Het nieuwe Ministerie
Alcohol uit suikerbieten als
motorbrandstof
De besprekingen te Londen
mislukt
MIVA krachtig
MISSIE machtig
HET NIEUWE KABINET
NIEUWE R.K. KAMER
LEDEN
COMMISSIE BRENGT
RAPPORT UIT
ZELFSTANDIG OPTREDEN
VAN BERLIJN?
WOENSDAG 23 JUNI 1937
H. Colijn
Mr. C. M. J. F. Goseling
^rof.mr. C. P. M. Romme
Mr. M. P. L. Steenberghe
Mr. J. A. de Wilde
J. J. C. van Dijk
J. R. Slotemaker
de Bruïne
H. van Boeijen
Mr. dr. J. A. M. van
Buuren
Ch. I. M. Weiter
Miss Earhart nog te
Bandoeng
Morgen eerst vertrekt zij
DOODELIJKE AANRIJDING
Chauffeur vrijgesproken
H. E. van den Brule
Bijmenging met benzine wordt
economisch niet verant
woord geacht
Geen voordeel voor den
landbouw
BUITENLANDSCH OVERZICHT
Het kabinet-Chautemps
Zwaar onweer boven
New York
Vrijstelling van heffing tijdelijk
extra-uitvoerrecht
De heer Colijn werd geboren den 22sten Juni
1869. Hij werd opgeleid voor onderwijzer. Daar-
ha trad hij in militairen dienst bij 't instructie
bataljon te Kampen, en werd aldaar opgeleid
lot 2e luitenant der infanterie voor den dienst
in Nederlandsch-Indië. Hier was hij officier
Van 1892 tot 1907. Gedurende de jaren 1897 tot
1907 was hij hoofdzakelijk belast met civiele
bestuursbetrekkingen.
Tenslotte ging hij in civielen dienst over, als
secretaris van het Gouvernement, en daarna
Verd hij adviseur voor de bestuurszaken der
Buitenbezittingen. In Holland teruggekeerd,
werd hij lid van de Tweede Kamer, van Nov.
1909 tot Januari 1911, voor de Anti-Revolution-
haire partij en daarna sedert Juli 1922. Hij was
achtereenvolgens lid van de Eerste Kamer, Mi
nister van Oorlog, directeur van de Bataafsche
Betroleum-Maatschappij en hoofdredacteur van
•>De Standaard" als opvolger van Dr. Kuyper.
Hij wist tijdens zijn ministerschap sedert
11 Augustus 1923 de staatsbegrooting sluitend
le maken, 's Lands zaken namen hem zoozeer
in beslag, dat hij in den loop van Februari 1924
bloest bedanken voor het commissarisschap
Van: de Nederlandsche Handelmaatschappij, de
Handelsvereeniging „Amsterdam", het Neder-
landsch-Indisch Handelssyndicaat, de Neder
landsche Telegraafmaatschappij Radio-Hol
land e.a.
In Juli 1926 werd de heer Colijn opnieuw
Sekozen tot lid van de Eerste Kamer der Sta
ten-Generaal. Van zijn daar gehouden rede-
Voeringen trokken sterk de aandacht die over
bet Belgisch Verdrag, over den overval op Cu
racao en over de bestuurshervormingen in Ne-
Öerlandsch Indië.
In 1929 werd hij weer gekozen tot lid van de
Tweede Kamer, waar de A. R.-fractie hem tot
baar voorzitter koos.
Na de Kamerverkiezingen in 1933 verleende
H. M. de Koningin op 3 Mei van dat jaar aan
Br. Colijn, die in 1929 benoemd was tot Minis
ter van Staat, opdracht tot vorming van e^n
Parlementair Kabinet. Toen Dr. Colijn in de
Uitvoering dezer opdracht niet was geslaagd,
Volgde op 16 Mei een nieuwe opdracht, thans
bot vorming van een Crisis-Kabinet. Deze taak
heèft Dr. Colijn tot een goed einde weten te
brengen. 26 Mei 1933 trad het Kabinet Colijn
op.
In 1935 werd hij na het bekende conflict in
de Tweede Kamer, opnieuw belast met de sa'
nienstelling van een ministerie.
Mr. Carolus Maria Joannes Franciscus Go
seling werd den lOen Juni 1891 te Amsterdam
geboren. Hij bezocht het R. K. Gymnasium in
de hoofdstad en studeerde vervolgens aldaar
in de rechtswetenschap aan de gemeentelijke
Universiteit. Na zijn promotie vestigde de heer
Goseling zich als advocaat en procureur te Am-
sberdam. Van 1920—1922 was mr. Goseling se
cretaris van de Commissie van XII uit den Hoo-
gen Raad van Arbeid. Hij is voorzitter van de
B. K. Kiesvereeniging in den Rijkskieskring
Amsterdam en secretaris van de Vereeniging
bot Weldadigheid van den Allerheiligsten Ver
losser. Bovendien is hij o. m. plaatsvervangend
Voorzitter van het scheidsgerecht voor gemeen
te-werklieden en lid der Commissie van Be-
roep, bedoeld in de verordening op het verleenen
Van wachtgelden aan gemeente-ambtenaren,
beiden te Amsterdam; plaatsvervangend lid van
bet scheidsgerecht der provincie Noord-Holland
®n penningmeester van het Centraal Bureau
Voor Algehieehe Aesthetica.
In 1930 werd mr. Goseling gekozen tot voor
zitter der R. K. Staatspartij en toen mr. Aal-
berse tot voorzitter der Tweede Kamer werd
benoemd, werd de heer Goseling leider der R. K.
Tweede Kamerfractie.
Mr. Romme werd 21 December 1896 te Oir-
Zohot, in Brabant, geboren. Hij is de zoon van
ben staatsraad, mr. R. H. A. M. Romme. Na het
gymnasium der Jezuïeten te Amsterdam bezocht
bfi hebben, studeerde hij aan de universiteit in
be rechten. In 1919 promoveerde hij op stellin-
gen. Hij vestigde zich te Amsterdam als advo-
Caat en werd 3 Mei 1921 tot lid van den raad
a'baar gekozen. Al spoedig zag hij zich, ondanks
ZiJn jeugdigen leeftijd, tot fractie-voorzitter ge
mzen. Meer dan eens heeft 'n wethouderszetel
Voor hem opengestaan, maar hij ambieerde hem
biet. Als advocaat deed hij vooral van zich
"Preken in het geschil tusschen den Staat en de
°Uisegroeve.
Eind 1932 deed hij zijn intrede in de Tweede
Earner, waarin hij echter bij de verkiezingen in
933 niet terugkeerde.
.In December 1934 werd mr. Romme benoemd
b®t buitengewoon hoogleeraar in Staats- en Ad
ministratief recht aan de R. K. Handelshooge-
booi te Tilburg.
Mr. m. P. L. Steenbergtoe (RjK. Staatspartij-)
°p 2 Mei 1899 te Leiden geboren. Hij promc-
Oerde in 1920 te Utrecht in de rechten en
►t,erd daarna juridisch adviseur van de N.V.
ektielfabrieken H. van Puyenbroek te Goirle,
an welke onderneming hij spoedig daarna di
recteur werd. In 1930 volgde hij den heer J. P.
Asselbergs op als directeur van de Alge
mene Werkgeversvereeniging.
j,Mr. steenberghe was voorzitter van de Ned.
j.'E. Vereeniging van werkgevers in de Tex-
eihijverheid, lid van de vereeniging van
v®athuishoudkunde en Statistiek van den
orkloosheidsraad, van den Nijverheidsraad.
den Hoogen Raad van Arbeid, van de ver-
j, Piging voor Actieve Handelspolitiek, van den
Mtijraad der R.K. Staasparij.
verschillende internationale congressen
senwoordigde hij Nederland en ook nam
b verschillende malen als regeeringsgedele-
®rc'e deel aan onderhandelingen over han-
«verdragen met het buitenland.
an Juni 1934 tot September 1935 maakte hij
*aa uit van het tweede ministerie-Colijn,
jwfbh hij zich met de portefeuille van Eco-
mtsche Zaken belast zag.
de zijn benoeming tot lid van den Raad van
Ned. Indië en in Augustus 192a nam de heer
Weiter de hem aangeboden portefeuille van
Koloniën aan. Kort na zijn aftreden als mi
nister van Koloniën in Maart 1926 kreeg de
heer Weiter zitting in den Raad van Ned. In
dië, van welk college hij in September 1929
tot vice-president werd benoemd.
Ir. Welter is ridder in de orde van den Neder-
landschen Leeuw, commandeur in de orde van
het legioen van eer van Frankrijk, groot-officier
In de orde van Cambodja (Frankrijk) en com
mandeur 2e klasse der orde Wasa van Zweden.
Mr. J. A. de Wilde werd in 1879 te Goes ge
boren. Hij studeerde in de klassieke letteren aan
de Vrije Universiteit te Amsterdam, maar wijd
de zich, na het candidaats-examen, aan de ju-
r.dische studie en promoveerde in 1905 aan de
gemeentelijke Universiteit te Amsterdam. Van
1905 tot 1908 was mr. De Wilde advocaat en
procureur te Goes; van laatstgenoemd jaar af
heeft hij de advocatuur te 'sGravenhage uit
geoefend.
De verkiezingen van 1918 hebben mr. De
Wilde in de Tweede Kamer gebracht, waarvan
hi: sedert lid is gebleven.
In 1914 tot lid van den Haagschen gemeente
raad gekozen, verwierf hij zich spoedig op het
gebied van het Haagsche gemeentebestuur groot
gezag. In September 1919 koos de raad mr. De
Wilde tot wethouder.
Mr. De Wilde is voorzitter der Rijkscommis
sie van advies voor werkverruiming, president
directeur der Coöp. Spaar- en Voorschotbank
„Boaz" en vice-voorzitter van het Centraal Co
mité der Anti-Revolutionnaire partij.
De „Nieuwe Haagsche Courant" heeft hij
mede opgericht. De anti-revolutionnaire pers
bevat geregeld bijdragen van zijn hand.
In het vorige kabinet-Colijn beheerde mr.
De Wilde de portefeuille van Binnenlandsche
Zaken.
De heer J. van Dijk werd 1 December 1871 ge
boren te Leeuwarden. Hij bezocht de H. B. S. en
daarna de militaire school te Haarlem, aan wel
ke school hij later als officier tot leeraar werd
benoemd. Vervolgens was hij leeraar aan de
Kon. Militaire Academie te Breda en voorts
directeur van de Topografische inrichting. Van
1921 tot 1925 was hij minister van Oorlog. Hij is
voorzitter van de vlootcommissie, en sedert 1925
lid der Tweede Kamer. De heer van Dijk is rid
der in de Orde van den Nederlandschen Leeuw
en Commandeur in de Orde van Oranje Nassau.
Jan Rudolph Slotemaker de Bruïne werd ge
boren te Sliedrecht den 6en Mei 1869 en door
liep het Gymnasium te Haarlem. Van 1889
1894 studeerde hij aan de Rijks-Universiteit te
Utrecht in de Theologie en promoveerde in
laatstgenoemd jaar tot doctor, op een disser
tatie, getiteld „De Eschatologische voorstellin
gen in I en II Korinthe."
Daarna was dr. Slotemaker de Bruïne van
1894 tot 1916 predikant der Nederlandsch-Her-
vormde gemeente, achtereenvolgens te Hauler-
wijk, Beilen, Middelburg, Nijmegen en Utrecht.
In 1916 werd dr. Slotemaker de Bruïne tot hoog
leeraar in de godgeleerdheid benoemd aan de
Universiteit van Utrecht.
In 1926 werd hij in het Ministerie belast met
de portefeuille van het toenmalig Departement
van Arbeid, Handel en Nijverheid, als opvolger
van den tegenwoordigen Staatsraad Mr. Koo
ien. Tijdens zijn werkzaamheid in Utrecht heeft
de politieke loopbaan van prof. dr. Slotemaker
de Bruïne een aanvang genomen bij zijn ver
kiezingen tot lid van de Prov. Staten, in 1922 ge
volgd door zijn benoeming tot lid van de Eer
ste Kamer der Staten-Generaal. Na zijn mi
nisterschap, hetwelk hij tot Augustus 1929 ver
vulde, werd prof. Slotemaker de Bruïne geko
zen tot lid van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal als vertegenwoordiger der Christe-
lijk-Historische Unie. Sinds 1933 was Prof. Slo
temaker de Bruïne minister in het kabinet-
Colijn.
Hendrik van Boeijen werd 23 Mei 1889 te Put
ten (Z.-H.) geboren.
Na de H. B. S. afgeloopen te hebben, werd
hij ambtenaar aan de Prov. Griffie van Gel
derland. In 1915 werd hij adjunct-commies bij
het hoofdbestuur der P. T. T.; in 1917 werd hij
commies, in 1918 hoofdcommies, in 1920 refe
rendaris.
Intusschen was hij lid van den raad van
Voorburg geworden en van 19191925 was hij
wethouder dier gemeente.
In 1923 werd hij gekozen tot lid van de Prov.
Staten en in 1925 tot lid van Ged. Staten van
Zuid-Holland.
In 1932 werd hij voorzitter van den Radioraad
en Radio-Omroepcontróle-Commissie, der Al-
gemeene Programma-commissie en Indië-Pro-
gramma-commissie.
Voorts is hü voorzitter van de commissie voor
de uitbreidingsplannen in Zuid-Holland, voor
zitter van de Streekplan-commissie voor IJssel-
monde.
De heer J. van Buuren werd 8 Aug. 1884 ge
boren te Schiedam; hij bezocht na de lagere
school de H. B. S. te Den Bosch en daarna van
19011915 de Technische Hoogeschool te Delft.
In 1920 legde hij het staatsexamen af en stu
deerde daarna rechtswetenschappen te Leiden.
In 1929 promoveerde hij te Delft op een onder
werp nopens de technische wetgeving.
In 1916 werd hij adspirant ingenieur bij den
waterstaat en 's Lands B. O. W. van Ned. Indië,
werkzaam aan de afdeeling wegenaanleg, irri
gatie, drinkwatervoorziening en havenwezen.
In 1926 werd hij benoemd tot hoofdingenieur
van het havenwezen, in 1930 werd hij bevorderd
tot directeur van deze afdeeling. Sinds 1933 is
hij directeur van het departement van Verkeer
en Waterstaat te Bandoeng.
is
fr^r. Steenberghe is voorzitter der Kamer van
"ophandel te Tilburg.
hieuwe minister werd geboren 6 April 1880
6e n Haag. In zijn geboorteplaats doorliep hij
lig B.S. en studeerde daarna aan de toenma
lig hïöische Instelling van de Technische Hoo-
he(; °°i te Delft. Nadat hij met goed gevolg
t]r. Kr°ot-ambtenaarsexamen had afgelegd, werd
h,, 1®er Welter in 1902 benoemd tot 3e com-
Welter in 1902 benoemd tot 3e com-
'ahri k'i Bet Departement van het Binnen-
ïabeCl1 Bestuur in Ned. Indië. In 1906 werd hü
6ci^ teld tot controleur B.B. op Java en Ma-
6etj.a; Deze functie bekleedde de heer Weiter
r<!nde drie jaar tot dat hü in 1909 bevor-
§eci.jver<l tot hoofd-commies aan de Algemeene
achte ie- In de twee volgende jaren werd hü
tot ^envolgens benoemd tot referendaris en
111 ig, nct-inspecteur van Agrarische Zaken.
Mij vertrok hij met verlof naar Nederland,
^et r)erci toen tijdelijk werkzaam gesteld aan
ISlg departement van Koloniën en keerde in
v6rg0ri^or torug naar Indië, waar hij weer werd
"tg dj n aan de Algemeene Secretarie. Spoe-
het gde nu z«n benoeming tot secretaris van
gouvernement van Ned-Indië. In 1924 volg
Romme gekozen worden verklaard prof. dr. J.
A. J. Barge.
Prof. dr. J. A. J.
Barge is 27 Juni
1884 te Semarang
geboren en promo
veerde in 1912 tot
doctor in de medi
cijnen. Sinds 1919
is hij hoogleeraar
aan de Universiteit
te Leiden.
Mr. J. H. van
Maarseveen is 3
Augustus 1894 te
Utrecht geboren en
promoveerde op
stellingen in 1920
aan de Universiteit
te Utrecht. Hü is
lid van den raad van Utrecht en van Septem
ber 1935Maart 1937 wethouder van financiën
dier gemeente geweest.
De heer H. E. van den Brule is geboren 17
Juni 1889 en lid van het Hoofdbestuur van den
R. K. Middenstandsbond. Van 19361937 was
hij reeds lid der Tweede Kamer.
Dr. A. Sweens is thans burgemeester Avan
Gilze-Rijen en voorzitter der A. R. K. A.
Prof. dr. J. A. J. Barge
BANDOENG, 23 Juni. (Aneta). Daar het toe
stel van Amelia Earhart heden nog niet gereed
was, werd het vertrek van uur tot uur ver
schoven, totdat in den vroegen namiddag defi
nitief besloten werd het vertrek uit te stellen.
De start is thans op morgen bepaald. Het
uur is echter nog niet vastgesteld.
Mr. J. v. Maarseveen Br. J. C. M. Sweens
De Amsterdamsche Rechtbanx heeft uitspraak
gedaan in de strafzaak tegen den slager J. A.
van R., die wegens veroorzaken van dood door
schuld terecht heeft gestaan. Conform den eisch
van het O. M. heeft de Rechtbank den man
vrü gesproken.
De slager was op 8 December bij Ilpendam
in botsing gekomen met een auto, die een dam
van een boerderij afreed.
Een man, die naast laatstgenoemden auto
stond werd zwaar gewond en overleed korten
tüd later.
De nieuwe ministers, die Kamerlid zün, zullen
ongetwijfeld, zooals gebruikelijk is, geen zitting
nemen als Kamerlid. Als nieuwe R. K. Tweede
Kamerleden zullen gekozen worden verklaard:
mr. J. H. van Maarseveen, Utrecht; H. E. van
den Brule, Rotterdam; dr. J. C. M. Sweens,
Gilze-Rijen.
Tot lid der Eerste Kamer zal in de vacature-
De commissie, welke einde Maart 1935
werd ingesteld om de mogelijkheid en de
wenschelijkheid van de fabricage van al
cohol uit suikerbieten en de aanwending
van dezen alcohol als motorbrandstof na
te gaan, heeft, na medio 1936 een voor-
loopig rapport te hebben uitgebracht, de
zer dagen haar definitief advies aan den
minister van Landbouw en Visscherü aan
geboden.
D.D.D. doet de jeuk bedaren
en doodt de ziektekiemen,
zoodat de huid zich kan
herstellen. Flacons 75 ct,
1. 1.50 en f. 2.50.
GENEESMIDDEL TEGEN
HUIDAANDOENIN GEN
De besprekingen tusschen de vier, aan
de Spaansche kusten en grenzen con-
troleerende mogendheden te Londen
hebben tot geen resultaat geleid. Berlün eischt
dat zün lezing in zake de „Leipzig" voetstoots
wordt aangenomen. 'Eden en de Fransche am
bassadeur daarentegen hebben Von Ribbentrop
krachtig geantwoord, ten eerste, dat het niet
bewezen is, dat er een torpedo-aanval uit
duikbooten heeft plaats gehad, en ten tweede,
dat het evenmin bewezen is, dat, zoo er al een
aanval geweest is, linksche Spaansche onder
zeeërs voor deze euvele daad aansprakelijk
zün. Zij weigerden beslist mede te doen
aan een gemeenschappelijke vloot-demonstra-
tie voor de havens der regeering van Valencia.
Von Ribbentrop, die vóór de bü'eenkomst met
Hitler had getelefoneerd en klaarblijkelijk be
vel gekregen had voet bü stuk te houden, ver
liet daarop de vergadering. Het is natuurhjk
niet prettig voor Beriün, dat men zün lezing
niet direct als de juiste aanneemt. Het dic
tatoriale Berlijn, dat in het binnenland maar
heeft te bevelen, wat het volk heeft aan te
nemen en te gelooven, kan het blükbaar niet
verkroppen, dat men in het buitenland, en
vooral in buitenlandsche regeeringskringen,
met zoo gedwee is. Het meent in zün dictato
riaal prestige te worden geschaad. De oude
fout der Duitsche diplomatie, geen kq'k te
hebben op de algemeene psychologie, wordt
in het Derde Rijk schier iederen dag gemaakt.
Ook thans weer heeft Duitschland een gron
dig onderzoek naar het gebeurde botweg ge
weigerd. Het wil daden stellen en de anderen
moeten meedoen, waarvoor deze anderen na
tuurhjk feestelük bedanken. Duitschland zal
nu wel weer uit den band der samenwerking
springen. Het zal wel weer zelfstandig optreden.
Men zal te Berlün niet veel tüd noodig hebben
om te beslissen, waarin dat zelfstandig optre
den zal bestaan, want de ministers Von Neu-
rath, Von Blomberg, Goering, Raeder, Goeb-
bels en nog eenige anderen zün voortdurend
onder het bereik van het Staatshoofd en Rüks-
kanselier Adolf Hitler. Volgens Duitsche op
vatting geeft de vorige week gesloten overeen
komst aangaande de controle aan de mogend
heid, welke interventie eischt, het recht om
zelfstandig op te treden, indien blükt dat met
de commissie binnen redelüken tijd geen over
eenstemming over de te nemen represailles is
te verkrijgen. Dit geval schijnt men te Berlün
reeds als ingetreden te beschouwen. Dus ver
keert de wereld weer in angstige spanning. Wü
betreuren dezen gang van zaken, ook in het
belang van Duitschland. Het maakt een depri-
meerenden indruk, dat Duitschland steeds on
derzoek weigert. Gisteren verklaarde Eden nog
in het Lagerhuis op een vraag, hoe het stond
met het door Londen voorgestelde onderzoek
naar het bombardement van Guernica, dat van
Duitschland geheel geen antwoord was geko
men. Dat is grievend. Het spijt ons te moeten
constateeren, dat overal ter wereld twüfel be
staat aan den aanval op de „Leipzig" en Ber
lün krijgt dan ook vreemde dingen te hooren.
Zonder openhjk twijfel uit te spreken, laat de
Times in een bericht van zün maritiemen me
dewerker, waarin deze er op wijst, dat men in
den grooten oorlog herhaaldelijk torpedo-aan
vallen heeft gemeend vast te stellen, die later
bleken nooit te zün geschied, doorschemeren,
dat de door den officier van de „Leipzig" waar
genomen torpedo's wel eens niet veel meer dan
zeeslangen zouden kunnen blijken te zün.
Frankrük liet gisteren zien, dat men ook
met bekwamen spoed kabinetten kan
vormen. In nog geen twee dagen slaag
de de formateur Chautemps er in een nieuw
ministerie te vormen. Het is vrüwel een recon
structie van het pas afgetredene. Ook Léon
Blum is redivivus, al is hü nu geen premier
meer, maar vice-premier. Dat hü dit worden
kon, heeft hü te danken aan Daladier, die op
het eerste beroep ten gunste van Blum van
zijn vice-premierschap afstand deed. De hee-
ren senatoren, die het kabinet-Blum lieten tui
melen, zullen met gemengde gevoelens de mi-
nisterlüst hebben gelezen en met het oog op
het nieuwe kabinet zullen zij wel zoo iets ver
zucht hebben van „lood om oud üzer." Ook
de toeleg, het Volksfront te doen springen, is
voorshands mislukt. Toch heeft de Senaat wel
iets bereikt. Chautemps' minister van Finan
ciën Bonnet zal met een ander financieel pro
gram moeten komen dan Auriol, die naar Jus
titie is verhuisd, wilde doorzetten. En dit pro
gram zal zoo moeten zijn, dat het conflict
tusschen Kamer en Senaat er door uit de we
reld wordt geholpen. Het zal echter een moei-
lük geval worden, want de Senaat wordt be
schouwd te zijn als het bolwerk van sociaal
behoud en als een soort familieregeering van
de geldmacht, die volgens communistische
en socialistische bladen leeft van de ex
ploitatie van het volk, zijn arbeid en ellende
en zich ongerust maakt telkens als de massa
een beetje meer welvaart, vrüheid en waardig
heid krügt. Met deze radicale opvattingen zal
Chautemps ter dege rekening moeten houden,
wil hü zich überhaupt handhaven. Evenals
Blum is ook Chautemps misschien in iets
mindere mate afhankelük van de commu
nisten. Dezen hebben dit al geducht laten voe
len in een verklaring; „De volksfront-regee
ring mag geen ander programma hebben dan
het volksfrontprogramma, dat den wil van het
volk bevat." Een zelfde geluid laat Jouhaux,
de leider der vakvereenigingen hooren: „In het
bü'zonder is een financieel herstel noodzake
lijk; dat kan evenwel alleen zonder dat de ar
beidersklasse getroffen wordt tot stand worden
gebracht door een hervorming van het belas
tingwezen in democratischen zin en door rati-
oneele organisatie van het crediet. De regee
ring moet het geheele programma van het
volksfront willen verwezenlijken." Zooals men
ziet, zal Chautemps het niet gemakkelük krü-
gen. Men zal goed doen tegenover het nieuwe
kabinet een even groote reserve in acht te
nemen als tegenover dat van Blum. Elk ka
binet, waarop communisten invloed kunnen
uitoefenen, is en blüft uit den booze.
Wat de buitenlandsche politiek betreft is er
reden tot tevredenheid. Blum's minister van
Buitenlandsche Zaken Yvon Delbos is door
Chautemps als zoodanig overgenomen. Dit is
een waarborg daarvoor, dat Frankrük, in sa
menwerking met Engeland, zal doorgaan een
krachtige vredespolitiek te yoeren, En dit is
hoognoodig-
De commissie concludeert, dat eco
nomisch een regeling, waarbij ten
koste van zeer groote offers een pro
duct wordt gefabriceerd, waaraan
voor de voorziening in ons gebruik
aan motorbrandstof geen behoefte
bestaat, niet verantwoord is.
Verder zou de tijdebjke invoering van een
gemengde brandstof annex terugschakeling
na eenige jaren op onvermengde brand
stof dermate in de structuur van distri
butie en gebruik van motorbrandstof in-
gxüpen, dat er tweemaal een verstoring
van de ontwikkeling der verkeerstechniek
zou plaats hebben. Voor een crisis-project
acht de commissie dit wel een zeer ernstig
bezwaar.
Ten slotte zou bü een betrekkelük korten
duur van een dergelijk project een groot
deel van de kostbare kapitaalsinvestatie
voor het productie-apparaat, waarvan de
technische levensduur aanzienlijk langer
is, dan de crisisperiode, waarmede rekening
zou kunnen worden gehouden, verloren
gaan.
De commissie komt in haar rapport, dat ge
baseerd is op gegevens, verkregen vóór de de
preciatie, tot de volgende uiteenzetting:
Ten aanzien van de technische consequenties
verbonden aan het gebruik van alcohol gemengd
met benzine, zal, hoewel de technische nadeelen
iets grooter zullen zijn dan de voordeelen, toch
de grootte van dit meerdere nadeel niet van die
orde zijn, dat het van de invoering van een ge
mengde brandstof zou behoeven te weerhouden.
Een menging van gemiddeld 10 pet. alcohol is
zonder overwegend bezwaar technisch mogelijk.
Ten aanzien van de technische mogelijkheid
van de fabricage van alcohol uit suikerbieten
en de kosten daarvan heeft de commissie een
onderzoek ingesteld in Frankrijk, Duitschland,
en Tsjechoslowakije en voorts advies van diverse
deskundigen ingewonnen.
Rekening houdend met een afzet van 5.350.000
hectoliter mengbrandstof, waarvan 10 pet. door
alcohol zou kunnen worden vervangen en met
een afschrüving van het te investeeren kapitaal
in 5 jaren, raamt de commissie den kostprijs
van 1 hectoliter alcohol op voor-depreciatiebasis
op f 19.64. Stelt men hiertegenover de benzine-
waarde op f 3 per hectoliter, dan is het gevolg,
dat de motorbrandstof bü een mengpercentage
van 10 pet. per hectoliter f 1.66 duurder wordt.
Ten aanzien van de economische en sociale
aspecten, verbonden aan het invoeren van een
gemengde motorbrandstof, heeft de commissie
drie gevallen onderscheiden:
In de eerste plaats stelt de commissie de mo
gelijkheid, dat de verbouw van bieten voor alco-
holfabricage plaats zou vinden boven het be
staande suikerbietenareaal. Hier vond zij naast
een aantal cultuur-technische en sociaal-econo
mische voordeelen voor den landbouw en een
aantal voor- en nadeelen voor handel en in
dustrie het feit, dat de vervanging van tarwe-
verbouw door alcoholbietenverbouw over een
areaal van 12.000 H.A. een meerdere steunver-
leening van ongeveer f 6.600.000 met zich zou
brengen.
Vervolgens ziet zü de mogelükheid onder de
oogen, dat een zekere hoeveelheid suikerbieten
tot alcohol zou worden verwerkt, terwül de min
dere suikerproductie hier te lande zou worden
vervangen door invoer van buitenlandsche of
van Indische suiker.
In deze gevallen is er van voordeel voor den
binnenlandschen landbouw geen sprake, omdat
deze er als zoodanig in beginsel geen belang bij
heeft of het product suikerbieten tot suiker of
tot alcohol wordt verwerkt, terwül de nadeelige
geldelüke gevolgen voor de Nederlandsche ge
meenschap, voortvloeiend uit de vervanging van
goedkoope benzine door den duurderen alcohol,
gecombineerd met vervanging van binnenland
sche bietsuiker door hetzij buitenlandsche hetzij
Indische rietsuiker, worden becijferd op
f 3.500.000 resp. f 4.600.000.
In het laatste geval, namelijk indien Indische
suiker zou worden aangekocht, zou echter voor
de productie daarvan in Nederlandsch-Indië
voor ongeveer f 2.000.000 meer worden besteed
aan grondhuur, loonen, salarissen, spoorvrach-
ten, provisie, enz.
In een aantal bülagen geeft de commissie
een becijfering van de financieele gevolgen
zooals die geraamd worden op na-deprecia
tiebasis. Het plan blükt door den invloed van
de depreciatie en van de prüsstüging van
verschillende grondstoffen op de wereld
markt nog aanmerkelük kostbaarder te wor
den.
De kostprüs van den bietenalcohol wordt dan
geraamd op f 21.27 per hectoliter, terwül de na
deelige geldelüke gevolgen in de drie hierboven-
genoemde gevallen becü'ferd worden op resp.
f 8.400.000, f 4.800.000 en f 5.400.000.
Eindelijk, maar toch nog vroeger dan
algemeen verwacht werd, is Dr. H.
Colijn erin geslaagd een Kabinet
te vormen. Zooals men weet, had H. M.
de Koningin na de verkiezingen, welke
zoowel voor de R.K. Staatspartij als de
S. D. A. P., als de Anti-revolutionnairen,
als de Vrijzinnig-democraten winst en
voor de N.S.B., de liberale Staatspartij
en de Communisten verlies opleverden,
aan Dr. Colijn de opdracht verleend niet
om een bepaald, maar een, niet nader
omschreven, kabinet te formeeren. Zulk
een onbeperkte opdracht gaf Dr. Colijn
in ruime mate de handen vrij, maar in
ziende, dat de verkiezinguitslag een dui
delijke parlementaire meerderheid der
positief Christelijke partijen had opge
leverd, zocht hij ondanks de hoogst aan
matigende houding der verslagen libera
len en de pressie, welke dezen op grond
van den hem bij de verkiezingscampagne
verleenden steun meenden te
mogen uitoefenen, een oplossing van de
kabinetscrisis in de richting, welke de
meerderheid van het volk aan den stem
bus had aangegeven als de meest ge-
wenschte, n.l. in de richting van een po
sitief Christelijk Kabinet. De liberalen
hebben hemel en aarde bewogen om Dr.
Colijn te binden aan zijn vóór de verkie
zingen afgelegde verklaring, dat hij een
kabinet op zoo breed mogelijke Christe
lijke basis het meest wenschelijk achtte,
maar toen dat niet gelukte, zijn de libe
ralen op weinig fraaie wijze gaan knab
belen aan de groote reputatie van den
formateur, welke zij zelve zoo ijverig
hadden helpen vormen, terwijl zij zijn
formatie-arbeid gingen saboteeren door
druk uit te oefenen op de partij genoo-
ten, die voor een vakministerschap wer
den aangezocht.
De kabinets-formatie is ten gevolge
van een en ander niet zoo vlot
van stapel geloopen als anders
wel mogelijk zou 2ijn geweest, maar ten
slotte is er toch een uitgesproken Chris
telijke regeering tot stand gekomen,
waarin de Katholieken met vier porte
feuilles de plaats innemen, evenredig
aan hun succes bij de verkiezingen. Deze
combinatie moge al hier en daar de tee
kenen dragen van de moeilijkheden, wel
ke zich bij de vorming ervan hebben
voorgedaan, zij stemt in haar geheel
toch tot een gerechtvaardigd vertrouwen
voor de toekomst.
De bezetting van het departement van
Onderwijs door Dr. J. Slotemaker de
Bruïne geeft geen directe aanleiding tot
bijzondere verheugenis en dit te min
der, daar juist dit departement, gezien
de weinig bevredigende toestanden op
dit terrein, een volkomen vertrouwen
wekkende en uitermate kundige leiding
vraagt. Aan het met het oog op de ge
spannen internationale verhoudingen
zoo hoogst belangrijke departement
van defensie zou men misschien een
sterkere krachtfiguur hebben kunnen
wenschen dan den heer J. J. C. v. Dijk,
niettegenstaande deze reeds vroeger dit
departement niet zonder verdienste
heeft beheerd. De vrijzinnige vak
minister mr. dr. ir. J. A. M. van Buuren
aan Waterstaat heeft in Indië ervaring
opgedaan om te bewijzen, of hij op even
waardeerbare wijze als zijn voorganger
Jhr. ir. van Lidth de Jeude zich van zijn
taak zal kunnen kwijten, terwijl de heer
H. van Boeijen, die zich met Binnenland
sche Zaken ziet belast, als een homo no-
vus moet worden beschouwd. Met een fi
guur als Dr. Colijn aan het hoofd en
aan Buitenlandsche Zaken, met een
bekwaam jurist als den voorzitter van de
R. K. Staatspartij Mr. C. Goseling aan
het departement van Justitie, met een
principieel en kundig man als Prof. mr.
C. Romme aan Sociale Zaken, met een
mr. M. Steenberghe, die vooral in indus-
trieele kringen een groot vertrouwen
geniet, aan het departement van Eco
nomische Zaken, met een Indiëspecialist
als ir. Ch. Weiter aan Koloniën en mi
nister de Wilde, die als wethouder van
Den Haag zijn sporen op finantieel ge
bied verdiend heeft, aan Financiën, biedt
het nieuwe Kabinet deugdelijke waar
borgen voor de komende regeerperiode,
welke zeker niet gemakkelijk zal zijn.
De R. K. Staatspartij heeft thans de
portefeuilles in handen, welke van het
meeste belang zijn voor de principieele
en practische doorvoering van haar
sociaal en economisch ordeningspro
gram. Moge zij het vertrouwen van
meer dan een millioen kiezers niet be
schamen en dat van de anderen weten
te winnen mede door de daden en het
beleid van hen, die thans zitting hebben
in de nieuwe regeeringsploeg.
NEW YORK, 23 Juni (Stefani). Tijdens
een hevig onweer zün twee personen in den
luchtspoorweg te New York om het leven ge
komen, en werden dertig personen gewond. In
Brooklyn en op Long Island werden huizen be
schadigd, terwijl boomen werden ontworteld en
telegraafpalen omvergeworpen.
BATAVIA, 23 Juni (Aneta) Bü der.
Volksraad is ingediend een ontwerp-ordonnan-
tie tot vrijstelling van enkele goederen van
de heffing van een tüdelijk extra-uitvoerrecht.
Het betreft hier spiritus, foeselolie. Java-Jute,
rossellevezels, steenkolen, rood koper en jo-
diumpreparaten.