Begrootingsfeest ten einde! een meedoogenloos K VIJAND Motor botst tegen bestelauto ONDERWIJSBEGROOTING AANVAARD Naar het encelsch VRIJDAG 24 DECEMBER 1937 TWEEDE KAMER Minister Steenberghe heeft het landbouwcrisisbeleid uit voerig verdedigd Kerstreces begonnen Landbouw-crisismaatregelen Prettige verrassingen Onderwijsbeleid V acantiestemming Afscheidswoord voorzitter ZWEEFVLIEGTUIG-ONGEVAL BIJ ALPHEN AAN DEN RIJN Den bestuurder treft ernstige blaam De begrafenis van mr. G. Vissering Mr. Trip brengt hulde aan de na gedachtenis van den oud president Mond- en klauwzeer Nog vele sterfgevallen POSTWISSELVERVALSCHERS VOOR HET HOF Procureur-generaal persisteert bij zijn eisch HET STRANDEN VAN DE „GATESHEAD" Kerkelijk leven PATER TH. WESSELING t BENOEMING In het bisdom Den Bosch Handelsbetrekkingen met Italië GEEN HULP VERLEEND Verdachte tot geldboete veroordeeld TWEE RONSELAARS VEROORDEELD Engelsch schip aangevaren Motorrijder kreeg een ernstige hersenschudding en een ge compliceerde beenbreuk VADER VAN ZES KINDEREN GEDOOD Slachtoffer van verkeersongeval BIGAMIE IN ELST De schuldige gearresteerd UIT DE STAATSCOURANT Leeraar Registratie en domeinen Belastingen DEN HAAG, 13 December 1937 De Tweede Kamer heeft zich, vooral na den tegenvaller van hedennacht, toen de Eerste Kamer haar Minister Steenberghe ontroofd hield, moeten haasten om op eenigszins behoorlijken tijd vóór het Kerst feest gereed te komen met haar werkzaam heden. De verdere besprekingen van Land bouw, waartusschendoor de belangrijke stemming over de Onderwijsbegrooting moest plaats hebben, vormden nog een heelen kluif zij het dan ook dat er voor Óen overzichtschrijver niet bijzonder veel aan te kluiven viel. Te elf uur reeds stond Minister STEEN BERGHE „in 't harrenas" achter de groene tafel ter beantwoording van de vele sprekers, die van hun belangstelling voor de begrooting yan het Landbouw-crisisfonds hadden doen Wijken. 2. Excellentie begon met te verzekeren, dat hij alles in het werk zal stellen om het land bouwonderwijs aan landarbeiders te stimuleeren en dat hij streven zal tot coördinatie van het iandbouwonderwijs en de landbouw-Voorlich ting, en wel om zooveel mogelijk te verhin deren, dat de beide landbouwbelangen door el kander worden gehaald. Bijzondere aandacht 3*1 de minister er aan schenken, de richting der landbouwscholen in overeenstemming te doen zijn met de in bepaalde streken sterkst Vertegenwoordigde richting. Ook de bescherming van vogels heeft 's Mi- bisters sympathie, maar hij meent, dat hierbij de gulden middenweg (tusschen ultra-vogel bescherming en alléén maar in aanmerking- heming van het economisch nut) bewandeld hioet worden. Wanneer de wettelijke bepalin gen, dank zij mede juiste controle, maar goed V'orden nageleefd, kan ieder redelijk denkend hiensch tevreden zijn. Of er een ontwerp-Natuurschoonbescher- hiingswet zal komen, kon de bewindsman nog hiet voorspellen. Hieraan zit een niet onbe langrijke financieele kant, maar in ieder ge- Val zal hij de kwestie met de hierbij betrokken arnbtsgenooten onderzoeken. Voorts zegde de minister toe, dat hij zoe goedig mogelijk komen zal met de nieuw» Ruilverkavelingswet, waarvan hij een sterk Voorstander is. Daar Z. Excellentie het belang van werkver ruiming ten plattelande volkomen erkent, zal daarnaar met alle in de Kamer voorgestelde hiiddelen worden gestreefd. Vervolgens overgaande tot de bespreking van het algemeen landbouwcrisisbeleid, zeide de hünister zich erover te verheugen, dat op E'echts twee uitzonderingen na algemeen in üe Kamer erkend is, dat de landbouwcrisis- hiaatregelen voorloopig nog niet kunnen worden Gemist. Toen hij den heer Kersten hoorde spre ien, had hij een gevoel, of de tijd sinds 1931 had stil gestaan; toen toch had deze afgevaar digde dezelfde speech gehouden en de minister *on hem (de Kamer moest erom lachen) dus Verwijzen naar het destijds gekregen antwoord en wat de NSB betreft; de minister begreep hiet, hoe iemand als de heer Dieters, die zich &an bloed en bodem zoo verwant voelt, beweren durft dat de crisismaatregelen den landbouw totaal niet geholpen hebben! 'Een teeltregeling zal voorloopig onmisbaar blijven om de aanpassing der productie aan de Afzetmogelijkheden (en daardoor aan het al gemeen belang) te verzekeren, maar de minis ter zal tevens verruiming van werkgelegenheid hiet uit het oog verliezen. De landbouw kan er gerust op zijn, dat de minister niet ten koste van het bedrijf de heffingen ten behoeve van het Landbouw crisisfonds verlagen zal. De steunbedragen uit dit fonds achtte de hiinister van dien aard, dat ze toch heusch tvel uitgaan boven alleen maar een goedmaking van de productiekosten. .Het verloop van de mond- en klauwzeer- Viekte volgt de bewindsman nauwkeurig. Het standpunt van den heer Ruyter „alles 01 niets" bij het overnemen van crisismaatre gelen door de landbouworganisaties had hem eenigszins bevreemd. De minister hoopt deze Maatregelen geleidelijk in handen dier organi saties te zien komen, maar vóórdien zullen die °rganisaties zich nog beter moeten outilleeren. Er blijken thans 60.000 kleine boeren met me- 15 >.Een arm kind, een vondelinge," zei Mrs. ïyunro. „Zij werd opgenomen door de Moeder ^Verste van het klooster, waar Amy op kost- ^hool was." "Zij is bijzonder mooi, maar lijkt mij nog heel hg voor haar positie." ..Beste jongen, Amy had juist jeugdig gezel- chap noodig." »En u hebt goede referenties van haar?" "Natuurlijk. Anders zou ze niet hier zijn! De Móeder Overste weet maar één fout in haar te h°emen, namelijk, dat ze wat koppig is. Maar hiy houdt dol van haar •■Ik kan mij niet voorstellen, waarom Amy 'Senlijk gezelschap verlangde." "Maar het kind wilde eenvoudig iemand heb- ®h, om jong mee te zijn. Dit was wat anders, s jij thuis was geweest, Claud!" Hy haalde de schouders op. •■Miss Trouville is beter geschikt voor die rol. dewerking van 600 gemeenten van de voor hen speciaal in het leven geroepen steunregeling te profiteeren en de minister gaf toe, dat de rege ling wel niet volmaakt functionneeren zal, maar voorloopig moet deze doorwerken, opdat men van die werking een nauwkeurig overzicht kunne krijgen en bepalen, welke wijzigingen wenschelijk zijn. Een toevoer van nieuwe kleine boerenbe drijven wil de minister in het algemeen niet gemakkelijker maken, integendeel. Aan het slot van zijn rede kwam de be windsman met enkele prettige verrassingen: De minister zeide besloten te heb ben voor de kleine tuinders in nood eenzelfde speciale steunregeling te te zullen invoeren, als welke er voor de kleine boeren bestaat. Bij voorbaat moest hij echter waarschuwen tegen te groote illusies; immers, doordat voor de tufnders dezelfde normen zullen gelden als thans voor de kleine boeren (oppervlak van bebouwden bodem) zullen de eersten er minder baat bij vinden dan de laatsten, wat niet weg neemt, dat ongetelde aantallen tuinders den Minister van harte dankbaar zullen zijn voor dit Kerstgeschenk. Ook nog op andere wijze wil de Regeering steun verleenen, n.l. op het gebied der vaste lasten, en zoowel aan kleine als aan groote tuinders Door het samenbrengen van crediteuren en debiteuren in plaatselijke organen wil de Minister bereiken, dat de crediteuren een nauwkeurig overzicht krijgen van de ver liezen, welke er de laatste jaren in het be drijf geleden zijn en op grond daarvan in onderling overleg tot overeenstemming ko men omtrent een regeling van hypotheken en andere vaste lasten. Als de belanghebbenden tot overeenstemming gekomen zijn betreffende een financieele sa neering, wil de Regeering gelden beschikbaar stellen voor technische verbeteringen van het bedrijf, b.v. verbetering van verwarmingsinstal laties, aankoop van kunstmest, werktuigen en machines. Ons dunkt, dat deze plaatselijke organen van groot nut zullen kunnen zijn, maar dat hier veel, zoo niet alles, afhangen zal van het mo- reele overwicht dezer organen. Zonder hoofdelijke stemming nam cle Kamer vóór den aanvang der pauze nog even de begrooting van Economische Zaken aan, met aanteekening van alleen de tegen stemmen der communisten. Direct na de pauze was het plechtig oogenblik aangebroken, waarop gestemd zou worden over de begrooting van Onder wijs, Kunsten en Wetenschappen. Zooals na de debatten van gisteren verwacht moest worden, werd de begrooting aanvaard; stem menverhouding was 5730. Tegen stemden de S.D.AP., de N.S.P., de C.P.N. en de C.D.U. Aan de stemming gingen enkele belangrijke verklaringen vooraf. De heer ALBARDA (S.D.AP.) bevestigde nog eens zijn uitspraak, dat het geheele kabinet verantwoordelijk is voor wat er met het Onder wijs gebeurt en dat het kabinet alle volks belangen bij defensie ten achter stelt; hierover wilde de S.D.AP. haar afkeuring uitspreken en daarom zou zjj tegenstemmen. De heer BIEREMA (V.B.) zou het staats rechtelijk verkeerd vinden om tegen een be grooting te stemmen „om redenen, buiten de begrooting gelegen" en daarom zou de VB- fractie haar stemmen niet aan goedkeuring der begrooting onthouden; ons lijkt de logica hier zoek; de reden ligt hier allerminst buiten de begrooting; de VJB. had waarlijk wel andere argumenten kunnen aanvoeren om zijn vóor- stemmen te „excuseeren"! De heer OUD (V.D.) verklaarde heel kort en bondig, dat, nu het punt, waarop de hou ding van den Minister teleurstellend is, de ka- binetspolitiek raakt, de VP. niet tegen de be grooting stemmen zouden; nadrukkelijk stipu leerde hij echter, dat het kabinet de defensie- belangen te eenzijdig behartigt. Uit beide laatste verklaringen blijkt dus, dat om de mérites van de zaak zelf, óók de liberalen en de vrijzinnig-democraten te gen hadden willen stemmen. Ditzelfde was natuurlijk ook het geval met de Katho lieken; van het tegendeel is in ieder geval niets gebleken. Men kan nu gemakkelijk uitrekenen, welk een groote meerderheid in de Kamer het beleid van dezen Minister vooral ten aanzien van de leerli'ngenschaal afkeurt. Méér dan terstond na de stemming was de minister al verdwenen. Nadat de Onderwijsbegrooting niet dan na heel wat wederwaardigheden! In veilige ha ven gearriveerd was, ging de Kamer voort met de behandeling der afdeelingen van de Land- bouwcrisisfondsbegrooting. Reeds bij de heropening der beraadslagingen over dit onderwerp stonden er 23 sprekers in geschreven, maar menig spreker heeft zich daarna nog aangemeld na verloop van nogal wat uren was het velen Kamerleden aan te zien en aan te.... hooren, dat de lange duur der beraadslagingen hen irriteerde en roerig maakte het was een hunkering naar het einde der afmattende begrootingscampagne. De Kamer maakte nu en dan den indruk van een schoolklas op den laatsten middag voor vacantie. Terwijl de heer DROP hoogst de ernstig het woord voerde over de visscherij deed een grappig Kamerlid wellicht de na- deelen van waterverontreiniging voor de vis- scherij willende demonstreeren een vleugje inkt in het glaasje water van den spreker. De goeie heer SM'EENK voelde zich in geweten verplicht den spreker te waarschuwen. Nog meer vroolijk tumult werd veroorzaakt door een Kamerlid-met-gevoel-voor-humor, dat, terwijl de heer WEITKAMP met zijn niet on- aanzienlijken omvang op het spreekgestoelte figureerde en voor het turfbelang pleitte, een tweetal turven rechtop naast den spreker op den lessenaar plaatste. Kwasi-boos slingerde de heer Weitkamp de beide turven den hoog- edelgestrengen boosdoener naar het hoofd, zonder evenwel doel te treffen. De voorzitter kan van een grapje houden, maar dit was hem toch te bar. Gehamer maakte een voor velen te vroeg einde aan het vermaak. Wij meenen de Kamer niet te beleedigen. wanneer wij zeggen, dat de vergadering dezen middag niet bijster belangrijk was. Wij doen maar een greep uit de ontelbare „enkele woor den" welke er gesproken zijn. Gepleit werd voor verhooging van steun aan de peulvruchten, voor een minder stiefmoeder lijk crisispolitieke behandeling van rogge, voor bevordering van de kaasexport (hier deed de minister een bemoedigende toezegging) vootr melk-op-school, voor steun aan de zuivel industrie; tegen verhooging van de kosten der teeltvergunning voor aardappelen, tegen de teeltbeperking van rundvee, tegen inkrimping van het akkerbouwbedrijf, voor en tegen meer biggenmerken en meer kalverschetsen, voor en tegen inperking van de margarine industrie, voor en tegen de boter-kleur van margarine. De MINISTER maakte het zich niet al te moeilijk. De teneur was, dat het eenmaal ge kozen beleid over vrijwel de geheele lijn gevolgd zal blijven. Te ruim zes uur (in den middag!) was het begrootingsfeest ten einde. Toen werd z.h.s. de begrooting van het Landbouw Crisisfonds aangenomen. Tot slot sprak de VOORZITTER een harte lijk woord. De leden der Kamer kregen de beste wenschen voor het Kerstfeest en den Nieuw jaardag en mochten vernemen, dat hun overigens welverdiende vacantie duren zal tot 15 Februari a.s., waarna begonnen wordt met de behandeling der Indische en Surinaam- sche begrootingen en van het ontwerp betref fende de electriciteitevoorziening Met eenige vaderlijkheid memoreerde de voorzitter het feit, dat bij de behandeling der Rijksbegrooting514 redevoeringen gehouden zijn en hij sprak na dit gememoreerd te hebben de hoop uit, dat bij een volgende vergader campagne minder zal worden afgeweken van het opgestelde werkplan. A bon entendeur salut! Met het oog op een op komst zijnde vreugdevolle gebeurtenis besloot de voor zitter zijn sympathieke rede met te getui gen van het meeleven van de Kamer met de blijdschap, welke straalt over het Koninklijk Huis. Op 9 Juli j.l. is van het zweefvliegtuig P. H. 61, bestuurd door J. van der M., in de nabijheid van Alphen aan den Rijn bij het komen uit een wolk, waarin eenigen tijd blind was gevlo gen, een deel van den linkervleugel afgebroken. Bij de uitgevoerde noodlanding liep het zweef vliegtuig nog eenige verdere schade op, doch de bestuurder bleef ongedeerd. De Raad voor de Luchtvaart hèeft naar aan leiding hiervan een onderzoek ingesteld, het welk tot de volgende uitspraak van dit college heeft geleid: De raad is van oordeel, dat de aanleiding tot het ongeval is gelegen in de omstandigheid, dat de bestuurder Van der M. heeft blindge- vlogen met een zweefvliegtuig, dat niet voor zien was van een blindvlieginstrument. Ook al bestaat ter zake geen wettelijk voor schrift, zoo acht de raad het niettemin niet verantwoord met zweefvliegtuigen. Van den houder van een zweefvliegbewijs, en zeker van een instructeur, mag worden ver wacht, dat hij bij het uitvoeren van vluchten de noodige voorzichtigheid betracht en geen risico's neemt, welke op grond van de algemeene ervaringsregelen als onverantwoord moeten worden beschouwd. Te dezen opzichte treft Van der M. een ern stige blaam. Van der M. heeft zonder dat hij uitgerust was met een deugdelijk valscherm, een vliegtuig- sleepvlucht gemaakt. Bij de teraardebestelling van mr. G. Visse ring heeft mr. L. J. A. Trip, president van de Nederlandsche Bank, allereerst het woord ge voerd. Mede namens de Javasche Bank bracht spr. hulde aan de nagedachtenis van den oud president en met dankbaarheid herinnerde hij aan het groote werk, dat mr. Vissering hier zoowei als in Indië heeft verricht. Ook op in ternationaal gebied heeft hij zijn talent ont plooid en heeft hij gestreden voor een krach tige samenwerking tusschen de volken. Zijn beminnelijke persoonlijkheid en zijn groote werkkracht stelde hij bovendien ook in dienst van tal van andere instellingen en onderne mingen van maatschappelijk nut. Spr. eindig de met woorden van troost aan mevrouw Vis sering, die haar echtgenoot bij zijn drukke werkzaamheden altijd een steun is geweest en die troost moge vinden in den eerbied en dank baarheid, waarmede hij in de geschiedenis van de instellingen, waaraan Vissering verbonden was, zal voortleven op de eereplaats, waarop hij recht en die hij verdiend heeft. De tweede spreker, ir. Wortmann, voorzitter van den Zuiderzeeraad, schetste uitvoerig het vele werk, dat de heer Vissering ondanks zijn drukke financieele werkzaamheden heeft ver richt in verband met de drooglegging van de Zuiderzee. Hierna voerde de heer F. G. Hartjes het woord namens het personeel van de Neder landsche Bank, en mede namens het bestuur van de beide verzekeringsfondsen voor het per soneel. Ds. J. Yntema, doopsgezind predikant te Haarlem, ging hierna voor in gemeenschappe lijk gebed, waarin hij den overledene herdacht als een groot en goed vaderlander, die zich met gansch zijn persoonlijkheid gegeven heeft aan zijn taak. Nadat de zoon van mr. Vissering de spre kers en alle aanwezigen in het bijzonder den vertegenwoordiger van den Minister van Fi nanciën had bedankt, verlieten de aanwezigen de aula, terwijl het orgel fragmenten uit de Matthaeuspassion ten gehoore bracht. Hierna vond de teraardebestelling plaats. Het aantal sterfgevallen ten gevolge van mond- en klauwzeer was in de week van 1213 December als volgt: 186 (2503) runderen, 253 (2723) kalveren, 143 (2208) varkens en .biggen, 12 (174) schapen en 3 (45) geiten. De tusschen haakjes geplaatste cijfers geven de totalen aan sinds 19 September. Het Amsterdamsche Hof wees op 2 December j.l. een interlocutoir arrest in de strafzaak tegen de twee medeplichtigen van den „Lammen Consul", A. de V., die op groote schaal postwis sels had vervalscht. De beide medeplichtigen, Ph. P. en J. B. waren door de rechtbank resp. veroordeeld tot twee en een half jaar en drie jaar gevange nisstraf, wegens gebruik maken van vervalschte postwissels en kwamen van dit vonnis inbe roep. De procureur-generaal had na een uitvoerig getuigenverhoor resp. een jaar en anderhalf jaar gerequireerd, daarbij rekening houdende met de twee en twintig maanden in voorarrest door gebracht. Bij het interlocutoir arrest beval het hof een nader onderzoek op verschillende onderge schikte punten. De procureur-generaal handhaafde thans zijn eisch tegen beide verdachten. Arrest 6 Januari. De „Gateshead" die Donderdag op de twee de bank bij Egmond aan Zee is gestrand en niet, zooals eerst gemeld, op de derde bank. is daaraf gesleept, doch toen is de tros gebro ken en is het schip op de derde bank blijven zitten. De bemanning was bij het afzenden van dh> bericht nog aan boord. Nader vernemen wij, dat de Gateshead Don derdagavond om zes uur door de sleepboot Hec tor van Wijsmuller is vlotgetrokken. Het schip heeft de reis naar Amsterdam voortgezet. De Gateshead is, naar nader blijkt, door drie sleepbooten vlotgetrokken. Vermoedelijk heeft het schip geen schade bekomen. atholieken, God heeft alleen aan onze Kerk de eenige eeuwige waar heid gegeven om haai te dtenen, te beschermen en te verspreiden. Waakt en bidt in het vertrouwen op Christus' woord, dat de poorten der hel, on danks alles, haar nimmer zullen over weldigen. Te Ichang (China) is op 58-jarigen leeftijd overleden de weleerw. pater Theodoricus Wes- seling O.F.M. Hij was Amsterdammer van ge boorte en werd 8 September 1904 te Turnhout priester gewijd. Z. H. Exc. de bisschop van 's Hertogenbosch heeft benoemd tot pastoor der parochie Hoef- straat te Tilburg den zeereerw. heer A. W Smits, kapelaan van de parochie Broekhoven I te Tilburg. Zooals gemeld, zijn 22 December te Rome overeenkomsten geparafeerd, waarbij voor het jaar 1938 het handels- en betalingsverkeer tus schen Nederland en Nederlandsch-Indië eener- zijds en Italië anderzijds wordt geregeld. Zoodra de onderteekening van de gepara feerde accoorden zal hebben plaats gehad, zul len nadere bijzonderheden worden bekend ge maakt. De ontvangen overeenkomsten treden in de plaats van de overeenkomsten van 1 Januari 1937, die 31 December e.k. afloopen. Het clearingverkeer blijft tot Nederland en Italië beperkt. In den middag van 26 September is een vijf jarig jongetje in de Laakhaven te Den Haag gevallen en verdronken. In de nabijheid van de plaats, waar dit gebeurde, was de ambtenaar Ph. R. bezig met het repareeren van den motor van zijn kano. Daar hij geen enkele poging heeft ondernomen, om den drenkeling te hel pen, werd tegen hem proces-verbaal opgemaakt. Donderdag stond hij voor den Haagschen kan tonrechter terecht. Verdachte verklaarde dien middag ge schreeuw te hebben gehoord, dat er op wees, dat iemand in het water was gevallen. Hij nam het geval niet au serieux; het gebeurt wel meer in deze buurt, dat men schreeuwt en verdachte bemoeit zich daar dan nooit mee. Hij heeft niet gezien, dat er iemand in het water was gevallen en is rustig met zijn bezigheden door gegaan. Zwemmep kan hij, maar niet erg goed. De ambtenaar van het openbaar ministerie geloofde niet, dat verdachte's hulp in dit geval succes zou hebben gehad. Maar een strafbaar feit is gepleegd en de ambtenaar achtte het ondenkbaar, dat ver dachte deze zaak niet ernstig zou hebben geno men. Verdachte's moreele houding achtte de ambtenaar buitengewoon antipathiek en hij had weinig bewondering voor diens kalmte, De eisch luidde: f 50 subs. 30 dagen hechtenis en het vonnis: f 30 subs. 20 dagen hechtenis. De Rotterdamsche rechtbank heeft uitspraak gedaan in de zaak tegen den 36-jarigen haven arbeider B. W. K., wonende te Rotterdam e» den 37-jarigen varensgezel A. A. van der R., eveneens te Rotterdam, die in het afgeloopen jaar pogingen hadden gedaan om eenige Rot terdammers te bewegen in dienst té treden van het Spaansche regeeringsleger. Zij werden resp. veroordeeld tot twee maanden gevangenis straf voorwaardelijk met drie jaar proeftijd en vijf maanden gevangenisstraf, eveneens voor waardelijk, met drie jaar proeftijd. Het Engelsche s.s. Yewvalley, komende van Antwerpen, is Donderdagavond nabij Terneu- zen in aanvaring geweest met een nog onbekend stoomschip. De Yewvalley is met schade te Vlissingen binnengeloopen Donderdagmiddag heeft zich op den hoek van de Rembrandtlaan en de Meindert Hobbemastraat te Heemstede een vrij ern stige botsing voorgedaan tusschen een be stelauto en een motorfiets. De motorrijder werd ernstig gewond. De 30-jarige D. van L. uit Haarlem reed met zijn auto in de Meindert Hobbemastraat, in de richting Rembrandtlaan. Toen Van L. de Rem brandtlaan wilde oversteken, naderde van rechts een motorfiets, bestuurd door den 19- jarigen jhr. W. J. T. van B. te Heemstede. Van B. meende voorrang te verkrijgen en reed kalm door. De bestuurder van den auto, die vermoedelijk door een beslagen zijruit in zijn uitzicht was belemmerd, stopte niet, waardoor Van B. tegen de voorruit van den auto reed en tegen den grond sloeg. Het slachtoffer bloedde ernstig uit mond en neus. Dokter van Walsum was spoedig ter plaatse en verleende de eerste hulp. Bij nader onderzoek bleek, dat Van B. een ernstige her senschudding had opgeloopen, benevens een ge compliceerde beenbreuk. In zorgwekkenden toe stand is hij naar het Diaconessenhuis te Haar lem vervoerd. Zijn toestand is ernstig, doch niet. hopeloos. Op den weg van Heerlen naar De Locht, on geveer daar waar de weg naar Kerkrade af buigt, is de heer S., uit Ubachsberg, door een uit de richting Heerlen hem tegemoet komenden auto, bestuurd door J. L., uit Hoensbroek, aan gereden. Hij werd tegen den grond gesmakt en met zeer ernstige hoofdwonden naar het St. Josephziekenhuis in Kerkrade vervoerd, waar hij gisternacht is overleden. S. was 44 jaar; hij laat een vrouw en zes kleine kinderen achter. De politie te Eist heeft een 47-jarigen man, zekeren H., gearresteerd, die zich aar. bigamie heeft schuldig gemaakt. Hij huwde in 1912 in Bameveld met een vrouw, die thans nog daar woont en verliet haar in 1916. Deze maand trad hij wederom in het huwe lijk, thans in Eist met een inwoonster uit die gemeente, zonder dat zijn eerste huwelijk ont bonden was. Door een toeval ontdekte een ambtenaar ter secretarie van Eist dit feit. De politie van Eist heeft hierop in samenwerking met de gemeen tepolitie van Barneveld een onderzoek ingesteld met bovenvermeld resultaat. Tijdelijk is tot leeraar benoemd aan de R.H, B.S. te Steen wijk; H. Herenius, wonende te Hengelo. Aan A. H. P. Blauw is op zijn verzoek eer vol ontslag verleend als leeraar aan de R.HJB.S. te Alkmaar. Voor het tijdvak van 14 December 1937 tot 1 December 1933 is benoemd tot leeraar aam de Rijkslandbouwwinterschool te Dordrecht ir. C. S. Knottnerus, aldaar. Ingetrokken is de benoeming van den surnu merair der registratie en domeinen A. C. M. van der Kroft ten kantore der registratie te 's-Gravenhage, tot ontvanger der registratie en domeinen te IJselstein. Met ingang van 1 Januari 1938 is benoemd tot ontvanger der registratie en domeinen de surnumerair A. C. M. van der Kroft voornoemd en is hij toegevoegd aan den ontvanger der successie te Rotterdam. Benoemd is tot ontvanger der registratie en domeinen te IJselstein F. C. van Gurp, sur numerair der registratie en domeinen te Til burg. Met ingang van 1 Januari is benoemd tot inspecteur der directe belastingen, invoerrech ten en accijnzen te Arnhem, J. Nikkels, ont vanger dier middelen aldaar en is hij werk zaam gesteld aan de inspectie der invoerrech ten en accijnzen, aldaar. Ik hoop alleen maar, dat het Amy geen kwaad zal doen." „Daar zie ik de reden niet van in. Marie's schoonheid zou bij vele families, die haar in zulk een positie namen, een bezwaar zijn, maar Claud Dacre zal nooit een huwelijk willen aangaan be neden zijn stand." „Daar kunt u van opaan, Oma! Goeden- nacht!" HOOFDSTUK XII Marie's leven op Eikenzicht begon zeer aange naam. Mrs. Munro werd langzamerhand beter, waarschijnlijk voor een goed deel door de tegen woordigheid van haar kleinzoon, die vooreerst niet op reis zou gaan. Er kwam druk bezoek op het Huis. Amy had haar vriendin een voorschot op haar salaris ge geven en daar had Marie zich drie gewone toi letten voor aangeschaft. De gasten voor het eerste diner waren: de do minee en zijn vrouw, dokter Hessey met zijn vrouw en dochter, Mr. Mrs. en Miss Burton, Miss Calthorpe, een ongetrouwde dame, amu sant in den omgang, Mr. Calthorpe, haar broer, die het mooiste goed in den omtrek bezat, de hulp-predikant, Mr. Falconer, zijn zuster en zijn leerling, dien hij klaar maakte voor de universi teit, en twee officieren van een regiment, dat te Winchester was ingekwartierd. Miss Trouville werd mét verschillende blikken beschouwd. Zoo vond Mrs. Burton het bijvoor beeld heel onvoorzichtig van Mrs. Munro, om het jonge meisje in al haar kringen binnen te leiden, waar zij door haar schoonheid andere jonge meisjes, als haar Augusta en zelfs Amy uit verdrong. Mrs. Hessey, de dominee's vrouw achtte het juist weer zeer verstandig. Miss Cal thorpe overlegde, of het geen goede partij zou wezen voor haar broer, die tot haar groot ver driet maar ongetrouwd bleef. Marie werd aan tafel geleid door kapitein Arkwright, een van de officieren, ingekwartierd te Winchester. Na een praatje met haar vroeg hij ineens aan Claud: „Zeg, Dacre, wanneer heb je het laatst van de Brath gehoord?" Toevallig keek Marie den kant van Amy uit en zag, dat die geweldig bloosde. „Dat is nu al een heele tijd geleden, maar ik verwacht zeker, dat die binnenkort komt." „Een kapitale kerel is dat! Ik ben met een schip van hem uit Indië teruggekomen, maar ik heb nog nooit zoo'n flinken kapitein ont moet! De maatschappij mag hem wel in waarde houden! Een van mijn mede-passagiersters was tot over de ooren verliefd op hem. Als hü een rijke weduwe had willen trouwen, dan had hij dit kunnen doen." „Maar hij zou nooit enkel om het geld trou wen," merkte Claud op. „Naar ik hoor," zei Mr. Burton tot Mrs. Mun ro, „zal uw neef, Mr. Elwyn Rivers, het goed van een baronet krijgen? Het is verwonderlijk, zooals die jonge man carrière maakt aan de balie en in het Parlement!" „Ja, Robert schijnt nu eenmaal alles mee te loopen," zei de gastvrouw. „Het verwondert mij, dat hij niet trouwt," viel Mrs. Burton in. „Hij heeft een slechte gezondheid," sprak Mrs. Munro weer. „Hij lijdt aan zenuwpijnen en dit maakt hem zeer gemelijk en weinig aantrekke lijk voor jongedames. Als de zittingen van het Parlement voorloopig zijn geschorst, zal hij ons zeker bezoeken. In geen jaren is hij op Eiken- zicht geweest." In den loop van den avond gaf Marie nog een zangnummer ten beste en de bewondering stond Claud op het gelaat te lezen, zoodat Mrs. Bur ton dan ook tot haar echtgenoot zei onder het naar huis rijden: „Ik begrijp niet, hoe Mrs. Munro er toe geko men is, om dat vreemde jonge ding nu te enga- geeren als dame van gezelschap voor Amy Del- ville. Ze zal Claud Dacre nog tot een mésalliance brengen op die manier! Niemand weet toch maar, waar die Miss Trouville vandaan komt. Mathilda Calthorpe heeft er Amy naar gevraagd en die zei, dat ze op zee gevonden is, maar dat ze hoogstwaarschijnlijk van zeer goede afkomst zal zijn." Marie werd dus nooit meegevraagd met invi taties, die naar het Huis werden gezonden. Dat maakte Amy zóó boos, dat ook zij met genoegen zou bedankt hebben voor de haar gezonden uit- noodigingen, maar dit wilde Mrs. Munro niet hebben. Zij moest dus ook Marie wel alleen la ten, toen zij naar het bal van de Burtons ging. Wel bleef Mrs. Munro ook thuis, maar voor Amy was het een straf, toen zij wegreed, gechape ronneerd door Lady Treuman. Marie kon ook niet dansen en zou zich niet op haar plaats hebben gevoeld op het bal. Dat het jonge meisje zoo goedmoedig die be zwaren van haar positie droeg, en met zooveel toewijding voor zijn grootmoeder zorgde, had Claud al weer voor een groot deel verzoend met haar vreemde afkomst. Hij begon zelfs bij zonder belang in haar te stellen. „Ik geloof, dat zij er niet veel om geeft, dat ze niet meegevraagd wordt, denk je wel?" vroeg hij eens aan Amy. „O, maar natuurlijk vindt zij dit onaange naam! Ze schikt er zich alleen in met een op gewektheid, die haar nu eenmaal eigen is. Maar op ons bal zal zij er toch bij zijn, dat verzeker ik je! Weet je wel, dat ik haar dansles geef? En, o, Claud, als je eens heel lief was, zou je dan eens met Marie willen walsen, terwijl ik speel? Het is zoo vermoeiend, om te zingen en tegelijk te walsen!" „Met genoegen wil ik je van dienst zijn. Maar hoe lever je dat nu met de quadrille?" „O, dan heb ik Collins, Amott en Oma's ka menier, maar Collins moppert zoo! Ze zegt, dat ze daar niet op gehuurd is, om quadrilles te dansen. En ze weigert het eenvoudig, om met Marie te walsen. Daarom heb ik 't jou gevraagd. Ik geloof, dat zij Marie gewoonweg haat!" „Ja, maar je hebt Collins ook verwend en die beschouwt Miss Trouville nu eenvoudig als een indringster." ,Maar jij zult toch wel met haar dansen, Claud?" „Ja, zie je, als gastheer, kan ik maar niet precies met iedereen dansen. Maar een wals met haar zal er wel op kunnen overschieten." „Dank je wel. En laat ons nu een vaste af spraak maken, wat betreft het leeren dansen. Kom jij in den salon, zoodra Oma vanavond haar slaapje doet na het eten, en wals dan met Marie!" Dien avond zat Amy aan de piano. Claud vroeg met een buiging, of Marie gebruik wilde maken van zijn diensten en de les begon. Na een tijdje hielden zij pauze, praatten wat, en dansten toen weer, met schitterend resultaat! Daarna werd met Oma tot een whistpartijtje overgegaan. lederen avond werd die „vooroefening" her haald en Claud zag er met waar genoegen naar uit. In den loop van den dag was hij ook veel met de jonge dames samen. Want de jongeman moest wel ervaren, dat hjj liefde voelde voor Marie, die tien jaar jonger was en zeker niet zijns gelijke mocht heeten in stand. Hij meende, dat hij haar geen bijzondere aan dacht wijdde, maar zij voelde zich toch omringd door een sfeer van teederheid, zoodat haar leven veel gelukkiger was. Ze dacht niet aan Claud als haar geliefde. Ze wist, dat er maatschappe lijk een veel te groote afstand tusschen hen beiden bestond. Intusschen kwam het bal steeds nader. Op een ochtend, toen hij de post nakeek, riep hij verheugd: „Een brief van Phil met het poststempel Lon den!" .(Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1937 | | pagina 3