dit Kerstboek bestellen! voor slechts 75 cent Eerst Om behoud van het Vechtgemaal Felle brand in de Vijzelstraat KATH. ILLUSTRATIE HAARLEM f 1.90 BELANGHEBBENDEN BIJ EEN TE NIEUWERSLUIS „Eerst het Kerstboek van de Kath. Illustratie bestellen!" MAANDAG 13 DECEMBER 1937 STOMEN 'v- UIT DE HOOFDSTAD Comestibleswinkel en onbewoonde bovenverdiepingen geheel uitgebrand Petroleum-vergasser omgevallen ƒ15.75 PHILIPS WISSELSTROOM RADIOTOESTEL ƒ15.75 Voor gasgevaorlijke ruimten de ontploffingsvaste hoog- en laag- spanningsmotoren E. M. F. DORDT, ZEVENTIG JAAR ORGANIST De heer de Bruijn te Rijsenburg HET DOESBURGSCHE GASTHUIS Bestaat 12 December 600 jaar Sterke drang om de kosten gezamenlijk te dragen Een commissie benoemd ■tte- De Kerstdagen naderen. Bij dit feest in den huiselijken kring behoort het KERST BOEK 1937 van de Katholieke Illustratie. Elk jaar weer is onze prachtige Kerst uitgave na half Dec. uitverkocht. Daarom raden wij onzen abonné's aan: Het Kerstboek 1937 is een boek in den waren zin van het woord. Het bevat 64 pagina's in een fraaien omslag. Vele pagina's in meerkleurendruk verluchten in hooge mate het geheel, dat is uitgevoerd op extra-zwaar luxe-papier. BIJGEVOEGD IS EEN KALENDER VOOR 1938 Boeiende Kerstverhalen en een schat van prachtige illustraties. Het Kerstboek 1937 kan worden besteld in den boekhandel en bij de bezorgers van de K. 1; - DE PRI3S BEDRAAGT SLECHTS 75 CENT. Toezending franco per post alleen na ontvangst van 85 CENT in postzegels, per postwissel of na overschrijving op girorekening 5970 van de Het Kerstboek van de Kath. III. verhoogt de feestvreugde! Spoedig bestellen voorkomt teleurstelling zoals o.m. in gebruik bij het be drijf der „Koninklijke/Shell" op Curacao. HEREN- C0STUUMS Zoo ooit, dan moge hier de wensch worden uitgesproken: geve God Zijn trouwen en toege- wijden dienaar nog jaren van wel verdiende rust. G. Een felle brand is in den afgeloo- pen nacht door het omvallen van een vergasser, uitgebroken in het perceel Vijzelstraat 135, waar gevestigd is de comestibles- en fruitzaak van den heer Lacroix, die na sluitingstijd automaten met etenswaren exploi teert. De brandweer rukte op het alarm „groote brand" met talrijk materieel uit en wist uitbreiding te voorkomen. Het pand zelf, dat op de drie bovenverdiepingen onbewoond was, is echter van den winkel tot het dak volkomen uitgebrand. Alleen de croquetjes in de automaten over leefden de catastrophe. In verband met de exploitatie der automaten wordt ook des avonds laat in het vertrek achter den winkel gewerkt. De 18-jarige bediende Andriessen was hier bezig en gebruikte een pe troleum-vergasser, terwijl hij eenige pannen met warme olie in zijn nabijheid had staan. Waarschijnlijk door een onhandigheid stootte hij tegen de bank, waarop de vergasser stond. Het toestel viel op den grond en de brandende petroleum verspreidde zich over den vloer. De jongen trachtte nog met een emmer zeepsop, waarmee hij den grond kort tevoren had ge schrobd, het vuur te stuiten, doch hij slaagde hierin niet. Integendeel bereikten- de vlammen de pannen met heete olie en hevig ontdaan vluchtte de bediende uit de laaiende vuurzee, waarin het vertrek in een ommezien herschapen was. De vlammen sloegen naar voren en naar boven, naar de drie, gelukkig onbewoonde ver diepingen. Toen de brandweer ter plaatse kwam, sloeg het vuur aan den voorkant door de ramen van alle verdiepingen naar buiten en weldra drongen rook en gloed ook door het dak. Het vrij diepe oude huis grenst aan het hoekhuis van de Prinsengracht, waarin een bakkerij is gevestigd. Ook de daarnaast ge legen huizen aan de Prinsengracht liggen zeer dicht bij den achterkant van het bran dende perceel, en de brandweer achtte het dan ook geraden het alarm „groote brand" uit te geven. Van een viertal kazernes rukte materieel uit en weldra waren verscheidene motorspuiten, twee ladderwagens en per- soneelswagens ter plaatse. Ook de stafwagen en eenige materieelwagens rukten uit en onder leiding van den commandant, den heer Gordijn, werd het vuur met acht stra len aangetast, waarvan drie gevoed werden uit het open water van de Prinsengracht. De drijvende stoomspuit' „Jan van der Heyden", die van haar ligplaats aan de Nieuwe Achtergracht eveneens was uitge rukt, behoefde echter geen hulp te verlee- nen en kon weldra weer vertrekken. Inmiddels had men de buren van de belen dende perceelen voorzichtigheidshalve geadvi seerd om, voorzoover zij dat niet reeds uit eigen beweging hadden gedaan, hun woningen te ver laten. In nachtgewaad gekleed, een overjas of mantel snel omgeworpen, jle kleine kinderen in dekens gepakt, vonden zij een toevlucht bij verderop wonende buren. Van de acht stralen werden drie door een der huizen aan de Prin sengracht geleid, terwijl aan de voorzijde en van de uitgeschoven ladder af het vuur door de ramen der bovenverdiepingen werd bestreden. Hoewel het aan den achterkant der huizen van de Prinsengracht eenigen tijd spande, slaagde de brandweer er in, te voorkomen dat het vuur zich naar een der belendende perceelen uitbreidde en tegen half twee was men den brand meester. Alle verdiepingen en de kap van het huis waren toen uitge brand, en gezien de felheid van het vuur en de wijze, waarop in dezen hoek de huizen op elkaar staan, mag het een kranige pres tatie heeten, dat de brandweer wist te voorkomen, dat de belendende perceelen ook maar eenige schade opliepen. Opgelucht konden de bewoners dan ook tegen twee uur in hun woningen terugkeeren. De bediende Andriessen bleek zoodanig van streek, dat de Geneeskundige Dienst, die zooals bij eiken grooten brand, met een ambulance wagen aanwezig was. zich over hem moest ont fermen. Tijdens het blusschingswerk verschenen nog in de Vijzelstraat de hoofdcommissaris van politie de heer H. J. Versteeg en de waarne mende commissaris in deze sectie, de heer E. C. J. Staal, commissaris van het bureau Lin- naeusstraat. Ondanks het late uur sloeg een groote me nigte, door de politie op voldoenden afstand gehouden, den brand gade. at beteekent het lijden fn den tijd, I vergeleken bij een eeuwigheid ven gelukzaligheid? (overjarige toestellen). Waarom in de schuld of elke week 50 ct. voor Uw radio Centrale? Wij leveren een prima toestel - kom het hooren - voor 15.75. Ze spelen geweldig; geen vier maar 20 stations en zoo aansluitend op het lichtnet. Alléén Zijlstr. 96a, Haarlem, Telefoon 16362, 3e huis naast het Stadhuis. Van de verschillende burgemeesters, die aan wezig waren (wij zagen o. a. burgemeester Schiethart van Vreeland, burgemeester G. Graaf Schimmelpenninck van Nederhorst den Berg, burgemeester W. L Doude van Troostwijk van Loenen, burgemeester O. Norbruis van Zuilen), voerde de laatstgenoemde het woord, om te wijzen op het gevaar, dat Gedeputeerden, die immers het Vechtgemaal niet meer noodig oor- deelen, niet zouden goedkeuren, dat verschil lende gemeenten gelden op de begrooting zou den brengen, om dat overbodige gemaal te on derhouden (instemming in de vergadering). Spr. meende hier een groote inconsequentie te kunnen constateeren. Dr. Kappeyne merkte op, dat het Provinciaal Bestuur van Noord-Holland acht jaren geleden het gemaal ook niet noodig had geacht en toch had goedgekeurd, dat Noord-Hollandsche ge meenten aan het gemaal bijdroegen. Burgemeester Norbruis wees er op, dat deze vergelijking niet geheel opging en dat het nu gaat om een speciaal financieel belang voor de provincie. De voorzitter kon zich niet voorstellen, dat de provincie zich verzetten zou tegen de bijdrage van de gemeente, nadat zij eerst schriftelijk had uiteengezet, op welke voorwaarden het Vecht gemaal behouden kon blijven. De heer J. Molenkamp, secretaris van het hoofdbestuur, gaf verschillende staaltjes om aan te toonen, dat de Vechtstreek altijd stiefmoeder lijk door de provincie Utrecht was behandeld. Toen in 1928 de ernstige watersnood heerschte, hadden de bewoners langs de Vecht den hoofd ingenieur van den Utrechtschen Waterstaat opgebeld, toenmaals ir. Mussert, die geantwoord had: ,,'t Is jullie eigen schuld, dan had je daar maar niet moeten bouwen." (Vroolijkheid en ontstemming.) Spr. wees er met nadruk op, dat het Vechtgemaal te Muiden moest blijven be staan. Op verzoek van burgemeester G. Graaf Schim melpenninck deelt de voorzitter nu mede, welke gemeenten, waterschappen en particulieren tot mu toe vóór het Vecntgfemaal contribueerden, wqaronder ook de gemeente Amsterdam voor komt, in verband met de waterwinning uit de Loenderveensche plassen. Desgevraagd geeft nu ir. W. L. Boerendans van de Amsterdamsche Waterleiding een uiteenzet ting, waarin hij er op wijst, dat Amsterdam de belangen wel eenigszins anders ziet dan acht jaren geleden. Wel is het van groot belang, dat het Vechtwater niet in dé prise d'eau van Am sterdam terecht komt. Ook heeft Amsterdam de verplichting om te zorgen, dat het polder water in twee polders op peil blijft. Echter meent spr. dat men de belangen voor Amster dam in dit geval niet als primair moet aan nemen. Nu vraagt de voorzitter allen aanwezigen per soonlijk, of zij bereid zijn de tot nu toe gestorte bijdragen te blijven betalen, voor zoover dat dan noodig zal zijn (waarschijnlijk een vierde gedeelte). Het blijkt dat men unaniem van oordeel Is, dat het voor- loopig noodzakelijk is, dat het Vechtgemaal te Muiden blijft bestaan, doch de meeste afgevaar digden van gemeenten en polders hebben geen machtiging om ter vergadering een definitieve toezegging te doen. De burgemeesters van Loenen, Vreeland en Nederhorst den Berg kunnen meedeelen, dat hun gemeenten bereid zijn weer bij te dragen Ook verschillende polderbestuurders kunnen een dergelijke toezegging doen. Burgemeester G. Graaf Schimmelpenninck dringt er op aan, dat een commissie zal confe- reeren met Gedeputeerden, om te verkrijgen, dat de bepaling inzake vergoeding voor aflossing en rente van een bedrag van ƒ30.000 geschrapt zal worden. De voorzitter deelt mede, dat in elk geval de te contribueeren bedragen voorloopig van jaar tot jaar behoeven te worden toegezegd en niet voor een bepaald aantal jaren. l Met het a.s. Kerstfeest zal het den heer P. A. J. de Bruijn te Rijsenburg gegeven zijn, 70 jaar organist te zijn in de parochiekerk van de H. Petrus Banden aldaar. Zeventig jaren is een voorrecht voor ieder mensch om dezen leeftijd te mogen bereiken. Doch zeventig jaren in dienst van de kerkelijke liturgie en gewijde muziek, is zeker vrijwel eenig in den lande. En hoe hij zijn taak tot den dag van heden vervulde, is boven allen lof verheven. Nimmer heeft de heer de Bruijn verzuimd; slechts eenmaal, zoo vernemen we uit het ver slag van de grootsche hulde, hem gebracht bij zijn diamanten jubileum, is het hem overkomen, in de mobilisatiejaren, toen er in de parochie kerk iederen avond een lof werd gecelebreerd, dat hij voor zaken afwezig was en door de stag natie en drukte in het treinverkeer niet op tijd aanwezig kon zijn om 't orgel te bespelen. Ove rigens was de nestor der R. K. Organisten altijd present en deed zijn werk met een liefde en toe wijding zonder wederga en niet alleen in de pa rochie, doch ook de eerw. Zusters in het St. Jozefgesticht konden bij alle plechtigheden op hem rekenen. Als kind van elf jaar in den dienst der God gewijde muziek begonnen, staat deze krasse tachtig-jarige voor ons als een beeld van wat liefde en plichtsgevoel vermogen. Liefde, vooral liefde voor den dienst in Gods Huis en de zoo wonderschoone liturgie zijn het richtsnoer geweest van zijn vrijwel belangelooze toewijding. Met zijn 60-jarig jubileum mocht de jubilaris van Z. H. den Paus het Eerekruis „Pro Ecclesia et Pontifice" ontvangen. De eerbiedwaardige ju bilaris hoopt len Kerstdag in de Hoogmis het koor voor het laatst te begeleiden, evenals hij het voor 70 jaar in de Hoogmis op dezen feest dag voor de eerste maal heeft gedaan, om daar na rust te nemen. Nauwelijks zijn de Doesburgers bekomen van de plechtige herdenking van het 700-jarig be staan van Doesburg als stad, of er is wederom een nieuw eeuwen-jubileum. Zondag 12 Dec. was het 600 jaar geleden, dat het Gasthuis, eer tijds genaamd het Hospitaal, tot stand kwam, want 12 December 1337 werd aan de Schepenen van Doesburg een jaarlijksche rente van twee pond gelds toegestaan voor een binnen Does burg te stichten „Hospitaal", onder bepaling dat wanneer dit hospitaal niet tot stand mocht ko men, deze rente moest worden aangewend ten behoeve van thuis zittende armen. Dit feit, mocht men natuurlijk niet ongemerkt voorbij gaan, want met groote voldoening en dankbaar heid mag worden herdacht het zegenrijke werk, dat deze instelling eeuwenlang voor de behoef- tigen heeft verricht. De doelstelling van het Gasthuis is thans tweeledig. Ie. Het instand houden van een Proveniershuis; ten tweede het 'verstrekken van geldelijke tegemoetkoming aan behoeftigen in de gemeente. De proveniers wor den benoemd door de gecommitteerden en moe ten aan de volgende vereischten voldoen: le leeftijd boven 60 jaar; 2e vierjarige inwoner van Doesburg voor hen, die in Doesburg geboren zijn en 10-jarige inwoner voor hen, die buiten deze gemeente zijn geboren; 3e goed, zedelijk gedrag; 4e in het bezit van een bed met toe- behooren, met verdere verschooning, de noodige kleeding en meubilair; 5e betaling van eeri entreegeld groot 1000 en voor echtelieden te zamen 1800. In bijzondere gevallen kan hier van worden afgeweken terwijl voor de drie in 1910 nieuwgebouwde provenierswoningen, aan de Gasthuisstraat gelegen, de betaling van een entree van 1200 en voor echtelieden 2100 is vereischt. De proveniers, thans 21, zijn aan de goede zorgen van den gasthuisvader, den heer Bosman en echtgenoote toevertrouwd. Het Gasthuis behoort, evenals „Het Weduwenhuis", Het Weeshuis „De Valeweerd" en de „Broek- huizerfundatie" tot de Gestichten van Wel dadigheid, welke worden bestuurd door heeren gecommitteerden tot de administratie der Ge stichten van Weldadigheid en is als volgt sa mengesteld: Voorzitter J. H. van Aalderen; leden: C. Teutner, W. J. Stein, J. Blauw en F. J. B. Albrink; secretaris J. Gooijer; rentmeester Gasthuis mr. J. W. Koelman; opzichter over de boerderijen en landerijen M. Remmelink. In den loop der eeuwen zijn de bezittingen aan merkelijk uitgebreid, deels door doelmatig be heer, deels door schenkingen. Uit het oude archief vermelden wij nog eenige vermeldens waardige bijzonderheden. Zoo is er een perka menten brief gedateerd uit 1354, waarbij Sche penen van Doesburg getuigen, dat Wessel Schaap c.s. verkocht heeft de Gruitmale- ten behoeve van het hospitaal aldaar. Op 20 De cember 1368 dat Schepenen van Doesburg oor konden, dat Margaretha de Baken, wijf van Keken, opgedragen heeft ten behoeve van het hospitaal een hofstede, naast dat hospitaal ge legen, zulks voor de zaligheid van de ziel haars eersten mans Johan Lerink. In het oude archief vindt men nog talrijke bescheiden. Dat het beheer thans nog in zeer goede han den is, bleek dezer dagen weer duidelijk. Door den lagen rentestandaard konden zij 'n belang rijk bedrag aan inschrijvingen op de Grootboe ken Nat. Schuld tegen een hoogeren koers ver- koopen, waarvoor vaste goederen teruggekocht worden. Nadat door gecommitteerden in het versierde hoofdgebouw van het Gasthuis van 34 uur een receptie was gehouden, waarvan een enorm groot gebruik was gemaakt, terwijl om 7 uur in de eetzaal van genoemd huis voor den Gasthuisvader, en moeder, en de Proveniers een herdenkingsavond was gehouden, had in den in een bloementuin herschapen raad zaal 's avonds onder leiding van den burgemeester jhr. mr. G. A. A. Nahuijs een hedenkingsplechtigheid plaats. Nadat allen hadden plaats genomen, nam de voorzitter van het college van gecommitteerden het woord, heette allen van harte welkom en memoreerde dat Armgart Werenboldtsdochter volgens de stichtingsakte den grondslag heeft gelegd voor het vermogen van het Gasthuis. Op het oogen- blik, aldus spreker, bezit het Gasthuis het hoofd gebouw met de 14 provenierswoningen, de Gast- huiskerk, vijf panden gelegen in Doesburg, di verse effecten en ruim 300 H.A. grond, waar onder 5 boerderijen, alsmede den inventarie, roe rend en onroerend, van een steenfabriek, en bracht dank aan B. en W. en gemeenteraad voor de medewerking, die zij steeds hebben ondervonden. Hierna nam de burgemeester het woord en wenschte namens den gemeenteraad de stichting geluk met dit 'feest, en las daarna een brief voor, waarin het H. M. de Koningin heeft behaagd, den heer J. H. van Aalderen te benoemen tot ridder in de Orde van Oranje- Nassau. Na'dat door verschillende sprekers nog het woord was gevoerd, bleef men nog eenigen tijd gezellig bijeen. De voltooiing van een katholieke Uni versiteit zal al uw Inspanning eischen, maar het is Mijn vurige en Innige wensch, dat gij dit groote werk, van zooh verstrekkend belang voor uw land en uw geloof, tot een goed einde zult brengen. Paus Plus XI op de audiëntie bij de heiligverklaring van Petrus Canisius, 20 Mei 1925. Op uitnoodiging van het hoofdbestuur Van de Vereeniging tot behoud van natuur schoon aan de Vecht en tot bevordering Van het vreemdelingenverkeer (V.V.V. „De Vechtstreek"), kwamen Zaterdagmiddag in hotel „De Kampioen" te Nieuwersluis tal Van belanghebbenden bij de Vechtbemaling in vergadering bijeen, om te overleggen, op Welke wijze het Vechtgemaal te Muiden be houden kon blijven. De voorzitter van het hoofdbestuur, de heer D. Bastert, wees er in zijn inleidend woord a. op, dat door dit bestuur ook acht jaren beleden het initiatief was genomen, om tot Richting van het gemaal te geraken en voorts ®selde hij mede, dat uit de boeken van het •echtgemaal gebleken was, dat zoowel in 1936 a's in 1937 nog gemalen had moeten worden, daaruit dus bleek, dat de afsluitdijk in het Wisselmeer allerminst voldoende waarborgen k°od voor een niet te hoog Vechtpeil. Spr. "°opte ook, dat dezen middag voldoende toe zeggingen gedaan zouden worden om ook zon- finaneieele hulp van de provincie Utrecht "®t Vechtgemaal te behouden. Dr. N. J. C. Kappeyne van de Coppello, vice- °orzitter van het hoofdbestuur, zette in een [Uitvoerige rede uiteen, hoe de becijfering van het Provinciaal Bestuur van Utrecht inzake de exPloitatie van het Vechtgemaal was. In de af- Seloopen acht jaren moest er 46000 per jaar «oor de verschillende contribueerende gemeen- langs de Vecht en waterschappen, alsmede hsrticulieren, worden opgebracht, omdat ook «e oprichtingskosten van het gemaal moesten j orden afgelost. Het opmerkelijke was nu ech- dat in de overeenkomst destijds bepaald /['as. dat, wanneer het gemaal zou worden stop zet, de machinerieën en het gebouwtje zouden *°rden verkocht en de opbrengst van een en [[Oder ten goede zou komen aan de provinciale K&s. fraar spr. verder mededeelde, hadden Gede puteerden van Utrecht, bij hun berekening van .^Ploitatiekosten van het gemaal, van 1938 af, .«k aflossing en rente berekend van het bedrag hl) 30.000, dat de provincie, bij een eventueel oortbestaan van het gemaal, ontgaan zou. Deze mededeeling wekte in de vergadering «r°ote verbazing.) Tot nu toe werd door de provincie 15000 "gedragen en door de overige belanghebbenden '31000. Thans zou jaarlijks 7500 benoodigd hb. waarin begrepen was een bedrag van ruim '2200 voor de vorenbedoelde rente en aflossing. ^°ewel spr. erkende, dat de noodzakelijkheid ,ah het gemaal niet zóó dringend is als acht «ren geleden, had de ervaring toch geleerd, Fat het nog niet gemist kon worden. Daarbij y^'am nog, dat men op het oogenblik feitelijk «ofiteert van het lage IJsselmeerpeil, dat be reidend lager is dan indertijd bij Kon. Besluit ®efd vastgesteld. Zoodra het IJ-meer tot stand ,ai zijn gekomen, wanneer n.l. de dijk van Mar- retl tot bij Muiden zal zijn gelegd, zal voor te b°oge waterstanden aan de Vecht de kans zoo proot niet meer zijn, maar voor het oogenblik ?ag men het Vechtgemaal nog niet loslaten. Pr. verklaarde namens het Waterschap Loe- ?erveen, en tevens namens zichzelf dat men ereid was weer te contribueeren. van Profiteert spoedig van deze speciale maand- reclame, welke slechts geldig is tot het eind dezer maand. Filiaal: Ged. Oude Gracht 11 t/o. Postkantoor Tel. 15900 Haarlem

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 7