De Fransche defensieleening
IBIS SHAG
Toscanini dirigeert het
Residentieorkest
Sportvlucht naar Indië en terug
2L4IL,,
V
Dobbelmann
lelt ft er... man!
Zeecontróle over
Spanje
HET VOLKSFRONT IN
HET NAUW
NIEUW SUCCES VAN
MENGELBERG
P.H.K.O.K. OP YPENBURG
MAANDAG 8 MAART 1937
BUITENLANDSCH OVERZICHT
Radicale verandering
in de politiek
Kerkinbraken in en om
Spaarndam
Ook een tabernakeldeur
geforceerd
JONGEMAN VERDRONKEN
Kostwinner voor dertien kinderen
Vice-admiraal De Graaft bedankt
voor de functie van hoofd
administrateur
Overleg Oslo-staten
Eerste etappe naar een blijvende
samenwerking
ETAGE UITGEBRAND
Waterschade voor de beneden
buren
Geestdriftige toejuichingen
te Rome
Arbeidsbemiddeling
N. O.-polder
Bijzondere voorzieningen getroffen
SLACHTOFFER VAN DE
GLADHEID
De persoonlijkheid
overheerscht
Bijkomstigheden deden de uit
voering beneden de ver
wachting blijven
Ensemble overtreft
zichzelf
De uitvoering
Sneller dan Air France en Imperial
Airways vlogen ir. de Kok
en Schmidt Crans
Tegenwind op bijna de
geheele terugreis
Wat Schmidt Crans vertelde
In het water gewaaid
Tragisch ongeluk te Spakenburg
RUSSISCH SCHIP OMHOOG
GEVAREN
Vlot gekomen
Haeiende planten,
R. K. Universiteit
Werkverschaffing stopgezet
Drama te Hoofddorp
Brandstichting te
Beverwijk?
Twee verdachten gearresteerd
Toestand van het slachtoffer
redelijk wel
Geen audiëntie
Alle bladen zoowel in het buitenland als
ten onzent trachten het merkwaardige
feit te verklaren, dat aan het ministerie-
Léon Blum zulk 'n lange levensduur is bescho
ren. Reeds negen maanden regeert het kabinet
van het Volksfront. Volksfrontpolitiek is loopen
in het gareel van Moskou. Maar de omstandig
heid, dat de uiterst verburgerlij ke socialist Blum
en zijn verburgerlijkte of burgerlijke ministers,
die den zoo revolutionnair klinkenden naam dra
gen van radicaal-socialisten, welke naam een
misleidend étiquet is op een nette bourgeoisie,
de communisten in de negen maanden van him
bewind mèèr hebben afgestooten dan aange
trokken, is wel de reden, waarom de tegen
woordige Fransche regeering zoo stabiel is. Een
Katholiek dagblad tracht zelfs op het voetspoor
van den bekenden Parijschen correspondent
der „Frankfurter Zeitung" Siegberg, aan te too-
nen, dat de Fransche publieke opinie „het gevoel
heeft, dat Blum onvervangbaar is om Frankrijk
te regeeren". En het Katholieke blad komt met
het oog op het financieele experiment, dat Blum
thans gaat ondernemen, tot de conclusie:
„Intusschen, ook hetgeen Blum nu gaat on
dernemen, is een experiment. Een waagstuk
voor een leider van het Volksfront. Maar wij
schreven het de vorige week reeds, de ontwikke
ling van de Fransche politiek gaat duidelijk
in de richting van de bekende „union sacrée".
Met of zonder Blum. Maar zooals de zaken thans
staan, is Blum de eenige man, die haar kan
voorbereiden, waarschijnlijk ook de eenige man,
die haar kan doorzetten." Dat is een ontwikke
ling in den goeden zin in de politiek van Frank
rijk, welke niet anders dan toe te juichen valt.
Ongetwijfeld heeft Blum het vertrouwen
van de arbeidende massa, óók als hij
meer „reactionnair" gaat regeeren. Frank
rijk is over het algemeen zeer behoudensge-
zind en wars van communistische experimen
ten. De Fransche communisten schijnen zelf te
gevoelen, dat op het oogenblik het getij aller
minst gunstig voor hen is en houden zich dan
ook opvallend koest.
Maar hoe kon en kan Blum het kapitaal
winnen voor zijn defensieleening? Had hij de
beleggers en kapitaalvluchtigen door scherpe
aanvallen in de laatste maanden niet zoo sterk
mogelijk van zich afgestooten? Bestudeert men
de internationale pers, dan blijkt, dat de mees
te bladen min of meer tot de volgende conclu
de komen: Merp heeft- de leening voor de na
tionale defensie zoo aanlokkelijk mogelijk ge
maakt door aan de beleggers de keuze te laten
van de valuta, waarin de obligatiën gesteld zul
len zijn. Een radicaler wijziging in de Fran
sche financiële politiek is moeilijk denkbaar en
men krijgt den indruk, dat de uiterste noodzaak
hiervoor verantwoordelijk is. De regeering heeft
geld noodig en zij tracht dit te verkrijgen door
het nemen van maatregelen, waardoor de be
leggers niet langer afwijzend zullen staan.
Daartoe is zij zelfs bereid een deel van de open
bare werken, die op het begrootingsprogramma
voorkwamen, te laten vallen en terug te keeren
tot een op conservatieve grondslagen rustend
financieel beleid. Dan immers is er aldus vele
Fransche uitingen geen reden meer, die aan
den terugkeer van het gevluchte kapitaal in den
weg staat.
Maar men komt ook tot een andere conclusie:
mocht de leening mislukken, dan zou er een
moeilijke toestand ontstaan. Want dan zou de
regeering kunnen zeggen, dat zij alles in het
werk heeft gesteld, om het kapitaal de moge
lijkheid van belegging op voordeelige voor
waarden te verschaffen. Blijft het kapitaal toch
afwijzend, dan is het bewijs van onwil gele
verd en kan de regeering tot scherpe dwang
maatregelen overgaan. Op deze wijze zouden
de maatregelen der regeering de bestaande te
genstellingen op de spits hebben gedreven.
Zóó is objectief gezien de kijk van verschil
lende groepeeringen op de situatie. In Frankrijk
zelf is men zeer optimistisch over het resultaat
der leening. En in het door de politiek der dic-
tatorlanden thans inniger dan ooit met Parijs
verbonden Londen is het al niet anders. Havas
meldt, dat men in Britsche financieele kringen
van oordeel is, dat de leening een groot suc
ces zal worden. Dit oordeel wordt o.a. weerge
geven door de „Evening News", die een artikel
publiceert onder het opschrift: „Hulp van Lon
den". De merfschen in de City, aldus het blad,
zijn van oordeel, dat Blum in de huidige situatie
zeer bekwaam heeft gehandeld. Er was in de
afgelocpen dagen zeer zeker een nieuwe samen
werking tusschen de Fransche en Engelsche
autoriteiten (ook Washington liet zich niet on
betuigd) en de Londensche banken zullen
waarschijnlijk actieven steun verleenen bij de
uitgifte der groote Fransche defensieleening.
Het is te hopen, dat door de radicale ver
andering in de Fransche politiek de
Volksfrontpolitiek zal woorden terugge
drongen en dat de communistische invloed ge
heel zal worden uitgeschakeld. Blum zelf heeft
in zijn radiorede het zwijgen toegedaan over
alle „misselijkheden" uit den aanvang van zijn
bewind, over de stakingen, de bezettingen der
fabrieken enzoovoorts. Maar hij duidde' toch
zeer psychologisch op het verleden, toen hij
niet zonder drogen humor verklaarde: „Som
migen zullen zich ongerust voelen over het lot
der bereikte sociale verbeteringen, anderen
zullen van meening zijn, dat ik een berouw
volle n toon had moeten aanslaan." Hij vond
echter, dat noch voor het een noch voor het
ander reden was, want de eenmaal doorge
roerde verbeteringen zouden blijven bestaan en
de regeering kon „zonder schaamte" terugzien
op den sedert negen maanden verrichten ar
beid. Daarop gaf hij een rustige, wellicht hier
en daar ietwat geflatteerde uiteenzetting van
den huiden toestand: „Toen wij aan het be
wind kwamen, was de economische toestand
slecht, de vrede precair. Wij hebben Frankrijks
internationale positie verstevigd. Het econo
misch herstel is een tastbaar feit, maar moet
alleen nog versterkt en verlengd worden. Di#
herstel is zelfs een der oorzaken van onze moei
lijkheden, omdat de aanvulling der voorraden
en de noodzakelijke uitbreiding van het be
drijf der diverse ondernemingen de handels
balans verzwakt en het bedrag der voor be
legging beschikbare gelden vermindert. Maar
dit herstel maakt het tevens mogelijk, dat het
rhythme der staatsuitgaven wordt vertraagd.
Ik zal mij in geen enkele polemiek begeven,
w"ant in deze omstandigheden doet het gou
vernement een beroep op het geheele land. Ik
heb misschien het recht te zeggen dat een
regeering, die een zoodanige krachtsinspanning
onderneemt als wij thans, recht heeft op het
vertrouwen van het geheele land."
Wij kunnen ons levendig voorstellen, hoe
ontstemd de communisten zoowel in Frankrijk
als in Rusland over den gang van zaken te
Parijs zullen zijn. Voor de overige wereld is er
reden voor gematigd optimisme. Te vroeg jui
chen over een communistische nederlaag zou
echter ongemotiveerd zijn. De heeren zullen
nog wel eens bij Blum aanbellen en hem her
inneren aan vroegere afspraken en beloften.
De kerkdiefstallen in de Haarlemmermeer
worden thans nabij SDaarndam voortgezet.
Vrijdag zijn onbevoegden binnengedrongen
door verbreking van het lipsslot in de oude
kerk te Spaarnwoude. Hier werd niets vermist,
daar het blijkbaar alleen om geld te doen was.
Blijkbaar was het den dieven ook onbekend, dat
dit gebouw reeds jaren als schildersatelier
in gebruik is. Hieropvolgend is den volgenden
nacht ingebroken in de R. K. kerk te Spaarn
dam, waarschijnlijk door dezelfde inbrekers,
door een raampje open te breken. Verschillende
offerbusjes werden gelicht en ook de taber
nakeldeur werd geforceerd. Gelukkig wordt na
een H. Dienst het Ons Heer medegenomen naar
de parochiekerk te Haarlemmerliede, waar
het kerkje een bij-kerk van is, zoodat het geen
heiligschennende diefstal heeft kunnen worden.
De politie, die de zaak onderzoekt, denkt hier
te doen te hebben met kerkdieven, welke ook
reeds in de Haarlemmermeer en Houtrakpolder
ingebroken hebben. Bij navraag bleek de buit
gering te zijn, slechts ongeveer 6.Als
bijzonderheid kon nog worden vermeld, dat het
kaarsenbusje, inhoudend 3.ongeveer, dat
in een raamkozijn stond, onaangeroerd is ge
laten.
Zaterdagavond om ongeveer zes uur is de 22-
jarige expediteur J. Creemers, bij het schoon
maken van zijn vrachtauto aan de loskade der
Roer te Roermond vermoedelijk door uitglijden
te water geraakt en verdronken. Pas later op
den avond werd hü vermist.
Zondagmorgen om tien uur heeft men na ge-
ruimen tijd dreggen het lijk opgehaald. Cree
mers was de oudste zoon en kostwinner van een
gezin van dertien kinderen.
VOOR DE PIJP
Rookt IBIS bij voorkeur uit een IBIS-pijp.
Bij Uw winkelier verkrijgbaar.
Naar wij vernemen, heeft de gep. vice-
admiraal J. de Graaff, oud-chef van den
marinestaf, die benoemd is tot hoofd-admi-
nistrateur voor de zeecontróle inzake de
niet-inmenging in den Spaanschen burger
oorlog, medegedeeld, dat hij deze benoe
ming niet wenscht te aanvaarden.
In een interview met een redacteur van de
Brusselsche „Soir" heeft de Belgische gedele
geerde op de conferentie der Oslo-Staten te
Den Haag verklaard, dat gebleken is, dat deze
Staten zouden kunnen samenwerken, waarbij
de mogelijkheid bestaat, dat de groote mogend
heden later zullen volgen, vooral op het gebied
van de contingenteeringen en de handelsbelem
meringen. Volgens Suetens zal men spoedig een
tweede conferentie kunnen beleggen, waarop
de gedelegeerden de noodige macht hebben om
tot een accoord plan te besluiten.
Dit is de eerste etappe naar een blijvende
economische samenwerking der Oslo-Staten."
Op de tweede verdieping van pand 28 aan
de Beijerlandschestraat te Rotterdam, bewoond
door de familie J. W. H. van der Meer is ver
moedelijk door kortsluiting in het plafond van
de keuken brand ontstaan.
In korten tijd stonden de keuken en de achter
kamer in brand, waarna het vuur zich, via de
zoldertrap, mededeelde aan den zolder. Eenige
oogenblikken sloegen de vlammen fel naar bui
ten, doch de brandweer, die spoedig met veel
materiaal ter plaatse was, wist in een goed half
uur het vuur te bedwingen. De brandweer heeft
het vuur met zes stralen aangetast. De even
eens aanwezig zijnde motorspuit behoefde geen
dienst te doen.
De achterkamer, de zolder en een deel van
het dak zijn verbrand. De heer Van der Meer
is verzekerd.
De beneden gelegen verdieping, bewoond door
den heer F. Lamers, die niet verzekerd was,
kreeg veel waterschade, evenals de parterre
ruimte, waarin gevestigd is de slagerswinkel van
den heer H. G. Spak. Deze is slechte laag ver
zekerd.
Onze Romeinsche correspondent seint ons d.d,
8 Maart:
Zondagmiddag heeft het tweede Mengelberg
concert in het Theatro Adriani plaats gehad
dat Wederom een geestdriftig publiek in ver
rukking heeft gebracht.
Volgens het programma werden uitgevoerd:
vier stukken uit de Midsummernights Dream
van' Mendelssohn-Bartholdy, het voorspel en
Isolde's Tod uit de Tristan und Isolde en de
5e Symphonie van Schaikowski.
Vooral het elegante Scherzo uit de Midsum
mernights Dream en de grootsche uitvoering der
Tschaikowski-symphonie deden het enthousias
me ten top stijgen.
Mengelberg liet het orkest herhaaldelijk in
het applaus deelen en verklaarde later dat het
Scherzo nergens ter wereld beter had kunnen
worden gespeeld.
In de pauze werd een groote bloemkorf aan
geboden namens den Nederlandschen zaakge
lastigde te Rome jhr. mr. W. E. van Panhuys.
Na het concert werd Mengelberg door vele
Romeinsche Nederlanders gehuldigd.
De Romeinsche pers prijst de beide concerten
van Mengelberg wegens den buitengewonen stijl
en interpretatie.
De directeur van den rijksdienst der werk
loosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling
deelt mede, dat, in overleg met de directie der
Zuiderzeewerken, bijzondere voorzieningen zijn
getroffen voor de arbeidsbemiddeling voor de
werken, welke worden uitgevoerd in verband
met de drooglegging van den Noordoostelijken
polder.
In of nabij de belangrijkste werkpunten, t.w.
Kampen, Vollenhove, de Lemmer en Urk, zijn
tijdelijk eenvoudige rijksorganen der arbeidsbe
middeling gevestigd, welke in het bijzonder met
de arbeidsbemiddeling voor bovengenoemde
werken zijn belast. In de bestekken voor den
Noordoostelijken polder is voorgeschreven, dat
de voor de werken noodige arbeiders uitslui
tend door tusschenkomst van deze organen in
dienst zullen mogen worden genomen.
Ter voorkoming van misverstand wordt er
nadrukkelijk op gewezen, dat arbeiders uit an
dere gemeenten dan die, waar genoemde rijks
organen zijn gevestigd, zich alleen bij het or
gaan der arbeidsbemiddeling in de gemeenten,
iri welke zij woonachtig zijn, als werkzoekende
kunnen laten inschrijven. Rechtstreeksche in
schrijving bü bedoelde rijksorganen is dus niet
mogelijk.
Te Vlissingen is de werkman Luwema door de
gladheid van den weg op den Koningsweg zóó
ongelukkig van zijn fiets gevallen, dat hij be
wusteloos naar het ziekenhuis moest worden
vervoerd. Bij aankomst aldaar bleek de man
reeds overleden.
Het is jammer dat men van de Nieuwe Doe
lenzaal slechts de verlichting onverdeeld kan
prijzen. Wanneer men deze ruimte binnen
treedt, krijgt men het idéé in een groote doos
te staan, waarvan het plafond in den vorm van
een gebroken kap eentonig en fantasieloos wit
is, de wanden donkerbruin. Het geheel trou
wens is 'n fantasie-loos, langwerpig geval en
ik geloof nog steeds, dat een muziekzaal er niet
zoo streng-sober moet uitzien.
Het gepraat van de menschen bevalt me di
rect al niet; ik bedoel natuurlijk acoustisch,
lezer! en wanneer het orkest speelt, blijk ik
me niet vergist te hebben. Ook de acoustiek is
fantasie-loos. Kenners van de HaagschRot-
terdamsche muziekwereld herkennen net Resi
dentie-orkest niet meer, maar toch zou ik het
gaarne in het Concertgebouw hooien. Hier in
de Doelen versmelten de strijkersgroepen niet,
hoorns en trompetten steken hun neus buiten
het gelid, in casu: treden voortdurend buiten
het ensemble, het geheele koper klinkt vlak, het
wil niet ronden, noch koepelen, terwijl het
overheerschen van het slagwerk in de forti alle
beschrijving tart.
Ik begin nu de uitbundigheid te begrijpen
van den Italiaanschen priester-componist Lici-
nio Refice, toen hij te gast was bij de R.K Orato-
riumvereeniging en tallooze concertzalen in de
Oude en Nieuwe wereld kennend èJs maar
riep: „Quel palais! Quel palais de musique!
En dat compliment verdient ons ouderwetsch,
inderdaad van buiten foeileelijk renaissance-
aftreksel-van-een-Concertgebouw (men liep bü
de oprichting opzettelijk of niet onzen grooten
bouwmeester dr. P. J. H. Cuypers voorbij!) ten
volle. Een bekend Nederlandsch dirigent zei:
„Ik hoor „La Mer" van Debussy liever onder
Van Beinum te Amsterdam, dan onder Tos
canini met het Residentie-orkest hier alleen
om den klank!"
Ik ben wel genoodzaakt deze opmerkingen
over de Doelen-acoustiek vooraf te maken, om
dat het concert als zoodanig niet volmaakt be
vredigde.
Nauwelijks had Toscanini de ouverture „La
scala di Saleta" van Rossini ingezet, of een
paar nijdige petsen beleedigden het gehoor van
publiek en dirigent, die er zichtbaar van schrok.
Bij de meubileering van deze zaal is n.i. iemand
op het idee gekomen om er klep- of klapstoelen
in te plaatsen, dingen die inderdaad klepperen
oftewel klappen. Van die korte, harde slagen
geven ze, zooals men ze ook in de kerk wel
hoort.
Toen wij over die stoornis heen waren, bleek
het orkest nog niet geheel rustig te musiceeren.
Er was ook hier nervositeit. Doch gaandeweg
kwam het verrassende resultaat van 's dirigen
ten strengen arbeid aan het licht en zooals een
Berlijnsch blad schreef, dat Mengelberg de Ber
liner Philharmonie omgetooverd had tot Con
certgebouworkest, zoo had ook Toscanini in een
week van alles-eischende voorbereiding het Re
sidentie-orkest omgetooverd. Het boog zich vol
maakt onder zijn niet te weerstane suggestie.
Want dit is het wonderbare in zijn verschij
ning. uit dit musiceeren spreekt voor alles een
zelfbewustheid, een wilskracht en concentratie,
welke bijna bovenmenschelijk schijnen. En
daardoor ontstaat een spanning, die dirigent,
orkest en publiek omvat van de eerste noot tot
de laatste.
Van Toscanini boeit geen uiterlijk, geen schoon
gebaar; er is geen kijkspel of het moest zijn het
onzichtbare kijkspel van het fluïdum, dat van
den ziekelijk-duidelijken, technisch-volmaakten
maatslag uitgaat naar het hevig arbeidende
orkest, dat aan elke intentie onmiddellijk gehoor
zaamt. Toscanini behoort zooals b.v. dr. Carl
Muck tot de metronomische, zakelijke diri
genten; staat dus aan een anderen kant dan W.
Mengelberg, Furtwangler, Walter, om enkele
grootheden van ander genre te noemen. Maar
innerlijk brandt in den Italiaan even hevig het
vuur, en zijn geheele, phenomenale verschijning
bewijst weer, dat de kunst in millioenen facetten
haar heerlijkheid uit kan stralen
Die heerlijkheid straalde in Schubert's On
voltooide Symphonie, in Debussy's „La Mer", in
Mendelssohn's Midzomernachtsdroom-nocturne
en -scherzo, in de klankorgiën van Wagner's
Tannhauser (Ouverture en Bacchanale) en
Meistersinger, onafhankelijk van soort of stijl,
alleen afhankelijk van de muzikale emotie; on
afhankelijk ook van de kwestie of het opera-<
muziek is of niet, want dat maakt in een con
certzaal niets uit.
Ziet dezen zeventig-jarige; hü is eenzelfde
raadsel van vitaliteit als Mengelberg; hij geeft
het publiek 'tusschen twee symphonie-deelen
nauwelijks tijd om even te kuchen of te gaan
„verzitten"; ongeduldig staat hij al weer af te
wachten, of hij door kan gaan. En als hij door
gaat, grijpt ook even onmiddellijk het onder
broken contact tusschen hem, orkest en zaal
weer toe.
Afgezien van de problemen en vragen om
trent acoustiek, orkestklank en techniek (want,
wanneer Toscanini bezig is met de Wiener Phil-
harmoniker, hoort men natuurlijk iets anders!)
is dit het phenomenale geweest op dezen avond
(zooals trouwens op alle uitvoeringen en repe
tities van Toscanini)dat daar een door muziek
bezetene binnen de strenge grenzen van de par
tituur met louter muzikale middelen een or
kest verre boven zijn macht heft en een publiek
in ademlooze aandacht slaat, zoodat het nergens
meer aan denken kan dan aan den loop en den
opbouw van de partituur. En als dat intense
luisteren geëindigd is en men voelt zich ver
lost uit Toscanini's suggestieven greep, dan
breekt de ontspanning zich baan in een onbe-
schrijfelük enthousiasme.
Vele malen komt de dirigent terug (in Salz
burg meestal maar één keer, verder laat hij ze
klappen!) en wijst op het orkest en maakt een
beweging alsof hü zeggen wil: „Ik dank u, maar
het is niets bijzonders."
Als men den grüzen kleinen man daar dan
zoo bescheiden ziet doen, kan men zich niet
voorstellen, dat er in zoo'n f'.'ogiel licharm zulk
een geweldige heerschers-ziel woont.
Hopen we, dat dit, in bruisende ovaties ge-
eindigde Toscanini-concert niet het laatste in
Nederland zal zünl
THEO v.d. BIJL
De directeur-generaal der Koninklüke,
ir. De Kok, die in gezelschap van den heer
Schmidt Crans met zün eigen vliegtuig een
tocht naar Indië gemaakt heeft, is Zondag
tegen 12 uur op het vliegveld Ypenburg
geland.
De heenreis duurde tien dagen, het verblijf in
Indië 16 dagen en Zondag tegen 12 uur landde
de sierlüke Havilland Dragon Fly op het be
sneeuwde vliegveld onder de gemeente Rijswijk.
De tocht was volbracht in een tempo, tot nu
toe nog nimmer door een sportvlieger bereikt.
Overweldigend was de belangstelling voor
deze aankomst. Het gebouw van de Haagsche
en Rotterdamsche aeroclubs en het restaurant
van het vliegveld waren geheel gevuld met hen,
die den heer De Kok en zijn reisgenoot welkom
in het vaderland kwamen wenschen.
Over zijn vlucht vertelde ir. de Kok nog, dat
hü gedurende de laatste étappes veel tegenwind
gehad heeft en zijn aanvankelijk plan om Vrij
dagmiddag op Ypenburg te landen niet heeft
kunnen volvoeren.
Vooral het eindtraject (de vliegers startten
Zondagmorgen om 9.13 uur Le Bourget) was
zwaar. Het zicht was slecht en dwong tot laag
vliegen, even boven de boomtoppen.
„Wij keken allebei of er geen kerktorens of
schoorsteenen in den weg stonden", aldus de
heer De Kok.
Hij vertelde nog op den heenweg sneller te
hebben gevlogen dan de Air France en de
Imperial Airways en op den terugweg de
K. L. M. te hebben bijgehouden.
De heer Schmidt Crans was, nadat de eerste
drukke oogenblikken voorbij waren, gaarne be
reid het een en ander over den terugtocht mede
te deelen. Hij was een en al lof over de wijze,
waarop de machine zich gehouden had. Geen
enkele moeilijkheid van eenige beteekenis had
den zü met de motoren gehad. Met het weer
en vooral in Europa hadden de vliegers het
echter minder goed. getroffen. En naarmate
men Holland naderde, werden de weersom
standigheden slechter. Het laatste traject
ParijsDen Haag, dat de heeren De Kok en
Schmidt Crans hebben afgelegd, was dan ook
wel een der zwaarste, zoo niet het zwaarste
stuk van de geheele route.
In 7)4 dag zijn de heeren van Medan naar
Den Haag gevlogen, een record voor sportvlie
gers.
En dit record zou nog sprekender geweest
zijn als het alleen van de capaciteit der
machine of van het uithoudingsvermogen der
vliegers had afgehangen. In de vliegerü spelen
echter ook andere factoren een rol, onder welke
de weersomstandigheden wel van beslissende
beteekenis zün. En deze factor heeft ons
aldus de heer Schmidt Crans nog al eens
in den steek gelaten.
Zondagochtend vandaag juist een week
g'eleden vertrokken wij uit Medan, tankten
in Alorstar, vlogen naar Bangkok en vervolgden
dien dag onze reis naar Rangoon.
Daar troffen wij Sillevis met de K. L. M.-
machine, die 's Maandagsmorgens gelijk met
ons vertrok naar Calcutta, en daar ook bleef
overnachten. Wij moesten op het traject Ran
goonCalcutta een tusschenlanding maken in
Akyab. Ons plan was eigenlijk om dien dag tot
Jodhpur door te vliegen, doch tegenwind
maakte dit onmogelük. Het verloren stuk hoop
ten wü Dinsdag in te halen, door Djask als
einddoel te nemen. Wij zouden 's morgens vroeg
vertrekken, doch wü begrepen reeds bü ons
vertrek uit Calcutta, dat Djask niet de meest
gewenschte pleisterplaats was. Een telegram uit
Karachi meldde n.l., dat in Djask zich een ge
val van pest had voorgedaan, zoodat elke
machine, welke daar landde in quarantaine
moest. Wü zouden dan in de machine moeten
blüven slapen en niemand zou bij ons mogen
komen.
Er was nog een andere omstandigheid, welke
ons dwong, zoo vervolgde Schmidt Crans zün
relaas, van Djask als overnachtingsplaats af te
zien. Er stond op het gedeelte zoo'n hevige
tegenwind, dat wij blij waren in Karachi te zün
en daar rustig zijn gebleven. Ook hier ont
moetten wij een K. L. M.-machine, die op weg
was naar Batavia.
Den volgenden ochtend hebben wij
Karachi—Djask een afstand van bijna 1000
K. M. in een ruk afgelegd. In Djask hebben
wij even getankt. Niemand mocht ons naderen
op minder dan 10 K.M. en zelf moesten wij
ons maar zien te helpen. Zoo spoedig mogelük
zijn wij dan ook weer doorgegaan en kwamen
dien namiddag via Bushir in Basra.
Donderdag ging het zonder bijzondere voor
vallen van Basra over Bagdad naar Damascus.
Het was bar weer. De weerberichten waren
slecht en er stond zelfs een vliegende storm.
Het risico te nemen van onder zulke omstan
digheden verder te vliegen was geheel in strüd
met den opzet van onzen tocht.
Aan den anderen kant lokte een verblüf in
Damascus ons ook niet erg aan.
De heer De Kok kreeg toen een idéé: „Kun
nen wij niet in Cairo komen?" Inderdaad bleek,
dit mogelijk te zijn. De weerberichten voor deze
route waren iets gunstiger en in den namiddag
startten wij van Damascus en kwamen 's avonds
een uur na zonsondergang in Cairo aan.
CairoRhodos, een afstand van 800 K.M.
geheel over zee, welke wij den volgenden dag
aflegden, gaf een bijzondere sensatie, 's Middags
gingen wij nog verder naar Brindisi. Rome
bleek te ver, ondanks de omstandigheid, dat dit
het eenige traject van de geheele route was,
waarop wij wind mee hadden.
In Brindisi was het verschrikkelijk weer.
Gisterochtend heb ik eerst getracht langs de
westkust naar Frankrük te komen. Er was
echter geen doorkomen aan. Toen zün wü over
de Apenijnen gevlogen en aan de oostzijde,
langs de Adriatische zee naar het Noorden. In
Rome hebben wij getankt en zijn toen doorge
gaan naar Lyon. Tegen 4 uur waren wij daar
en 's avonds om 7 uur zetten wü de machte'-
in Parijs neer.
Het laatste stuk was het zwaarste. Zicht was
er bijna niet en door zeer laag te vliegen kon
den wij door grond-oriëntatie den koers houden.
Eerst langs een spoorlijn, toen langs de Schelde
naar Numansdorp en zoo naar Waalhaven.
Maar het viel werkelijk niet mee om in dit
weer Ypenburg te vinden, zoo besloot de heer
Schmidt Crans zün reisverhaal.
Te Spakenburg is de 25-jarige arts H. uit Am
sterdam op tragische wijze om het leven geko
men.
De heer H. die sinds enkele dagen de practük
waarnam van een der plaatselijke doktoren die
kort geleden een operatie heeft ondergaan, had
omstreeks half negen Zondagochtend zijn wo
ning verlaten om per fiets een aantal patiënten
te bezoeken. Toen hij na eenige uren niet terug
keerde ontstond groote ongerustheid. Onder lei
ding van dokter Warmolts en de politie ging
men op onderzoek uit en zocht men den omtrek
af.
Een inwoner van Spakenburg heeft om
streeks het middaguur op den Zeedük ten
zuiden van de haven de vreeselijke ontdek
king gedaan, dat het lichaam van den ver
miste onder aan den dijk in het water lag,
terwijl het rijwiel zich nog op het droge be
vond. Hij heeft den drenkeling onmiddellük
op den kant getrokken, doch de levensgees
ten bleken te zijn geweken. Het lijk van het
slachtoffer is daarop naar de begraafplaats
vervoerd, waar het is opgebaard.
Men vermoedt, dat de heer H. door den har
den wind van zijn fiets is gewaaid, tegen de
steenen glooiing is geslagen, welke een hoogte
heeft van anderhalven meter en vervolgens in
het water is terecht gekomen. Aangezien het
ter plaatse slechts ongeveer zestig centimeter
diep is, neemt men aan, dat de heer H. door den
val bewusteloos is geraakt en daarna in het wa
ter is gestikt.
Het Russische stoomschip „Ufa" van de ree-
derij Sovtorgflot, gebouwd in 1917 en metende
1892 bruto reg. ton, is nabij Hoedekenskerke in
het Middelgat omhoog gevaren. Het schip kwam
van Moermansk en passeerde Zondagavond om
half negen Vlissingen. Sleepbooten zijn in de
nabijheid. De „Ufa" zou vermoedelijk bü hoog
water op eigen kracht vlot komen.
Nader vernemen wij dat de „Ufa" bij hoog
water op eigen kracht is vlot gekomen. De
Russische sleepboot heeft haar reis naar Ant
werpen voortgezet.
De scheepjes, die gisteren op de Schelde om
hoog zün gevaren, zün eveneens zonder hulp
van sleepbooten vlot gekomen.
hebben wekelijks voedsel nodig, dus
PO K O N kunstmest
verkrijgb. bij de bloem
en zaadwinkels met
gratis verzorg.aanw.
ookbloembollen houden van
vraag niet kunstmest, vraag merk n-
Geslaagd cum laude voor het doctoraal exa
men in de wüsbegeerte de heer A. M. J. Chorus
te Nijmegen.
In verband met de weersomstandigheden kon
de arbeid in de werkverschaffingskampen Rot
terdam A en Rotterdam B te Steenwijk en het
Wüde Gat te Den Hulst Maandag niet worden
hervat. De daar te werk gestelde arbeiders uit
Amsterdam, Rotterdam, Hoek van Holland,
Weespercarspel, Gorinchem, Schiedam, Ab
coude, Baambrugge, Harlingen en Franeker
konden derhalve in hun woonplaatsen blüven.
ilS
ioi
In den avond van 1 Maart brak te Beverwük
brand uit in een woning aan de Hendrik Bur
gerstraat.
De woning was enkele dagen tevoren gehuurd
door een 22-jarige Amsterdamsche juffrouw. De
inboedel was reeds overgebracht, maar de juf
frouw was de woning nog niet ingetrokken.
Zij had een adres opgegeven in Amsterdam,
maar toen men haar van het gebeurde op de
hoogte wilde brengen bleek, dat het adres niet
klopte.
Er waren nog andere feiten, die de politie
verdacht voorkwamen, zoodat toen de juffrouw,
die den volgenden morgen op het politiebureau
kwam, aan een scherp verhoor onderworpen en
ingesloten werd. Tegelijkertijd werd een uitge
breid onderzoek ingesteld, waarbij voldoende
aanwijzingen werden verkregen, om haar 35-
jarige „verloofde", die een zeer goede bekende
van de politie bleek te zijn, te Amsterdam te
arresteeren.
Zaterdag zü'n beiden in het Huis van Bewa
ring te Haarlem ingesloten.
Beiden ontkenden zich aan brandstichting te
hebben schuldig gemaakt. Nader is gebleken,
dat de meubels in het huis reeds verzekerd wa
ren en dat de verzekering-maatschappü onmid
dellük per aangeteekenden brief van den brand
in kennis was gesteld. Intusschen wordt het
onderzoek voortgezet. Het is niet onmogelijk,
dat men hier met een complot te doen heeft.
Zooals wü reeds hebben gemeld, werd de 45-
jarige P. v. D., het slachtoffer van het drama,
dat zich Zaterdag te Hoofddorp afspeelde, naar
Haarlem overgebracht. Op gezag van het A. N.
P. deelden wü mede, dat de man in het zieken
huis was overleden. Dit berust evenwel op een
vergissing, want het slachtoffer, dat in het zie
kenhuis St. Joannes de Deo te Haarlem werd
opgenomen, is niet overleden. Zün toestand is
integendeel op het oogenblik naar omstandig
heden vrü goed.
De gewone audiëntie van den minister van
Sociale Zaken, zal op Woensdag 10 Maart niet
plaats hebben.