yjStf-
De enorme drukte houdt aan
De betrekkingen tusschen
Engeland en Italië
I
MILITARISME EN
PADVINDERIJ
OP BEZOEK BIJ GRAAF
BERNADOTTE
CEBUTO BUREAU
INITIATIEF TOT VER
BETERING
DE KODAK REGULAR
Kerkelijk leven
DONDERDAG 5 AUGUSTUS 1937
1
Hedenmorgen droeg Z. H. Exc.
dr. G. Lemmens een H. Mis
op voor de Limburgsche
verkenners
Eenige nadeelen van
het terrein
Mgr. Lemmens in het kamp
Bij graaf Bernadotte
De Chief-Scout
f 80.000 aan de loketten
ontvangen
Avonddemonstratie
Belangstelling voor de
zeeverkenners
Programma van Vrijdag
Boschbrand op Sumatra
Kwaadwilligheid in het spel?
DE DOEJOENG NADERT
GIBRALTAR
Tot nu toe heeft het transport
een goed verloop
BAGGERMOLEN ZUIDERZEE
GELICHT
Eischen voor veevervoer
Met CJEBUTO
langs den Rijn
DE MOEILIJKHEDEN MET
DE BAURDO
Waaraan motorrijtuigen en aan
hangwagens in de toekomst
dienen te voldoen
NAAR DE MISSIE
Plechtigheid in Missiehuis
te Steyl
H. PRIESTERWIJDING
Te Teteringen
BUITENLANDSCH OVERZICHT
Uitgegaan van Rome
(Van onzen specialen verslaggever)
Op de Jamboree Donderdagochtend
Het wordt weer een drukke dag. De spoor
wegen hebben het opgegeven om alleen maar
na 12 uur de treinen in Vogelenzang te laten
stoppen. Den heelen morgen werken zij met
extra-treinen en al heel vroeg spuit het kleine
station „als maar door" menschen.
De poorten van de Jamboree blijven echter
gesloten. Slechts met groote moeite kan tus-
schen de menschen, die er voor opdringen
zeer tot hun schade, want zij zullen het er
schromelijk warm van krijgen op dezen zon-
nigen dag een baan worden vrijgehouden
voor de welpen-colonnes, die ook weer in den
eenen trein na den anderen worden aangevoerd
en die zingen en af en toe een troep Schotten
en Finnen toejuichen, die over de Becklaan
trekken.
Op het Jamboree-terrein is het nu kalm. De
hoofdwegen hebben him karakter van interna
tionale padvinders-sa venues weer heelemaal
herkregen. Jongens van alle volken kunnen nu
rustig met elkaar loopen praten, zonder ieder
oogenblik door smachtende jongetjes of al dan
niet bekoorlijke jonge dan wel oudere dames
een notitie-boekje onder hun neus geduwd te
krijgen met een in gebrekkig Engelsch. gesta-.
meld verzoek om een handteekening.
Het is nu weer even de Jamboree voor de
jongens. Niet voor de buitenstaanders, die een
hartstocht schijnen te hebben om handkarre-
vrachten papier achter te laten in den vorm
van snippers en proppen, waar de voortrekkers
van den reinigingsdienst den heelen morgen
werk mee hebben.
De Limburgers hadden vandaag een bijzon
deren dag. Onder de extra-treinen, die vandaag
naar de Jamboree komen, is er een uit hun ge
west en vanochtend vroeg was Vader Bisschop
al in hun midden. Keurig in het gelid en met
de stokken op zij trokken ze uit het sub-kamp
weg onder de fraai gepionierde mijnschacht
poort door naar het witte hoofdaltaar, waar
onder het cirkelvormig baldakijn Z. H. Exc.
Mgr. dr. G. Lemmens een plechtige Hoogmis
voor hen opdroeg.
Later in den morgen op een rustig oogenblik
ontving de leider van het Zweedsche contin
gent, graaf Bernadotte, assistent van den Prins-
hoofdverkenner, Prins Gustaaf Adolf, eenige
vertegenwoordigers van de pers in zijn kamp.
Graaf Bernadotte begon deze samenkomst
met spontaan zijn dank uit te spreken voor de
wijze, waarop de Zweedsche padvinders in Ne
derland niet alleen door den leider van de Jam
boree, maar ook door de geheele bevolking zijn
ontvangen, voor de hulpvaardigheid, die men
overal, waar de jongens komen, ontmoet.
Uw algemeene opinie over de Jamboree,
graaf Bernadotte?
In het algemeen acht ik de Jamboree een
gebeurtenis van groote beteekenis voor de zaak
der internationale verstandhouding.
In een radio-rede, die ik voor den
Zweedschen zender heb uitgespro
ken, heb ik de gedachte geopperd,
eens een aantal politici en diploma
ten van verschillende landen op deze
zelfde manier bij elkaar te brengen.
Het zou natuurlijk een beetje be
zwaarlijk zijn om de heeren in tenten
te herbergen en hun eigen potje te
laten koken, doch het komt mij voor,
dat diplomatieke besprekingen een
heel wat vlotter verloop zouden
nemen,
En dit kamp, hoe is uw oordeel daarover?
Een prachtig goed, zonder den minsten
twijfel een ideale kampeergelegenheid, doch het
komt mij voor, of de jongens dat ook zoo
vinden, weet ik niet, ik geef alleen mijn per
soonlijk oordeel dat er twee inconvenienten
aan verbonden zijn.
Vooreerst ligt het te ver van de zee. De
jongens moeten een te grooten afstand af
leggen om te kunnen zwemmen en op de
tweede plaats ligt het groote kampvuur
terrein erg ongunstig. Ver van de kampen,
langs smalle wegen toegankelijk. Gisteren
avond was 't er zoo vol, dat ik met de grootste
moeite mijn jongens in het donker veilig
kon terugbrengen.
Het onderhoud wordt plotseling afgebroken.
Graaf Bernadotte staat abrupt op van zijn
Stoel en roept luid: „The Chief Scout is coming".
Onderweg brengt Lord Baden Powell een
bezoek aan het Zweedsche kamp. De jongens,
die druk in de weer waren met de ochtend
werkzaamheden, stellen zich ijling op in een rij.
Prins Gustaaf Adolf snelt naar den ingang en
verwelkomt B. P. Hij leidt hem langs de rijen
en biedt hem als verjaringsgeschenk een fraaie
plaquette met inscriptie aan, onder het uit
spreken van den wensch, hem een dergelijk ge
schenk ook bij zijn negentigsten verjaardag nog
te mogen aanbieden.
Nog even vertelt graaf Bernadotte na het
vertrek van den Chief verder. Hij wees daarbij
vooral op den democratischen geest, die in de
Zweedsche beweging heerscht en ook in het
Zweedsche kamp, waar jongens van den hoog-
sten en den laagsten stand volkomen broeder
lijk samenwerken in dezelfde groepen.
Het korte doch zeer aangename onderhoud
was hiermee ten einde.
Op geen tienduizenden kan men aan de
kampleiding nauwkeurig meedeelen, hoeveel
menschen Woensdag de Jamboree bezoch
ten. Aan de loketten kwam 80.000 gulden aan
entreegelden binnen. Dat wijst op tenminste
160.000 bezoekers en dan hebben zeker nog
vele tienduizenden gebruik gemaakt van de
gecombineerde trein- en entreekaarten, die
aan de spoorwegstations beschikbaar wer
den gesteld.
Zaterdag zal te zeven uur in den avond een
demonstratie van anderhalf uur worden gegeven
in de arena. Hierbij zullen de Polen o. a. hun
kundigheden als vliegers toonen en de Ameri
kanen een Indianenshow ten beste geven.
De belangstelling voor de zeeverkenners neemt
hoe langer hoe meer toe.
Het kampvuur is Vrijdag open voor het pu
bliek en het kamp zal dan geheel verlicht zijn.
Dinsdag heeft een honderdtal zeeverkenners
van verschillende naties een bezoek gebracht
aafi Rotterdam, waarbij hét etablissement van
den Rotterdamschen Lloyd en het Koninklijk
Instituut voor de Scheepvaart werden bezocht,
terwijl de stad Rotterdam een boottocht aanbood
door de havens. De zeeverkenners kwamen
opgetogen van hun tocht terug.
Woensdag hebben 150 zeeverkenners een der-
gelijken tocht naar Amsterdam gemaakt.
Aan dezen tocht hebben de Nederlandsche
zeeverkenners niet deelgenomen, daar zij tij
dens het bezoek van de Koningin aan de Jam
boree op het demonstratieterrein hebben gede
fileerd.
12 uur gaat het kamp open voor het publiek.
2 uur defileert het Ned. Padvindersgilde voor
Lady Baden Powell.
2.30 geven de Scandinavische landen demon
straties in de arena.
8.30 uur is er gondelvaart.
10 uur is er een lichtspel op het demonstratie
terrein.
BALIGE, 5 Aug. (Aneta). Een gedeelte van
de boschreserve bij Prapat (Bataklanden, Su
matra) staat in brand. Reeds is ruim drie vier
kante K.M. verwoest. Men vermoedt, dat de
brand door kwaadwilligen veroorzaakt is. Ver
scheidene personen zijn gearresteerd.
Men is het vuur nog niet meester.
De in opdracht van de Billiton-Maatschappij
bij J. en K. Smit's Scheepswerven te Kinderdijk
gebouwde tinbaggermolen Doejoeng, welke 27
Juli zijn sleepreis naar Nederlandsch-Indië is
begonnen, vordert, mede dank zij het vrij gun
stige weer in het Kanaal en in de Golf van
Biscaye, goed.
Volgens het laatste bij L. Smit en Co.'s In
ternationalen Sleepdienst, welke firma met het
moeilijke transport belast is, ingekomen be
richt, bevond het transport zich Maandagmid
dag 2 Augustus omstreeks het middaguur ter
hoogte van de Noordkust van Spanje, 70 mijl
ten Noord-Westen van La Coruna.
Verwacht wordt, dat de sleepbooten Humber
en Oostzee in den loop van Vrijdag met de
Doejoeng te Gibraltar zujlen aankomen, waar
voor de eerste maal gebunkerd wordt.
De baggermolen Zuiderzee, welke 15 Juli nabij
Urk is gezonken, is door de N.V. van der Graaf
en Koelman's bergings- en transportbedrijf ge
licht en in de haven van Urk binnengebracht.
Schitterende touringcars, erva
ren reisleiders, betrouwbare
chauffeursen een uitgezocht reis
programma. CEBUTO denkt
om alles, zorgt voor alles.
2 dagen Düsseldorf f 14.75
3 Eifel, Ahr, Rijn. 21.50
4 Rijn29.50
6 Rijn, Wiesbaden 45.00
Inlichtingen en Reisgids bij
JAC. HEEMSKERK
Houtplein 34 - HAARLEM - Tel. 1 64<
I I I I T-v
REIZEN ZONDER ZORGEN
In verband met het feit, dat de kapitein en
tien leden van de bemanning van de Baurdo
geweigerd hadden het schip te verlaten, had de
Sovfragt de bemiddeling van den president der
Rotterdamsche rechtbank ingeroepen, om in
kort geding de ontruiming te gelasten.
De president heeft Woensdagmiddag deze
ontruiming bevolen en in den laten avond heb
ben de betrokken elf menschen het schip ver
laten.
De ingenieur van den Rijkswaterstaat te
's Gravenhage, belast met de inschrijving van
zware motorrijtuigen en aanhangwagens, maakt
bekend, dat met ingang van 1 Januari 1938
alle motorrijtuigen en aanhangwagens, bestemd
voor veevervoer, als zoodanig gekeurd en inge
schreven zullen moeten zijn.
Volgens het nieuwe motor- en rijwiel
reglement toch is het, te beginnen met 1
Januari 1938, verboden met een motorrij
tuig of een aanhangwagen herkauwende
dieren, eenhoevige dieren of varkens te
vervoeren, indien niet voldaan is aan ver
schillende voorwaarden, welke ten aanzien
van deze voertuigen worden gesteld in ver
band met het bepaalde in artikel 38 onder
c van het motor- en rijwielreglement.
Dit reglement zal, in verband met het vee
vervoer, voor groote groepen onzer bevolking
belangrijke bepalingen bevatten.
Onder andere moet aan de volgende voorwaar
den worden voldaan:
In het voor het voertuig afgegeven inschrij-
vingsbewijs moet zijn vermeld, dat het voertuig
mag worden gebezigd voor het vervoer van het
zij groot vee, hetzij klein vee, hetzij biggen,
hetzij een combinatie van twee of van alle drie
van deze groepen van vee. Hier wordt verstaan
onder:
a. Groot-vee: paarden, veulens, muildieren,
muilezels, ezels, stieren, ossen, koeien, schotten,
vaarzen, pinken en kalveren met een schoft
hoogte van meer dan 80 c.M.;
b. klein-vee: kalveren en ezels met een schoft
hoogte van ten hoogste 80 c.M., schapen, gei
ten, varkens en biggen niet vallende onder punt
c.;
c. biggen: biggen met een schofthoogte van
ten hoogste 45 C.M.
De bestemming voor dit vervoer moet op het
voertuig zijn aangeduid door middel van een
rood bord, waarop, met witte letters is aange
duid: „veevervoer".
Het inwendige van het voertuig moet vrij zijn
van uitstekende deelen. Scherpe kanten of uit
stekende hoeken van noodzakelijk in het in
wendige van het voertuig aanwezige onderdee-
len van het koetswerk moeten rond worden
afgewerkt, zoonoodig met hout worden op- of
aangevuld.
Indien in de binnenzijde van het voertuig
uitstekende wielkasten worden toegepast, moe
ten deze een rechthoekigen vorm hebben met
afgeronde hoeken.
Het voertuig moet zijn voorzien van een
overdekking, hetzij van een vaste overdekking,
hetzij van een goed passend en goed bevestigd
zeil.
De lengte van de laadklep (pen) moet zoo
danig zijn, dat de helling daarvan in een uit-
gelegden toestand niet steiler is dan 30 graden.
Indien de totale breedte van de laadkleppen
minder bedraagt dan 1,75 M. moeten deze klep
pen, indien neergelaten, ter weerszijden voor
zien zijn van afneembare leuningen.
De laadkleppen moeten op het loopvlak over
de geheele breedte voorzien zijn van stevig be
vestigde, horizontaal geplaatste, houten dwars-
latten, op een onderlingen afstand van onge
veer 0.25 M.
Deze dwarslatten moeten door middel van
moerbouten, voorzien van ronde en in het hout
verzonken koppen, worden bevestigd.
In .de opstaande wanden van het voertuig
moet een aantal ringen als inwendige beves
tigingsorganen worden aangebracht. Deze rin
gen moeten verzonken zijn. Indien daardoor de
zijwand te dun wordt, kunnen deze ringen
worden verzonken in opgeslagen „klampen"
waarvan de zijkanten rond moeten zijn afge
werkt.
Het voertuig moet zoodanig zijn ingericht.
dat geen enkel deel van de ingeladen dieren
terzijde buiten het voertuig kan reiken.
Ten aanzien van voertuigen, welke vóór l
Januari 1938 ter keuring worden aangeboden,
zullen ten aanzien van deze punten geringe
afwijkingen kunnen worden toegelaten.
In overleg met den ingenieur, met de inschrij
ving belast, zal een commissie van de Neder
landsche Vereeniging tot bescherming van die
ren mede belast worden met de uitvoering van
de keuring van veewagens.
De commissie heeft, in verband hiermede, het
De Kodak Regular is een camera om
trotsch op te zijn. Elegant model. Modern,
dus met rompontspanner. Kodak Anas-
tigmaat f. 6.3; optische doorzichtzoeker»
sluiter tot 1/100 sec. Formaat 6x9 cm.
Maar er zijn ook Kodak
Camera's vanaf fl. 15.75.
DE CAMERA VOOR HET SEIZOEN 1937
voornemen om, te beginnen 1 September, op
bepaalde dagen en uren in verschillende steden
van ons land belanghebbenden in de gelegen
heid te stellen hun wagens, mits deze geheel
zijn gereinigd, kosteloos te doen keuren.
Zondag 8 Augustus zal Mgr. Caspar Klein,
aartsbisschop van Paderborn, in het Missiehuis
te Steyl de plechtigheid leiden van de uitrei
king der missiekruizen en uitzending der mis-
sonarissen van de Congregatie van het Godde
lijk Woord. Vanuit het Moederhuis vertrekken
dit jaar 4 priesters naar Japan, 25 priesters en
2 missiebroeders naar China, 12 priesters en 2
missiebroeders naar de Philippijnen. Naar
Nieuw-Guinea gaan 10 priesters en één broeder,
naar Flores (N.O.I.) 15 priesters en één mis
siebroeder, naar Voor-Indië 5 priesters en één
missiebroeder, naar Chili 4 priesters en één mis-
siebroeder, naar Argentinië 5 priesters en 3 mis
siebroeders, naar Brazilië 4 priesters, Noord'
Amerika 6 priesters, in totaal 90 priesters en 11
broeders.
Z. H. Exc. Mgr. dr. G. Lemmens zal Zon
dag 15 Augustus in de Jezuïetenkerk te Maas
tricht de H. Priesterwijditig toedienen aan de
eerw. paters: A. Adrikardjana, Djokjakarta, Ch.
Claereboets, Maastricht, F. Dlrks, Amsterdam,
F. de Graaf, 's-Gravenhage, J. Houben, Val
kenburg, A. van Leeuwen, Delft, J. van Niekerk
Haarlem, P. Pollmann, Arnhem, A. Reichling,
Nijmegen, J. Ros, Amsterdam, P. Smulders,
Utrecht en P. v. d. Ven, Rotterdam.
Z. H. Exc. Mgr. P. Hopmans zal 22 Augustus
in het Missiehuis St. Franciscus Xaverius te
Teteringen aan de volgende Diakens de H.
Priesterwijding toedienen: Herm. Bolscher uit
Bornerbroek, Conr. Boeker uit Velden, Henr.
Broek uit Leeuwarden, Petrus Crouzen uit
Maastricht, Petrus Koning uit Volendam, En-
gelb. Kühne uit Haarlem, Leon. Maas uit Hel
mond, Ger. Mozenberg uit Boekei, Henr. Nales
uit Groenlo, Corn. Smit uit Voorschoten en Petr.
Vorstermans uit Horst.
De betrekkingen tusschen Italië en Enge
land waren in den laatsten tijd zeer ge
spannen niettegenstaande 't „gentlemen's
agreement", dat in het begin van dit jaar tus
schen de twee landen werd gesloten. Komt er
thans kentering? Het is alweer een week ge
leden, dat de Britsche premier Mr. Nevil Cham
berlain een uitvoerig onderhoud heeft gehad
met graaf Grandi, den Italiaanschen ambas
sadeur te Londen, omtrent welks aard zooveel
tegenstrijdige geruchten de ronde hebben ge
daan. Algemeen heeft men aangenomen, dat
dit onderhoud plaats heeft gehad op wensch
van Chamberlain. Onze Londensche correspon
dent meent, dat dit onjuist is. Het was, schrijft
hij, graaf Grandi die om een onderhoud ge
vraagd had. Het was ook graaf Grandi die Mr.
Chamberlain by deze gelegenheid een vriend
schappelijke „boodschap" van Sr. Mussolini
overbracht. Hierop heeft de Britsche Eerste
Minister geantwoord in een schrijven, dat het
voornaamste onderwerp der politieke gesprek
ken gedurende het week-end geweest is, en
waarop Sr. Mussolini geantwoord heeft in een
schrijven dat bijzonder hartelijk heet te zyn
Het is bij zulke toenaderingspogingen van groot
belang, zich rekenschap ervan te geven van
welke zijde het initiatief uitgegaan is. Het is
uitgegaan, niet van Mr. Chamberlain, maar
van Sr. Mussolini, nadat diplomatiek de weg
hiertoe geëffend was.
Diegenen die de bedoelingen van Italië door
dik en dun wantrouwen, stellen natuurlijk ook
geen vertrouwen in dit initiatief, maar onbe
vangen beoordeelaars meenen dat de toenade
ringspogingen veel meer waarde hebben nu ze
van Italiaansche zijde ingeleid zijn, dan men
haar had mogen toekennen indien Groot-Brit-
tannië het initiatief genomen had. Opvallend
is het dat de Italiaansche pers zich veel meer
over de briefwisseling schijnt te verheugen daD
de Britsche, en dat men haar te Rome ook als
een veel grooter gebeurtenis voorstelt. Eenige
gereserveerdheid kan daarentegen te Londen
waargenomen worden. Een der oorzaken hier
van moet gezocht worden in de zeer felle agi
tatie in Italië tegen Frankrijk (waartegen
Parijs juist geprotesteerd heeft) welke hier
vanzelf voedsel gegeven heeft aan den arg
waan dat Sr. Mussolini op de eerste plaats van
zins is Engeland van Frankrijk te scheiden. In
dit verband moet in aanmerking genomen wor
den dat de FranschItaliaansche betrekkingen
lang vóór het Spaansche conflict, gespannen
waren geworden doordat Frankrijk, zeer tegen
zijn zin, gedwongen was de Britsche politiek
ten opzichte van Abessinië te volgen. Groot
Brittannië kan dus bezwaarlijk datgene doen,
wat Rome zoo gaarne zien zou, een „afzonder
lijken vrede" met Italië sluiten, en Frankrijk
stellen voor het voldongen feit van een Anglo-
Italiaansch compromis.
Wat de Britsche Regeering in werkelijk
heid schijnt te beoogen, is een nieuw
„Locarno", een overeenkomst tusschen
Groot-Brittannië, Frankrijk, Italië en Duitsch-
land, waardoor het vertrouwen in Europa her
steld zou worden. Zij wenscht tusschen Londen
en Rome een samenwerking, gelijk bestaan
heeft van 1925 tot 1935, en die wensch schijnt
thans te Rome niet minder oprecht gekoesterd
te worden. Te Londen evenwel gaat men, gelijk
steeds, uiterst voorzichtig te werk. Van Itali
aansche zijde is, naar met stelligheid verzekerd
wordt, een poging aangewend om een ontmoe
ting tusschen Mr. Chamberlain en den Duce
tot stand te brengen te Rome of -elders in
Italië. Te Londen zag men in dat de bedoeling
hiervan was argwaan in Frankrijk te verwek
ken. Verklaard werd dus dat het oogenblik
voor zulk een ontmoeting nog niet gekomen
v/as. Velen zien hierin te recht of ten onrechte
een bewijs dat de Eerste Minister in geen geval
den Duce een bezoek zal brengen, alvorens hij
te Parijs een samenkomst gehad heeft met den
Franschen premier, wiens Regeering zoo nauw
met de Britsche samengewerkt heeft, en die
dus gegronde redenen zou hebben zich te bekla
gen indien de eerste buitenlandsche reis van
den nieuwen Britschen Eersten Minister niet
hem, maar Sr. Mussolini gold. Wij mogen aan
nemen dat de briefwisseling inderdaad de
eenigszins schrale „Ersatz" geweest is, dien
Italië gekregen heeft in plaats van het begeer
de bezoek. De Italiaansche pers heeft ook ge
ruchten verspreid, volgens welke Mr. Eden naar
Rome zou komen. Te Londen wordt verzekerd
dat ook hiervan voorloopig geen sprake kar.
zijn. Zoo zijn ook andere pogingen van Rome,
cm Londen te bewegen tot herstel van de An-
glo-Italiaansche vriendschap ten koste van de
Anglo-Fransche vriendschap, verijdeld. Men
neemt aan dat Italië de bijbedoelingen, die het
blijkbaar gehad heeft, thans heeft opgegeven,
maar in officieele kringen blijft men uiterst
omzichtig. Waarschijnlijk hebben diegenen ge
lijk die beweren dat de kwesties, welke na een
Britsch-Italiaansche toenadering besproken
zouden worden (op de eerste plaats die betref
fende Spanje) nog in het geheel niet te berde
gebracht zijn, maar dat de gedachten- en brief
wisseling uitsluitend ten doel gehad heeft wan
trouwen ten aanzien van eikaars bedoelingen
uit den weg te ruimen. Zoo zouden geruststel
lende verklaringen gewisseld zijn met betrek
king tot de oogmerken der beide landen in de
Middellandsche Zee, en Mr. Chamberlain zou
er den nadruk op gelegd hebben dat noch daar,
noch elders, de Britsche en Italiaansche belan
gen onvereenigbaar met elkaar zijn.
Wat het herstel van normale betrekkin
gen tusschen Londen en Rome onmiddellijk in
den weg staat, is dat de Britsche Regeering
nog niet de vrijheid meent te hebben Koning
Victor 'Emmanuel te erkennen als Keizer van
Italiaansch Oost-Afrika. Zulk een erkenning
zou in Italië een voortreffelijken indruk ma
ken, en wy zyn ervan overtuigd dat er buiten
socialistische en liberale kringen in Engeland
weinigen zijn die in dit opzicht Italië geen vol
doening zouden willen schenken. Maar het
spreekt vanzelf dat Engeland niet buiten den
Volkenbond om kan handelen. Men gelooft dat
Mr. Chamberlain persoonlijk geneigd is het
Abessinische vraagstuk geheel te „liquideeren",
en dat hij er te Genève op zal aandringen dat
in die richting stappen gedaan worden, of
schoon het zeer onwaarschijnlijk is dat formeel
het initiatief hiertoe zal uitgaan van Groot-
Brittannië. Maar niet onwaarschijnlijk lijkt ons
de opvatting dat Mr. Chamberlain ook deze
kwestie zou willen verbinden aan een alge
meene regeling, waarbij de vier Locarno-mo-
gendheden betrokken zyn. De ervaring der
laatste paar jaren heeft geleerd dat zoowel met
Rome als met Berlijn „gelijk overhandigen" de
eenige veilige taktiek is.
Ook is er sprake van dat Mr. Chamberlain
bij het sluiten van een vier-mogendheden-pact
tevens (wij citeeren de „Daily Telegraph") „vol
doening zou willen schenken aan de rechtma
tige aanspraken van die Staten welke op het
oogenblik gebukt gaan onder een gevoel van
onrecht." Dit is voor een zeer ruime uitlegging
vatbaar, en verklaart wellicht gedeeltelijk het
hevige wantrouwen in Mr. Chamberlain's poli
tiek, waarvan op het oogenblik de liberale en
labour-pers blijk geeft. Wanneer aan die aan
spraken onder anderen voldoening geschonken
zou moeten worden door afstand van koloni
aal gebied aan Duitschland. dan zou Mr. Cham
berlain ook de meerderheid der conservatieven
waarschijnlijk tegen zich krijgen. Wat de „lin
kerzijde" in Engeland echter vooral vreest is
dat de Eerste Minister een vergelijk met Italië
zal willen bereiken, niet alleen ten koste van
het Engelsche rechtsstandpunt betreffende
Abessinië, maar ook ten koste van de Regee
ring te Valencia, welke het socialistische en
liberale troetelkind is.
Eenige onzer lezers hebben lichtelijk ont
steld kennis genomen van het be
richt, dat maarschalk Tsjang Kal Sjek
in China een half millioen padvinders heeft
opgeroepen om in het belang van het door
den Japanschen aanvaller bedreigde Chinee-
sche vaderland diensten te verrichten. Uit dl?
bericht meenen zij te mogen concludeeren,
dat de padvindersbeweging eigenlijk toch een»
zij het dan verkapte, militaristische bedoeling
heeft en dat de stichter van deze beweging,
lord Baden Powell, the Chief Scout of the
World, derhalve wel op de laatste plaats in
aanmerking komt voor den Nobelprijs voor
den Vrede. Wij willen juist thans, nu de
wereld-Jamboree te Vogelenzang meer dan
28000 padvinders uit alle werelddeelen heeft
bijeengebracht de ongegronde bezorgdheid
van deze lezers, die het met den vrede en de
jeugd voorzeker wèl meenen, trachten weg te
nemen.
Zooals men weet, is lord Baden Powell
tijdens den Boerenoorlog in Zuid-Afrika op
het denkbeeld van de padvinderij gekomen.
De troepen, welke hem uit Engeland werden
gestuurd, waren militair wel-is-waar goed
geschoold, maar het ontbrak hun aan de
voor de in Zuid-Afrika bestaande gevechts
omstandigheden noodige karaktervorming,
aan menschelijke eigenschappen als persoon
lijken moed, opofferingsgezindheid, aan weer
stand tegen ontberingen en individueele on
zelfzuchtigheid. Om dit te kort in de mili
taire opleiding aan te vullen dacht hij op
grond van zyn in het gevechtsterrein en in
den oorlog opgedane ervaringen het verken-
nerspel uit, waaruit tenslotte de internatio
nale padvinderij is gegroeid. Baden Powell'3
opzet was dus in wezen niet militairistisch,
ook al kwamen de door de padvinderij aan
gekweekte karaktereigenschappen de mili
taire qualiteit van de soldaten ten goede.
Zijn bedoeling was zuivér algemeen men-
schelijk paedagogisch. Het aankweeken van
altruïsme, van gevoel voor „fairness", van ka
meraadschap, van sportiviteit, van zin voor
goede daden, van de kunst zichzelf in be
paalde omstandigheden te kunnen behelpen,
heeft in zich niets met militarisme in den
slechten zin des woords te maken al kunnen
al deze eigenschappen natuurlijk misbruikt
worden voor een zuiver militaristisch systeem
en doel. Baden Powell moge al een groote
rol in een der meest bedenkelijke oorlogen,
welke het Engelsche imperialisme ooit heeft
gevoerd, hebben gespeeld, voor dien oorlog
zelf draagt hij niet de minste verantwoorde
lijkheid. Hij diende eenvoudig zijn vaderland
en indien die dienst niet voor een goede en
rechtvaardige zaak is geweest, mag dat niet
aan hem, maar moet dat aan hen, die zijn
vaderland in die dagen leidden en bestuur-'
den en hem opdrachten gaven, welke hij
slechts had uit te voeren, worden verweteab
De padvinderij, opgezet als karaktervormend
spel en uitgegroeid tot een wereldorganisa
tie, welke de jeugd een sterk saamhoorig-
heiasgevoel geeft en de gedachte van da
noodzakelijkheid van internationale samen
werking en vriendschap en van wederkee-
rig onderling begrip onder de jonge men
schen van verschillende nationaliteit bevor
dert, is de groote goede daad van „The
Chief Scout" geweest, waarvoor heel de be
schaafde wereld hem dankbaar moet zijn.
een dankbaarheid, waarvan de toekenning
van den Nobelprijs voor den Vrede een pas.
sende uiting zou zijn.
Lord Baden Powell's initiatief is spon
taan door tal van landen ov-r, geno
men, waar zich de padvinderij over
eenkomstig den eigen volksaard en de eigen
omstandigheden heeft ontwikkeld. Indien tn
sommige landen die ontwikkeling eenigszins
is afgeweken van den oorspronkelijksn op.
zet en een min of meer militair karakter zou
hebben gekregen, mag dat wederom niet aan
Baden Powell worden toegeschreven, wans
hij is niet meer en ook niet minder dan he#
algemeen erkende, min of meer symbolische
opperhoofd van de wereldpadvinderii, dat
niet dictatoriaal zijn amkbeelder aan de
verschillende landen en vo,l:eren heeft op
gelegd, maar iedere natie vrij het in het
naar eigen goeddunken overnemen uit en
aanpassen aan zijn denkbeelden. Op het im
posante Jamboree-defilé mogen de Tsjechen
en de Polen een veel sterkeren militairen
indruk gemaakt hebben dan b.v. de Neder
landers of de Engelschen, dat de padvinderij
„an sich" weinig militaristisch is, werd
overduidelijk bij die gelegenheid bewezen
door de opvallende afwezigheid van Duitsch
land, Italië en Sovjet-R sland, waar h-a
jeugd wel sterk militaristisch wordt opge
voed en gedisciplineerd. Tenslotte blijft
de vraag nog open of maarschalk Tsjang
Kai Sjek een „militaristische" euveldaad
heeft gepleegd door het oproepen van een
half millioen Chineesche padvinders van
boven den vijftienjarigen leeftijd ten behoeva
van het bedreigde vaderland. Wij meenen ui»
de berichten te moeten opmaken, dat dis
niet het geval is. Immers de opgeroepen
padvinders zullen niet naar het gevechts
terrein worden gestuurd om krijgsdienst
te verrichten, maar in het land de diensten
moeten overnemen van de mannen, die het
vaderland verdedigen. Zeker in tijd van
nood moeten allen, die daartoe in staat zijn
op eenigerlei wijze voor zooveel als in hun
vermogen ligt, zich wijden aan het heil van
het vaderland. Daarin steekt niets van mi
litarisme in den slechten zin des woords. Het
is eenvoudig een eisch van elementaire en
goede vaderlandsliefde. Maar zelfs, indien
maarschalk Tsjang Kai Sjek wèl „milita
ristisch" misbruik zou maken van de door
hem opgeroepen padvinders, dan nog zou
dat niet op de debetzijde van Lord Baden
Powell's denkbeelden en de padvinderij in
het algemeen mogen worden geschreven.