tffdimhaal mn den day De avonturen van Prof je en Struis je J 1 TWEE NICHTEN TWEE NEVEN WOENSDAG 15 SEPTEMBER 1937 CIRCUS SARRASANI DAMMEN Seizoens-opening Nieuwe Haar- Iemsche Kunstkring Programma Haarl. Radio-centrale Donderdag 16 September Districtsbond Noord-Holland NIEUWE R.K. SCHOOL IN NOORD KATHOLIEKE ESPERANTO- BEWEGING Orgelbespeling m?rdmrendfee tij Radio-hoorspel DE INBRAAK TE HEEMSTEDE Wat er zooal vermist wordt NEEM VOOR DE WASMACHINE ALLÉÉN „OVERVETTE RINSO"! NAAR HET ENGELSCH m STAD Is er wel één amusementsgelegenheid, waar- Van de naam alleen al zóó romantisch klinkt, en de gedachte eraan alleen al den mensch overgeeft aan heerlijke fantasieën, en herinne ringen aan z'n kinderjaren, als het circus? Wie was zoo snood te durven beweren, dat het circus uit den tijd is, of als 't nog ver toond wordt slechts 'n afschaduwing is yan z'n vroegere glorie? Het tegendeel is toch frnmers waar! Zeker, we zijn door de film zeer verwend, en staan niet vlug meer verbaasd over sterke staaltjes, maar kan men op de film ooit die aparte circussfeer meemaken, de zaagsellucht inademen, op dezelfde wijze van 't „hoempa"- orkest genieten, welks muziek steeds iets onde finieerbaars, iets: er-staat-je-wat-te-wachten heeft? En kan men op de film echt zoo intens tneegriezelen, als iemand geblinddoekt van de hok van 't dak 'n dubbele salto mortaie maakt, ®n op goed geluk af naar de rekstokken moet grijpen, als wanneer men zelf midden in de oircusdrukte zit en met eigen oogen al dit won derlijks kan aanschouwen? Dat bestaat niet. Als men dan nog weet, dat het circus Sar- ïasani is, dat u heeft uitgenoodigd, 'n bezoek Je brengen, is men er heelemaal „in" en vindt t zelfs zoo nu en dan jammer, dat alles zoo goed gaat, en iedereen topprestaties levert, ejn ieder voor zich hoopt in stilte, dat er 'ns iets hiis zal loopen, zonder dat er ongelukken gebeuren natuurlijk. Maar neen, alles gaat per fect en 't drie uur lange programma wordt Vlot achter elkaar afgewerkt, 't publiek heeft zich geen twee minuten te vervelen, want bij 't Verwisselen van de verschillende nummers ko- hien de kostelijk-uitgedoste clowns, die 't pu bliek met hun dolle invallen uitstekend amu seeren. Wat zijn die beren, getemd door mademoi selle Betty, gezellige lompe beesten, en men Zou kunnen wenschen ze als schoothonden te kunnen hebben, wanneer ze uit 'n flesch drin ken, of op 'n autoped ronddansen, zóó lief zijn Ze> De leeuwen en tijgers kunnen slechts ontzag Afdwingen, tevens voor hun dresseur, vooral Wanneer kapitein Schneider 't stoute stukje Uithaalt ze van voedsel te voorzien, nadat hij 2e om zich heen verzameld heeft. Als kapitein Bunte 't klaarspeelt 'n motor rijwiel van 215 kilo, plus 'n juffrouw van ette lijke kilo's boven z'n hoofd te tillen, denkt men onwillekeurig aan 't gezegde van: liever eten tian vechten Wat al herinneringen krijgt men niet aan boe ken uit z'n jeugd, prachtige ontroerende boeken ovre 't circursleven, waarmij men haast kon hui len, als men de paarden ziet binnendraven, die in be rondte loopen, door elkaar heen galoppee- fen, op hun achterste pooten staan, terwijl in kun midden 'n heer in rok loopt, die met 'n lange zweep van die harde knallen kan geven, Öie nooit na zijn te doen, en daarom zoo in drukwekkend zijn. Voegt men bij dit beeld nog meisjes in bonte kleedjes, die van- en op 't paard springen, sal- Jo's maken, en op één been op 't paard z'n rug oalanceeren, dan heeft men 't volledige tooneel Van 't oude circus voor zich. 'n Bezoek aan dit alles doet u weer jong Worden en zal u een avond van onvergetelijke romantiek schenken. Programma 5: 8.007.00 Diversen, 7.00 Eigen gramofoonplatenconcert: Engelsche walsen, tango's, rumba: 1. Dera Senorita, 2. Poema, 3. Tonight, 4. Sin-ti, 5. The missouri Waltz, 6. Diez Annos, 7. Es fiel ein Stern von Himmel, 8. My cavalier, 9. Negro Craddle song, 10 El mo- nito, 11. La sitiera, 12. Love me, my loved one, 13. Delilah waltz, 14. Serenata, 15. While the tan go moans, 16. Gute Nacht. 8.0012.00 Di versen. Ter opening van het nieuwe tooneelseizoen Zullen voor de leden van den „Nieuwen Haar- 'ernschen Kunstkring"* op 27 en 28 September a s een tweetal voorstellingen worden gegeven door het „Nieuw-Schouwtooneel" te Amster dam, onder leiding van Prits Bouwmeester. Voor deze voorstellingen is vastgesteld: „At las-Hotel", tooneelspel in 3 bedrijven door Ar- dïand Salacrou, in de vertaling van J. C. van der Horst en onder regie van Richard Flink, die tevens de ontwerpen vervaardigde voor de nieu we decors. In „Atlas-Hotel" treden op, behalve Tilly Lus, Jules Verstraete en Frits Bouwmeester, die de drie hoofdrollen vervullen: Annie van Duyn, Lena Kley, Richard Flink, Rienl^ Brouwer, Sam de Vries, Adolf Rijkens, Johan Schmitz en Ko van Dijk Jr. De voorstellingen voor den „Nieuwen Haar- 'emschen Kunstkring" zullen de allereerste op voeringen zijn, die door het „Nieuw-Schouw toneel" van „Atlas-Hotel" gegeven worden. Programma 1- Hilversum 2. Programma 2: Hilversum L Programma 3: 8.00 Keulen, 9.50 Pauze, 10.05 Keulen, 10.50 Parijs Radio, 12.35 Ned. Brussel, 2-20 Keulen, 3.20 Parijs Radio, 3.35 London Re gional, 4.20 Keulen, 5.20 Fr. Brussel, 5.50 Keu- Ieh, 7.20 Ned. Brussel, 7.50 Keulen, 8.20 London Regional, 9.05 Berlijn, 10.20 Ned. Brussel, 10.30 Pr. Brussel, 11.20 Berlijn. Programma 4: 8.00 Ned. Brussel, 9.20Diversen; 10.35 London Regional, 2.50 Droitwich, 6.40 Lon don Regional, 7.50 Parijs Radio, 8.20 Droitwich. In Café-Restaurant Brinkmann te Haarlem vond onder groote belangstelling de algemeene jaarvergadering van den Districtsbond Noord- Holland plaats. Deze vergadering werd o.m. bijgewoond door den lsten secretaris van den Nederl. Dambond, den heer W. H. Lieve. De notulen der vorige vergadering werden, behoudens enkele kleine wijzgingen, goedge keurd; alleen Damclub „Wormer" stemde tegen. Het uitstekend verzorgde jaarverslag van den lsten secretaris, den heer H. Brussel (Wormerveer) getuigde van een grooten bloei van den bond; het jaarverslag van den pen ningmeester sloot met een voordeelig saldo van ruim f 140. Het jaarverslag der Propa- ganda-commissie mocht zich eveneens in een groote aandacht verheugen. By de bestuursverkiezingen werden, op voorstel van den heer P. H. Meure (Haarlem- sche Damclub) alle aftredende bestuursleden bij acclamatie herkozen, terwijl in de vacature M. van Leeuwen (Damclub „Haarlem") werd voor zien door de verkiezing van den heer H. Kroon (Damclub „Haarlem") tot 2den voorzitter van den bond. De bespreking der a.s. competities 1937/1938 nam veel tijd in beslag, aangezien vooral de reiskosten voor vele vereenigingen een groot bezwaar bleken te zijn. Tenslotte konden toch alle vereenigingen op de Hel- dersche Damclub na de toezegging doen aan deze competitie deel te nemen. De regeling der Haarlemsche competitie werd opgedra gen aan de heeren H. Kroon, P. H. Meure en C. M. Beek. Het bestuursvoorstel, om de reis kosten der afgevaardigden naar de vergade ringen van den bond hoofdelijk om te slaan over de aangesloten vereenigingen, werd zon der stemming aangenomen. De bespreking in zake de persoonlijke kampioenschappen van Noord-Holland werd aangehouden tot na de competitie; wel werd besloten, dat de beide hoogstaankomenden in den wedstrijd om het kampioenschap van Haarlem, IJmuiden, Zaan dam enz. tot deelname gerechtigd zullen zijn. Thans kwam ter sprake een ingekomen stuk inzake de onlangs beëindigde match om het wereldkampioenschap tusschen Raichenbach en Springer, waaruit bleek, dat verscheidene leden zich met de organisatie van dit tournooi niet konden vereenigen. Na de rondvraag, welke geen nieuwe gezichts punten opleverde, werd deze zeer geanimeerde vergadering gesloten. 3CH&T.3 bOUW. G.K.JONGfcPO SCHOOL, fc fcMDTOAAT. HAAGLfcM In naam van het belang van onze volks gemeenschap vraag ik TJ voort te gaan met in uw kringen gelegenheid te bieden tot beginselvaste, godvreezende scholing en vorming, Jhr. Ruys de Beerenbrouck bi) het gouden feest der Vrije Universiteit 1930. Haarlem-Noord groeit met den dag! Wat vandaag past is misschien over een jaar weer te nauw en wat drie jaar geleden op flinke uitbreiding berekend was, wan thans nóg weer te klein zijn. Zoo is het ook met de R K. scholen in deze stadswijk gegaan. Binnen enkele jaren is het zoo ver gekomen, dat èn de jongens- èn de meisjes school te klein zijn. Ze zijn zelfs overvol en sommige klassen hebben een onderdak gevon den in een ander gebouw of zelfs op zolder. De toestand is dan ook onhoudbaar geworden, zoodat met het bouwen van een nieuwe school niet gewacht kan worden tot het volgend jaar. Architect Jacques van Velsen heeft boven staand ontwerp gemaakt en hij zal reeds 25 September de aanbesteding houden. Verwacht mag worden, dat de inwijding in April 1938 kan geschieden, zoodat de noodtoe stand binnen het half jaar zal zijn opgehe ven. De nieuwe school is fraai gelegen in het katholieke dorpje rondom de Eemstraat. Daar zijn al de woningen van den R.K.Bond voor Groote Gezinnen, daar is al het mooie gebouw tje van het St. Franciscus-Liefdewerk, daar komt nu een frissche, lichte, moderne school met 6 klassen. Het ligt in de bedoeling in het nieuwe ge bouw een gedeelte der jongens- en een gedeelte der meisjesschool onder te brengen, omdat daardoor het ruimte-tekort het beste wordt opgelost. Een gymnastieklokaal is niet geprojecteerd, omdat één lokaal, los van alle scholen, in de totale behoefte kan voorzien; Is er nu straks rust onder de bewoners van het uiterste noordelijke puntje onzer ge meente? Waarschijnlijk niet, want er is nóg een school tekort. Of dit wordt een jongens school en dan moet er nog een voor de meisjes komen, of omgekeerd. Maar op dit oogenblik is er in ieder geval reden tot dankbaarheid, vooral ook door den spoed, die betracht wordt. Ter inleiding van de a.s. wintercursussen in Esperanto organiseert de Katholieke Esperan- to-Vereeniging „Abbé Richardson", alhier, een propaganda-bij eenkomst, welke morgenavond zal gehouden worden in café-rest. Gebr. Brink mann, Groote Markt. Dank zij de medewerking van pers en paro chiebladen heeft ieder den laatsten tijd het een en ander over Esperanto kunnen vernemen, zoodat hierover thans niet behoeft te worden uitgeweid. Dat is bovendien best toevertrouwd aan den spreker, den eerw. fr. Wigbertus Van Zon, chef van den Esperanto-persdienst in ons land. Voor velen misschien een onbeken de naam, maar in elk geval een esperantist van internationaal formaat; de eerw. spreker is na melijk lid van het „Internationaal Taaicomi té", de hoogste instantie in de Esperanto-bewe- ging. Er dient op gewezen te worden, dat deze avond ook bedoeld is voor hen, die buiten Haarlem wonen. Wegens de groote kosten is het niet mogelijk meer dan één avond te hou den, doch wel kunnen bij voldoende belang stelling cursussen in een bepaald rayon worden gegeven. Vergeleken bij andere plaatsen telt de katholieke esperanto-beweging in Haarlem speciaal onder de intellectueelen nog te weinig aanhangers. Moge daarom de opzet van frater Van Zon slagen! Men zie verder de ad vertentie in dit nummer. in de Groote- of St. Bavokerk te Haarlem op Donderdag 16 September 1937, des namiddags van 34 uur door den heer George Robert. Programma: 1. Dorische Toccata, J. S. Bach. 2. Choralvorspiel und Fuge: „O Traurigkeit, o, Herzeleid", Joh. Brahms. 3. a. Allegretto; b. Moderato, N. W. Gade. 4. Vierde Sonate, A. Guilmant. Menschen vangen is een moeilijke karwei, vooral als het beroepsmisdadigers geldt. Het komt er dan op aan, hen op heeter- daad te betrappen, 't Is gauw gezegd, maar om het te volvoeren is er naast een eindeloos ge duld een groote dosis vakkennis en.... veel tijd voor noodig. Inspecteur Bob Glancer van Scotland Yard was er achter gekomen, dat Lawrence Trick er vannacht naar alle waarschijnlijkheid op uit zou trekken. Een villa aan de rue Bordain moest de levendige belangstelling van dezen in ternationalen geveltoerist hebben opgewekt. In verschillende vermommingen hadden beambten van de Süreté hem daar tenminste zien langs flaneeren. Gewend zijn zaken deugdelijk te doen, be sloot inspecteur Glancer na het diner wat te gaan slapen; de daarvoor van nature bestemde uren kon hij er helaas maar zelden voor benutten. Hij placht zich dan te troosten met den dooddoener „Een mensch went aan alles" en zocht zijn bed op. De meeste gasten waren Parijs ingegaan om zich in de tallooze gelegen heden wat te laten amuseeren. Het onophou delijk heen en weer loopen der kamermeisjes was eindelijk ook tot bedaren gekomen, zoodat in het ruime hotel een ongestoorde rust heerschte. Inspecteur Glancer keerde zich nog eens be haaglijk om, schikte zijn dekens nog wat en wilde net zijn oogen sluiten, toen in de aan grenzende kamer plotseling aangekondigd werd: ./Hallo, hallo! Hier radio Nancy! Wij vragen uw aandacht voor een hoorspel „Moord met voorbedachten rade?" van Leon Lemanche. De rolverdeeling is als volgt: Hij: Armand Du- manche; zij: Emilie d'Argaut." „Verdorie," bromde Bob Glancer, „laat die kerel dat ding afzetten. Allemaal schrijvers- onzin." Meer kon hij er ook niet van zeggen, en evenmin er iets aan veranderen. Het hotel reglement n.l. bepaalde, dat het van des avonds 10 uur tot 's morgens 9 uur verboden was de radio aan te zetten. En nu was het pas 8 uur. Inspecteur Glancer woelde rusteloos in zijn bed, maar kon den slaap niet vatten. De stemmen uit de radio dwongen hem te luisteren. Daar kwam nog bij, dat hij Armand Dumanche ken de, zij het dan ook oppervlakkig. Bob Glancer luisterde scherp toe, maar het was hem toch onmogelijk in de mannenstem die van Armand Dumanche te herkennen. Maar door de radio klinkt iemands stem vaak heel anders, dan men in werkelijkheid gewend is. Hoe ter wereld zou Armand Dumanche er toe gekomen zijn voor de radio op te treden? En nog wel heel in Nancy? Toen moest Glancer om zijn eigen ge dachten lachen: wat deed een Engelsch politie man eigenlijk in Frankrijk? De schets is anders niet zoo beroerd geschreven als de meeste van haar soortgenooten, dacht Glancer verder. In alle geval wordt het met zoo'n werkelijkheidszin opgevoerd, dat menig echtgenoot (e) herinne ringen zal krijgen aan momenten, die men het liefst zoo spoedig mogelijk vergeet. /Rijkelijk veel stof" critiseerde Glancer, toen hij op zijn horloge zag, dat de huiselijke oneenigheid al meer dan een kwartier duurde, „met gelijke kansen. Ik ben eigenlijk benieuwd, wie er nu zal schieten." Plotseling sloeg de vrouwenstem schril over. Tusschen korte hysterische lachjes door gilde ze: „Schiet dan! Nu! Wat let je! Ik weet tóch wel, dat je niets meer om me geeft!" Glancer glimlachte. „Alle vrouwen zijn toch precies het zelfde. Als je ook maar één oogenblik je atten- ghig weg I MtMM 11 ••IIMItf tie laat verslappen, zijn ze er nog erger aan toe dan het misdeelde kind!' Dan knalde een schot en was het even dood stil. Klaarblijkelijk was het hoorspel afgeloopen. Weer klonk de stem van den omroeper. /Hallo, hallo! Hier radio Nancy! U hoorde zoo juist het hoorspel Moord met voorbedachten rade?" door Leon Lemanche. Over enkele oogenblikkea. wordt ons programma voortgezet met dans muziek!".... De radio knetterde nog even, toen was alles weer stil. Maar Bob Glancer's slaap was met .Radio Nancy" verdwenen. Eensklaps had hij een onbedwingbaren lust, in de bar wat te drinken. Tusschen denken en doen lag bij inspecteur Glancer niet zoo heel veel verschil, zoodat hij nog geen tien minuten later over de prachtige marmeren trap naar beneden ging. Glancer opende de deur en nam in een oog wenk de aanwezigen op. Dan sloot hij de deur weer en denzelfden als hij gekomen met een krachti- gen schouderduw j forceerde, was niet de zijne, maar die van waaruit hij de radio-uitzending had kunnen hooren. Een man van middelbaren leeftijd, die blijk baar naar de vrij stille straat had staan kijken, keerde zich met een ruk om. Het zien van een gerichte revolver deed hem even weinig als het afgesnauwde bevel .Randen hoog!" Hü ver trok geen spier en deed wat hem bevolen werd. Enkele oogenblikken stonden de beide mannen zoo tegenover elkaar, toen Glancer's gevangene eensklaps hard, maar welluidend begon te lachen. ,Ra, ha, neen, die is goed! Wat vind ik die mop eenig! U hebt natuurlijk in mijn kamer rumoer gehoord en bent nu in de vaste overtui ging, dat ik mijn vrouw heb vermoord! Maar als u wat beter had geluisterd, dan had u kun nen hooren, dat het 'n radio-hoorspel was! Is die even goed „Zooscheen Glancer te weifelen. De man liet zijn handen wat zakken, maar onmiddellijk beet de inspecteur hem weer toe: .Randen hoog en verroer geen vin!" Met enkele stappen stond hij naast een groote hutkoffer en ont sloot deze. Met een slag ging het deksel los. Oogenschijnlijk bevatte ze niets dan japonnen, maar inspecteur Glancer liet zich hierdoor niet misleiden. Zonder den man een oogenblik uit het oog te verliezen, schoof hij de kleeren wat ter zijde, tot het hoofd van een vrouw zicht baar werd. Haar oogen waren gesloten. „Jij, ellendige politiehond!" Met een katach- tigen sprong wilde de moordenaar den inspec teur te lijf. Dan knalde er een schot en ker mend viel de man op den grond, vlak voor de voeten van Glancer. Een kogel had hem in het rechterbeen getroffen. In een oogwenk waren hem de handboeien omgedaan en werd om as sistentie getelefoneerd. „Niet onaardig verzonnen, dat moet ik zeg gen," was het eerste, dat inspecteur Glancer nu tegen zijn arrestant zei. „Een radio-hoorspel zelf aankondigen en dan nog wel met zoo'n pakkenden titel, het getuigt van een zekere ge nialiteit. Je had enkel met de namen van je acteurs wat voorzichtiger moeten zijn. Want toen ik zoo juist in de bar kwam, moest ik er varen, dat Armand Dumanche niet voor de mi crofoon van Radio Nancy stond, maar zich hier te goed deed aan een glaasje likeur." (Nadruk verboden) Op zekeren morgen ontwaakte professor Snuffelgraag met een nieuw idee. Professor Snuffelgraag, in de wandeling Profje ge noemd, was iemand, die er veel van hield, de heele wereld te kennen en liefst niet uit boe ken doch uit ondervinding. Op zijn laatste reis had hij kennis gemaakt met een struis vogel, die hem sedert dien overal vergezelde. Dezen morgen nu, belde hij vanuit zijn bed en meteen verscheen zijn trouwe trawant, Struisje, om hem te vragen wat er van zijn dienst was. „Je moet onze koffers pakken, want we gaan weer op reis," zei Profje. Struisje was al verdwenen. Hij had een paar lange beenen en sterke vleugels die hem overal naar toe brachten. Zoodoende had hy in een seconde den zolder bereikt en daar al spoedig gevonden wat hü zocht. De Heemsteedsche politie heeft thans een lijst samengesteld van de voorwerpen, die Maandagavond gestolen zyn uit het perceel aan den Crayenestersingel. 24 zilveren vorken en lepels, zilveren soep lepels, sauslepels, limonadelepels etc., heeren horlogeketting met gouden ornamenten, twee zilveren bonbonmandjes, 2 gouden trouwrin gen, gouden damesring met parel, klein gouden ringetje met turquoise steentjes, lange gouden dameshorlogeketting, gouden dameshorloge, bijbeltje met gouden slot, ovaal mozaïek broche met gouden rand, een van goud gevlochten hals ketting ter breedte van 1% c.M., twee gouden armbanden, 1 wit gouden broche van ongeveer 4 c.M. in den vorm van een Turksche halve maan, bezet met 4 diamanten, 1 glad-gouden armband, breed pl.m. 2J4 cM. met gouden gesp van ongeveer 2 cM, bezet met roode steentjes en pareltjes, 1 gouden armband, in het midden een zwarte steen en bewerkt ornament, 1 halsketting van zilveren hanger tjes met roode steentjes, 1 zilveren armband, lintmodel, breed 1 c.M., voorzien van verschil lende figuren, een gevlochten en een schuine zilveren armband, een schidpad haarspeld, het blad met goud bewerkt, een gouden broche in den vorm van een klimopblad met in het midden een diamantje, 3 tijgernagels, met goud bewerkt en een gouden bandje aan onderkant, van achteren voorzien van een speld om als broche te dragen. Eindelijk een speciaal wasmiddel, waarbij nu eens terdege rekening is gehouden met de mogelijkheden, die de wasmachine biedt De nieuwe Rinso lost on middellijk in lauw water op en geeft een overvloedig schuim, omdat zij „overvet" is. Bovendien bevat Rinso bijzonder werkzame bestanddelen, die het tijd rovende voorweken van de was overbodig maken. En liet Rinso-sop, waarin U heeft gewassen, behoeft U niet weg te doenNa het' witte goed kunt U achtereenvolgens nog het gekleurde goed, het flanel en het tricotgoed in hetzelfde Rinso- sop wassen voor 'slechts 12^ ets. Lees slechts de eenvoudige gebruiksaanwijzing. Als U een wasmachine bezit, neem dan voortaan geen ongeschikte wasmiddelen meer, maar uitsluitend: R8-0309 m 5 Toen Janie alleen was, ging ze nog een tydje op den rand van het versmade bed zitten en keek naar de koffers met de etiketjes er op, die Elizabeth met haar keurige hand geschreven had. „Je hoeft niet te denken, dat ik je hier uit pak!" zei ze tegen deze stomme getuigen. „Mor gen gaan we regelrecht terug naar Mrs. Rugg- les en dan hoop ik, dat ik die griezelige „Gran ge" niet weerzie!" HOOFDSTUK V Een goede nachtrust en een zonnige ochtend Öeden Janie toch van opvatting veranderen. Ze Was nog altyd besloten, Redwall te verlaten, hiaar toch wilde ze geen stap doen in deze rich ting, eer Mrs. George Gilchrist terug zou zijn; en dus zou ze dezen dag maar eens wyden aan de kennismaking met haar nieuwe omgeving. Ze bracht den morgen door met het huis en den tuin eens nader te bekijken. Het huis leek «aar nu lang niet zoo somber meer en den tuin vond ze verrukkeiyk! Ze zag niemand anders dan Minnie. Familiemaaltijden bestonden ar niet. De tweelingbroers hulpbehoevend als ze waren verlieten nooit hun kamers; Mrs. George als ze er was bleef ook in haar eigen vertrek en werd bediend door haar kame nier; Rorke had zyn kamer in een vèrverwijderd deel van het huis waar hy zijn eenzame maal- tyden gebruikte en af en toe eens een kennis bij zich had. Janie deelde Minnie's middagmaal in de keu ken op één uur en na afloop daarvan zette ze haar hoed op en zei, dat ze de buurt eens ging „verkennen." Het was een zachte, heldere voorjaarsdag en lustig kweelden de vogels. Het was hier heer lijk; ofschoon niet ver verwijderd van het druk ke fabrieksdistrict van Bradlington, was de lucht er zoo zuiver en prikkelend; de rivier straalde in het zonlicht en in het verschiet zag ze enkel vroolijk-verlichte heuveltoppen. Misschien zou ze het hier toch wel een maand kunnen uithouden. Ze zou althans vandaag maar niet schrijven aan Elizabeth en aan oud tante Sara. In vier weken zou ze wel wat anders kunnen vinden; dus zou ze zich maar geen zorgen ma ken vóór den tijd en van dezen mooien dag genieten. Om ongeveer vier uur liep ze op den hoofd weg dicht by een dorpslogementje, waar ze een paar fietsen tegen den muur zag staan. Haar tong kleefde haar aan het verhemelte en ze smachtte naar een kopje thee. Binnen zaten een dame en een heer, ieder aan een tafeltje, thee te drinken. De dame keek even op, de heer hield haar steeds in het oog; dit voelde zy. Het was een lange, jonge man met een grooten neus, hooge jukbeenderen en licht-bruine oogen. Janie ging aan het derde tafeltje zitten met den rug naar den heer, maar hy veranderde van plaats, zoodat hy haar van ter zijde steeds zien kon. Tevergeefs trachtte zij zich al te ver diepen in een oude krant, die daar lag; steeds voelde zy, dat hij met den blik ieder van haar bewegingen volgde. Als om moreelen steun keek ze nog eens naar de dame, maar die scheen zóózeer in beslag ge nomen door het bestudeeren van een toeristen- kaart dat ze hier niets van merkte. Op dat oogenblik kwam er nog iemand bin nen en wel haar neef, Rorke Gilchrist. Blijk baar waren ze beiden evenzeer verrast over deze onverwachte ontmoeting en ze wist eigenlyk niet, of hy haar gegroet had of niet. Voor de andere dame nam hy den hoed af; die boog even en hy knikte eens tegen den onbeschaam- den jongen man, die dezen groet op dezelfde wyze beantwoordde. Rorke trad aan de toonbank, bestelde zyn verversching, die hy daar gebruikte en verliet toen weer het logementje. Haar tydelijke verwarring was niet onopge merkt gebleven door den onbeschaamden be zoeker. Met schrik zag zy het oogenblik tege moet, dat ze alleen werden gelaten en ook durf de ze niet weggaan, want ze was bang, dat bij haar dan volgen zou. De toeriste stond op, betaalde haar vertering en ging. Janie volgde ijlings. Op weg naar de deur stootte ze met den voet tegen de opgevouwen toeristenkaart, die de dame blykbaar verloren had. Dit leek Janie een uitkomst; ze gaf het ding aan de eigenares te rug, juist toen de onbeschaamde ook uit de deur kwam; maar toen hy de dames in gesprek zag, kon hij niet anders doen, dan zyn fiets ne men en wegryden. De toeriste bleef hem nog in het oog houden en zei toen vriendelyk: „Neem my niet kwalijk, dat ik u nog een paar vragen doe. Ik geloof, dat u hier in de buurt thuis hoort? Ik zag u althans gisteren door Chatbeck ryden met Mr. Rorke Gilchrist. Lo geert u op „The Grange"?" „Ik logeer er niet, maar ik denk, dat ik er een tyd blijven zal. Ik heb een betrekking als „hulp van de moeder" bij een kleinen jongen." „O, ik hoop, dat u my niet erg bemoeiziek vindt, maar wonen uw ouders ook hier dichtbij? Heeft u een persoonlyk onderhoud gehad met Mrs. George Gilchrist, vóór u de betrekking aannam?" „Ik heb geen ouders. Myn familie woont voor het grootste deel in het Zuiden van Engeland. Ik heb de advertentie van Mrs. Gilchrist be antwoord, maar ik heb haar nog niet gezien. Zij en de kleine jongen zyn beiden weg." „Dat begryp ik. Ik geloof niet, Miss....?" „Carleton", viel Janie in. dat wy u hier lang houden zuHen; maar waarschynlyk zullen wij elkaar nog wel eens ontmoeten. Ik ben Mrs. Carpmael en myn man is hier dokter. Ambtshalve komt hij met op „The Grange"; maar daar Chatbeck maar heel klein is, zullen wij elkaar af en toe wel eens spreken. Als het u ooit eens mocht invallen" en dit met een emstigen blik Janie in de oogen kijkend dat u een vriendin noodig heeft, of althans een vriendschappelijken raad, dan moet u niet dralen, om u tot mij te wenden." In gedachten verdiept, zette Janie haar weg voort. Blijkbaar achtte Mrs. Carpmael „The Grange" geen geschikt verblijf voor een jong meisje, een opvatting, die zeker zou gedeeld worden door Elizabeth, om nog niets te zeggen van Tante Hermione. Was het haar plicht niet, zich terug te trekken en een andere positie trachten te vinden? Toch voelde Janie er ook niet zooveel voor, terug te gaan naar Londen, want haar en thousiasme voor de wereldstad was wel wat be koeld. ,,'t Is hard, om Stoneshire juist te moeten verlaten, nu ik tot de ontdekking ben gekomen, dat het de heerlijkste plaats ter wereld is!" dacht zij. „Waarschynlijk doet mijn afkomst uit het Noorden van het land zich toch gelden. Ik heb nu het gevoel, of mijn hart altyd naar het Noorden heeft gewezen, als de naald van het kompas. Die heerlyke Noordenwind, die brengt vrijheid aan!" De „heerlijke Noordenwind" die anders juist uit het Zuiden blies was ineens zóó hef tig, dat hy haar den hoed van het hoofd rukte, die nu vroolyk in de rivier lag te drijven. In haar streven, om het ding nog te pakken te-krygen, boog zy! zich voorover langs den-kant. bleef haken tusschen de lange halmen en het riet en viel vóórover met dit gevolg, dat de eenige speld, waarmee ze het haar bijeenhield, ook hopeloos verloren ging en dat zy dus terug moest naar het huis van haar werkgeefster; zónder hoed en met het haar loshangend. „Ik hoop maar, dat ik Rorke Gilchrist al thans niet meer ontmoet! Als hij mij zóó zag, zou hy zeker vinden, dat ik niet goed genosg was voor hem! Dus dan zouden de rollen pre cies omgekeerd zijn." Het werd dan ook met recht een ongeluks middag voor Janie. Ze was nog altijd in strijd met het weerbarstige haar en trachtte het al te vlechten, maar ook hiér had de wind op tegen, zoodat dit niet zoo grif gingIneens hoorde zij een fiets aankomen; iemand stapte af en met den hoed in de hand naderde daar haar schrik beeld uit het logementje. „Pardon. Is u iets overkomen? Kan ik u som» op de een of andere manier van dienst zyn?" „Neen, dank u. Er is my eigenlijk niets over komen, maar de wind heeft myn hoed in het water gewaaid!" „Ja, dat is lastig." Intusschen bleef hy haar weer even onbe schaamd aanstaren en Janie had wel kunnen stampvoeten van ergernis. (Wordt vervolgt»

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 9