De Prins van Oranje geland Luchtverbinding met Manilla WIE WAS DE UITVERKORENE? KIJKSPEL AAN DE ZEE HOOGERE SPOORWEG ONTVANGSTEN ZATERDAG 1 MEI 1937 Een feestelijk opgetuigde kar reed het water in om Z. Majesteit van het schip te halen Fleurige stoet op een kouden middag FRAAI GESCHENK VOOR DE PRINSES Waardevol schilderij aangeboden D. BARTELS OVERLEDEN Burgemeester van Hoogezand ONDERWIJS EN MIDDEN STAND Rapport van den Kon. Nederl. Middenstandsbond R.K. HERSTELLINGSOORDEN VOOR LONGLIJDERS Dekkerswald en Heliomare worden uitgebreid DE LUISTERWEDSTRIJD VAN HET A.S.I.B. Het niet-verleende convooi aan de Sarkani Definitieve cijfers over Januari STAATSMIJNEN Directeur en adj.-directeur benoemd JEUGDIGE FIETSER DOOR AUTO AANGEREDEN Onze handelsmissie naar Chili De laatste dagen in Argentinië jmI iipPW I tw 11 li II If De K.N.I.L.M.-lijn naar Australië Vermoedelijk binnen drie maan den opening der luchtlijn naar Sydney en Melbourne SIGARETTENPAPIER GESMOKKELD EERSTE-KAMERVERKIEZING De Katholieke candidaten De heer Plesman betreurt de afwijzing van Amerika WEER EEN GEVAL VAN MENSCHENROOF? Kamerlid stelt vragen ORANG OETAN GEBOREN Clearingkoersen UIT DE STAATSCOURANT Algemeene Rekenkamer Belastingd ienst Onderscheidingen Posterijen NAAR HET ENGELSCH .(Wordt vervolgd.) (Van onzen specialen verslaggever) Zijne Majesteit Willem Frederik, Prins van Oranje arriveerde na een verblijf van negentien jaren in Engeland op den laatsten Novem ber 1813 op een Engelsch fregat weer in zijn land. Zijn volk bereidde hem een hartelijke ontvangst aan de kust, waar een feestelijk versierde wagen hem tot in zee tegemoet reed en waar de leden der voorloopige Re geering den vorst hun opwachting maakten. Het is hier aan de kust van de Zuiderzee echt een weer om die voor Nederland zoo ge wichtige gebeurtenis in een kijkspel te zien herhalen. Een gure wind waait over het strand en slaat de golven flink op. Het lijkt inderdaad meer op den laatsten November, dan op den laatsten dag vóór Mei. Maar het blijft droog; af en toe komt de zon zelfs door; men kan vér zien over het wateren het is Prinsjesdag! De menschen van het dorp verkeeren in feestelijke stemming. Met Oranje-speldjes op trekken zij naar de kust. De Gooische Tram voert kijklustigen aan uit Muiden en Naarden. Op de fiets komen zelfs trekvogels uit Amster dam. De boomen zijn versierd met vlaggetjes in allerlei kleuren. Hun oude stammen hangen er vol van. Slingers en guirlandes hangen langs de straten. De café's langs het strand hebben het druk. De Hervormde Kerk boven op den dijk draagt vlaggen op de kanteelen van zijn breeden toren en voor de boomen, die het oude monumentale gebouw omringen, verzamelen zich geleidelijk enkele honderden, die turend uitzien over de zee, wachtend op den Prins. Tegen twee uur nadert uit het dorp een veel kleurige stoet. Meisjes in de kleederdracht van de elf provinciën omstuwen de Nederlandsché* Maagd, die, met gouden kuras en helm en met een scharlaken mantel om de schouders, voor op schrijdt. Wapenknechten met vervaarlijke baarden en snorren en nóg vervaarlijker zwaar den en pieken, volgen haar. Plaatselijke magis traten in hun ambtskleeding, rijk met tressen behangen en vergezeld van hun dames in flu- weelen gewaden en met pruiken van witte pijpekrullen schrijden achter hen aan. Te paard naderen vervolgens Graaf Gijsbert Karei van Hogendorp, Graaf van Limburg Stirum, Baron 'van der Duyn van Maasdam, Generaal de Jonge, geëscorteerd door Kozakken. En achteraan rijdt de schipperswagen, feestelijk opgetuigd met groen en bloemen en met oranje strikken en linten. Twee visschers mennen de sterke paarden, die er vóórop trappelen. Heel het gezelschap begeeft zich onder toe juichingen van de vele toeschouwenden naar het strand. In de verte, in de richting van het fort Pampus, dobbert een kleine botter telkens dichter naderbij. Met den kijker kan men dui delijk den Prins onderscheiden, die op het dek staat. De schuit heeft hard te kampen tegen den wind. Het duurt een aardige poos eer zij de kust zoo dicht is genaderd, dat een roei boot Zijne Majesteit kan overnemen en naar het strand kan brengen. En het wachten is niet aangenaam in den wind. Vooral niet voor de dames van den stoet, die allesbehalve op dit koude weer zijn gekleed. Op een gegeven moment echter rijdt de schipperswagen het water in. Schuimend spatten de golven tegen de borst van de paarden. De roei boot verlaat, met den Prins aan boord, het scheepje op zee. Zijne Majesteit stapt over op de kar. Boven op den dijk, in het boschje om de Kerk, wordt een kanonschot gelost. De paarden schrikken en trappelen; de menschen schrikken óók en begin nen te juichen. Met een vaart komt de versierde kar weer aanzetten en rijdt zij het strand op, waar wéér een kanonschot klinkt en de muziek van den weeromstuit het Wilhelmus inzet. De Prins springt uit den wagen. Hij lijkt werkelijk prachtig, dat lange, ovale gezicht onder den zwarten steek. Zuiver Willem I. Hij draagt een blauw-gouden lint over zijn statiegewaad. Na het zingen van het Wilhelmus drukt de Prins de hand van allen, die hem kwamen verwelkomen. De Ministers worden aan hem voorgesteld, de burgemeesters, de Nederland- sche Maagd en het volk blijft hem maar toe juichen vanaf den hoogen dijk, waar nu en dan het kanonnetje nog een heesch geluid uit stoot. Inmiddels nadert een met twee paarden be spannen landauer van het mulle pad, dat naar het dorp voert. De Koning stapt in. De graven van Hogendorp en van Limburg Stirum nemen tegenover Zijne Majesteit plaats. Achter hem volgt de Nederlandsche Maagd met haar blonde vlechten, gevolgd door de allerliefste vertegen woordigsters der provinciën, de schutters, de ruiters en de schipperskar, waarvóór de paar den nog druipen van het zeewater. Met de muziek voorop trekt de heele stoet het dorp door. De Koning wuift zijn volk toe dat hem met „Leve de Prins! Hoera!" begeleidt op den langen weg naar de feesttent, waar Zijne Majesteit de gelukwenschen van allen, die hun opwachting willen maken, in ontvangst neemt. Met een avondfeest in flinken stijl werd de fieurige feestelijkheid besloten. De mannen van Muiderberg hebben eer van hun werk. Zij hebben Prinsjesdag oa een waar dige, leerrijke wijze gevierd, die velen plaatsen ten voorbeeld moge strekken. Uit het bedrag, dat het comité voor het hu welijksgeschenk der Friesche vrouwen aan het Prinselijk Paar destijds bijeen heeft gebracht, is in de eerste plaats een kostbaar uitgevoerd Friesch costuum aan Prinses Juliana aange boden. De som, welke nog overbleef, heeft men, in overleg met H. M. de Koningin, bestemd voor een schilderij, dat een plaats krijgt in het woon vertrek der Prinses in het paleis Soestdijk. Het is een door den Rotterdamschen schilder H. Mees vervaardigd portret van de Koningin aan haar schildersezel, een portret op levensgrootte, waarbij H. M. zelve heeft aangegeven, in welke houding zij wilde poseeren en waarvoor zij de plaats heeft aangewezen in het woonvertrek van Prinses Juliana. Het portret geeft de Koningin weer bij het schilderen en wel op een oogenblik, dat zij ver ondersteld wordt van het werk op te zien om de binnentredende Prinses te begroeten. De Koningin draagt een japon van donker hor tensia fluweel. Naast zich heeft de landsvrouwe een tafeltje, waarop een bril en een bont ge kleurd schildersdoekje, een geschenk indertijd van de Koningin-Moeder. Ook de schilderstok, dien de Koningin gebruikt, is van Koningin Emma afkomstig, die zich in haar jeugd met teekenen heeft bezig gehouden. De schildersezel is geheel van opzij gezien. Zonder officieel vertoon heeft men Prinses Juliana dit verjaardags-cadeau doen toekomen. Donderdagmiddag heeft de Prinses, in tegen woordigheid der Koningin het schilderij voor het eerst gezien. Vrijdagochtend is te Hattum bij Zwolle, op 53- jarigen leeftijd, na een korte ziekte, overleden de heer D. Bartels, burgemeester van Hooge zand. Hij vertoefde sedert zondag, na eerst een vergadering te Amsterdam te hebben bezocht, ten huize van zijn zoon, waar hij was achter gebleven, omdat hij zich niet goed gevoelde. De overledene, die eerst een leidende functie bij de S. D. A. P. vervulde, waarmede hij ook thans nog was verbonden, aanvaardde 15 No vember 1926 het burgemeesterschap van Hooge zand. Voorts was hij lid van de Provinciale Staten van Groningen. Een speciaal daartoe ingestelde commissie van den Koninkl. Nederl. Middenstandsbond heeft een rapport opgesteld, uit te brengen in de Jaarlijksche Algemeene Bondsvergadering van 19 Mei a.s., over het onderwerp: Middenstand en Onderwijs. Wat de middenstander noodig heeft, aldus de commissie in haar rapport, is een onderwijs, dat hem die economische en technische kennis bij brengt, welke hij als zelfstandig ondernemer in distributie en kleine nijverheid noodig heeft, een onderwijs ook, dat, wanneer de functie, welke de handeldrijvende en industrieele middenstand in het maatschappelijk leven heeft te vervul len, in eenig tijdvak een ingrijpende verande ring ondergaat, zich daarbij aanpast. Ook de Vestigingswet Kleinbedrijf, eerst kort in werking getreden, dient bij het vaststellen van nieuwe onderwijsprogramma's in aanmerking genomen te worden. De commissie beschouwt de handelsdagschool als het beste voorbereidingsinstituut voor den zelfstandigen middenstander en de midden standsorganisatie dient er met alle haar ten dienste staande middelen voor hebben zorg te dragen, dat de 4-jarige handelsdagschool blijft. Vandaar dan ook, dat de commissie stelling beeft genomen tegen het wetsontwerp tot her ziening van de Middelbaar-onderwijswet, dat de 4-jarige handelsdagschool wilde terugbrengen tot een 3-jarige. Het rapport besluit met een programma van de wijze waarop de verwezenlijking van haar wenschen verkregen zou kunnen worden. De vereeniging R.K. Herstellingsoorden voor longlijders en zwakke kinderen hield haar alge meene jaarvergadering onder leiding van den voorzitter, dr. N. P. van Spanje. De balans en verlies- en winstrekening wer den goedgekeurd. Dank zij 'n zuinig beheer kon worden gesloten met een batig overschot, welk bedrag zal worden besteed voor een kleine uit breiding van Dekkerswald met zes kamers voor patiënten eerste en tweede klasse. Reeds lang openbaarde zich een tekort aan klasse-kamers, zoodat jammer genoeg aan meerdere aanvragen niet kon worden voldaan. Besloten werd het klooster op Heliomare met een tiental kamers uit te breiden. Steeds zijn in dit sanatorium meer dan 150 patiënten ter ver pleging opgenomen, waardoor het aantal pleeg zusters moet worden uitgebreid. Het Moederhuis uit Maastricht van de Zusters van den H. Ca- rolus Borromeus is bereid de eerw. zusters voor Heliomare aan te wijzen, zoodra de behuizing is vergroot. Door uitbreiding van het klooster zal niet alleen dit plaatsgebrek geheel zijn op geheven, doch komen tevens meerdere patiën ten-kamers beschikbaar. In beide sanatoria worden thans 386 patiën ten verpleegd. Als leden van den Raad van Bestuur werden herkozen; pastoor W. van Berkel; dr. P. W. C. M. Busch; rector C. Corsmit; notaris B. H. Gryseels en prof. dr. A. K. M. Noyons. Het hoofdcomité voor het „Asib" in Neder land deelt ons mede, dat op den luisterwed strijd van j.l. Zaterdagavond reeds duizenden oplossingen binnenkwamen. Er zijn briefkaar ten bij, die aanmerkelijk meer porto bevatten dan 30 cent. De termijn van inzending sluit Woensdag 5 Mei. Op Vrijdag 7 Mei zal de aan wijzing der prijswinnaars geschieden door No taris Mr. S. D. K. M. van Lier te 's-Gravenhage. De oplossing kan ingezonden worden aan het secretariaat van het A. S. I. B., Koningin Em- makade 194, Den Haag. Het communistische Tweede Kamerlid Wijn koop heeft aan de ministers van Buitenland- sche Zaken, van Defensie a. i. en van Handel, Nijverheid en Scheepvaart een aantal vragen 1 gesteld betreffende het weigeren van convooi aan den Nedcrlandschen vrachtvaarder Sarkani. De definitieve ontvangsten over Januari 1937 (f 8.311.778.09), overtroffen die van Januari 1936 (f 8.067.661.38) met een bedrag van f244.116.71. Hoofdzakelijk bestaat dit laatste bedrag uit twee groote posten n.l. een plus- en een minus-post. De ontvangsten uit het reizi- gersvervoer waren n.l. f 358.823.00 hooger, die uit het goederenvervoer f 111.565.61 lager dan de overeenkomstige over 1936. Het vorige jaar ten opzichte van 1935, waren die beide bedragen resp. rond minus f 236.000.en rond minus f 568.000.Zij zien er dus thans wel wat gun stiger uit, al zal het reizigersvervoer ditmaal ernstig den invloed van de vorstelijke huwe lijksfeesten hebben ondergaan. De ontvangsten uit het Veevervoer, ofschoon nog gering, waren met een bedrag van rond f 36.000.ruim dub bel zoo hoog als in Januari 1936. De inkomsten per dagkilometer waren belangrijk hooger, n.l. f 78.64, tegen f 75.85 in 1936. Te rekenen van 15 April 1937 zijn bij de Staatsmijnen in Limburg benoemd tot direc teur de heer dr. Chr. Th. Groothoff, te Huls berg, hoofdbedrijfsingenieur bij de staatsmijnen en tot adjunctdirecteur de heer J. Mous, te Heerlen, afdeelingschef bij de Staatsmijnen. Vrijdagmiddag om vijf uur is de zestienjarige loopjongen D. de Vries, die op de fiets reed, op het Stationsplein te Groningen aangereden door een vrachtauto, bestuurd door P. W. uit Termunten. De jongen liep een bekkenfractuur en een buikbloeding op en is in hoogst zorgwekkenden toestand naar 't R. K. Ziekenhuis overgebracht. De verkeerspolitie stelt een onderzoek naar de schuldvraag in. En dit is een echte vaas nit den tijd van Pompeji. Ja, maar is die van vroeger of van nu? (Tliorvev). Men bericht ons per luchtpost uit Buenos Aires, d.d. 20 April: Na een verblijf van ruim drie weken aan de Plata-rivier, waarvan drie dagen te Montevideo en de rest te Buenos Aires, is de Nederlandsche handelsmissie thans hare koffers aan het pak ken voor het volgende land: Chili. Wij kunnen met den uitslag der gevoerde onderhandelingen zeer zeker tevreden zijn, aangezien Argentinië bereid is gebleken om ons zoover te bevcordeelen als het naar billijkheid jegens zijn andere vrienden ver antwoorden kan. Aan de handelspolitieke situatie of aan de deviezenpositie kan thans waarlijk niets meer geweten worden. Thans zal men zelf moeten toonen of men in staat is, een moeilijke en verafgelegen markt te bewerken en te veroveren. Het rundvee van Nederland heeft geen reden om over gebrek aan belangstelling te klagen, want de uiteenzettingen van ir. Leignes Bak hoven zijn overal met groote aandacht aange hoord en de bladen hebben steeds op ruime schaal een weerklank daarvan gepubliceerd, vooral sinds de spreker zich van het Spaansch bediende. De cyclus van filmvoorstellingen over ons eco nomische leven is besloten met een bijeenkomst waarin de heer Martens, vertegenwoordiger van de Kon. Paketvaart Mij., een reeks films .van de K.P.M. over Ned. Indië heeft doen vertocmen, met een inleidend woord van consul-generaal Broens. De missie heeft in de weelderig ingerichte Jockey Club aangezeten aan een feestmaal, haar aangeboden door den minister van Buitenland- sche Zaken, den Nobelprijswinnaar dr. Saavedra Lamas. Verscheidene leden van het Argentijn- sche kabinet zaten aan, alsmede de meest ge wichtige hoofdmannen uit het bedrijfsleven. Nimmer is er in Zuid Amerika een han delsmissie met zulk een aandacht en sym pathie ontvangen en nog nimmer heeft een land zoozeer in het middelpunt van de belangstelling gestaan ais thans ten opzichte van Nederland het geval is geweest. Een van de onderwerpen, welke de publieke meening in Argentinië het meest ge boeid hebben, was de immigratie, resp. koloni satie door Nederlanders. Zoowel de regeering als ook het particuliere belang toonden zich op dit onderdeel bijzonder belangstellend. Afge wacht moet worden hoe in Nederland op deze avances zal worden gereageerd. Op den avond voor het vertrek gaf de Neder landsche handelsmissie in haar hotel een groot diner, tot afscheid van hare Argentijnsche gast- heeren. Onder de aanzittenden bevonden zich alle ministers, die op dien dag in de hoofdstad aanwezig en niet door de thans hier heerschen- de griep buiten gevecht gesteld waren, alsmede de voorzitter van de kamer van afgevaardigden. Voorts de presidenten van verschillende cor poraties, de groote leiders in het Argentijnsche bedrijfsleven, de Pauselijke nuntius als decaan van het Corps Diplomatique en de kopstukken uit de Nederlandsche kolonie, totaal ongeveer zeventig personen. Aan tafel werd het woord gevoerd door am bassadeur Van Kamebeek, die in een weidoor - wrochte rede een overzicht gaf van de verhou ding tusschen de beide volkeren en van de problemen welke om voorziening geroepen had den. Bij ontstentenis van minister Saavedra La mas, die met griep te bed lag, werd geantwoord door den voormaligen Argentijnschen ambassa deur te Londen, Uriburu, president van het Argentijnsche studiecomité. En thans is het programma in Argentinië afgewerkt. Nu komt Chili aan de beurt. "iil Nu de Australische regeering de K.N.I.L.M. toestemming heeft gegeven voor het onderhou den van een {.'eregelden luchtdienst tusschen Nederlandsch-Indië en Australië, zal de K.N.I.L.M., nadat de Nederlandsche regeering de aangeboden regeling zal hebben aanvaard, zoo spoedig mogelijk een luchtlijn openen naar de voornaamste steden aan de Oostkust van Australië. In een bespreking, die tevens werd bijge woond door den heer Nieuwenhuis, chef van de K.N.I.L.M., die momenteel met verlof hier te lande vertoeft, is besloten ten spoedigste de noodige administratieve en technische voor bereidingen te treffen, waardoor men hoopt binnen 2 a 3 maanden een luchtlijn van Ba tavia en Soerabaja via Port Darwin te kunnen openen, welke van Port Darwin over land naar de twee voornaamste steden aan de Australische Oostkust, Sydney en Melbourne, leidt. Men hoeft daarbij niet te wachten op de aflevering der bestelde Lockhead-vliegtui gen, aangezien men over voldoende Douglas D.C. 2 toestellen beschikt, om de nieuwe iyn te vliegen. Het ligt in de bedoeling, voorloopig eenmaal per week naar en van Australië te vliegen, zooveel mogelijk in aansluiting op aankomst en vertrek van de Indië.vliegtuigen der K.L.M. In een garage in het Oostelijk stadsdeel van Rotterdam heeft de politie 14 pakken in beslag genomen, welke in totaal 25.000 boekjes gesmok keld sigarettenpapier bevatten. In verband hier mede is aangehouden de 27-jarige vrachtrijder W. G. B. De vrachtauto, waarmede de man een en ander vervoerd had, is in beslag genomen. Deze auto was speciaal voor het smokkelen in gericht en had daartoe een dubbelen bodem. De Katholieke Statenleden in de provincies Overijsel, Drenthe en Groningen, hebben voor de Eerste Kamer de volgende candidatenlijst vastgesteld: 1. A. J. Schoemaker, Deventer; 2. mr. dr. J. W. Schneider, Hengelo; 3. H. C. Nijkamp, 'Enschede; 4. ir. J. Th. Evers, Raalte; 5. J. P. de Brabander te Utrecht. Deze lijst zal met de Geldersche lijst worden verbonden. Voorts zullen door de verschillende Staten fracties worden gecandideerd: In Zuid-Holland; 1. Prof. dr. A. Steger; 2. F. Nivard, 3. Jhr. mr. L. E. E. M. von Fisenne; 4. H. J. Kuiper; 5. W. baron van Voorst tot Voorst, 6. ir. F. Guljé, 7. ir. L. J. M. Feber, 8. D. J. de Kok. Noord-HollandFriesland: 1. P. J. S. Sqrra- rens, 2. mr. G. C. D. Kropman, 3. prof. mr. C. P. M. Romme, 4. prof. dr. J. Barge, 5. Th. Koot (Haarlem), 6. drs. J. L. Janssen (Den Haag). Limburg: 1. mr. F. Janssen, 2. mr. C. Janssen de Limpens, 3. jhr. mr. G. Michiels van Kes- senich, 4. J. H. Maenen, 5. Mr. B. Berger, 6. mr. dr. R. Regout, 7. F. Damen, 8. mr. F. Haffmans, 9. H. J. Dupont. Noord-Êrabant: Eerste lijst: 1. Mr. W. van Lanschot, 2. P. de Jong, 3. A. N. Fleskens, 4. Ch. Stalmeyer, 5. B. W. T. van Slobbe, 6. P. van Haaren, 7. C. Foppele, 8. J. C. v. Beek. Tweede lijst: 1. jhr. mr. A. F. van Sasse van IJsselt, 2. H. Blomjous, 3. mr. J. v. d. Mortel, 4. J. Meyring, 5. J. Beliën, 6. ir. L. M. van Loon, 7. Jac. Vos, 8. mr. A. baron van Oldeneel tot Oldenzeel. ZeelandUtrecht: 1. A. C. de Bruyn, 2. nader aan te wijzen candidaat uit Zeeland, 3. prof. Schmutzer, 4. mr. dr. A. Mes, Heinkenszand. De Geldersche lijst is nog niet vastgesteld. Naar aanleiding van het bericht, dat de Amerikaansche regeering voorloopig niet haar toestemming kan verleenen voor een geregelden dienst SoerabajaManilla, te onderhouden met vliegtuigen van de K.N. I.L.M., verklaarde ons de heer Plesman, dat hij het besluit van Washington betreurde. Hij was echter geenszins van meening, dat met de voorloopige weigering, de aangele genheid voorgoed van de baan is. Integen deel hoopt de heer Plesman, dat de dienst op Manilla binnen niet al te langen tijd werkelijkheid zal worden en dat de moei lijkheden, welke thans de toestemming in den weg staan, van tijdelijken aard zullen blijken te zijn. Het Tweede Kamerlid Boon (V.B.) heeft aan den minister van Buitenlandsche Zaken ge vraagd, of het dezen bekend is dat Zaterdag 27 Maart de twee gebroeders Holland te Weller- looi door Duitsche beambten over de grens zijn gelokt en op Duitsch gebied zijn gearresteerd. Na veel nasporingen is vastgesteld, dat de ge broeders eerst eenige dagen hebben doorgebracht in de strafgevangenis te Krefeld, waar zij een zeer slechte behandeling hebben ondergaan, ter wijl zij thans ruim 4 weken zijn opgesloten in de strafgevangenis te Cleve zonder dat hun kenbaar is gemaakt, waarom zij zijn gevangen genomen en zonder dat eenig verhoor heeft plaats gevonden. Is de minister bereid, aldus vrager, de Duit sche regeering mede te deelen, dat hier, even als destijds met Gutzeit, wederom een geval van menschenroof uit Holland door Duitsche beamb ten heeft plaats gevonden en dat de Nederland sche regeering er met klem op aandringt, dat de gebroeders Holland met bekwamen spoed onge deerd over de Nederlandsche grens bij Weller- looi zullen worden teruggebracht? Vrijdag is in de diergaarde te Rotterdam een orang oetan-baby geboren. Dit is de eerste maal, dat deze interessante menschapensoort, welke alleen op Sumatra en Borneo in het wild wordt aangetroffen, zich in een Nederlandsche diergaarde heeft voortge plant. Koersen voor stortingen op 1 Mei 1937 tegen verplichtingen luidende in; Reichsmarken 73.30,' lires 9,61, peseta's 10,30. Bij K.B. zijn te rekenen van 1 Januari 1937 bij de algemeene rekenkamer bevorderd tot commies: P. Hoffman, C. A. N. Candel, P. C. Bomert, A. A. Owel en A. W. van Dijk. allen thans adjunct-commies. Bij K. B. is aan J. B. Overgoor, verificateur der invoerrechten en accijnzen te Roosendaal op zijn verzoek met ingang van 1 Juli 1937 eervol ontslag verleend uit 's Rijks dienst; is met ingang van 1 Mei 1937 benoemd tot ontvanger der directe belastingen, invoer rechten en accijnzen der 5e klasse, E. L. Lie. ve, commies dier middelen te Amsterdam; zijn benoemd tot ontvanger der registratie en domeinen te Raalte, J. Boxem, surnume rair der registratie en domeinen te Arnhem; te HoTst H. A. Straasheijm, surnumerair der registratie en domeinen te 's-Gravenhoge; te Schagen G. A. T. Rakhorst, surnumerair der registratie en domeinen te Zeist. Bij K. B. is benoemd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau Moeder Fulgentia (in de wereld mej. A. M. P. J. Verriet), algemeen overste van de Congregatie der Liefdezusters van den H. Carolus Borromeus te Maastricht. Bij K. B. is de gouden eere-medaille, ver. bonden aan de orde van Oranje-Nassau toe gekend aan L. Ansems, hoofdopzichter van openbare werken der gemeente Breda. Bjj beschikking van den directeur-generaal der P.T.T. is met ingang van 1 Juli 193? aan gewezen als directeur van het post-, telegraaf- en telefoonkantoor te Goes, de referendaris der posterijen, telegrafie en telefonie, p. Vis. ser te Rotterdam (postkantoor). „Neen, zij heeft nooit gedichten gemaakt, ntaar ze hield er zooveel van. Ze was actrice, vóór ze met vader trouwde. Misschien heeft u wel van haar gehoord, ofschoon ze nooit belang rijke rollen speelde. Haar tooneelnaam was „Stella Dare." Mijn zuster liet de vraag van Miss Walbrook onbeantwoord, want die laatste mededeeling had bepaald haar tegenzin gewekt. Ze had niets tegen den schouwburg als een gelegenheid, om er een aangenamen avond door te brengen, maar als de acteurs hun rollen had den gespeeld, dan verwachtte zij ook, dat ze zich in hun eigen sfeer in het land der Bohé miens zouden terugtrekken. Ze voelde er niets voor, om in het gezelschap te blijven van de dochter van een tweede-rangsactrice en of schoon ons bezoek dus maar vijf in plaats van de door Madame Etiquette voorgeschreven vijf tien minuten had geduurd, stond zij op en ging. Miss Walbrook was op het punt ons de hand te geven, toen de gedienstige verscheen met het theeblad. Lynette Walbrook keek van ons naar de kop jes en zei eindelijk haperend: „U wilt toch wel thee gebruiken?" „Ja, zeker," nam ik het initiatief. Penelope sloot zich hierbij aan, ofschoon wij al thee gedronken hadden op Thea Towers. Dus gingen we weer zitten en namen de thee aan, die Miss Walbrook ons met trillende handen in schonk. Het was een slap, kleurloos vocht. Het porse lein was zeer eenvoudig om niet te zeggen grof en het brood zeer oudbakken. Zwijgend en bijna in volslagen duisternis ge bruikten wij den onsmakelijken maaltijd; toen namen wij afscheid van Miss Walbrook. Ze be dankte ons niet voor ons bezoek en mijn zuster verzocht haar ook niet, ons op te zoeken. „Penelope, heb je geen kaarjes achtergelaten?" vroeg ik onder het terugrijden. „Wat zullen ze wel denken!" „Misschien, dat ik geen kaartjes heb, omdat ik de gewoonste vormen van het gezelschaps leven niet ken! Ook is het mogelijk, dat ze de ware reden vatten, namelijk, dat ik geen bezoek terug verlang van eenig lid van de familie." Nadat ze toen weer een oogenblik gezwegen had, barstte ze uit: „Ik ben van mijn leven nog niet zoo belee- digd! Ik werd nog nooit op zoo'n manier ontvan gen!Wat meende die oudere zuster er mee, datj zij in het geheel niet verscheen en dat ze dat trillende bibbersnoetje als haar afgezante stuurde?'' „Ik geloof óók wel, dat Miss Walbrook thuis was." „Ze was thuis; dat hebben wij immers duide lijk gehoord! Was ik er maar nooit heengegaan! Ik heb het van den beginne af in twijfel getrok ken, of het wel verstandig was, om zulke onbe kende grootheden te gaan bezoeken, maar Mrs. Angus had zich zoo gunstig over hen uitgelaten en jij hebt er mij steeds toe aangedreven." „Dat spijt mij erg," zei ik, geheel uit het veld geslagen. „Ik zeg ook niet dat het jouw schuld is. Jij kon niet weten, wat voor soort menschen het waren, 't Spijt mij voor jou, dat je teleurgesteld bent in je verwachtingen, om nu eindelijk eens „iets jongs hier in de buurt te krijgen!" Die mooi opgeprikte weduwe was al erg genoeg, maar ze is nog draaglijk, vergeleken bij de Wal- brooks! Heb je wel opgemerkt, wat een grof porselein en wat een leelijke theelepeltjes ze hadden? Het zijn armoedige, obscure avontu riers!" Penelope hield op, buiten adem van veront waardiging. en zwijgend reden wij verder. Zoo eindigden die twee bezoeken, waarvan ik mij zooveel had voorgesteld! HOOFDSTUK III Penelope was vastbesloten, Miss Walbrook niet te ontvangen, als zij soms een tegenbezoek mocht brengen. En ons kamermeisje had dan ook instructies, om mocht genoemde jonge dame zich op The Manor vertoonen dan niet te zeggen, dat zij niet thuis was, maar met, ronde woorden, dat: „Miss Colville haar niet ontvangen kon." Daarna ging Penelope naar de pastorie, om Mrs. Angus de verkeerdheid van haar voorstel lingen te verwijten. De vrouw van den dominee bood zoo half en half haar verontschuldigingen aan, want ze begon ook wel in te zien, dat ze zich eenigszins vergist had in haar opvattingen omtrent de Walbrooks. Er deden namelijk eigen aardige geruchten de ronde van de familie op The Hall. Niemand wist eigenlijk precies, wat er aan mankeerde, maar het praatje ging, dat de Walbrooks niet voor bezoek in aanmerking kwamen. Dien volgenden Zondagmorgen was Lynette Walbrook de eenige van de familie, die in de groote bank van The Hall zat. Een paar maal keek ik op en werd dan gewaar, dat haar oogen mijn kant uitzagen. Indachtig aan den wrok van mijn zuster wendde ik het hoofd af, maar er was zoo iets smeekends en peinzends in haar blik, toen ik dien onder de Litanie nog eens ontmoette, dat ik onwillekeurig toch even glim lachte. Zij kreeg een kleur, glimlachte terug, maar gedurende de rest van den dienst keek zü weer even treurig. In plaats van het armoedige, blauw-serge japonnetje droeg zij nu een bruine cashmiren, maar blijkbaar een paar maten te groot voor haar tengere gestalte. Tot op dezen tijd waren de geruchten be treffende de Walbrooks nog maar vaag en on bestemd geweest, maar in den loop van de vol gende week begonnen ze meer vasteren vorm, aan te nemen en langzamerhand lekte de waar heid uit. Degene, die in de eerste plaats zorgde voor nieuws, was Lady Wilmot. Penelope had haar op een ochtend in het dorp ontmoet en haar toen regelrecht gevraagd, wat zij tegen de fa milie op The Hall had. Met veel schijnbaren afkeer vertelde haar Ladyschap „alles," een gewichtige beschuldiging. Feitelijk was er niets bepaalds tegen hen in te brengen; er rustte geen uitgesproken smet op hun naam, maar ze waren arm. stonden wan hopig in de schuld en op ieder lid van de fami lie, behalve Lynette, was meer of minder aan te merken. Over het ambt van Mr. Stephen Walbrook was het maar het beste te zwijgen. Hü was iemand, die veel won met kaartspelen. Lancelot, de eenige zoon, had den dienst ver laten, zeker niet om de eervolste redenen. Enid leefde gescheiden van haar echtgenoot, ofschoon die scheiding om zijn goeden naam te spa ren niet officieel uitgesproken was. Elaine, Miss Walbrook, was brutaal in haar optreden en de notabelen in het plaatsje, waar zij het laatst hadden gewoond, hadden haar dan ook geen van allen willen ontvangen. „Ik begrijp niet, hoe Lady Wilmot dit alle maal weet!" zei ik, toen deze „feiten," met het oog op mijn leeftijd, mij in verzachtenden vorm waren meegedeeld. „Ik denk, dat het patiënten waren van haar echtgenoot," zei Penelope. Zij had als haar bedoeling te kennen gegeven, Miss Walbrook te negeeren, als die haar soms op straat mocht aanspreken, naar aanleiding van ons bezoek op The Hall. Maar de dagen verliepen, zonder dat ze tot dezen maatregel had hoeven over te gaan. Penelope was „tliuis" voor onze enkele buren op den eersten Donderdag in de maand en ze kwamen dan allen een praatje maken en een kopje thee drinken, want veel afleiding was er niet in Westhorpe. Lady Wilmot had te kennen gegeven, dat ze hierbij tegenwoordig wenschte te zijn; dus had mijn zuster dezen keer bijzondere zorg besteed aan de bloemen, de keuze van porselein, kortom aan al wat den gasten voorgezet zou worden. Op The Towers was de thee opgediend in het fijn ste porselein en met schitterend antiek zilver en Penelope wilde niet onderdoen voor een vrouw, voor wie zij toch eenige minachting voelde. Mijn plicht was het om op die middagen de thee rond te dienen en ik was dan ook al dank baar voor ieder brokstukje conversatie, dat ik opving. Juist kreeg ik nog de laatste wijze wen ken en raadgevingen, toen de eerste bel ging. ,Dat is zeker Mrs. Angus," zei mijn zuster en trok al vast haar gezicht in een plooi. Wij luisterden, hoorden de deur dichtgaan en voetstappen naderden door de hall. Wij ver namen ook een heldere stem en een vrij luiden lach zeker niet van de domineesvrouw zoo dat we elkaar alleen verbaasd aankeken. Het volgend oogenblik werden aangekondigd: „Mrs. Angus en Miss Walbrook."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 3