Bombardement van
de ,,Deutschland"
Mdu&daal den dag
De avonturen van Stan en Pol
Aanval op schepen
bij Barcelona
STAKINGS UITBREIDING
IN MEXICO GEVREESD
Overplaatsingen
in Rusland
DE GEHEIMZINNIGE
III KAMERS Hl
MAANDAG 31 MEI 1937
Een onbekende duikboot vuurt op
Spaansche vrachtschepen
Een verklaring van
minister Giral
Het verzet tegen de
regeering-Hayasji
Geen aftreden onder druk der
politieke partijen
Vorming van een kabinet van
nationale eenheid?
Hayasji afgetreden
Minimum-eischen der arbeiders
bij het ministerie ingediend
De indruk te Londen en Parijs
Thans een medewerker van
Jagoda achteruitgezet
Jeanne d' Are te Rouaan
herdacht
Het nieuwe Frankrijk laat even
min den degen los," ver
klaart Sarraut
Salarisverhooging bij de Oranje
Nassau-mijnen
denburg en over j kameraadschap
den oorlog en
GEEN COMMISSARIS VAN
POLITIE TE HEEMSTEDE
Beslissing genomen
MODERN KATHOLIEK
JEUGDWERK
Kruisvaart van propaganda-
ballons
Hoe word ik snel bruin?
BANDAR OLIEPALMEN
Boerderijbranden
bl«' "V Weekly!
DOOR SVEN ELVESTAD
JWaar loont öe kleine laan naar toe?*
VALENCIA, 31 Mei (Havas). Het ministerie
van nationale verdediging deelt mede, dat een
duikboot van onbekende nationaliteit bij Bar
celona twee torpedo's heeft afgevuurd op een
Spaanschen koopvaarder, de Zorroza.
Eenige uren later bracht dezelfde duikboot,
die zich schuil had gehouden, het vrachtschip
Ciudad de Barcelona met een torpedo tot zin
ken. Twee watervliegtuigen die het schip be
schermden, bombardeerden de duikboot, welke
zich niet meer liet zien.
Latere berichten uit Barcelona melden, dat
de eerste aanval het petroleumtankschip Rhumb
uit Barcelona gold. Eenige oogenblikken later
werd de Ciudad de Barcelona op dezelfde plaats
tot zinken gebracht. Het aantal slachtoffers
zou aanzienlijk zijn, daar het schip met vele
passagiers uit Marseille was vertrokken.
Radio Nacional heeft medegedeeld, dat de
Noordelijke legers van Franco de hoogten, welke
Amorebieta ten Westen beheerschen, hebben
bezet.
Generaal Miaja heeft tegenover de journalis
ten verklaard, dat hij alle radiozenders heeft
opgeëischt. Voortaan zullen slechts de zenders
Radio Unie en Radio Espana in bedrijf zijn.
De politieke partijen en de vakvereenigingen
zullen het recht hebben dagelijks een uur uit
zendingen te verzorgen.
In een verklaring voor de pers heeft de mi
nister van buitenlandsche zaken, Giral, medege
deeld, dat de nieuwe regeering in de komende
zitting van de cortes de kwestie van vertrouwen
zal stellen.
De regeering weigert iedere opschorting
der vijandelijkheden, voorafgaande aan een
volksstemming, of een wapenstilstand, die
de waarschijnlijkheid van een accoord tus-
schen haar en de nationalisten zou veron
derstellen. Dit, aldus Giral, zou beteekenen,
dat de nationalisten als belligerenten wor
den erkend. De regeering eischt slechts de
onvoorwaardelijke overgave der nationalis
ten.
Wij aanvaarden, zoo vervolgde Giral, het be
ginsel van terugtrekking uit den oorlog van alle
buitenlandsche elementen en eischen deze zelfs.
Wij wijzen in het bijzonder op de rol der Ma-
rokkaansche troepen, omdat hetgeen men
Spaansch-Marokko noemt, met uitzondering
van Ceuta en Melilla, welke steden geheel onder
onze souvereiniteit staan, in werkelijkheid niet
anders is dan een protectoraat, waarvan de in
woners van den sultan afhangen. Indien de
niet-inmengingscommissie ons een plan wil
voorleggen dat de middelen aangeeft om de bui
tenlanders uit Spanje terug te trekken, zullen
Wij dit met de meeste aandacht bestudeeren.
Giral zeide niet te gelooven in den paradox,
dien men humaniseering van den oorlog noemt.
Hij beschuldigde de rechtschen ervan, te zijn be
gonnen met 't bombardeeren van open steden,
en wees op de beschieting van Madrid, waar,
naar hij zéide, meer gevaar voor de non-com
battanten bestaat dan aan het front. Om dan
ook te geraken tot een accoord, waarbij de open
steden van bombardementen worden uitgeslo
ten, zullen hierin tevens worden opgenomen,
die, welke door de artillerie worden uitgevoerd.
TOKIO, 29 Mei (Havas). In welingelichte
Japansche kringen wordt vernomen, dat minis
ter-president Hayasji van oordeel is, dat het
manifest van de Seyoekai en de Minseito niet
de definitieve houding is van de partijen. De
regeering zal niet onder druk van het parle
ment aftreden.
Sommige leden van de regeering, waaronder
de minister van Oorlog, Soegijama en de mi
nister van Financiën, Yoeki, zün van meening,
dat een onmiddellijk aftreden gelijk zou staan
met een overwinning van de partijen, hetgeen
een reactie in rechtsche kringen teweeg zou
brengen, welke Hayasji steunen.
Een ander deel van den ministerraad is van
meening, dat het kabinet Zoo spoedig mogelijk
moet aftreden in verband met de groeiende op
positie in het Hoogerhuis en van de openbare
meening. Evenwel is men eensgezind van oor
deel, dat de regeering niet moet aftreden onder
druk van de politieke partijen.
De voorzitter van het Hoogerhuis, prins
Konoye, wiens naam bij elke kabinetswijzi
ging als toekomstig premier werd genoemd,
heeft thans weer de aandacht van het ge-
heele land op zich gevestigd.
De prins, die een reis door het Westen van
Japan heeft gemaakt, is in den afgeloopen nacht
te Tokio teruggekeerd.
Dit zou beteekenen, aldus Domei, dat on
der de oude staatslieden en bij een deel van
het leger de actie zal toenemen tot de vor
ming van een kabinet van nationale een
heid in de ware beteekenis van het woord.
In antwoord op vragen van de pers zeide prins
Konoye, dat de tegenwoordige premier Hayasji
opgevolgd zal worden door een krachtig minis
terie van nationale eenheid, waaraan de poli
tieke partijen hun medewerking zullen verlee-
nen. Over den tegenwoordigen politieken toe
stand zeide hij, dat de meeningsverschillen tus-
schen regeering en partijen nog zullen toe
nemen, doordat Hayasji weigert af te treden,
terwijl de campagne van de anti-regeeringspar-
tijen der Minseito en de Seyoekai, nog in kracht
zal toenemen. Hij wees op de geschillen tusschen
de ministers onderling over al of niet aftreden
en eindigde met de verklaring, dat het ministerie
zich moeilijk tot de bijeenkomst van den nieu
wen Landdag zal kunnen handhaven.
Havas bericht hedenmorgen uit Tokio,
dat minister-president Hayasji is afgetre
den.
MEXICO, Sl Mei (Havas) De woord
voerder van het stakingscomité in de pe
troleumindustrie heeft medegedeeld, dat de
staking kalm en zonder incidenten verloopt.
De benzine-voorraden beginnen echter
meer en meer uitgeput te geraken.
De onderhandelingen tot bijlegging van het
conflict worden voortgezet. Gisterenmiddag
heeft de vakvereeniging van arbeiders in de
petroleumindustrie haar minimum-eischen bij 't
Ministerie van Arbeid ingediend.
Men vreest echter, dat de petroleum-
staking zich ook tot andere bedrijven zal
uitbreiden.
De districtsafdeeling van arbeiders en boe
ren heeft in beginsel een solidariteitsstaking
goedgekeurd, indien de staking in de petro
leumindustrie Dinsdag niet is geëindigd.
Het is bij een fabriek van de Republic Steel
tot ongeregeldheden gekomen. Tien betoogers
trachtten de fabriek binnen te dringen en de
stakingsposten aan te vallen. Toen de politie
versterking had gekregen, ontstond een alge
meen gevecht, waarbij van vuurwapenen ge
bruik werd gemaakt. Volgens officieele cijfers
zijn 66 menschen, onder wie 23 politie-agenten,
in een ziekenhuis opgenomen. Vier personen
zijn om het leven gekomen. Ooggetuigen ver
klaren, dat vier- of vijfhonderd schoten zijn
gelost. Iemand vertelde, dat de politie eerst een
waarschuwingsschot loste en vervolgens op de
betoogers aanlegde. Volgens den geneesheer
directeur van het ziekenhuis zijn de meeste
personen door slagen met den gummiknuppel
gewond.
Het dagelijksch bestuur van den Amerikaan-
schen bond van vakvereenigingen heeft zijn
bijeenkomst verdaagd en den voorzitter, Green,
opdracht gegeven onmiddellijk een algemeene
actie tegen het comité van Lewis te beginnen.
President Cardenas heeft den arbeidersorga
nisaties een brief doen toekomen, waarin hij
haar uitnoodigt, geen complicaties in het eco
nomische leven van het land te veroorzaken
door solidariteitsstakingen. Anderzijds heeft hij
den petroleumondernemingen en den organisa
ties der arbeiders medegedeeld, dat zij binnen
zeer korten tijd een oplossing voor het con
flict moeten vinden. Dit ingrijpen beteekent
de eerste directe tusschenkomst van den presi
dent. Het wordt algemeen beschouwd als de
eerste stap op den weg naar een doelmatige
actie.
(Vervolg.)
De „Deutschland" staat onder bevel van
commandant Fanger; ook de chef van het
Duitsche flottille in de Spaansche wateren, ad
miraal von Fischel, bevond zich aan boord.
In de eerste editie der Berlijnsche ochtend
bladen wordt nog met geen woord van het
gebeurde melding gemaakt.
De „Deutschland", welke met de vTag half
stok naar Gibraltar was vertrokken, is aldaar
aangekomen.
Alle Britsche en buitenlandsche oorlogs
schepen hadden de vlag halfstok hangen, toen
de Duitsche kruiser de haven binnenvoer.
De gewonden werden in allerijl naar het
ziekenhuis overgebracht. Alle dokters zijn met
spoed ontboden.
Over het incident met de „Deutschland"
schrijft de „Deutsche Dienst" o.a. het vol
gende:
De onwaardige aanval op een Duitsch
contröleschip heeft in geheel Duitschland
hevige verontwaardiging en diepen rouw te
weeg gebracht. De bewering der Valencia-
bolsjewisten, gedaan in een officieele mede-
deeling, terstond na den aanval, als zouden
de vliegtuigen door de „Deutschland" be
schoten zijn, is een leugen.
Europa zal zich tegen dit onverantwoorde
lijk gedrijf naar oorlog van de bolsjewistische
moordenaarsbende te weer moeten stellen. In
de eerste plaats echter rijst de vraag, wat de
non-interventiecommissie denkt te doen.
Duitschland heeft, zooals men weet, de con
trole ter zee niet verlangd; de groote landen
die in deze commissie vertegenwoordigd zijn,
hebben integendeel Duitschland gevraagd aan
deze controle deel te nemen. In het belang
van den vrede heeft Duitschland zich dat of
fer getroost.
Welke garanties kan de non-interventie
commissie geven, dat dergelijke gebeurtenis
sen zich niet herhalen?
Het bloed der Duitsche en Italiaansche ma
trozen, die in dienst der internationale con
trole zijn gevallen, roept om genoegdoening.
Men moet niet vergeten, zoo besluit de „Deut
sche Dienst", dat achter Valencia de bolsje
wistische doodsvijand staat. Ibiza moet een
alarmsignaal worden voor geheel Europa.
Hoewel het bericht, volgens hetwelk de Duit
sche regeering met ingang van heden maatre
gelen zou nemen ter beantwoording van het
bombardement van de „Deutschland" eerst laat
bekend werd, heeft het zoowel te Parijs als te
Londen eenige bewogenheid in politieke krin
gen doen ontstaan.
Men weigert evenwel te gelooven, dat
Duitschland de verantwoordelijkheid voor
een onmiddellijke actie op zich zal nemen.
Door een dergelijk onmiddellijk optreden,
aldus zegt men, zouden ernstige interna
tionale gevolgen kunnen ontstaan, doordat
de commissie voor de niet-inmenging voor
een voldongen feit geplaatst zou zijn, al
vorens zü in de aangelegenheid betrokken
zou zjjjn en over maatregelen beraadslaagd
zou kunnen hebben.
De handdruk na
een interview.
(B. Z. am. Mittag)
Voor zoover de Duitsche couranten verschenen
zijn, publiceeren zij het bericht over den lucht
aanval op het pantserschip „Deutschland" in
een rouwrand. In hun commentaar geven de
bladen uitdrukking aan de verontwaardiging,
welke het land wegens deze „ongeloofelijke ge
beurtenis" vervult. Tevens wijzen zij de uiteen
zetting van de hand, welke Valencia hierover
heeft gegeven.
MOSKOU, 31 Mei (D.N.B.) „De com
munist", een blad te Saratof, deelt mede,
dat een der voornaamste medewerkers
van Jagoda, Agranof, als leider van de
locale afdeeling van de Gepeoe naar deze
stad is overgeplaatst. Deze degradatie van
Agranof staat vrijwel met een verbanning
gelijk.
Het D.N.B. merkt op, dat in 1934 na den
moord op Kirof onder de leiding van Agra
nof honderden personen zijn terechtgesteld. De
bladen te Moskou maken volgens het Duitsche
persbureau van deze mutatie geen gewag.
Ook uit de rest van het land komen volgens
D.N.B. steeds weer berichten van arrestaties.
De „Oeral-arbeider" weet te berichten, dat te
Swerdlof een aantal vooraanstaande figuren
onder beschuldiging van Trotskiscsme werd ge
arresteerd. Andere bladen uit de provincie
maken eveneens gewag van honderden arres
taties en wel uit de meest uiteenloopende dee-
len van de Sovjet-republiek, b.v. uit Archangel,
Nisjni-Nowgorod, Samara, uit de republiek der
Wolga-Duitschers, uit Kaukasië, Siberië enz
ROUAAN, 31 Mei (Havas). Frankrijks na
tionale heldin Jeanne d'Arc is herdacht in de
stad, waar zij op den brandstapel werd ver
brand.
Senator Albert Sarraut heeft een rede gehou
den, waarin hü aantoonde, dat Jeanne d'Arc
de hoogste moreele krachten der Fransche na
tie symboliseert. Overgaande tot de tegenwoor
dige problemen zeide hij: „Het Frankrijk van
heden is vastbesloten niets na te laten, wat de
toenemende onrust in de wereld kan doen ver
dwijnen. Het is tot elke bespreking bereid, on
danks de bitterste teleurstellingen, het wil elk
accoord sluiten. Maar het kan zich ook laten
gelden en zijn grondgebied verdedigen. Wij den
ken aan de boodschap, die Jeanne d'Arc aan
haar wapenheraut gaf: „Zeg aan Talbot dat hij
zich wapent. Ik zal mij ook wapenen."
Het nieuwe Frankrijk laat zijn degen evenmin
los maar alleen om beter zijn vaandel te ver
dedigen. Wij mogeh dat het buitenland niet la
ten vergeten, maar wij moeten onszelf er ook
rekenschap van geven. Ondanks onze verdeeld
heid, ondanks onze soms verbitterde twisten, is
er één waarheid, waarvan al onze partijen en
wij allen zonder uitzondering doordrongen zijn:
de noodzakelijkheid, de verdediging van ons
vaderland te organiseeren."
In verband met den beteren gang van zaken
in de Oranje-Nassaumijnen is den beambten
een tijdelijke salarisverhooging van 5 pCt. toe
gekend.
Het was in Finland, waar ik hem ontmoette:
Matti Rintulaa, die soldaat was in den
wereldoorlog en ons aller kameraad. Twee
dagen ben ik bij hem gebleven. Niets buitenge
woons was aan dezen man te zien, een Lap zoo
als vele van zijn landgenooten; hij sprak slechts
twee woorden Duitsch en omwille van deze twee
kleine woorden vertel ik hier van hem.
Ik bracht mijn vacantie door bij een Finschen
arts te Inari, een kleine stad. Tijdens mijn ver
blijf aldaar was er een bruiloft. Een jong Lap-
penpaar trouwde in de kerk; vele Lappen in
hun rijkste kleederdracht waren meegekomen.
De lange bonte bruiloftsstoet bewoog zich door
het stadje en trok naar het meer, waar veel
booten lagen. Het bruidspaar droeg kransen en
was aardig opgesierd met berkentakjes, rendier-
vellen en bonte Lappendoeken. Het heele gezel
schap voer op het Inarimeer en wij deden mee
Een groote man, die ons bootje roeide, keek
me eigenaardig aan. Dacht hij misschien, wat
wij hier kwamen doen? Hij roeide zwijgzaam,
met ernstig gezicht, liet zijn blik meestentijds
naar de andere booten gaan en keek mij nu en
dan zoo typisch aan. Ik wilde hem graag een
vriendelijk woord zeggen, maar die verdraaide
Lappentaal.
„Kaksikumata-kaksi?" zei ik vriendelijk tot
hem. Maar dat beteekent alleen twee-en-twin-
tig. Ik wist geen ander woord, maar daar kwam
het niet op aan. Neen, ik zei eenvoudig twee-en-
twintig tot den man en knikte en glimlachte
hem toe:
„Tysk?" vroeg hij in het Noorsch.
„Ja, Tysk!" En ik begon Noorsch met hem
te spreken. Maar hij verstond niet veel; mijn
Noorsch klonk hem heel vreemd in de ooren.
Hij keek me nu voortdurend aan, werd rood en
scheen te overleggen. Plotseling sloeg hij met
zijn hand op de borst en zei:
„Soldaat!"
Soldaatdat was zoo wonderlijk. In duide
lijk Duitsch had ik dit woord vernomen van
den vreemden Lap. Ik vertelde hem nu in het
Duitsch, dat ik soldaat was geweest. Maar hij
verstond me weer niet; hij kende blijkbaar niet
meer Duitsch. En hij herhaalde zijn „soldaat"
nog een paar maal en probeerde uit te leggen,
dat ook hü soldaat en in den oorlog was ge
weest. En hij noodigde me uit met hem mee
te gaan naar zijn huis, naar zün vrouw en
kinderen. Wij gingen. De man was overgelukkig.
„Saksa!" zei hü stralend tot zün vrouw en wees
daarbij op ons. Saksa! Duitschers!
„Hindenburg!" zei hij dan opeens.
Toen ik hem verbaasd aankeek, nam hü me
bij den arm en leidde me in huis, naar een por
tret, dat aan den wand hing. Een foto van Hin
denburg met de eigenhandige onderteekening
van den grooten
veldmaarschalk. -j
En Matti vertel- f
de iets over Hin- 7 i
over de Russen,
wat ik evenwel 1,1,1
niet verstond, maar waar ik slechts naar ge
raden heb.
Hij was tijdens den oorlog soldaat geweest en
had aan Duitsche zijde in het Finsche vrijwil-
ligersbataljon tegen de Russen gestreden, werd
gewond en had het üzeren kruis gekregen. Hin
denburg had het hem persoonlijk op de borst
gespeld en hem zijn foto met handschrift ten
geschenke gegeven. Dat alles vernam en begreep
ik langzamerhand met behulp van een oud
woordenboek, waarin een kolom Noorsch, de
tweede Finsch en de derde Russisch was. Woord
voor woord las Rintulaa zijn geschiedenis in het
Finsch voor en met moeite vertaalde ik ze voor
me zelf in het Noorsch. En ik vertelde dan, dat
Hindenburg overleden was. Wederom langzaam
woord voor woord moest ik dit bij elkaar zoeken.
En hij schreef het dan op een blad papier, om
het in de Lappentaal over te kunnen vertellen
aan zijn kinderen. De man hield dan het ijze
ren kruis in zijn handen, keek naar de foto en
stamelde voortdurend „soldaat" en „Hinden
burg", steeds maar deze beide kleine woordjes
Duitsch, welke hij alleen kende en tranen rol
den over zijn Mongolengezicht.
Twee dagen lang bleven wij bü Matti Rintu
laa, die soldaat was in den wereldoorlog en ons
aller kameraad. Hij sneed een wondermooie püp
voor me, uit het gewei van een rendier, ik rook
eruit, terwijl ik hier zit en schrijf en weer aan
hem denk. Steeds nog meen ik hem daar aan
de tafel te zien zitten en ik hoor zijn beide
woordjes Duitsch „soldaat" en „Hindenburg"
deze twee kleine woordjes, die voor hem en voor
mij zoo'n groote wereld beteekenen..
In de laatste zitting van den gemeenteraad
van Heemstede heeft de burgemeester, Jhr. J.
P. W. van Doorn, medegedeeld, dat hü betref
fende de benoeming van een commissaris van
politie te Heemstede een onderhoud had ge
had op het betrokken Departement in Den Haag,
maar dat hü in mineurstemming was terugge
komen. Omdat een definitieve beslissing aan
staande was, hebben wij nog eens ter bevoegder
plaatse in den Haag naar den stand van za
ken geïnformeerd. Men deelde ons daar mede,
dat het besluit over de al of niet-instelling van
een commissariaat van politie te Heemstede
thans gevallen is en bereids aan het gemeen
tebestuur is medegedeeld. Het besluit is afwij
zend. Er komt in Heemstede dus voorloopig
geen commissaris van politie.
Tijdens het Meifeest van de Kruisvaart, op
23 Mei te Heemstede gehouden, is een aan
tal propaganda-ballons opgelaten, vermeldende
naam en bijzonderheden van dezen modernen
vorm van het katholieke jeugdwerk. Thans is
uit Denemarken bericht ontvangen, dat eenige
ballons aldaar zijn gevonden.
Stan zakte naar beneden. Hü maakte zich erg dun, tevens
onzichtbaar en glipte door een kiertje van het openstaande
raam in de kamer van juf. Net, toen deze op wou staan,
stootte Stan de doos met spelden om, dïe naar alle kanten
rolden. Juf begreep er niets van. Ze zocht de spelden weer bü
elkaar en vergat hierdoor de kinderen. Dit Was ook de bedoe
ling van' Stan geweest.
Vlug wipte Stan de kamer uit en ging nu naar de slaapkamer
der kinderen. Vlug zegde hij zijn spreuk op, want hü wilde zich
even aan Anneke en Bertje laten zien. Met een sprong zat hü
op het kozün, tusschen hen in. De kinderen schrokken wel even,
maar Stam knikte ze eens vriendelük toe. „Vlug naar bed," zei
hü, „want straks komt de juf küken. Laat die kous maar liggen,
dat maak ik wel even in orde."
„Hoe kom jij hier,' vroeg Anneke. „Dat zal ik je straks ver
tellen," zei Stan, „nu vlug naar bed." Hü had juist den tüd om
zich onzichtbaar te maken, want de deur ging open en juf
stapte naar binnen. Ze keek naar de kinderen. Maar deze
deden net of ze sliepen. De gordünen waren echter open en ze
■«•1st, dat ze ze zelf dicht had gedaan. Met een ruk trok ze ze
weer dicht.
Door AMILDA-zonnebruincrême krijgen Uw
gelaat, armen en hals direct een gezond,
sportief bruine teint, die tevens volkomen
beschermt tegen zonnebrand.
Flacon 90 ct. Tube 60 ct. Doos 50 en 25 ct.
De Amsterdamsche Bank en de heeren Men.
delssohn Co. berichten, dat zij de inschrijving
openstellen op n.m. 1.405.000 conv. gew. aan.
deelen in de Bandar Oliepalmen Cultuur Mij,
aan toonder, elk nom. groot 250 (of in stuk
ken van vier aandeelen), deel uitmakende Vap
door oprichters genomen 4.900.000 Sewone
aandeelen aan toonder, waaronder 625.000 a
pari tegen inbreng van concessies, en waarvan
2.870.000 sedert de oprichting ondershands by
derden op inschrijvingsvoorwaarden zün ge.
plaatst.
Alle volgestorte aandeelen zün in de jaren ±937
tot en met 1942 converteerbaar in aandeelen
Bandar Rubber Mij., volgens een vastgesteld
schema
De inschrijving kan geschieden tot den koers
van 105% op Vrijdag 4 Juni a.s.
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt
10.010.000.— en is verdeeld in f 10.000 Prer.
aandeelen op naam, nom. 250 waarvan by ae
oprichting geplaatst: 10.000 pref. aandeelen,
4.900.000 gew. aandeelen, die alle zijn volge.
stort; en 600.000 gew. aandeelen op naam,
waarop voorloopig 20% is gestort.
Zaterdagavond is door onbekende oorzaalc
brand ontstaan in een der stallen van de oer.
derij van den heer Timmerman te Merkelbeek,
In het opgeslagen hooi en stroo vond het vmjr
gretig voedsel. Het breidde zich dan ook zeer
snel uit.
Eenige stallen, de schuur en een groot ge.
deelte van het nog nieuwe woonhuis werdep
een prooi der vlammen. De plaatselijke brand,
weer wist uitbreiding te voorkomen.
Het vee kon worden gered.
De schade, welke enkele duizenden guldens
bedraagt, wordt door verzekering gedekt.
Te Geffen (N.-Br.) is Zondagmorgen de boer
derij met stalling en schuur van den land
bouwer P. van Dinter een prooi der vlammen
geworden. De vijf kinderen, die nog te bed la
gen, zijn met moeite gered. Eenige varkens en
kippen zijn om het leven gekomen. Oorzaak on
bekend. Schade wordt gedeeltelük door verze
kering gedekt.
Jü hebt gewonnen!
„Ik had juist de paarden verzorgd en de stal
deur gesloten."
„Hoe laat was dat?"
„De torenklok sloeg juist elf. Ik bleef staan
en telde de slagen."
„Was u alleen?"
„Ja."
,3ent u er zeker van, dat er geen mensch in
uw nabüheid was?"
„Volkomen zeker, dat niet. Maar als iemand
bij dit heldere maanlicht buiten geweest was,
dan had ik hem toch moeten zien."
„En u hoorde duidelük twee schoten?"
„Ja, eerst hoorde ik één schot."
„Kon u direct bepalen, uit welke richting
het schot kwam?"
„Uit de richting van het park."
„Wat deed u toen?"
„Ik schrok erg, maar toen ik wat bekomen
was, ben ik naar binnen geloopen, om Andresen,
den kok, te waarschuwen. Even nadat ik hem
geroepen had, hoorde ik het tweede schot."
„Hoeveel tüd lag er tusschen de beide
Schoten?"
„Slechts enkele seconden; misschien 'n halve
minuut."
„Hebt u nog eenig onderscheid opgemerkt
tusschen de beide schoten? Ik bedoel, klonk
het eene schot harder dan het andere?"
De knecht dacht een oogenblik na.
„Dat durf ik niet met zekerheid zeggen," zei
hü dan. „Ik heb daar niet zoo op gelet, maar
nu u 't mü vraagt, komt 't mü voor, dat het
eerste schot harder klonk dan het tweede. Het
scheen, alsof ik het laatste op een grooteren
afstand hoorde."
Nu mengde zich ook de dokter in het gesprek.
„Maar wat kunnen deze twee schoten toch te
beteekenen hebben?" vroeg hü. „Op het lük valt
slechts één wond te constateeren."
Bengt, die al dien tijd aan 't venster gestaan
had, als bestudeerde hü de maan, wendde zich
bij deze opmerking van den dokter plotseling
om.
„Het is toch een bekend feit, dat u, beste
dokter, toch ook diende te weten, n.l. dat 'n zelf
moordenaar vaak 'n soort proefschot in de
lucht lost, om daardoor z'n verwarde zinnen nog
meer in de war te brengen."
„Ja, daarvan zün inderdaad meerdere voor
beelden bekend," mompelde Krag.
„En bovendien is 't toch zeer goed aanne-
melük, dat mün arme vader zich eerst door de
slapen wilde schieten, maar dat hü echter
miste."
„Zooals u weet, miste hü zün doei anders
niet vaak," merkte Krag op.
„Op zulk een moment kan iemands hand wel
beven, zou ik denken, In ieder geval"--- Bengt
nam het pistool in de hand, dat op tafel lag
heeft hü de beide schoten gelost, allebei de
magazünen zün leeg."
„Dat heb ik al gezien," zei Krag, en dat
maakt juist 't raadsel nog gefieimzinniger."
Krag wendde zich weer tot den knecht.
„Wat deed u toen?" vroeg hü hem.
„Zoodra ik Andresen geroepen had, kwam hij
toegeloopen. Ik vertelde hem van de beide
schoten en tezamen gingen wij 't park in, nadat
Andresen het overige personeel met 'n paar
woorden ingelicht had."
„Hebt u "t lük spoedig gevonden?" vroeg Krag
aan den kok.
„Neen," antwoorde deze, „niet direct. Wij
hebben ongeveer tien minuten gezocht. Toen
zag ik iets donkers onder een boom, enkele pas
sen bezijden de laan en ik liep er heen. Het
was de patroon. Ik schudde hem heen en weer,
doch hü was dood. Hü heeft zich zelf gedood,
dacht ik, zoodra ik het pistool in zün hand
zag. Ik riep den stalknecht en nog enkele
anderen en gezamenlük brachten wü het lük
hierheen. Dat is alles, wat ik weet."
Asbjörn Krag dacht een oogenblik na, dan
vroeg hy:
„Heeft iemand van u meneer Aakerholm nog
gezien, nadat wij naar de stad gereden zün?"
„Ik ging direct naar mü'n kamer," zei de dok
ter, „en heb hem dus niet meer gezien. Maar
ik geloof, dat de oude heer naar bed gegaan is."
„Marianne heeft hem gezien," verklaarde de
kok.
„Wie is Marianne?yroeg Krag,
■Het kamermeisje,*'
„Laat haar komen."
Het volgende oogenblik trad Marianne bin
nen. Zij was een roodharig meisje, ongeveer
dertig jaar oud. Zij had tranen in de oogen.
„Zooals ik hoor, bent u 't, die meneer Aaker
holm het laatst gezien heeft," begon Krag.
„Ik heb hem nog gezien, vóór hij de deur
uitging," antwoordde zü. „Ik was in de huis
kamer."
„Heeft hij nog iets gezegd?"
„Hij vroeg, of de heeren werkelijk naar de
club gereden waren. Daarop antwoordde ik, dat
ik niet wist, waar de heeren heen waren, maar
dat u zoo juist met de groote slede vertrokken
was."
„Toen begon hij te zoeken."
„Ja, naar een boek."
Asbjörn Krag en de dokter wisselden snel
een blik.
„Vond hij 't boek?" vroeg de detective.
„Neen, en daarover was hij zeer uit zijn hu
meur. Hij bromde: „Een poosje geleden lag 't
nog hier. Is dan alles hier in huis behekst?"
vroeg hü- Hü zocht langer dan een kwartier,
maar vond het boek niet. Daarentegen...."
Bengt trad plotseling op haar toe.
„Wat zegt u?" riep hü uit. „Vond hü 't boek
niet?"
Maar dan scheen hü zich plotseling te be
denken en hü voegde er aanstonds op onver
schilligen toon aan toe:
„Nu ja, dat is ook van geen beteekenis. Ik
dacht eigenlijk aan heel iets anders."
Asbjörn Krag keek Bengt onderzoekend aan
en deze sloeg voor zün scherpen blik de oogen
neer.
Marianne ging verder:
„Daarentegen vond hü.... och
Zij begon weer te weenen en sidderde over
haar geheele lichaam.
„Wat vond hü?"
Het meisje wees op het pistool en stamelde
vol ontzetting en afschuw:
„Datdat daar."
„Het pistool dus."
„Ja."
„Ligt dat nog altijd hier?" vroeg hü en stak
het in den zak. „Toen ging hij."
„Door het park?"
Marianne begon onzeker te worden.
„Neen.... hü nam een anderen weg, door de
kleine laan."
„Vond u het niet merkwaardig, dat hü nog
zoo laat uitging?"
„Neen, dat vond ik heelemaal niet merk
waardig."
„Waarom niet?"
Er verliep meer dan een minuut, eer Marian
ne antwoordde. Dan zeide zü zacht en verlegen:
„Omdat hü door de kleine laan ging."
Nu mengde Bengt zich weer in het gesprek.
„Ik zie de noodzakelijkheid van zulk een
omstandig verhoor niet in," zeide hü, „het werkt
verontrustend en opwindend op het personeel
en ook op mü."
Asbjörn Krag nam niet de minste notitie van
hem en ging onverstoord verder met vragen
stellen.
„Naar.naar de Hjelms."
„Aha, nu begrüp ik 't dus naar de woning
van Aakerholm's bruid."
„Ja," antwoordde Marianne, „Mevrouw Hjelm
en haar moeder wonen hier vlak bü.''
„Goed. Ik dank u wel. Verder beh<^ 1 Wets
te weten."
Marianne, de kok en de kneel*' verlieten de
kamer. In de deur wierpen zü n°% een ®c.VUwen
blik op de sofa, waarop Aakerholm's hjk iag>
onder het witte laken.
Toen zij verdwenen waren, trad Krag op het
lük toe.
„Met uw toestemming," zeide hi) tot Bengt,
„zal ik de sleutels van uw vader nemen."
„Wat wilt u daarmee?"
„Wü hebben die allemaal noodig.
„Waaryoor?"
„Wel, we zullen de drie kamers eens gaan be
zichtigen."
„Getuigt dat wel van veel piéteit jegens den
afgestorvene?"
„WÜ moeten dat doen."
„Goed, laten wü t dan doen," antwoordde
Bengt onverschillig.
Krag nam de sleutels.
De dokter bewonderde de onverstoorbare
kalmte, waarmede zijn vriend te werk ging.
Nu was hü in zijn element, 'n werkje, dat hem
afging. Hü berekende en handelde, zonder de
minste moeite. Weliswaar was hü een beetje
bleek, doch geen enkele trek op 2yn versteend
gelaat verried onrust of onzekerheid. ZÜ» °°Sen
echter vonkelden en glinsterden als kattep-
oogen in het donker, «Wordt ve^Sd)