wie was
de uitverkorene?
K.R.O.-studiozaal
Reorganisatie der
spoorwegen
Rijksmiddelen stijgen
bloedfeesten te boxtel
verbintenissen bij het
vreemdelingenlegioen
DONDERDAG 13 MEI 1937
Geen schuilplaats tegen
luchtaanvallen
BUlTENLANDSCHE GEZANTEN
IN LIMBURG
Bezoek aan Roermond en Staats
mijn Maurits
ONDERWIJZERS BIJ PHILIPS
Reeds een flink aantal in dit
bedrijf geplaatst
EENHEID DER KATHOLIEKEN
Ook in Nederl.-Indië
Boven 18 jaar naar Fransch
recht geldig
BESLAG OP DE PLAVNIK
OPGEHEVEN
Memorie van antwoord aan de
Eerste Kamer
R.K. ONDEROFFICIERSBOND
Jaarvergadering te Utrecht
VISSCHEN OP FINTEN DOOR
WERKLOOZEN
In enkele gemeenten toegestaan
B. U. M. A.
Aftappingen van het
Maaswater
Verder pleidooi van den
Belgischen agent
Bezoek van het Hof
DE TOEVLUCHT VOOR DE
ZWIJNTJESJAGERS
Helers voor de rechtbank
Door het hemelvuur
gedood
Tragisch ongeval in de residentie
OM EEN KALVERSCHETS
Ongeregeldheden op de markt
te 's Hertogenbosch
KRIJGSRAAD DEN BOSCH
Principieele dienstweigeraars
Uit den dienst ontslagen
BOERDERIJ AFGEBRAND
Beurssluiting
UIT DE STAATSCOURANT
Academische examens
Onderscheidingen
Centrale Jeugdraad
Voogdijraad
Regenten gevangenissen
Hoofdstembureau
Scheepvaartinspectie
Naar het engelsch"
Gelijk wij onlangs mededeelden hebben
de Hilversumsche luchtbeschermingsdienst
en de plaatselijke vereeniging voor luchtbe
scherming besprekingen gevoerd met den
KRO, teneinde de groote concertzaal van
zijn nieuwe studio geschikt te maken als
schuilplaats in tijden van aanvallen uit de
lucht. Thans vernemen wij dat het KRO-
bestuur dit plan heeft moeten opgeven.
In verband met het feit, dat de bouwkosten
£an de studio de raming reeds aanmerkelijk
nebben overschreden, acht de KRO het. vooral
®>n de financieele consequenties, die aan een
bijzondere dakbedekking verbonden zijn, niet
Verantwoord uitvoering aan het plan te geven.
Aangezien de gemeente Hilversum voor lucht
beschermingsvraagstukken nog steeds in de
derde gevarenklasse is ingedeeld (een antwoord
°P een verzoek om herklasseering is nog niet
°ntvangen) kan voor de geschiktmaking van de
studiozaal voor schuilruimte niet gerekend wor
den op een bijdrage van het Rijk, ingevolge
de Luchtbeschermingswet.
Dinsdagavond arriveerden de heeren Taliani,
Bezant van Italië en Alexich, gezant van Oos-
tfhrijk. vergezeld van den minister van Handel,
Nijverheid en Scheepvaart, prof. dr. ir. H. Ge-
'lssen, in het Munsterhotel te Roermond.
Om acht uur werd hun in hotel Kissels een
"ther aangeboden door de Coöperatieve Roer-
tdondschce Eiermijn, waaraan o.m. mede aan-
^■ten de burgemeester van Roermond, mr. P.
•veytner, mr. R. Gielen, directeur van het Eco-
u°ïnisch Technologisch Instituut in Limburg,
de president en de vice-president van het col-
sge van commissarissen der Coöperatieve Roer-
•dondsche Eiermijn en de voorzitter en secre
taris van deze instelling.
.Woensdagochtend bracht het gezelschap een
b®zoek aan de Eiermijn en aan het Zuid Ne-
derlandsche koelhuis.
Des middags werd het bedrijf der Staatsmijn
Niaurits bezichtigd, waarbij ook de onder-
gr°ndsche arbeid in oogenschouw werd geno-
®eh. Donderdagochtend wordt het gezelschap
Maastricht verwacht.
De beperkte mogelijkheid voor een groot aan-
al jonge onderwijzers en onderwijzeressen om
®eu aanstelling bij het onderwijs te krijgen
eeft reeds vele ondernemende jongeren ertoe
j>ebracht tijdelijk of voorgoed op ander ge-
led werk te zoeken. Dat dit in de praktijk kans
ah slagen heeft, zou kunnen blijken uit het
e't. dat b.v. bij de Philips Bedrijven sinds 1930
Wet minder dan 50 employé's met acte L. O.
b dienst zijn genomen. Dezen werken op ver
killende kantoor- en fabrieksafdeelingen en
°ldoen in het algemeen zeer goed.
Geheel nieuw is, dat een aantal vrouwelijke
Wpioyé's met acte L. O. thans werkt in de
uontage-afdeeling van zeer gecompliceerde ra
dio!
ampen, waar zij na eenigen tijd als „mon-
:e-leidster" kunnen optreden.
^linuster Oud heeft tijdens een te Middelburg
«ouden verkiezingsrede medegedeeld, dat uit
dezer dagen te publiceeren cijfers zal blij-
Ihin' dat de R'jksnüddelen in April 5 tot 6
y «Hoen meer opbrachten dan in dezelfde maand
411 het vorig jaar.
oudsher kwamen velen telken jare naar
*tel om de H. Bloedfeesten mede te vieren.
8eirteCls in 1380 getuigde kardinaal Pileus, Pau-
jlk gezant te Frankfurt a. d. Main, dat reeds
^on\ groote scharen volks op Drievuldigheids-
te te Boxtel samenstroomden en hij hecht-
WW goedkeuring aan de vereering van den
die publiek aan de geloovigen mocht
Dp vertoond en ter vereering aangeboden.
ble ,^®ndag 23 Mei a.s. beginnen wederom de
tj btigheden ter eere van het mirakel van het
Ue j. De drie parochies van Boxtel openen
Ojjj ®®ks van feesten met de plechtige Hoogmis
Nike UUr in het heerl'jke Park en de luister-
c processie in den namiddag 2.30 uur.
Sacramcntsdag komen processies uit Eind
ig 11 met 'n overweldigenden stoet van bruïd-
jbit Roosendaal, uit Goirle e.a.
keuriB verzorgde pelgrimsstoet uit 's Bosch
°P Zondag 30 Mei, waarbij zich aansluiten
^rims uit Luikgestel, Boerdonk en de
011 het feest van het H. Hart heeft de in
drukwekkende processie plaats van 2000 school
kinderen uit Boxtel.
Zondag 6 Juni komen de omliggende plaatsen,
n.l.: Esch, Liempde en Gemonde ter bedevaart
naar het H. Bloed, terwijl de oudste processie,
n.l. uit Tilburg de plechtigheden luisterrijk sluit
op Zondag 27 Juni.
Behalve de officieel aangegeven pelgrims
tochten komen van heinde en ver talloozen ter
bedevaart naar het H. Bloed. Indrukwekkend
zijn de vele gebedsverhooringen, waarvan de
meest ondubbelzinnige verklaringen door pel
grims worden afgelegd aan de plaatselijke gees
telijkheid.
Mogen ook dit jaar de feesten wederom luis
terrijk en stichtend verloopen, Gode dankend
voor het Mirakel in Boxtels oude Sint-Petrus-
kerk geschied, den menschen tot zegen en heil.
SEMARANG, 12 Mei (Aneta) Z. H. Exc.
Mgr. P. J. Willekens S.J., Apostolisch Vicaris
van Batavia, zal op 16 dezer een plechtige
hoogmis opdragen als dank voor het herstel
van de politieke eenheid onder de Roomsch-
Katholieken in Ned.-Indië, alsmede voor het
welzijn van de I.KP. (Indische Katholieke
Partij
Mgr. Willekens zal het officieele gedeelte van
den I.K.P.-partijdag bijwonen.
In verband met herhaaldelijk ter zake bij de
regeering inkomende verzoeken om bemiddeling,
wordt medegedeeld, dat een verbintenis bij het
Vreemdelingenlegioen van Frankrijk, aangegaan
door personen boven 18 jaar, naar Fransch
recht als geldig wordt beschouwd en niet door
diplomatieke tusschenkomst op grond van min
derjarigheid kan worden verbroken.
Het beslag op het zuid-Slavische s.s. Plav-
nik. dat 2 Mei op de Noordzee in aanvaring is
geweest met het Engelsche s.s. Alecto, welk laat
ste is gezonken, is Woensdag opgeheven, na
dat de reederij een waarborgsom had gestort.
De Plavnik zou naar Rotterdam ver
trekken, om daar in een droogdok te worden
opgenomen voor het instellen van een Onderzoek
naar de opgeloopen Ei ver ij.
Als ik optreed
branden de planken
door het vuur van
mqn spel!
Pas dan maar
op voor je celleloid-
boorden, dat je geen
ongeluk krijgt
'Marius!
Blijkens de memorie van antwoord aan
de Eerste Kamer inzake het ontwerp van
wet tot reorganisatie van het spoorwegbe
drijf, zat, wat de overneming van spoorweg
schuld door het Rijk betreft, van den aan
vang af geen andere of verdere bedoeling
voor dan dat voor de lasten wegens door
vroeger Staatsbeleid veroorzaakten achter
stand in de afschrijvingen voortaan het
Rijk zou opkomen ten beloope van het to
taalbedrag van 229 millioen, waarvan de
afschrijvingsovereenkomsten van 1928 uit
gingen.
Het ligt in de bedoeling met reorganisatie
ook binnen het bedrijf voort te gaan, rekening
houdende met de gewijzigde omstandigheden.
Dat de Diesel-electrische tractie nog niet
•geheel in werking zou zijn, is minder juist.
De Diesel-electrische treinstellen zullen
in 1938 verhuizen naar lijnen met minder
dicht verkeer, waardoor niet alleen aan
merkelijke versnelling van de verbindingen
met verder afgelegen gedeelten van het
land zal worden verkregen, maar ook be
zuiniging, omdat deze tractie goedkooper is
dan stoomtractie.
Voor massaal goederenvervoer zal naast de
waterwegen een het geheele land omvattend
spoorwegbedrijf met zijn internationale ver
bindingen een voorname plaats in het ver
voerwezen blijven innemen. Sinds het autover
voer zich ontwikkeld heeft, ligt het voor de
hand, dat ook aan dit vervoer, dat als aan
vulling van het spoorwegvervoer groote be tee
kenis heeft, aandacht wordt gewijd.
Naar .verdere maatregelen tot coördinatie
zal het spoorwegbedrijf zoo goed als elke an
dere vervoerondememer zich moeten voegen.
In afwachting daarvan behoort het A.T.O.-
bedrijf verband te blijven houden met uitoefe
ning van den spoorwegdienst.
Het spoorwegbedrijf in Nederland monopo
listisch te noemen, schijnt vooral in den tegen-
woordigen tijd in strijd met de werkelijkheid.
Hoe dit zij, als de regeering beperking van
den raad van commissarissen tot drie of vijf
leden ging bevorderen, zou zij niet het ge
rechtvaardigde verwijt ontgaan, dat zij door
vrijwel uitsluitend ambtelijke samenstelling be
denkelijke leemten had veroorzaakt. Hieruit
volgt niet, dat met minder dan zestien leden
niet zou kunnen worden volstaan. Het getal is
een maximum en behoeft dus niet te worden
uitgeput.
Het is rechtens onjuist, het tekort in het
spoorwegpensioenfonds te beschouwen als on
derdeel van een bedrijfstekort. Het fonds heeft
een zelfstandig en afzonderlijk bestaan inge
volge de Pensioenwet Spoorwegambtenaren
1925.
De regeering blijft van oordeel, dat 't voor
stel jegens obligatiehouders voldoende naar bil
lijkheid streeft. Het verloop der beurskoersen
schijnt dit niet te weerspreken.
Maken de houders van volgens artikel 3 ver
wisselbare obligaties, schuldbekentenissen of
aandeelen algemeen gebruik van de gelegen
heid tot verwisseling, dan zal naar het gewij
zigde plan de toeneming in hoofdsom om
streeks 25 millioen bedragen.
De regeering blijft meenen, dat vertegen
woordigers van personeelbelangen geen deel
bahooren te hebben in het gezag, dat de raad
van commissarissen jegens de directie uitoe
fent.
De RIK. Onderofficiersbond „St. Martinus"
heeft Maandag en Dinsdag in Hotel Noord-
Brabant te Utrecht haar 30ste algemeene jaar
vergadering gehouden.
Nadat de afgevaardigden uit de garnizoenen
in den morgen waren aangekomen, vereenigde
men zich op den len dag aan een gezamenlijke
lunch, waarna om 13.30 de voorzitter, de heer
J. J. M. van 't Walderveen, het welkom kon
toeroepen aan alle vertegenwoordigers uit de
garnizoenen, alsmede den Bondsadviseur, majoor
aalmoezenier Van Straelen, uit Soesterberg.
In het jaarverslag werd gewag gemaakt van
het feit, dat bond stationnair was gebleven.
Telegrammen werden verzonden naar H. M.
de Koningin en den Aartsbisschop.
De verdere agendapunten werden breedvoe
rig besproken en naar genoegen der vergadering
opgelost.
Het verslag van de Spaar- en Voorschotkas
ontlokte een breedvoerige gedachtenwisseling,
terwijl de verkiezing hoofdbestuursleden, door
dat geen tegencandidaten waren gesteld, opge
lost was.
Voordat te ruim 6 uur de vergadering werd
geschorst, kreeg de Aalmoezenier G. Huijs,*uit
Breda, als waarnemend hoofdaalmoezenier, die
ter vergadering was verschenen, het woord om
zijn voldoening uit te spreken over het ver-
eenigingsleven van „St. Martinus".
Na een gemeenschappelijk diner volgde een
avondfeest.
Dinsdagmorgen werd om 7.30 uur begonnen
met gezamenlijke H. Mis en Communie, opge
dragen door den Bondsadviseur, waarna op
dracht aan het H. Hart en Maria.
Na het gezamenlijk ontbijt volgde de af
handeling van den beschrijvingsbrief, welke
vlot verliep en waarbij de Aalmoezenier Brou
wer, uit Den Haag, mede aanwezig was.
De namiddaguren werden besteed met een
excursie naar het Meteorologisch Instituut te
De Bilt.
De minister van Sociale Zaken heeft eenigen
tijd geleden zijn goedkeuring verleend aan een
regeling van de gemeenten Woudrichem, Go-
rinchem en Hardinxveld, betreffende het vis-
schen op zalm door werklooze visschers, welke
in de steunregeling zijn opgenomen. Deze rege
ling is eveneens voor eenige andere gemeenten
met een visschersbevolking van toepassing ver
klaard.
De minister voornoemd heeft thans aan de
besturen van gemelde drie gemeenten mede
gedeeld, dat hü kan goedvinden dat de regeling
voor de zalmvisscherij door werkloozen van
toepassing wordt verklaard voor de fintenvis-
•scherij.
De minister van Justitie heeft alsnog benoemd
tot leden der commissie van overleg, welke den
regeeringscommissaris voor B.U.M.A. bijstaat:
mr. A. van der Deure, wonende te Bennekom;
J. R. Kronacker, wonende te Rotterdam.
Voor het Permanente Hof van Internationale
Justitie is Woensdag de behandeling voortgezet
van 't geschil tusschen Nederland en de Belgi
sche regeering betreffende de aftappingen van
het Maaswater.
Alvorens zijn pleidooi voort te zetten, deelde
de Belgische agent, de heer De Ruelle, mede,
dat hij ter griffie van het Hof exemplaren heeft
gedeponeerd van een overzicht der onderhan
delingen betreffende het niet aangenomen ver
drag van 1925. Ook is de Belgische regeering
bereid, indien de Nederlandsche regeering er
in toestemt, copieën over te leggen van het
entwerp-verdrag van 1930/1931.
De drie punten, waar het om gaat, zijn de
volgende:
1. Door de sluis te Neerhaeren komt wa
ter, dat in de kanalen stroomt, welke slechts
gevoed mogen worden door de voedingsgeul te
Maastricht, maar welk water ten deele uit de
Maas bij Luik komt door het Albertkanaal.
2. Een dergelijke vermenging van Maaswater
uit Maastricht en uit Luik heeft eveneens
plaats in den verbindingstak van Hasselt met
bet Albertkanaal.
3. Aan het eind van het Albertkanaal komt
het in verbinding met het verbindingskanaal
tusschen Maas en Schelde en daar heeft een
derde inbreuk op het verdrag van 1863 plaats.
Spr. besprak uitvoerig deze punten.
Volgens de Nederlandsche regeering verklaart
art. 5 van het verdrag van 1863 haar bevoegd,
zooveel water uit de Maas te tappen, als zij wil
en op welke plek zij dat verkiest, terwijl alleen
België door dat verdrag gebonden is en zij elk
gebruik van Maaswater door België kan con
troleeren, maar België heeft deze redeneering
weerlegd. Het feit zelf, dat de Nederlandsche
regeering betwist aan de Maas water te ont-
leenen voor het Julianakanaal, bewijst haar
verlegenheid en houdt een erkenning in van
haar verantwoordelijkheid. Het verdrag kent
Nederland alleen het recht toe, water uit de
Maas te nuttqn langs de voedingsgeul te Maas
tricht, aldus pleiter.
De conclusie, waartoe een en ander leidt is,
dat de sluizen van Neerhaeren en Bossche
Veld moeten worden beschouwd als te zijn
aangelegd overeenkomstig de bedoeling van de
onderhandelaars over het verdrag van 1863 en
tevens ter ontwikkeling van de scheepvaart.
Wat de tweede Nederlandsche grief betreft,
zette pleiter uiteen, dat inderdaad het Albert
kanaal over een afstand van ongeveer 25 K.M.
zal gebruik maken van den verbindingstak in
de Kempen tusschen Hasselt en Quartmeche-
len. Dit gedeelte wordt echter ruim gevoed door
de wateren van de Demer.
Pleiter meende de Belgische regeering vol
komen te hebben schoongewasschen van het ver
wijt, dat zij het verdrag van 1863 schendt. Hij
verzocht daarom het Hof de conclusies van de
eischeres te ontzeggen, met name ook den eisch
van controle ten aanzien van België.
Intusschen heeft de Belgische regeering te
dezer zak'e de Nederlandsche regeering niet ge
dagvaard, maar zich haar houding voorbehou
den.
Doch het proces, dat Nederland België heeft
aangedaan, heeft de Belgische regeering ver
plicht, dit voorbehoud te verlaten. Het Juliana
kanaal is een klaarblijkelijke inbreuk van het
verdrag, terwijl daarentegen de aanleg van het
Albertkanaal is geschied binnen het kader der
legaliteit.De Belgische regeering verzoekt het
Hof dus hierin recht te spreken, maar het vraagt
nóch schadevergoeding, nóch herstel van den
vroegeren toestand, omdat België inziet, welk
een effect dit zou hebben op de goede ver
standhouding tusschen beide landen. Hierdoor
geeft de Belgische regeering opnieuw bewijs van
het ruime standpunt, dat zij inneemt.
Door den aanleg van een stuw te Borgharen
heeft de Nederlandsche regeering het Maas
water naar eigen inzicht verdeeld. Het komt
Nederland niet toe die verdeeling eigenmach
tig te regelen en zelf te beslissen, waar het wa
ter aan de Maas kan onttrekken. Dit Maaswater
Is immers, blijkens het verdrag van 1863, niet
het uitsluitend eigendom van Nederland.
Pleiter zeide ten slotte nog iets over zijn con
clusies, welke in een aantal exemplaren ter
griffie van het Hof zijn gedeponeerd.
De president, de heer Guerrero, deelde mede,
dat het Hof overeenkomstig een genomen be
slissing een opneming van den toestand ter
plaatse zal verrichten en verdaagde in verband
daarmede te 12.45 uur de zitting tot Dinsdag
18 Mei des morgens 10.30 uur.
Alsdan zal het woord zijn aan prof. Telders
voor zijn repliek.
De Belgische agent heeft nog medegedeeld,
dat de dupliek niet door hem zal geschieden,
maar door zijn collega R. Marcq, advocaat te
Brussel.
Naar wij vernemen, ligt het in de bedoeling,
dat de leden en de griffier van het Permanente
Hof van Internationale Justitie, vergezeld van
drie vertegenwoordigers van elk der partijen in
het proces betreffende de wateraftapping van de
Maas, hedenavond naar Maastricht zul
len vertrekken en daar den volgenden dag
een bezoek zullen brengen aan de Nederland
sche kunstwerken in Maastricht, aan de sluis te
Neerhaeren, aan den mond van de Geul, aan de
gemeenschappelijke Maas en aan de pompsta
tions, om zich vervolgens naar Luik te begeven.
Zaterdag zal dan een bezoek worden gebracht
aan de werken rondom Luik, aan Ternayen
(Lanaye), Eygenbilsen, Hasselt, Wyneghem en
Antwerpen.
Kolonel, laten we
vier dagen wachten voor
we de orders bij den presi
dent gaan halen. Je kunt
nooit weten, wie er mor
gen of overmorgen presi
dent is. (Effel).
Eenigen tijd geleden was het aantal rij
wielen dat in Utrecht gestolen werd, on
rustbarend groot.
Ten slotte mocht het de politie gelukken
de hand te leggen op een drietal personen,
den 28-jarigen J. P. v. d. L. uit Utrecht,
den 27-jarigen J. J. uit Amsterdam en den
22-jarigen W. A. v. R. te Utrecht, die als
verdacht van heling van gestolen rijwielen
en schuldheling, in verzekerde bewaring
werden gesteld.
Deze arrestatie had tot gevolg, dat het aan
tal te Utrecht vermist aangegeven rijwielen
met ongeveer 80 pCt. verminderde, een bewijs
dat men er in was mogen slagen, met deze
drie mannen de geregelde toevlucht der Zwijn
tjesjagers uit te schakelen.
Het onderzoek bracht aan het licht, dat de
helers hun zaak perfect hadden georganiseerd.
Te Utrecht beschikten zij over twee pakhuizen
als bergplaats en te Amsterdam over een kel
der eerst aan de Oude Schans, later in de Korte
Dijkstraat.
Alleen van zekeren S., een fietsendief, die
bijzonder handig bleek in het uitoefenen van
dit „beroep", betrok deze bende niet minder
dan 30 rijwielen, die door v. R., expediteur van
beroep, naar de hoofdstad werden overgebracht.
Hier werden de karretjes in genoemden kelder
door het aanbrengen van andere onderdeelen.
het onzichtbaar maken van nummers en mer
ken enz., onherkenbaar gemaakt, waarna ze
gereed waren om te worden verkocht.
Men ging steeds zoo voorzichtig mogelijk te
werk. Zoo weigerde v. d. L. zijn helper v. R
eens hem een juist „aangekregen" transport
rijwiel, waarvoor deze 25 bood, te verkoopen.
Hij vond dit te gevaarlijk en stond er daarom
op, dat het rijwiel eerst naar Amsterdam zou
worden gebracht, om daar te worden „omge
bouwd".
J., koopman van beroep en in genoemde
plaats woonachtig was de man, die zich steeds
daarmede belastte. In een kelder, welken hu
samen met v. d. L. had gehuurd, werden bij
het bezoek der politie, dan ook talrijke werk
tuigen aangetroffen, welke bij de „ombouwings-
werkzaamheden" dienst hadden gedaan.
Dinsdagmiddag stond het drietal voor de
Utrechtsche Rechtbank.
Het O.M. eischte tegen v. d. L., die reeds vier
maal veroordeeld is wegens heling, één jaar met
aftrek van preventief: tegen J. eveneens één
jaar met aftrek; en tegen v. R. wegens schuld
heling 8 maanden met aftrek. Uitspraak 25 Mei.
Woensdagmiddag omstreeks kwart over vijf
ontlastte zich boven de Residentie een kort,
doch zeer hevig onweder. Uit de Boschlaan
kwam 'n moeder met drie kinderen in de rich
ting Bezuidenhout geloopen. Een kind liep
naast de moeder, twee zusjes liepen vooruit. Toen
de moeder het raadzaam vond, voor den hevi-
gen regen te schuilen in den winkel van de
firma K., bij den hoek van den Bezuiden-
hcutscheweg, riep Zij de beide kinderen, die voor
haar liepen, terug. Het jongste meisje voldeed
daaraan onmiddellijk, het oudere zusje, de 9-
jarige A. K. uit de Schiestraat, aarzelde en
bleef nog een ondeelbaar oogenblik onder een
boom staan. Een felle bliksemstraal trof het
kind, dat op slag dood was.
De consternatie ter plaatse was natuurlijk
groot. De moeder gilde hevig en werd door
voorbijgangers geholpen. Later heeft de genees
kundige dienst het lijkje naar het gemeente
ziekenhuis gebracht.
Op de Bossche veemarkt hebben zich Woens
dag omstreeks half twaalf eenige ongeregeld
heden voorgedaan.
Crisisambtenaren waren ter plaatse voor het
controleeren der oormerken en kalverschetsen.
Bij een der boeren vonden de ambtenaren val-
sché kalverschetsen. waarop zij, bijgestaan door
rechercheurs, tot arrestatie overgingen Een
aantal boeren kwam hiertegen in verzet en
nam een dreigende houding tegenover de poli-
tie-ambtenaren aan. De politie voerde een
charge met de blanke sabel uit en arresteerde
nog drie boeren. Na het incident, dat ongeveer
eer kwartier duurde, kon de handel den ver
deren dag ongestoord worden voortgezet.
Voor den Krijgsraad te Den Bosch stonden
terecht: H. O., 20 jaar uit Amsterdam, thans
gedetineerd; L. v. W., 19 jaar, uit Rotterdam;
W. L., 20 jaar, uit Amsterdam en J. de V.,. 19
jaar, uit Bovenknijpe, allen gedetineerd. Deze
dienstplichtigen hadden geweigerd den militai
ren dienstplicht te gaan vervullen en beriepen
zich op principieele bezwaren. Zij waren be
gonnen met te weigeren hun uniform aan te
trekken. Geen hunner wenschte gebruik te
maken van de bepalingen in de Dienstweige-
ringswet, waarbij het mogelijk is in een ande
ren tak van dienst te worden opgenomen, zon
der de wapenen te hanteeren.
Conform den eisch werd de eerste verdachte
veroordeeld tot 15 maanden, de 3 anderen
ieder tot 12 maanden gevangenisstraf met ont
slag uit den dienst zonder ontzetting uit de be
voegdheid om bij de gewapende macht te
dienen.
J. W. I., uit Amersfoort, huzaar bij de
rijschool aldaar, had een korporaal bij de keel
gegrepen en mishandeld, toen hij zijn veldjas
moest dichtknoopen! Den volgenden dag, toen
hem gelast werd zich in verband met zijn
ongehoorzaamheid mede naar de kazerne te
begeven, bedreigde hij zijn meerdere en pleegde
hevig verzet.
De auditeur-militair vonden den opstandigen
soldaat niet waardig nog langer den wapenrok
te dragen en eischte tegen hem 6 maanden ge
vangenisstraf met ontslag uit den dienst.
Uitspraak van den Krijgsraad conform.
Woensdag is brand uitgebroken in de
boerderij, bewoond door J. Waanders, staan
de aan den Hengeloscheweg nabij Enschede.
Het vuur greep met groote snelheid om
zich heen en in minder dan geen tijd was de
geheele boerderij uitgebrand.
Het vee benevens het grootste deel van den
inboedel kon in veiligheid worden gebracht.
Omtrent de oorzaak tast men in het duis
ter. Alles was verzekerd.
Eigenaar van de boerderij was de heer N.
G. van Heek te Enschede.
De minister van Financiën heeft bepaald, dat
15 Mei 1937, alle Zaterdagen in de maanden
Juni, Juli en Augustus, alsmede 31 Augustus '37
de beurzen voor den geld- en fondsenhandel
zullen zijn gesloten, alsmede dat die dagen voor
de geldleeningen, als bedoeld in afdeeling 5 der
Beursvoorschriften 1914, niet als werkdagen zul
len worden beschouwd.
AMSTERDAM. Candidaatsexamen in de
Wis- en Natuurkunde Mej. H. Mijnlieff en de
Heer W. C. F. M. Römkens; doctoraal examen
in de Wis- en Natuurkunde de heeren A. Gor
ter (hoofdvak Scheikunde), K. Zijp (hoofdvak
Pharmacie), H. F. W. Kleyn (hoofdvak Schei
kunde) en Dr. G. van Kleef (aanvulling Na
tuurkunde).
Bij K. B. is benoemd tot ridder in de orde
van den Nederlandschen Leeuw H. D. Louwes,
wonende te Westpolder, gemeente Ulrum, voor
zitter van de Groninger Maatschappij van
Landbouw en tot ridder in de orde van Oranje-
Nassau, N. G. Addens, wonende te Bellingwol-
de, oud-lid van het dagelijksch bestuur van de
Groninger Maatschappij van Landbouw.
Bij K. B. zijn opnieuw benoemd: a. tot lid
en voorzitter van den Centralen Jeugdraad Mr.
A. I. M. J. Baron van Wijnbergen te Utrecht
en b. tot lid van dien raad J. Peters te Amster
dam.
Bij K. B. is benoemd tot secretaris van den
Voogdijraad te Arnhem: Mr. E. van Beusekotn,
thans tijdelijk aldaar werkzaam.
Bij K. B. is op zijn verzoek aan Mr. W. J.
Koppius eervol ontslag verleend als lid van
het college van regenten over de gevangenissen
te Arnhem, onder dankbetuiging voor de in die
betrekking bewezen diensten.
Bij K. B. is benoemd tot lid van het hoofd
stembureau voor de verkiezing van de leden
van de Tweede Kamer, in kieskring XVIII,
Mr. L. B. J. van Oppen, oud-burgemeester der
gemeente Maastricht.
De Minister van Waterstaat heeft aan den
inspecteur-generaal voor de scheepvaart toe
gevoegd den adjunct-expert bij de scheepvaart
inspectie P. Visser.
ze hebben mij een dringende invitatie ge-
is ft. maar die heb ik toch afgeslagen: het
om dezen tijd van het jaar te koud op
^Oof' ^aar J0U dceft het verblijf op de kost-
*Hj en°rm veel goed gedaan, Anna! Het spijt
J^rlijk, dat ik van je scheiden moet. De
^Up ts zullen den Kerstdag bij mij door
at ffn' maar ik kan nu niet bepaald zeggen.
die
,öit
opgewekt gezelschap zijn!"
VSc.h Was voor het eerst, dat de vergelijking
Niri, n Mildred en Ethel Vansittart en mij te
gunste uitliep! Dit was dan ook een ge-
•j, "dis in mijn leven.
Vs? de trein Westhorpe naderde, voelde ik
Ni j-6rlc onder den indruk van het weerzien
ai Jn thuis. Op het perron in Alston stond
N ai N8 verlangen uit te kijken naar Penelope
dp in deel gauw zag ik haar met een glimlach
Selaat en het werd een allerhartelijkste
jj,e. dg tusschen ons! De oude stationschef,
1J al heel mijn leven gekend had, kwam
mü begroeten en de kruier tikte eens extra aan
zijn pet.
In het plaatsje zelf leek mij niets veranderd,
toen wij er doorreden. The Hall zag er ook nog
even vervallen uit. Eerlijk gezegd, had ik in den
laatsten tijd weinig meer aan Lynette Walbrook
gedacht, maar nu ik haar huis voorbijreed,
schaamde ik me hier eenigszins over en kon
niet nalaten, Penelope te vragen:
„De Walbrooks wonen toch nog op The Hall?
En is Lynette nog mooier geworden?"
„O, ja, ze is nog altijd heel knap van uiter
lijk!"
,En is ze dan ook niet aardig? Ik dacht, dat
zij heel kalm en teruggetrokken van natuur was;
heel anders dan haar zuster."
„Och, ja ik geloof ook, dat er op hétér niets
te zeggen is, maar de rest van de familie is niet
om mee om te gaan!"
„Toen ik naar Duitschland ging, was haar va
der nog in Londen. Is hij nu terug?"
„Ja, hij is terug."
„Hè, je bent ook altijd zoo vreeselijk laconiek,
Penelope!" zei ik wat ongeduldig. „Wat is er
toch tegen de Walbrooks? Ik ben nu weer zoo
veel ouder, dus kan je het mij best vertellen."
„Ik weet niets tegen hen, dan dat men onmo
gelijk met hen kan omgaan. In Westhorpe wordt
hun naam nooit genoemd."
Dit was afdoende. Ik gaf het onderwerp dan
ook op en begon mijn zuster te vertellen van
mijn reis naar Londen en mijn kort, maar suc
cesvol bezoek aan tante Anna. Ik vertelde haar
ook al de incidenten, verbonden met de bewon
dering van den gedistingeerden Engelschman
voor Madge en zijn onverwacht verschijnen in
Brussel en toen kwam de „gewelddadige" weg
voering door tante Julia.
Penelope zei niets, tot ik geheel uitgesproken
had, en vroeg toen:
„Is die Miss Kennedy een aardig meisje,
Nan?"
„Het aardigste, dat ik ken!" riep ik enthou
siast. „Ze was de mooiste van school en ieder
een droeg haar op de handen en aanbad haar.
Vind je het dan ook niet verschrikkelijk wreed
van Miss Julia Kennedy, haar nichtje zoo te
behandelen?"
„Ik heb de lezing van Miss Julia Kennedy
niet gehoord," zei Penelope droog. „Ik weet niets
van je vriendin, dat wat je daar zoo even ver
teld hebt en ik kan nu juist niet zeggen, dat ik
mij door het gehoorde zoo sterk tot haar aange
trokken voel. Uit je beschrijving lijkt ze mij
ondankbaar, heerschzuchtig en onbeschaamd."
„Dan moet ik haar al heel slecht beschreven
hebben," zei ik nederig.
In mijn hart voelde ik, dat Madge misschien
niet vrij te pleiten was van de door Penelope
genoemde ondeugden; maar dit wilde ik tegen
over mijzelf niet bekennen.
Daar zag ik vader in de voordeur staan en ik
ijlde naar hem toeVan geen ander kreeg
ik zeker zoo'n echt gemeend welkom!
Er waren van allerlei voorbereidende maat
regelen genomen, om mijn terugkomst te vie
ren; maar wel de grootste verrassing was de
hervorming, op mijn kamer aangebracht. Die
was keurig behangen; het ouderwetsche ameu
blement was door een modem vervangen en er.
stond zelfs een boekenkastje een cadeau van
tante Anna. De keukenmeid had voor mijn lie
velingsgerechten gezorgd, die ik mij goed liet
smaken.
„Ik was al zoo half en half bang, dat mijn
kleine meisje een echte nuf zou zijn geworden,"
sprak vader opgewekt, „maar nu ik zie, dat ze
een goeden eetlust heeft, heb ik alle hoop, dat
ze nog wel de oude is gebleven!"
HOOFDSTUK VIII
De tüd tusschen mijn terugkeer en Kerstmis
ging snel eri aangenaam om. Penelope gaf in
dit jaargetijde altijd stapels wollen sjaals en
flanellen kleeren weg, terwijl de giften van va
der bestonden in kolen, dekens en vleeschwaren.
Op Kerstavond reden mijn zuster en ik naar
het dorp, om nog de laatste schikkingen te ma
ken betreffende de verschillende uitdeelingen.
Toen we uit de pastorie kwamen, zagen we
een heel groepje menschen naar een kastanje
bruin paard staan te kijken, dat door zijn stei
geren en zijn slaan met de pooten zijn berijd
ster uit het zadel dreigde te werpen. Wij keken
ook even en ik merkte, dat het Miss Elaine
Walbrook was.
De hoed was haar van het hoofd gevallen;
haar kapsel was in groote wanorde, maar zij
scheen volstrekt niet ontsteld, ofschoon het
paard zeer wild was.
Ik zag haar onbeschaamd glimlachen tegen
Penelope, maar die hield zich, alsof ze dit niet
merkte.
Het paard werd totaal onhandelbaar en de
waard uit het „Wapen van Westhorpe" kwam
te hulp en hield het dier vast, terwijl zijn mees-
teresse afsteeg.
Zij was woedend en sprak den Bruine toe op
een manier, en in een taal, die hoogst-ongepast
was voor een jongedame.
Penelope ging langzaam naar het rijtuig en
gaf mij een wenk, haar te volgen.
„Nu zal je er je toch niet langer over ver
wonderen, dat de menschen in Westhorpe niets
te maken willen hebben met dat meisje," zei ze.
„Een vrouw, die haar paard zoo kan uitvloeken,
is voor niemand geschikt gezelschap!"
„Maar ze vloekte het paard niet uit. Ze zei
enkel...."
„Spaar mij, als je blieft, de herhaling van
haar opmerkingen!" riep ze, „en tracht 't maar
niet goed te praten voor haar, Nan. Dat lukt je
toch niet bij mij."
Ik antwoordde niet, maar toch voelde ik sym
pathie voor Elaine Walbrook. Ze was zoo dapper
geweest en leek zoo mooi met het blonde haar
in bevallige wanorde en haar blauwe oogen
stralend.
Op zichzelve had het mij wel verwonderd, dat
ik haar te paard gezien had, want, toen ik naar
kostschool ging, waren de stallen van The Hall
leeg geweest en de zakken van Mr. Walbrook
moesten in dezelfde conditie verkeeren.
„Hoe zou ze aan dat paard komen, Penelope?"
vroeg ik. „Ik dacht, dat de Walbrooks veel te
arm waren, om te rijden. Kunnen ze zich dan
nu ruimer bewegen?"
„Ik weet 't niet. Ik ben in het geheel niet op
de hoogte van hun financieelen toestand en die
interesseert mij ook niets."
Na eenigen tijd gezwegen te hebben, ging ze
voort:
„Iedereen verwondert er zich over. waar dat
paard vandaan komt. Misschien dat haar vader
het voor haar gekocht heeft. Ik geloof, dat ze
niet meer zoo wanhopig arm zijn, als ze eerst
waren; Lynette is ook beter gekleed."
„Hoe ziet Mr. Walbrook er uit?"
„Net als de rest van zijn familie: knap, maar
onwaardig. Zijn invloed in het dorp is zeer na-
deelig; maar gelukkig vertoont hij er zich niet
veel. Hij is gekomen voor de Alston-Race Week
en bracht een heele schare van zijn soort mee.
Den halven dag liepen ze op stelten langs de
oprijlaan en den halven nacht dansten ze!"
„Heeft Lynette Walbrook ook meegedaan aan
al die dingen?"
„Ik weet 't niet. Ik heb haar naam niet spe
ciaal hooren vermelden; maar ze zal er ook wel
bij zijn geweest, ofschoon ze erveel fatsoen
lijker uitziet dan haar zuster."
Ik zag Lynette niet vóór den Zondag na
Kerstdag. Ze was sinds mijn terugkeer niet in
de kerk geweest, maar nu zat ze daar weer al
leen in een hoekje van de groote bank.
(Wordt vervolgd.)