EEN NIEUWE FILM VAN WALTER RUTTMAN m Uw schitterende vacantiereis Voor Mannesmann HET PROCES AALDERS Lage Pensionprijzen Strijd en vrede Kerkelijk leven ZATERDAG 19 JUNI 193? V' Ontevredenheid over crisismaatregelen Jaarvergadering van pluimvee- broederijen en fokkerijen HOTEL UITSTEKENDE KEUKEN VRAAGT PROSPECTUS Prijsreducties Kurzaal, Pier en Buitenbaden. NIEUWE NEDERLANDSCHE ROOS De voorgeschiedenis van deze rechtszaak Hi* ZIEKTE VAN WEIL Elf-jarig meisje te Beverwijk aangetast Doodelijk arbeidsongeval Naar Frankfort, Weenen, Boeda pest en Praag Van 2 tot en met 11 Augustus Naar Frankfort Weenen, de schoone Het onvergelijkbare Boedapest Schilderachtig Praag Nieuwe kapel Canisius- college Plechtige consecratie door Mgr. Diepen BENOEMINGEN In het bisdom 's Bosch Meerstoel beschadigd 9 fTy'S gewekt. De machines, de vuren, de buizen dóen iets iVi deze film, spelen hun rol en zij doen het beter dan de filmsterren, om dat ze volledig gehoorzamen aan den opper- machtigen wil van den maker. En zoo heeft Walter Ruttmann weer een film toegevoegd aan de vele voortreffelijke, die hij reeds heeft vervaardigd. Men kan er hemzelf en de Mannesmannwerke geluk mee wenschen. Dbg. De naam Mannesmann, vollediger ge zegd Mannesmann Röhrenwerke, zal meer den zakenman dan den film liefhebber aanspreken. Deze laatste heeft dien naam ooit gelezen in de Duitsche trei nen, waar Mannesmann een opvallende re clame maakt, maar verder gaan zijn ken- Ms en zijn belangstelling niet. Dit zal voortaan anders zijn, want nie mand minder dan Walter Ruttmann heeft een documentaire gemaakt van de enorme Staalfabrieken, die door den naam Mannes mann worden vertegenwoordigd. Hij deed het in opdracht van de Ufa, voor welke maatschappij hij reeds menige z.g. Werbe- film heeft vervaardigd. Uitvoerig hebben wij destijds de prachtige films Stuttgart, Dues seldorf, Metall des Himmels, Schiff in Not besproken, alle films, die ook in ons land fouleeren in de programma's der Neder- landsche Ufa. Het lag wel voor de hand, dat de direc tie der Ufa, eenmaal 'n opdracht bezittende der Mannesmann-fabrieken, in de eerste Maats aan Walter Ruttman heeft gedacht, hetend, dat het resultaat, als steeds, ver assend zijn zou. Eenige maanden geleden is de film klaar bekomen en werd zij in de Duitsche Film- hurier met groote bewondering besproken, baarbij we hebben het toen gesigna leerd werd voornamelijk het camerawerk van Menzel geroemd, alsof hij het leeuwen aandeel in dit werk zou hebben gehad. Om trent Ruttmann werd slechts met een en- hel zinnetje beweerd, dat hij de magnifieke °Pnamen van den cameraman tot een ar tistiek geheel heeft vereenigd. Dat deze Uitspraak de volledige erkenning van Rutt- Mann's taak insloot, is den betreffenden Mcensent blijkbaar ontgaan en nu we de tilm hebben gezien, kunnen we bevestigen, ^at we destijds met stelligheid hebben ver- Moed: Ruttmann is niet alleen de ontwer per van deze filmcompositie, hij is niet aUeen de componist van het geheel, maar hij is bovendien de man, die iedere camera opstelling van Menzel heeft bepaald. Hij is °°k hier, zooals in al zijn films, de eenige Scheppende kracht geweest, voor wiens ver antwoording de geheele film komt. be film Mannesmann is een veertien honderd meter lange normaal-film en hPurt dus een klein uur. Een uurtje zit Men dus te kijken naar een documentaire Oiltn van een staalfabriek, waarin de film sterren verre zijn. Maar dit belet ons niet heze film hooger te waardeeren, dan we de Meeste zgn. speelfilms kunnen doen. Rutt- Mann boeit ook hier weer door zijn stroo- Mend rhythme, zijn frissche visie op zijn Miderwerp, zijn verrassende overgangen, die °t in de perfectie zijn doorgevoerd, zijn 8evoel voor variatie, dat op het juiste mo- Ment in werking treedt en de beelden af wisselt met een dialoog, een grafiek, een Pcht, een landschap, alles echter vol zin eP reden, passend in het geheel en het alge- hieene doel dienend. Hoe valt o.a. ook zijn speelsch gebruik van titels op, die in de Ctyeging zijn opgenomen als levende deelen ah een groot en levend totaal, tteeds de eerste inzet is treffend en ka- j^hteristiek voor Ruttmann's werkmethode. e camera zet zich in beweging in een rus- Uit de film Mannesmannwerke van Walter Ruttmann. Een shot uit de staalfabrieken vlot tempo. Zij zwaait door een fabriek, enkt langs eenige pilaren, die ineens 'Men zijn in een bosch; zij zwaait door, ho0l h^dert een monument, gewijd aan den 'chter der Mannesmann-fabrieken, om aarna haar vaart door de fabriek hernemen. Dit is typisch Ruttmann: ardig, aangenaam van beweging, ruste- e °s en toch rustig, beheerscht, levendig onderhoudend. En zoo volgt men gespan- P dezen arbeid, dit spel met vuur, gloei- staal, machtige machines, geraffineer- technieken, indringende voorbereidingen, Mldwijde vertakkingen, toepassingen der q^Miesmann-buizen in de electrische be- hVen, overal, waar de wonderen der staal- - rieken hun rol spelen in het groote be- ht der werkende menschheid. n proeft dit in een uiterst knap ge ijsbeerde scène in de kantoren der Man tJ^Mann Werke, waar flarden van diverse door elkaar zwieren, waar deuren w ^Waaien, telefoons rinkelen,'' menschen ^htoopen, en waar al deze accenten op :i;ir zijn afgestemd en de beweging die- ttQn' Ook hier blijft Ruttmann zichzelf M». ujj jnaakt film en niets dan film. ^Ptbsschen blijkt uit zijn jongste werk, Vigeer het verwijt onverdiend is, dat men Wel eens heeft gemaakt naar aanlei- s van Stuttgart en Duesseldorf, twee films, die bedoeld zijn als reclamefilms, propagandafilms voor deze steden en waar van men wel eens beweerd heeft, dat zij niet volledig genoeg een overzicht geven van de gebouwten en karakteristieke plekjes, die in beide steden te zien zijn. Documentaires in den gewonen zin, films dus, die een min of meer volledige verzameling opnamen geven uit de betreffende steden, kan men deze werken niet noemen. Zij zijn méér dan dat. Zij heffen een lied aan over Stuttgart en Duesseldorf om de schoonheid van deze steden en bepalen zich tot een beperkt aantal opnamen, die echter zoodanig tot een joyeus geheel vereenigd zijn en zoo geestdriftig voorbijstroomen, dat zij den toeschouwer iets van die geestdrift mede- deelen en bij hem reeds tevoren bewonde ring wekken voor wat hij te zien zal krij gen, als hij deze steden bezoekt. In de film der Mannesmannwerke houdt Ruttmann zich veel sterker aan zijn ma terie, en terecht. Hij heeft hier immers den toeschouwer een indruk te geven niet van de schoonheid der staalfabrieken, maar van de grootheid, de uitgebreidheid, de univer saliteit, de kracht, de wereldomvattend heid van dezen arbeid en tevens van de technische procédé's, die deze arbeid onder gaat. De film moest dus min of meer een leerfilm worden en nu is het een genot te zien, hoe hij het heldere betoog, den duide- lijken uitleg weet te vermengen met het ly rische element, dat uit al zijn films naar boven welt, en evenzeer met de dramati sche allure, die hij aan zijn objecten ver leent. De materie wordt door Ruttmann niet aan een beschouwing onderworpen, doch losgemaakt van den grond en tot leven Donderdag hield de „vereeniging van broede- rijen en pluimveefokbedrijven in Nederland" te Amersfoort haar voorjaarsvergadering. Als voornaamste punt der agenda werd de meeste aandacht besteed aan de teeltregeling voor de pluimveehouderij. De vraag, of een re geling noodig was, werd bevestigend beantwoord. Echter bleek men allerminst met de ge troffen regeling ingenomen te zijn. Integen- deel werd door tal van voorbeelden uit de practijk aangetoond, dat deze regeling vol komen foutief is, daar zij niet alleen het door de regeering gestelde doel, te weten een verbetering van onzen pluimveestapel, niet bevordert, doch dezen zelfs achteruit brengt, daar de vitaliteit der hoenders een dalende lijn gaat aantoonen. Wel tracht men zich hierbij te verschuilen achter de opmerking, dat alle begin moeilijk is, doch hier werd tegen aangevoerd, dat de talrijke mislukkingen, welke zich ook dit seizoen weer zijn gaan voordoen, niet anders zijn dan de con sequenties van het toegepast stelsel, waartegen tijdig was gewaarschuwd, welke waarschuwingen men echter in den wind had geslagen, met alle gevolgen aan dien verbonden. Een regeling werd bepleit, waarbij het stelsel van fokker-vermeerderaar-kuikenbroeder-pluim- veehouder werd gehandhaafd, welk systeem trouwens ook reeds bestond vóór de teeltrege ling haar intrede deed. Echter behoorden de fokbedrijven aan geheel andere eischen te vol doen dan thans het geval is, waarvoor naar 't in Denemarken toegepaste stelsel werd verwe zen. De vermeerderingsbedrijven behoorden het hennenmateriaal te hebben, dat zij voor hun bedrijven als het beste hadden leeren kennen, terwijl zij de hanen van de erkende fokbedrijven hadden te betrekken. Door dit stelsel toe te pas sen zou er een zeer groote vraag naar het ma teriaal der vermeerderingsbedrijven komen en kon derhalve de controle op een verplichten inleg van deze bedrijven gevoeglijk verdwijnen. Ook werd er op gewezen, dat men voor de leg- sters der bruinschalige eieren het voorgeschre ven stelsel reeds had moeten los laten, hetgeen een waarschuwing ook voor de andere rassen behoorde te zijn. Tenslotte werd het scherp ver oordeeld, dat men een verzoek om procentische verhooging der uitgereikte broedvergunningen, gezien de zeer groote kuikenvraag in het sei zoen, had afgewezen, doch dat tegelijk op een veel ruimere schaal frauduleus werd gebroed en er bovendien zeer groote aantallen kuikens er hennen uit België ons land werden binnen gesmokkeld. De vergadering kon zich unaniem met het door het bestuur gevoerde beleid vereenigen en gaf de opdracht, de gevoerde actie voor een betere regeling met alle geoorloofde middelen voort te zetten. De firma Van Rossem N.V. te Naarden ont ving van den prefect van de Seine te Parijs bericht, dat aan de zaailing roos Prins Bern- hard, welke in de kweekerijen dezer firma te Naarden werd gewonnen, de hoogste onder scheiding, n.l. de gouden medaille, is verleend bij het concours de bagatelle, dat 16 dezer is gehouden. Voor dit concours worden alle belangrijke nieuwe rozen van de geheele wereld gedurende twee jaren beoordeeld door een internationale jury, waarin bekende rozenkweekers uit alle werelddeelen zitting hebben. Een redacteur van „Tubantia" is in Essen geweest, waar voor het Duitsche Volksgerecht, dat daarvoor speciaal uit Berlijn is gekomen, de behandeling is begonnen van het proces tegen den Nederlandschen reserve-vliegenier G. Aal- ders, wien hoogverraad wordt ten laste gelegd. Aan zijn schrijven ontleenen we het volgende: Wij hebben later nog getracht van de advo caten tijdens een pauze iets te weten te ko men. De raadslieden van de verdachten wilden diverse bijzonderheden van ons hooren, maar toen de rechters naar buiten kwamen, zwegen ze plotseling en ze maakten toen in hun indruk wekkende toga's een vreemden indruk. I Ook van die zijde kan men niets vernemen, terwijl het verhoor der getuigen dusdanig is geregeld, dat het uitermate moeilijk is hen te spreken te krijgen. Desondanks zijn ons toch verschillende bijzonderheden bekend geworden, waaruit we den stelligen indruk hebben gekre gen, dat onze landgenoot alle reden heeft vol goeden moed te zijn. Hij is geenszins hoofdver dachte in deze zaak, waarin hij slechts een zeer ondergeschikte rol schijnt te vervullen. De re den van zijn langdurig voorarrest moet men zoeken in het feit, dat men Aalders in dit pro ces absoluut noodig heeft. Het heeft 21 maan den geduurd voor men met de behandeling kon beginnen, hetgeen een gevolg is van het feit, dat het aantal verdachten aanvankelijk een kleine tachtig heeft bedragen. Tenslotte zijn er elf overgebleven, maar voor het zoover was, zijn er uit den aard der zaak vele maanden voorbijgegaan. Ook de verdediger van Aalders, dr. Lenz uit Berlijn, die ons evenmin iets wilde mededeelen, was zeer optimistisch gestemd. Hij was van oor deel, dat het geenszins is uitgesloten, dat Aal ders een straf krijgt, welke niet veel meer dan het voorarrest zal bedragen. Hij heeft, naar wij voorts vernamen, bekend geld naar Duitschland te hebben gebracht, maar hij deelde uitdrukkelijk mede, dat hij niet wist voor wien dat geld bestemd was. Aal ders heeft verklaard, dat hij op verzoek van zijn verloofde zich bereid heeft verklaard een som gelds aan een persoon over te brengen, die zich te Berlijn zou bevinden. Het was Aalders bekend, dat zijn later overleden verloofde com munistische neigingen had en dat zij geregeld in contact stond met communistische kringen. Aalders aanvaardde begin 1935 een betrekking bij een firma te Amsterdam, waarvoor hij ook een zakenreis naar Berlijn maakte. Hij heeft zich toen, zij het aarzelend, op verzoek van zijn verloofde, belast met het overbrengen van een som gelds, die hij in Berlijn zou afgeven aan iemand, die zich op een bepaald druk punt zou bevinden en die kenbaar zou zijn aan een bloem in het knoopsgat, terwijl hij tevens een sigaar zou rooken. Aalders is toen naar Berlijn ge gaan, waar hij in een hotel een vergadering heeft bijgewoond, waar personen bijeen waren, die het niet in alle opzichten eens waren met het huidige regiem in Duitschland. Aalders had daarvan gehoord en daar hij steeds dweepte met bijzondere dingen, was hij er heen ge gaan. Op het afgesproken uur was er echter geen man met een bloem en een sigaar te vin den en noodgedwongen nam hij toen het geld weer mee. Hij gaf het in Münster aan zijn van niets wetenden oom, waarna hij naar Holland terugging. Nu was er op de vergadering te Berlijn een verrader, die alles aan de Gestapo overbriefde en die ook vertelde, dat er een Nederlander was geweest. Men ging toen alles nauwkeurig na en men kwam toen tot de conclusie, dat het Aalders moest zijn geweest, die vermoedelijk van zijn verloofde van die bijeenkomst had ge hoord. Inmiddels stierf de verloofde van A. Korten tijd later kreeg hij een verzoek het geld, dat zich nog steeds bij zijn oom te Münster bevond, aan een jongen Duitscher te overhandigen in het hotel „Komödienhof" te Keulen. Daar Aal ders opnieuw voor zaken naar Duitschland ging, heeft hij enkele weken later aan dat ver zoek voldaan. Hij verzocht toen aan een ande ren Duitscher, Böckling geheeten, een voorstan der van den Jungnationalen Bund, een rechts- radicale organisatie, hem in Keulen te wach ten, daar deze Böckling een zaak met een auto voor hem zou regelen. „Ik ben", zei Aalders, „bang, dat ik de deviezenvoorschriften over treed. Tref ik weer niemand, dan geef ik u het gqld mee." Aalders' van niets wetende oom reisde met hem mee naar Keulen, waar hij inderdaad in „Komödiënhof" het geld afgaf. Korten tijd la ter werd hij echter gearresteerd, tegelijk met Böckling en zijn oom, welke laatste spoedig weer op vrije voeten werd gesteld. Voorts wordt hem, zooals wij vroeger reeds Vrijdagmiddag bracht Z. H. Exc. Mgr. P. Giobbe een bezoek aan het Museum voor nieuwe Religieuze Kunst te Utrecht. Jan Eloy Brom, conservator van het museum, in gesprek met den Pauselijken gezant meldden, spionnage ten laste gelegd. Maar deze aanklacht is niet van ernstigen aard, daar men het een zeer verzachtende omstandigheid vindt, dat hij dit, zonder opzettelijk de gegevens te hebben willen verzamelen, toevalligerwijs heeft gedaan. Hij had van leden van den reeds eer der genoemden Jung-nationalen Bund, een rechts radicale, maar anti-nat. socialistische or ganisatie, die hem voor verschillende plannen wilden winnen, enkele dingen gehoord van het Duitsche leger. Die leden van den Jungnationa len Bund waren ook verbitterd op het huidige regime en daartoe zochten zij connectie met andere uitgeweken Duitschers, waardoor zij ook met communisten in contact zijn gekomen Om dien Jungnationalen Bund draait in fei te het geheele proces, hoewel duidelijk is ge bleken, dat de som gelds niet voor dezen Bund was bestemd. Aalders had zij het onopzette lijk door zijn verloofde zoowel connecties met leden -van links- als van rechts radicale groe pen. De bedoeling van dit proces schijnt te zijn om den Jungnationalen Bund voorgoed onscha delijk te maken. Verschillende vooraanstaande leden van dezen Bond worden thans van spion nage, van hoogverraad beschuldigd. Van officieele zijde wordt ons verzocht het volgende te publiceeren: Te Beverwijk is een geval van de ziekte van Weil geconstateerd. Voor zoover is na te gaan moet vermoedelijk de oorzaak worden gezocht in het zwemmen in de z.g. fortgrachten, die door ratten schijnen te zijn besmet. Ter voor koming van uitbreiding der ziekte wordt ernstig in overweging gegeven zich behoudens in zee, van baden of zwemmen buiten inrichtingen, die voldoende tegen besmetting zijn beveiligd, te onthouden. Naar wij vernemen is de ziekte geconstateerd bij een elfjarig meisje, wonende aan de Haven straat te Beverwijk.'Het meisje had gebruik ge maakt van de zweminrichting gelegen aan de z.g. vuurlijn, onder Heemskerk. Het bestuur van deze inrichting heeft het zwembad inmiddels gesloten en laat het water scheikundig onderzoeken, teneinde te kunnen vaststellen of het water inderdaad besmet is. Bij den aanvang van het zwemseizoen is het water, zooals te doen gebruikelijk is, onder zocht: de resultaten waren toen bevredigend. Intusschen liet de toestand van het meisje zich gisteren gunstig aanzien. Vanmorgen is de 32-jarige P. van Kooten, wonende te Woerden, die werkzaamheden ver richtte aan den Rijksweg nr. 12, door een zand- trein gegrepen en op slag gedood. Het lijk is naar Woerden overgebracht. De man was gehuwd en vader van drie kin deren. De reis die onzen lezers door vier landen van het schoonste deel van Europa als unieke vacantiegelegen- heid wordt aangeboden tegen den ongekend lagen prijs van f 1 10 plus f 3 administratiegeld, belooft van 2 tot en met 1 1 Augustus een reis vol schoonheid en afwisseling van allerlei genoegens te worden. Een volledig programma vond men reeds in de advertentiekolommen van ons Zater dagavondnummer verleden week en een geïllustreerd programma is alsnog te verkrijgen aan ons Amsterdamsch bureau der Vereenigde Katholieke Pers, 't Kasteel van Aemstel, N. Z. Voorburgwal 65-73, Amsterdam, telefoon 46878. Een tocht van verrukkelijk natuurgenot en stedeschoon! Door de regeling is ieder in staat geheel vrij te zijn van alle beslommeringen van 't reizen en allen beschikbaren tijd te wijden aan het wer kelijk doel van de reis: verstrooiing te vinden van de dagelij ksche sleur en zorgen, nieuwe er varingen op te doen, kennis te maken met an dere volken en toestanden en te genieten van wat de te bezoeken streken en steden bieden aan indrukwekkende natuur, architectuur en andere uitingen van kunst. Bij deze gezelschapsreis in katholiek verband worden teleurstellingen, dién de alleenreizende toerist zoo vaak het hcofd moet bieden, of extra kosten, vermeden. Na aan Keulen onzen eersten reisgroet te hebben gebracht, is het eerste reis doel de kunsthistorische stad Frankfort, de in teressante oude aan historie rijke stede met den vermaarden Römersberg. Verleden en heden zijn op een wonderlijke wijze in deze belang rijke stad samen gegroeid. Ons oponthoud geeft ons gelegenheid met het karakter dezer zeer merkwaardige stad, met haar ligging en gebou wen kennis te maken. Kent ge het aardige blij spel der Vijf Frankforters, waarin Saalborn zoo geestig speelde? Ze zijn hier vandaan! Onder de Duitsche cultuursteden neemt Frankfort een eerste plaats in. Van Frankfort naar Weenen. Enkele bevoorrechten hebben deze week op „Nijenrode" van de Weensche Heurigenstem- ming kunnen genieten tegen een entree van honderd gulden. Voor ongeveer dezelfde som zullen onze lezers niet alleen een werkelijken Heurigenavond in Grinzing meemaken, maar bovendien een reis door vier landen onderne men met bezoek aan Praag, Weenen, Boedapest en Frankfort. Weenen is de stad onzer droomen, de stad der muziek. In Weenen toeven heet een stukje van den hemel zien. In Weenen leeren wij de gemoedelijke, blijde Oostenrijksche geaardheid waardeeren en we bewonderen er de grootsche kunstuitingen van het menschelijke genie. Het oude keizerlijke paleis is een sprookje van macht en vergane grootheid, de Stephansdom spreekt ons van de katholieke levensgedachte, die niet sterven kan. Het Prater lacht ons toe in zijn vermakelijkheden en Grinzing doet ons droomen van melancholische romantiek. „Wien, Wien o du allein!" zingen we allemaal als een smachtende herinnering, wanneer we deze meest charmante der Eüropeesche hoofdsteden hebben bezocht. We bezoeken Schönbrunn, de zomerresidentie der vroegere keizers, we bewon deren de kunstschatten in het Kunsthistorisch Museum, we dalen in den keizerlijken grafkel der der Capucijner-monniken af, we aanschou wen het Stadhuis, gaan naar Koblenz en Kablenberg en besluiten onzen rit over de nieuw aangelegde Höhenstrasse met een avond van lied en jftlijt in Grinzing met den Heuri- gen. Dan langs den veel bezongen blauwen Donau. Met de speciaal afgehuurde „Koningin Eliza beth" der Ungarische Dampfbchiffahrtsgesell- schaft varen wij op deze meest gekende rivier langs wondere natuurmonumenten en grootsche historische relieken naar de hoofd stad van Hongarije, naar Boedapest. We komen daar in den avond aan, als de lichten zijn ont stoken, de schijnwerpers de monumentale ge bouwen aan weerszijde der rivier verlichten en het sprookje Boedapest zich aan ons open baart als een lichtstad der legenden, ineens tot werkelijkheid geworden. De Keizerlijke Burcht, de oude Kroningskerk, de Fischerbastei, het Parlementsgebouw, de Regeeringspaleizen ze glanzen in den glans van 'n grandioze kunst verlichting en de dankbare Hongaarsche pleeg- kinders wachten ons alreeds aan den steiger op Heerlijke dagen zullen de dagen te Boedapest zijn, want we leeren er kennen de hartelijkheid en dankbaarheid van een ons na-staand volk voor de Nederlandsche kinderverzorging we zullen er leeren kennen een stad die in de laat ste halve eeuw tot een wereldstad geworden is. Het lezen van het reisprogramma is reeds een genieten op zich zelf. Op uitnoodiging van het Hongaarsche Ministerie van Landbouw zal ook een bezoek gebracht worden aan de belangwek kende Staatskellerei te Budafok, waar de Hon gaarsche wijnen ter keuring worden aange boden. De wondere gezongen Hoogmis wordt in de Kroningskerk Zondag bijgewoond en 's Maan dags reist ons gezelschap af naar Praag, de hoofdstad van Tsjecho Slowakije. Praag is een pittoreske stad van bijzonder schilderachtig silhouet met haar mooie torens, haar groote bouwwerken, gebouwen, hare kost bare kunstschatten. Praag is weer een zoo ge heel andere stad dan Weenen en Boedapest. Praag heeft een geheel eigen wezen, een geheel eigen karakter. Een interessante tocht door de stad zal u dit leeren. 's Anderen daags gaan we het Ghetto doorwandelen en bezoeken vele be zienswaardigheden. Des avonds vertrekken we over Erfurt, Kassei en Duisburg naar Arnhem. Indien hiervoor vol doende bestellingen zijn ontvangen, wordt een extra slaapwagen op het grensstation Boden- bach aan den extratrein gekoppeld. Deze wagen zal tot Duisburg medereizen. Woensdag 11 Augustus komt het reisgezelschap te Arnhem aan. De prijs van f110 omvat Ille klasse extra- trein van Arnhem tot Arnhem, tocht op den Donau in luxe stoomboot, logies in uitnemende groote hotels met volledig pension van drie maaltijden daags, autobussen enz. enz. In het algemeen wordt in 2-persoons kamers gelo geerd. Wil men gedurende de geheele reis een één-persoonskamer bespreken, dan moet hier voor f 9 extra worden betaald. Men kan ook in den trein lie kl. reizen tegen bijbetaling van f 19.50. De prijs voor den specialen slaapwagen is f8 derde en f 12 tweede klasse. Bij de reis zal van een verzamelpaspoort wor den gebruik gemaakt, zoodat de afzonderlijke deelnemers niet voor een visum behoeven te zorgen. Deze wondere vacantiereis is uitgeschreven door het Hongaarsche Bureau Neue Genera tion te Boedapest, welke de technische verzor ging op zich nam. Ze geeft een zeldzame gele genheid voor de pleegouders van Duitsche, Oostenrijksche of Hongaarsche kinderen deze nog eens terug te zien. In samenwerking met de Ned. Reisvereeniging voor katholieken, wordt voor de katholieke deelnemers gezorgd, dat in katholiek verband wordt gereisd en het reisprogramma daarop geheel berekend is. De hoofdleiding is wederom evenals bij vroegere reizen, in handen der Ver eenigde Katholieke Pers. Aanmeldingen worden tot 15 Juli aange nomen, volgens volgorde van inkomen der aanvragen, aan het bureau der Vereenigde Katholieke Pers, N. Z. Voorburgwal 65-73, te Amsterdam, telef. 46878 onder storting van de reissom. In een beschouwinkje over de sluitingszit ting der Staten-Generaal op 5 Juni schreef de Nwe. Rott. Crt.: „Waren vóór de aankomst van den minister reeds handdrukken gegeven en ontvangen, daarna werd nog menig hartelijk woord tus- schen politieke tegenstanders gewisseld. In onze Volksvertegenwoordiging houdt de collegialiteit niet bij de partijgrenzen op." Zóó is het inderdaad, en het is een weldaad voor ons land. Het bewijst bovendien, dat het partijwezen, het bestaan van partijen, geenszins uit den booze behoeft te zijn, en dat ook een diepgaand verschil van overtuiging geen beletsel beteekent voor gevoelens van collegialiteit en zelfs van vriendschap. Is dit reeds zoo in de verhouding tusschen de partijen, hoeveel te minder mag dan, bij mee- ningsverschil, sprake zijn van verwijdering, van afkeer en vijandschap in den eigen kring van geestverwanten. Principieele grenslijnen kunnen daar niet be staan. Over de beginselen is men het eens. Hoogstens kan de strijd dus loopen over de toepassing der beginselen. En ook dit blijkt lang niet altijd het geval te wezen. Wat dan nog overblijft is inderdaad van te geringe beteekenis, om verdeeldheid, en daar mee verbrokkeling en vermindering van krach ten, te motiveeren. A fortiori geldt dit voor de katholieken, die eenzelfde geloof belijden, dezelfde groote waar heden hebben te verdedigen, dezelfde gemeen schappelijke belangen hebben te dienen. Moge, voor zoover zij dit nog niet is, de een heid onder ons volkomen worden, óók in het staatkundige. Laat men een streep zetten achter oneenig- heden, verdeeldheden, bittere woorden, heftige polemieken, dikwerf uit misverstand geboren. Niet napleiten en niet nakaarten. Geen ver wijten en geen verkettering vooral. Aan Talleyrand wordt het woord toegeschre ven: „Ik vergeet niets en ik vergeef niets." Het was een cynisch, een heidensch woord, en voor den man is het te hopen, dat het hem ten onrechte wordt aangewreven, dat hij er althans niet naar gehandeld heeft. Want ook in de politiek, hetzij de hooge, hetzij de alledaagsche, is vergeten en vergeven christenplicht. Mits het vergeven geschiede zonder eigen ge rechtigheid en met erkenning van de fouten, die men zelf beging; en het vergeten beteekent, dat elk gevoel van rancune, elk verlangen naar „verhaal" is weggevaagd. P. S. De tegenwoordige kapel van het St. Canisius- college te Nijmegen was te klein geworden in verband met het voortdurend groeiend aantal leerlingen. Er is dan ook een nieuwe gebouwd naar het ontwerp van den bekenden architect Kropholler. De kapel bevat een marmeren hoofdaltaar en twee zij-altaren in 4e crypte zijn zeven kleine altaren geplaatst. Hedenmorgen werd de nieuwe kapel plechtig geconsacreerd door Z. H. Exc. Mgr. Diepen, die Vrijdagavond door de paters en leerlingen reeds officieel verwelkomd was in het bijzonder door pater rector Vincent van Spaendonck S.J. Tijdens de plechtige consecratie werd Mgr. geassisteerd door den zeereerw. pater V. van Spaendonck S. J. als diaconus ecclesiae, P. J. Bak S. J., diaconus consecrationis, P. H. v. d. Hulst S. J. als sub-diaconus consecrationis, ter wijl de lagere functies werden vervuld door de verschillende paters leeraren. Omstreeks elf uur celebreerde Mgr. een plech tige Hoogmis. De hoogeerw. pater V. Esser, pro vinciaal der paters Jezuieten, fungeerde als dia conus troni, de zeereerw. pater H. van Dinter S.J., J. Niel S.J. als diaconus missae, en de zeereerw. pater Bos S. J. als subdiaconus meerdere paters leeraren vervulden de andere functies. De leerlingen van het college onder leiding van Pater Jos. Smits van Waesberghe, zongen de Missa in G. van G. B. Casals. De plechtigheid werd buiten de leerlingen o.m. bijgewoond door de oud-rectoren van het St. Canisiuscollege, de eerw. Paters A. Bergé, H. Keizers, aoor Prof. Dr. A. Slijpen, door rector E. Schroeder van de St. Josephkérk, door Pas toor G. W. van der Heyden van de St. Step- hanuskerk, door den hoogeerw. heer deken van Nijmegen J. L. van Mulukom, door Mgr. P. Sweere, regent van IJpelaar, door den archi tect A. J. Kropholler, de aannemers van Heese- wijk uit Best, een deputatie van oud-leerlingen, waaronder Mr. C. Prinzen, secretaris van het Curatorium der R. K. Universiteit. Na de kerkelijke plechtigheid werd er een reünie gehouden. Z. H. Exc. de Bisschop van 's-Hertogenbosch heeft, naar St. Janski. meldt, benoemd: tot Pastoor te Tilburg (Heike) den zeereerw. heer H. B. J. M. van Dun, met toekenning van gelijktijdig eervol ontslag als Pastoor der paro chie „Gasthuisstraat" te Tilburg; tot pastoor te Tilburg (Gasthuisstraat) den weleerw. heer J. H. A. Zijlmans, Kapelaan te Tilburg (Goir- ke)tot Pastoor te Geldrop (H. Brigida) den zeereerw. heer A. A. M. van Macklenbergh, met toekenning van gelijktijdig eervol ontslag als Pastoor te Zevenbergschen-Hoek en tot Pastoor te Zevenbergschen-Hoek den weleerw. heer J. J. C. A. Bijnen, Kapelaan te 's-Herto- genbosch (St. Jacob). Bij het manoeuvreeren in het buiten toelei- cingskanaal van de Zuidersluis te IJmuiden, is Vrijdagavond de nieuwe mijnenveger „Pieter de Bitter" tegen een meerstoel gevaren. Een door den duiker van den rijkswaterstaat ingesteld onderzoek heeft uitgewezen, dat de meerstoel ernstig beschadigd is. De .Pieter de Bitter' bekwam schade aan den voorsteven.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 9