OF DE HONDEN SPREKEN?
wiWmmÊm
- - <-
131 -
GEBREIDE JUMPER
GESCHENKEN
Zoekt gij betrouwbaar
Personeel?
Plaats dan een „Omroeper'
voor 80.000 gezinnen
Sluiting van de Staten Generaal. Opening van de Krispijntunnel te Dordrecht.
u3aÊë
CRIESMEELBOLLEN
VOOR IEDEREEN WAT
MAANDAG 20 SEPTEMBER 1937
VOOR HET JONGE MEISJE
Voor den Winter
ainmiinminmiiminniiniiinniiiniiiiiniiiiiüimiiiiiiiiimiiiiiiimiiiiiiuiiimiinuHniiiiiiiHnnniniiiiiiiiiiiI
O
Wi?AI
Dit is nu eens geen sprookje, maar een
geschiedenis, die echt gebeurd is en
waarin de honden wel niet praatten,
zooals wij, maar waar het toch wel lijkt,
of ze elkaar maar al te goed verstonden.
In een klein stadje dan woonde een pro
fessor in de schei- en ontleedkunde. Hij
was een geleerde man, die den heelen dag
en ook dikwijls een deel van den nacht in
zijn laboratorium doorbracht. Eens, toen
hij 's avonds nog laat uitging om een lucht
je te scheppen, hoorde hij klaaglijk jan
ken. Hij zocht, waar dat geweeklaag van
daan kwam en vond een hond in de goot
liggen. Hij was bepaald door een auto of
een kar overreden en had een poot gebro
ken. De professor nam het beest op, droeg
het in huis en legde het op een tafel in
zijn laboratorium. De hond jankte nog wel
maar niet meer zoo klagend als te voren.
Het was alsof hij begrepen had dat iemand
zich zijn lot aantrok en voor hem zorgde.
De professor maakte een stukje hout
klaar en, geholpen door zijn knecht, spalk
te hij het pootje. De hond liet zich helpen
zonder tegen te stribbelen. Alleen gaf hij
nu en dan een schreeuw. Toen de operatie
aigeloopen was, likte hij de handen van
zijn weldoener, terwijl hij hem met een
dankbaren blik aankeek.
De professor legde hem op een kussen bij-
den haard en gaf hem een bakje water en
melk. Toen de geleerde den volgenden dag
in de kamer kwam kwispelde de hond met
zijn staart en snuffelde aan zijn beenen
om te betuigen, dat hij toch o zoo op hem
gesteld was.
De professor, die geen familie had en
nogal een eenzelvig leven leidde, hechtte
zich al gauw aan zijn patiënt. Hij had aan
zijn huisknecht order gegeven, om op te
passen, dat het beest niet met z'n zieken
poot de deur uithinkte en hem op tijd eten
en drinken te geven. Na een paar weken
was de poot genezen, dus de professor nam
de spalk weg en liet den hond nu vrij om
weg te loopen. Maar het verstandige beest
bleef bij den professor en deze dacht er
natuurlijk niet over, om hem het huis uit
te jagen. Wel ging de hond zoo eens per
dag een paar uurtjes aan den wandel, doch
hij keerde steeds tegen etenstijd weer te
rug. Maar op een avond bleef het etens
bakje onaangeroerd. Benvenuto, zoo had
de professor den hond gedoopt, kwam niet
thuis. Ook den volgenden dag niet. De
professor wilde niet bekennen, dat hij zijn
kleinen vriend miste en zei: „Ja, ja, zijn
zucht naar avontuur is sterker geweest
dan zijn gevoel van dankbaarheid. Zoo is
de natuur nu eenmaal."
Maar den derden avond hoorde de pro
fessor aan de deur krabben. Toen hij open
deed, kwam Benvenuto kwispelstaartend
op hem af. Doch hij was niet alleen; ach
ter hem aan kwam een andere hond, hin
kend op drie pooten, want de vierde was
gebroken.
De professor riep zijn knecht en terwijl
ze samen den armen hond verbonden, zei
de geleerde:
„Wat denk je ervan, Piet, zouden de
honden kunnen spreken?"
„Onder mekaar, zou je zoo zeggen van
wel, zeergeleerde," zei de knecht.
CEDA
De rug. Met zet 118 st. op en begint dan
onmiddellijk aan het breede rib-patroon,
dat uit 2 toeren bestaat,
lste toer: 6 r., 2 aver. De laatste 6 st. r.
2de toer: 6 aver. 2 r. De laatste 6 st. aver.
Als men zoo 1lA c.M. heeft gebreid, meer
dert men 1 st. aan weerskanten van de
naald in den eerstvolgenden en verder in el-
ken 8sten toer tot men 128 st. op de naald
heeft. Men breit ook de bij gemeerderde ste
ken in patroon.
Als het werk, van het begin gemeten, 30
c.M. lang is, kant men aan het begin van
de eerstvolgende 2 toeren, 6 steken af voor
de armsgaten. Verder breit men, aan weers
kanten van de naald 2 st. samen tot men
nog 106 st. overhoudt. Dan begint men aan
een puntigen pas aldus:
lste toer: 50 st. in patroon, op de mid
delste 6 st. r. breit men: 2 r., 2 aver., 2 r
Verder de naald uit in patroon.
2de toer: in patroon tot de middelste 6
st. Dan: 2 aver., 2 r., 2 aver. Verder in pa
troon.
Deze 2 toeren herhaalt men 1 keer.
5de toer: 42 st. in patroon. Dan 2 r., 2
aver, tot men nog 42 st. over heeft. Verder
in patroon.
6e toer: 42 in patroon, verder 2 aver., 2
r. boven de 2 r. 2 aver, van den vorigen
toer. De laatste 42 st. in patroon.
Deze beide toeren 1 keer herhalen.
9de toer: 34 st. in patroon, 2 r. 2 aver.,
tot er nog 34 st. overblijven, die men in pa
troon breit.
10e toer: op dezelfde manier breien. Deze
beide toeren 1 keer herhalen.
Zoo gaat men door, telkens na 4 toeren,
aan weerskanten van het midden 1 streep
van 6 r. bijvoegend aan de steken die men
2 r. 2 aver, breit tot alle st. 2 r., 2 aver, ge
breid worden.
Dan breit men verder zoo door tot de
armsgaten, recht gemeten, 15 cM. hoog
zijn. Men kant dan bij het begin van de
eerstvolgende 6 toeren, 6 st. af voor 't af
schuinen der schouders. Verder breit men
in eiken toer, aan weerskanten van de
naald, 2 st. samen tot men nog 56 st. over
houdt.
Hier breit men, nu verder zonder minde
ren den boord, die later wordt -.Ingeslagen.
Als men TA c.M. hiervoor heeft gebreid
kant men het werk losjes af.
Het voorpand wordt precies eender ge
breid als de rug, tot men TA c.M. voor den
boord heeft gebreid. Dan breit men door 2
r. 2 aver., terwijl men in eiken toer, aan
weerskanten van de naald, 2 st. samenbreit.
tot men 2 st. overhoudt die men afkant,
zoodat men van voren 'n punt krijgt.
Lange mouwen: 22 st. opzetten.
lste toer: 6 r., 2 aver. De laatste 6 st. r.
Men meerdert nu, in eiken toer, aan
weerskanten van de naald 1 st., waarbij
men steeds in patroon blijft breien tot men
94 st. op de naald heeft.
Verder mindert men 1 st., aan weers
kanten van de naald, in eiken 6den toer,
tot men nog 56 st. over heeft. Dan breit
men verder recht door tot de mouwen, aan
den onderkant, 40 c.M. lang zijn. Met dun
nere naalden breit men nu nog 5 c.M., 2 r.,
2 aver, voor 'n manchet. Afkanten.
Men naait dan de schouders dicht. Zoo
noodig laat men een schouder, gedeeltelijk
open en sluit dien met kleine knoopjes en
lusjes. De mouwen worden nu aangezet en
de zijnaden dicht genaaid.
s
Klöse noemt men in Duitschland de
verschillende soorten van bollen, die
vooral in Beieren geliefd zijn en die
een geheelen maaltijd vormen. De gries-
meelbollen kan ik speciaal aanbevelen voor
vastendagen. Met een magere soep vooraf
vormen ze een voedzamen maaltijd, die bij
zeer velen en zeker bij kinderen in den
smaak zal vallen..
Men rekent, bij 1 Liter melk, 4 ons grof
griesmeel, 4 eieren, boter en 'n paar be
schuiten.
De melk wordt aan de kook gebracht en
zoodra ze omhoog komt, roert men er, lang
zamerhand, het griesmeel door. Men blijft
roeren tot het een zeer stijve brij is. Dan
neemt men de pan van het vuur en laat
de brij even afkoelen.
Intusschen laat men 'n stukje boter in de
koekenpan smelten, maakt daarin een be
schuit fijn en laat die even bruin worden.
Dan voegt men ze bij de griesmeelbrij en
roert ze dooreen met 'n weinig zout, waar
na men er een voor een de eieren door roert
of kneedt. Van het geheel worden dan bol
len gemaakt, iets grooter dan een ei.
In een ruime pan brengt men water aan
de kook met 'n weinig zout. Als het water
goed kookt, schept men er, een voor een, de
griesmeelbollen in en dekt daarna de pan
toe.
De bollen die gaar zijn komen in het wa
ter boven drijven. Men kan ze er dan ech
ter in laten tot alle bollen gaar zijn. Dit
duurt ongeveer 'n kwartier a twintig mi
nuten.
Onderwijl bakt men in de koekenpan nog
twee verkruimelde beschuiten en als ze
mooi bruin zijn voegt men er 'n stuk boter
bij die men enkel laat smelten.
De griesmeelbollen worden met een
schuimspaan uit het water gehaald en op
'n open schaal gestapeld. Daarover heen
strooit men de gebakken beschuitkruimels
en giet er het laatst de gesmolten boter
over.
Bij de griesmeelbollen geeft men appel
moes, gestoofde peren of pruimen of an
dere compote.
A. K.—P.
De vrouw streve naar de grootst mogelijke
ontwikkeling, beschaving en volmaking, neme
aan geestelijken en zedelijken arbeid deel en
late zich niet afschrikken door eenig vooroor
deel. Alleenzij bijve vrouw bij alles wat zij
wil en doet; zij ontwikkele zich tot het hoogei
vrouwelijke, tot een vrijer, edeler mensch, zij
vervorme zich echter niet tot machine. Dat
staat voor haar gelijk met in den dood te gaan.
zy weze en blijve zichzelf: vrouw.
HERMAN GRAP KAYSERLING
leine geschenken onderhouden
vriendschap" zegt het spreekwoord
en we hebben wel eens daartegeI1
hooren aanvoeren: „Nou, zeg, als je vriend'
schap moet koopen met geschenken, dad
lijkt me dat ook de ware vriendschap niet'
Op het eerste gezicht lijkt die tegenwej'
ping zeêr juist: Men schenkt zijn vriend'
schap aan iemand omdat men hem 0
haar sympathiek, goed, lief vindt,
met omdat er dan wel eens af-en-t0
kleine cadeautjes zullen komen.
En toch is er iets waars in het spree
woord!
Wat is een geschenk?
De aanbieding van iets materieels.
Zeker, maar het kan ook zijn een uiü11^
van hartelijkheid, van graag-iets-U6^.
doen voor een ander en zóó bedoeld en
zóó opgevat, doet de waarde van het Se
schenk er niet toe valt het materiee
weg en blijft alleen het ideëele en zal
geschenk dan ook wel degelijk bij drag
de vriendschap te onderhouden.
Helaas wordt er zoo niet altijd gegeVe
heel dikwijls gaat het zóó:
„Ach, nou is die de volgende week 0
weer jarig. Wat moet ik nou weer koop
Veel kan ik er niet voor uitgeven, maar^5
moet toch iets behoorlijks zijn. Maar ee
gaan snuffelen van de week misscb1
bof ik nog wel, 't is juist uitverkoop
Dat geschenk, dat dan ten slotte -
eigenlijk nog te duur uitvalt en door
ermee „begunstigde" bij gelegenheid 111
worden gerevancheerd met een min^j,
even duur, of liefst nog duurder, zal fre115^
niet bijdragen tot versteviging van
vriendschap.
Maar wèl het kleine tuiltje bloemen
we, ook al is er niemand jarig, meebreng,
bij ons bezoek; wèl het nieuwe breipaW0
tje dat we vonden in een tijdschrift, w3ejC,
van we weten dat zij, die zoo graag
het niet leest; wèl het boek, dat we
leenen, omdat wij het zelf zoo buitenge^'
spannend hebben gevonden. 't
Want daarbij denkt de ontvangster
geheel niet aan de materieele waarde
het geschenk, want die is er niet, maal
leen aan de ideëele waarde, aan de s^^el
tane hartelijkheid die de geefster bü
zien van het geschenk onmiddellijk aad
ontvangster deed denken. .ej"
Met zulke geschenken geven we i° st'
kelijkheid vaak veel meer dan met 'n
baar cadeau een eenvoudige tuil r «j
zegt vaak meer dan een reuzen-boek
een mooie vaas, omdat we mét den re
boeket alleen maar ons geld, met deb
voudigen tuil echter ons zelf geven-
P t°cii
iuiIlllllllIIUIUIUIlIillllllllIlUIUIilUUllllUlIIlIllUlIIlllllIIlillllIIlIlllllIHIIllIlIIIlUilllUllIIlIIlililIlIlIlIUIIlIlUuS
De start der junioren voor de Ronde van De ^oton^e <e Weenen, het kolossale gebouw, waar in sinds vele jaren de 'n verband met de groote leger-manoeuvres in den Achterhoek moesten Zaterdag in Borculo niet minder dan 1300
Hilversum, welke Zaterdag gehouden is Weensche ■'aar^eurSQ^ep^to®l^ou^!nn'pJsoo^|jj®r^^iec'noor brand verwoest. manschappen worden ingekwartierd, hetgeen natuurlijk de noodige bedrijvigheid met zich mede bracht
Men strijkt enkel de naden, maar niet
het geheele breiwerk.
Tot slot haakt men nog 'n toertje vaste
steken langs den boord, die naar buiten
wprdt omgeslagen.
DORA.
Z. Exc. minister-president dr. H. Colijn heeft Zaterdag in plaats van
minister Van Boeyen, die wegens ziekte verhinderd was, de plech
tigheid der sluiting van de Staten Generaal verricht
De nieuwe
Kr ispijntunnel
te Dordrecht
is Zaterdag
door de echt-
genoote van
burgemeester
Bleeker offici
eel geopend
Twee eenvoudige jongemeisjes- of lie
ver gezegd: bakvischjurken, die bei
de raglanmouwtjes hebben en een
versiering in ronden vorm.
Fig. 571a heeft hierbij een plat kraagje
om den hals en smalle schuine volants op
den rok. De taille is aan beide kanten even
ingerimpeld. Het ceintuurtje, van dezelfde
stof, wordt door een ronde gesp gehaald.
We hebben voor deze jurk 3% Meter zijde
of katoen noodig.
Fig. 57^. leent zich beter voor zijde of
mousseline dan voor katoen, daar de
plooitjes, die den ronden' kraag, de man
chetten en de blouse versieren, dan niet te
lijden hebben met wasschen en strijken. De
ceintuur is van dezelfde zijde gemaakt en
versierd met rechte plooitjes en een paar
kleine strikjes. De rok is een beetje klok
kend en heeft een voorbaan. Ook hiervoor
hebben we 3% Meter stof noodig en beide
modellen zijn te verkrijgen in de maten
40 en 42.
POLA
Voor de electrificatie van de lij"
Amsterdam Utrecht zijn op het
Weesperpoortstation te Amsterdam
reeds de eerste palen voor de 9e'
leidingen geplaatst