H.V. „CEMSTO"
SCHOONMAKEN!
D
„OPBLOEI
KOOT'S
KLEINE
VLEUGELS
Ballero...?
„Msma"-Ut$eHims siteven turn de sfUtsdetv&otuüputQ
VIJFTIG GULDEN
PARADE
FEESTEN
e bel luidt
de poort gaat open
Wij wachten Uw bezoek; U is welkom!
PIANOHANDEL
KAREL SAMSON
in onze toonkamers
Herman A. Roosemalen
„RITSEMA"-MODELLEN 1937
HAMIT-LIED
BELNUMMER
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
niet alleen een prijs
maar de FIJNSTE
KWALITEIT voor den
LAAGSTEN PRIJS
GIERSTRAAT 44
WIJ
RITSEMA MET KLOP VIBRATOfe
NASSAULAAN 30—32
VAN ONDER TOT BOVEN
VAN BINNEN EN BUITEN
Na drie maanden van ingespannen arbeid, zet de
Middenstands-tentoonstelling
Vrijdagmorgen omstreeks elf uur haar deuren
wijd open voor de bezoekers.
De Haarlemsche Middenstand verdient een woord
van groote waardeering voor wat hij heeft tot
stand gebracht. Hij verdient een succes, even
redig aan de energie, die aan „Opbloei" werd
besteed.
Toen wij de organisatie op ons namen, wisten
wij, dat er aan hooge eischen moest worden vol
daan. Ook wij zijn er trotsch op, dat wij Haarlem
de expositie kunnen aanbieden, waarmede de
stad voor den dag kan komen.
Wij kunnen er niet aan denken, hier een over
zicht te geven van wat „Opbloei" te zien en te
genieten geeft. De overal verkrijgbaar gestelde
„Feestgids" bevat uitvoerige mededeelingen.
Wat wij daarbij en bij het vele, dat reeds in de
pers werd vermeld, nog hebben te voegen, is
slechts dit:
Zijlweg 57 - Telef. 11036
Haarlem
in groote sorteering, in
verschillende houtsoorten
Lage prijzen
Ook in huur of in huurkoop
RITSEMA STOFZUIGERS Groote Houtstraat 132 - Telefoon 16693
Tijdens de tentoonstelling
Ide modernste en nieuwste modellen
eetkamers
salonameublementen
slaapkamers,zitkamers enz.
vanaf heden etaleeren wij
een geheel aparte en stijlvolle
eetkamer prijs f 450.
Een bezoek van U aan onze
toonkamers stellen wij op hoogen
prijs. Vraagt vrijblijvend offerte
Baan 3-5 Telefoon 14952 Haarlem
behangerij - stoffeerderij - meubelmakerij
"RITJEMA KL0P-V1BRAT0R"
J
M DE HEER
C. TEN BOOM
VERTELT
HILVERSUM
Profiteer van fie gemakkelijke betalingcondities
Anker „veerend
opgesloten
Hoogtesteller
Hierin zijn 'n aantal nieuwe vindingen toegepast, die U in
geen ander merk bijeen zult vinden. Dat een stofzuiger
zuigt, wie zal dat verwonderen, maar tevens Uw tagijt
kloppen, grondig reinigen, dèt kan alleen de
HAARLEM - TELEF. 113G3
v.h. alg. chef Van Basten's Woninginr. N.V.
commercieel talent niet zoo groot was als hy
zich had voorgesteld. Misschien is het hem
by al zyn moeite niet voor den wind gegaan.
Zeker is, dat hy zich in 1651 met vrouw en
kinderen naar de Oost inscheepte om daar zijn
geluk te gaan beproeven. Hij kwam in half-
officieelen dienst by de Compagnie en werd als
handelsagent naar het hof van den Groot-
Mogol gezonden, om daar de belangen van
Heeren XVII te behartigen. Omdat Djiehaan
patuuriyk niet mocht weten, wat de Compag
nie eigenlijk in het schild voerde, werd Koe-
dyck, „die experte kennis der schilderkunst en
andere bequaemheden bezat" hem na veel be
leefdheidsbetuigingen als hofschilder toege
voegd.
De Leidenaar heeft niet veel plezier van zyn
hovelingschap beleefd. Met zyn geheele gezin
moest hy den Mogol op diens talrijke reizen
vergezellen, terwijl hij bovendien door een
langdurige „impotentheyt" werd gekweld. En
kele jaren later ontmoeten we Koedyck als op
perkoopman te Ahmadabath. Later was hy
zelfs eenigen tijd directeur van den belangrijken
handelspost Soeratta in Voor-Indië. Door moei-
lykheden met de bewindhebbers in het moe
derland was de Gouverneur-Generaal echter
verplicht hem van dien post terug te roepen.
Ofschoon Koedyck zich als vry man te Ba
tavia kon vestigen, verkoos hy toch naar Hol
land terug te keeren. Als bevelhebber van de
retourvloot arriveerde hij in 1659 te Amster
dam. Hy ging als koopman te Haarlem wo
nen en schijnt daar tot grooten welstand te
zyn gekomen. Omstreeks het jaar 1667 is hy
gestorven.
Over Koedycks koopmanschap in Haarlem
zal onze romanschryver aan het fantaseeren
moeten slaan. Wy weten er werkelyk niet meer
van dan het feit, dat hij enkele malen voor
overigens hoogst onbelangryke menschen als
borg of geldschieter is opgetreden en dat hy
by zyn overlyden een voor dien tijd zeer be-
geerenswaardig testament naliet, dat zyn we
duwe en dochter toestond een goeden staat te
blyven voeren.
Met welke zaken heeft de goede man zich
in de stad aan het Spaarne bezig gehouden?
Welke belangrijke plaatsen heeft hy in het
Haarlemsche middenstandsleven ingenomen?
Wy weten het niet en zullen het ook wel nooit
weten. We moeten ons troosten met de we
tenschap, dat Koedyck met zyn ondervindin
gen ongetwijfeld een der vooraanstaande orga
nisatoren van de B. E. L.-week Van 1665 ge
weest zou zijn, als er in dat jaar maar een
B. E. L.-week was gehouden. Zou hij niet een
reclame-optocht op touw hebben gezet in den
trant van de plechtige ommegangen van den
Groot-Mogol, welke hy zoo dikwyls had byge-
woond....?
Laten we niet gaan fantaseeen en ons lie
ver nog een oogenblik bezig houden met het
enkele restant, dat ons van Koedycks artistie
ke werkzaamheid uit zyn Haarlemschen tyd is
overgebleven.
Langen tyd heeft men gemeend, dat Isaack
na zyn verblyf in Oost-Indië de schoone kun
sten vaarwel had gezegd. In 1909 ontdekte dr.
Martin in de parochiekerk aan den Bezuiden-
hout te 's-Gravenhage echter een schildery, dat
den volledigen naam van onzen schilder plus
het jaartal 1662 vertoont. Het schildery dat
thans in het Bisschoppelyke Museum aan de
Jansstraat prijkt, stelt Tobias en den Engel
voor, een Bijbelsch onderwerp dus, zooals Koe
dyck in zijn tot dan toe bekende stukken nooit
had behandeld. Omdat ook de schildertrant ge
heel verschilt van de manier, waarop de Lei
denaar zijn Dou-achtige genrestukken schil
derde, verwekte het nieuwgevonden doek in
vakkringen veel opzien. Algemeen neemt men
nu aan, dat Koedyck tijdens zijn verblijf in
Haarlem den meer academischen trant der Haar
lemsche grootschilders heeft bestudeerd en zich
hun techniek zoo eigen heeft gemaakt, dat hij
dezen Tobias heeft kunnen schilderen, welke
in voorstelling en behandeling zoo geheel en
al verschilt van zijn vroeger werk.
Ook door zyn eigen kwaliteiten is het groo
te doek zeer merkwaardig. De personen zijn
nauwkeurig geobserveerd en ongedwongen in
het schemerige landschap geplaatst. De kleu
ren zijn frisch en levendig, hier en daar ver
levendigd door klare lichtplekjes, die aan het
geheel zonder het onrustig te maken, een by-
zondere charme verleenen.
Het is zeer waarschijnlijk, dat Koedyck in
zyn laatste levensjaren te Haarlem nog meer
van dergelyke stukken heeft geschilderd. Men
heeft ze tot nu toe echter niet terug kunnen
vinden. Het kapitale doek in het Bisschoppe
lijke Museum is de eenige getuige van de ar
tistieke activiteit, welke de koopman-Zondags
schilder na zijn Indisch avontuur zal hebben
ontplooid. De hoop op nieuwe vondsten be
hoeft men nochtans niet op te geven.
De lotgevallen van het Haarlemsche schilderij
liggen geheel in het duister. Voorstelling en
De Groote Houtstraat, toen de dobbel
steentjes er nog waren
afmetingen van het doek maken het niet aan-
nemelyk, dat het ooit als altaarstuk zou heb
ben gediend. Wellicht heeft het in een van
onze patriciërshuizen als schoorsteenstuk ge
fungeerd.
Toch behoeven we de mogelykheid, dat de
schilder voor een katholieke kerk heeft gewerkt,
niet geheel uit te sluiten. Er zyn voorbeelden
genoeg aan te wyzen, dat katholieken ook aan
andersdenkende kunstenaars opdracht gaven
hun schuilkerkjes te versieren. En van een
breeddenkend cosmopoliet, als Koedyck was,
kunnen we moeilyk verwachten, dat hy zoo'n
verzoek zou hebben geweigerd.
GAB.
voor Uw oude machine bij aanschaffing van een RITSEMA
Klop Vibrator, alléén gedurende de B.E.L-WEEK. - Bezoekt
in deze week onze showroom, een pracht sorteering van
„RITSEMA" stofzuigers wacht U. Een merkartikel met 15 jaar
ervaring geeft groote voordeelen boven een fantasie-merk,
dat spoedig geen verhaal meer kan bieden. Vraagt U eens
inlichtingen over Eeuwigdurende Garantie. Machines in alle
prijzen: f 32.50, f37.75, f46-, f56-, f65.-, f78.-, f94.-, f98.-,
f110.-, f118.-, f185.-. VRAAGT VRIDBUIVEND DEMON
STRATIE. 100 PROCENT NEDERLANDSCH FABRIKAAT.
De Groote Houtstraat, zooals de schilder
Dirc Hals haar in de 17e eeuw kende
veel bijzonders. Achter de muziek reed de ko
lonel der schuttery. Dit was in den tijd, dien
ik nu beschrijf, heelemaal geen martiale fi
guur. Hij zat meestal scheef in het zadel en
de sjako met groene vederpluim zat gewoon-
lyk ook niet geheel recht op zijn hoofd. Trou
wens, de geheele schutterij was een ongeor
dende troep. Men liep slecht in den pas en de
officieren waren ook weinig geoefend. Geheel
anders waren de soldaten en de huzaren. Die
waren „model". Als de troep voor de inspectie
aangetreden was en de kolonel der huzaren
op het exercitieterrein aankwam, blies een
muzikant, die bij den ingang van het exerci
tieterrein opgesteld was, het sein van aan
komst en terstond daarop reed in vliegenden
galop de officier, die alles commandeerde, den
kolonel tegemoet. De geweren en de sabels
werden gepresenteerd en de muziekcorpsen
speelden het volkslied. Als de inspectie afge-
loopen was, werden de exercities uitgevoerd
en na het vertrek van den kolonel werd er af
gemarcheerd. Doch dan was de pret nog niet
uit. Als de troepen teruggekeerd waren, moes
ten de vaandels nog terug gebracht worden
naar de resp. woningen van de beide kolonels
De eene woonde in de Groote Houtstraat en
de andere in de Zijlstraat. Die vaandels wer
den met muziek daarheen gebracht en als ze
binnen werden gebracht werden de wapens
gepresenteerd, waarna de wacht vertrok.
Des middags was er in de manege der hu
zaren een groot wapenfeest, „assaut" genaamd.
Daar werden door soldaten en huzaren aller
lei kunststukjes vertoond, reden de huzaren
„carroussel" en werd een schermconcours ge
houden. Na afloop ontvingen de deelnemers
een geldelijke bêlooning, gevolgd door een
houterige toespraak van den bevelvoerenden
hoofdofficier.
Hieronder volgt het Hamit-lied van J. H.
Speenhoff, dat iedereen zong en dat de meeste
Haarlemmers ook nu nog niet vergeten zyn:
Naar de Hamit, naar de Hamit!
Waar het hart van Haarlem slaat,
Waar het om de stadsbelangen
En de breede welvaart gaat.
Aller arbeid vast vereenigd,
Aller voorspoed hand in hand,
Samen één en voor elkander,
Elk naar eigen werk en stand.
Naar de Hamit, naar de Hamit!
Voor den ernst en voor plezier,
Want, wanneer de zaken lukken,
Lacht ook graag de winkelier.
Waarom kniezen, waarom zuchten?
Op zijn tyd hoort wat verzet,
Haarlem toont ook op de Hamit,
Dat het houdt van lach en pret.
Naar de Hamit, naar de Hamit!
Midden in ons Tulpenland,
Waar de Kenncmers regeeren,
Kwam weer iets voornaams tot stand,
Stadgenooten, vreemdelingen
Saamgestroomd uit Oost en West,
Naai' de Hamit, naar de Hamit!
Daar is Haarlem op zyn best!
MODEL 1937
Verbeteringen: veerend achter
wiel); geen hinder van oneffen
vloer); veerend anker, geïso
leerde koolborsteibrug, hefboom
hoogtesteller met frictie, geheel
gepolijst motorhuis met afneem
baren motorkap, ingebouwde
achterwielen en beschermde
koolborsteldoppen, verlengde
wielbasis, radio-storingvrlj.
In vroeger tyden was het garnizoen vry
groot en droegen de militairen veel bij om
het aanzien der stad fleurig te maken.
Vooral de parades op 19 Februari, den ver
jaardag van Koning Willem III en op 13 Juni
den verjaardag van Koningin Sophie, waren
feestelyk.
Ik heb die parades bijgewoond op de Groote
Markt, op het Drilveld, waar nu het Frans
Halsplein is en de mooiste op het veld vóór
het Paviljoen in Den Hout. Toen daar de pa
rade eens was, werd er een charge door de
huzaren uitgevoerd. Toen zij een hoek om
moesten slaan, ging dit in vollen galop, waar-
by de rijders geweldig snel reden. ,,Ventre a
terre", noemde men dat. In dien tijd was het
geheele volk één in liefde voor het Vorsten
huis van Oranje. Opmerkelijk is, dat toen als
volkslied het ,,Wien Neerlands bloed" gold,
het „Wilhelmus van Nassauwe" werd betrek-
kelyk weinig gespeeld.
De parades waren op zichzelf een schouwspel,
waarin wy als jonge menschen een groot ple
zier hadden. Al van te voren was er leven
digheid en groot vertier in de stad. De schut
ters moesten aantreden in de Stadsdoelen. Als
de tyd daar was om naar het paradeveld te
gaan, trokken zy de poort van de Doelen uit.
Vooruit de tamboers, tóen nog voorzien van
hooge trommels, daar voorop ging de Tam
boer-majoor. Hy heette A. van Waalwyk, in
het gewone leven hield hy een kroegje in de
Gierstraat. Op des Konings verjaardag was
hij de mooiste man van de stad. Het was een
lange kerel met een zeer bleek gezicht en een
pikzwarten knevel. Met een hooge berenmuts
op, geleek hy een reus. Op zijn broek had hy
een breeden galon. Zijn tuniek was ook, in onze
oogen, meer dan prachtig. Als hy voor den troep
uitging en zijn staf met dikken zilveren knop
zwaaide, was het een grandioos schouwspel.
Achter de tamboers kwamen dan de muzikan
ten. Aan den buitenkant van de muziek droe
gen een paar schutters een muziekinstrument,
dat niet goed te beschryven is. Op een stok
waren verschillende dwarshouten, waaraan al
lerlei blinkende belletjes en schellen waren,
terwijl aan het uiterste een paar lange paar-
destaarten hingen. De muziek zelf was, voor
dat de heer Kriens kapelmeester werd, niet
Hieronder: De Groote Houtstraat in
den tijd van Napoleon
Anker
dynamisch uit
gebalanceerd
Waaier
met
Borstel-
stelschroef