De Fransche defensieleening IBIS SHAG Toscanini dirigeert het Residentieorkest Sportvlucht naar Indië en terug 2L4IL,, V Dobbelmann lelt ft er... man! Zeecontróle over Spanje HET VOLKSFRONT IN HET NAUW NIEUW SUCCES VAN MENGELBERG P.H.K.O.K. OP YPENBURG MAANDAG 8 MAART 1937 BUITENLANDSCH OVERZICHT Radicale verandering in de politiek Kerkinbraken in en om Spaarndam Ook een tabernakeldeur geforceerd JONGEMAN VERDRONKEN Kostwinner voor dertien kinderen Vice-admiraal De Graaft bedankt voor de functie van hoofd administrateur Overleg Oslo-staten Eerste etappe naar een blijvende samenwerking ETAGE UITGEBRAND Waterschade voor de beneden buren Geestdriftige toejuichingen te Rome Arbeidsbemiddeling N. O.-polder Bijzondere voorzieningen getroffen SLACHTOFFER VAN DE GLADHEID De persoonlijkheid overheerscht Bijkomstigheden deden de uit voering beneden de ver wachting blijven Ensemble overtreft zichzelf De uitvoering Sneller dan Air France en Imperial Airways vlogen ir. de Kok en Schmidt Crans Tegenwind op bijna de geheele terugreis Wat Schmidt Crans vertelde In het water gewaaid Tragisch ongeluk te Spakenburg RUSSISCH SCHIP OMHOOG GEVAREN Vlot gekomen Haeiende planten, R. K. Universiteit Werkverschaffing stopgezet Drama te Hoofddorp Brandstichting te Beverwijk? Twee verdachten gearresteerd Toestand van het slachtoffer redelijk wel Geen audiëntie Alle bladen zoowel in het buitenland als ten onzent trachten het merkwaardige feit te verklaren, dat aan het ministerie- Léon Blum zulk 'n lange levensduur is bescho ren. Reeds negen maanden regeert het kabinet van het Volksfront. Volksfrontpolitiek is loopen in het gareel van Moskou. Maar de omstandig heid, dat de uiterst verburgerlij ke socialist Blum en zijn verburgerlijkte of burgerlijke ministers, die den zoo revolutionnair klinkenden naam dra gen van radicaal-socialisten, welke naam een misleidend étiquet is op een nette bourgeoisie, de communisten in de negen maanden van him bewind mèèr hebben afgestooten dan aange trokken, is wel de reden, waarom de tegen woordige Fransche regeering zoo stabiel is. Een Katholiek dagblad tracht zelfs op het voetspoor van den bekenden Parijschen correspondent der „Frankfurter Zeitung" Siegberg, aan te too- nen, dat de Fransche publieke opinie „het gevoel heeft, dat Blum onvervangbaar is om Frankrijk te regeeren". En het Katholieke blad komt met het oog op het financieele experiment, dat Blum thans gaat ondernemen, tot de conclusie: „Intusschen, ook hetgeen Blum nu gaat on dernemen, is een experiment. Een waagstuk voor een leider van het Volksfront. Maar wij schreven het de vorige week reeds, de ontwikke ling van de Fransche politiek gaat duidelijk in de richting van de bekende „union sacrée". Met of zonder Blum. Maar zooals de zaken thans staan, is Blum de eenige man, die haar kan voorbereiden, waarschijnlijk ook de eenige man, die haar kan doorzetten." Dat is een ontwikke ling in den goeden zin in de politiek van Frank rijk, welke niet anders dan toe te juichen valt. Ongetwijfeld heeft Blum het vertrouwen van de arbeidende massa, óók als hij meer „reactionnair" gaat regeeren. Frank rijk is over het algemeen zeer behoudensge- zind en wars van communistische experimen ten. De Fransche communisten schijnen zelf te gevoelen, dat op het oogenblik het getij aller minst gunstig voor hen is en houden zich dan ook opvallend koest. Maar hoe kon en kan Blum het kapitaal winnen voor zijn defensieleening? Had hij de beleggers en kapitaalvluchtigen door scherpe aanvallen in de laatste maanden niet zoo sterk mogelijk van zich afgestooten? Bestudeert men de internationale pers, dan blijkt, dat de mees te bladen min of meer tot de volgende conclu de komen: Merp heeft- de leening voor de na tionale defensie zoo aanlokkelijk mogelijk ge maakt door aan de beleggers de keuze te laten van de valuta, waarin de obligatiën gesteld zul len zijn. Een radicaler wijziging in de Fran sche financiële politiek is moeilijk denkbaar en men krijgt den indruk, dat de uiterste noodzaak hiervoor verantwoordelijk is. De regeering heeft geld noodig en zij tracht dit te verkrijgen door het nemen van maatregelen, waardoor de be leggers niet langer afwijzend zullen staan. Daartoe is zij zelfs bereid een deel van de open bare werken, die op het begrootingsprogramma voorkwamen, te laten vallen en terug te keeren tot een op conservatieve grondslagen rustend financieel beleid. Dan immers is er aldus vele Fransche uitingen geen reden meer, die aan den terugkeer van het gevluchte kapitaal in den weg staat. Maar men komt ook tot een andere conclusie: mocht de leening mislukken, dan zou er een moeilijke toestand ontstaan. Want dan zou de regeering kunnen zeggen, dat zij alles in het werk heeft gesteld, om het kapitaal de moge lijkheid van belegging op voordeelige voor waarden te verschaffen. Blijft het kapitaal toch afwijzend, dan is het bewijs van onwil gele verd en kan de regeering tot scherpe dwang maatregelen overgaan. Op deze wijze zouden de maatregelen der regeering de bestaande te genstellingen op de spits hebben gedreven. Zóó is objectief gezien de kijk van verschil lende groepeeringen op de situatie. In Frankrijk zelf is men zeer optimistisch over het resultaat der leening. En in het door de politiek der dic- tatorlanden thans inniger dan ooit met Parijs verbonden Londen is het al niet anders. Havas meldt, dat men in Britsche financieele kringen van oordeel is, dat de leening een groot suc ces zal worden. Dit oordeel wordt o.a. weerge geven door de „Evening News", die een artikel publiceert onder het opschrift: „Hulp van Lon den". De merfschen in de City, aldus het blad, zijn van oordeel, dat Blum in de huidige situatie zeer bekwaam heeft gehandeld. Er was in de afgelocpen dagen zeer zeker een nieuwe samen werking tusschen de Fransche en Engelsche autoriteiten (ook Washington liet zich niet on betuigd) en de Londensche banken zullen waarschijnlijk actieven steun verleenen bij de uitgifte der groote Fransche defensieleening. Het is te hopen, dat door de radicale ver andering in de Fransche politiek de Volksfrontpolitiek zal woorden terugge drongen en dat de communistische invloed ge heel zal worden uitgeschakeld. Blum zelf heeft in zijn radiorede het zwijgen toegedaan over alle „misselijkheden" uit den aanvang van zijn bewind, over de stakingen, de bezettingen der fabrieken enzoovoorts. Maar hij duidde' toch zeer psychologisch op het verleden, toen hij niet zonder drogen humor verklaarde: „Som migen zullen zich ongerust voelen over het lot der bereikte sociale verbeteringen, anderen zullen van meening zijn, dat ik een berouw volle n toon had moeten aanslaan." Hij vond echter, dat noch voor het een noch voor het ander reden was, want de eenmaal doorge roerde verbeteringen zouden blijven bestaan en de regeering kon „zonder schaamte" terugzien op den sedert negen maanden verrichten ar beid. Daarop gaf hij een rustige, wellicht hier en daar ietwat geflatteerde uiteenzetting van den huiden toestand: „Toen wij aan het be wind kwamen, was de economische toestand slecht, de vrede precair. Wij hebben Frankrijks internationale positie verstevigd. Het econo misch herstel is een tastbaar feit, maar moet alleen nog versterkt en verlengd worden. Di# herstel is zelfs een der oorzaken van onze moei lijkheden, omdat de aanvulling der voorraden en de noodzakelijke uitbreiding van het be drijf der diverse ondernemingen de handels balans verzwakt en het bedrag der voor be legging beschikbare gelden vermindert. Maar dit herstel maakt het tevens mogelijk, dat het rhythme der staatsuitgaven wordt vertraagd. Ik zal mij in geen enkele polemiek begeven, w"ant in deze omstandigheden doet het gou vernement een beroep op het geheele land. Ik heb misschien het recht te zeggen dat een regeering, die een zoodanige krachtsinspanning onderneemt als wij thans, recht heeft op het vertrouwen van het geheele land." Wij kunnen ons levendig voorstellen, hoe ontstemd de communisten zoowel in Frankrijk als in Rusland over den gang van zaken te Parijs zullen zijn. Voor de overige wereld is er reden voor gematigd optimisme. Te vroeg jui chen over een communistische nederlaag zou echter ongemotiveerd zijn. De heeren zullen nog wel eens bij Blum aanbellen en hem her inneren aan vroegere afspraken en beloften. De kerkdiefstallen in de Haarlemmermeer worden thans nabij SDaarndam voortgezet. Vrijdag zijn onbevoegden binnengedrongen door verbreking van het lipsslot in de oude kerk te Spaarnwoude. Hier werd niets vermist, daar het blijkbaar alleen om geld te doen was. Blijkbaar was het den dieven ook onbekend, dat dit gebouw reeds jaren als schildersatelier in gebruik is. Hieropvolgend is den volgenden nacht ingebroken in de R. K. kerk te Spaarn dam, waarschijnlijk door dezelfde inbrekers, door een raampje open te breken. Verschillende offerbusjes werden gelicht en ook de taber nakeldeur werd geforceerd. Gelukkig wordt na een H. Dienst het Ons Heer medegenomen naar de parochiekerk te Haarlemmerliede, waar het kerkje een bij-kerk van is, zoodat het geen heiligschennende diefstal heeft kunnen worden. De politie, die de zaak onderzoekt, denkt hier te doen te hebben met kerkdieven, welke ook reeds in de Haarlemmermeer en Houtrakpolder ingebroken hebben. Bij navraag bleek de buit gering te zijn, slechts ongeveer 6.Als bijzonderheid kon nog worden vermeld, dat het kaarsenbusje, inhoudend 3.ongeveer, dat in een raamkozijn stond, onaangeroerd is ge laten. Zaterdagavond om ongeveer zes uur is de 22- jarige expediteur J. Creemers, bij het schoon maken van zijn vrachtauto aan de loskade der Roer te Roermond vermoedelijk door uitglijden te water geraakt en verdronken. Pas later op den avond werd hü vermist. Zondagmorgen om tien uur heeft men na ge- ruimen tijd dreggen het lijk opgehaald. Cree mers was de oudste zoon en kostwinner van een gezin van dertien kinderen. VOOR DE PIJP Rookt IBIS bij voorkeur uit een IBIS-pijp. Bij Uw winkelier verkrijgbaar. Naar wij vernemen, heeft de gep. vice- admiraal J. de Graaff, oud-chef van den marinestaf, die benoemd is tot hoofd-admi- nistrateur voor de zeecontróle inzake de niet-inmenging in den Spaanschen burger oorlog, medegedeeld, dat hij deze benoe ming niet wenscht te aanvaarden. In een interview met een redacteur van de Brusselsche „Soir" heeft de Belgische gedele geerde op de conferentie der Oslo-Staten te Den Haag verklaard, dat gebleken is, dat deze Staten zouden kunnen samenwerken, waarbij de mogelijkheid bestaat, dat de groote mogend heden later zullen volgen, vooral op het gebied van de contingenteeringen en de handelsbelem meringen. Volgens Suetens zal men spoedig een tweede conferentie kunnen beleggen, waarop de gedelegeerden de noodige macht hebben om tot een accoord plan te besluiten. Dit is de eerste etappe naar een blijvende economische samenwerking der Oslo-Staten." Op de tweede verdieping van pand 28 aan de Beijerlandschestraat te Rotterdam, bewoond door de familie J. W. H. van der Meer is ver moedelijk door kortsluiting in het plafond van de keuken brand ontstaan. In korten tijd stonden de keuken en de achter kamer in brand, waarna het vuur zich, via de zoldertrap, mededeelde aan den zolder. Eenige oogenblikken sloegen de vlammen fel naar bui ten, doch de brandweer, die spoedig met veel materiaal ter plaatse was, wist in een goed half uur het vuur te bedwingen. De brandweer heeft het vuur met zes stralen aangetast. De even eens aanwezig zijnde motorspuit behoefde geen dienst te doen. De achterkamer, de zolder en een deel van het dak zijn verbrand. De heer Van der Meer is verzekerd. De beneden gelegen verdieping, bewoond door den heer F. Lamers, die niet verzekerd was, kreeg veel waterschade, evenals de parterre ruimte, waarin gevestigd is de slagerswinkel van den heer H. G. Spak. Deze is slechte laag ver zekerd. Onze Romeinsche correspondent seint ons d.d, 8 Maart: Zondagmiddag heeft het tweede Mengelberg concert in het Theatro Adriani plaats gehad dat Wederom een geestdriftig publiek in ver rukking heeft gebracht. Volgens het programma werden uitgevoerd: vier stukken uit de Midsummernights Dream van' Mendelssohn-Bartholdy, het voorspel en Isolde's Tod uit de Tristan und Isolde en de 5e Symphonie van Schaikowski. Vooral het elegante Scherzo uit de Midsum mernights Dream en de grootsche uitvoering der Tschaikowski-symphonie deden het enthousias me ten top stijgen. Mengelberg liet het orkest herhaaldelijk in het applaus deelen en verklaarde later dat het Scherzo nergens ter wereld beter had kunnen worden gespeeld. In de pauze werd een groote bloemkorf aan geboden namens den Nederlandschen zaakge lastigde te Rome jhr. mr. W. E. van Panhuys. Na het concert werd Mengelberg door vele Romeinsche Nederlanders gehuldigd. De Romeinsche pers prijst de beide concerten van Mengelberg wegens den buitengewonen stijl en interpretatie. De directeur van den rijksdienst der werk loosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling deelt mede, dat, in overleg met de directie der Zuiderzeewerken, bijzondere voorzieningen zijn getroffen voor de arbeidsbemiddeling voor de werken, welke worden uitgevoerd in verband met de drooglegging van den Noordoostelijken polder. In of nabij de belangrijkste werkpunten, t.w. Kampen, Vollenhove, de Lemmer en Urk, zijn tijdelijk eenvoudige rijksorganen der arbeidsbe middeling gevestigd, welke in het bijzonder met de arbeidsbemiddeling voor bovengenoemde werken zijn belast. In de bestekken voor den Noordoostelijken polder is voorgeschreven, dat de voor de werken noodige arbeiders uitslui tend door tusschenkomst van deze organen in dienst zullen mogen worden genomen. Ter voorkoming van misverstand wordt er nadrukkelijk op gewezen, dat arbeiders uit an dere gemeenten dan die, waar genoemde rijks organen zijn gevestigd, zich alleen bij het or gaan der arbeidsbemiddeling in de gemeenten, iri welke zij woonachtig zijn, als werkzoekende kunnen laten inschrijven. Rechtstreeksche in schrijving bü bedoelde rijksorganen is dus niet mogelijk. Te Vlissingen is de werkman Luwema door de gladheid van den weg op den Koningsweg zóó ongelukkig van zijn fiets gevallen, dat hij be wusteloos naar het ziekenhuis moest worden vervoerd. Bij aankomst aldaar bleek de man reeds overleden. Het is jammer dat men van de Nieuwe Doe lenzaal slechts de verlichting onverdeeld kan prijzen. Wanneer men deze ruimte binnen treedt, krijgt men het idéé in een groote doos te staan, waarvan het plafond in den vorm van een gebroken kap eentonig en fantasieloos wit is, de wanden donkerbruin. Het geheel trou wens is 'n fantasie-loos, langwerpig geval en ik geloof nog steeds, dat een muziekzaal er niet zoo streng-sober moet uitzien. Het gepraat van de menschen bevalt me di rect al niet; ik bedoel natuurlijk acoustisch, lezer! en wanneer het orkest speelt, blijk ik me niet vergist te hebben. Ook de acoustiek is fantasie-loos. Kenners van de HaagschRot- terdamsche muziekwereld herkennen net Resi dentie-orkest niet meer, maar toch zou ik het gaarne in het Concertgebouw hooien. Hier in de Doelen versmelten de strijkersgroepen niet, hoorns en trompetten steken hun neus buiten het gelid, in casu: treden voortdurend buiten het ensemble, het geheele koper klinkt vlak, het wil niet ronden, noch koepelen, terwijl het overheerschen van het slagwerk in de forti alle beschrijving tart. Ik begin nu de uitbundigheid te begrijpen van den Italiaanschen priester-componist Lici- nio Refice, toen hij te gast was bij de R.K Orato- riumvereeniging en tallooze concertzalen in de Oude en Nieuwe wereld kennend èJs maar riep: „Quel palais! Quel palais de musique! En dat compliment verdient ons ouderwetsch, inderdaad van buiten foeileelijk renaissance- aftreksel-van-een-Concertgebouw (men liep bü de oprichting opzettelijk of niet onzen grooten bouwmeester dr. P. J. H. Cuypers voorbij!) ten volle. Een bekend Nederlandsch dirigent zei: „Ik hoor „La Mer" van Debussy liever onder Van Beinum te Amsterdam, dan onder Tos canini met het Residentie-orkest hier alleen om den klank!" Ik ben wel genoodzaakt deze opmerkingen over de Doelen-acoustiek vooraf te maken, om dat het concert als zoodanig niet volmaakt be vredigde. Nauwelijks had Toscanini de ouverture „La scala di Saleta" van Rossini ingezet, of een paar nijdige petsen beleedigden het gehoor van publiek en dirigent, die er zichtbaar van schrok. Bij de meubileering van deze zaal is n.i. iemand op het idee gekomen om er klep- of klapstoelen in te plaatsen, dingen die inderdaad klepperen oftewel klappen. Van die korte, harde slagen geven ze, zooals men ze ook in de kerk wel hoort. Toen wij over die stoornis heen waren, bleek het orkest nog niet geheel rustig te musiceeren. Er was ook hier nervositeit. Doch gaandeweg kwam het verrassende resultaat van 's dirigen ten strengen arbeid aan het licht en zooals een Berlijnsch blad schreef, dat Mengelberg de Ber liner Philharmonie omgetooverd had tot Con certgebouworkest, zoo had ook Toscanini in een week van alles-eischende voorbereiding het Re sidentie-orkest omgetooverd. Het boog zich vol maakt onder zijn niet te weerstane suggestie. Want dit is het wonderbare in zijn verschij ning. uit dit musiceeren spreekt voor alles een zelfbewustheid, een wilskracht en concentratie, welke bijna bovenmenschelijk schijnen. En daardoor ontstaat een spanning, die dirigent, orkest en publiek omvat van de eerste noot tot de laatste. Van Toscanini boeit geen uiterlijk, geen schoon gebaar; er is geen kijkspel of het moest zijn het onzichtbare kijkspel van het fluïdum, dat van den ziekelijk-duidelijken, technisch-volmaakten maatslag uitgaat naar het hevig arbeidende orkest, dat aan elke intentie onmiddellijk gehoor zaamt. Toscanini behoort zooals b.v. dr. Carl Muck tot de metronomische, zakelijke diri genten; staat dus aan een anderen kant dan W. Mengelberg, Furtwangler, Walter, om enkele grootheden van ander genre te noemen. Maar innerlijk brandt in den Italiaan even hevig het vuur, en zijn geheele, phenomenale verschijning bewijst weer, dat de kunst in millioenen facetten haar heerlijkheid uit kan stralen Die heerlijkheid straalde in Schubert's On voltooide Symphonie, in Debussy's „La Mer", in Mendelssohn's Midzomernachtsdroom-nocturne en -scherzo, in de klankorgiën van Wagner's Tannhauser (Ouverture en Bacchanale) en Meistersinger, onafhankelijk van soort of stijl, alleen afhankelijk van de muzikale emotie; on afhankelijk ook van de kwestie of het opera-< muziek is of niet, want dat maakt in een con certzaal niets uit. Ziet dezen zeventig-jarige; hü is eenzelfde raadsel van vitaliteit als Mengelberg; hij geeft het publiek 'tusschen twee symphonie-deelen nauwelijks tijd om even te kuchen of te gaan „verzitten"; ongeduldig staat hij al weer af te wachten, of hij door kan gaan. En als hij door gaat, grijpt ook even onmiddellijk het onder broken contact tusschen hem, orkest en zaal weer toe. Afgezien van de problemen en vragen om trent acoustiek, orkestklank en techniek (want, wanneer Toscanini bezig is met de Wiener Phil- harmoniker, hoort men natuurlijk iets anders!) is dit het phenomenale geweest op dezen avond (zooals trouwens op alle uitvoeringen en repe tities van Toscanini)dat daar een door muziek bezetene binnen de strenge grenzen van de par tituur met louter muzikale middelen een or kest verre boven zijn macht heft en een publiek in ademlooze aandacht slaat, zoodat het nergens meer aan denken kan dan aan den loop en den opbouw van de partituur. En als dat intense luisteren geëindigd is en men voelt zich ver lost uit Toscanini's suggestieven greep, dan breekt de ontspanning zich baan in een onbe- schrijfelük enthousiasme. Vele malen komt de dirigent terug (in Salz burg meestal maar één keer, verder laat hij ze klappen!) en wijst op het orkest en maakt een beweging alsof hü zeggen wil: „Ik dank u, maar het is niets bijzonders." Als men den grüzen kleinen man daar dan zoo bescheiden ziet doen, kan men zich niet voorstellen, dat er in zoo'n f'.'ogiel licharm zulk een geweldige heerschers-ziel woont. Hopen we, dat dit, in bruisende ovaties ge- eindigde Toscanini-concert niet het laatste in Nederland zal zünl THEO v.d. BIJL De directeur-generaal der Koninklüke, ir. De Kok, die in gezelschap van den heer Schmidt Crans met zün eigen vliegtuig een tocht naar Indië gemaakt heeft, is Zondag tegen 12 uur op het vliegveld Ypenburg geland. De heenreis duurde tien dagen, het verblijf in Indië 16 dagen en Zondag tegen 12 uur landde de sierlüke Havilland Dragon Fly op het be sneeuwde vliegveld onder de gemeente Rijswijk. De tocht was volbracht in een tempo, tot nu toe nog nimmer door een sportvlieger bereikt. Overweldigend was de belangstelling voor deze aankomst. Het gebouw van de Haagsche en Rotterdamsche aeroclubs en het restaurant van het vliegveld waren geheel gevuld met hen, die den heer De Kok en zijn reisgenoot welkom in het vaderland kwamen wenschen. Over zijn vlucht vertelde ir. de Kok nog, dat hü gedurende de laatste étappes veel tegenwind gehad heeft en zijn aanvankelijk plan om Vrij dagmiddag op Ypenburg te landen niet heeft kunnen volvoeren. Vooral het eindtraject (de vliegers startten Zondagmorgen om 9.13 uur Le Bourget) was zwaar. Het zicht was slecht en dwong tot laag vliegen, even boven de boomtoppen. „Wij keken allebei of er geen kerktorens of schoorsteenen in den weg stonden", aldus de heer De Kok. Hij vertelde nog op den heenweg sneller te hebben gevlogen dan de Air France en de Imperial Airways en op den terugweg de K. L. M. te hebben bijgehouden. De heer Schmidt Crans was, nadat de eerste drukke oogenblikken voorbij waren, gaarne be reid het een en ander over den terugtocht mede te deelen. Hij was een en al lof over de wijze, waarop de machine zich gehouden had. Geen enkele moeilijkheid van eenige beteekenis had den zü met de motoren gehad. Met het weer en vooral in Europa hadden de vliegers het echter minder goed. getroffen. En naarmate men Holland naderde, werden de weersom standigheden slechter. Het laatste traject ParijsDen Haag, dat de heeren De Kok en Schmidt Crans hebben afgelegd, was dan ook wel een der zwaarste, zoo niet het zwaarste stuk van de geheele route. In 7)4 dag zijn de heeren van Medan naar Den Haag gevlogen, een record voor sportvlie gers. En dit record zou nog sprekender geweest zijn als het alleen van de capaciteit der machine of van het uithoudingsvermogen der vliegers had afgehangen. In de vliegerü spelen echter ook andere factoren een rol, onder welke de weersomstandigheden wel van beslissende beteekenis zün. En deze factor heeft ons aldus de heer Schmidt Crans nog al eens in den steek gelaten. Zondagochtend vandaag juist een week g'eleden vertrokken wij uit Medan, tankten in Alorstar, vlogen naar Bangkok en vervolgden dien dag onze reis naar Rangoon. Daar troffen wij Sillevis met de K. L. M.- machine, die 's Maandagsmorgens gelijk met ons vertrok naar Calcutta, en daar ook bleef overnachten. Wij moesten op het traject Ran goonCalcutta een tusschenlanding maken in Akyab. Ons plan was eigenlijk om dien dag tot Jodhpur door te vliegen, doch tegenwind maakte dit onmogelük. Het verloren stuk hoop ten wü Dinsdag in te halen, door Djask als einddoel te nemen. Wij zouden 's morgens vroeg vertrekken, doch wü begrepen reeds bü ons vertrek uit Calcutta, dat Djask niet de meest gewenschte pleisterplaats was. Een telegram uit Karachi meldde n.l., dat in Djask zich een ge val van pest had voorgedaan, zoodat elke machine, welke daar landde in quarantaine moest. Wü zouden dan in de machine moeten blüven slapen en niemand zou bij ons mogen komen. Er was nog een andere omstandigheid, welke ons dwong, zoo vervolgde Schmidt Crans zün relaas, van Djask als overnachtingsplaats af te zien. Er stond op het gedeelte zoo'n hevige tegenwind, dat wij blij waren in Karachi te zün en daar rustig zijn gebleven. Ook hier ont moetten wij een K. L. M.-machine, die op weg was naar Batavia. Den volgenden ochtend hebben wij Karachi—Djask een afstand van bijna 1000 K. M. in een ruk afgelegd. In Djask hebben wij even getankt. Niemand mocht ons naderen op minder dan 10 K.M. en zelf moesten wij ons maar zien te helpen. Zoo spoedig mogelük zijn wij dan ook weer doorgegaan en kwamen dien namiddag via Bushir in Basra. Donderdag ging het zonder bijzondere voor vallen van Basra over Bagdad naar Damascus. Het was bar weer. De weerberichten waren slecht en er stond zelfs een vliegende storm. Het risico te nemen van onder zulke omstan digheden verder te vliegen was geheel in strüd met den opzet van onzen tocht. Aan den anderen kant lokte een verblüf in Damascus ons ook niet erg aan. De heer De Kok kreeg toen een idéé: „Kun nen wij niet in Cairo komen?" Inderdaad bleek, dit mogelijk te zijn. De weerberichten voor deze route waren iets gunstiger en in den namiddag startten wij van Damascus en kwamen 's avonds een uur na zonsondergang in Cairo aan. CairoRhodos, een afstand van 800 K.M. geheel over zee, welke wij den volgenden dag aflegden, gaf een bijzondere sensatie, 's Middags gingen wij nog verder naar Brindisi. Rome bleek te ver, ondanks de omstandigheid, dat dit het eenige traject van de geheele route was, waarop wij wind mee hadden. In Brindisi was het verschrikkelijk weer. Gisterochtend heb ik eerst getracht langs de westkust naar Frankrük te komen. Er was echter geen doorkomen aan. Toen zün wü over de Apenijnen gevlogen en aan de oostzijde, langs de Adriatische zee naar het Noorden. In Rome hebben wij getankt en zijn toen doorge gaan naar Lyon. Tegen 4 uur waren wij daar en 's avonds om 7 uur zetten wü de machte'- in Parijs neer. Het laatste stuk was het zwaarste. Zicht was er bijna niet en door zeer laag te vliegen kon den wij door grond-oriëntatie den koers houden. Eerst langs een spoorlijn, toen langs de Schelde naar Numansdorp en zoo naar Waalhaven. Maar het viel werkelijk niet mee om in dit weer Ypenburg te vinden, zoo besloot de heer Schmidt Crans zün reisverhaal. Te Spakenburg is de 25-jarige arts H. uit Am sterdam op tragische wijze om het leven geko men. De heer H. die sinds enkele dagen de practük waarnam van een der plaatselijke doktoren die kort geleden een operatie heeft ondergaan, had omstreeks half negen Zondagochtend zijn wo ning verlaten om per fiets een aantal patiënten te bezoeken. Toen hij na eenige uren niet terug keerde ontstond groote ongerustheid. Onder lei ding van dokter Warmolts en de politie ging men op onderzoek uit en zocht men den omtrek af. Een inwoner van Spakenburg heeft om streeks het middaguur op den Zeedük ten zuiden van de haven de vreeselijke ontdek king gedaan, dat het lichaam van den ver miste onder aan den dijk in het water lag, terwijl het rijwiel zich nog op het droge be vond. Hij heeft den drenkeling onmiddellük op den kant getrokken, doch de levensgees ten bleken te zijn geweken. Het lijk van het slachtoffer is daarop naar de begraafplaats vervoerd, waar het is opgebaard. Men vermoedt, dat de heer H. door den har den wind van zijn fiets is gewaaid, tegen de steenen glooiing is geslagen, welke een hoogte heeft van anderhalven meter en vervolgens in het water is terecht gekomen. Aangezien het ter plaatse slechts ongeveer zestig centimeter diep is, neemt men aan, dat de heer H. door den val bewusteloos is geraakt en daarna in het wa ter is gestikt. Het Russische stoomschip „Ufa" van de ree- derij Sovtorgflot, gebouwd in 1917 en metende 1892 bruto reg. ton, is nabij Hoedekenskerke in het Middelgat omhoog gevaren. Het schip kwam van Moermansk en passeerde Zondagavond om half negen Vlissingen. Sleepbooten zijn in de nabijheid. De „Ufa" zou vermoedelijk bü hoog water op eigen kracht vlot komen. Nader vernemen wij dat de „Ufa" bij hoog water op eigen kracht is vlot gekomen. De Russische sleepboot heeft haar reis naar Ant werpen voortgezet. De scheepjes, die gisteren op de Schelde om hoog zün gevaren, zün eveneens zonder hulp van sleepbooten vlot gekomen. hebben wekelijks voedsel nodig, dus PO K O N kunstmest verkrijgb. bij de bloem en zaadwinkels met gratis verzorg.aanw. ookbloembollen houden van vraag niet kunstmest, vraag merk n- Geslaagd cum laude voor het doctoraal exa men in de wüsbegeerte de heer A. M. J. Chorus te Nijmegen. In verband met de weersomstandigheden kon de arbeid in de werkverschaffingskampen Rot terdam A en Rotterdam B te Steenwijk en het Wüde Gat te Den Hulst Maandag niet worden hervat. De daar te werk gestelde arbeiders uit Amsterdam, Rotterdam, Hoek van Holland, Weespercarspel, Gorinchem, Schiedam, Ab coude, Baambrugge, Harlingen en Franeker konden derhalve in hun woonplaatsen blüven. ilS ioi In den avond van 1 Maart brak te Beverwük brand uit in een woning aan de Hendrik Bur gerstraat. De woning was enkele dagen tevoren gehuurd door een 22-jarige Amsterdamsche juffrouw. De inboedel was reeds overgebracht, maar de juf frouw was de woning nog niet ingetrokken. Zij had een adres opgegeven in Amsterdam, maar toen men haar van het gebeurde op de hoogte wilde brengen bleek, dat het adres niet klopte. Er waren nog andere feiten, die de politie verdacht voorkwamen, zoodat toen de juffrouw, die den volgenden morgen op het politiebureau kwam, aan een scherp verhoor onderworpen en ingesloten werd. Tegelijkertijd werd een uitge breid onderzoek ingesteld, waarbij voldoende aanwijzingen werden verkregen, om haar 35- jarige „verloofde", die een zeer goede bekende van de politie bleek te zijn, te Amsterdam te arresteeren. Zaterdag zü'n beiden in het Huis van Bewa ring te Haarlem ingesloten. Beiden ontkenden zich aan brandstichting te hebben schuldig gemaakt. Nader is gebleken, dat de meubels in het huis reeds verzekerd wa ren en dat de verzekering-maatschappü onmid dellük per aangeteekenden brief van den brand in kennis was gesteld. Intusschen wordt het onderzoek voortgezet. Het is niet onmogelijk, dat men hier met een complot te doen heeft. Zooals wü reeds hebben gemeld, werd de 45- jarige P. v. D., het slachtoffer van het drama, dat zich Zaterdag te Hoofddorp afspeelde, naar Haarlem overgebracht. Op gezag van het A. N. P. deelden wü mede, dat de man in het zieken huis was overleden. Dit berust evenwel op een vergissing, want het slachtoffer, dat in het zie kenhuis St. Joannes de Deo te Haarlem werd opgenomen, is niet overleden. Zün toestand is integendeel op het oogenblik naar omstandig heden vrü goed. De gewone audiëntie van den minister van Sociale Zaken, zal op Woensdag 10 Maart niet plaats hebben.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 2