EEN NIEUWE FILM VAN
WALTER RUTTMAN
m
Uw schitterende
vacantiereis
Voor Mannesmann
HET PROCES AALDERS
Lage Pensionprijzen
Strijd en vrede
Kerkelijk leven
ZATERDAG 19 JUNI 193?
V'
Ontevredenheid over
crisismaatregelen
Jaarvergadering van pluimvee-
broederijen en fokkerijen
HOTEL
UITSTEKENDE KEUKEN
VRAAGT PROSPECTUS
Prijsreducties Kurzaal, Pier en
Buitenbaden.
NIEUWE NEDERLANDSCHE
ROOS
De voorgeschiedenis van deze
rechtszaak
Hi*
ZIEKTE VAN WEIL
Elf-jarig meisje te Beverwijk
aangetast
Doodelijk arbeidsongeval
Naar Frankfort, Weenen, Boeda
pest en Praag
Van 2 tot en met
11 Augustus
Naar Frankfort
Weenen, de schoone
Het onvergelijkbare
Boedapest
Schilderachtig Praag
Nieuwe kapel Canisius-
college
Plechtige consecratie door
Mgr. Diepen
BENOEMINGEN
In het bisdom 's Bosch
Meerstoel beschadigd
9
fTy'S
gewekt. De machines, de vuren, de buizen
dóen iets iVi deze film, spelen hun rol en
zij doen het beter dan de filmsterren, om
dat ze volledig gehoorzamen aan den opper-
machtigen wil van den maker.
En zoo heeft Walter Ruttmann weer een
film toegevoegd aan de vele voortreffelijke,
die hij reeds heeft vervaardigd. Men kan er
hemzelf en de Mannesmannwerke geluk
mee wenschen. Dbg.
De naam Mannesmann, vollediger ge
zegd Mannesmann Röhrenwerke, zal
meer den zakenman dan den film
liefhebber aanspreken. Deze laatste heeft
dien naam ooit gelezen in de Duitsche trei
nen, waar Mannesmann een opvallende re
clame maakt, maar verder gaan zijn ken-
Ms en zijn belangstelling niet.
Dit zal voortaan anders zijn, want nie
mand minder dan Walter Ruttmann heeft
een documentaire gemaakt van de enorme
Staalfabrieken, die door den naam Mannes
mann worden vertegenwoordigd. Hij deed
het in opdracht van de Ufa, voor welke
maatschappij hij reeds menige z.g. Werbe-
film heeft vervaardigd. Uitvoerig hebben wij
destijds de prachtige films Stuttgart, Dues
seldorf, Metall des Himmels, Schiff in Not
besproken, alle films, die ook in ons land
fouleeren in de programma's der Neder-
landsche Ufa.
Het lag wel voor de hand, dat de direc
tie der Ufa, eenmaal 'n opdracht bezittende
der Mannesmann-fabrieken, in de eerste
Maats aan Walter Ruttman heeft gedacht,
hetend, dat het resultaat, als steeds, ver
assend zijn zou.
Eenige maanden geleden is de film klaar
bekomen en werd zij in de Duitsche Film-
hurier met groote bewondering besproken,
baarbij we hebben het toen gesigna
leerd werd voornamelijk het camerawerk
van Menzel geroemd, alsof hij het leeuwen
aandeel in dit werk zou hebben gehad. Om
trent Ruttmann werd slechts met een en-
hel zinnetje beweerd, dat hij de magnifieke
°Pnamen van den cameraman tot een ar
tistiek geheel heeft vereenigd. Dat deze
Uitspraak de volledige erkenning van Rutt-
Mann's taak insloot, is den betreffenden
Mcensent blijkbaar ontgaan en nu we de
tilm hebben gezien, kunnen we bevestigen,
^at we destijds met stelligheid hebben ver-
Moed: Ruttmann is niet alleen de ontwer
per van deze filmcompositie, hij is niet
aUeen de componist van het geheel, maar
hij is bovendien de man, die iedere camera
opstelling van Menzel heeft bepaald. Hij is
°°k hier, zooals in al zijn films, de eenige
Scheppende kracht geweest, voor wiens ver
antwoording de geheele film komt.
be film Mannesmann is een veertien
honderd meter lange normaal-film en
hPurt dus een klein uur. Een uurtje zit
Men dus te kijken naar een documentaire
Oiltn van een staalfabriek, waarin de film
sterren verre zijn. Maar dit belet ons niet
heze film hooger te waardeeren, dan we de
Meeste zgn. speelfilms kunnen doen. Rutt-
Mann boeit ook hier weer door zijn stroo-
Mend rhythme, zijn frissche visie op zijn
Miderwerp, zijn verrassende overgangen, die
°t in de perfectie zijn doorgevoerd, zijn
8evoel voor variatie, dat op het juiste mo-
Ment in werking treedt en de beelden af
wisselt met een dialoog, een grafiek, een
Pcht, een landschap, alles echter vol zin
eP reden, passend in het geheel en het alge-
hieene doel dienend. Hoe valt o.a. ook zijn
speelsch gebruik van titels op, die in de
Ctyeging zijn opgenomen als levende deelen
ah een groot en levend totaal,
tteeds de eerste inzet is treffend en ka-
j^hteristiek voor Ruttmann's werkmethode.
e camera zet zich in beweging in een rus-
Uit de film Mannesmannwerke van
Walter Ruttmann. Een shot uit de
staalfabrieken
vlot tempo. Zij zwaait door een fabriek,
enkt langs eenige pilaren, die ineens
'Men zijn in een bosch; zij zwaait door,
ho0l
h^dert een monument, gewijd aan den
'chter der Mannesmann-fabrieken, om
aarna haar vaart door de fabriek
hernemen. Dit is typisch Ruttmann:
ardig, aangenaam van beweging, ruste-
e °s en toch rustig, beheerscht, levendig
onderhoudend. En zoo volgt men gespan-
P dezen arbeid, dit spel met vuur, gloei-
staal, machtige machines, geraffineer-
technieken, indringende voorbereidingen,
Mldwijde vertakkingen, toepassingen der
q^Miesmann-buizen in de electrische be-
hVen, overal, waar de wonderen der staal-
- rieken hun rol spelen in het groote be-
ht der werkende menschheid.
n proeft dit in een uiterst knap ge
ijsbeerde scène in de kantoren der Man
tJ^Mann Werke, waar flarden van diverse
door elkaar zwieren, waar deuren
w ^Waaien, telefoons rinkelen,'' menschen
^htoopen, en waar al deze accenten op
:i;ir zijn afgestemd en de beweging die-
ttQn' Ook hier blijft Ruttmann zichzelf
M». ujj jnaakt film en niets dan film.
^Ptbsschen blijkt uit zijn jongste werk,
Vigeer het verwijt onverdiend is, dat men
Wel eens heeft gemaakt naar aanlei-
s van Stuttgart en Duesseldorf, twee
films, die bedoeld zijn als reclamefilms,
propagandafilms voor deze steden en waar
van men wel eens beweerd heeft, dat zij
niet volledig genoeg een overzicht geven van
de gebouwten en karakteristieke plekjes, die
in beide steden te zien zijn. Documentaires
in den gewonen zin, films dus, die een min
of meer volledige verzameling opnamen
geven uit de betreffende steden, kan men
deze werken niet noemen. Zij zijn méér dan
dat. Zij heffen een lied aan over Stuttgart
en Duesseldorf om de schoonheid van deze
steden en bepalen zich tot een beperkt
aantal opnamen, die echter zoodanig tot
een joyeus geheel vereenigd zijn en zoo
geestdriftig voorbijstroomen, dat zij den
toeschouwer iets van die geestdrift mede-
deelen en bij hem reeds tevoren bewonde
ring wekken voor wat hij te zien zal krij
gen, als hij deze steden bezoekt.
In de film der Mannesmannwerke houdt
Ruttmann zich veel sterker aan zijn ma
terie, en terecht. Hij heeft hier immers den
toeschouwer een indruk te geven niet van
de schoonheid der staalfabrieken, maar van
de grootheid, de uitgebreidheid, de univer
saliteit, de kracht, de wereldomvattend
heid van dezen arbeid en tevens van de
technische procédé's, die deze arbeid onder
gaat. De film moest dus min of meer een
leerfilm worden en nu is het een genot te
zien, hoe hij het heldere betoog, den duide-
lijken uitleg weet te vermengen met het ly
rische element, dat uit al zijn films naar
boven welt, en evenzeer met de dramati
sche allure, die hij aan zijn objecten ver
leent. De materie wordt door Ruttmann
niet aan een beschouwing onderworpen,
doch losgemaakt van den grond en tot leven
Donderdag hield de „vereeniging van broede-
rijen en pluimveefokbedrijven in Nederland"
te Amersfoort haar voorjaarsvergadering.
Als voornaamste punt der agenda werd de
meeste aandacht besteed aan de teeltregeling
voor de pluimveehouderij. De vraag, of een re
geling noodig was, werd bevestigend beantwoord.
Echter bleek men allerminst met de ge
troffen regeling ingenomen te zijn. Integen-
deel werd door tal van voorbeelden uit de
practijk aangetoond, dat deze regeling vol
komen foutief is, daar zij niet alleen het
door de regeering gestelde doel, te weten
een verbetering van onzen pluimveestapel,
niet bevordert, doch dezen zelfs achteruit
brengt, daar de vitaliteit der hoenders een
dalende lijn gaat aantoonen.
Wel tracht men zich hierbij te verschuilen
achter de opmerking, dat alle begin moeilijk is,
doch hier werd tegen aangevoerd, dat de talrijke
mislukkingen, welke zich ook dit seizoen weer
zijn gaan voordoen, niet anders zijn dan de con
sequenties van het toegepast stelsel, waartegen
tijdig was gewaarschuwd, welke waarschuwingen
men echter in den wind had geslagen, met alle
gevolgen aan dien verbonden.
Een regeling werd bepleit, waarbij het stelsel
van fokker-vermeerderaar-kuikenbroeder-pluim-
veehouder werd gehandhaafd, welk systeem
trouwens ook reeds bestond vóór de teeltrege
ling haar intrede deed. Echter behoorden de
fokbedrijven aan geheel andere eischen te vol
doen dan thans het geval is, waarvoor naar 't
in Denemarken toegepaste stelsel werd verwe
zen. De vermeerderingsbedrijven behoorden het
hennenmateriaal te hebben, dat zij voor hun
bedrijven als het beste hadden leeren kennen,
terwijl zij de hanen van de erkende fokbedrijven
hadden te betrekken. Door dit stelsel toe te pas
sen zou er een zeer groote vraag naar het ma
teriaal der vermeerderingsbedrijven komen en
kon derhalve de controle op een verplichten
inleg van deze bedrijven gevoeglijk verdwijnen.
Ook werd er op gewezen, dat men voor de leg-
sters der bruinschalige eieren het voorgeschre
ven stelsel reeds had moeten los laten, hetgeen
een waarschuwing ook voor de andere rassen
behoorde te zijn. Tenslotte werd het scherp ver
oordeeld, dat men een verzoek om procentische
verhooging der uitgereikte broedvergunningen,
gezien de zeer groote kuikenvraag in het sei
zoen, had afgewezen, doch dat tegelijk op een
veel ruimere schaal frauduleus werd gebroed en
er bovendien zeer groote aantallen kuikens
er hennen uit België ons land werden binnen
gesmokkeld.
De vergadering kon zich unaniem met het
door het bestuur gevoerde beleid vereenigen en
gaf de opdracht, de gevoerde actie voor een
betere regeling met alle geoorloofde middelen
voort te zetten.
De firma Van Rossem N.V. te Naarden ont
ving van den prefect van de Seine te Parijs
bericht, dat aan de zaailing roos Prins Bern-
hard, welke in de kweekerijen dezer firma te
Naarden werd gewonnen, de hoogste onder
scheiding, n.l. de gouden medaille, is verleend
bij het concours de bagatelle, dat 16 dezer is
gehouden.
Voor dit concours worden alle belangrijke
nieuwe rozen van de geheele wereld gedurende
twee jaren beoordeeld door een internationale
jury, waarin bekende rozenkweekers uit alle
werelddeelen zitting hebben.
Een redacteur van „Tubantia" is in Essen
geweest, waar voor het Duitsche Volksgerecht,
dat daarvoor speciaal uit Berlijn is gekomen, de
behandeling is begonnen van het proces tegen
den Nederlandschen reserve-vliegenier G. Aal-
ders, wien hoogverraad wordt ten laste gelegd.
Aan zijn schrijven ontleenen we het volgende:
Wij hebben later nog getracht van de advo
caten tijdens een pauze iets te weten te ko
men. De raadslieden van de verdachten wilden
diverse bijzonderheden van ons hooren, maar
toen de rechters naar buiten kwamen, zwegen
ze plotseling en ze maakten toen in hun indruk
wekkende toga's een vreemden indruk. I
Ook van die zijde kan men niets vernemen,
terwijl het verhoor der getuigen dusdanig is
geregeld, dat het uitermate moeilijk is hen te
spreken te krijgen. Desondanks zijn ons toch
verschillende bijzonderheden bekend geworden,
waaruit we den stelligen indruk hebben gekre
gen, dat onze landgenoot alle reden heeft vol
goeden moed te zijn. Hij is geenszins hoofdver
dachte in deze zaak, waarin hij slechts een zeer
ondergeschikte rol schijnt te vervullen. De re
den van zijn langdurig voorarrest moet men
zoeken in het feit, dat men Aalders in dit pro
ces absoluut noodig heeft. Het heeft 21 maan
den geduurd voor men met de behandeling kon
beginnen, hetgeen een gevolg is van het feit,
dat het aantal verdachten aanvankelijk een
kleine tachtig heeft bedragen. Tenslotte zijn
er elf overgebleven, maar voor het zoover was,
zijn er uit den aard der zaak vele maanden
voorbijgegaan.
Ook de verdediger van Aalders, dr. Lenz uit
Berlijn, die ons evenmin iets wilde mededeelen,
was zeer optimistisch gestemd. Hij was van oor
deel, dat het geenszins is uitgesloten, dat Aal
ders een straf krijgt, welke niet veel meer dan
het voorarrest zal bedragen.
Hij heeft, naar wij voorts vernamen, bekend
geld naar Duitschland te hebben gebracht,
maar hij deelde uitdrukkelijk mede, dat hij
niet wist voor wien dat geld bestemd was. Aal
ders heeft verklaard, dat hij op verzoek van
zijn verloofde zich bereid heeft verklaard een
som gelds aan een persoon over te brengen, die
zich te Berlijn zou bevinden. Het was Aalders
bekend, dat zijn later overleden verloofde com
munistische neigingen had en dat zij geregeld
in contact stond met communistische kringen.
Aalders aanvaardde begin 1935 een betrekking
bij een firma te Amsterdam, waarvoor hij ook
een zakenreis naar Berlijn maakte. Hij heeft
zich toen, zij het aarzelend, op verzoek van zijn
verloofde, belast met het overbrengen van een
som gelds, die hij in Berlijn zou afgeven aan
iemand, die zich op een bepaald druk punt zou
bevinden en die kenbaar zou zijn aan een bloem
in het knoopsgat, terwijl hij tevens een sigaar
zou rooken. Aalders is toen naar Berlijn ge
gaan, waar hij in een hotel een vergadering
heeft bijgewoond, waar personen bijeen waren,
die het niet in alle opzichten eens waren met
het huidige regiem in Duitschland. Aalders had
daarvan gehoord en daar hij steeds dweepte
met bijzondere dingen, was hij er heen ge
gaan. Op het afgesproken uur was er echter
geen man met een bloem en een sigaar te vin
den en noodgedwongen nam hij toen het geld
weer mee. Hij gaf het in Münster aan zijn van
niets wetenden oom, waarna hij naar Holland
terugging.
Nu was er op de vergadering te Berlijn een
verrader, die alles aan de Gestapo overbriefde
en die ook vertelde, dat er een Nederlander
was geweest. Men ging toen alles nauwkeurig
na en men kwam toen tot de conclusie, dat het
Aalders moest zijn geweest, die vermoedelijk
van zijn verloofde van die bijeenkomst had ge
hoord.
Inmiddels stierf de verloofde van A. Korten
tijd later kreeg hij een verzoek het geld, dat
zich nog steeds bij zijn oom te Münster bevond,
aan een jongen Duitscher te overhandigen in
het hotel „Komödienhof" te Keulen. Daar Aal
ders opnieuw voor zaken naar Duitschland
ging, heeft hij enkele weken later aan dat ver
zoek voldaan. Hij verzocht toen aan een ande
ren Duitscher, Böckling geheeten, een voorstan
der van den Jungnationalen Bund, een rechts-
radicale organisatie, hem in Keulen te wach
ten, daar deze Böckling een zaak met een auto
voor hem zou regelen. „Ik ben", zei Aalders,
„bang, dat ik de deviezenvoorschriften over
treed. Tref ik weer niemand, dan geef ik u het
gqld mee."
Aalders' van niets wetende oom reisde met
hem mee naar Keulen, waar hij inderdaad in
„Komödiënhof" het geld afgaf. Korten tijd la
ter werd hij echter gearresteerd, tegelijk met
Böckling en zijn oom, welke laatste spoedig weer
op vrije voeten werd gesteld.
Voorts wordt hem, zooals wij vroeger reeds
Vrijdagmiddag bracht Z. H. Exc. Mgr.
P. Giobbe een bezoek aan het Museum
voor nieuwe Religieuze Kunst te Utrecht.
Jan Eloy Brom, conservator van het
museum, in gesprek met den Pauselijken
gezant
meldden, spionnage ten laste gelegd. Maar deze
aanklacht is niet van ernstigen aard, daar men
het een zeer verzachtende omstandigheid vindt,
dat hij dit, zonder opzettelijk de gegevens te
hebben willen verzamelen, toevalligerwijs heeft
gedaan. Hij had van leden van den reeds eer
der genoemden Jung-nationalen Bund, een
rechts radicale, maar anti-nat. socialistische or
ganisatie, die hem voor verschillende plannen
wilden winnen, enkele dingen gehoord van het
Duitsche leger. Die leden van den Jungnationa
len Bund waren ook verbitterd op het huidige
regime en daartoe zochten zij connectie met
andere uitgeweken Duitschers, waardoor zij
ook met communisten in contact zijn gekomen
Om dien Jungnationalen Bund draait in fei
te het geheele proces, hoewel duidelijk is ge
bleken, dat de som gelds niet voor dezen Bund
was bestemd. Aalders had zij het onopzette
lijk door zijn verloofde zoowel connecties met
leden -van links- als van rechts radicale groe
pen.
De bedoeling van dit proces schijnt te zijn
om den Jungnationalen Bund voorgoed onscha
delijk te maken. Verschillende vooraanstaande
leden van dezen Bond worden thans van spion
nage, van hoogverraad beschuldigd.
Van officieele zijde wordt ons verzocht het
volgende te publiceeren:
Te Beverwijk is een geval van de ziekte van
Weil geconstateerd. Voor zoover is na te gaan
moet vermoedelijk de oorzaak worden gezocht
in het zwemmen in de z.g. fortgrachten, die
door ratten schijnen te zijn besmet. Ter voor
koming van uitbreiding der ziekte wordt ernstig
in overweging gegeven zich behoudens in zee,
van baden of zwemmen buiten inrichtingen, die
voldoende tegen besmetting zijn beveiligd, te
onthouden.
Naar wij vernemen is de ziekte geconstateerd
bij een elfjarig meisje, wonende aan de Haven
straat te Beverwijk.'Het meisje had gebruik ge
maakt van de zweminrichting gelegen aan de
z.g. vuurlijn, onder Heemskerk.
Het bestuur van deze inrichting heeft het
zwembad inmiddels gesloten en laat het water
scheikundig onderzoeken, teneinde te kunnen
vaststellen of het water inderdaad besmet is.
Bij den aanvang van het zwemseizoen is het
water, zooals te doen gebruikelijk is, onder
zocht: de resultaten waren toen bevredigend.
Intusschen liet de toestand van het meisje
zich gisteren gunstig aanzien.
Vanmorgen is de 32-jarige P. van Kooten,
wonende te Woerden, die werkzaamheden ver
richtte aan den Rijksweg nr. 12, door een zand-
trein gegrepen en op slag gedood. Het lijk is
naar Woerden overgebracht.
De man was gehuwd en vader van drie kin
deren.
De reis die onzen lezers door vier
landen van het schoonste deel van
Europa als unieke vacantiegelegen-
heid wordt aangeboden tegen den
ongekend lagen prijs van f 1 10 plus
f 3 administratiegeld, belooft van 2
tot en met 1 1 Augustus een reis vol
schoonheid en afwisseling van allerlei
genoegens te worden. Een volledig
programma vond men reeds in de
advertentiekolommen van ons Zater
dagavondnummer verleden week en
een geïllustreerd programma is alsnog
te verkrijgen aan ons Amsterdamsch
bureau der Vereenigde Katholieke
Pers, 't Kasteel van Aemstel, N. Z.
Voorburgwal 65-73, Amsterdam,
telefoon 46878.
Een tocht van verrukkelijk natuurgenot en
stedeschoon!
Door de regeling is ieder in staat geheel vrij
te zijn van alle beslommeringen van 't reizen en
allen beschikbaren tijd te wijden aan het wer
kelijk doel van de reis: verstrooiing te vinden
van de dagelij ksche sleur en zorgen, nieuwe er
varingen op te doen, kennis te maken met an
dere volken en toestanden en te genieten van
wat de te bezoeken streken en steden bieden
aan indrukwekkende natuur, architectuur en
andere uitingen van kunst.
Bij deze gezelschapsreis in katholiek verband
worden teleurstellingen, dién de alleenreizende
toerist zoo vaak het hcofd moet bieden, of extra
kosten, vermeden. Na aan Keulen onzen eersten
reisgroet te hebben gebracht, is het eerste reis
doel de kunsthistorische stad Frankfort, de in
teressante oude aan historie rijke stede met den
vermaarden Römersberg. Verleden en heden
zijn op een wonderlijke wijze in deze belang
rijke stad samen gegroeid. Ons oponthoud geeft
ons gelegenheid met het karakter dezer zeer
merkwaardige stad, met haar ligging en gebou
wen kennis te maken. Kent ge het aardige blij
spel der Vijf Frankforters, waarin Saalborn zoo
geestig speelde? Ze zijn hier vandaan! Onder
de Duitsche cultuursteden neemt Frankfort een
eerste plaats in.
Van Frankfort naar Weenen.
Enkele bevoorrechten hebben deze week op
„Nijenrode" van de Weensche Heurigenstem-
ming kunnen genieten tegen een entree van
honderd gulden. Voor ongeveer dezelfde som
zullen onze lezers niet alleen een werkelijken
Heurigenavond in Grinzing meemaken, maar
bovendien een reis door vier landen onderne
men met bezoek aan Praag, Weenen, Boedapest
en Frankfort.
Weenen is de stad onzer droomen, de stad
der muziek. In Weenen toeven heet een stukje
van den hemel zien. In Weenen leeren wij de
gemoedelijke, blijde Oostenrijksche geaardheid
waardeeren en we bewonderen er de grootsche
kunstuitingen van het menschelijke genie. Het
oude keizerlijke paleis is een sprookje van
macht en vergane grootheid, de Stephansdom
spreekt ons van de katholieke levensgedachte,
die niet sterven kan. Het Prater lacht ons toe
in zijn vermakelijkheden en Grinzing doet ons
droomen van melancholische romantiek. „Wien,
Wien o du allein!" zingen we allemaal als een
smachtende herinnering, wanneer we deze
meest charmante der Eüropeesche hoofdsteden
hebben bezocht. We bezoeken Schönbrunn, de
zomerresidentie der vroegere keizers, we bewon
deren de kunstschatten in het Kunsthistorisch
Museum, we dalen in den keizerlijken grafkel
der der Capucijner-monniken af, we aanschou
wen het Stadhuis, gaan naar Koblenz en
Kablenberg en besluiten onzen rit over de
nieuw aangelegde Höhenstrasse met een avond
van lied en jftlijt in Grinzing met den Heuri-
gen.
Dan langs den veel bezongen blauwen Donau.
Met de speciaal afgehuurde „Koningin Eliza
beth" der Ungarische Dampfbchiffahrtsgesell-
schaft varen wij op deze meest gekende
rivier langs wondere natuurmonumenten en
grootsche historische relieken naar de hoofd
stad van Hongarije, naar Boedapest. We komen
daar in den avond aan, als de lichten zijn ont
stoken, de schijnwerpers de monumentale ge
bouwen aan weerszijde der rivier verlichten en
het sprookje Boedapest zich aan ons open
baart als een lichtstad der legenden, ineens tot
werkelijkheid geworden. De Keizerlijke Burcht,
de oude Kroningskerk, de Fischerbastei, het
Parlementsgebouw, de Regeeringspaleizen
ze glanzen in den glans van 'n grandioze kunst
verlichting en de dankbare Hongaarsche pleeg-
kinders wachten ons alreeds aan den steiger
op
Heerlijke dagen zullen de dagen te Boedapest
zijn, want we leeren er kennen de hartelijkheid
en dankbaarheid van een ons na-staand volk
voor de Nederlandsche kinderverzorging we
zullen er leeren kennen een stad die in de laat
ste halve eeuw tot een wereldstad geworden is.
Het lezen van het reisprogramma is reeds een
genieten op zich zelf. Op uitnoodiging van het
Hongaarsche Ministerie van Landbouw zal ook
een bezoek gebracht worden aan de belangwek
kende Staatskellerei te Budafok, waar de Hon
gaarsche wijnen ter keuring worden aange
boden.
De wondere gezongen Hoogmis wordt in de
Kroningskerk Zondag bijgewoond en 's Maan
dags reist ons gezelschap af naar Praag, de
hoofdstad van Tsjecho Slowakije.
Praag is een pittoreske stad van bijzonder
schilderachtig silhouet met haar mooie torens,
haar groote bouwwerken, gebouwen, hare kost
bare kunstschatten. Praag is weer een zoo ge
heel andere stad dan Weenen en Boedapest.
Praag heeft een geheel eigen wezen, een geheel
eigen karakter. Een interessante tocht door de
stad zal u dit leeren. 's Anderen daags gaan we
het Ghetto doorwandelen en bezoeken vele be
zienswaardigheden.
Des avonds vertrekken we over Erfurt, Kassei
en Duisburg naar Arnhem. Indien hiervoor vol
doende bestellingen zijn ontvangen, wordt een
extra slaapwagen op het grensstation Boden-
bach aan den extratrein gekoppeld. Deze wagen
zal tot Duisburg medereizen. Woensdag 11
Augustus komt het reisgezelschap te Arnhem
aan.
De prijs van f110 omvat Ille klasse extra-
trein van Arnhem tot Arnhem, tocht op den
Donau in luxe stoomboot, logies in uitnemende
groote hotels met volledig pension van drie
maaltijden daags, autobussen enz. enz. In het
algemeen wordt in 2-persoons kamers gelo
geerd. Wil men gedurende de geheele reis een
één-persoonskamer bespreken, dan moet hier
voor f 9 extra worden betaald. Men kan ook in
den trein lie kl. reizen tegen bijbetaling van
f 19.50. De prijs voor den specialen slaapwagen
is f8 derde en f 12 tweede klasse.
Bij de reis zal van een verzamelpaspoort wor
den gebruik gemaakt, zoodat de afzonderlijke
deelnemers niet voor een visum behoeven te
zorgen.
Deze wondere vacantiereis is uitgeschreven
door het Hongaarsche Bureau Neue Genera
tion te Boedapest, welke de technische verzor
ging op zich nam. Ze geeft een zeldzame gele
genheid voor de pleegouders van Duitsche,
Oostenrijksche of Hongaarsche kinderen deze
nog eens terug te zien.
In samenwerking met de Ned. Reisvereeniging
voor katholieken, wordt voor de katholieke
deelnemers gezorgd, dat in katholiek verband
wordt gereisd en het reisprogramma daarop
geheel berekend is. De hoofdleiding is wederom
evenals bij vroegere reizen, in handen der Ver
eenigde Katholieke Pers.
Aanmeldingen worden tot 15 Juli aange
nomen, volgens volgorde van inkomen der
aanvragen, aan het bureau der Vereenigde
Katholieke Pers, N. Z. Voorburgwal 65-73,
te Amsterdam, telef. 46878 onder storting
van de reissom.
In een beschouwinkje over de sluitingszit
ting der Staten-Generaal op 5 Juni schreef de
Nwe. Rott. Crt.:
„Waren vóór de aankomst van den minister
reeds handdrukken gegeven en ontvangen,
daarna werd nog menig hartelijk woord tus-
schen politieke tegenstanders gewisseld. In onze
Volksvertegenwoordiging houdt de collegialiteit
niet bij de partijgrenzen op."
Zóó is het inderdaad, en het is een weldaad
voor ons land.
Het bewijst bovendien, dat het partijwezen,
het bestaan van partijen, geenszins uit den
booze behoeft te zijn, en dat ook een diepgaand
verschil van overtuiging geen beletsel beteekent
voor gevoelens van collegialiteit en zelfs van
vriendschap.
Is dit reeds zoo in de verhouding tusschen de
partijen, hoeveel te minder mag dan, bij mee-
ningsverschil, sprake zijn van verwijdering, van
afkeer en vijandschap in den eigen kring van
geestverwanten.
Principieele grenslijnen kunnen daar niet be
staan.
Over de beginselen is men het eens.
Hoogstens kan de strijd dus loopen over de
toepassing der beginselen.
En ook dit blijkt lang niet altijd het geval te
wezen.
Wat dan nog overblijft is inderdaad van te
geringe beteekenis, om verdeeldheid, en daar
mee verbrokkeling en vermindering van krach
ten, te motiveeren.
A fortiori geldt dit voor de katholieken, die
eenzelfde geloof belijden, dezelfde groote waar
heden hebben te verdedigen, dezelfde gemeen
schappelijke belangen hebben te dienen.
Moge, voor zoover zij dit nog niet is, de een
heid onder ons volkomen worden, óók in het
staatkundige.
Laat men een streep zetten achter oneenig-
heden, verdeeldheden, bittere woorden, heftige
polemieken, dikwerf uit misverstand geboren.
Niet napleiten en niet nakaarten. Geen ver
wijten en geen verkettering vooral.
Aan Talleyrand wordt het woord toegeschre
ven: „Ik vergeet niets en ik vergeef niets."
Het was een cynisch, een heidensch woord, en
voor den man is het te hopen, dat het hem ten
onrechte wordt aangewreven, dat hij er althans
niet naar gehandeld heeft.
Want ook in de politiek, hetzij de hooge,
hetzij de alledaagsche, is vergeten en vergeven
christenplicht.
Mits het vergeven geschiede zonder eigen ge
rechtigheid en met erkenning van de fouten, die
men zelf beging; en het vergeten beteekent,
dat elk gevoel van rancune, elk verlangen naar
„verhaal" is weggevaagd.
P. S.
De tegenwoordige kapel van het St. Canisius-
college te Nijmegen was te klein geworden in
verband met het voortdurend groeiend aantal
leerlingen. Er is dan ook een nieuwe gebouwd
naar het ontwerp van den bekenden architect
Kropholler.
De kapel bevat een marmeren hoofdaltaar en
twee zij-altaren in 4e crypte zijn zeven kleine
altaren geplaatst.
Hedenmorgen werd de nieuwe kapel plechtig
geconsacreerd door Z. H. Exc. Mgr. Diepen, die
Vrijdagavond door de paters en leerlingen reeds
officieel verwelkomd was in het bijzonder
door pater rector Vincent van Spaendonck S.J.
Tijdens de plechtige consecratie werd Mgr.
geassisteerd door den zeereerw. pater V. van
Spaendonck S. J. als diaconus ecclesiae, P. J.
Bak S. J., diaconus consecrationis, P. H. v. d.
Hulst S. J. als sub-diaconus consecrationis, ter
wijl de lagere functies werden vervuld door de
verschillende paters leeraren.
Omstreeks elf uur celebreerde Mgr. een plech
tige Hoogmis. De hoogeerw. pater V. Esser, pro
vinciaal der paters Jezuieten, fungeerde als dia
conus troni, de zeereerw. pater H. van Dinter
S.J., J. Niel S.J. als diaconus missae, en de
zeereerw. pater Bos S. J. als subdiaconus
meerdere paters leeraren vervulden de andere
functies. De leerlingen van het college onder
leiding van Pater Jos. Smits van Waesberghe,
zongen de Missa in G. van G. B. Casals.
De plechtigheid werd buiten de leerlingen o.m.
bijgewoond door de oud-rectoren van het St.
Canisiuscollege, de eerw. Paters A. Bergé, H.
Keizers, aoor Prof. Dr. A. Slijpen, door rector
E. Schroeder van de St. Josephkérk, door Pas
toor G. W. van der Heyden van de St. Step-
hanuskerk, door den hoogeerw. heer deken van
Nijmegen J. L. van Mulukom, door Mgr. P.
Sweere, regent van IJpelaar, door den archi
tect A. J. Kropholler, de aannemers van Heese-
wijk uit Best, een deputatie van oud-leerlingen,
waaronder Mr. C. Prinzen, secretaris van het
Curatorium der R. K. Universiteit.
Na de kerkelijke plechtigheid werd er een
reünie gehouden.
Z. H. Exc. de Bisschop van 's-Hertogenbosch
heeft, naar St. Janski. meldt, benoemd:
tot Pastoor te Tilburg (Heike) den zeereerw.
heer H. B. J. M. van Dun, met toekenning van
gelijktijdig eervol ontslag als Pastoor der paro
chie „Gasthuisstraat" te Tilburg; tot pastoor
te Tilburg (Gasthuisstraat) den weleerw. heer
J. H. A. Zijlmans, Kapelaan te Tilburg (Goir-
ke)tot Pastoor te Geldrop (H. Brigida) den
zeereerw. heer A. A. M. van Macklenbergh,
met toekenning van gelijktijdig eervol ontslag
als Pastoor te Zevenbergschen-Hoek en tot
Pastoor te Zevenbergschen-Hoek den weleerw.
heer J. J. C. A. Bijnen, Kapelaan te 's-Herto-
genbosch (St. Jacob).
Bij het manoeuvreeren in het buiten toelei-
cingskanaal van de Zuidersluis te IJmuiden, is
Vrijdagavond de nieuwe mijnenveger „Pieter de
Bitter" tegen een meerstoel gevaren. Een door
den duiker van den rijkswaterstaat ingesteld
onderzoek heeft uitgewezen, dat de meerstoel
ernstig beschadigd is. De .Pieter de Bitter'
bekwam schade aan den voorsteven.