat de minister er op gewezen had, dat het vraagstuk van groot sociaal belang is, daar ongeveer 300.000 landbouwersgezinnen leven van de melkproductie, gaf hy een overzicht van de maatregelen, die de regeering wil treffen. De oplossing der regeering bestaat in een ontwerp van wet, dat eerstdaags zal ingediend worden en dat den koning machtiging zal geven om de prysschommeling der zuivelpro ducten alsook het vervaardigen en verhande len van margarine en andere dergeiyke voe- dingsvetten te regelen. Het ontwerp zal bovendien de bijzondere rechten vaststellen, welke zouden geïnd wor den by de aflevering der vergunningen, toe gekend by toepassing van deze regeling. Krachtens die wettelüke bepalingen zal een koninklyk besluit, in den Ministerraad be handeld, het beginsel kunnen aannemen en de grondslagen vaststellen voor de contingen- teering der margarine-voortbrengst in België. In uitvoering van dit besluit zal het contin gent periodiek worden vastgesteld, met inacht neming van de behoeften der markt en vooral van den verschillenden toestand in den zomer en in den winter. Men zal proefondervindelijk te werk gaan. Alleen dit stelsel werd practisch gevonden; het zal toegepast worden volgens het beoogde doel: aan de botermarkt voldoende pryzen en aan de melkvoortbrengers een matige maar biliyke vergelding van hun arbeid verzekeren. Zoodra dit doel bereikt is, zal de mate, waarin de margarine-fabricage moet beperkt worden, insgelijks bereikt zijn en niet overschreden worden. Het contingent zal verdeeld worden onder de thans bestaande fabrieken in verhouding tot de fabricatie in den laatsten tyd. Wat de belasting betreft, die zal geheven worden by de aflevering der vergunningen, zy zal vastgesteld worden op 0.50 fr. per kg. Men zal by dit gering bedrag blyven, op voor waarde dat de belasting voor een ruim deel zal gedragen worden door de fabrikanten en niet uitsluitend door de verbruikers. Daarenboven overweegt de regeering een aan tal maatregelen om den prys van de boter, welke vooral gedurende de zomermaanden een groote daling ondervindt, op peil te houden. Een deel van de boter zal daartoe des zomers in koelhuizen worden opgeslagen. Daarnaast zal de regeering ook maatregelen nemen, die ten doel hebben de kaasproductie te bevorderen. Er zal een productie-premie worden toegekend van 1.25 tot 2.50 franc per kilo. Men hoopt op deze wijze de melk van 700.000 koeien te kunnen verwerken. In dezen laatsten maatregel zit een groot gevaar voor den Nederlandschen kaasexport; België immers is na Duitschland onze voornaamste afnemer. Behalve aan kaas zal ook steun worden ge geven aan den export van boter en van ver schillende melkproducten. Waarom ligt er bij Klaas meer grond dan bij jou. Jullie zijn tegelijk begonnen- f Klaas maakt een groote ren kuil. Holite Humour De officier van justitie te 's-Gravenhage looft een belooning uit van ten hoogste f 250 voor die(n) gene(n), die zoodanige aanwij zingen kan (kunnen) geven in den roof moord op den Haarlemschen garagehouder Hes, in den avond van Vrijdag 26 Februari j.l. gepleegd te 's-Gravenhage, welke leiden tot ontdekking en veroordeeling van de daders. In het belang van de openbare veiligheid wordt een beroep gedaan op ieder, die eenige aanwyzing kan geven. Inlichtingen te zenden aan den commis saris van politie van den justitieelen dienst te 's-Gravenhage. Tydens slecht weer is het 168 ton metende sleepscheepje Lubtina op het IJselmeer om geslagen en gezonken. Het scheepje, dat be mand was met schipper Hulsebos, diens dochter en zoon, kwaVn van Emden, waar het een lading hout had ingenomen. Het werd gesleept door een sleepboot, waarmede het door 'n langen tros was verbonden. Waarschijnlijk is door het slechte weer de deklading hout gaan werken, waardoor het scheepje in een gevaarlijke po sitie kwam. Hoe gevaariyk deze was, bleek, toen men zich op ongeveer tien kilometer N.N.O. van Marken bevond. De slagzij werd toen der mate groot, dat de Lubtina omsloeg. Gelukkig hadden de opvarenden zich, ofschoon zy vrij wel alles aan boord hadden achtergelaten, bij tijds in de roeiboot kunnen redden, waarna de bemanning van de sleepboot hen aan boord nam en hen naar Monnikendam bracht, waar zy Vrijdagmorgen' vroeg zijn aangekomen. De brievenbesteller D. H. J. Plasse te 's-Gravenhage die zich tegenover het staats bedrijf der P. T. T. verdienstelijk heeft ge maakt door zijn houding by den roofoverval op een postauto op 9 Februari jJ. in de J. P. Coenstraat te 's-Gravenhage, waardoor de berooving werd verijdeld, is deswege eervol vermeld, onder toekenning van een gratifi catie van den minister van Binnenlandsche Zaken. Na een ongesteldheid van eenige maanden is te Breda in den ouderdom van 66 jaar over leden de heer Ch. M. J. A, van Pelt Keunen, sinds begin 1914 consul van België. Van 1897 af tot laatstgenoemd tijdstip bekleedde hy de functie van vice-consul. Tydens den oorlog heeft hy zich byzonder verdiensteiyk gemaakt voor zijn naar Nederland gevluchte landgenooten. Hij richtte een steun comité op, waarvan hy tot eere-voorzitter werd benoemd. Ook was hij voorzitter van het in de oorlogsjaren aldaar gevestigde sub-comité van het Belgische Roode Kruis, terwijl hy tevens president was van het eere-comité van het In ternationaal liefdewerk voor gewonden en krijgsgevangenen, afdeeling Breda en omstreken. Met ingang van heden worden in het tele foonverkeer met Japan (via Berlijn en via Lon den) goedkoope Zaterdaggesprekken ingevoerd. In de tweede helft van September 1936 werd bekend, dat de secretaris van het gewest Zee land van den Bijzonderen Vrijwilligen Land storm fraude had gepleegd. Op 28 September 1936 werd de betrokkene, P. G. L., gearresteerd en in het huis van be waring in Middelburg ingesloten, waar hy tot 4 Februari heeft vertoefd. Het onderzoek, dat politie en justitie hebben ingesteld, was zeer omvangrijk en heeft zich tot ver buiten Zeeland uitgestrekt, terwyi het sterk werd bemoeilijkt door het feit, dat de in beslag genomen administratie in een chaoti- schen toestand verkeerde, zoodat het bijna on doenlijk was, de feiten te achterhalen. Verdachte stond heden terecht voor de arron- dissements-rechtbank te Middelburg. Hem was ten laste gelegd, dat hij omstreeks 1933 en 1934 te Vlissingen, althans in het arrondissement Middelburg, eenige kwitanties, zijnde geschrif ten, waaruit eenige bevrijding van schuld kan ontstaan, die in ieder geval bestemd waren om te dienen tot bewijs, dat de onderteekenaars daarvan de in die kwitanties vermelde gelds bedragen hadden ontvangen van de Provinciale Landstorm-Commissie Zeeland, althans tot be wijs van hetgeen in die geschriften was ver meld, valscheiyk heeft opgemaakt of vervalscht. By het verhoor van den verdachte verklaarde deze, dat hij kwitanties in blanco liet onder teekenen, om zyn administratie, welke zeer om- vangryk was, in orde te krijgen. Hij erkende verder, valsche handteekeningen te hebben gezet. De gevolgen daarvan heeft hij echter niet zoo erg ingezien. Ook gaf hy toe, onjuiste declaraties te hebben opgemaakt. De president noemde het gevoerde beheer buitengewoon incorrect en ontoelaatbaar. Hij achtte het onbegrijpelijk, dat zoo iets heeft kunnen gebeuren. Een aantal getuigen werd gehoord. De Officier van Justitie merkte op, dat ge bleken is, dat de B. V. L. buiten het gebeurde staat. Wat den persoon van verdachte betreft, con stateerde spr., dat deze niet voor zijn taak berekend was. Financieel was hij in het geheel niet onderlegd. Daarby kwam zijn persoonlijke eerzucht, om verschillende functies te bekleeden en groot te doen, en de gevolgen zyn dan ook niet uitgebleven. Spr. vroeg veroordeeling van verd. tot ©en gevangenisstraf van anderhalf jaar, met aftrek van preventieve hechtenis. Spr. betreurde, dat inmiddels op verzoek van den verdediger de verd. op vrye voeten is ge steld. Met het oog op de hooge straf, welke thans tegen verd. is geëischt en op de straf, welke uit anderen hoofde reeds tegen nem is uitgesproken, vroeg spr., daar hij hier gevaar voor vlucht aanwezig acht, mede de gevangen neming van den verdachte. De verdediger wees er op, dat verd. niets meer bezit en daardoor reeds zeer zwaar ge straft is. Hij hoopte, dat de rechtbank bij haar oordeel met alle omstandigheden rekening zal houden. Na re- en dupliek begaf de rechtbank zich in de raadkamer en na terugkeer deelde de president mede, geen termen aanwezig te ach ten aan het verzoek van den officier tot ge vangenneming te voldoen. De uitspraak werd bepaald op 19 Maart. Op vermoeden van overtreding der loterijwet heeft de politie te Den Haag bij verschillende vertegenwoordigers van een voetbal-pool in beslag genomen de ter beschikking van het publiek liggende formulieren, betrekking heb bende op den voetbalwedstrijd NederlandZwit serland. De *pool heeft voor dezen wedstrijd "n afwij kende pool georganiseerd. Hierbij worden niet de gebruikelijke vragen gesteld, welk elftal zal winnen of gelijk spelen, maar het publiek heeft op de betreffende formulieren in te vullen hoe de stand is bij de rust en wat het eindresultaat is, terwyl bovendien wordt gevraagd, welk elf tal het eerste doelpunt zal maken. De politie is van oordeel, dat het publiek geen overwegenden invloed kan uitoefenen met be trekking tot de vraag, welk elftal het eerste doelpunt zal maken. Om deze redenen zyn op vermoeden van overtreding der loterijwet de betreffende for mulieren in beslag genomen. Bij KB. is toegekend de aan de orde van Oranje-Nassau verbonden eere-medaille, in brons, aan H. C. Roestenberg. lederbewerker bij de firma J. Mannaerts, te Tilburg. By beschikking van den minister van On derwijs, Kunsten en Wetenschappen, is voor het tijdvak van 1 Mei tot en met 18 September 1937 aangewezen als deskundige bij het afne men van de artsexamens aan de Rijksuniver siteit te Utrecht: dr. M. C. Westermann, al daar. Dag, die niet begonnen was en eindigde °or rouw en trots. Stil zat 't jonge meisje met «evouwen handen op de zondoorbrande zand- eehen knielbank en liet haar gedachten den VriJen loop. ^an tante Agnes gingen haar gedachten naar om Willy, die nu al een jaar zoo moederziel f'leen in zijn triestig huis zat, zoo goed en zoo Waad als 't ging verzorgd door Mina, die zyn ather opruimde, zijn eten kookte en zich voor °Verige niet om hem bekommerde. Hij had nooit geklaagd; alleen toen Mina by kameropruimen een zeer gewichtige akte had weggelegd, waar hij dagenlang naar gezocht ad; eens toen zij de volière op den tocht had gezet en er na twee dagen een der vogeltjes ®Merf, die Kate nog verzorgd had; opeens voelde j 1 hoe groot zijn eenzaamheid was, hoe hy ®deren dag meer de vrouwenhand miste. Als fhj mevrouw Heinzius er over sprak, had deze en daarna Kate veelbeteekenend aange- ien. Kate was rood geworden en had in haar verlegenheid gestotterd: „Oom Willy moest zich aar 'u huishoudster nemen," *n Huishoudster.... Kate zuchtte als zy er aan dacht. De hemel weet wat voor 'n mensch 't zijn zou. Die zou haar misschien heelemaal onmogelyk maken in oom Willy's huis. Opeens kreeg ze een wonderlyken by na kinderlyken inval: Als zy nu eens 100 jaar oud was of 60 of 50.... dan kon zy by oom Willy komen als huishoudster. Hy zou z'n domme verlangens vergeten en alles zou dan bijna net zoo zyn als vroeger. Zy moest lachen over zichzelf. Toen zy nog half in zich zelf lachend, stil voor zich heen staarde, hoorde zy opeens, 'n vluggen, krachti- gen voetstap op 't kiezel.... en hij, by wien haar gedachten waren, stond vóór haar. „Ik had 'n voorgevoel, dat ik je vandaag hier zou treffen, Kate!" zei meneer Overbeck en zag haar aan. Ze zag er byzonder lief uit. Voor den eersten keer droeg zy 'n witte jurk en haar blonde haren golfden onder haar breedgeranden stroo- hoed uit. Zijn hart klopte heftiger door liefde en ver langenen zonder dat hy wilde, nam hij haar hand in de zyne en begon te spreken van wat zyn hart geheel vulde. 't Was aan Agnes' graf. Toen hy eenmaal zyn schuwheid had afgelegd, scheen 't 'm juist hier bij Agnes de juiste plaats. Niemand anders dan Kate zou 't aandenken aan Agnes zoo heilig houden en ervoor zorgen, dat zij niet vergeten werd. Waarom dan zou Agnes in haar hemelsche rust niet gelukkig zyn; zy, die op al 't aardsche neerzag, diep, heel diep, waarom zou Agnes niet mogen hooren wat hy Kate zeggen wou. Kate hoorde hem zwijgend aan. Zy was te dikwyis en te ruw op dat wat ko men ging voorbereid geworden, om er zich nog over te verwonderen of zich daartegen te ver- zetten Slechts haar hart klopte haar in de keel en zy meende, dat hy het hooren zou. zy kon niets anders denken dan: „Dus toch, dus toch!" in eeuwige eentonige herhaling.... bijna als een tweede mokerhamer tegen haar slapen, totdat 't pyn deed. Een paar keer wilde zy hem onderbreken, maar hij liet haar niet aan 't woord komen. „Nee, laat me uitspreken, kind, ik heb te lang moeten zwijgen." In 't begin hadden zy by 't graf gestaan, nu liepen zij op en neer in de smalle laan, door treurwilgen en cypressen overhuifd. De zon brandde fel op hun hoofden. De lucht was door- geurd. Hy sprak met een warme overtuigende stem en hield haar hand vast. Trotsch en waardig als iemand, die zich bewust is wat hy te vra gen heeft, bescheiden als 'n smeekeling die de kostelijke waarde kent van zyn verlangde gave en die de grootte van 't offer weet te waardee- ren. Kate voelde weer haar toorn en opwinding komen bij zyn woorden, juist zooals den eersten keer, toen haar ontactische moeder haar over 't zelfde onderwerp onderhield. Slechts stil lekten haar tranen.... byna voel de ze medelyden met hem, die haar zooveel aanbood, zooveel van haar hoopte..., en dien zij moest teleurstellen. Moest?.... Ja er was niets veranderd, terwyi hij sprakzij voelde zich nog precies zooals eerstom alles van de wereld kon zy niet zyn vrouw worden! Toen hy zweeg en haar verwachtend aanzag; ongeduld en verlangen, liefde en zorg en angst in zyn blik.... en nog iets anders, iets, dat Kate niet verstond en zich niet verklaren kon, wat haar hart heftiger kloppen deed en 'n bloed- golf naar haar wangen dreefzei ze treurig: „Ik wilde, dat u dat alles nooit tegen mij gezegd had, oom Willy. Ik kan.... kan uw vrouw niet worden! Wees niet boos.... maar 't gaat niet. Iets in me verzet zich daartegen en ik kan dat gevoel niet vergeten." „Houd je dan niet van mij, Kate?" „Ja, ik houd van u oom Willy en ik zal nooit vergeten, hoeveel goeds u voor my gedaan hebt, maarmaarik kan werkelijk niet...." Zy keek naar hem op en keek dan naar tante's graf; haar oogen vol tranen. „Houd je misschien van 'n ander, Kate?" vroeg ie heftig. Zy schudde haar hoofd. „Werkelijk niet, Kate?" drong hy aan. „Nee, heelemaal niet, oom Willy." Hy deed haar zoo'n leed en haar kinderlijke wensch van vroeger schoot haar te binnen. „Ach, ik wilde.. „Wat wilde je, Kate?" „Ik wou, dat ik oeroud was, dan zou ik altyd by u kunnen blyven." „Dat zul je toch, mijn hartekindl" „Neen, niet zoo, niet zoo, oom Willy!" En op eens barstte ze weer in snikken los. „Oh, dat u tante Agnes zoo vlug vergeten kon, dat.... dat.... Hij trad voor haar en vatte haar hand. „Meisje, wat weet jij, hoe ik dit jaar geleden hebHoe eindeloos lang 't voor me was, zoo een zaam, zoo troosteloos! Wat ik voor trieste dagen en slapelooze nachten doormaakte! Hoe ik jullie beiden bij iederen stap miste, daar ik met mijn geliefde vrouw ook myn pleegkind verloor. Myn zonneschijntje! Een heel jaar lang heb ik gezeten in de don kerte van myn verdriet.... en gesmacht naar licht en warmte en de gouden zon. Agnes ver geten?nooit! niemand anders, geen vreem de zou haar plaats kunnen innemen dan jij, ons pleegkind, dat wy beiden hebben opgevoed. Was je altyd maar by my gebleven, ik zou niets meer gewenscht hebben. Maar tusschen ons staan de tongen van de menschen, de wereld, en daarom wil ik je voor Gods oog en voor hun oogen maken tot m'n vrouw en je 't recht ge ven weer in mijn huis te wonen. Misschien leer je dan mettertijd zoo van me houden, zooals ik nu reeds van jou houd. Kijk, Kate, ik vraag 't je, ik smeek je daarom.... ik, je oom Willy, die daar nooit om gevraagd heeft. Ik wil je niet hinderen, niet dwingen, m'n kind. Ik verlang ook niet direct "n ant woord. Denk er 'ns over. Kate „Ik kan niet, oom Willy, oh, plaag me niet zoo! Ik heb er al over nagedacht!Toen moest ze denken, hoe lang, reeds weken, zy dit alles wist en voorzien had, hoe zwaar 't haar gevallen was. Om zijnentwil! Zy dacht aan al de harde woorden, die zij te hooren kreeg, aan al de scènes die haar moeder gemaakt had. Dat alles was zyn schuld. Zy kon hem daarom haten. 't Egoïsme, 't al te trotsche groote zelfbewust zijn, dat door den loop der jaren opgebouwd was door de liefde der Overbecks voor het veraf gode kind, rekte zich uit en verstikte plotseling ieder gevoel van medelyden, van dankbaarheid. Aan tante Agnes' graf staande, herhaalde Kate haar booze woorden, die zy honderden malen te voren reeds gedacht had: „Ik kan nu eenmaal niet en zou 't ook niet kunnen! Dat u dat ook niet inziet.... Jeugd behoort nu toch eenmaal tot de jeugd.... Dan zag zy hem met 'n langen diepen blik aan en wendde zich van hem af, zwijgend. Kate nam haar handschoenen en haar para sol open wilde trotsch heengaan. Geen woord zou zy in dit oogenblik hebben kunnen brengen over haar bleeke lippen. De zon was weggeslopen en nevels dampten; de schemering kroop in cirkels om haar heen. Zóó laat was Kate nooit op 't kerkhof ge weesthaar hart bonsde en zy yide weg. Ellendig, hoe lang waren de lanen en hoe donker schaduwend de cypressen. 'n Veldmuis kruiste haar pad en met 'n gil schrok ze op. De hoefslag van 'n schimmig paard verklonk in nevel langs den kerkhofrand. De kruisen spookten. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 3