Limburg terug naar God
ffldm&aal aan den daQ
De avonturen van Stan en Pol
CEBUTO
wordt vermist!
IN MODERNE ACTIE
NANCY STEELE
MAANDAG 19 JULI 1937
Redevoeringen van prof. Steger,
mr. Diepenbrock en anderen
in Maastricht
Voor de radeloozen van
onzen tijd
Neemt Uw koffer mee,
Iaat Uw zorgen thuis
THANS NOG PLAATS VOOR
ONDERSTAANDE REIZEN:
REIZEN ZONDER ZORGEN
OFFICIEELE CRISIS
PUBLICATIE
Prijzen varkens bestemd voor
baconbereiding
Inlevering van spek
ZWEMMEN
De kampioenschappen
te Wildervank
Aantal inschrijvingen aanzienlijk
grooter dan in het vorig jaar
DOOR LUC WILLINK
bii*>e
,06
Wan onzen specialen verslaggever)
Maastricht, 18 Juli.
Inderdaad: het was misschien wat
brutaal van het bestuur der Katho
lieke actie „Voor God" om op dezen
heerlijken Zondagmiddag in de grootc
zaal van de „Mastreechter Staar" een
bijeenkomst te belegge* om haar stre
ven grooter bekendheid te verschaffen
in het Zuiden. De menschen hebben
vanmorgen, kijkend naar de Sacra-
ments-processie aan den overkant van
de Maas, in Wijk-Maastricht, de volle
warmte van de zon gevoeld. En dan in
den vroegen middag wéér de warmte in
als men net gegeten heeft en, vol
gens Maastrichtsche gewoonte, eigen
lijk een dutje pleegt te doen!
Inderdaad: professor Steger zei het in zijn
openingswoord héél juist: het was misschien
wat brutaal. De autoriteiten hebben zich daar
door niet laten afschrikken. Op het podium
hadden o.m. Zijne Excellentie Mr. Dr. van
Sonsbeeck, Commissaris der Koningin in Lim
burg, de heer Th. Verheggen, voorzitter van de
Katholieke Land- en Tuinbouwers, Ir. Bemel-
mans en het Tweede Kamerlid Jhr. Mr. G.
Ruys de Beerenbrouck, plaats genomen. Voor
aan in de zaal zat Mgr. Taskin, president van
het Groot-Seminarie Warmond. Van de zijde
van het publiek liet de belangstelling echter
veel te wenschen over. In de zaal tenminste.
Het is mogelijk, dat er velen de voorkeur aan
gaven buiten op het Vrijthof, in de schaduw
van de boomen het gesprokene, via de micro-
phoon ook daar verstaanbaar gemaakt, te be
luisteren.
Alle atmospherische onaangenaamheden, alle
drukkende caloriën ten spijt begroet de verga
dering echter met warme sympathie den voor
zitter, prof. Dr. Alphons Steger, die in
groote trekken schetst hoe uit een gemeen
schappelijk Herderlijk schrijven van het Door
luchtig Episcopaat over de gevaren van de god
deloosheid en het nieuw-heidendom, het initia
tief tot de „Voor God"-actie werd gekozen.
Mr. Diepenbrock, leeraar aan het Klein
seminarie Hageveld en leider van het Bureau
der Katholieke Actie „Voor God" zette vervol
gens de doeleinden uiteen, die deze actie zich
stelt.
Deze doeleinden zijn vöór alles positief. Niet
de strijd tegen anderen geldt als eerste en voor
naamste motief, doch het herstel van het Gods
geloof als de éêne werkelijkheid, die het heele
leven beheerscht. God speelt geen rol meer in
het hedendaagsche leven. Er worden boeken
geschreven over het wonder van het mensche-
lijk lichaam zonder dat met één woord melding
wordt gemaakt van den Schepper van dit li
chaam. De menschen halen hun schouders op
voor God. En juist daardoor staan zij radeloos
tegenover de groote levensvragen. Zij missen
God! Dat gemis aanvullen, dat is het eigen
lijk streven!
Breedvoerig besprak Mr. Diepenbrock de mid
delen, die in het vervullen van dit streven door
priesters en leeken moeten worden aangewend.
Naast het gebed behooren daartoe het gebruik
maken van alle gelegenheden, die de moderne
techniek ons biedt om de hedendaagsche men
schen individueel en in massa te bereiken,
de pers, de lichtreclames, het affiche op de
stations en in de tijdschriften, den automaat van
brochures, de toespraak, vastgelegd op gramo-
phoon-platen, enzoovoort.
Met groote instemming werd zijn oproep aan
Limburg om deze actie te steunen, door de ver
gadering begroet.
Vooral toen deze oproep op het spreekgestoel
te door een Limburger werd onderstreept. Door
Alphons Laudy, hoofdredacteur van „De
Tijd", die aanving met in den vorm van een
oud Limburgsch volksvers zijn vreugde te be
tuigen over het feit, dat hij zich nog uiten kon
in zijn vader's en zijn moeder's taal, in de taal
van zijn hart en zijn bloed in de Limburg-
sche volkstaal, waarin ongetwijfeld ook Serva
tius de menschen hier het Onze Vader leerde
bidden.
Sint Servatius bracht Nederland het re
ligieuze leven; Henrie van Veldeken, óók
uit deze streken, leerde Nederland het dich
ten in de eigen taal. Boven het graf van
Sint Servaas staat de wieg van Nederlands
religie en Nederlands cultuur.
Niet in een nauwe steeg van bekrompenheid
staat deze w'ieg, doch langs een wereldstraat,
waar kruisvaarders, veldheeren en keizers el
kander ontmoetten. De wegen, waarlangs wij
onze bisschoppén de relieken van hun heilige
voorgangers zien volgen, zijn dezelfde wegen,
waarlangs Servatius en de zijnen het geloof in
ons land droegen.
Door de fouten van de menschen maakt God
de geschiedenis. Fouten van menschen waren
het, die verdeeldheid brachten in den arbeid,
die Willibrord en Servatius samen verrichtten.
Het Noorden verjoeg het Heilige, dat Limburg
bewaarde in zijn tabernakels. Pelgrims uit het
Noorden kunnen thans niet zonder ontroering
meer het Katholieke leven hier in het Zuiden
aanschouwen.
Doch indien de Heiligdomsvaart eens een
ommegang werd van levende Heiligen, die
weer evenals de eerste Bisschoppen van
deze stad de heirbanen opgingen, zou dan
niet spoedig een einde komen aan den
thans bestaanden toestand, waarin na ne
gentien eeuwen Christus nog geen Christen
dom, na negentien eeuwen dogma nog geen
waarheid onder de volken wordt gevonden?
Waarin zelfs ondanks zoovele katholieken,
zoo weinig katholicisme heerscht!
Radeloosheid heerscht in deze wereld, die
neerzit bij haar onlogen, met bloed betaald en
met geld niet te betalen, bij haar machines,
die den menschen het brood uit den mond ne
men, bij haar valsche wereldbeschouwingen, die
het uitzicht op de waarheid vertroebelen.
Radeloosheid, omdat zij den weg terug niet
kent, den weg terug naar God, de eenige red
ding uit de bedreigenissen van dezen chaoti
sche samenleving. Die weg wijst de Katho
lieke Actie „Voor God". Onder die leus wil zij
ons Limburg verzamelen achter het Kruis van
de Heiligdomsvaart.
Met een ontroerend voogedragen gedicht
besloot Alphons Laudy zijn herhaaldelijk
door geestdriftig applaus onderbroken rede.
Het laatste gedeelte van het gedicht werd,
prachtig getoonzet door Carl H a e c k, in solo
gezongen door een uitstekenden bariton.
En enkele uren later op het Vrijhof door een
koor van zevenhonderd knapen en mannen
het versterkte koor der Maastreechter Staar
massaal herhaald. Het lied van C. Haeck is een
groot succes geworden, en het zal spoedig po
pulair zijn.
Nu waren de Maastrichtenaars er wél. Zes
uur schikte hun beter. Een groote menigte luis
terde aandachtig naar dit lied en naar een rede
^v&n Professor Steger, uitgesproken op het met
"palmen versierde altaar.
Gelijk het Genadebeeld van O. L. Vrouw
Sterre der Zee, Patrones van Maastricht, in
dezen tijd ook de Patrones werd van Kerken
tot in Amerika en Afrika toe, aldus Prof. Ste
ger, zoo is het graf van St. Servaas een tempel
van Belijdenis geworden en een uitgangspunt
voor cultuur, die ondanks oorlog en de stormen
der eeuwen bloeiend bleef tot heden in een on
geschonden geloof. Ook naar het Noorden des
lands, dat helaas niet ongerept den Geloofs
schat van Willibrord behield, is dze cultuur
door de eeuwen heen gedragen. En nog in dezen
tijd kreeg het Noorden veel bekwame menschen
en belangrijke bevruchtingen uit het Zuiden.
Zelfs de Staatspartij zou zonder het Zuiden,
overgeleverd zijn aan niet tegen te houden ge
varen. Zoo mag het Noorden het Zuiden dank
baar blijven. Beide zullen in een wisselwerking
van hun krachten nog ontzaglijk veel goeds tot
stand kunnen brengen. Het werk der binnen-
landsche hereeniging van Noord en Zuid is bij
uitstek het werk der Actie „Voor God", de nieu
we en grootsche stichting van ons Episcopaat.
Van deze Actie is St. Servaas de natuurlijke
Beschermheer. Hij bestreed tijdens zijn leven
de ketterijen op Algemeene Concilies, tegen het
Arianisme en de Geloofsdwalingen zijner dagen.
De Actie voor God zet dit werk met moderne
middelen voort.
Het Noorden kan de geloofseenheid niet te
rugwinnen zonder de medewerking van het
Zuiden. Maar ook het Zuiden zelf begint reeds
bedreigd te worden door het nieuwe barbarisme.
Gelijk vroeger de Noormannen op hun roof- en
vernieltochten doordrongen tot Maastricht toe,
zoo wroet thans het communisme in de Mijn
streek, zoo teekenen de statistieken reeds de
grimmige intrede van het Neo-Malthusianisme
in Limburgsche steden en dorpen, zoo dringen
modern Heidensch vermaak en slechte zeden
over de grenzen binnen. Noord en Zuid moeten
21 JULI
4 dg. ARDENNENEIFEL 25
4 dg. ARDENNEN m/t LESSÉTÖCHT 29.50
3 dg. VALKENBURGARDENNEN f 19.
25 JULI
4 dg. ARDENNENEIFEL 25.
6 dg. VIERLANDENREIS48.—
6 dg. HARZGEBERGTE 47.—
7 dg. SCHWARZWALD—RIJN 53.50
26 JULI
6 dg. VALKENB.ARDENNENEIFEL 38.75
4 dg. ARDENNEN m/t LESSETOCHT 29.50
6 dg. ARDENNENLUXEMBURG 47.—
3 dg. EIFELAHR—RIJN 21.50
4 dg. RIJNLAND en EIFEL 29.50
5 dg. NORDERNEY m/t vliegen f 49.50
6 dg. BURG—BERGISCHLAND 35.50
6 dg. RIJNLAND—WIESBADEN 45.—
6 dg PARIJS—EXPOSITIE 60.—
28 JULI
4 dg. ARDENNENEIFELGEBERGTE 25.
3 dg. EIFEL—AHR—RIJN 21.50
4 dg. RIJNLAND—EIFELGEBERGTE 29.50
7 dg. SCHWARZWALD—RIJN 53.50
29 JULI
3 dg. VALKENBURG—DUITSCHL. f 19.—
6 dg. ARDENNEN—LUXEMBURG 47.—
3 dg. EIFEL—AHRRIJN f 21.50
30 JULI
11 dg. DOLOMIETEN—MERANO f 110.—
Eerste klas hotels, maaltijden, leiders,
materiaal, dagverdeeling
Geen paspoort bij tijdige aanmelding.
Inlichtingen en reisprogramma bij de
bekende CEBUTO-REISBUREAUX of
schriftelijk: P. C. Hooftstraat22, A'dam
zich vereenigen voor het afweren van deze ge
zamenlijke gevaren.
Niet gescheiden optrekken, maar vereenigd
strijden en gezamenlijk slag leveren. St. Serva
tius heeft ons het Kruisteeken ingedrukt. Wij
zullen het overleveren van geslacht op geslacht.
Met een groot vuurwerk op de Maas werd
deze dag weer een der mooie dagen van de
Heiligdomsvaart gesloten.
De Nederlandsche Veehouderijcentrale maakt
bekend, dat de prijzen voor de met ingang van
Maandag 19 Juli 1937 aan haar te leveren
varkens, bestemd voor baconbereiding, ver
hoogd worden met 2 cent per kg. geslacht ge
wicht.
Tot deze verhooging is besloten, teneinde
den prijs der baconvarkens aan te passen bij
de gewijzigde marktverhoudingen.
De prijzen zullen dus tot wederopzegging zijn
als volgt:
Prijs per kg. geslacht gewicht in centen
Kwaliteit beneden Van Van Van Van Van
50 kg. 50 54 58 67 76
tot tot tot tot tot
53 57 66 75 85
kg. kg. kg. kg. kg.
naar 67 70 72 70 68
kwali- 65 68 70 68 66
teit 63 66 68 66 64
max. 61 64 66 64 62
54 59 62 64 62 60
cent 57 60 62 60 58
IA
IB IIA
IC IIB IIIA
IIC IIIB
IIIC
CC
koude gewicht na slachting (d.i. het warme ge
wicht verminderd met 2 pet).
De voorwaarden, waaronder de varkens ge
leverd moeten worden, zooals zij het laatst zijn
vermeld in de publicatie d.d. 24 April j.l. zijn
ongewijzigd gebleven.
Voorts js de Nederlandsche Veehouderij
centrale voornemens uit haar voorraad bevro
ren varkens te leveren aan de vleeschwaren-
bedrijven. Deze varkens werden destijds, toen
een overschot aan varkens bestond, door de
Centrale uit de markt genomen ter ondersteu
ning van de varkensprijzen. Nu echter 't aan
bod van baconvarkens is verminderd, kan de
levering aan de belangrijkste afnemers van
varkens in het bacongewicht zonder bezwaar
geschieden.
's-Gravenhage, 17 Juli 1937.
De Nederlandsche Veehouderijcentrale brengt
ter kennis van belanghebbenden, dat met in
gang van Maandag 19 Juli 1937 tot nadere
aankondiging de inlevering van spek te IJmui-
den moet geschieden bij de N.V. Vereenigde
Ijsfabrieken aan het koelhuis „Frigo".
De inlevering zal kunnen geschieden des
Dinsdags en Donderdags 's morgens van 9 tot
12 uur en 's middags van 2 tot 5 uur.
's Gravenhage, 16 Juli 1937.
Onder geslacht gewicht wordt verstaan het
Het aantal inschrijvingen voor de natio
nale zwemkampioenschappen, welke Zater
dag 31 Juli en Zondag 1 Augustus a.s. te
Wildervank worden gehouden, is thans
aanzienlijk grooter dan het vorige jaar.
Zwemsters en zwemmers van 26 vereeni-
gingen uit geheel Nederland hebben zich
voor deze wedstrijden opgegeven.
De technische commissie van den K.N.Z.B.
heeft de deelnemers, waar noodig, in series in
gedeeld, terwijl ook reeds de loting voor de
nummers der banen heeft plaats gehad.
De volgende inschrijvingen zijn in de ver
schillende nummers binnengekomen:
100 Meter borstcrawl heeren eindstrijd:
J. C. Scheffer (DJK), K. Hoving (RZC), H.
van Schouwen (DJK), H. Maier (Het IJ), P.
Kerkhoff (Groningen), B. Ramack RZC).
100 Meter borstcrawl dames series:
Eerste serie: E. Volmer (ODZ), M. van Veen
(RDZ), E. Malcorps (BZZ, Zwolle), A. Stijl
(ADZ).
Tweede serie: C. Leydekker (ODZ), G.
Sweeres (HDZ), M. Mook (ZC, Zuiderbad), M.
Mastenbroek (ODZ), C. Wagner (Het IJ).
Schoonspringen dames: C. de Winter van
Oort (Naaldwijksche ZV), G. de Hooge (RDZ),
C. Lammers Linse (Schied. Zwemclub), J.
J. Loyaard (ZC, Rotterdam); W. den Ouden
(RDZ),. L. Tholen (HDZ).
100 Meter rugslag heeren.
Eerste serie: P. Terpstra (ZC Zuiderbad,
Groningen)H. van Schouwen (DJK)J. P.
Metman (IJ)J. Ruehl (Apeld. Zwemclub).
Tweede serie: C. G. van Aelst (IJ); J. C.
Scheffer (DJK); D. Terpstra (ZC Zuiderbad);
A. van den Berg (Delftsche Zwemclub).
100 Meter rugslag dames:
Eerste serie: C. Kint (ZC, Rotterdam); I. v.
Feggelen (IJ); C. Schimmer (ADZ).
Tweede serie: Nida Senff (ADZ), G. Mal
corps (BZ, Zwolle); L. Oortgysen (ADZ), D.
Kerkmeester (ZC, Rotterdam).
200 Meter schoolslag heeren:
Eerste serie: 1. G. Gerkens (Nereus, Zaan
dijk) B. Louwerens (ZC, Groningen)E. de
Vries (Star Utrecht); A. G. Smits (Arnhem-
sche Zwemclub).
Tweede serie: H. Smitshuysen (AZ 1870), C.
Schuurhuizen (RZC); J. Oostema (Njord,
Groningen).
Jefferson Davis, de zoon van een handelaar
in groenten en fruit, was van af z'n jeugd
bezield van een toomelooze begeerte naar
macht. Reeds op de lagere school dacht hij:
„de meeste jongens hebben meer hersens dan
ik, maar ik heb meer moed dan allen te zamen.
Daarom doen ze wat ik hun zeg."
De jongens, z'n klasgenooten, hielden niet
van hem; sommigen zelfs haatten hem, maar
allenwaren bang voor hem. Jefferson wist
het en lachte er om.
„Die stommelingen," zei hij, „ze hebben geen
moed."
Op z'n negende jaar kreeg hij een hardnek-
kigen hoest, die hem maar niet wilde verlaten.
In de spreekkamer van den dokter beval deze:
„Maak je hemd los."
Vervuld van een opstandigen geest, gehoor
zaamde Jefferson met weerzin.
De dokter keek even naar z'n borst, die er
een beetje vurig uitzag. Toen beval hij weer:
„Trek je hemd uit."
„Ik heb 't al losgemaakt," zei Jefferson kre
gelig. „U kunt m'n borst best zoo zien."
De dokter hernam kalm, maar met klem:
„Trek je hemd uit en een beetje gauw. Er
zitten nog meer menschen te wachten. En als
je weer eens hier komt, wasch dan eerst je
hals."
De jonge Davis gehoorzaamde, maar met on
derdrukte woede. Toen het onderzoek geëindigd
was, vroeg hij:
„Ze doen zeker allemaal wat u zegt, hè
dokter?"
De man der Wetenschap knikte. „Ja, alle
maal; ook zulke straatbengels als jij."
„En schoolmeesters ook, en politie-agenten?"
vroeg Jefferson verder.
„Ja, en ministers ook, en prinsen."
,,'t Is kolossaal," dacht Jefferson; zoo'n dok
ter heeft macht over iedereen, zelfs over prin
sen en natuurlijk ook over koningen.
Toen vroeg hij: „zou ik óók dokter kunnen
worden."
De dokter dacht even na, keek z'n patiënt
van negen jaar belangstellend aan en ze'i:
„Daar is geld voor noodig, ventje."
„Dat heb ik niet. Kan 't niet anders?"
„Heb je hersens?"
„Gewone. Maar moed heb ik veel."
„Dan moet je een studiebeurs zien te krijgen.
Als je hard werkt, kun je voor niets studeeren.
Dus dan hard werken, denk er aan."
„Goed," zei de jongen, „dat zal ik dan doen."
Thuis gekomen, zei hij tegen z'n vader: „Va
der, ik word dokter, ik weet hoe 't moet."
„Je zult beter doen, je brood eerlijk te ver
dienen in groenten en fruit, zooals ik," ant
woordde de heer Davis Senior.
Jefferson zei niets, maar ging hard aan 't
werk. Op z'n elfde jaar kwam hij op 't gym
nasium en werkte daar nog harder. Aan voet
ballen of tennissen deed hij niet. Daar kwam je
niet verder mee. Daar won je geen beurzen mee
en prijzen, en macht over anderen. Er waren
begaafder jongens dan hij in z'n klas, maar
door z'n hard werken kwam hij hun vóór. Hij
deed eindexamen en solliciteerde direct naar
een beurs: studie vrij en een niet groot bedrag
voor levensonderhoud ieder jaar.
Hij kreeg de beurs. Z'n mede-studenten op de
universiteit konden hem niet uitstaan, omdat
hij er sjofel bij liep en zich met niemand op
hield. 't Was een zware tijd voor Jefferson,
maar hij troostte zich in 't vooruitzicht, dat hij
hun later allen vóór zou zijn. Allen? Ja, met
uitzondering van Lewis Butcher, die een geniaal
aangelegd student was.
Tot nu toe had Davis zich nooit afgevraagd,
of hij wel die geduchte macht over anderen zou
kunnen bereiken, waarnaar hij streefde.
't oog op Butcher, vroeg hjj 't zich nu wèl ai
Echter, omdat ook z'n mede-student een zeker®
minachting toonde voor de anderen, ontstol*
tusschen beiden een soort sympathie.
De tijd kwam, dat er een zwartrnarmerf
bordje vastgemaakt werd tegen het huis, waar'
in Jefferson Davis woonde.
„J. Davis, chirurg," stond er met gouden let'
ters op het zwarte bordje. En Jefferson was
trotsch op. Hij stond nu met beide voeten
den weg, die naar
macht voert. Was
hij nu gelukkig?
Neen, want aan i t\i
den overkant van JJC OftCVCltlC
dezelfde straat
zat een koperen J
bordje tegen den
muur van een andere woning:
„L. Butcher, chirurg."
Hoe kon Jefferson Davis ook gelukkig zijlt
als Butcher alle zieken tot zich trok? Toen eet>
chineesche mandarijn van Plombières kwa®'
stelde hij zich onder behandeling van ButcWJ
en toen de coloratuur-zangeres Satanella
had van d'r maag, liet ze Butcher roepen.
vooraanstaande lieden gingen naar ButcHer'
den gewilden chirurg. En toen Jefferson op ae
internationaal chirurgisch congres z'n theoh
over de oorzaken en genezing van maagkank®
uiteenzette, kwam Butcher daar tegen op
een serie van niet te weerleggen feiten.
Jefferson Davis begreep, dat de strijd v°°.
hem hopeloos was. Tegen z'n mededinger k°
hij niet op. Hij voelde zich geslagen.
Op een avond rinkelde de telefoon in Jeff®r'
son's studeervertrek dringend en een stem kloi*
zenuwachtig door den hoorn.
„Met mevrouw Butcher. M'n man is doodzi®^
maag, moet direct geopereerd worden, zeg£ed
ze. Heel gevaarlijk. M'n man wil beslist u he"'
ben. In z'n kliniek, komt u direct? Dank u."
Maar Jefferson kwam niet direct. Diep 'f?
gedachten zat hij naast de telefoon voor
uit te staren. Een koortsachtige opwindii»
greep hem aan. Butcher moest weg! En als
weg, dood was, dan was hij, Jefferson, d
chirurg, de groote man, tot wien iedereen z:°
om genezing zou wenden. Dan had h ij
macht. Maar door een moord? Hij huiver®16'
Neen, dat niet.
Maar toch, het was moord, dat z'n brandei^
brein doorwoelde, toen hij z'n jas en z'n rub°et'
handschoenen aantrok. Eenige oogenblikken 'a'
ter stond hij aan 't ziekbed van z'n collega. V0®
een oogenblik greep een duizeling hem aan.
Ui)
dacht aan God enbad. Z'n gebed was kof'1
maar vurig en smeekend:
„Mijn God, geef mij macht en moed hem t,e
redden!"
Anderhalf uur lang werkte de chirurg Jetf^
son Davis, in z'n witte jas, met het mes, rne,
al z'n kennis en wetenschap, met vaste
om z'n mededinger van een bijna zekeren do°
te redden.
Toen hij de laatste hand aan z'n werk
slagen had, stonden dikke zweetdroppels op z
voorhoofd.
„Hij zal blijven leven," zei hij.
„Dank je Davis," fluisterde Lewis Butcher,etl
strekte z'n magere hand buiten de lakens.
„Danken wij God voor den moed en de mac»
die Hij me gegeven heeft en voor Zijn goedhei
waardoor de operatie tot een gelukkig
werd gebracht," zei Jefferson Davis.
200 Meter schoolslag dames eindstrijd: D.
Heeselaar (ODZ), J. Stroomberg (IJ), J. Waal-
berg (ADZ), J. Klijnoot (ZC Rotterdam), J.
Groenendijk (RDZ)
400 Meter borstcrawl heeren:
Efrste serie: S. Moolenaar (IJ), M. van Set
ten (Neptunus, Arnhem), H. Smitshuyzen
(AZ).
Tweede serie: D. de Vos (RZC), D. van der
Kuil (SZC), H. Maier (IJ), G. Pressers (HZ
PC).
400 Meter borstcrawl dames eindstrijd: B.
Siewertsen (ADZ), E. C. Brummelcamp (IJ),
M. Aarsbergen-Olsen (RDZ), C. Wagner (IJ);
A. Stijl (ADZ); G. Sweeres (HDZ).
Schoonspringen heeren: C. de Goede (AZ),
Freekje zat op den vensterbank, hjj was nog steeds onzicht
baar, dus niemand kon hem zien, en hij zag hoe de vrouw
Langzamerhand zag hij hoe uit den vormeloozen lap een aar
dig jongensbroekje ontstond, net zooals het zijne was geweest,
Stan en Pol zeiden nu tegen Freekje dat ze
en ze vroegen hem of hij nu voldoende had
weer weg moesten
gezien om te be-
maar aan een stuk door zat te werken onder het licht van een en toen het eerste broekje klaar was, legde de vrouw het netjes seffen wat of hij gedaan had door zoo slordig met zijn kleeren
olielamp. op zij om aan de andere te beginnen. om te springen. Freekje knikte heftig van ja.
R. Jonker (UZC), B. Koppelle (Apeld. ZWe&'
club); A. Denneboom (AZ); W. Schatens
H. Lotgering (IJ).
Viermaal 200 Meter borstcrawl heeren eS
fette eindstrijd Het IJ en RZC.
Viermaal 100 Meter borstcrawl estafette d
mes: Onderlinge Dames Zwemclub Rotterda
Amsterdamsche Dames Zwemclub, Rotterda"
sche Zwemclub:
1500 Meter borstcrawl heeren:
Eerste serie: W. Geerlings (IJ), D. de
(RZC), M. Schoenmakers (Zian), G. J- v
Luyk (Schied. Zwemclub).
Tweede serie: E. Schollaert (Res. Tilbu*5jf
A. Voorwinde (RZC), K. K. G. Bakker
Ut^pcht), H. A. van Rootselaar (IJ).
Indien de deelnemers in series zijn
gedeeld, komen steeds de zes deelnemers,
de beste tijden hebben gemaakt, in den ei'^
strijd op Zondag. Indien er geen series zijn, d f
vindt de finale direct op Zondag plaats. ep
het nummer 1500 Meter borstcrawl zal
eindstrijd worden gezwommen; de tijden,
series op Zaterdag gemaakt, gelden tegeltr
tijd voor het kampioenschap.
Bij het schoonspringen worden de verP11^,
te sprongen des Zaterdags gehouden, des
dags volgen dan, zoowel bij de dames als
heeren de vrije sprongen.
De volgorde der deelnummers in de bu
mers is dezelfde als die voor de banen.
Op deze kampioenschappen zal voor
vierde maal de RDZ-wisselbeker worden
zwommen. Deze beker kan gewonnen W°r t<il
door de vereeniging, welke het hoogst
punten heeft behaald. Deze beker is id efl
door de RDZ gewonnen, in 1935 door DJ*
in 1936 door het IJ. [Si>
Bij het nummer schoonspringen he® j,
wordt de „In memoriam Joop Stotijn-v'is
beker" versprongen. Deze moet driemaal
geheel door denzelfden persoon worden
wonnen om definitief in het bezit van den
trokkene over te gaan. De beker is in 1936 p,
den Indischen springer H. Maasman geWon%,
die dezen beker dus niet zal kunnen verde
gen.
De inschrijvingen zijn in alle nummers
sterk. De beste zwemsters en zwemmers zU
te Wildervank aan den start komen.
Naar de gelijknamige Fox-film
Daniel O'Neill!
Twee jaarl
E, nr. 659.
Eer dat de vierde cipier „Naar links" had kun
nen zeggen, was Danny al naar links gestapt.
Zóó dom was hij niet.
Morris McRae!
Zeven jaar!
C nr. 399!
Naar rechts!
Eindelijk hadden ze allen zoo ingehuldigd.
De linkschen komen met mij mee, de recht
schen
Kan ik misschien eventjes.... begon een
der nieuw-aangekomenen.
Hou je mond dicht! zei de cipier zóó glad
en effen, zóó makkelijk en bedaard, dat Danny
er eerlijk van ontstelde.
De rechtschen gaan de trap op! voltooide
hij daarna.
De linkschen werden naar de douches gevoerd,
de rechtschen naar den fotograaf. Na het baden,
draaiden ze het om. Vervolgens: vingerafdruk
ken. Daarna: het gevangenispak.
En toen kwamen ze aan de afdeeling E en
toen werd het meenens. Want dat was een onaf
zienbare corridor, versierd met een geweldig
groote letter E en daar mondden allemaal cellen
op uit en voor de tralies stonden gevangenen en
keken naar de nieuwelingen, maar ze zeiden
niets.
Dus zei Wilkins maar Hallo!
Hou je mond dicht! zei de cipier.
Dót was het dus: als je maar één woord zei,
was het: „Hou je mond dicht!"
Wat had de politierechter ook weer gezegd?
„Zwijg!" had hij geroepen, toen Danny zich ver
dedigen wou.
Wat had dat miserabele rechtertje ge
schreeuwd? „WègvoerenDat was wel mak
kelijk! Dany rimpelde zijn voorhoofd. Het leven
was nog véél onrechtvaardiger, dan hij ooit ver
moed had!
Harry Wilkins werd in Cel E 658 gestopt. Cel
659 was de woning van Danny. Hier zou hij dus
twee jaar verblijven.
Kan ik papier en inkt krijgen? vroeg hij.
Waar dacht je dat je bent? smaalde de
cipier. In een hotel? Hou je kop dicht en ga
binnen!
Danny stapte over den drempel en de cel werd
gesloten.
Hij zat.
VI
EEN PROFESSOR ONTVANGT BEZOEK
Een brief schrijven? Ik denk» dat ik je wel
.zal kunnen helpen.....
Danny, verblind, duizelig door de gebeurtenis
sen, ontdekte nü, haast een volle minuut na zijn
detineering, den medebewoner van Cel E 659. De
brits had twee verdiepingen en op het boven
bed zat een pafferig dik ventje met uitpuilende
oogen en het zachtmoedigste stemmetje, dat zich
laat denken. Ze noemden hem in de Graham-
gevangenis „de Professor" en niemand dacht er
over na, of dit een spotnaam, of een eeretitel
moest zijn.
Voor de gevangenis-administratie is een gede
tineerde een nummer. Maar zoowel de cipiers,
als de gevangenen zélf hebben behoefte aan een
menschelijker benaming, zoodat het eigenlijk
alleen de directeur is, die iemand zal toespre
ken met: E 659, of A 49. Alle anderen be
doelen met het cijfer steeds de cel, of de bezit
tingen van den celbewoner, nimmer den ge
vangene.
Danny keek verbaasd om. Hij had gehoopt, hier
tot zichzelf te kunnen komen, in stilte te kun
nen peinzen, wroeten en wringen.... die won
derlijke ziel van hem had zooveel noodig, om
haar evenwicht terug te vinden! En nu zat daar
dat dikke, vormlooze ventje, dat natuurlijk een
gesprek zou willen aanknoopen! Op het aller
eerste gezicht vond Danny het al een miserabel
meneertje.
Maar.... miserabel of niet, de „professor"
bood hem een potlood en een prachtig notablok
aan, dat hij onder zijn matras vandaan haalde.
Vandaag gratis! Volgende maal betaal je me
er een bescheiden som voor! zei de dikke met
zijn honingzoete.stemmetje.,irr.De brief moe.t.opk
naar de bus gesmokkeld worden.... dat kost
wéér een kleinigheidje!
Danny verbaasde zich. De „professor" stak een
peukje sigaret op en liet den rook zóólang in zijn
longen verblijven, dat hij haast geen nicotine
meer uitademde. Dat was voor een tweeledig
doel: het genot en de veiligheid.
Maar.... ze hebben me al mijn geld afge
pakt.... zei Danny. Hoe kan ik dan betalen?
Of krijg ik daar nog iets van terug?
Dat redt zich wel! zei de kleine man, die
blijkbaar alles wist, wat een gevangene weten
moet. Spratakzaam was hij natuurlijk óók. Wij
willen vrienden zijn, zei hij en geen geheimen
voor elkaar hebben....
Je wordt bedankt! zei Janny. Je bent,
geloof ik, aardig bij!
Ik heb fouten gemaakt! antwoordde de
„professor" met een stem vol zelfverwijt. Hij
zette een bril op met zware lenzen (zoo onge
veer als dat ongelukkige rechtertje had opge
had) en schoof zachtjes naar Danny toe. Hij zou
wel eens willen weten, wat die nieuweling te
schrijven had. Hij las:
Vriend Joe: pas goed op mijn kleine meisje,
onverschillig hoelang ik zal wegblijven....
Nijdig keek Danny op. Hij voelde, dat de ander
over zijn schouder las. De „professor" kroop
daarop direct weer achteruit en ging languit op
zijn krib liggen. Hij wou zoo graag eens wat
nieuws hooren; de gevangenis is uiteraard niet de
plaats, waar men veel interessants verneemt. Nü
kwam er eindelijk een nieuweling in zijn cel en
„die_was eenkennig..... Dat zou natuurlijk wel
slijten, maar met dat al stelde het hem toch
teleur.
Danny schreef naarstig verder:
Ik ben nu op een grooter schip in een betere
baan. Misschien blijf ik een jaarlang weg, mis
schien nog langer....
Hoeveel hebben ze je gegeven? vroeg het
vriendelijke stemmetje van den dikke.
Twee tot vijf....
Dus: twee! zei de „professor". Want je
zal toch wel zoo wijs zijn dat je je goed ge
draagt! Je hebt niks anders om handen!
Van dat standpunt had Danny de kwestie nog
niet bekeken. Het was niet in hem opgekomen,
zich goed te gedragen, om daar iets mee te
winnen.... Daar was hij te eenvoudig en te
eigengereid voor. Dus trok hij denkrimpels in zijn
voorhoofd en ademde zwaar.
Twee jaar.... zei de vormlooze, dat is
een middagdutje.Ach du lieber.
Danny verstond zijn kamergenoot niet. Kenne
lijk was deze laatste exclamatie geuit in een
vreemde taal. Maar ook alles wat de „profes
sor" in het Engelsch zeide, was feitelijk een
vreemde taal. Die vette man dacht zoo geheel
anders dan hij! En hij gebruikte deftige woor
den.... Neen, Danny, had in het geheel niet
met dezen dwerg op!
Hij schreef weer moeizaam en omslachtig
aan zijn brief voort. De ander zette zijn bril maar
weer af. 'n Nutteloos ding, zoolang er niets te
zien viel! Zonder bril was hij bijna blind, maar
in de eeuwige sleur van de bajes was er tóch
niets om naar te kijken en kon je best alles
op de tast afdoen!
op
Het is onrechtvaardig! gromde Danny
zijn karakteristieke manier.
Wüt? vroeg het pafferige ventje.
Dat vonnis van mij. Ik ben onschuldig ve
oordeeld!
Zoo.... zei de „professor" met een eng
achtig stemmetje, nu, dat zijn ze hier
maal! Wien je ook spreekt, hij weet maar e
ding: dat ze hem hadden moeten vrijspreken--'/j
Nu, zóó bont wou Danny het niet maken.
begreep wel, dat hij iets verdiend had. Met tw
maal dertig dagen (plus het verlies van zijn
trekking) zou hij accoord zijn gegaan. En hil j
dan ook iets, dat dit tot uitdrukking
brengen. te
Daar ligt een zekere soort van hoog
rechtvaardigheid in! zei de zoo zachtmoedige a
kerd op den onverdraaglijk intellectueelen -°^et
dien Danny haatte. Als je het allemaal o
één kam scheert en dan in gelijke deelen ep
komt het weer mooi uit. Ik bijvoorbeeld,
beslist te weinig gekregen.... ,ea
Te weinig?.Danny hoorde het in
donderen. Was zooiets mogelijk?
Wat heb je dan uitgevoerd? vroeg bil-
De Justitie noemde het: doodslag, maai
was moord! zei de „professor" en Danny Wer..^l)
koud van. Met zöö'n sujet brachten ze je rC-
maar samen! Hij werd werkelijk weer aang®ë
pen door golven van hevig verzet tege"
iet»
menschelijke onrechtvaardgheid!
Heb jij d'r eentje gekraakt? vroeg
afgrijzen, Heusch?
{Wordt