Van Ierschen Vrijstaat tot Eire
victoria
Don Bosco en zijn
tijd
FRANCO RETOUR
VRIJDAG 31 DECEMBER 1937
Eén grondwet voor heel
LU groene eiland
Weinig indruk in
Engeland
Groot en wonderbaar
lijk priesterleven
Restauranl DORRIUS
Barneveld leverde
70 millioen eieren
r
Kerkelijk leven
Tragisch einde
is en blijft:
De aanvang van een nieuw consti-
tioneel tijdperk wordt
ingeluid
Een Nederlandsche bewerking
van het beroemde boek van
Hugo Wast
Het grootste aantal op één dag
bedroeg 2.360.000
AANKOOP GASMASKERS
Men dient te letten op de gestelde
eischen van doelmatigheid
KATH. GEZONDHEIDSZORG
Het Wit-Gele Kruis groeit gestadig
FUSIE IN DE R. K. VAK-
BEWEGING
Dientengevolge groote uitbreiding
van het aantal afdeelingen
van den R. K. Fabrieks-
arbeidersbond
LOTERIJWET OVERTREDEN
Sweepstake op den „Grand Prix
Automobile de Monaco"
AFSCHEID W. A. ENGEL-
BRECHT
GROOTE TENTOONSTELLING
IN MUSEUM BOYMANS
Voor het regeeringsjubileum
TREINTELEGRAM-TARIEF
VERLAAGD
AUDIËNTIE
Missio Canonica
DE EERSTE KAMER KLAAGT
Suppletoire begrootingen worden
te laat ingediend
MAN VERMIST
Een ongeluk wordt gevreesd
Verlichtings voorschriften 1938
Arbeider door vallende zakken
met graan getroffen
BURGEMEESTER HUYBREGTS
PLOTSELING OVERLEDEN
OMROEPORGANISATIES
EN B.U.M.A.
Benoemd tot commandeur in de
orde van Oranje-Nassau
Geen audiëntie
Voor biscuits
en chocola
(Van onzen Londenschen correspondent)
Van heden af heet de Saorstat Eïreana,
of Iersche Vrijstaat, Eire, dat niets an
ders is dan de Gaelische naam van
Ierland.
Voor ons zouden er niet meer redenen zijn
Ierland Eire te noemen, dan Frankrijk France,
of Italië Italia, indien wij niet, door het Iersche
woord te bezigen, verwarring konden voorkomen,
ofschoon wü er tevens een misverstand door
scheppen.
Ierland immers is het geheele eiland, dat
sinds 15 jaren verdeeld is geweest in den Ier
schen Vrijstaat, een zelfbesturend Dominion
van het Britsche Rijk, en Noord Ierland of
Ulster, dat een eigen Parlement en, voor bin-
nenlandsche aangelegenheden, een eigen kabi
net heeft, doch tevens vertegenwoordigd is in
het Parlement van Westminster. Krachtens de
heden in werking getreden nieuwe Grondwet,
zal datgene wat tot nu toe de Iersche Vrijstaat
heette, den naam Eire, d.i. Ierland, voeren. Wij
zouden dus, om verwarring te voorkomen,
voortaan den voormaligen Vrijstaat Eire kun
nen noemen, terwijl wij het heele eiland bij den
Nederlandschen naam Ierland blijven aan
duiden. Vermoedelijk zal men dit gebruik ten
onzent gaan volgen, maar hierdoor zal toch,
gelijk wij opmerkten, 'n misverstand ontstaan.
In de nieuwe grondwet immers wordt met Eire
niet gedoeld op de 26 graafschappen, welke tot
nu toe den Ierschen Vrijstaat vormden, doch
ook op'de zes graafschappen van Noord Ier
land, welke staan onder de ongeschreven
Grondwet van het Vereenigd Koninkrijk.
Het spreekt vanzelf dat de nieuwe grondwet
in het geheel niet toegepast kan worden op de
zes Graafschappen; vandaar dat zij alleen in
den voormaligen Vrijstaat zal worden ingevoerd
„totdat het nationaal gebied weder één zal zijn"
hetgeen nog zeer lang duren kan.
Dit is niet de eenige, ofschoon misschien wel
de grootste curiositeit in deze zeer uitvoerige
grondwet, welke in Juni door de Dail (het Ier
sche „Lagerhuis") aangenomen, en op 1 Juli by
plebisciet, dat samenviel met de algemeene ver
kiezingen, goedgekeurd werd.
Het plebisciet bracht Mr. De Valera niet de
groote overwinning, waarop hij,gehoopt had. Op
een totaal aantal stemmen van 1.212.050 bedroeg
de meerderheid slechts 158.160. Dit betrekke-
lyke fiasco was wellicht niet zoozeer het gevolg
hiervan dat een aanzienlijke meerderheid niet
instemde met de groote beginselen der voorge
stelde constitutie, alswel van verzet tegen ze
kere bepalingen welke wantrouwen gaande
maakten onder groote groepen der bevolking.
Zoo vreezen de Iersche vrouwen dat onder de
nieuwe grondwet de gelegenheid voor haar, om
betrekkingen in handel en nijverheid te vervul
len, zal worden beperkt. Verder beweert men
dat zekere bepalingen op zoodanige wijze toe
gepast kunnen worden, dat de vrijheid van pers
ernstig in het gedrang komt.
De voornaamste kenmerken van de nieuwe
Grondwet zijn dat de Koning, als hoofd
van het Britsche Rijk, niet erin genoemd
wordt, maar dat het woord „Republiek" even
min in het uitvoerige document te vinden is.
Wat eerstgenoemd punt betreft, wordt de
koning volkomen uitgeschakeld uit alles wat het
bmnenlandsch bestuur en de wetgeving aangaat,
maar voor „buitenlandsche doeleinden" zal de
Regeering te Dublin gebruik kunnen biyven
maken van de kroon. Dit geldt bijvoorbeeld
voor de benoeming van diplomatieke vertegen
woordigers in het buitenland. Verder zal Eire
zich kunnen blüven bedienen van Britsche con
sulaten in die plaatsen, waar het niet zelf
vertegenwoordigd is.
Op het oogenblik heeft het slechts zes gezan
ten in buitenlandsche hoofdsteden (een zeven
de zal weldra te Rome benoemd worden), een
Hoogen Commissaris te Londen, een vertegen
woordiger bij den Volkenbond en eenige con
sulaire ambtenaren, waarvan vier in de Veree-
nigde Staten. Overigens laat het, evenals de
andere Dominions, zijn belangen door Ecitsche
ambassades, gezantschappen en consulaten ver
tegenwoordigen.
De nieuwe Grondwet brengt niet met zich dat
Eire uit de Britsche Gemeenebest treedt. Inte
gendeel; het blijft deel daarvan uitmaken, en
de regeering te Dublin schijnt zich op het
standpunt te stellen, dat het land de voordee-
len, aan het lidmaatschap der Gemeenebest
verbonden zooals Rijkspreferentie behoudt.
Welk standpunt de Britsche regeering hier
tegenover inneemt, is niet officieel bekend. Het
spreekt vanzelf dat terwyi de Vrystaat het
recht had zijn lidmaatschap van de Gemeene
best op te zeggen (hetgeen niet gebeurd is), het
niet het recht heeft zonder goedkeuring der
andere leden in de Gemeenebest te blijven, doch
in een geheel andere positie. Het heeft geen nut
vooruit te loopen op de manier, waarop Groot
Brittannië en de andere Dominions reageeren
zullen op de eigenmachtige wyziging dier po
sitie; het lijkt ons evenwel onwaar,schijniyk dat
zij iets doen zullen, wat tot 'n volkomen breuk
met Eire voeren zou.
Onder de nieuwe Constitutie krijgt Eire een
nog niet benoemden Uachtaran of Presi
dent. Deze zal dus het hoofd van den Staat zijn.
Onder de Constitutie van 1922, welke gebaseerd
was op het Anglo-Iersc'ne Verdrag van 1921,
was de Koning het hoofd van den Staat; even
als in andere Dominions werd hij vertegen
woordigd door een Gouverneur-Generaal. Aan
het hoofd der Regeering stond een President
van den Uitvoerenden Raad, die steeds als
President aangeduid werd (vergelijk het Fran-
sche „président du Conseil"), maar in werke-
lykheid Eerste Minister was. Deze zal voortaan
dezen titel voeren, of in het GaelischTaviseach.
Mr. De Valera had gehoopt dat de President
of Uachtaran boven den politieken strijd zou
staan, en dus een positie zou innemen, overeen
komend met die van den president der Fran-
Eche Republiek. Maar deze hoop zal wel niet
verwezenlykt worden, aangezien er weinig kans
bestaat op een coalitie tusschen de twee groote
partijen die van Mr. Cosgrave, die geduren
de de eerste tien jaren aan het hoofd der Re
geering gestaan heeft, en die van Mr. De Valera.
Was het tot zulk een coalitie gekomen, dan zou
den de partüen het ook over een candidaat
voor het presidentschap eens geworden zijn.
Binnen zes maanden moet een president be
noemd worden. In verband hiermede noemt men
de namen van den vice-president der regeering,
tevens minister van Gezondheid, Mr. Sean T.
O'Kelly, en van den Lord Mayor van Dublin,
Alderman Alfred Byrne.
Mr. O'Kelly is een zeer bekwaam minister,
maar tevens een zeer agressief partijman, die
blijk gegeven heeft van weinig vriendschap voor
Noord-Ierland. Alderman Byrne is „onafhan-
keiyk" afgevaardigde in de Dail, maar staat
ongetwijfeld veel dichter bij Cosgrave dan bij
De Valera. In de hoofdstad komt niemand hem
in populariteit naby, maar in de plattelands
districten kent men hem slecht, en het is juist
daar dat Mr. De Valera zijn sterksten aanhang
heeft. De overwinnig van zijn candidaat zou
dan ook vaststaan, indien men niet rekening
moest houden met de mogelijkheid dat ook de
Labourpartij een candidaat voor het president
schap stellen zal. Deze partij is klein, maar
heeft den laatsten tijd veld gewonnen. Door deel
te nemen aan den strijd zou zij genoeg stemmen
aan den Regeeringscandidaat kunnen onttrek
ken, om nog juist de overwinning te bezorgen
aan Lord Mayor Byrne.
Wy zeiden dat het woord .Republiek" niet
in de grondwet voorkomt. Het is dan
ook zeer moeiiyk uit te maken wat Eire
of Ierland van heden af wél is. Men neemt aan
dat de nieuwe constitutie praktisch weinig ver
andering teweek zal brengen in de staatsrechte
lijke positie van het land. Mr. De Valera heeft
door middel van deze grondwet zijn idealen in
zooverre bevredigd als mogelijk was, zonder met
onoverkomelijke praktische bezwaren in botsing
te komen. De uitroeping eener Republiek was
onmogelijk, op financieele, economische en tal
van andere gronden. Mr. De Valera heeft dit
ingezien vanaf 't oogenblik, waarop hij de regee-
ringsverantwoordelijkheid op zich nam. Er zijn
honderdduizenden Ieren in Groot-Brittannië die,
indien Eire als Republiek de gemeenebest ver
liet, zouden hebben te kiezen tusschen naturali
satie als Britsch burger en den status van „alien"
of vreemdeling. In het laatste geval zouden zij,
evenmin als andere vreemdelingen, in Engeland
mogen werken zonder toestemming van het de
partement van buitenlandsche zaken. Zij zou
den by tienduizenden het land moeten verlaten,
ofschoon Eire zelf reeds 90.000 werkloozen heeft.
Hetzelfde zou gebeuren in Canada, Australië en
elders in het Britsche Rijk.
Eire kan dus dit Rijk niet den rug toekeeren.
De nieuwe grondwet evenwel kan eenige bevre
diging schenken aan de uiterste republikeinen,
die weigeren rekening te houden met praktische
bezwaren, en Mr. De Valera steeds verweten heb
ben dat deze het republikeinsche beginsel „ver
raden" heeft.
Mr. De Valera heeft verklaard dat Ierland
tot republiek uitgeroepen kan worden, zonder
dat in de nieuwe grondwet een letter veranderd
behoeft te worden. Dit klinkt heel mooi, maar
het veranderen van de grondwet levert in Ier
land weinig bezwaren op. Die van 1922 onderging
in 15 jaar tyds niet minder dan 25 wüzigingen!
De grondwet op zich zelf zal den republikeinen
dus voldoening kunnen schenken, maar geen
dozijn grondwetten kan datgene verwezenlijken,
wat om praktische redenen niet binnen afzien-
baren tijd voor verwezenlijking vatbaar is.
Buiten enge politieke kringen in Ierland
sehünt men zich van de nieuwe constitutie en
haar invoering weinig aan te trekken. Op het
dageiyksch leven van het volk oefent zy ter
nauwernood eenigen invloed uit. In vele op
zichten (zooals de betrekkingen tot de Britsche
Kroon) doet zy weinig meer dan een sinds lang
reeds feitelijk bestaanden toestand codificeeren.
Een groote en tastbare verandering komt niet
tot stand. En er zijn weinig Ieren, van welke
richting ook, die aan den traditioneelen en his-
torischen naam „Eire" niet de voorkeur geven
boven het prozaïsche en kunstmatige woord
„Iersche Vrystaat".
ifi_
By de Residentiebode N. V. is
verschenen de Nederlandsche
bewerking van het bekende
boek Don Bosco en zijn tijd, geschre
ven door den Argentijn Hugo West
en is reeds in verschillende talen over
gebracht. Hiermede bezitten wij een
werk, dat men zonder voorbehoud ter
lezing kan aanbevelen en waarvan
men hopen moet, dat het een groot
succes zal worden.
9
Het leven van Don Bosco werd meer dan
pens verteld. Er werd zelfs een film van ge
maakt. Doch thans is, voor zoover wy kunnen
nagaan, voor het eerst een grootsch opgezet
épos van dit wonderbaarlijke leven verschenen,
een boek, dat nu eens niet speculeert op de
welwillendheid van den braven lezer, die van
een heiligenleven niet veel anders verwacht
dan een zoetsappig verhaal zonder veel aan-
knoopingspunten met het leven van allen dag
en alle menschen.
Het leven van Giovanni Bosco is even vrucht
baar als verrassend, menschelyk en heilig ge
weest. Van zijn jeugd af vergezelde hem een
soms zichtbare maar steeds voelbare bescher-
ming-van-boven-af, <Jie hU scheen te beschou-
N. Z. Voorburgwal b. h. Spui, Amsterdam.
PLATS DU JOUR EN LA CARTB
Op de grootste vrye eiermarkt van Neder
land, te Barneveld, zyn in het jaar 1937 ver
handeld 65.560.000 eieren en te Voorthuizen
4.355.000. De gemeente Barneveld leverde dus
in dit jaar 't respectabele aantal van 69.915.000
stuks eieren.
De grootste aanvoer geschiedde 22 April, toen
er op één dag 2.360.000 stuks werden aange
voerd. De hoogste maandaanvoer werd even
eens in April bereikt met 11.050.000 stuks.
De hoogste prijs werd bereikt Donderdag 9
December, toen de middelprijs der bruine eieren
ƒ5.89 p. 100 stuks was en die der witte 5.62%.
Den minimum prijs brachten de eieren op tij
dens de markt van 20 Mei, daar toen de mid-
delprys der bruine eieren 3.30 per 100 stuks
was en die der witte 2.52% per 100 stuks.
De minister van Sociale Zaken vestigt de
aandacht van hen, die thans wenschen over te
gaan tot den aankoop van gasmaskers, bestemd
voor bescherming tegen strijdgassen, erop, dat
het gasmaskerbesluit (staatsblad 1937, no. 856)
op grond van de warenwet (staatsblad 1935,
no. 793), hetwelk eischen inhoudt omtrent de
constructie en doelmatigheid van gasmaskers,
op 1 Februari 1938 in werking treedt.
Het is bekend, dat thans gasmaskers worden
aangeboden, welke zeer waarschijnlijk niet aan
de gestelde eischen van deugdelijkheid en doel
matigheid met betrekking tot de bescherming
tegen strijdgassen voldoen. De minister voor
noemd geeft belanghebbenden derhalve met
nadruk in overweging zich, alvorens tot aan
koop over te gaan, te overtuigen of de gasmas
kers voldoen aan de gestelde eischen. Bij twyfel
kan zulks, onder opgave van merken en ge
gevens, schriftelijk worden gevraagd bij de af-
deeling Volksgezondheid van zijn departement.
Na 1 Februari 1938 zullen de goedgekeurde
maskers van een stempel zijn voorzien en kan
worden aangenomen, dat gasmaskers, welke niet
voorzien zijn van dit stempel dat in de
staatscourant van 16 December jl. is gepubli
ceerd niet aan de gestelde eischen voor wat
betreft het bieden van bescherming tegen stryd-
gassen voldoen.
Reeds in 1893 werd in Nederland de aller
eerste Kruisbeweging op neutralen grondslag
opgericht, n.l. de Algemeene Vereeniging voor
Ziekenverpleging „Het Witte Kruis" in de Pro
vincie Noord-Holland.
Eerst dertig jaar later, in 1922, namen de Ka
tholieken in Noord-Holland het initiatief tot
stichting van een eigen confessioneele specifiek-
katholieke ziekenverpleging „Het Wit-Gele-
Kruis".
Deze Katholieke Gezondheidszorg in het bis
dom Haarlem, begonnen in 1922 met drie af-
deelingen (Blokker, Castricum, Beverwijk), tel
de, volgens „St. Bavo" op 1 Januari 1937 in de
provincie Noord-Holland 25 afdeelingen met
18.013 leden; in de provincie Zuid-Holland 40
afdeelingen met 21.623 leden.
Al is er op het terrein van de Katholieke
volksgezondheid nog een groote achterstand
in te halen, vergeleken bij het Katholieke Zui
den, toch mag de Wit-Gele-KrUisbeweging in
Noord- en Zuid-Holland zich in een gestadigen
groei verheugen. Dit is een verblijdend teeken.
wen als een natuurlijk verschijnsel, waarover
hy zich zelden verwonderde. Zyn droomen wer
den werkelijkheden, zyn ondernemingen slaag
den en geen dag vroeg hy zich af, hoe hij aan
het geld zou komen, dat voor zijn grootsche
en stoute plannen zoo broodnoodig was. Op den
dag, dat hij geld moest over leggen, werd het
hem op een of andere zonderlinge manier toe
geworpen en wel zonder dat hij zich opvallend
verbaasde over wat een ander mensch een won
der zou genoemd hebben.
Om zijn invloed op zijn kameraden, die een
krachtige leiding als die van den jongen Bosco
wel gebruiken konden, te behouden, wilde hij
tegenover hen vooral een zeker prestige ophou
den en daartoe werd hij soms gedwongen din
gen te doen, die boven zyn vermogen lagen.
Zijn jeugd is gevuld met zulke dingen. Hij zag
er niet tegen op met acrobaten weddenschap
pen aan te gaan en hen op hun eigen terrein
te verslaan. Het gevolg was, dat zyn vriendjes
steeds meer respect voor hem kregen en hem
graag volgden, ook als hy de kerk in smok
kelde om te bidden.
Men weet, hoe zijn hart uitging naar het
onverzorgde kind, de zwervers van de straat,
die hij om zich heen verzamelde en bezig hield
om ze te bewaren voor het geloof. Dit streven
kostte hem een goed deel van zijn gezondheid,
want groot was de medewerking niet, die hij
kreeg. Maar hij had geleerd tegen moeilijk
heden te vechten. In het huisje van zyn zorg
zame moeder had zyn broer Antonio, die een
boer uit Giovanni had willen maken, zich he
vig verzet tegen Giovanni's wensch om Dries
ter te worden, doch zijn studielust en zijn
wonderbaarlijk geheugen wonnen zoozeer de
sympathie en de groote bewondenng van pries
ters uit zijn omgeving, dat de kleine Bosco,
arm aan geld, doch millionnair aan verstand en
goeden wil, zijn doel bereikte.
Wat misschien het meest verbaast in dit
heilige leven is de gelijkmoedigheid, waarmede
Bosco zijn werk volbracht temidden van el
lende, oorlog en geestelijke verwarring. Na de
Napoleontische oorlogen was Italië ernstig ver
deeld en toen een nationalistisch streven naar
eenheid sterker werd, ontstonden nieuwe troe
belen, die ontaardden in een geheimen en la
ter openlijken strijd tegen den Paus. Temidden
van dezen chaos stichtte Bosco zyn beroemde
congregatie, die zich later over de heele we
reld zou verbreiden en algemeene bewondering
zou wekken, ook ver buiten de kringen der
katholieken.
1 Januari houdt, zooals bekend, de Neder
landsche R. K. Steenarbeidersbond St. Stepha-
nus in zijn huidigen vorm op te bestaan en zal
een fusie plaats hebben met den Nederland
schen R. K. Fabrieksarbeidersbond St. Willi-
brordus.
Tengevolge dezer fusie zal het aantal afdee
lingen van den R. K. Fabrieksarbeidersbond
„St. Willibrordus" met ongeveer 130 vermeer
derd worden en plm. 400 bedragen, terwijl het
ledental van laatstgenoemden bond de 23.000
zal overschrijden.
In een dezer dagen in het Jaarbeursgebouw te
Utrecht gehouden bestuursvergadering van de
hoofdbesturen van de beide bonden is deze be
langrijke gebeurtenis in de R. K. vakbeweging
bezegeld en werd van verschillende zijden het
bestaan en de arbeid van den R. K. Steen
fabrieksarbeidersbond gedurende de 21 jaren
van zijn bestaan uitvoerig besproken, waarbij
de hervormingen, in de steenindustrie aange
bracht, in het licht werden gesteld.
De platasvervangende kantonrechter te Der.
Haag, mr. Noyon, w*ees by verstek vonnis tegen
den vertegenwoordiger A. F. S., die hier te lande
loten had verkocht van de „2e Sweepstake de
Monte Carlo".
De Sweepstake was deze maal niet gericht
op paardenrennen, doch op auto-races en wel
op den negenden „Grand Prix Automobile de
Monaco", welke dezen zomer werd verreden.
Iedere deelnemer in deze „Sweepstake" kreeg
een genummerd lot en volgens een bepaald
systeem langs „mechanischen weg", zooals de
dagvaarding vermeldt werd bepaald, hoe deze
nummers met de coureurs correspondeerden.
Men kon dus niet van tevoren een renner uit
zoeken.
Door het inzenden van de souches van de
loten en het opzenden van de gelden naar de
administratie van de „Sweepstake" zou ver
dachte de deelneming voor het publiek aan een
buitenlandsche verboden loterij hebben openge
steld.
Hy werd veroordeeld tot twee boeten van 20
elk subs, tien dagen hechtenis.
In zijn omgang met zijn jongens straat
jongens zonder tucht en toezicht is Bosco
niet minder dan een held geweest. Hij kende
vrijwel alle vakken, die de jeugd zich maar
kan droomen, was evengoed timmerman als
banketbakker, als smid, schreef boeken en ver
telde het oude testament, werkte aan de
schaafbank en sprak zijn jongens toe, waagde
zich in verdachte buurten, waar zijn leven niet
veilig was, doch verscheen telkens weer aan
de oppervlakte, ongehavend en zelden zonder
buit. Wanneer hij op de meest critieke oogen-
blikken van zijn zwerftochten plotseling een
beschermer naast zich zag verschijnen in den
vorm van een grooten hond, die den boeven
respect inboezemde, dan bracht dat niet de
minste verandering in hem teweeg, tenzij heel
van binnen. Uiterlijk ontroerde hem alleen het
lot van zyn zwervers, doch allerminst b.v. de
toorn van de autoriteiten, die het niet met hem
vinden konden en zijn plannen dwarsboomden
Het resultaat van een discussie tusschen hem
en zijn tegenstanders was doorgaans een over
winning van Bosco, die in zijn gesprekken een
esprit en een gevoel voor humor ontwikkelde,
waar de heeren geen van allen tegen op kon
den. Heel dit enorme leven maakt den indruk
geleefd te zijn onder een dagelijksche en waar
neembare bescherming van God.
Bosco's werkkracht, die grooter scheen te
worden, naarmate zyn gezondheid afnam, moest
onder zulke omstandigheden wel leiden tot db
min of meer fabuleuze resultaten, die zij nog
tijdens zijn leven heeft afgeworpen, resultaten
die door de heele wereld werden waargenomen
en oorzaak waren, dat de oude Don Bosco bij
zijn bezoek aan Parijs officieel en door de
bevolking als een triomfator werd ingehaald,
hetgeen voor hem natuurlijk een aanleiding
was om deze voor hem zoo glorieuze gebeur
tenis met den noodigen zin voor humor te
beleven.
Wil men dit rijke en groote priesterleven
leeren kennen, men leze bovengenoemd boek,
dat in alle handen thuis hoort. Wellicht zaj
men op enkele plaatsen een te groote en eenigs-
zins naïeve romantiek waarnemen, men kan
zich stooten aan enkele slordigheden in de
Nederlandsche bewerking, die den indruk maakt
haastiger te zijn geschied dan voor de lees
baarheid van het boek goed kon zijn, men za)
nog al eens gehinderd worden door een al te
bonte en lukrake afwisseling van een tegen-
woordigen en verleden tijd der werkwoorden
(wellicht bedoeld als een poging tot levendig
vertellen, doch als zoodanig niet geslaagd),
men zal den verteltrant hier en daar wat strak
ker en wat minder anecdotisch wenschen, doch
dit alles behoeft niemand te beletten een boek
te lezen, dat hem veel voldoening zal ver
schaffen en hem in kennis zal brengen met
een zeldzaamheldenleven,
waren aangedragen, waren er van het bedrijfs
leven van Rotterdam en van de stichting Ha-
venbelangen.
De voorzitter van het Comité van graanhan
delaren, de heer G. van Stolk, heeft het woord
gevoerd namens het Rotterdamsche bedrijfs
leven. Hij verzocht den heer Engelbrecht te wil
len poseeren voor den kunstschilder K. van
Veen, om dezen de gelegenheid te geven zijn
portret te schilderen. Daarbij zal gevoegd wor
den een album, vermeldende de namen van hen,
die aan dit geschenk hebben bijgedragen. Zoo
groot is het enthousiasme geweest bij de aan
bieding van dit huldeblijk, dat er nog een be
langrijk surplus was. Dit bood spr. den heer
Engelbrecht aan met het verzoek, er zelf een
bestemming aan te geven.
De heer Engelbrecht heeft, dankend voor de
vriendelijke woorden, verklaard gaarne te zul
len poseeren.
Naar wij vernemen, heeft de minister van
Economische Zaken, mr. M. P. L. Steenberghe,
na afloop van de openbare receptie den heer W.
A. Engelbrecht in een van groote waardeering
getuigende toespraak medegedeeld, dat 't H. M.
heeft behaagd, hem te benoemen tot comman
deur in de Orde van Oranje-Nassau.
Uit Rotterdam wordt gemeld, dat naar aan
leiding van het regeeringsjubileum der Koningin
in den zomer van het volgend jaar in het
Museum Boymans een groote tentoonstelling
gehouden zal worden onder den titel: „Veer
tig jaren verzamelen in Nederland", welke een
selectie bedoelt te geven van het beste, dat na
1898 op het gebied der oude schilder- en tee
kenkunst in ons land verzameld is.
De tentoonstelling belooft uitgebreider te wor
den dan de expositie Jeroen Bosch. De voor
bereidingen zyn reeds aan den gang.
Naar wy vernemen is ingaande 1 Januari het
tarief voor particuliere treintelegrammen ver
laagd. Dit is n.l. gebracht van 50 ct. op 35 ct„
terwijl voor een „dringend" telegram van eerst-
genoemden datum af 70 ct. verschuldigd is.
Z. H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht zal
de volgende week alleen Maandag en Woens
dag audiëntie verleenen.
In het eindverslag van de Eerste Kamer van
een aantal suppletoire begrootingen wordt het
volgende gezegd:
By de overweging van de vorenvermelde wets
ontwerpen in de afdeelingen der Kamer oefen
den zeer vele leden critiek op het feit, dat de
indiening van deze suppletoire begrootingen pas
in December is geschied, zulks terwijl om re
denen van comptabelen aard de voordrachten
vóór den aanvang van het nieuwe kalender
jaar tot wet dienen te zijn verheven. Tegen
dien, telken jare zich herhalenden, gang van
zaken werd ernstig bezwaar gemaakt, aangezien
dit een behooorlijk onderzoek belet, ja vrijwel
onmogelijk maakt en aan het budgetrecht van
de volksvertegenwoordiging afbreuk doet.
Wederom werd met klem op wijziging aan
gedrongen van het regeeringsbeleid te bedoelder
zake.
Sommige leden gaven zelfs te kennen, dat
zy, zoo ten volgenden jare de indiening van
wetsontwerpen, als bovengenoemde, nogmaals op
het laatste oogenblik zou geschieden, hun stem
niet meer daaraan zouden geven.
Sedert Maandag 27 December wordt de on
geveer 45-jarige mijnwerker L. Reyen, wonen
de Rijksweg te Geleen, vermist.
De man is dien dag per fiets naar Maastricht
gegaan en heeft daar in een der magazijnen een
overjas gekocht en betaald, maar niet mede
genomen. Hij had te kennen gegeven, dat hij
hem over enkele uren zou komen afhalen.
Alle tot nu gedane nasporingen hebben geen
resultaat opgeleverd. Alleen zou een chauffeur
uit Geleen den vermiste op den bewusten dag
per fiets in België gezien hebben. Men vermoedt
dat hem een ongeluk is overkomen.
De vermiste, die gehuwd en vader van vier
kinderen is, heeft aan een zyner voeten een
gebrek, waardoor hij eenigszins mank loopt.
In verband met het feit dat nog een betrek
kelijk gerin aantal automobilisten gevolg heeft
gegeven aan de nieuwe Verlichtingsvoorschriften
welke op 1 Januari 1938 van kracht worden,
heeft de N.V. Bataafsche Import Mij. Verkoop
kantoor van „Koninklijke Shell" producten een
folder doen ontwerpen, waarin de voorschriften
in teenkening zyn gebracht.
Men herinnert zich de zeer pijn
lijke geschiedenis van de hier te
lande geïnterneerde Franco-
Spanjaarden, van wie een vijftiental
ondanks het aan de Nederlandsche re
geering gegeven eerewoord, ontvluchtten.
De Nederlandsche regeering, die, gedach
tig den vermaarden hidalgo-geest van
de Spaansche grandes en aristocraten,
hen op hun plechtig eerewoord had ge
loofd en hun een groote bewegingsvrij
heid zij behoefden zich slechts éénmaal
per week bij de politie te melden had
gelaten, werd van verschillende zijden
gehoond wegens haar naïvieteit en het
goed vertrouwen, dat door de vluchtelin
gen zoo deerlijk was beschaamd. De
vluchtelingen zelf, die hun eerewoord
braken, ontketenden vooral in de roode
pers een storm van smalende veront
waardiging. Men kon nu zien, welke
opvattingen van eer de Franco-,.rebellen"
er op na hielden en hoe men hen kon
vertrouwen. Het „Hbl." zette een zeer
breede beschouwing op en zag in deze
woordbreuk een symptoom van de al
gemeene internationale onbetrouwbaar
heid, welke zich niet meer aan gesloten
verdragen en gegeven woorden wenscht
te houden en zonder blikken of blozen
slechts doet, wat in haar opportunistische
en weinig gewetensvolle kraam van het
meest kortzichtige egoïsme te pas komt.
En inderdaad, zelfs wanneer men in
aanmerking neemt, dat deze mannen
van Franco brandden van vaderlands
liefde en niets liever verlangden dan
weer mede te gaan strijden om het arme
Spanje van de ondeugdelijk gebleken en
communistisch zwaar geïnfecteerde Va»
lencia-regeering te bevrijden, dat het
gedwongen niets doen in ons kille en
gure land, ver van vrienden en magen,
dezen vurigen Zuiderlingen tot een bij
zonder zware kwelling moest worden,
dan nog blijft woordbreuk tegenover de
Nederlandsche regeering, welke hun
gastvrijheid verleende en als gentlemen
behandelde, niet goed te praten. Voqr
het ongeschonden bewaren van zijn eer
moet men ook de zwaarste offers weten
te brengen. De ontvluchte Spanjaarden
deden dat niet en wierpen een blaam
op zichzelf, bp hun medegeïntemeerden,
op het nationalistische Spanje, dat zij
aan hingen en op de hen al te zeer ver
trouwende Nederlandsche regeering.
De Spaansche geïnterneerden, die
hier te lande achterbleven en
zich hielden aan het gegeven
eerewoord, werden de dupe van de on
eerlijke handelwijze hunner kameraden.
De groote bewegingsvrijheid, welke hun
was verleend en waarvan de vluchte
lingen misbruik hadden gemaakt, werd
hun ontnomen. Zij werden in beter ver
zekerde bewaring gesteld. Aan generakl
Franco liet de Nederlandsche regeering
weten, dat deze strengere maatregelen
zouden duren, zoo lang de ontvluchten
voortvluchtig bleven, en dat zij erop
rekende, dat Franco de naar den
Spaanschen bodem uitgeweken woord
brekers zoo spoedig mogelijk zou terug
zenden naar Nederland. Zij paste dus
op de achtergeblevenen een soort van
gijzelingsmethode toe, welke sindsdien
hier te lande al meer gebruikelijk is
geworden. Zooals men licht begrijpen
kan, spotte de roode pers opnieuw over
de onnoozelheid der Nederlandsche re
geering, die een beroep deed op Franco s
eergevoel, terwijl diens aanhangers het
hunne hadden vergeten. Maar dit keer
schijnen de rooden toch ongelijk te
zullen krijgen. Generaal Franco heeft
tenminste aan de Nederlandsche regee
ring laten weten, dat de Spanjaarden,
die in Nederland geïnterneerd waren en
ontvlucht zijn, zoo spoedig mogelijk
zullen worden teruggezonden. De Spaan
sche woordbrekers komen dus franco
retour, indien Franco hen te pakken
krijgt. Opnieuw blijkt generaal Franco
beter dan hij door velen wordt afge
schilderd en voorgesteld en dan som
migen van zijn aanhangers zouden doen
verwachten.
Omstreeks 12 uur gisterenmiddag heeft zich
te Alkmaar een tragisch ongeval voorgedaan. De
33-jarige J. W„ die werkzaam was bij Timmer
mans' graan en meelhandel en maalderij aan
den Schermerweg met t versjouwen van eenige
75 K.G. wegende balen graan werd door vallen
de zakken van den 2 a 3% meter hoogen stapel
getroffen, met gevolg, dat hij zijn halswervel
brak en eenige oogenblikken later overleed.
Het ongeluk kan worden beschouwd als een
droevige samenloop van omstandigheden.
Het slachtoffer laat een vrouw en drie kinde
ren achter.
In den afgeloopen nacht is plotseling over
leden den heer W. C. A. Huybregts, sinds 1915
burgemeester van Alphen en Riel.
Het tragische van dit sterfgeval is, dat de
heer Huybregts Donderdagmorgen afscheid had
genomen van den gemeenteraad in verband
met zyn ontslag als burgemeester.
Naar wij vernemen, hebben de vier Radio-
omroepvereenigingen ook over 1937 wederom
een bedrag van f 50.000.aan het B. U. M. A.
voor auteursrechten betaald.
Na de openbare vergadering van de Kamer
van Koophandel van Rotterdam, waarin de
heer W. A. Engelbrecht als voorzitter afscheid
heeft genomen, is er in de Doelenzaal een
receptie gehouden, welke zeer druk bezocht was.
Burgemeester mr. P. Droogleever Fortuyn was
een van de eersten, die den heer Engelbrecht
de hand drukte. Onder de bloemstukken, welke
Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem heeft
Missio Canonica verleend aan de dames E. M.
A. Dykmans, G. M E. A. Broerse, en J. Lan-
geveld, van het District Leiden.
Z.H.Exc. mgr. A. F. Diepen, bisschop van
's-Hertogenbosch, zal Dinsdag en Donderdag
a.s. geen audiëntie verleenen.
DORDRECHT