Meeningen over het nieuwe ministerie journaal van een dode GEMEENTE AMSTERDAM. De vloekt zijn leven R.K. Bouwvak arbeiders Uitgifte van 25.277.000.- Obligatiën der 3V2 pCt. Derde Leening 1937, DONDERDAG 24 JUNI 1937 Ontevredenheid hij de linksche partijen De Maasbode: We kunnen tevreden zijn De Residentiebode: Mijl palen de historie Het Volk: gebouwd op onzuiveren grondslag N. R. Crt.: Een kerkelijk kabinet De TelegraafHet had beter en slechter kunnen zijn Nieuwe Japansche gezant te 's Gravenhage aangekomen Verlaging minimumprijs aardappelen Het Tweede Kamerlid Jb. Groen wenscht geen verantwoorde lijkheid meer te dragen Amsterdam buigt voor Moskou DOOR AUTO GEGREPEN De enorme werkloosheid in het bouwbedrijf dwingt tot krach tige maatregelen Meisje levensgevaarlijk gewond Vergadering van den Bondsraad De werkloosheidsverzekering SCHIPPER VERDRONKEN Radiorede minister Slotemaker de Bruïne over de zomerpostzegels Taxegedeelte consumptiemelk Een geschil uit de Middeleeuwen Grens tusschen Ambt-Hardenberg en Vriezenveen GOEDERENTREIN ONTSPOORD UIT DE STAATSCOURANT Clearingkoersen Benoeming bekrachtigd Belastingen P.T.T.-bedrijf ZOO JUIST VERSCHENEN: EEN ROMAN VAN JAN DERKS ING. 2.90 GEBONDEN 3.50 dit boek is verkrijgbaar bij den boekhandel en bij den uitgever N.V. PAUL BRAND'S UITGEVERS-BEDRIJF HILVERSUM in stukken van IOOO.en 500.nominaal. Ondergeteekenden berichten, dat zij de inschrijving op 25.277.000.— pCt. obligatiën van bovengenoemde uitgifte bij hunne kantoren openstellen op WOENSDAG, 30 JUNI 1937, tot den koers van 99 pCt. Prospectussen en inschrijvingsbrieven zijn bij de kantoren van inschrijving verkrijgbaar. De Twentsche Bank N.V. Lippmann, Rosenthal Co. Rotterdamsche Bankvereeniging N.V. Incasso-Bank N.V. Nederlandsch-lndische Escompto Maatschappij N.V. R. Mees Zoonen. Hope Co. Nederlandsche Handel- Maatschappij, N.V. Amsterdamsche Bank N.V. Pierson Co. Mendelssohn Co. Amsterdam. Banque de Paris et des Pays-Bas. naar het Engelsch Dr. Colijn heeft de consequenties getrokken Uit het feit, dat „rechtsch" een zeer behoorlijke Meerderheid haalde van 56 zetels, en zich niet van de wijs laten brengen, door het betoog, dat een aantal kiezers hun stem niet op hem als antl-revolutionnair hebben uitgebracht. Als anti-revolutionnair leider heeft dr. Colijn de verkiezingscampagne gevoerd, en ieder, die °P hem stemde wist, dat hij zijn stem gaf aan de anti-revolutionnaire lijst. Dr. Colijn is er de Man niet naar, om de op zijn lijst uitgebrachte stemmen te gaan keuren en ziften: 17 zetels v°or zijn lijst beteekenden zeventien anti- fevolutionnaire kamerleden en dat beduidde, met de zetelwinst der katholieken, ondanks den te- ftiggang van de christelijk-historischen, een stevige versterking van de rechterzijde. Dar *ee.s van zelf aan, in welke richting de kabi netsformatie gezocht moest worden. Nu er zoo vaak is verklaard, dat ook in de Met-rechtsche partijen de strooming sterker is |eworden, om aan de christelijke beginselen den hun toekomenden invloed ook op het staatsbe stuur te gunnen, zal dit kabinet ook zeker op een loyale „oppositie", of liever op loyale me dewerking ook van niet-rechtsche partijen mo- Üen rekenen. En dit ondanks de zuiver menschelijk be keken niet onverklaarbare geprikkeldheid, daarvan b.v. de zoo verdienstelijke minister Van Financiën uit het vorig kabinet heeft blvjk 8egeven. Het valt aanstonds op, dat dr. Colijn met een JMootendeels nieuw team optreedt, speciaal wat de katholieken betreft. Dezen kunnen tevreden zijn: de positie door hun mannen in het kabinet ingenomen, is een Waarborg, dat bij het opstellen van het pro gram van het nieuwe kabinet met de verlan gens der katholieken in voldoende mate is re kening gehouden en dat ook de uitvoering van hetgeen ons onder de tegenwoordige omstan digheden meer bijzonder ter harte gaat, zoo veel mogelijk verzekerd is. Dezen waarborg, zien we wel zeer speciaal in het toetreden van Mizen partij- en fractieleider, mr. C. Goseling, '°t het kabinet. Zoo verschijnen de katholieken in het nieuwe kabinet met een geheel nieuwe équipe. Het ka tholieke volk zal intusschen dit willen wij hans reeds even in het voorbijgaan opmerken dank weten aan de drie mannen, die in Moeilijke omstandigheden hun land naar best rmogen en naar eer en geweten met be kwaamheid hebben, gediend. Mr. Deckers, de z°o verdienstelijke oud-minister van Defensie, srdween thans mèt zijn Landbouwdeparte- Ment; minister Gelissen trekt volgens eigen erlangen naar Limburg terug en minister Van haik zal wel de fractieleider moeten worden. Een historische dag in de parlementaire ge schiedenis van Nederland en juist daarom ook m heel onze historie, omdat dit gebeuren in Parlement en regeering de uitwendige vorm is an wat zich in de geesten van onze Neder- Mndsche tijdgenooten heeft voltrokken, ^at nooit meer zou komen, is toch gekomen 's juist gekomen. En het is een hoogst merk waardig verschijnsel, dat in den barnenden rijd, dien de wereld, en vooral Europa om ons ^n, sinds jaren en vooral thans, doormaakt in ven geweldigen drang naar linksch met de ge lede nationalistische reacties en het toen nog weer sterkere naar linksch oprukken, in Neder- an<j een zóó principieele keus is gedaan door e meerderheid van ons volk. Een keus, die een e'ijdenis inhoudt van den christelijken grond ig, waarop niet alleen persoonlijk- en gezins- Gv«n moeten steunen, maar ook Staatkunde, etgeving en bestuur. En dan in dezen tijd zeker y op de laatste plaats: de economie. Jaren en eeuwen komen en gaan. Partijen e tot ongekende macht in Nederland waren Pgeklommen, zijn tot welhaast niets terugge- hi hetzelfde lot wacht iedere partij, die jUt op eeuwigheids-beginselen steunt. Het is y 1 onvermijdelijke gevolg van het wegvallen h een tijdelijke bestaansreden. jjHet zal de taak van het nieuwe christelijke tar z^n' de zuivere reactiepartijen van ïibe- hsme en socialisme overbodig te maken. [**et nieuwe ministerie-Colijn is ten langen ste gereed gekomen. Het resultaat van vier j. ken onderhandelen is zoo poover, dat men jCh verwondert over de vrijmoedigheid van jen heer colijn, die zonder aan een ander ..kans te laten, een sterk kabinet samen te ®n met dit gezelschap durft verschijnen. t;a^Gn van de tien ministers behooren tot de "Uk 6n van de rechterzijde; de heeren hebben (w .hun coalitie-kabinet. Doch zelfs uit deze gey, ware een regeeringsploeg te vormen te]deest. die krachtiger was en meer figuren Vp„,u' openstaan voor de eischen van onzen aan- te- kom gen Toen de heer Colijn zag tech?in' dat tusschen de twee stoelen te- bljj/ kwam, heeft hij zich op het laatste oogen- °Uri rne^ z^n rechterhand vastgeklampt aan den en wrakken coalitie-fauteuil. En daar zit hy Vjri Met een pijnlijk-vertrokken gezicht, want het groote gezag, dat de figuur-Colijn nog in de verkiezingsdagen ongetwijfeld bij een be langrijk deel van ons volk bezat, is na deze lutt.ele weken niets overgebleven. Voor het Nederlandsche volk breekt een moeilijke tijd aan. Zoolang dit kabinet zich weet te handhaven, mag op een eenigszins be vredigende regeling van de brandende sociale en economische vraagstukken niet worden ge rekend. Gebouwd op den onzuiveren grondslag van 'n politieke tegenstelling „rechtsch" te genover „linksch" die haar steunpunten in de staatkundige en maatschappelijke werkelijk heid heeft verloren, zal het ministerie zich steeds weer de handen zien gebonden door de verschillen van inzicht ten aanzien van de sociale en economische vraagstukken binnen de drie partijen, die het regeeringsblok vormen. Want of men het erkent of niet: dr. Colijn heeft, met verloochening van de door hem in de Eerste Kamer geopende uitzichten, een rechtsch kabinet gevormd en men zal nu nog maar het best doen, als men zich als een dood gewoon parlementair rechtsch kabinet aandient en gedraagt. Dan zal spoedig genoeg blijken, dat de staatkundige ontwikkeling van Neder land eerst uit het moeras zal raken, als men resoluut breekt met de coalitie-figuur, die maatschappelijk-onwaar en geestelijk-onwaar achtig is. Het staat dus nu vast, dat men weer is te ruggevallen tot een kerkelijk kabinet, zooals het laatst is opgetreden onder leiding van wijlen jhr. mr. Ch. J. M. Ruys de Beerenbrouck van 19291933, zij het, dat de medewerking van de drie groote kerkelijke partijen bij de toen malige formatie op grond van een vast om lijnd program niet verkregen is, een partijen- Kabinet dientengevolge onmogelijk was geworden en daarom aan 't Kabinet ten onrechte de qualificatie „extra-parlementair" werd toege kend. Het zal geen verwondering wekken, dat wij het betreuren, dat het nieuwe Kabinet op dezelfde verouderde basis is opgetrokken. Verouderd, omdat er na de totstandkoming van de onderwijs-pacificatie geen reden meer voor was. Eenigen staatkundigen samenhang van noemenswaardige kracht bood, gelijk na dien gebleken is, de oude Coalitie-gedachte niet meer. Integendeel, de meeningsverschillen tus- schen de drie groote èn de kleine ker kelijke partijen traden nergens zoo duidelijk aan den dag als juist op wat men het Christe lijk terrein zou kunnen noemen; zelfs had een dergelijke kwestie van opzichzelf onbelangrijke» aard het gezantschap bij het Vaticaan tot de Kabinetscrisis van 1925—1926 onder het eerste Ministerie-Colijn geleid. Ontbreken die meeningsverschillen en ook de zuiver staatkun dige tegenstellingen vanzelfsprekend ook bij een Kabinet op breedere basis niet gegeven nu eenmaal het onstaatkundige criterium voor de kerkelijke partijgroepeeringen zoo werd, gelijk in het afgeloopan vierjarige tijdvak ge bleken is, de gelegenheid voor samenwerking op zuiver staatkundig gebied, onder vermijding van kerkelijke tegenstellingen, gunstiger. In stede daarvan krijgen wij nu weer met een irreëelen grondslag van Kabinet en meerderheid in het parlement te doen. Het nieuwe Kabinet had veel beter, maar ook veel slechter kunnen zijn. Ons land heeft weer een parlementair ministerie, dat wel is waar geen groote, maar toch een solide meer derheid achter zich heeft. Tegenover deze regee ring staat een oppositie, die alleszins bekwaam is controle uit te oefenen. Als men bedenkt, hoe sterk in andere janden het parlementaire regime is afgetakeld, dan moet men dankbaar erkennen, dat het by ons normaal function- neert en een bolwerk voor onze volksvrijheden blijft vormen. Natuurlijk zullen vtlen, die op dr. Colijn niet als op den partijman, maar als op een nationale figuur hebben gestemd, zich teleurgesteld gevoelen. Naar onze meening niet ten onrechte. Zij kunnen zich troosten met de gedachte, dat het aan hun stem is te danken, dat wij hem en niet de een of andere meer of minder bekwame politieke figuur, als minister president aan het hoofd van 's lands zaken zien staan. Dat is een waarborg voor een redelijken gang van zaken in de komende jaren. Daar staat tegenover, dat geheel noodeloos de partijpolitiek opnieuw op de spits is .ge dreven. Hoewel de drie oude coalitie-partijen zeer goed weten, dat zij geen noemenswaardige meerderheid in het land hebben, verdeelen zij de ministerzetels als ware er de laatste vijf- en-dertig jaar op politiek gebied niets veran derd. zy hebben een gelegenheid voor samen werking op breeder basis uit enghartige party - overwegingen laten voorbijgaan. Dat valt diep te betreuren. Niet alleen om het heden, maar vooral om de toekomst. Wy zien een herleving van de oude coalitie, dank zij den kwaliteiten en de populariteit van één enkelen man. Dat is werkelqk geen basis om er een blyvende po litiek op te grondvesten. Dat had men wél kunnen doen, indien men den grondslag waar op het vorige kabinet-Colyn was gebaseerd, had behouden. Met den Pullman-trein uit Parijs, die te 17.34 uur aan het station Hollandsche Spoor arri veert, is Woensdagmiddag te 's-Gravenhage aangekomen de nieuwbenoemde gezant van Japan in ons land, Z. Exc. Kazue Kuwajima. Ter begroeting waren op het perron aanwezig de tydelyke zaakgelastigde en secretaris van de Japansche legatie te 's-Gravenhage, de heer I, Yamaguchi, de heer S. Takano en T. Tujikake, kanseliers van de legatie, en verscheidene leden van de Japansche kolonie. Namens den L.T.B. is Woensdag het volgend telegram gezonden aan den Minister van Land bouw: De minimumprijs van vroege aardappelen is door de groenten- en fruitcentralen plotseling van 6 tot 4 verlaagd. De tuinders, die zelf heffing hebben moeten betalen, zijn hierdoor sterk gedupeerd. Wij verzoeken Uwe Excellentie dringend maatregelen tot herstel te treffen. Bovendien zond de heer Jb. Groen, lid der Tweede Kamer en bestuurslid der Centrale, den minister het volgend telegram: De maatregelen inzake steunregeling voor den tuinbouw worden permanent zonder overleg met de organisaties getroffen. Thans weer rigoreuze verlaging van den minimumprijs voor vroege aardappelen zonder eenig overleg met bestuurs ledencentrale. Ik wensch hiervoor geen enkele verantwoor delijkheid meer te dragen. Verzoeke Uwe Ex cellentie maatregelen tot herstel van de schade te nemen. Jb. Groen, bestuurslid der Centrale. Dij de verkiezing van den Raad van Beheer van het Internationaal Arbeidsbureau heeft de Arbeidersgroep van de internationale Arbeids- conferentie, waarvan de meerderheid gevormd wordt door .het Internationaal Verbond van Vakvereenigingen (de zgn. „Amsterdamsche" Internationale), den heer Serrarens (Neder land), Secretaris van het Internationaal Chris telijk Vakverbond, die reeds gedurende drie ja ren plaatsvervangend lid van den Raad van Beheer was, niet herkozen, niettegenstaande hy door den Nederlandschen socialistischen arbei ders-afgevaardigde als candidaat was voorge steld. Voor ieder onbevooroordeelde is het duidelijk, dat dit een onmiddellijk gevolg is van de hou ding, die de Christelijke arbeidersafgevaardig den vorige week hebben aangenomen, tegenover de volmachten van den Russischen arbeiders vertegenwoordiger. Hieruit blijkt wel duidelijk, dat Amsterdam zich voor Moskou gebogen heeft. By het oversteken van den weg, is het acht jarig dochtertje van de afmilie B. te Oeffeit door een luxe-auto gegrepen. Het kind is met ernstig inwendig letsel, een hersenschudding en een gebroken arm de ouderlijke woning binnen gedragen. De behandelende geneesheer achtte den toestand van dien aard, dat de kleine on- middellyk van de H.H. Sacramenten der Ster venden moest worden voorzien. Men vreest voor haar leven. De R. K. Bouwvakarbeidersbond „St. Joseph" hield Woensdag in hotel Noord-Brabant te Utrecht de bondsraadsvergadering onder presi- aium van den heer J. Andriessen. Aan de openingsrede van den voorzitter heb ben wij het volgende ontleend: Het is een verheugend verschynsel, dat sinds het vorig jaar economisch een verbetering valt waar te nemen. Wat reeds langer buiten onze landsgrenzen waarneembaar was, heeft nu ook in het Nederlandsche bedryfsleven zijn intrede gedaan. Ook in het bouwbedrijf is een kentering ten goede waarneembaar. Het werkloosheidscijfer daalt, evenals in het algemeen ook in ons be drijf, al is het verschil, vergeleken met het vorig jaar, nog niet groot. Een daling immers van ongeveer 7 pet. is uiteraard verheugend, het is toch, gezien datgene wat nog overblijft, nJ. ruim 30 pet., nog van een zoodanigen omvang, dat geen optimistisch geluid kan klinken. Een weerspiegeling van deze daling vindt men in de aanbestedingscijfers. Deze gaan weer om hoog, waaruit de gevolgtrekking, dat ook het bouwbedrijf weer aan een grooter aantal arbei ders werkgelegenheid biedt, noodwendig volgt. Wy zijn echter van oordeel, dat gepoogd moet worden, het werkloosheidspercentage in sneller tempo te verminderen, 31 pet. werkloozen in het hartje van den zomer is een cijfer, dat tot activiteit moet prikkelen. Het komt ons voor, dat de regeering, ook via het bouwen van woningen, aan die vermindering moet meewerken. Hier kan en moet naar ons oordeel meer gebeuren. Wanneer men nagaat, welk deel van de wo ningproductie voor rekening van woningbouw- vereenigingen komt, zal men moeten beamen, cat dat aandeel tè gering is. Hier kan de over heid stimuleeren, waardoor naast de werkgele genheid ook de volkshuisvesting wordt ge diend. Ook de opruiming van niet meer aan redelyke eischen beantwoordende woningen dient in be langrijk sterker mate ter hand genomen te wor den. De bedragen, welke daarvoor beschikbaar worden gesteld, zijn veel te gering, in aanmer king genomen wat er te verbeteren valt. Daar door ook kan de werkgelegenheid worden bevor derd, een verlangen, dat niet dikwijls genoeg kan worden herhaald. Uitvoering van openbare werken is ook een krachtig middel om tot dat doel te geraken. En al dient met waardeering te worden erkend, dat de laatste jaren de regeering hier niet stil ge zeten heeft, de enorme werkloosheid in ons be drijf dwingt tot krachtige maatregelen. Op één ding moge in dit verband de aandacht worden gevestigd en dat is op de werkloosheids verzekering. In de abnormale verhoudingen, waarin wy nog steeds verkeeren, mag niet gepoogd wor den, ten aanzien van die werkloosheidsverzeke ring normale verhoudingen te gaan zien. De rechten, welke de leden op dit moment genie ten, staan in geen juiste verhouding tot de lasten, welke zy daarvoor moeten dragen. Een uitkeeringsduur van 43 dagen per jaar is tè laag en deze mag op dat peil niet gehouden worden, teneinde het kweeken van reserves mo- gelyk te maken. Dit kan zeker niet, wanneer daarby de bedoeling aanwezig zou zyn, om zoo spoedig mogelijk wederom een subsidie-percen tage van 100 te bereiken. De werkloosheid, zooals wy die de laatste ja ren gekend hebben en nog kennen, heeft de werkloosheidsverzekering aan een zware proef onderworpen en het zou een fout zijn, de nu in getreden situatie langzamerhand als normaal te gaan inzien. Wat zich ten aanzien van het inkomen van den bond in den loop der jaren voltrok, kan blijken uit slechts twee cijfers. In 1921 met 26.810 leden werd ontvangen aan bondscontributie rond 790.000 of gemiddeld ƒ30.30 per lid per jaar. In 1936 met 25.697 leden werd rond ƒ276.500 aan bondscontributie ontvangen of gemiddeld ƒ10.76 per lid en per jaar. Deze cyfers spreken boekdeelen. Na de mededeelingen werd het jaarverslag be handeld, waarby tevens het beleid van het bondsbestuur besproken werd. Vanuit de vergadering drong men erop aan, richtlijnen te geven betreffende de jeugdleden mèt de afdeelingen. Na behandeling van het financieel verslag kwam aan de orde de bestuursverkiezing. De af tredende bestuursleden werden herkozen. Vervolgens werden de voorstellen besproken van het bondsbestuur tot wijziging van het huis houdelijke reglement; deze werden aangeno men. Besproken werden dan de voorstellen der af deelingen tot wijziging van het huishoudeiyke reglement en tot wijziging van het reglement der werkloozenkas. Ook deze werden aangeno men. Hierna kwam aan de orde een voorstel van het bondsbestuur tot het in het leven roepen van een regeling, beoogende bij gezinsvermeer dering financieele hulp aan de leden te ver strekken. Dit voorstel werd aangenomen. De secretaris van het R. K. Werkliedenver bond, de heer Pchutte, sprak dan de vergade ring toe en feliciteerde den bond met de be noeming van voorzitter Andriessen tot lid van de Tweede Kamer. Woensdagmiddag omstreeks half drie is in den Rijn boven Milligen, ter hoogte van Tol kamer, een bootje van den parlevinker W. Lei- graaf, na in aanvaring te zijn geweest met het rynschip „Fïancisca", gekapseisd. De schipper verdween in de diepte. Ook zijn bootje zonk. Hedenavond zal de minister van Onderwys, Kunsten en Wetenschappen, prof. Slotemaker de Bruïne, een radio-rede houden over de be- teekenis van de zomerpostzegels. De uitzending geschiedt van 19.4520.00 uur, over beide Nederlandsche omroepzenders. Nederlandsche zuivelcentrale, 27 Juni t.m. 3 Juli 1937 consumptiemelk regeeringscontract, taxegedeelte 6,25 cent, eventueel verhoogd met premie of verminderd met kwaliteitsafdracht. Overmelk regeeringsminimumprys 4.80 cent. Afdracht bij levering in consumptie van an dere dan taxemelk 2.50 cent. Het geschil omtrent het juiste beloop der grens tusschen de gemeenten Vriezenveen en Ambt-Hardenberg, ter plaatse van het thans onder den naam Westerhaar bekend staande gehucht, op 7 KM. afstand ten Noorden van het dorp Vriezenveen, is terug te brengen tot de Middeleeuwen, aldus de toelichting op een wetsontwerp tot wijzi ging van de grens tusschen de gemeenten Ambt-Hardenberg en Vriezenveen. Het laat zich hooren, dat de omstandigheid, dat de grensscheiding op een bepaalde plaats niet objectief vaststaat, tot moeilijkheden aan leiding geeft. De bebouwing van het gehucht Westerhaar is van recenten datum en meeren- deels uiterst sober; de aanleg van den zich juist hier vertakkenden provincialen weg heeft ech ter den stand van het gehucht zeer verbeterd, zoodat uitbreiding van de bebouwing is te ver wachten. Een definitieve vaststelling van het juiste grensbeloop ter plaatse moet derhalve urgent worden geacht. In verband hiermede is door GedBtaten van Overijsel met de gemeentebesturen van Vrie zenveen en Ambt-Hardenberg overleg gepleegd. Als resultaat daarvan is overeenstemming ver kregen omtrent een grensscheiding. Het inge volge deze regeling naar Vriezenveen overgaan de gebied wordt thans door 325 inwoners be woond. De gemeente Ambt-Hardenberg heeft nog den wensch te kennen gegeven dat van deze gele genheid zou worden gebruik gemaakt om ook ten aanzien van het gehucht Kloosterhaar een grenswijziging tot stand te brengen. De regee ring meent met Ged. Staten van Overijsel. dat daartoe niet voldoende termen aanwezig zijn. Woensdag zyn door tot nog toe onopgehel derde oorzaak op een wissel op het emplacement van het station Rotterdam D.P. negen wagens van een goederentrein ontspoord. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. Er is eenige ma- terieele schade. Koersen voor stortingen op 24 Juni 1937 te- tegen verplichtingen luidende in: Reichsmarken ƒ72.95, lire ƒ9.61, peseta's ƒ9.10. Bij K. B. is de benoeming van prof. J. van Gelderen tot byzonder hoogleeraar .voor den leerstoel vanwege de socialistische vereeniging tot bevordering van de studie van maatschap pelijke vraagstukken bij de faculteit der rechts geleerdheid aan de Rijks-universiteit te Utrecht, om onderwys te geven in de sociologie, bekrach tigd. By beschikking van den minister van Finan- iën is de inspecteur der directe belastingen enz., J. Hogenesch verplaatst van de sub-inspectie dei invoerrechten en accynzen te Terneuzen naar Amsterdam en toegevoegd aan het hoofd van de inspectie der invoerrechten en accijnzen al daar. By K. B. is met ingang van 1 Augustus 1937 aan den commies bij den Post-, Telegraaf- en Telefoondienst, A. Korteweg, aangewezen als directeur van het post-, telegraaf- en telefoon kantoor te Vriezenveen, op zyn verzoek eervol ontslag verleend. van des voormiddags 9 uur tot des namiddags 4 uur, met recht van voorkeur voor houders van de niet uitgelote per 2 Augustus 1937 aflosbaar gestelde f 8.250.000.obligatiën der 4 pCt. leening Amsterdam 1931 11 en f 28.752.OOO.obligatiën der 4 pCt. leening Amsterdam 1935 als in het prospectus nader omschreven. AMSTERDAM, ROTTERDAM, J 'k" M nu over het ravyn te trekken, daar waag maar met aan," zei hy. „Vaarwel, myn het ga je goed. Je hebt niets gerekend v e Je medische hulp, maar ik hoop, dat dit," v h hij reikte hem een gesloten enveloppe over Vw°lc3oende zal wezen en hat je het wilt aan- kQ°r I?1 als een klein bewys van dankbaarheid to0cl de gezelligheid, die je een eenzamen man Hh' en het geduld, waarmee je in mijn ziekte hebt verdragen." En, toen hy zag, h»g hurston het hoofd schudde, voegde hy er t w "Je zou mÜ ten zeerste grieven, als je •W,eigerde: ieder arbeider is zyn loon waard, Je toch weet!" V,een glimlach nam Thurston de enveloppe het zy zoo, sir! Wel myn hartelyken is mogeiyk, dat je eenige moeite zult %en' ln San José de cheque verzilverd te Q' Want, zooals je zult zien, is ze inwissel-, baar aan een bank in Frisco. Maar misschien heb je het geld ook nog niet noodig, eer je die plaats zult hebben bereikt." „Ik twijfel niet, of dit zal in orde komen, sir! Thurston stak de enveloppe by zich en reikte zyn gastheer de hand: „Goeden dag, sir. Ik heb waarlyk een pretti- gen tyd bij u doorgebracht. Dank u nog wel zeer voor alle ondervonden vriendelykheden en wees verzekerd: als ik terugkeer in het „oude land,' dan zal ik uw nichtje' opzoeken." Met stevigen handdruk scheidden de heeren en Thurston en de groom reden verder. Mr. Jes- son stond zijn jongen vriend nog zoo lang mo- gelyk na te kijken, met droeven blik, want hij was overtuigd, dat hij hem nooit zou weerzien, en nu moest hy terugkeeren naar zyn eenzame wo ning, waar hij niemand had, met wien hy op zulk een vertrouwelyken voet kon omgaan. Het smalle pad door het ravijn was dien och tend gevaarlijker dan ooit door de langdurige regens. Thurston was dan ook dankbaar, toen ze heelhuids den anderen kant hadden bereikt en op meer gebaande wegen kwamen. Eerst toén dacht hy weer aan den wissel, maakte de enve loppe open, niet meer dan een twintig a dertig pond verwachtend. Hoe groot was zijn verbazing, toen het bedrag, op de chèque aangegeven, niet minder dan vijfhonderd pond bedroeg! „San José zal mij niet lang meer zien! Morgen aan den dag ga ik naar Frisco," nam hy zyn besluit. HOOFDSTUK III „Audry, weet je wel, dat het al half vier is en. dat de bazar van Mrs. Minton om kwart voor vieren begint? En je bent nog niet eens gekleed. Berg onmiddeliyk je muziek op en ga met mij mee. Je zorgt nu toch ook nooit eens zelf voor je tijd! Als ik je niet steeds achterna zat, dan kwam je zeker overal te laat!" Geheel gereed en gekleed stond Mrs. Stephen son op den drempel van haar smaakvol inge- richten salon en keek met bozen blik naar het slanke jonge meisje, dat daar stond viool te spelen. De stroom van muziek hield ineens op en met donkere, droomerige oogen keek zij den kant uit van de spreekster, terwyl zy ongeduldig het voorhoofd fronste: „O, Hemeltje! Daar had ik heelemaal dien ba zar vergeten, tante Johanna! Moét ik er wel heen? Ik heb zoo'n hekel aan bazars!" .Natuurlyk moet je er heen! Je zou je maar liefst overal aan willen onttrekken. Het was ver bazend beleefd van Mrs. Minton, jou ook een uitnoodiglng te sturen." ,Och, ik voel er niets voor en ook niet, tante! Zegt u het maar eerlyk. Als de bazar nu gehouden werd in een schoollokaal, of er gens in een openbaar gebouw, dan zou u er niet aan denken, er heen te gaan!" Op streng-verwytenden toon antwoordde Mrs. Stephenson: ,Je hebt het recht niet, dat te zeggen, Audry. Je weet heel goed, dat ik mij interesseer voor ieder mogelijk liefdadigheidsbetoon; en ik wil nu wel erkennen, dat ik liever in een salon kom, dan in een tochtig lokaal; maar in ieder geval zou ik blük geven van myn belangstelling. En. zorg jy nu maar, dat je zoo gauw mogeiyk klaar bent!" Het kostte Audry heel wat, haar viool in de kist te leggen, terwijl ze intusschen zei: „Ik heb niets, om in het busje te gooien.' „Ik zal je een dubbeltje geven." „Maar zegt u nu zelf eens tante, dat zou toch een beleediging wezen voor Mrs. Minton!" „Niemand hoeft te zien, wat je geeft, als Je het wat handig doet, Audry." „Degene, die naast my zit, ziet het zéker,' hield het jonge ding vol, wel wetend, dat tante Johanna slechts zeer ongaarne van haar geld scheidde en daarin misschien een uitweg ziende zich van die gelegenheid af te maken. „Een shilling, om wat te koopen, en een dub beltje voor het busje, meer klein geld heb ik niet, want ik ben nu niet van plan, vanmid dag nog een souvereign voor je te wisselen! Je zult toch ook zelf nog wel iets hebben?" „Neen, tante, heusch niet!" ,Nu, dan is het maar beter, dat je thuis blijft!" Het volgend oogenblik verliet Mrs. Stephenson den salon en een minuut later zag Audry haar langs 't benedenvenster gaan en kon niet na laten, met een paar bevallige pirouetten naar haar viool te dansen, waarna ze weer streelend den stok over de snaren liet glyden. En geen wonder, dat zy zich hierop verheugde. Maar heel zelden toch kon zy zich eens onge stoord een uur aan haar muziekstudie wyden, die haar een heele troost was in haar eentonig bestaan. Mrs. Stephenson beschouwde het als tydverspilling en meestal wist zii er de een of, andere huishoudelyke bezighei dop te bedenken, telkens als Audry zich verheugde op een half uurtje rustig spelen. Nog niet lang zal zij bezig zijn geweest, of de bel ging, ofschoon zy verdiept in haar spel als zy was dit niet had gehoord en dus vry teleurgesteld keek, toen even daarop 't dienst meisje binnenkwam met een kaartje op een zil veren blad en zy dus ongeduldig vroeg: „Wat is het Ellen? Bezoek? Toe, zeg maar, dat mevrouw uit Is." „Die heer vroeg niet naar mevrouw, maar naar Miss Audry." „Naar my?" Ze las den naam op het kaartje, die haar ech ter vreemd was en zei: „Nu, laat hem binnenkomen." Zij zuchtte ongeduldig, pakte haar viool nog niet in, want misschien als de vreemde zag, dat zy zoo bezig was, zou hy zijn bezoek wel wat be korten. Toen Thurston dus het vertrek binnentrad, stond zij nog met de viool in de hand vóór den lessenaar, terwyl het gouden zonlicht op haar lief, peinzend gezichtje viel. Hy glimlachte, boog hoffeiyk en keek naar haar met vragenden blik. ,Ik mag u wel myn verontschuldigingen bie den, Miss Jesson," begon hy, met zyn sympa- tieke stem en dat makkelyke in heel zyn hou ding en manieren, dat Audry dadelyk zoozeer voor hem innam. „Maar ik heb een boodschap voor u van Mr. Jesson, die, geloof ik, uw oom is?* Zy legde nu haar viool neer en trad naderby met een uitnoodlgend: „Gaat u zitten. Heeft u een boodschap aan my? En van myn oom? Ik denk haastdat er een misverstand in het spel Is. Ik heb maar één oom, dien ik nooit gezien heb en van wien ik niets afweet. Hy is buitenslands gegaan, naar Mexico of naar Californië, eer ik nog geboren was." „Juist. En van dién oom, Mr. James Jesson, is het ook, dat ik spreek. Ik heb een paar weken by hem doorgebracht, even voordat ik Californië verliet, en hy heeft my uw adres gegeven, of althans wat uw adres wès, toen hy het laatst van u hoorde. Hy heeft my verzocht, u een be zoek te brengen." Audry's gezichtje klaarde op. Nog dienzelfden ochtend, toen zy langen tyd had moeten bezig zyn met kasten opruimen, had zy zoo vurig ver langd naar iets, dat de eentonigheid van haar bestaan verbreken zou; en ziet: nu scheen haar stille bede verhoord! Een bezoek van een vreemde was op zichzelf al geen alledaagscne gebeurtenis, maar nu die vreemde haar nog een boodschap bracht van een onbekenden oom, ver over de zee, nu was dit dan wel een zeer wel kome afleiding. Met schitterende oogen en een geanimeerd blosje zei ze dus: Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 3