Per vliegtuig over het kamp De herziening der Grondwet Na de ramp van de Flamingo Legeroefeningen EEN JAAR IN HET WOUD EEN AAN TE BEVELEN „UITSTAPJE' ANTWOORDMEMORIE VERSCHENEN VRIJDAG 30 JULI 1937 Van het vliegtuig uit krijgt men- een goeden kijk op wat er tot stand gebracht is Het lijkt op een maquette Zeeverkenners naar de Kaag Reportage naar de over- zeesche gewesten M. P. PATTIST OVERLEDEN Oud-chef vliegtechnisch bureau K.L.M. Dertien slachtoffers geïdentificeerd Deelneming uit binnen- en buitenland Nog een lijk herkend SCHILDER DOODGEVALLEN Van 4 meter hoogte omlaag gestort IN VRIJHEID GESTELD Nederlandsch echtpaar reeds in Frankrijk GOEDKOOP VERKOCHT EN TOCH VEEL WINST De handelaar bleek koeien gestolen te hebben Consumptiemelk Als belangrijk onderdeel staat rivierovergang op het plan Dictatuur der R.K. Staatspartij' is een bewering, waarop de regeering niet eens wenscht in te gaan Geen opheffing van de politieke partijen Ordening EDUARD VAN BEINUM NAAR WARSCHAU COMMISSARIS TE ZAANDAM Inspecteur Roscher benoemd J. A. STRICKLING 75 JAAR De held van Muiden UIT DE STAATSCOURANT Onderscheiding Rechterlijke macht Notariaat Secretaris-generaal Diplomatie Belastingwezen DOOR PAUL KELLER „brandt de lamp dan nu weer??- (Wordt vervolgd) Iff Het is een aardige trip, een rondgang te ma ken over de Padvindersjamboree te Vogelen zang. De woelige drukte op de wegen, de op bouw van de tenten, die allerwegen als witte paddenstoelen uit den grond verrijzen, de vele typische eigenaardigheden, die elk kamp afzonderlijk heeft zooals de pendoppo (ontvangzaal) by de Indiërs, de efficiency bij de Amerikanen, waar zelfs ijskasten niet ontbre ken, kortom overal op de Jamboree is iets in teressants te zien. Zoo'n trip is echter ook lang durig, want het kost al gauw een half dozijn uren om de geheele Jamboree in o'ogenschouw te nemen. Ten minste als men het te voet wil doen. Rondritten per autocar worden nog niet georganiseerd en evenmin is er een treintje, zooals op de Parijsche tentoonstelling, voor een vlugge verplaatsing over het uitgestrekte terrein. Wil men ze in een oogopslag zien in den meest letterlijken zin van het woord! dan moet men de Jamboree van boven af bekijken en zoo maakte een aantal journa listen Donderdagmiddag met de F 36 een rondvlucht boven het terrein, als eerste van de serie rondvluchten, die de K.L.M. voor de deelnemers aan de Jamboree en voor ieder belangstellende in deze internationale gebeurtenis, organiseert. Het vliegtuig „De Arend", waarmee de journa listen reisden, met piloot Both als bestuurder, vloog in eenige cirkelingen over de Jamboree, die juist een vriendelijken glimp kreeg van de zon, welke zich in de laatste dagen nu niet bepaald overmatig veel heeft laten zien. Piloot Both was zoo welwillend de wereld een paar maal in schuinen stand te zetten door het vliegtuig op zijn kant te laten drijven waar door het overzicht voor de inzittenden nog wel zoo gemakkelijk werd. De groote tenten werden op dien groo- ten afstand wel héél klein en het geheel leek meers op een maquette, dan op de groot- sche Jamboree, welke het in werkelijkheid is. De houten bruggetjes toonden hun witte kleur duidelijk tusschen het groen der hoo rnen, de vele witte en bruine tenten zag men keurig op rijen staan, meestal precies van dezelfde grootte en kleur en daartusschen in de groote tenten. Op andere terreinen waren op een hoogte van 300 meter nauwkeurig de lijnen te onderschei den, die de plaatsen aangeven, waar de nog op te zetten tenten zullen staan. Het was zelfs op deze hoogte duidelijk zichtbaar, dat weer tal van nieuwe groepen waren aangekomen, want er waren terreinen, waar men keurig op de plaats voor het neerzetten van de tenten, de nog onuitgepakte plunjezakken zag liggen en ook de kleine figuurtjes die de tentzeilen aan het uitvouwen waren. De arena met haar in carré opgestelde hou ten tribunes maakte uit de lucht een zoo goe den indruk als welk stadion, waar men over heen vliegt, dan ook. Een vroolijken aanblik leverden de oranje-parasols vóór het restau rant. Op het dak hiervan zijn, blijkbaar ter oriëntatie voor de vliegtuigen, die in de ko mende dagen over het Jamboree-terrein zullen vliegen, in 5 meter groote letters de woorden „Wereldjamboree 1937 Vogelenzang" aange bracht. Ook de hospitaal- en ambulance-tenten waren uit de lucht te herkennen en liggen op een rustig, geheel door groen en hoog geboom te omgeven plekje. Verscheidene malen cirkelde het groote Fok ker-vliegtuig over de Jamboree-terreinen, waar velen van het werk opkeken, om den laagvlie genden K.L. M.-vogel na te oogen. Over de Ringvaart, waar men nog het waterkamp van de zeeverkenners kon zien, was men weldra boven het stukje Haarlemmermeer, met haar rechte verdeeling in gele en groene vakken Het Spaarne was als een blauw lint en Haar lem een rood dak met daarboven de torens van St. Bavo. Voor een ieder, die de Jamboree meebeleeft, zal zoo'n rondvlucht een onvergetelijke her innering blijven. Vermoedelijk zullen voor de deelnemers zelf op het terrein biljetten voor de rondvluchten tegen gereduceerden prijs ver krijgbaar worden gesteld. Zaterdag 7 Augustus is de groote zeeverken nersdag. Te 9 uur gaan alle zeeverkenners te Bennebroek aan boord voor het maken van een vaartocht vanaf het Jamboree-waterkamp naar de Kaag. Niet alleen zullen vele zeeverkenners met hun eigen materiaal aan dezen tocht deelnemen, maar op de ter beschikking gestelde schepen „Prinses Juliana", „Geisha" en „P. v. d. Hoog" en vele jachten kan nog een 600-tal zeever kenners dezen tocht meemaken. Na aankomst op de Kaag wordt een rond vaart gehouden over de plassen, een ieder op eigen gelegenheid. De hoofdkwartiercommissaris voor zeever kenners G. Mante heeft de medewerking in geroepen van de verschillende watersportver- eenigingen, om met veel materiaal naar de plassen te komen. Het zal bij gunstig weer Zaterdag 7 Augus tus een gewirwar van jachten zijn, zoodat de buitenlanders een onvergetelijken indruk kun nen meenemen van de hoogte, waarop de wa tersport in Nederland staat en welke mogelijk heden ons waterrijk land den watersportlief hebber biedt. Teneinde den aanvoer van vele belangstel lenden mogelijk te maken, zullen de Nederland- sche Spoorwegen den trein no. 1051 richting Den Haag in Vogelenzang en Warmond laten stoppen. Te ongeveer 11.20 worden genoodig- den, die met den trein komen, in de gemeente haven ingescheept en naar het verzamelpunt, de Kaagsociëteit, gebracht. Voornoemde com missaris deelde ons nog mede, dat, wil men verzekerd zijn van plaats in trein en boot, dit dan tijdig aan hem, p/a. staf Jamboreekamp Vogelenzang moet worden aangevraagd. Voor de Kaagsociëteit beginnen te 13 uur de verschillende demonstraties en spelen van zeeverkenners en een demonstratie van den Nederlandschen bond tot het redden van dren kelingen in ,,het redden van drenkelingen uit auto's". Te 16 ur wordt ingescheept en de terug reis aanvaard. Heden zal de Phohi via den P. H. I.-zender op een golflengte van 16.88 meter een repor tage geven van de aankomst der Jamboree- deenemers der verschillende landen. Deze reportage is speciaal bedoeld voor onze overzeesche gewesten. In den nacht van Zaterdag op Zondag a.s. om 1.00 uur Greenwich Mean Time, d.i. 1.20 uur Amsterdamschen tijd, verzorgt de Phohi 'n .speciale uitzending voor de West van de ope ning van de jamboree door H. M. de Koningin en wel op een golflengte van 31.28 M. Naar wij vernemen is de heer M. P. Pattist, tot voor kort plaatsvervangend chef van den vliegdienst der K. L. M. op Schiphol en chef van het vliegtechnisch bureau der K. L. M., plotseling overleden. Hij bereikte den leeftijd van 42 jaar. Voordat de heer Pattist in dienst trad bij de K. L. M. was hü werkzaam als piloot;bij de K.N.I.L.M. Hij maakte in 1930 de eerste post- vlucht van Batavia naar Melbourne en terug met het Fokker VII B-toestel, de „Abel Tas man". Ook bij de K.L.M. heeft hij eenigen tijd gevlogen en o. a. een aantal vluchten op de Indië-route gemaakt. Ongeveer twee maanden geleden had de heer Pattist de K. L. M, verlaten om als luchtvaart kundig adviseur op te treden bij de firma Lin- detevis-Stokvis te Amsterdam, welke firma zich onlangs is gaan toeleggen op den import van vliegtuigen. Het parket van Brussel bleef tot Woensdagavond laat op de plaats van de ramp van de Flamingo. De identificatie van de slachtoffers, die afgrijselijk waren verminkt, was zeer moeilijk. Aan de hand van papie ren, juweelen, en gedeelten van klee- dingstukken, slaagde men er ten slotte in, twaalf slachtoffers te iden- tificeeren. Het zijn de eerste piloot Steensma, de tweede piloot Geering, de radiotelegrafist Ludekuize, de stewardess Van der Laan, de Belgische in dustrieel Camille Tondreau en zijn echtgenoo- te, mevrouw Tondreau geb. Tollenaere, de En- gelsche ingenieur Whitehouse, de Mexicaan Trillo, directeur van de R. K. O. Filmmaat schappij bijkantoor te Amsterdam, de Duit- scher Wetzlar, de Nederlander Nathans, de Belgische ingenieur Bloem en de Amerikaan Calton. Nog geïdentificeerd moeten dus worden de stoffelijke resten van den heer Wapperon, werktuigkundige der K. L. M., en van de Ame rikanen Goldbloem en Blum, die president was van een oliemaatschappij. De Belgische militaire attaché te Den Haag heeft namens den tijdelijk zaakgelastigde, die ongesteld is, in opdracht van de Belgische re geering op het departement van Buitenland- sche Zaken aan de Nederlandsche regeering deelneming betuigd wegens het vliegtuig ongeluk. De directie van de K. L. M. ontving nog te legrammen met deelnemingsbetuigingen van de Imperial Airways te Londen, de Kon. Ned. Vereeniging voor Luchtvaart, het comité vlieg tocht Nederland-Indië, van de bestuurderen en den commandant van de Kweekschool voor de Zeevaart, van de directie der Curtiss Wright Fabrieken, de Alg. Ned. Verkeers-Federatie, de Gemeentelijke Handelsinrichtingen te Am sterdam en vele andere bedrijven en instellin gen. Uit Zurich betuigde de heer D. Asjes tele fonisch zijn deelneming namens de Nederland sche équipe van de Zwitsersche rally voor sportvliegers. De president van den gemeenteraad te Pa- Het Katholicisme kan zijn goddelijke zending in deze wereld niet vol ledig ontplooien zonder Universi teiten. Het is daarom plicht van lederen katholiek zijn eigen Universiteit naar ver mogen te steunen. rijs, Faillot, heeft den Nederlandschen gezant te Parijs een telegram gezonden, waarin hij namens de Fransche hoofdstad zijn deelneming betuigt met de ramp, die het Nederlandsche vliegwezen getroffen heeft. Tevens verzocht hij jhr. Loudon, aan de fa milies van de slachtoffers de innige blijken van medeleven der Parijsche bevolking over te In den loop van den Donderdag is ook het lijk van den Amerikaan Milton Goldbloom uit Pittsburg (Pennsylvanië) geïdentificeerd. Donderdagmiddag is op de werf van Van Hattum en Blankevoort te Spaarndam de 43- jarige werkman C. P., die schilderwerk ver richtte op een hooge ladder, door onbekende oorzaak van een hoogte van vier meter ge vallen. De man was op slag dood. Zijn stoffe lijk overschot, is naar het St. Elisabeth-Gast- huis te Haarlem vervoerd. Het slachtoffer laat een vrouw en drie kin deren achter. Het Nederlandsche echtpaar Molenaar, dat eenigen tijd geleden in Spanje gevangen was genomen, heeft thans telegrafisch zijn familie leden hier te lande er van op de hoogte gesteld, dat het is vrijgelaten en zich reeds over de grens, te Perpignan., bevindt. Zaterdagmorgen hopen de echtelieden weer in ons land terug te keeren. Het trok Donderdagochtend op de veemarkt te Zutphen de aandacht, dat een handelaar een koe beneden den prijs verkocht. De verkooper gaf als reden op, dat de schetskaarten ontbra ken. Later verkocht hij een tweede koe, even eens beneden, den prijs. De politie heeft op ver moeden van diefstal beide koeien in beslag ge nomen en geschut. De verkooper, zekere J. uit Arnhem, wien een verhoor werd afgenomen, ontkende aanvankelijk, dat hij op een oneerlijke wijze aan de koeien was gekomen, doch later bekende hij, de beesten uit een weide te Eist gestolen te hebben. De man. is ter beschikking gesteld van den burgemeester te Eist. Nederlandsche zuivelcentrale, 1 Augustus t./m. 7 Augustus 1937, consumptiemelk regeeringscon- tract, taxe-gedeelte 6,25 cent, eventueel ver hoogd met premie of verminderd met kwaliteits afdracht. Overmelk regeeringsminimirmprijs 5,30 cent. Afdracht bij levering in consumptie van an dere dan taxemelk 2,50 cent. Evenals het vorig jaar zal ook dit jaar in September weder een oefening onder lei ding van den commandant van het veldle ger gehouden worden, nadat tevoren van 16 September af oefeningen van de lichte bri gade zijn gehouden onder leiding van den inspecteur der cavalerie (tevens comman dant van de lichte brigade). De sterkte der deelnemende troepen zal onge veer dezelfde zijn als die van het vorige jaar. De blauwe (west) partij zal bestaan uit een divisiegroep (zonder een der beide divisiën), ter wijl de roode (oost) partij wordt samengesteld uit de lichte brigade, versterkt met infanterie en artillerie. Als een belangrijk onderdeel van de ma noeuvre staat op het program: rivierover gang, uit te voeren door de blauwe partij. In 1935 voerde de lichte brigade den IJs- selovergang tweemaal uit. Thans zal deze veel uitgebreider zijn, daar het nu gaat om een divisie met haar artil lerie en bovendien om de zware divisie- groepsartillerie. Behalve de overgang van den IJssel wacht de blauwe partij bovendien nog het overtrekken onder gevechtsomstandighe den van vrij aanzienlijke weteringen en andere wateren, waarvoor het vervaardigen van licht overgangsmateriaal noodig is. De oefening duurt dit jaar een dag langer dan vroeger. 20 September concentreert de blauwe party zich op 't Noord-Oostelijk gedeelte van de Veluwe, terwijl de roode partij (na afloop van de oefeningen van de lichte brigade onder lei ding van den commandant dier brigade) aan kant in haar legeringsgebied in Overijssel, dat 't uitgangsgebied vormt voor het optreden dier brigade op 21 September. In dat gebied kcinen dan ook de troepen aan, die de lichte brigade zullen versterken. De eigenlijke oefening duurt van den vroe gen morgen van 21 September tot 23 September 12 uur. Dienzelfden dag en nacht keert reeds een groot deel van de troepen naar de garni zoenen terug, terwijl de overige in den morgen van 24 September terugkeeren. Alle troepen zijn dan Vrijdag 24 September te ongeveer 12 uur weder in hun standplaatsen. De oefening speelt zich af, ongeveer ten Noor den van de lijn BathmenDiepenveenVasen, zoodat plaatsen als Epe, Heerde, Olst, Wijhe, Raalte, tijdens de oefening zelve centra van be langstelling zullen zijn. Behalve deze plaatsen zijn er tal van andere, (ook ten Zuiden van de bovengenoemde lijn ge legen), die inkwartiering zullen krijgen, zooals Nunspeet, Elspeet, Elburg, Oldebroek, Hellen- doorn (Nijverdal), Holten, Rijssen, Diepen veen, Goor, Bathmen, Diepenheim en andere. Aan de manoeuvre zal ook worden deelgeno men door een artillerie-meetcompagnie. Een dergelijke compagnie moet door middel van den geluid- en lichtmeetdienst gegevens trachten te verkrijgen omtrent de opstelling van vijandelijke batterijen. Het is de eerste maal, dat een zoodanige com pagnie in het verband van een groote oefening optreedt. Er kan van weerszijden krachtige actie in de lucht worden verwacht, aan blauwe zijde, met het doel,'de lucht vrij te houden van vijandelijke vliegtuigen, die b.v. den IJsselovergang zou den willen bemoeilijken, aan roode zijde juist met het doel, dezen overgang te bemoeilijken door het uitvoeren van aanvallen op de over gangspunten en overgangsmiddelen, bruggen e.d. Het volgende is ontleend aan de memorie van antwoord op de wets ontwerpen, tot het brengen van ver andering in de Grondwet: Dat het feitelijk motief voor deze herziening zou zijn het streven van de regeering om van den angst van de S. D. A. P. voor een zoogenaam de fascistische dictatuur gebruik te maken, om voorgoed de dictatuur van de regeerende partijen, in de eerste plaats van de R. K. Staatspartij, te vestigen, is een bewering, zoo los daarheen geworpen, zoozeer ont daan van zelfs iedere schaduw van argumentatie, dat van de regeering niet kan worden gevraagd, daarop nader in te gaan. Ons volk is wars van alles wat zweemt naar dictatuur, de laatste stembusuitslag heeft het nogmaals zonneklaar bewezen, en de regee ring vleit zich met de gedachte, dat zij het geen ten deze leeft in de ziel van ons volk beter verstaat dan de leden, die de opmerking in het voorloopig ver.slag een plaats deden vin den. Door eenige leden is ernstig bedenking ge opperd tegen het voorgestelde bedrag van de schadeloosstelling van de leden der Tweede Kamer. De regeering bepaalt zich tot de opmerking dat zij handhaving van ons staatsbestel, dat de onmisbaarheid erkent van critiek en con trole op bestuursdaden door middel van een in vrijheid gekozen vertegenwoordiging des volks en waarin tevens aan die vertegenwoor diging een functie toekomt in de wetgevende macht, een van de hoogste waarden acht. waarvoor zij op de bres zal staan. De in het ontwerp, betreffende de revolution- r.aire volksvertegenwoordigers belichaamde re geling steunt op de overweging, dat zij, die uit drukking geven aan een streven om met on wettige middelen de bestaande rechtsorde om ver te werpen, van de vertegenwoordiging des volks geen deel behooren uit te maken. Geen breidel behoort aan de uiteenzetting van beginselen te worden aangelegd, mits deze grens wordt in acht genomen, dat de beginselen niet behooren te worden verwezenlijkt met geweld dadige doorbreking der bestaande orde. De voorgestelde bepalingen zouden, zoo is op gemerkt, kennelijk tegen de N.S.B. gericht zijn, getuige het feit, dat gedurende 40 jaar, dat de S.D.A.P. in het parlement optreedt en geduren de de bijna 20 jaar, dat de communistische partij daar zitting heeft, bepalingen van dezen aard niet noodig zijn geweest. Deze voorstelling van zaken is niet juist. Reeds in de vergadering van de Tweede Kamer van 3 November 1930 heeft het toenmalig lid der Kamer, de heer Schokking, op een voorziening ter zake aangedrongen. Ook buiten het parle ment werden stemmen in die richting gehoord, getuige het artikel van prof. mr. Paul Scholten: „De eed der leden van de Staten-Generaal" in het Algemeen Weekblad voor Christendom en Cultuur van 18 Augustus 1933. Mr. Knottenbelt heeft als lid der Tweede Kamer in een nota, gevoegd bij het voorloopig verslag van de af- deelingen der Tweede Kamer betreffende het eerste hoofdstuk van de ryksbegrooting voor het dienstjaar 1934 aan dit vraagstuk breede aan dacht gewijd. De gedachtenwisseling ter zake heeft geleid tot de instelling van de Commissie- Kooien en men behoeft het rapport dezer com missie slechts op te slaan, om te zien, dat aan een geheel andere richting dan de N.S.B. is ge dacht. Eenige leden hebben een ordeningsgedachte ontwikkeld, die afwijkt van die der regeering. De regeering aarzelt niet, haar ook niet in harmonie te noemen met den geest, levende in het Nederlandsche volk. Naar het oordeel van de regeering zullen de leden, hier aan het woord, indien zij den stembusuitslag van 26 Mei j.l. hebben verstaan, ten deze niet in twijfel ver- keeren. De regeering zou niet gaarne de politieke partijen opgeheven zien; onze volksgemeen schap zou daardoor armer worden. Niet allen kunnen over principieele vraagstukken van staatsbeleid gelijk denken. Het is beter, dit verschillend inzicht uit te wisselen, in een geest van elkaar wederkeerig willen be grijpen en waardeeren, dan alle staatkundig en sociaal denken te wringen in een keurs lijf- Van de vele leden, die zich met de gedeelte lijke opheffing van de immuniteit zeer wel kon den vereenigen, verklaarde een deel verder te willen gaan en de immuniteit, feitelijk een ver ouderd begrip, geheel te willen afschaffen. De regeering acht een algeheele opheffing der im muniteit niet noodig: zij is van oordeel, dat de opheffing, waarvan vooral een groote preven tieve werking mag worden verwacht, in het ont werp terecht is beperkt tot die delicten, waar van de, wellicht ernstige, consequenties niet meer zijn te achterhalen-. Naar wij vernemen, is de heer Eduard van Beinum uitgenoodigd, 22 October a.s. wederom een concert van de Philharmonie te Warschau te dirigeeren. De heer Van Beinum heeft de uitnoodiging aanvaard. Tot commissaris van politie te Zaandam is be noemd de heer C. Roscher, inspecteur van politie le klasse te Amsterdam. 21 Augustus hoopt de heer J. A. Strickling te Leidschendam zijn 75sten verjaardag te vie ren. De heer Strickling heeft zich in 1883 alge- meene bekendheid verworven door zijn moedig optreden tijdens de groote ontploffing op her- terrein van de buskruitfabriek te Muiden, op 19 Januari van dat jaar. Hij was toen milicien kanonnier, belast met de werkzaamheden van kok. Na de ontploffing betrad hij als eerste het terrein en nam maatregelen, waardoor uitbrei ding van de ramp voorkomen is. Z. M. Koning Willem III heeft den dappe ren soldaat een bijzondere tevredenheidsbetui ging doen toekomen, welke hem voor het fron* van den troep is overhandigd. Aan dr. N. C. Stalling, leeraar aan de ge meentelijke H.B.S. A met vijf-jarigen cursus te Utrecht is vergunning verleend tot het aan nemen van de versierselen van ridder 1ste klas se der orde van Wasa van Zweden. Bij K. B. is verlof verleend aan dr. F. H. Fentener van Vlissingen, industrieel te Utrecht, tot het aannemen van het onderscheidingstee- ken van de orde van verdienste van den Duit- schen Adelaar, met de ster. Benoemd tot rechter in de arrondissements rechtbank te Rotterdam mr. J. van Vollenho ven, advocaat en procureur te Rotterdam, rechter-plaatsverv. in gem. rechtbank. Benoemd tot notaris binnen het arrondisse ment 's-Hertogenbosch, ter standplaats Vught: H. G. Frank, cand.-not. te Vught; ter stand plaats 's-Hertogenbosch: A. A. J. M. van Meer wijk, cand.-not. te 's-Hertogenbosch. Te rekenen van 15 Juli 1937 is aan mr. dr. A. A. van Rhijn eervol ontslag verleend als se cretaris-generaal van de departementen van Landbouw en Visscherij en van Handel, Nij verheid en Scheepvaart. Benoemd tot secreta ris-generaal van het departement van Econo mische Zaken mr. dr. A. A. van Rhijn voor noemd. Aan den heer J. ten Cate, directeur der kan selarij van Hr. Ms. gezantschap te Parijs is met 16 Augustus 1937 op verzoek eervol ontslag uit zijn betrekking als zoodanig verleend onder dankbetuiging voor de door hem aan den lande bewezen diensten. Benoemd tot kanselier der tweede klasse aan Hr. Ms. gezantschap te Parijs de heer M. H. C. Janse, klerk bij het departement van Bul- tenlandsche Zaken. Bij beschikking van den minister van Finan ciën is de ontvanger der directe belastingen, enz. S. Frank verplaatst van de inspectie der directe belastingen te Leiden, le afdeeling, naar Apel doorn en werkzaam gesteld aan de inspectie der directe belastingen aldaar. 14 „Ja, waar is Emil? Hij moet toch ergens zijn!" „Emil! Emil!" Plassend door de modderige sneeuw van het erf kwam de houtzager naderbij. „Mijnheer Bönisch," zei ik, „uw zoon zal niet in het dorp zijn." „Hij zal ergens buiten zijn," voegde Erica er aan toe. „Ergens buiten!" stamelde de oude, „ergens buiten! Hij zal toch niethij zal den brand toch niet hebben aangestoken.... Emil...." „Mijnheer Bönisch, het is mijn overtuiging, dat de bliksem bij u is ingeslagen en den brand heef veroorzaakt...." „De bliksemlachte hij schor, „de blik sem! Mooie bliksem! Ik weet welik weet Wel.... wat dat voor bliksem is geweest...." Hij slofte verder en schreeuwde weer: „Emil! Emil!" „Vreeselijk!" zei Erica en begon plotseling te snikken. „Dat rampzalige sleeën!...." „Erica!" zei ik streng, „zet dien onzin nu uit het hoofd! Daarvoor bent u te verstandig. Ons onschuldig sleeën heeft met deze drama's, die 'n veel dieperen oorsprong hebben, absoluut niets uitstaande." Ik voerde haar de straat op. Daar zagen wij aan de overzijde een meisje tegen het tuinhek leunen. Elisabeth Ranke. Ik had den geheelen avond nog niet aan haar gedacht. „Elisabeth, wat doe je hier?" Zij staarde mij verward aan. „Heeft hijheeft hij.... is hij het ge weest? Waarom roept de oude Bönisch aldoor zoo?" „Elisabeth, geen mensch weet, wie het ge daan heeft. Ik denk, dat het de bliksem is ge weest." „Be bliksem? Neen!" „Elisabeth, ga naar binnen. Je bent veel te goed voor Emil!" „Te goed?" herhaalde zij mat. „Het is moge lijk! Als hij voor zoo'n vrouw...." De deur van de woning ging open. Elisabeth's moeder verscheen. „Staat ze nu weer buiten? Dat is nu de vijfde maal, dat ik haar binnenhaal. O, o, wat 'n ramp!" Willoos ging het meisje naar binnen. Haar moeder vertelde ons: „Ze is vandaag niet van het raam vandaan geweest, ze heeft aldoor uitgekeken of Emil voorbijsleede. Daardoor is ze te laat bij het kruis gekomen. De eeuwig lamp is uitgegaan, en daarom is dat ongeluk gebeurd. Maar zegt u het tegen niemand!" „Ze brandt weer!" zei de vrouw en sloeg de handen voor het gezicht. ZEVENDE HOOFDSTUK De voorzanger kwam ons tegemoet en nam Erica van me over. Daarop liep ik alleen verder. Ik kwam voorbij het brandspuitenhuisje. Het kleine gebouwtje lag dicht bij den straatweg. De brandspuit werd er bewaard; ook fungeerde tyet huisje bij gelegenheid voor gevangenis en wanneer er een vreemdeling in het dal een plot- selingen dood vond, werd hij in het brand spuitenhuisje opgebaard. Daarbinnen zat nu de oude Kriigel gevan gen. Ik klopte aan het kleine, getraliede venster. „Hé, Krügel! Hoor je me?" „Wie roept daar? Bent u het, mijnheer Hu- bertus?" „Ja!" „Mijnheer Hubertus, ik heb het niet gedaan; ik ben immers de oude Krügel." „Ja, Krügel, ik geloof je!" Hij snikte hardop. „Heb je het koud, Krügel?" „Ja, ik heb het koud. Ik ben heelemaal nat." „Ik zal je een deken laten brengen. Wacht 'n oogenblik!" „Mijnheer Hubertus?" „Wat is er?" Zijn ruig gezicht verscheen vlak voor het venstertje. Het was een verschrikkelijk gezicht, toen hij zoo door de tralies naar buiten keek, „Mijnheer Hubertus! M'n vrouw is het ge weest...." „Wie? Je vrouw?" „Ja, ik heb er over nagedacht." „Krügel! Ben je nog dronken?" „Neen. Het is zoo! Ik heb er over nagedacht." Enkele seconden stond ik stil. Toen riep ik: „Wacht! Ik kom terug." Ik snelde terug naar het tooneel van den brand. Balthassar liep er nog steeds op en neer. Een paar mannen stonden bij de smeulende, rookende puinhoopen op wacht. Ik trok Balthassar terzijde en vertelde hem, dat ik bij het brandspuitenhuisje geweest was en met Krügel gesproken had. „Het is verboden om zonder toestemming met gevangenen te spreken!" zei hy met ambteiyke gestrengheid. „Dat weet ik, mynheer Balthassar. Maar mis schien interesseert het u te vernemen wat ik ge hoord heb. Voor alles: Krügel heeft het koud!" „Laat hem het koud hebben!" ,Dat kunt u toch niet verantwoorden, baljuw. Iedere gevangene heeft recht op een mensche- lyke behandeling." „Die kan me gestolen worden; ik heb wel wat anders te doen dan nu voor meneer Krügel een grog je te warmen." „Baljuw, als u den ouden Krügel dood laat gaan, berooft u het Openbaar Ministerie van den belangryksten getuige in deze ernstige zaak." „Getuige? Ach zoo. U weet er alles van. Veld wachter kom hier. Ga naar de „Druiventros", laat twee bundels stroo geven en 'n paar dekens. Breng dit naar Krügel in het brandspuiten huisje. Daar wacht je. Wy komen spoedig na „En neemt u voor mijn rekening voor Krügel een pot heete thee uit de „Druiventros" mee! riep ik den gerechtsdienaar na. Balthassar bromde wat en ging naar den brand terug. Ik leunde tegen het woonhuis van de houtzagerij, op een plek, waar ik beschut stond tegen regen en wind. Desondanks had ik het miserabel koud. Na eenigen tyd ver scheen Balthassar weer en zei: „Kom, laten we naar Krügel in het brand spuithuisje gaan. Ik zal hem dadelyk een ver hoor afnemen. Hoe eerder hoe beter. Als u wilt, kunt u meegaan, dan, is er meteen 'n getuige; want op den veldwachter valt niet te rekenen: die heeft geen geheugen. Ieder neemt een lan taarn mee. En nu vooruit!" Wy gingen. Boven op den berg, in de omge ving van de moerashut, hoorde men het ge roep: „Emil! Emil!" „Hy zoékt nog aldoor zijn zoon!" zei Bal thassar. Hy schynt krankzinnig te zyn ge worden. Maar dat komt van die eigengereid heid. Twintig jaar lang procedeert de man met het Dominium over waterrechten en herbergt hy dat gespuis in zijn hut bij het moeras. Dat heeft hy er nu van!" „Het is tragisch, mynheer Balthassar!" .Tragischhaha! Het is merkwaandig, dat die tragische dingen steeds aan onbetrouwbare elementen overkomen. Wie niet van den rechten weg afwijkt, overkomen niet yan die zooge naamde tragische dingen." „Dat kan ik niet met u eens zyn, mynheer Balthassar!" „Hoeft ook niet." De veldwachter stond met zijn lantaarn voor het brandspuitenhuisje op wacht. Wat knarste het slot van het loodsje, toen hij het openmaakte, 'n Afschuweiyke, yskoude luchtstroom drong ons tegemoet. Alle mogelijke oude rommel lag in het rond. In een hoek lag de oude Krügel. Hy had zich een legerstede gemaatk van het stroo en de dekens, die de veldwachter hem gebracht had, over zich heen geroken. Onze drie lantaarns verlichtten de ruimte slechts schaars. „Heb je het erg koucj?" vroeg Balthassar. „Ergergkoud!" antwoordde hy klap pertandend. „Blyf maar liggen! Ik moet je een verhoor afnemen naar aanleiding van den brand in de houtzagery. Waarom heb je dien aangesto ken?" Krügel richtte zich half overeind. „Maar dat heb ik heelemaal niet gedaan; ik ben immers de oude Krügel." Hy herhaalde deze zinsnede zoo trouwhartig en met grenzenlooze verwondering, dat mep hèm van iets dergelyks niet had kunnen ver denken. Balthassar, klaarblijkelijk volslagen onbedre ven in het werk van een rechter van instructie, bulderde: .Wacht maar, dat ontkennen zal je niet ba ten; wij zullen je wel klein krijgen!" Toen mengde ik me er in.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 3