Oranjeploeg sleept de overwinning uit het vuur
Weinig overtuigende revanche
Spel der Nederlanders maakt
een onbevredigenden indruk
De Rotterdamsche interland
W'
EEN ANDERE SFEER
BEGIN VA N DEN STRIJD
VEELBELOVEND
Het eenige doelpunt van den wedstrijd, vijf en twintig
minuten na het begin door Vente gescoord,
brengt de beslissing
Onze voorhoede niet op volle kracht
MAANDAG 3 MEI 193}
Vente scoort
De tweede helft
Badjou, de Belgische keeper grijpt in hij een aanval der Oranjehemden
(Slot op de volgende pagina)
ROND NEDERLAND—BELGIË
Zestigduizend menschen in de
massale arena, overkoepeld
door een allerschoonste
lentelucht
Perfecte regeling in
het stadion
Leo Halle in actie bij een Belgischen aanval
Motorrenner te Keulen
om het leven gekomen
Met zijn machine uit de baan
gevlogen
Het Nederlandsch elftal heeft gisteren te Rotterdam revan-
fche genomen voor de 2—1-nederlaag te Antwerpen, maar dit
is geschied op een wijze, die allesbehalve bevredigend kan
worden genoemd. De zege met het eenige doelpunt van den
wedstrijd in de eerste helft door Vente gescoord was al
heel weinig overtuigend. De Belgen lieten in het veld een
uitstekend spel zien, maar dit was zoo improductief, dat de
Oranje-hemden tenslotte de zege nog uit het vuur hebben
kunnen sleepen.
Over en weer beheerschen de
verdedigingen het spelbeeld
Middenlinie verricht
goed werk
De eerste interland in het Feijen-
oord-stadion te Rotterdam heeft een
Nederlandsche overwinning opgele
verd, een overwinning, welke even
wel tot de laatste seconde onzeker
was en de Oranjehemden mogen wel
buitengewoon tevreden zijn, dat zij
tenslotte als overwinnaars het veld
Hebben kunnen verlaten. Dat het
publiek met het resultaat meer dan
tevreden was, kon men na afloop aan
alles goed merken. Geen opgewonden
hoera-stemming en de spanning,
waarin de duizenden vooral tijdens
de tweede helft hebben verkeerd,
toen de zege elk oogenblik aan een
zijden draad hing, bleek nog lang na
te werken. Het eindsignaal Van den
scheidsrechter was dan ook voor
iedereen een opluchting.
^f; ie
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
in te grijpen. Schoten van Capelle en Braine
suizen over of naast en Halle is zoo gelukkig,
dat hü bij een onverwachten omhaal van Buyle
juist op de goede plaats staat, zoodat de bal
recht op hem afkwam, want door een kluwen
van spelers was onzen nationalen doelman het
uitzicht benomen.
Dan neemt Nederland echter de leiding
als er ongeveer vijf en twintig minuten zijn
gespeeld. Smit, die 'n heel stuk0achter de
voorhoede opereerde, heeft den bal handig
vrijgespeeld en plaatst vervolgens het leder
tactisch naar Bakhuijs. De midvoor, die
door eenige tegenstanders wordt belaagd,
geeft onmiddellijk door naar den toeloopen
den Vente, die zich geen moment bedenkt
en fraai langs den paal inkopt. Nederland
leidt met 10.
Dit doelpunt heeft tot gevolg, dat de Neder-
landsche voorhoede nu met nog meer enthou
siasme dan daarvoor ten aanval trekt en dat
het publiek zich nu
vooral niet onbetuigd
laat, behoeft geen be
toog.
Zoo heel lang van
duur is dit offensief
der Oranjehemden ech
ter niet. De Belgische
backs staan hun man
netje en als de hechte
Belgische middenlinie
het spel verplaatst
krijgen onze tegenstan
ders meteen aan de an
dere zijde een corner
den tweeden tegen
Nederland te nemen,
waaruit Voorhoof over-
kopt.
VENTE Nu laten de Belgen
eerst met recht zien,
waartoe zij in staat zijn. Een magnifieke aanval
wordt door Wilders onderbroken, maar meteen
zijn de roode duivels weer terug en dan vliegt
een ver schot van Braine over. Bij een vrijen
schop \vegens hands van van Heel even buiten
het strafscliopgebied door Dalem genomen,
belandt de bal in de veilige handen van Leo
Halle. Een formidabel schot van Braine komt
absoluut buiten het bereik van Halle tegen den
paal. De Hollandsche verdediging moet nu even
alle zeilen bijzetten, maar zij laat zich niet
overrompelen. Voorhoof kopt onverwacht in
na een p. fgemete voorzet van Buyle, maar ook
nu is Halle op zijn qui-vive. Hij stompt den bal
het veld in, waar Braine hem bemachtigt en
vervolgens naast schiet. Smit en van Nellen
brengen aan de andere zijde nog even leven in
de brouwerij en dan zijn de eerste drie kwar
tier verstreken.
In hoog tempo beginnen de Belgen de twee
de helft met een serie goed opgezette aanvallen,
waaraan evenwel weer dezelfde fouten van voor
de rust kleven. In de afwerking.
In de afwerking falen de binnenspelers vrij
wel geregeld, hoewel zich desondanks toch nog
verschillende gevaarlijke momenten voor het
Hollandsche döel voordoen. De Oranjehemden
mogen eigenlijk wel blij zijn, dat de Belgen
maar tot in den treure bleven samenspelen,
waardoor menige aanval nog tijdig onderbro
ken kon worden. En als er nog eens door de
Belgen een schot gelost wordt, zoeken zij het
doel steeds op de verkeerde plaats. Schoten
van Capelle, Braine en van den Eynde gaan
naast en ook een door Dalem genomen vrije
schop levert geen resultaat op. Den eersten
tijd na de rust behouden de Belgen het
initiatief geheel aan hun kant. Er zijn al acht
minuten verloopen als eindelijk de Nederland-
sche aanval een kans krijgt om er tusschenuit
te trekken, maar nu komt de scheidsrechter, die
ten onrechte buitenspel geeft, den Belgen te
hulp. Het valt overigens op, dat Bakhuijs, die
in de eerste helft een trap tegen zijn enkel ge
kregen heeft, het nu heel kalm aandoet.
De Belgen blijven het Nederlandsche doel be
stoken, Voorhoof kopt naast bij een door Buyle
genomen corner en Halle maakt een schot van
Braine onschadelijk. Van onze achterspelers
treedt Caldenhove nu weer bijzonder op den
voorgrond. Wilders assisteert hem goed en
ook de halflinie, met Anderiesen aan het
hoofd, moet zich nu uitsluitend tot haar ver
dedigende taak bepalen. Voor de Belgische sup
porters is het hopeloos om aan te zien, hoe
alle Belgische aanvallen steeds weer opnieuw
een ontijdig einde vinden.
Even wordt de druk op het Nederlandsche
doel onderbroken. Wels forceert na een snelle
doorbraak handig 'n corner, die weliswaar niets
oplevert, maar toch tot gevolg heeft, dat de
bal eenigen tijd op de Belgische helft blijft
zoodat onze verdediging, voor zoover dit althans
noodig is, even op verhaal kan komen. Ook de
Belgische backs verstaan echte: de kunst om
precies op tijd in te grijpen. Wels krijgt nog 'n
kans als van Keel het leder schuin mor doel
plaatst, maar de Gorcumer schiet van dichtbij
naait, iets wat Braine onmiddellijk daarna voor
Halle's heiligdom herhaalt.
i
e zijn naar Rotterdam gegaan, omdat
we in Amsterdam niet terecht konden.
Vadertje „Trein" had het prachtig in
orde gemaakt, bracht ons voor de deur en haal
de ons prompt op tijd weer van huis af.
Rijdende over het viaduct zagen we, dat in
het binnenste van de Rottestad wel iets wrie
melde: we zagen veel auto's, die zich den weg
versperd vonden; maar, het uur in aanmerking
genomen, mocht men verwachten, dat zij toch
op tijd in het stadion konden zijn.
Wat hebben we ons gelukkig geprezen, dat
wij aan het nieuw gecreëerde Station Rotter
dam-Zuid zijn uitgestapt.
We waren royaal op tijd en dit had het voor
deel, dat we op ons gemak het mooie, het
royale, het ruime, het prachtige, het moderne,
het luchtige, het schitterende Stadion konden
bekijken. Van buiten zoowel als van binnen.
Het is, dat is onze meening, al zijn we ook
geheide Amsterdammers, af
Vooral, toen de beton-ljzeren kom, die archi
tectonische waarde, en naar onze meening zelfs
zeer hooge waarde heeft, zich geleidelijk-aan
vullen ging en in het mooiste lenteweer, dat
men zich denken kan, zich een tafereel ont
rollen ging, dat, voor wie van massale aspec
ten houdt, een aparte, een zeer bijzondere be
koring had.
Het station vlagde, het stadion vlagde nog
meer, voor Rotterdam was het, dat bleek uit
alles, een hoogtijdag. Langs de rrfhjestueuze
Maasbruggen stonden honderden om van dit
evenement sinds lang toch was in de Maas
stad geen internationale gespeeld te genie
ten.
Zij wilden vermoedelijk zien hoe de Rotte
stad daarop zou reageeren, hoe het loopen, hoe
het gaan zou. 't Schijnt niet heelemaal mee
gevallen te zijn!
We zullen niet als oer-Amsterdammers gaan
schrijven, want die zijn nu eenmaal van mee
ning, dat er maar één Amsterdam is, en dat ze
het nergens beter voor elkaar kunnen brengen
dan in Mokum. Laten we liever den Rotterdam
mers de eer laten, die hun toekomt.
Het Stadion is mooi, de toegangen zijn breed,
de regeling was perfect.
Alleen die kiezels.
Dames met kostbaar schoeisel aan heur
voetjes zullen het in groote mate aanwezige
grind wel hebben verwenscht. Zelfs als man,
met steviger schoenen aan, had je moeite
door deze massa heen te baggeren.
,,'t Mot nog ingetrap worre," zei een Rotter
dammer en daar heeft de man volkomen gelijk
aan.
Maar eenmaal binnen, bleek alles goed en
mooi en we kregen het idee van een Cup final,
toen we die zestigduizend daar zoo rustig en ge
ordend bijeen zagen zitten in deze massale
arena, overkoepeld door een allerschoonste
lentelucht.
't Was mooi en 't was af en we hebben ons
als Amsterdammers niet geschaamd onzen
Rotterdamschen collega's de hand te drukken
en hun te vertellen, dat het goed was, heel
goed, dat we voor zooveel durf en voor zooveel
moed hun graag dezen wedstrijd gunden.
Dezen wedstrijd alleen? Als het van ons Af
hing, kregen ze er ieder jaar een, maar het
verkeer. Wat we daarover gehoord hebben,
grensde aan het ongeloofelijke, maar journalis
ten leggen er, zelfs onder elkaar, wel eens graag
een schepje op.
Feit was, dat er verschillenden te laat kwa
men en al dezen ga ven de schuld van hun ver
traagde aanwezigheid aan het verkeer.
Laten we ons tot het Stadion bepalen. Daar
was het in elk geval goed.
De promenade van de overdekte tribune
bleek een prachtige gelegenheid voor alles, wat
zich op sportgebied beweegt om elkaar daar
te treffen, waanlan dan ook een zeer ruim ge
bruik gemaakt werd.
't Was iets van Engelsche allure, Epsom in
het klein, sportlui van allerlei takken, met
plus-fours, met kijkers, met vlotte conversatie,
het was toch iets, dat Amsterdam niet heeft,
tenminste niet zóó.
Er is veel geschertst dezen middag. De Rot
terdammers hebben veel kritiek moeten hoo-
ren, maar als ze goed geluisterd hebben moe
ten ze toch hebben ervaren, dat er ook con
currenten zijn, die eerlijke waardeering heb
ben voor andermans ondernemen.
Wat geeft het eigenlijk of de Amsterdamsche
Postharmonie speelt, of het muziekkorps der
hoofstedelijke politie of dat der S. H. V., dat
even pittig blies en ^oor het goedluimsche pu
bliek met herhaald applaus werd beloond?
Wat geeft het of er in het Rotterdamsche
Stadion geen Marathon-toren is, uit welks
galmgaten fanfare-geschetter klinkt?
Degenen, die in Rotterdam vergaderd wa
ren, hebben misschien harder dan welke me
nigte in Amsterdam ook het Wilhelmus mee
gezongen.
Er was hier stemming, er was hier ongeveer
alles, wat een landenwedstrijd in de hoofdstad
tot een zoo prettig evenement maakt.
Wat er misschien aan ontbroken heeft?
Dat de duizenden bezoekers niet in de Maas
stad gebleven zijn.
Maar ja, bij het Amsterdamsche Stadion ligt
nu eenmaal niet een station, dat de menschen
zóó aantrekt en zoo onweerstaanbaar overhe
velt.
Dank zij de muziek van de S. H. V. en het
nieuwe, dat er aan het Feyenoord-Stadion zat
voor de eerste bezoekers, heeft niemand zich
verveeld.
Die de kiezels dorst te trotseeren, liep een
rondommetje, maakte kennis met den broer
van Jan-met-de-handjes, die hier als onder een
stolp in het gebouw zelf is bijgezet, nam een
kijkje in de restaurants, waar de broodjes spoe
dig uitverkocht bleken en vermeide zich verder
op de eerder aangeduide onvolprezen prome
nade, al was het eenmaal om te laten zien, dat
hij ook van de partij was. Die kans krijg je
in Amsterdam zoo gauw niet.
De suppoosten hadden splinternieuwe hel-roo-
de petten op, gedroegen zich als goed-aardige
Cerberussen, de Rotterdamsche bobbies waren
kalme orde-stichters, de bewakers van de eere
tribune en wat daarmee gelijk stond waren in
zilver-grijs gekleed, achter de doelen waren
loopgraven waarin te eener zijde jongens en
te anderer zijde volwassenen gelegen waren,
die het niet prettig vonden, dat de fotogra
fen zich voor hun neuzen nestelden.
En aangezien het publiek in Rotterdam blijk
baar meer heeft in te brengen dan in Mokum,
werd den fotografen gelast platvloers te gaan
iggen, waaraan zij voldeden.
Vermoedelijk krijgen we dus vandaag mooie
foto's in de krant.
Ook het vliegtuig-bezoek, zoo inhaerent aan
de Amsterdamsche internationale, ontbrak
hier niet, onderscheidde zich zelfs van het
hoofdstedelijke gebruik, door de verschijning
van een auto-giro.
De rood-witte Feyenoord-junioren, die als
ballenhalers moesten fungeeren, haalden, dank
zij de afrastering, weinig balletjes op, maar
stonden keurig in de houding.
Rotterdam heeft, dat zij ten overvloede te
zijner eere gezegd, Amsterdam glansrijk gesla
gen wat het community-singing betreft.
We hoorden zelden zulk een Wilhelmus!
Tijdens Zondag te Keulen gehouden mo
torwedstrijden vloog de renner Braun uit Dort
mund met zijn 500 c.c. D.K.W. uit de baan en
kwam zoo ongelukkig te vallen, dat de dood
onmiddellijk intrad. De machine kwam tus-
schen het publiek terecht, waarbij eenige toe
schouwers werden gewond.
He volksliederen hebben weerklonken, de
Belgische aanvoerder Stijnen heeft den toss
gewonnen en dan stellen beide elftallen zich
als volgt op,"
Nederland,:
Halle
(Go Ahead)
Wilders Caldenhove
(Blauw-Wit) (D.W.S.)
Paauwe Anderiesen Van Heel
(Feijenoord) (Ajax) (Feijenoord)
Wels Vente Bakhuijs Smit Van Nellen
(Unft.) (Feijen.) (WV) (Haarlem) (DHC)
o
Van den Eynde Braine Capelle Voorhoof
(Beerschot) (Beerschot) (Stand.) (Liersche s.K)
Buyle
(Daring)
De Winter Stijnen Dalem
(Beerschot) (Ol.Charleroi) (Standard)
Joacim Paverick
(Ol. Charleroi) (Antwerp F.C.)
Badjou
(Daring)
België.
Bakhuijs brengt den bal aan het rollen, maar
de Belgen nemen onmiddellijk het leder over
en trekken hiermee in de richting van het Ne
derlandsche doel. Zij komen echter voorloopig
hlet verder dan onze backs, die een volgenden
aanval eveneens onschadelijk maken. Een pass
Van Smit naar den linkervleugel kan van Nellen
öiet bereiken en dan komen de Belgen weer
terug. Buyle laat van Heel zijn hielen zien en
Zwenkt dan naar binnen, waar hij evenwel
tegen Caldenhove aanschiet. Opnieuw stelt de
Anderiesen doet in de middenlinie goed
werk. Zijn plaatsen naar Wels is b.v. eenige
malen achtereen voortreffelijk en als de
kleine Gorcumer den bal op maat krijgt
aangegeven bezorgt hij den Belgen een heel
benauwd oogenblik. Een goede voorzet, een
oogenblik zweeft de bal voor het doel, dan
zet de toesnellende van Nellen er zijn hoofd
onder, juist over!
Het goede werk van de Belgische backs, die
zich steeds uitstekend opstellen, maakt het ove
rigens niet gemakkelijk voor het Oranje-binnen-
trio, maar dat doen Wilders en Caldenhove aan
den anderen kant ook niet voor de Belgen, die
zich wel zoo nu en dan kansen weten te schep
pen, maar ze toch niet weten te benutten. Want
van zuiver schieten was bij de roode duivels
geen sprake.
Het spel blijft ïntusschen op en neer gaan.
Smit en Vente maken zich als binnenspelers
zeer verdienstelijk qn door hun eenigszins
teruggetrokken positie is er steeds een goed
contact met de middenlinie en mede hierdoor
blijven de Nederlandsche aanvallen gevaarlijker.
Dat blijkt geregeld, hoewel de toeschouwers er
voorloopig nog geen resultaten van zien.
De Belgen mogen van geluk spreken als
een hard schot van Vente, die den bal na
een half mislukten voorzet van Wels ten
slotte toch nog heeft weten te bemachti
gen, via de lat overgaat. Opnieuw hebben
de Oranjehemden pech als van Nellen, die
den bal van Smit had gekregen, langs de
lijn rent, naar binnen zwenkt en tenslotte
van dichtbij naast schiet.
ïntusschen zitten de Belgen niet stil en zij
geven onze verdediging geregeld werk in over
vloed, maar dat is voor onze achterspelers geen
bezwaar om toch ieder oogenblik juist op tijd
Elders in dit nummer komen wij nog nader
terug op het dezen middag vertoonde spel. Hier
onder geven wij allereerst het spelverloop van
hezen interland-wedstrijd, den eersten in het
machtige stadion te Rotterdam, ten aanschouwe
Van bijna 60.000 toeschouwers gespeeld.
1 Belgische rechtsbuiten zich in het bezit van
den bal, welke nu van dichtbij in het zijnet
■B belandt. De Oranjehem
den laten zich echter niet
onbetuigd en weldra moet
ook Badjou in actie ko
men. Smit valt van het
begin af op door zijn hard
werken en op keurige
wijze zet hij eenige malen
onze vleugelspelers aan
het werk, maar de voor
zetten van laatstgenoem
den geven onzen binnen
spelers voorloopig geen
kans. Bakhuijs geniet de
eer van een bijzondere
SMIT bewaking door spil Stij
nen, die den Venloër
geen oogenblik vrij laat en als deze bij een door
Smit en van Nellen opgezetten aanval aan zijn
bewaking is ontsnapt, wordt de aanval door
buitenspel onderbroken. Na een nieuwen pass
van Smit naar links, kan van Nellen het leder
juist nog voor de cornerlijn bereiken, waarna
de D.H.C.-er voor doel plaatst, waar Wels een
boogschot inzendt, dat Badjou echter onschade
lijk maakt. De Nederlandsche aanvallen zijn
door het verrassend karakter dat zij dragen,
zeer gevaarlijk, iets wat nu niet direct van de
aanvallen onzer tegenstanders kan worden ge
zegd. Wel worden de aanvallen der Roode Dui
vels, bij wie Braine in de voorhoede opvalt door
zijn tactisch spel, uitstekend opgezet en ook
worden de vleugelspelers wel goed in het spel
betrokken, maar op het beslissende moment
falen de binnenspelers bij de weinige keeren,
dat zij van onze verdediging een kans krijgen.
Het spel gaat overigens voorloopig gelijk op.
Om beurten snellen de vleugelspelers, zoowel
Wels en van Nellen als Buyle en van den Eynde
langs de lijn, maar beide elftallen beschikken
over uitstekende verdedigingen, die steeds het
gevaar keeren.
Aan de Nederlandsche zijde duikt Caldenhove
overal op, waar gevaar dreigt en voor het Bel
gische doel zien wij Paverick een keer een eind
maken aan een lastige situatie door den bal
voor den doelmond weg te koppen. Aanvan
kelijk wordt in een hoog tempo gespeeld, waar
door de strijd mede door het wisselend spel
beeld zeer attractief Is. Achteraf zou echter
blijken, dat dit eerste gedeelte van de ontmoe
ting het beste deel van den wedstrijd was.