Het nietig verklaren van
goudclausules
ZIJN HARTEKIND
E
minister oud zette
Sociale Zaken aan
de orde
Vergiftiging door
kolendamp
ZICH SCHRAP
VRIJDAG 12 MAART 1937
TWEEDE KAMER
Toen gaf de heer De Geer zich
gewonnen en de minister
won het pleit
Verdachten mogen
blijven zwijgen
Sfpi?
Wijziging der Zegelwet
NOOD DER KLEINE BOEREN
Minister Deckers stelt zich per
soonlijk op de hoogte
JEUGDWERK EN SOBRIËTAS
EERSTE KAMER
Bij deze begrooting brachten de
Kamerleden vele wenschen
naar voren
Naar achturendag voor
kantoorpersoneel
Minister aan het woord
Arbeidsbemiddeling
Ned. landarbeiders naar
Duitschland
Droeve plechtigheid te
Volendam
Slachtoffers van het auto-ongeval
ten grave gedragen
De tunnelbouw te
Rotterdam
Beslissing over het groote plan is
veertien dagen aangehouden
Tegen een pier gevaren
LICHT IN EEN MOORDZAAK?
Arrestatie na viertien jaar
HR. MS. GELDERLAND
Weer in actie ven dienst
Drie mannen nauwelijks aan den
dood ontsnapt
De oorzaak
UIT DE STAATSCOURANT
Burgemeester
Bevorderd
Loodswezen
Posterijen
Uj T HET DUITSCH
DEN HAAG, 11 Maart 1937
De Tweede Kamer heeft door aanne
ming van het desbetreffende amendement
der vaste commissie voor Privaat- en
Strafrecht hedenmiddag uitgemaakt,
dat verdachten bij verhooren voor rechter
°f ambtenaar het recht zullen blijven be
vitten NIET te antwoorden. Alleen zal de
verhoorende rechter of ambtenaar niet meer
Verplicht zijn, den verdachte op zijn recht te
wijven en vervalt natuurlijk ook automa
tisch de verplichting tot vermelding van
een en ander in het proces-verbaal.
Nadat een amendement-Donker was verwor-
Pen kwam het amendement der Vaste Commis-
er met vlag en wimpel met 61 tegen 12
temmen door.
Het aldus geamendeerde regeeringsvoorstel
erd hierop goedgekeurd met 46 tegen 27 stem
men.
Niet dezelfde stemverhouding werd het wets-
fctwerp toen aangenomen geacht.
Dan had de Kamer te oordeelen over het
''etsontwerp, waarin werd voorgesteld goudclau-
fles, voorkomende in binnenlandsche overeen
komsten van geldleening of van vestiging van
jmijddurende renten, van verhuring of ver-
Pachtingen of ter vestiging van een zakelijk
echt op onroerend goed overeenkomsten,
k'elke zijn aangegaan vóór het intreden der de-
a'uatie nietig te verklaren.
Houdclausules in obligatie-leeningen wilde
°e Regeering wèl van kracht doen blijven.
He heer DONKER (S.D.A.P.) zou gaarne uit
•Jet ontwerp gelicht zien de bepaling, dat de
nietigverklaring alleen geldt, voorzoover op den
•Jevaluatie-dag de nakoming der betaal-ver-
P'ichting slechts binnen het Koninkrijk rechts-
keldig kon plaats hebben (stel u voor, dat twee
óeeuwsche boeren in precies gelijke omstandig
heden heel verschillende pachtsommen zouden
Jj°eten betalen, omdat de eene eigenaar aan
Pcze en de andere eigenaar aan géne zijde
Qe* grens woont!).
De heer DE GEER (C.H.) had tegen de hoofd-
"tfekking van het ontwerp wel geen bezwaar,
raar zekere crediteuren toch geen meevallertje
'"'Hoefden te krijgen door middel van een on-
cchtvaardige benadeeling van debiteuren en de
^Udclausules toch steeds bedoeld hebben, zich
&rijwaren tegen schade.
Een zwarte plek in het ontwerp was z.i. de
Pf'ttrekking van goudclausules in obligatie-lee-
?ingen aan de werking dezer vernietigingswet.
°odoende werd een bepaalde beleggingswijze
Gediscrimineerd, maar in de practijk zouden
Gcud-geclausuleerde obligaties het nieuwste
reutje worden. Spr. verzocht dan ook de uit-
dderingsbepaling te doen verdwijnen.
De heer COOPS (V.B.) kon het met zijn
Persoonlijk, niet zijn fractionneel) juridisch
JJeweten niet overeenbrengen, dat de Overheid
.mus ingrijpen zou in privaatrechtelijke ver
dingen.
He heer BONGAERTS (R. K.) stond vrij
/H'Ptisch tegenover het ontwerp, dat hij tot op
•Pkere hoogte een
in de lucht
j.°emde. Is er eigen-
Jk wel noodzaak om
goudclausule aan
tasten, nu toch de
evensonderhoudskos-
n maar weinig ge-
R;eSen zijn? Overi-
lebs was hij het eens
^,et den heer De
weer en bovendien
rJHschte hij het mo-
1-ik te zien ge
takt, dat ook goud-
g^Usiiles van na 26
^Member 1936 nie-
G verklaard zouden kunnen worden.
Oht A' K-fractie was ten aanzien van het
liti verdeeld. Dat bleek uit een mededee-
van den heer VAN DIJKEN (A. R.):
j,j zijner fractieleden vreesden van verwer-
JJg dezer voorstellen schade voor de maat-
bappij; hij echter niet.
Verzwakking van de rechtszekerheid zou
P dergelijke wet veroorzaken en er bestond
ken noodzakelijkheid. Zou men zich niet
J^hen beperken tot schorsing der clausules,
hij.
tn tegenstelling met den heer De Geer kon
heer TRUYEN (R. K.) zich zeer wel
ti "ieehlgen met de uitzondering voor obliga-
"eieeningen.
ihprilnister VAN CHAD'S die al aanstonds
^öedeelde dat hij gekant was tegen wijziging
ir. M. C. Bongaerts
Het ontwerp, besprak allereerst de aange
voerde principieele bezwaren. De hier bedoel
de overeenkomsten kunnen echter niet be
schouwd worden als door twee vrije partijen
gesloten. De Overheid moést hier wel ingrij
pen met het oog op onrechtmatigheden, ont
staan door een regeeringsdaad; het toestem
men in devaluatie.
De uitzondering voor schulden, die in het
buitenland moeten worden betaald, behoorde
behouden te blijven. De buitenlandsche credi
teur zou schade lijden door betaling in ge-
deprecieerde guldens.
Minister OUD weigerde tegemoet te ko
men aan 's heeren De Geer's wensch,
dat er géén uitzondering gemaakt zou wor
den voor obhgaties. Daardoor zou het
beurscrediet geschokt worden. De uitzon
dering is een integreerend deel van het
ontwerp en bij verwerping daarvan zou de
Regeering moeten overwegen, of het ont
werp wel te handhaven zou zijn.
Na deze krasse bestrijding gaf de heer De
Geer zich, nolens volens gewonnen, waarna
het artikel betreffende de obligaties werd aan
genomen zonder hoofdelijke stemming.
Daar het Kamer-quorum niet meer aanwe
zig was, zal later gestemd worden over een
amendementDonker (betaling in het buiten
land) en over het wetsóhtwerp zelf.
Ondanks het vrij gevorderde uur ving de
Kamer hierna nog aan met behandeling van
de wijziging der Zegelwet.
De heer SCHILTHUIS (V. D.) wilde eee
voor het rechtstreeksche transito-verkeer
voorgestelde tegemoetkoming op het stuk van
zegelrecht ook doen gelden voor een niet-
rechtstreekschen doorvoer.
De bizondere commissie uit de Kamer,
wenschte het zegelrecht voor de verzekering
van zeeschepen te verlagen en de heer WEN-
DELAAR (V. B.) stelde bij amendement voor
de reductie van het zegelrecht, welke wordt
verleend bij conversie van pandbrieven, ook
te verleenen bij conversie van zeepandbrieven
waarvoor deze tot dusverre niet gold.
Minster OUD was toeschietelijk. Hij nam de
amendementen van den heer Schilthuis en
van de bizondere commissie, als welker woord
voerder haar voorzitter Mr. Teulings optrad,
over, evenals het amendement van den heer
Wendelaar.
Donderdag bracht de minister van Landbouw
en Visscherij, mr. dr. L. N. Deckers, vergezeld
van zijn secretaris ir. L. A. H. Peters, een be
zoek aan een aantal boerenbedrijven in de pro
vincie Gelderland, om zich persoonlijk van de
moeilijke omstandigheden, waarin deze bedrijf
jes verkeeren, op de hoogte te stellen. De mi
nister werd rondgeleid door den landbouwbe-
drij fsconsulent voor Gelderland en Utrecht,
ir. N. H. H. Addens.
In den voormiddag werd een ontginningsbe
drijfje op de Veluwe bezocht, terwijl de mi
nister des namiddags een viertal bedrijfjes in
het Rijk van Nijmegen en het Land van Maas
en Waal in oogenschouw nam.
In den avond keerde de minister naar's Gra
venhage terug.
Ingevolge een uitvoerige bespreking, gehouden
door 'n deputatie van de Interdiocesane Jeugd
commissie met het Dagelijksch Bestuur van
Sobriëtas zijn de volgende conclusies aange
nomen:
Daar het Sobriëtas-jeugdwerk als afzonderlijk
en onafhankelijk jeugdwerk in plaatsen of pa
rochies, waar een afdeellng van het Algemeen
Jeugdwerk bestaat, niet kan blijven bestaan en
het evenmin gewenscht is, dat het, gezien de
excessen van de moderne genotzucht, speciaal
die van het alcoholisme, geheel zal verdwijnen,
is het noodzakelijk, dat om de drankbestrijding
onder de jeugd voort te zetten, het Sobriëtas-
jeugdwerk, waar een afdeeling van het Alge
meen Jeugdwerk bestaat, wordt omgezet in een
onderafdeeling van het Algemeen Katholieke
Jeugdwerk en, waar het Sobriëtasjeugdwerk nog
niet bestaat, als een zoodanige onderafdeeling
wordt opgericht.
Hiertoe zal in ieder bisdom, voor het manne
lijk en vrouwelijk jeugdwerk afzonderlijk, wor
den ingesteld een diocesane instantie, bestaande
uit een priester en een leek, en welke tot taak
heeft het oprichten, in stand houden en be
vorderen van het Sobriëtas-jeugwerk in het
Algemeen Diocesane Jeugdwerk, een en ander in
afhankelijkheid aan en in overleg met de lei
ding hiervan.
Deze vier personen, twee priesters dus, een
dame en een heer, zullen worden aangesteld
door de Diocesane Jeugdcommissie of de dioce
sane instantie van het mannelijk en vrouwelijk
jeugdwerk, in overleg met het bestuur van den
Diocesanen Mariabond en dat van het Dioce
saan Kruisverbond.
Het is zeer gewenscht, dat in de bisdommen
en kringen van 't Algemeen Jeugdwerk aparte
Sobriëtas-leid(st)erscursussen worden gegeven,
te organiseeren door de leiding van 't Algemeen
Jeugdwerk.
Hiernaast is het van groot belang, dat op de
algemeene leiderscursussen voldoende aandacht
wordt geschonken aan het Sobriëtas-jeugdwerk
en aangespoord wordt tot deelname aan de
aparte Sobriëtas-leid(st)erscursussen.
DEN HAAG, 11 Maart 1937
Terwijl de Tweede Kamer zich verdiepte
in het voor en tegen, het wel en wee van
goudclausules, waarbij wel bleek, dat zelfs
goud niet altijd goud blijft, maalde de par
lementaire molen „aan den overkant" van
het Binnenhof langzaam maar zeker en
vooral langzaam! door, oom de Rijksbe-
grooting 1937 ditmaal het Hoofdstuk van
Sociale Zaken verder te verwerken.
De heer DANZ (S.D.) meende 's ministers
aandacht er op te moeten vestigen, dat alleen
verkorting van den arbeidstijd meer afdoende
vermindering der blijvende werkloosheid zal
kunnen brengen en de Regeering diende met
Wettelijke maatregelen tot verkorting te komen.
In versche cadetjes had deze spreker geen
trek, nu daardoor het verbod van bakkersnacht-
arbeid in gevaar zou komen.
De werkloozenzorg was volgens hem onvol
doende: er wordt teveel rekening gehouden met
het gezinsinkomen en de steunnormen zouden
te laag zijn om de prijsstijgingen bij te hou
den. Een duurtetoeslag zou hij wel toejuichen.
Voorts wenschte hij uitbreiding van het aan
tal bedrijfsraden.
De liberale heer GELDERMAN had tegen de
aangeprezen arbeidstijd-verkorting (de 40-
urige werkweek) juist ernstige bezwaren. Er
moet rekening gehouden worden met de be-
drijfsuitkomsten en met de min of meer hooge
eischen van ons levensniveau.
Ook de heer ANDRIESSEN (R.K.) pleitte
in een belangwekkende rede voor arbeids
tijdverkorting. Niet, dat die verkorting de
werkloosheid zal doen verdwijnen, maar be
perking daarvan zal toch zeker het gevolg
kunnen zijn. Niet alleen stoffelijke, maar
vooral ook geestelijke belangen staan hier
op het spel.
Als de minister wat meer overtuigd was van
de wenschelijkheid eener meer radicale werk-
loosheidbestrijding, zou zijn sterke overtuiging
hem wel verder stuwen in de goede richting.
Groot zijn de moeilijkheden, erkende spr., maar
de Regeering kon veel ten goede werken door
samenwerking tusschen bedrijven en arbeiders
stuwend te steunen en zelfs waar noodig
dwingend op te treden.
Voor het bouwbedrijf wenschte deze spreker
een bedrijfsraad en, in het belang ook van dit
noodlijdend bedrijf, bevordering van den bouw
van goedkoope woningen en opruiming van
krotten, waaraan oook al weer zedelijke belan
gen verbonden zijn.
Voorts hebben de werkloozenkassen om de
rechten hunner verzekerden veilig gesteld te
kunnen houden zeer dringend hoogere sub
sidies noodig.
Intusschen bestaat er ten zeerste behoefte
aan een wettelijke regeling van de werkloos
heidsverzekering. Spr. klaagde er ook over, dat
te veel werken in werkverschaffing worden uit
gevoerd, die daardoor aan het normale bedrijf
onttrokken werden. Gaarne zou hij het particu
liere bedrijf in werkloosheidswerken ingescha
keld zien. Ten slotte deed hij een goed woordje
voor verleening van kinderbijslag aan tewerk
gestelde werkloozen.
Vele sprekers dienden zich nog aan.
De heer TER HAAR (C.H.) wilde het wel
eens voor een half jaar probeeren met het ver
sche cadetje (opheffing van broodvervoerver-
Pardon, mijnheer, ik bracht
u een jlesch azijn in plaats van
wijn.
Dat is ook wat. Ik wou
juist zeggen, dat ik den wijn
zoo goed vond vandaag.
Lustige Kölner Zeitung
Minister Slingenberg
bod 's ochtends) en ook andere sprekers had
den wenschen.
Het duurde lang, tot de minister van Sociale
Zaken, de heer SLINGENBERG, aan het
woord kwam.
In verkorting van arbeidstijd ziet de be
windsman geen heil;
een wettelijk ingrijpen
zou de rationalisatie
nog in de hand wer
ken en mede door te
groote lasten op be
drijven de werkloos
heid nog vergrooten.
Met vrijwillige ar-
beidsduurbeperking
bleek tot op heden
nog niets te bereiken,
wat niet wegneemt,
dat hij er zijn aan
dacht op gevestigd
houdt.
Indien de economi
sche omstandigheden
veranderen, zal hij wettelijk ingrijpen misschien
niet versmaden.
Een voorstander verklaarde de minister zich
van uitbreiding der economische taak van de
bedrijfsraden en van verordenende bevoegdheid
voor deze raden, maar thans zou dit nog niet
mogelijk zijn: de bedrijfsraden hebben nu nog
geen ervaring genoeg.
Oprichting van bedrijfsraden zal de minister
zooveel mogelijk stimuleeren, zoo noodig mét
dwang.
Ouderdomsuitkeeringen aan niet-verzekerde
65-jarigen zou een dure geschiedenis worden.
Niet minder dan 100.000 van dergelijke be
hoeftige ouden van dagen leven er in ons land
en ieder jaar wordt dit aantal met 25.000 ver
meerderd; op 1 Januari 1938 zou een uitkee-
ring 12 millioen kosten en oop 1 Januari 1939.
15 millioen. De minister zou deze moeilijke
zaak in de aandacht der volgende Regeering
willen aanbevelen!
De kantoorbedienden zullen zich binnen
kort waarschijnlijk kunnen verheugen over
toekenning van den acht-urendag.
's Ministers slot voor heden (morgen zet Z.
Exc. zijn rede voort) was, dat naar 's minis
ters oordeel de woningbouw allereerst aan den
particulier moest worden overgelaten. De Staat
heeft hier een beperkte taak.
Donderdag kwamen de agenten van de ar
beidsbemiddeling uit het district Nijmegen bij
een onder voorzitterschap van den directeur
Jhr. v. d. Maesen de Sombreff in hotel Des
Pays Bas te Nijmegen.
Deze memoreerde in zijn openingswoord, dat
de bemiddelingspogingen in 1935'36 niet veel
uitgehaald hebben. De pogingen om menschen
geplaatst te krijgen o. a. in den Wieringermeer-
polder gelukten niet.
Op landbouwgebied is evenzeer weinig be
reikt. Het aantal ingeschreven landarbeiders
was op 1 Januari j.l. 1700 in het district.
Vervolgens sprak de heer J. H. Melse, vak
kundig ambtenaar bü den Rijksdienst der
werkloosheidsverzekering en arbeidsbemidde
ling over Arbeidsbemiddeling in den landbouw
in binnen- en buitenland.
Spr. ging na de oorzaken welke kunnen wór
den genoemd, waarom personeel voor de mel-
kerij in Duitschjand wordt gevraagd. Daarbij
werd gewezen op het feit, dat voor den oorlog
zeer yeel melkers-gezinnen en ongehuwde melk
knechten, komende uit Nederland voornamelijk
uit Friesland, in de Rijnprovincie werkzaam wa
ren en een goed bestaan vonden.
Deze trek heeft tijdens en na den oorlog ge
durende enkele jaren zoo goed als stil gestaan.
Daarna echter en vooral in het afgeloopen jaar,
is de vraag naar deze krachten zeer toegeno
men, zoo zelfs dat vaak niet aan alle aanvragen
kon worden voldaan. De loonen bedragen voor
ongehuwde melkers, in aanvang 40 tot 60 Mk.
per maand, plus kost en inwoning, terwijl een
hooger loon voor zeer bekwame krachten vaak
voorkomt. Voor melkersgezinnen, waar uiteraard
minstens 2 of meer goede melkers aanwezig
moeten zijn, wordt het loon, bepaald naar den
leeftijd en de bekwaamheid der gezinsleden.
Een en ander wordt voor de plaatsing vastge
steld.
Het voornaamste doel van deze bespreking
was een uiteenzetting te geven over de bemid
deling van seizoenarbeiders, welke in het aan
staande voorjaar mogelijk zal zijn en die in een
onbepaald aantal worden gevraagd.
Omstreeks April van dit jaar zullen voorloo-
pig ongeveer 500 landarbeiders kunnen worden
geplaatst in Rheinland en Westphalen. Het
werk zal duren tot omstreeks November of De
cember. De bedoeling is ditmaal, bij wijze van
proef, enkele tientallen z. g. voorarbeiders of
ploegbazen voor plaatsing aan te wijzen, die
elk voor zich zullen medewerken aan de vor
ming van ploegen arbeiders van 4 tot 12 man
uit eigen omgeving. Op deze wijze worden meer
homogene werkploegen gevormd en staat de
arbeider bi) het aanvaarden van werk in het
buitenland niet geheel in een vreemde omge
ving en is niet geheel op zich zelf aangewe
zen.
De loonen zullen bedragen, naar den huldi
gen koers van de Mark gerekend, plus minus
f 2.p. dag met kost en inwoning, terwijl de
voorarbelder iets meer zal verdienen. Een na
dere regeling wordt nog ontworpen en vastge
steld. Er kan gerekend worden op een dagloon
van f 1.75. Van beang is het niet teveel te let
ten op de dagloonen, maar op het accoordloon.
De ervaring heeft geleerd, dat geplaatste ar
beiders in accoordloon met zeer goede loonen
naar huis zijn gegaan. De bedoeling is echter,
dat zooveel mogelijk in accoord zal worden ge
werkt, waardoor de loonen belangrijk hooger
zullen worden. In sommige gevallen is het
mogelijk, dat de voorarbeider, indien hij ge
huwd is, zijn vrouw meebrengt. Voor een be
hoorlijke huisvesting zal dan worden zorggedra
gen.
Spr. drong er op aan, dat door de organen
der areidsbemiddelin en de gemeentebesturen
en wie hier ook aan kan medewerken, zal wor
den getracht deze bemiddeling te doen slagen.
De drie slachtoffers uit Volendam, die nabij
Schardam zijn verongelukt, zijn Donderdag ten
grave gedragen.
Onder enorme belangstelling van vrijwel ge
heel Volendam werden de slachtoffers op drie
baren, gedragen door visschers, gevolgd door
talrijke familieleden, geflankeerd door Kol-
pingslijfwacht en K.J.C.. voorafgegaan door
pastoor Aanstoots, met misdienaars met kruis
en kaarsen, naar de parochiekerk overgebracht.
De wel honderd meter lange stoet trok door
een dichte rij van menschen over de besneeuw
de straten. In de parochiekerk werd een plech
tige Requiemmis opgedragen door den Z.E.
Keer pastoor, geassisteerd door de W. E. Hee
ren Willemse en Buijs. Het gemeentebestuur,
onder wie burgemeester Kolfschoten, toonde
zijn deelneming, alsmede de heer Storms als
vertegenwoordiger van den Rijksdienst ter uit
voering der Zuiderzeesteunwet.
Na de Requiemmis werden de drie lijkkisten
in een gemeenschappelijk graf neergelaten, op
het R.K. kerkhof achter de parochiekerk. De
pastoor, geassisteerd door beide kapelaans, ver
richtte de absoute.
De raad van Rotterdam heeft met 21
tegen 20 stemmen besloten het voorstel van
B. en W. om te besluiten tot uitvoering van
het groote tunnelplan onder de Nieuwe
Maas te Rotterdam in de plaats van het
project waartoe besloten was, aan te houden
tot de volgende vergadering. B. en W. zul
len dan prae-advies uitbrengen op de adres
sen van de Hollandsche Beton Mij. in Den
Haag, welke niet in aanmerking is gekomen
voor uitvoering van welken tunnel dan ook.
De meerderheid van den raad was van oor
deel, dat, afgezien van de kwestie of deze maat
schappij recht of onrecht was gedaan, de
raad en de burgerij volkomen op de hoogte
dienden te zijn van al hetgeen er gebeurd is.
Wethouder Brautlgam had tijdens de discussie
gelegenheid gehad mede te deelen dat aan de
gunning van den tunnel niets meer kon worden
veranderd.
De combinatie van aannemers, met wie een
contract op 2 Februari is aangegaan voor het
maken van een tunnel, zal onder alle omstan
digheden een tunnel moeten maken, welk pro
ject ook gekozen wordt.
Over veertien dagen zal nu de beslissing val
len of de groote tunnel zal worden uitgevoerd.
Het Nederlandsche stoomschip Jeannette is
bij den ingang van de rivier de Bann (Iersche
kust), tegen een pier gevaren en bekwam zWare
schade. Het schip werd bij Noville aan den
grond gezet.
Ruim veertien jaar geleden is de alleenwo
nende oude heer Modderman, wonende te
Drachtstercompagnie vermoord. Ondanks ijverig
sporen gelukte het de politie niet de(n) dader(s)
te vinden. Thans is overgebracht naar Gronin
gen zekere H., wonende te Groninger Opeinde.
Uitlatingen van diens echtgenoote zijn oorzaak
geworden, aldus een bericht in Het Volk, dat
de politie meende H. te moeten arresteeren. Het
gerucht gaat, dat H. reeds bekend zou hebben.
Bi) K. B. is bepaald, dat Hr. Ms. pantserdek-
schip „Gelderland", thans in dienst opgelegd te
Willemsoord, op 18 Maart 1937 voor den actieven
dienst beschikbaar is gesteld. Met genoemden
datum is het bevel over dien bodem opgedragen
aan den kapitein-luitenant ter zee P. B. M. van
Straelen.
Donderdagnacht omstreeks half vier
werd de 40-jarige varensgezel L. Bakker,
die als nachtwaker ter plaatse surveilleert,
op de Maaskade te Rotterdam gewaar
schuwd, dat 't aan boord van de Estafette
12 niet pluis was. 'Een ingesteld onderzoek
wees uit, dat drie mannen, die aan boord
van het schip sliepen, schadelijke kolen
dampen hadden ingeademd. De toestand
van een der opvarenden was van dien aard,
dat hij in het ziekenhuis aan den Cool-
singel ter verpleging is opgenomen.
De 25-jarige J. Kort uit Heinenoord, schip
persknecht aan boord van het aan de
Utrechtsche Estafette Maatschappij toebehoo-
rende motorvrachtschip Estafette 12, dat aan
de Maaskade O. Z. tegenover pand 53 gemeerd
lag, was wakker geworden. Hij had last van
hoofdpijnen en voelde zich ook verder onpret
tig. De jongeman waarschuwde direct zijn
broer, den 21-jarigen G. Kort, die voor zijn
plezier aan boord vertoefde, en den 49-jarigen
kapitein van het schip, J. van Loveren, uit
Utrecht, die eveneens in het vooronder slie
pen. Het bleek toen, dat de jonge Kort er nog
slechter aan toe was dan zijn broer. De kapi
tein en de oudste jongen hebben den bijna
bewusteloozen G. Kort naar boven gebracht,
waarop J. Kort den nachtwaker van het ge
beurde» in kennis stelde.
Deze heeft zich onmiddellijk naar het poli
tiebureau aan de Nassaukade begeven, waarop
ook de geneeskundige dienst gewaarschuwd
werd. Het drietal, dat er nogal slecht aan
toe was, is toen naar het ziekenhuis aan den
Coolsingel vervoerd waar men de mannen akn
een onderzoek heeft onderworpen. Men achtte
hun toestand evenwel niet van dien aard. dat
opneming noodzakelijk was, waarom zij weer
naar boord terugkeerden.
Aangezien evenwel de toestand van geen
van drieën verbeterde en alle drie per
sonen tegen half tien Donderdagmorgen
nog even slecht waren de hoofdpijnen
hadden niet afgenomen en ook braken
kwam nog veelvuldig voor is de ge
neeskundige dienst andermaal gewaar
schuwd, waarop men het drietal weer naar
het ziekenhuis heeft vervoerd. Andermaal
zjjn de opvarenden toen onderzocht, doch
de kapitein en de oudste Kort konden
weer naar him schip terugkeeren. De 21-
Jarige Kort is evenwel opgenomen.
De politie heeft direct een nauwgezet on
derzoek ingesteld.
Aanvankelijk dacht men dat de vaten na-
trium-waterglas, waarvan er zich 38 tusschen
de lading van het motorschip bevonden, ge
lekt hadden. Spoedig evenwel bleek, dat deze
stoffen onmogelijk dampen konden ontwikke
len. Men is toen in andere richting gaan zoe
ken en toen is komen vast te staan, dat er
zich in het vooronder een kachel bevond.
Voor de opvarenden zich ter ruste begaven
hebben zij deze kachel gevuld met eierkolen
en cokes en het is deze kachel geweest, die
de schadelijke dampen heeft ontwikkeld.
Het betreft hier dus een gewone kolendamp
vergiftiging.
Met 1 April 1937 is benoemd tot burgemeester
der gemeente Zuilichem C. Hobo, burgemeester
der gemeente Gameren.
Aan den referendaris bij het departement van
Binnenlandsche Zaken G. P. Hoekman is de
persoonlijke rang van administrateur toege
kend.
Te rekenen van 1 Januari 1937 zijn bevor
derd tot hoofdcommies bi) met departement
van Binnenlandsche Zaken, mr. A. J. Rasman.
J. H. W. Meyer en mr. H. J. van Houte, allen
thans commies.
Met 16 April 1937 is eervol ontslag verleend
aan den commissaris van het loodswezen, de
betonning, bebakening en verlichting, tevens
ontvanger der loodsgelden 2e categorie H. Kui
per.
Met 16 April 1937 is benoemd tot commis
saris van het loodswezen, de betonning, beba
kening en verlichting, tevens ontvanger der
loodsgelden 2e categorie, in vasten dienst, de
commissaris van het loodswezen, de betonning,
bebakening en verlichting, tevens ontvanger der
loodsgelden 3e categorie C. Vermeulen.
Met 16 Maart is aangewezen als beheerder
van het bijpost-, telegraaf- en telefoonkantoor
te Amsterdam-West de referendaris 2e kl.
L. A. P. Beudt.
Met 1 Juni 1937 is aan den inspecteur in alg.
dienst der P.T. en T„ J. F. H. Heidenrijk, aan
gewezen als directeur van het postkantoor te
Rotterdam, op verzoek eervol ontslag verleend.
Benoemd tot inspecteur in alg. dienst der
P.T. en T. de nspecteur J. J. Theling.
16
di§e dagen later legde Heinz Von Dö
ha--bez°ek af bij mevrouw Heinzius en
r de hand harer dochter.
Döbbelin
vroeg
gr0 4 eerst was het haar, alsof zij in een af-
tjat vlel; zii beheerschte zich snel, nadat zij
tls s en Jenny's brieven had gelezen, die Heinz
q. eg'tirnatie-bewijzen had meegebracht,
biet illekeurig zette zij een hooge borst, streek
hoof]"aar hand over haar fijne blanke voor-
kruij en een trotsch lachje deed haar lippen
bvj,,r,Gn en overgoot haar eeuwig zorgvolle grim-
g Sezicht.
dftnetJ'adellijk grootgrondbezitternu waarom
ve *et? Zij deed alsof zij nooit iets anders
Vg6] acht had. Als schoonzoon beviel hij haar
20 ter dan Overbeck.
°ok Z lets elegants had hij over zich; men kon
eu v n' dat hij bij de militairen geweest was
W00r de rest, daarvoor zouden Otto en Jenny
Wel instaan.
6orft v°n Döbbelin Von Schönheide tot Neu-
Zle!c klonk heel goed, en was als toekomstmu-
de ocren der oppervlakkige vrouw,
deq h n niet nalaten> biJ de eerste gelegenheid
"eer Overbeck een kleinen uitleg te geven.
't Was heel voorbarig.... Kate had uitdruk
kelijk gevraagd, 't hem voorshands niet mee te
deelen. De verloving was toch ook nog niet pu
bliek.
Hij werd heel bleek en zat een paar seconden
als versteend. Eindelijk zei hij„u hebt toch in
ieder geval inlichtingen over den man inge
wonnen?"
„Hij is de zoon van een welgestelden kasteel
heer van ouden adel en zal het goed erven," zei
mevrouw Heinzius, die zich nu ineens voelde.
„Ik meen over zijn karakter. Of hij haar in
de toekomst gelukkig kan maken?"
„Daarvoor blijven mij mijn familieleden borg.
Hij heeft op mij een heel goeden indruk ge
maakt."
Hij vroeg niet verder.
Hoe de heer Overbeck 's avonds naar huis
kwam, wist hij zelf niet. Toen hij alleen was,
overviel hem een ongehoorde woede, van een
heftigheid, die hij reeds jaren niet meer gekend
had.
En niemand was er, tegen wien hij zich kon
uitspreken; geen zachte hand die hem beteu
gelde, zooals Agnes dat zoo goed verstond.
Zoo moest hy den aanval alleen doorstaan
en toen de storm over zyn ziel heen geslagen
was, bleef hij verwoest, verworden, bedelarm
alleen achter.
Urenlang was hy rond gaan loopen door stra
ten,' die zyn voeten anders nooit betraden. En
altijd deze razende haat en woede in zijn
harttegen Kate, die hy bemind en opge
voed en die hem versmaad had voor een onbe
kende.
En Kate? Geheel achter zyn rug, zonder hem
ook in 't minst maar te raadplegen, had zy over
haar levenslot beslist. Dat was dus de dank voor
alles, wat hy voor haar gedaan had?
't Loon voor die zichzelf wegcijferende, trouw
ste liefde, die haar al die jaren omgeven en be
hoed had?
Ik geef mijn toestemming niet, sprak hij in
zichzelf en balde zyn vuisten. Ik als voogd. Ze
kan wachten tot zy meerderjarig is geworden.
Ook als zy my op haar knieën zou bidden om
haar levensgeluk.
Maar geluk! Hij knarsetande. 'n Mooi geluk
zou dat zijn. Mevrouw Heinzius had zyn naam
niet genoemd.... natuurlijk 'n jonge groene fat,
die met spitsvondige gezegden haar het hoofd
op hol had gebracht en zy was natuuriyk by het
hooren van zyn klinkenden naam hals over kop
op hem verliefd geworden. Niet beter dan die
anderen, ydel, oppervlakkig, harteloos, ondank
baaren ik heb haar voor ik weet niet wat
gehoudeneen stuk van myn eigen ziel
't Beste heb ik haar gegeven en zy heeft alles
als waardeloos goed van zich afgegooid.
Toen hy thuis kwam en de trap beklom, werd
boven al een deur opengemaakt. De kleine
zwartgallige gedachten liepen ineen met zyn
groote ongeluk en drongen zich naar boven,
breed en geweldig.
Tanny Melzer natuuriyk!
zy had hem zien komen en als toevallig de
deur voor hem geopend. In alle discretie zag en
hoorde en wist zy alles. lederen stap, dien zy
deed.
't Had hem al menigen keer geërgerd. Nu had
hy er slechts 'n schouderophalen voor. Dat zou
nu altyd zoo blijven. Met haar waakzame, haar
eeuwige critiek, de kopergravure-gesprekken. en
haar vervelende moederlijkheid. Dat was nu zyn
lot tot het einde.
Tot het bittere einde!
Boven gekomen ging hij met korten groet
langs haar heen zijn kamer binnen. In het voor
bijgaan zag hy zichzelf in den spiegel. Büna tien
jaar ouder zag hij er uit, wel twintig! Nu wer
kelijk een oud man. En zoo moe, zoo moe.
Zij had toch gelijk, mompelde hij. Jeugd be
hoort by Jeugd. Hij wierp zyn hoed op een
stoel. Zoo was dan nu alles werkelijk voor hem
ten einde.
In dezen nacht stond hij voor de tweede maal
aan 't open graf van zyn eigen levenen
daarin lagen al zijn laat ontwaakte, langzaam
ontbloeide verwachtingenvermoord door ge-
dachtenlooze, lichtzinnige, trouwelooze kinder
handen.
Zooals over een in laten bloei gekomen ouden
boom de nachtvorst sluipt en alle leven en
bloeien knakt en onbarmhartig doodt!
Nu pas, by deze onverdraagiyke smart, voel
de hy, hoe sterk en diep en heimeiyk de hoop,
haar toch nog te bezitten, in hem geleefd had.
En dat hy haar nu pas geheel verloren had.
En dat hy dezen laatsten hardsten slag nooit te
boven zou komen. Nooit! Arbeiden, werken! zei
een stem.
Hy lachte schel. Al kon hy ook al 't werk der
aarde torenhoog stapelen op zyn schouders, om
zyn schrynend hart te troosten., hoe zou hy
haar zachte gezichtje, dat jaren en jaren hem
had toegelachen en verlicht, ooit kunnen verge
ten? Hy liep de kamer op en neerstond stil
voor den spiegel en zag in 't moede, oude ge
zicht, dat hem tegenblikte. Wat sta je daar en
kijk je zeiven aan? 't Wordt toch niet anders!
Weet je 't nu dan nog niet? Ken je niet je eigen
woorden meer: Jeugd behoort by jeugd! Hy
knikte z'n hoofd met 'n bitter lachje toe.
Ja, ja, zoo wordt men gestraft. Was ik, de
hatelyke mensch van nu, niet in haar leven 'n
hartstochtelijke liefhebber van al t mooie? 't
Meeste van jonge, mooie menschen? Daar had
ik mijn pleizier aan, myn eeriyk rein genot,
zooals aan een heerlyk kunstwerk.
't Is toch het mooiste kunstwerk, dat moeder
natuur ons schonk. Zoo zag ik je opgroeien,
Kate, en opbloeien, altijd zachter, altyd liefe-
lyker worden.
ZachtJa, dat was 't rechte woord, byna
uit de mode en toch zoo veelbeteekenend.
Zoo, als 'n idealist heb ik van je gehouden,
Kate!
Met 't vuur, de begeestering, de reine vreugde
voor al 't mooie, deugden, die nu 't bezit zyn
van een ander.
Ik verheugde my als ik in je jonge zonnige
oogen keek en werd er door verjongd, jy, zelf.,
die geheel zachte, reine meisjesgestalte was zoo
echt myn schoonheidsideaal par excellence.
Geen lyntje had ik daaraan willen verande
ren.
Je was geen mooie gedachtenlooze pop, zooals
die anderennee, achter al dien uiterlyken
mooien schyn verborg zich iets, wat nog veel
mooier was; uit je stralende, blauwe oogen keek
je warme, verlangende, jonge ziel, de ziel, die
verlangend de armen uitstrekte en sprak.
Druk me aan je borst, Je hart! Leg je vinger
op den geheimsten polsslag van myn leven, be
grijp me geheel en al, daar geen ander my zoo
kent, als jij. Een deel ben ik toch van jou, ziel
van jouw ziel.
Zoo ben je altyd meer gegroeid in myn hart,
kleine lieve ziel, ju.... en zou ik je nu goed
schiks weggeven?
Zoo sprak hy met zich zelf en met zyn liefde
en vierde met haar het doodenfeest. En streed
met zichzelf den grootsten stryd. Geen toorn
was er meer, geen haatslechts diepe, wan
hopige smart.
En toen de nacht ten einde liep en de bleeke
morgen het venster inkeek naar den bleeken
stryder was uit zyn toorn en smart en liefde
de offervaardige berusting geboren.
De berusting, die de ziel bevrijdt, omdat zy
de kettingen breken doet van 't machteloos ge
duld.... t onverdraagiyke voor de krachtige
werkersen hun den arbeid in de hand geeft
als 't beste, 't eenige wapen. Harde arbeid
hy knarsetandde. Wat hy zich eens had opge
legd: als een trouw vader voor zyn pleegkind en
haar toekomst te zorgen, wilde hy houden. Hij
stiet het venster open, zoodat de koele reine
morgenlucht zyn verhitte slapen streelde
Aan Kate schreef hy niet Als 't kind zelf tot
hem kwam om haar geluk te vertellen, zou hy
net doen, alsof hy van niets wist.
(Wordt vervolgd)