Groote ontstemming in Italië 9 Welkom vreemdeling... als je fooien geeft EERST STEMMEN, DAN D'R UIT ZIJN HOUDING TEGEN OVER ENGELAND CEBUTOBUREAU WERKLOOSHEID BLIJFT DALEN ENTHOUSIASTE GIDSEN DONDERDAG 13 MEI 1937 BUITENLANDSCH OVERZICHT Duitschland secondeert gematigd CEBUTO reizen. Reizen zonder zorgen Het percentage was in de tweede verslagweek van April 5 pet. lager dan in 1936 Wij blijven heilig overtuigd, dat de Kerk in ons Vaderland in hooge mate geschaad en dat zelfs haar heilzame werking c rootendeels onmogelijk zou gemaakt worden, als de beweging van het Nationaal-socialisme de overhand zou krijgen. De volgzaamheid, dierbare Geloovigen, die gij zoo dikwijls in moeilijke omstandigheden betoond hebt, doet Ons vertrouwen, dat Gij ook nu naar het woord van Uw Bisschoppen zult luisteren. (Uit het Herderlijk schrijven van het Nederlandsch Episcopaat van 6 Mei 1936) Auto in het water gereden Drie dames door een matroos gered VERKEERSVEILIGHEID B.B.N. onderzoekt bedrijf s- automaterieel Beheer van faillieten boedel Rondschrijven proc.-gen. bij den Hoogen Raad inzake toezicht rechter-comm issar is TIENJARIG BESTAAN DER WARMTE-STICHTING Herdenkingsvergadering te Utrecht Aardappelziekte Zij houden Nederland de waarheid voor, dat een goed gastheer ook offers moet brengen Inlichtingen-kiosken en ZOO CONSUMPTIEMELK Adres inzake de regeling in het buitenwettelijk gebied I Salie verkeert in een uiterst onwelwillende stemming tegenover Engeland. Het kan En- gelands houding in den veroveringsoorlog van Italië tegen Abessinië nog altijd niet ver kroppen. Engeland had de leiding der sancties. In December van het vorige jaar scheen de hemel op te klaren. Beide landen sloten het bekende gentlemen's accoord in zake de Middel- landsche Zee. Het accoord voldeed echter niet aan de verwachtingen. Daaraan was de Spaan- sche burgeroorlog voor het grootste gedeelte schuld. Mussolini koos partij In dezen krijg en erkende het régime van Franco te Burgos. In de non-interventiecommissie maakte Italië voortdurend moeilijkheden en trachtte de En- geische plannen te doorkruisen. Dit werd in de Engelsche pers krachtig gehekeld. De Italiaan- sche pers reageerde niet minder krachtig. En toen de Engelsche pers de tegenslagen der Ita lianen in Spanje breed uitmat, steeg de ver ontwaardiging in Italië tot het hoogtepunt. En niet alleen in de pers. Ook in den boezem der regeering. De regeering was trouwens al boos, omdat vertegenwoordigers van den Negus bij de Kroning waren geïnviteerd. Zy' trof een maatregel, die tot dusver op deze wijze en in dezen omvang nog door geen regee- rmg ooit was toegepast; zij commandeerde den Italiaanschen journalisten in Engeland naar huis toe te komen. Een paar dagen vóór de Kroning. En zij verbood op den dag der kroning, waarbij een speciale Italiaansche delegatie door afwe zigheid schitterde, aan de Italiaansche bladen verslag te geven over de Kroningsfeesten. De Italiaansche bladen kregen alléén van het of ficieel regéeringsbureau Stefani een bericht van elf woorden: „Stamattina ha aduto luogo la coronazione del Re Georgio d'Inghilterra" (Vanmorgen heeft de kroning plaats gehad van Koning George van Engeland). Het stond den bladen vrij dit bericht op te nemen of niet. De meeste bladen hebben er geen gebruik van ge maakt, vernemen wij uit Rome. Wel hebben ze gebruik gemaakt van de aanmoediging der re geering om de felle perscampagne tegen Enge land voort te zetten. Uit deze polemieken blijkt de kwaadheid om het feit, dat tot nu toe de Engelsche pers in het geheel niet of op spot tende wüze reageert op het terugroepen der Italiaansche journalisten. Het is wel te ver wachten, nu de kroning voorbij is, dat de En gelsche pers eenige hartige woorden over deze kwestie zal weten te vinden. D e gróótste prikkelbaarheid in de Italiaan sche pers blijkt nog altyd het gevolg te zijn van de ironische opmerkingen der Engelschen over de krygsbedryven der Italia nen in Spanje. Gisterenavond schreef de Gior- nale d'Italia zelfs, dat de Engelsche pers het Italiaansche leger had beleedigd. Dit nu is een zeer onvoorzichtige uitlating van dit blad. Eeni ge maanden geleden loochende het positief, dat er Italianen in Spanje waren. Toen dit la ter onmogelijk was vol te houden, gaf het alleen maar toe, dat er een gering aantal Italiaansche vrijwilligers in de gelederen van Franco streed. En nu zou Engeland het Italiaansche leger in Spanje beleedigd hebben! Maar niet alleen om hetgeen over de Italiaansche krygsbedryven in minder goeden zin is geschreven, is men zoo slecht geluimd. De spreektrompet van Musso lini, de befaamde Gayda, gaat nog veel verder. Hy schrijft: „Het is in geen enkel land toelaat baar, dat iemand op een andere dan de meest eerbiedige wyze spreekt over fascistisch Italië. Wij zyn het geheel eens met den Romeinschen correspondent van het Alg. Handelsblad, die in dit verband opmerkt: „Voor den vrede in de wereld zou het zeker gewenscht zyn, dat men overal steeds met eerbied sprak over de belan gen van andere landen. Maar Gayda, die zelf geen blad voor den mond wenscht te nemen in zijn polemieken, kan toch 'n dergelijken eisch niet stellen, zoolang hij er zich ten opzichte van andere landen zoo Weinig aan houdt. De geciteerde opmerking komt voor in een artikel getiteld: „Ontoerekenbaarheid of perversiteit". Hierin wyst Gayda den Amerlkaanschen Senator Borah terecht over zyn redevoering, gehouden in den Senaat te Washington, waarin hij ge waarschuwd heeft tegen het gevaar, dat het fascisme vormt voor de democratische staten." Van hooger plan beziet de Populo di Roma den tegenwoordigen toestand. De spanning tus- schen beide landen is van historischen en aard rijkskundigen aard, meent het blad terecht en het vervolgt: „Italië is. gelegen aan verbindingswegen van het Britsche Rijk. Deze aardrijkskundige om standigheid is den Britten niet naar den zin. Er zyn ook historische redenen voor ontstem ming. Engeland heeft by den Ethiopischen oorlog de grootste nederlaag geleéen, welke het sedert den Amerikaanschen Onafhankelyk- heidsoorlog heeft gekend. Het heeft geen zin dit beleefdheidshalve te verbloemen. Deze ge schiedenis is evenmin naar den zin der Engel schen. Daar kunnen wy" niets aan doen. Wij kunnen de aardrijkskunde noch de geschiedenis wijzigen. Wij kunnen slechts een ding doen: Begrafenisstoeten hebben nu officieel voorrang, 't Getuigt van weinig eer bied bij sommige weggebruikers voor 's menschen liitsten gang, dat dit voorschrift in de wet moest komen! En omdat samenwerking en beleefd heid langs den weg voor veilig ver keer onmisbaar lijn, rekent de A. N. W. B. op iiw medewerking en op iiw goede voorbeeld! Mussolini's bevelen opvolgen en voortgaan op den ingeslagen weg." Het zou verleidelyk zyn eenige commenta ren by deze Italiaansche opvattingen te schrij ven, maar wy willen de rede afwachten, die heden de Italiaansche minister van Buiten- landsche Zaken graaf Ciano in de Kamer over de buitenlandsche politiek denkt te houden. Ook Mussolini zal weldra een rede houden. Zaterdag by de opening der jaarlijksche ver gadering der corporaties. Zal het gerommel tot donder worden? Het eenige land dat het zonderlinge feit der terugroeping der Engelsche jour nalisten uitdrukkelyk goedkeurt is Duitschland. Het secondeert den nieuwen vriend met groote warmte. En ook in Duitsch land is men ontevreden over de Engelsche pers. De Duitsche Diplomatisch-politische Korres- pondenz bespreekt de berichten in de Engel sche pers voornamelyk in verband met de ver woesting van Guernica. Het blad acht die be richten in strijd met de waarheid en op laster berustend. En deze berichten waren voor Duitschland des te pynlyker, omdat er van bevoegde Engelsche zijde niets werd gedaan, om de onjuistheid van die berichten in het licht te stellen of de plaatsing er van tegen te houden. Hier maakt het blad dezelfde fout als men in Italië maakt: de niet-dictatoriale landen hebben nu eenmaal geen gelykgescha- kelde regeeringspers. Dit vergeet men of kan men niet meer begrijpen in de fascistische landen. Men zal er toch echter rekening mede dienen te houden. Door die berichtgeving in de Engelsche pers waren er intusschen don kere schaduwen gevallen op de betrekkingen tusschen Duitschland en Engeland, stelt de genoemde Korrespondenz vast en gaat dan verder: „Dat dergeiyke berichten onaangename gevolgen kunnen hebben en schade kunnen veroorzaken, toont inmiddels de activiteit van sommige kringen, wier anti-Duitsche gezind heid overbekend is, duidelyk aan. Bepaalde uitlatingen van bevoegde zyde in Midden Europa maakten duidelyk, dat men de moei- lykheden in de Britsch-Duitsche betrekkingen al zoo ernstig inzag, dat men ernstig meende Engelands steun te kunnen krijgen tegen Duitschland en dat Engeland van ieder feit dat tegen Duitschland te gebruiken was dank baar gebruik zou maken. Het was al zoo ver gekomen, dat men in deze kringen geloofde in Engeland reeds een zekeren helper te zien Een ongeëvenaarde massakeus. Ervaren leiders, schitterende touringcars, 1e rangs hotels, geen bötelfooien, geen gemiste treinen, geen moeilijkheden met de taal. U kunt onbe kommerd genieten. CEBUTO regelt alles, denkt om alles, zorgt voor alles. Inlichtingen en Reisgids bij JAC. HEEMSKERK Houtplein 34 HAARLEM Tel. 1 6448 in de pogingen Duitschland uit te schakelen als geiykgerechtigd medewerker in het Donau- bekken, welke taak Duitschland rechtens toe komt. Het behoeft geen betoog het Duitsche standpunt in dezen is bekend genoeg dat goede betrekkingen tusschen twee staten niet het stempel der uitsluitendheid behoeven te dragen en dit zelfs niet mogen dragen. Vriend schapsbanden hebben een taak in het belang van den vrede, om bruggen naar andere sta ten te slaan." Het doet aangenaam a^n dat de toon van deze officieuze uitlatingen van Duitsche zijde zooveel bezadigder is dan die welke in Italië zelfs van officieele zijde wordt gehoord. Duitschland rykt zelfs een verzoenende hand. wat blijkt uit hetgeen de Korrespondenz toe voegt aan het boven geciteerde: „Dat dit stand punt ook in de praktijk opgaat voor Duitsch land toonen de onlangs door den minister van buitenlandsche zaken te Rome gehouden be sprekingen, waarin de wensch tot uitdrukking werd gebracht, om ook in de toekomst alles in het werk te stellen om boven de as Berlyn- Rome uit, tot een meer uitgebreide samenwer king met andere mogendheden te geraken." Dit lykt ons de goede weg. Vooral ook voor het zoo slecht geluimde Italië! De directeur van den Ryksdienst der Werk loosheidsverzekering en Arbeidsbemiddeling deelt mede, dat in de week 19 tot en met 24 April 1937 by een gesubsidieerde Vereeniging met werkloozenkas waren aangesloten 460.509 personen (de landarbeidersbonden met 74.600 leden zijn hierin niet begrepen). Van deze 460.500 personen was in ge noemde week 25.1 pCt. geheel werkloos (in de vorige verslagweek, 510 April 1937, was dit percentage 26.6). Het werkloosheidspercentage was in de tweede verslagweek van de maand April in de laatste jaren als volgt: 1934: 23.6 pCt.; 1935: 27.8 pCt.; 1936: 30.2 pCt.; 1937: 25.1 pCt. Bij 1054 organen der openbare arbeidsbemid deling stonden 24 April 1937 in totaal 383.498 werkzoekenden ingeschreven, onder wie 363.466 mannen. Van deze werkzoekenden waren er 368.051 werkloos, onder wie 353.033 mannen. Aan het cultureel werk voor werkloozen na men einde Januari 1937 deel: a. cursussen 38.870 personen, b. werkobjecten 2.194 personen (gemiddeld), c. centrale werk plaatsen 2.409 personen, d. kampen voor jeug dige werkloozen 1.637 personen. Hedenmorgen te half tien is naby de vlotbrug de Kooy bij den Helder een auto met vyf perso nen in het Noord-Hollandsch Kanaal gereden, vermoedelijk nadat de wagen in den berm van den weg was geslipt. De bestuurder de heer W. J. Walraven wist zich met een medepassagier, den heer J. de Nys in veiligheid te brengen. Drie andere passagiers, de dames v. d. Vaart, v. Kuyck en Holderber werden gered door een matroos van de „Java", genaamd N. de Vries, die by de vlotbrug op een autobus stond te wachten en gekleed te water sprong. Aan zyn kranig optreden is het ongetwijfeld te danken, dat de drie dames gered zyn. De verongelukte auto werd door.een kraan wagen van garage Maarten Smit op het droge gebracht. De passagiers werden in een nabijge legen woning van droge kleeren voorzien. Een hunner moest met een ernstige hoofdwonde naar het Maria-hospitaal te Den Helder wor den overgebracht. Onder leiding van den oud-minister van Wa terstaat, het Kamerlid Ir. M. C. E. Bongaerts, heeft de B. B. N„ Bond van Bedryfsautohou- ders in Nederland, in een Dagelijksch Bestuurs vergadering besloten direct maatregelen te overwegen, teneinde de verkeersveiligheid te controleeren van het vrachtautomaterieel van de leden. Een en ander is het uitvloeisel van de belangstelling, die de B. B. N. heeft getoond voor de Internationale Verkeersveiligheid Con ferentie, onlangs gehouden. Onder leiding van oud-minister Bongaerts is direct opdracht gegeven aan het Weten schappelijk Bedrijfsauto-Instituut, dat de tech nische controle van automobielen in Nederland toepast volgens reglementen van het wereld bekende bureau Veritas te Parijs, een speciaal controle-systeem te ontwerpen van remmen, stuur, verlichting, enz., alsmede van bedryfs- zekerheid. Het geheele plan moet binnen drie dagen gereed zijn, zoodat reeds binnen enkele dagen tot uitvoering kan worden overgegaan. De procureur-generaal by den Hoogen Raad heeft zich met een rondschrijven gericht tot de arrondissementsrechtbanken en de officie ren van justitie, waarin gewezen wordt op het feit, dat van het toezicht van den rechter-com- missaris'in het faillissement op het beheer van den faillieten inboedel in den regel niet veel terecht komt. Het tweede lid van art. 102 der wet nu schryft uitdrukkelyk voor, dat gereede gelden, die voor het beheer niet noodig zijn, door den curator ten name van den boedel worden belegd op de wyze door den rechter-commissaris goed te keuren. Over de aldus belegde gelden mag de curator krachtens art. 103 niet anders beschik ker. dan door middel van door den rechter commissaris voor gezien geteekende stukken. Daarnaast geeft art. 92 den curator de bevoegd heid de gelden aan den ontvanger voor de ge rechtelijke consignatiën in bewaring te geven. Het reeds genoemde art. 64 geeft den rechter commissaris de gelegenheid den curator perio diek een opgave van den stand der rekening van den inboedel te vragen teneinde te contro leeren, of het voorschrift der wet is nageleefd en of van de bevoegdheid van den curator in de hiervoor in aanmerking komende gevallen is gebruik gemaakt. Ik meen echter te weten, dat in den regel het voorschrift niet wordt nage leefd en van de bevoegdheid niet gebruik wordt gemaakt, terwyl de controle geheel achterwege biyft en de faillissementen zich voortsleepen en zelfs niet zelden by wisseling van rechter commissaris of curator geheel in het vergeet boek geraken. Het komt my voor, aldus de procureur-gene raal, dat deze vicieuse toestand niet mag voort duren en dat de rechtbanken het in de hand en derhalve den plicht hebben daaraan een einde te maken. Ik maak daarom gebruik van de mij bij art. 52 van het zoogenaamde regle ment I verleende bevoegdheid om hierop de aan dacht der rechtbanken met nadruk te vestigen. Niet dat ik een bepaalden maatregel zou willen voorschrijven, want er zyn verschillende wegen mogelijk, waarlangs aan het euvel zou kunnen worden tegemoet gekomen. Het schijnt, dat er eenige arrondissementen zyn. waar het stelsel van de art. 102 en 103 geregeld wordt toegepast. Ook is voorgesteld gebruik te maken van den postchèque- en girodienst. Een geheel ander stelsel, dat wellicht ook goede diensten zou kun nen bewijzen, is het benoemen in elk faillisse ment van een bankinstelling, die zich daartoe vooraf bereid verklaard zou hebben, tot mede- curatrice, alleen om als kassier voor den boedel werkzaam te zyn. Ik meen, dat het oordeel, welk stelsel zal moeten worden gekozen, het best aan de rechtbanken zal kunnen worden overgelaten, evenals de vraag, of in een bepaald faillissement de baten van dien aard zyn, dat zij het nemen van een maatregel wettigen. Ik noodig daarom de rechtbanken uit aan deze aangelegenheid hare byzondere aandacht te wyden, terwijl ik den officieren van justitie opdraag mij over de bij het een of ander geno men besluiten verslag uit te brengen. De Warmte-stichting heeft haar tien-jarig bestaan herdacht met een openbare vergadering van bestuur en vertegenwoordigers der bij den thermotechnischen dienst aangesloten bedrijven. Op de middagvergadering, welke uit breeden kring belangstelling genoot, sprak de voorzit ter een woord van welkom tot de vertegenwoor digers van de Centrale organisatie en de Nij verheidsorganisatie voor technisch natuurwe tenschappelijk onderzoek (T. N. O.), van het koninklijk instituut van Ingenieurs, van de Nederlandsche Vereeniging voor Centrale Ver- warmïngs Industrie, van den Bond van Neder landsche Architecten, van de Vereeniging van Directeuren van Electriciteitsbedrijven in Ne derland, van de Kema en van de bij den ther motechnischen dienst der Warmtestichting aangesloten industrieele bedrijven. Prof. ir. D. Dresden hield een voordracht, getiteld: Het nut der tegenspoeden voor den vooruitgang der techniek. Hierna nam ir. Damme,' directeur-generaal der P. T. T. en vertegenwoordiger van het Ko ninklijk Instituut van Ingenieurs, het woord en sprak namens alle aanwezigen een geluk- wensch uit, bracht hulde aan prof. Ornstein voor hetgeen hy heeft gedaan in de afgeloo- pen jaren en sprak de hoop uit dat het werk van de Warmte-stichting zich in stijgende lyn mag blijven ontwikkelen. In het etmaal van 's avonds 11 Mei tot 's avonds 12 Mei is in Friesland en Noord-Hol land tusschen Hoorn en Enkhuizen de weersge steldheid critiek geweest voor het optreden van aardappelziekte. DEN HAAG, 12 Mei Een jaar of vijf geleden verscheen er een boekje van den A. N. W. B., waarin aan de hand van illustraties werd uiteengezet hoe men vreemde auto's kan herkennen, hoe de num merborden in de verschillende lan den er uitzien. Een paar Utrecht- sche H. B. S.-ers kregen het ding in handen en begonnen in hun vrijen tijd een enthousiasten wedstrijd: wie de meeste buitenlandsche wagens zou opmerken en zou weten thuis te brengen. Af en toe klampte hen een Franschman of een Duit- scher aan, vroeg hun den weg of een andere inlichting, die zy natuur lijk, trotsch op hun talenwijsheid van school, met genoegen gaven. Het duurde niet lang of zij kregen den smaak van het „gidsen" te pak ken; zij vonden er liefhebberij in te genover iederen buitenlander de Ne derlandsche gastvrijheid te verte genwoordigen, boden eiken gast van ons land gratis hun diensten aan en vormden weldra een organisatie, wier leden elk vrij oogenblik beste den aan het helpen van buitenland sche auto-rijders, geheel belangeloos. Vier jaar werken onderhand deze frissche jongelui. Zy hebben kameraden gevonden in verschillende andere steden. Met zestig zyn zy intusschen. Zij hebben al byna vierduizend vreemdelingen hun diensten aangeboden. Zoo langzamerhand hebben zy zich op die manier een kyk verworven, heelemaal uit hun eigen ervaringen, uit de practyk van toeristen, cfie ons land bezoeken en hun leed aan hen klaagden, over de punten, waarop de service, die wij den vreemdeling bieden, tekort schiet. Zeker, zeggen zij, er wordt door verschillende instanties veel gedaan om Nederland bekend heid te geven in het buitenland en de Fransch man, die meende, dat Holland een stad in Duitschland was en de Amerikaan, die de overtuiging was toegedaan, dat de Nederlan ders onder elkaar Engelsch spraken, hooren gelukkig tot de zeldzame uitzonderingen, dank zij de propaganda van verschillende organisa ties tot bevordering van het vreemdelingen verkeer. Maar o wee, wanneer de buitenlandsche auto-toerist met den neus van zyn wagen over onze grens komt. Dan vindt hy overal verkoo- pers en beroepsgidsen, die zooveel mogelijk van hem willen profiteeren, dan worden hem de briefkaarten aangesmeerd tegen pryzen, die varieeren naar de hoogte van zyn valuta en de standing van zijn wagen, dan valt hij in handen van mannen, die hem in zoo kort mogelijken tyd alles maar gauw, gauw willen laten zien, omdat zij dan weer een ander kun nen helpen, die óók weer betaalt, dan wordt hij „afgewerkt", dan springen kinderen en gidsen op de treeplank van zijn wagen om een fooi te bemachtigen, dan laten menschen met wijde pofbroeken zich betalen om gefotogra feerd te worden, dan vindt hy in Rotterdam aan de brug mannen, die hem in zijn eigen landstaal toeroepen: links, wanneer hij rechts afslaat en omgekeerd, zoodat hij moet stoppen en de kerels gelegenheid krygen hem lastig te vallenKortom, dan is hij over geleverd aan allerlei ongastvrije elementen, dis den naam van Nederland in het buitenland niet weinig schade doen. Deze jongelui kregen bijvoorbeeld een brief van een Amerikaan, die hevig klaagde over de „beggar-colonies", de bedel-dorpen Marken en Volendam, die hij ondanks de typische klee derdrachten „de ergste plagen van Europa" noemde. De „Nederlandsche Amateurgidsen Bond B. B. T. B. B. A." zoo hebben de jongelui hun organisatie genoemd heeft hier, in Den Haag de Nederlandsche pers een uiteenzetting van zijn grieven en verlangens nopens de be handeling der vreemdelingen in ons land, ge geven. De B. B. T. B. B. A„ aldus verklaarde de secretaris, de heer J. A. van der Heust Jr., heeft tot nu toe noodgedwongen ongeorgani seerd zyn werk verricht. Een buitenlander, die vastliep, den weg kwijt raakte, werd in zyn taal door een jongeman aangesproken, die zich als werkend lid van den B. B. T. B. B. A. legitimeerde en zijn hulp aanbood die dan met enthousiasme aanvaard werd. Deze hulp was steeds een verrassing en was slechts aan een maal geholpen buitenlanders bekend. Zien wij wat in het buitenland op dit ge bied gedaan wordt, dan vallen ons twee din gen op, n.l. Ie. de inlichtingenposten, zooals deze door verkeersclubs aan grenzen worden geplaatst en, 2e de gemotoriseerde service zoo als deze gegeven wordt door verkeersclubs in Engeland, Amerika en Australië. De B. B. T. B. B. A. moet zich zoo spoedig mogelijk organiseeren en met behulp van an dere instanties die willen medewerken, een dergeiyke service-organisatie scheppen. Heeft een buitenlander hulp noodig, dan kan hij theoretisch naar het bureau van een ver eeniging voor vreemdelingenverkeer gaan. In de practijk is dit zeer moeilijk omdat hij er niét toe komt, daar hij óf het adres niet weet óf den weg niet kent. Wy behooren als goede gastheeren hem die hulp dadelijk aan te bie den. Wy behooren aan de grootste toegangs wegen tot ons land, aan de grens een inlich tingenbureau te hebben, een soort kiosk van waaruit den buitenlanders, tegelijk bij de visi tatie van de douane, alle noodige inlichtingen verstrekt worden. Het gidsamateurisme zooals dat als een uni cum ter wereld door den B. B. T. B. B. A. ter hand werd genomen, moet verder uitgebreid worden. Buitenlanders, die de hulp nadrukkelyk wen- schen, moeten van een kenteeken voorzien wor den, dat zy aan die grenshuisjes of in de af- deeling, waar zy geholpen worden, verkrijgen kunnen. Dit kanteeken moet dan bestaan uit een zegel van duidelijke kleur aan de voorruit be vestigd. In de grootere steden moeten aan de ingan gen dergelijke inlichtingenhuisjes komen met de medewerking van de plaatselijke V. V. V.'s. Mettertyd moeten eenige B. B. T. B. B. A.-ers gemotoriseerd kunnen optreden, opdat zij zich, indien noodzakelijk, ten allen tyde en overal ten dienste van den toerist kunnen stellen. Het aantal leden moet uitgebreid worden, een keurcorps gevormd, waarvan altyd eedi aantal beschikbaar is. De belangstelling van de Nederlandsche jon geren voor den B. B. T. B. B. A. is groot, maar zal evenredig toenemen, wanneer de B. B. T. B. B. A. op veel georganiseerder wijze te voor schijn kan komen, en zijn werkenden leden meer kan bieden. Het komt ons voor, dat deze jongelui Neder land een belangryke waarheid voorhouden, die vele instanties geneigd zyn te vergeten: dat een gastheer slechts dan wordt gewaardeerd, wanneer hy niet alleen weet te vragen, maar ook weet te geven: niet alleen pamfletten met mooie foto's en aanmaningen om de vacantie in Nederland te komen doorbrengen, maar ook persooniyke toewyding, dienstvaardigheid, die niet voor iederen stap, dien zy zet, een fooi of een belooning verwacht. Prachtig, jongelui. Jullie hebt heel wat be zwaren! Maar jullie hebt óók eenig recht van spreken, door jullie voorbeeld van offervaar digheid in den dienst van je land, van.zyn aan zien in het buitenland. Hét gaat met het partijschip van kapitein Mussert niet voorspoe dig. Lieten aanvankelijk talloozen zich aanmonsteren in de hoop op schoon avontuur, rijken buit en een uiteinde lijke landing op de rijstebrij-kust van een paradijselijk Germanië, thans nu het in de verkiezingsbranding is ge stuurd, schijnt de geestdrift van vele leden der bemanning bekoeld en wordt het aantal van hen, die drossen willen, blijkbaar steeds grooter. De enkele bur gemeester of generaal buiten dienst, die nog aan boord klimt, vormt, hoe hoog men van deze aanwinsten ook opgeeft, geen doorslag gevend tegenwicht. Deze gang van zaken is te begrijpen, want, toen het politieke vaartuig van den wa terbouwkundigen ingenieur in zee stak, was het nog stikdonkere crisisnacht, maar nu het aan de kim begint te lich ten vertoont dat wat men eens voor een fantastischen Vliegenden Hollander heeft gehouden such in zijn ware gedaante: een doodgewoon schip onder de vele scheepjes, die de zee bevaren, een schip, waarvan de kapitein alleen wat harder schreeuwt en wat luider beveelt dan voor den omvang van zijn commando terrein strikt noodig is. Bovendien bleek dit schip ondanks de enorme natio nale vlag heel wat uitheemsche waren aan boord te hebben, welke ons volk nu eenmaal niet bijzonder smaken. Het model van Mussert's partijschip zelf is trouwens een te getrouwe, zij het ook kleine copie van het Duitsche origineel en dat origineel houdt een te riskanten koers dan dat de echte Hollanders, die op dit gebied een groote reputatie en ervaring bezitten, er veel fiducie in kun nen hebben. Hoe het kapitein Mussert zelf te moede is, blijkt uit zijn uitlating, dat het aantal kamerzetels, dat zijn N.S.B. straks bij de verkiezingen stellig zal veroveren tusschen de 4 en de 24 ligt. Waarom niet tusschen de 1 en honderd? Zijn waarnemingsinstrumen ten blijken nog al veel speel ruimte te laten voor berekeningen en misrekeningen. Neen, wat men ook van dezen schipper mag verzekeren, erg han dig is hij niet, al geniet hij dan ook het meest volstrekte gezag in zijn partij. Zoo heeft hij dezer dagen verklaard, dat zijn scheepje straks na de verkiezingen op de helling zal moeten om gerepareerd en gekalefaterd te worden. En eveneens na de verkiezingen zal hij de bemanning nog eens „zuiveren", want hij heeft liever met 5000 door-en-door betrouwbare aan hangers en medewerkers dan met 55000 meeloopers te doen. Deze verklaringen géven een duidelijk beeld van 's mans beleid. Eerst mogen de duizenden N.S.B.ers nog hun stem op zijn lijst uitbrengen en daarna loopen zij de kans eruit „gezuiverd" te worden. Mussert toont al even weinig respect voor partijleden als voor het kiezersvolk in het algemeen. Immers, het kiezersvolk verzoekt hij ook, hem en zijn aanhan gers te kiezen, opdat dezen straks den staat aan den invloed van datzelfde kie zersvolk zullen kunnen onttrekken. Het zijn wonderlijke lieden, die zich aan zulk een scheepje met zulk een schipper wenschen toe te vertrouwen. Straks gaat de zaak op de helling, maar Mussert en zijn partij bevinden zich reeds op een helling, n.l. het bekende hellend vlak. Als uit een eventueele de bacle van de N.S.B. maar geen muiterij ontstaat, want wie niets meer te verlie zen heeft, komt licht in de verleiding om op alle mogelijke en onmogelijke manieren te probeeren alles te winnen- Hoe sterker ge-Coué'd wordt, dat „Mussert wint", hoe grooter straks de desillusie kan worden. In het begin van deze maand heeft de Al?- Ned. Zuivelbond een adres gezonden aan den minister van Landbouw en Visschery, in ver band met het feit, dat de opheffing der con- sumptiemelkregeling in het buitenwettelijk gebied is vastgesteld op 1 Aug. a,s. In dit adres verzoekt de Alg. Ned. Zuivel bond aan den minister: 1. Op het platte land in het z.g. buiten wettelijk gebied elke bemoeienis met de con- surhptiemelk los te laten en geen gevolg te geven aan aandrang van de zijde van distri- buanten om weer regelend op te treden, ook al mocht tydelyk in bepaalde plaatsen een scherpe melkprijsconcurrentie gevoerd wor den. 2. In provinciesteden, waar zulks nog noo dig blijkt te zijn, voorloopig het vergunnings stelsel te handhaven, ten einde den distribuante® gelegenheid te geven, met elkaar tot overeen stemming te komen over den verkoopprijs der melk en voorloopig een al te felle concurrent# van buitenaf in deze steden te weren. Van overheidswege zal men zich het recht moeten voorbehouden, desgewenscht meer dis- tribuanten toe te laten of vergunningen in trekken en de overeengekomen pryzen al oi niet goed te keuren of daarin wyziging aa° te brengen. 3. Te willen bevorderen: a. dat een wettelyke regeling der standaar disatie van het vetgehalte der consumptiemclk zoo spoedig mogelyk tot stand komt; b. dat in de steden een verbod tot stand komt van den verkoop van melk, anders dan gepasteu riseerd en in flesschen. Zoodra de onder 3 genoemde maatregelch zyn ingevoerd kunnen de andere genoemde be moeiingen met de melkvoorziening verval#®* daar de bond deze regelingen voldoende ach voor een goede en rustige ontwikkeling der melk voorziening.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 2