Binnenlandsche Zaken
een
meedoogenloos
op sLor J J
t
Vliegtuigorder van
Defensie
VIJAND
RIJK EN GEMEENTEN
N aar het encelsch
WOENSDAG 5 JANUARI 1938
Verscheidene Eerste Kamerleden
achten een nieuwe Zondags
wet gewenscht
Publieke eerbaarheid
Gemeentelijke autonomie
Rijkspostspaarbank
Samenvoeging van gemeenten
V entvergunningen
V olkshu isvesting
Kwestie-van Duyl
KAMER VAN KOOPHANDEL
TE ROTTERDAM
Mr. K. P. v. d. Mandele voorzitter
R. K. TOONKUNSTENAARS
BIJEEN
De toetreding tot 't Voorzienings
fonds voor Kunstenaars
Interim-dividend van
de „Koninklijke"
Zes procent over het boekjaar 1937
VERDUISTERING VAN
GEMEENTEGELDEN
Gehandeld in uitersten nood
IJMUIDER TREILERS NOG
NIET UITGEVAREN
De Koningin verlaat
Soestdijk
In de residentie teruggekeerd
PARKEERGELDHEFFING TE
DEN HAAG
Verordening goedgekeurd door
de Kroon
D. HAMBURGER
Vijfentwintig jaar in het
bioscoopbedrijf
SAALBORN-PARSER
Saalbom speelt weer Shakespeare
ERNSTIGE STEEKPARTIJ
De dader is aangehouden
Gouden dienstjubileum
Kerkelijk leven
PASTOOR L. BONGAERTS
KATHOLIEKE ILLUSTRATIE
72e jaargang no. 14
Vijftig jaar directeur
EEN BRANDJE IN VEERE'S
STADHUIS
Gelukkig spoedig ontdekt
UIT DE STAATSCOURANT
Burgemeester
Politie
Notariaat
Rechterlijke macht
Leeraar
Onderscheiding
Aardappelmeel-centrale
iWordt yervolgd.)
Blijkens het voorloopig verslag der Eerste
Kamer over de begrooting van Binnenland
sche Zaken voor 1938, maakten verschillende
ieden er bezwaar tegen, dat de regeering de
Zondagswet van 1 Maart 1815, die door het
gewoonterecht grootendeels hare kracht heeft
Verloren, tot nieuw leven wil trachten te wek
ken.
Verscheidene leden verklaarden Zondagshei-
hging voor te staan, doch ten aanzien van een
regeling der Zondagsrust van meening te zijn,
dat daarbij met de in verschillende streken des
lands vaak sterk uiteen loopende wenschen der
bevolking rekening behoort te worden gehou
den.
Zij oordeelden derhalve een nieuwe Zondags-
Wet gewenscht, waarin algemeene regelen wor
den opgenomen en aan de gemeentebesturen de
bevoegdheid wordt toegekend om nadere, ver
der strekkende, voorzieningen te treffen.
Verschillende leden begrepen niet het verzet
tegen lijkverbranding.
Sommige leden vreesden, dat onder den
Schijn van strijd tegen zedenverwildering
Welke strijd uiteraard hunne instemming had
zal worden ingegrepen in velerlei oirbaar en
onschuldig vermaak.
Hiertegenover meenden andere leden, dat
Hen, op deze wijze redeneerend, heel spoe
dig in naam der vrijheid een pleidooi kan
leveren voor de meest onbegrensde bande
loosheid. Zij wezen er op, dat vele ontspan,
hlngsoorden in het bijzonder strand en
strandbaden door de vrijheden, welke
men zich daar meent te mogen veroorloven,
®en zoodanig beeld dreigen te gaan vertoo-
hen., dat zij voor personen met andere op
vattingen ontoegankelijk worden en dezen
aldus in hunne vrijheid van beweging wor-
den belemmerd.
Y®rschillende leden wezen op de beperking,
elke de gemeentelijke autonomie de laatste
jaren in velerlei opzicht heeft ondergaan. De
'oornaamste oorzaak daarvan is uiteraard te
Zoeken in de benarde financieele moeilijkhe
den, waarin tal van gemeenten zijn komen te
Verkeeren.
Waar bij de wet het belastinggebied der ge
meenten sterk is ingekrompen, mag de vraag
Worden gesteld, of daartegenover de gemeen
ten niet het recht hebben op een zoodanige
Wgeling van de financieele verhouding tus
sen Rijk en gemeenten, dat zij althans in
taat zijn de als noodzakelijk erkende uitgaven
P te vangen. Wanneer onder de huidige re
geling ongeveer een derde gedeelte der ge
meenten daartoe niet in staat blijkt, valt daar
uit slechts de conclusie te trekken, dat de re
geling te kort schiet.
Sommige leden betreurden, dat van de ziide
,an de regeeringsbureau's zich meer en meer
streven openbaart om den gemeentebesturen
°P schier elk terrein gebod op gebod te doen.
t „regeeren per circulaire" had allerminst de
"wondering dezer leden.
B °mmige leden klaagden, dat het belasting-
ziek d TOn de gemeenten veel te beperkt is en
heff- daarenboven hoofdzakelijk niet tot eigen
m§en, maar tot opcenten op rijksbelastin
gen bepaalt.
betv betreurden, dat in toenemende mate de
randn<3rS van eentrum-gemeenten door de
gemeenten worden weggezogen.
een h door andere leden werd dit laatste als
n°ogst ernstig bezwaar gevoeld.
Van verschillende zijden werd critiek ge
oefend op de toepassing, door de Tegeering
gegeven aan de artikelen 125 en 126 der Amb-
harenwet. Erdoet hier een nieuwe figuur
r.aar intrede in ons staatsrecht: het regee-
mgs-decreet. De regeering schrijft voor, aan
a be normen loonen,- salarissen en verdere
eidsvoorwaarden moeten voldoen; slechts een
^eer bescheiden bewegingsvrijheid wordt aan
vC laeere organen nog gegund. Men stelde de
aag of deze vrijheid niet eenigszins zou kun-
etl worden verruimd.
aandacht van den minister werd gevraagd
bet feit, dat de Rijkspostspaarbank nog
Voop i 6611 rente van 2 64 's Jaars vergoedt
doo 'magen tot een bedrag van f 2500, waar-
sotw het voor de Partiotdiere spaarbanken en
Worri?eUjke instellingen steeds bezwaarlijker
kanit 0111 een' door de rentedaling op de
Wettig1" en Sddmarkt overigens volkomen ge-
Voor verlaging van de rentevergoeding
Vraa SI>aar8elden door te voeren. Het is de
8 of de Rijkspostspaarbank te dezen aan
zien wel voldoende in het oog houdt, dat ook
zij, als overheidsinstelling, met de gewijzigde
verhoudingen op de kapitaalmarkt heeft reke
ning te houden en niet door hare politiek een
aanpassing van de particuliere instellingen,
welke ten doel hebben op ideëele gronden het
spaarwezen te bevorderen, m ernstige mate
bezwaart.
Waar steeds meer gemeenten een beroep
moeten doen op de bijzondere hulp van het
Rijk, wordt het vraagstuk van de samenvoe
ging van gemeenten volgens verschillende leden
in hooge mate urgent. Door het scheppen van
grootere meer krachtige gemeenschappen zou
de druk van een aantal noodlijdende gemeen
ten aanmerkelijk kunnen worden verlicht.
Andere leden verklaarden in te stemmen
met het standpunt der regeering in dezen.
Met bevreemding hadden eenige leden kennis
genomen van de mededeeling van den minis
ter, dat bij zijnen ambtgenoot van Economische
Zaken een wetsontwerp in voorbereiding is met
betrekking tot de regeling van den markt- en
straathandel. Zij meenden, dat deze aangele
genheid niet tot de taak der regeering, doch
tot die der gemeenten behoorde en vreesden,
dat een reeds meermalen geconstateerde cen
tralisatie-zucht aan het evengenoemde voor
nemen niet vreemd zou zijn.
Verschillende leden drongen er op aan, dat
bij de herziening van de Woningwet ook aan
dacht zal worden geschonken aan een goede
regeling voor de landelijke gebieden, zoomede
aan het vraagstuk van de ordening in den wo
ningbouw.
Dat ordening noodzakelijk is, blijkt, aldus
deze leden, uit het groote aantal leegstaande
woningen, hetwelk in verschillende gemeenten
valt waar te nemen.
Enkele leden bevalen naar aanleiding van de
kwestie-Van Duyl een wijziging van de Kies
wet aan in dezen zin, dat daarin een bepaling
worde opgenomen, op grond waarvan de tot
lid van eene der Kamers der Staten-Generaal
gekozenen, die als zoodanig zijn toegelaten,
binnen een bepaald tijdsbestek het verzoek
dienen te doen om in de gelegenheid te wor
den gesteld tot het afleggen van de voorge
schreven eeden, terwijl bij gebreke daarvan de
toelating zou komen te vervallen.
Bij de Dinsdag gehouden verkiezing van een
voorzitter voor de Kamer van Koophandel en
Fabrieken voor Rotterdam en Omstreken ter
vervulling van de vacature, ontstaan door het
bedanken van den heer W. A. Engelbrecht,
werden uitgebracht dertig stemmen. Hiervan
verwierf mr. K. P. van der Mandele er 28, de
heer Kersten 1 en mr. R. Mees 1, zoodat mr.
K. Ps van der Mandele gekozen werd.
Zooals bekend kan zijn, is de R.K. Vereen,
van Toonkunstenaars onlangs door den minister
van Sociale Zaken toegelaten tot het Voorzie
ningsfonds voor Kunstenaars, dat in 1935 door
den minister gesticht werd, welke overheids
bemoeiing ten goede zal komen aan kunste
naars, die in nood komen te verkeeren.
Tot dit fonds zijn tot op heden 5 groepen
van kunstenaars toegelaten.
De toelating van de R.K. Vereen, van Toon
kunstenaars tot dit Voorzieningsfonds brengt
voor de leden der vereeniging zeer belangrijke
rechten, maar ook verplichtingen mee.
Daar het bestuur van deze vereeniging een
en ander met de leden wenschte te bespreken
en hen zoo volledig mogelijk wilde inlichten, is
besloten tot het organiseeren van streek-bij-
eenkomsten, waarvan de eerste Dinsdagmiddag
te Utrecht plaats had in hotel Noord-Brabant
onder leiding van den heer J. Sicking uit Den
Haag.
De opkomst was niet talrijk. Diverse aange
legenheden, welke met de toelating in verband
stonden, werden door den voorzitter uiteenge
zet en toegelicht.
Voorlezing werd daarna gedaan van het regle
ment.
De verwachting werd uitgesproken, dat de
toelating tot het Voorzieningsfonds de toe
name van het ledental zal ten goede komen.
De aan te sluiten vereenigingen moeten aan
het bestuur van het Fonds een bedrag betalen,
dat bepaald wordt in verhouding tot het aantal
leden der resp. vereenigingen, terwijl het Rijk
en de gemeente dit bedrag met een gelijk bedrag
aan subsidie suppleeren.
p.m. valt te noteeren, dat men een jaar na
toetreding voor uitkeering in aanmerking kan
komen. Voor deze vereeniging kan deze pas
verwacht worden tegen 1 April 1939.
Op te merken valt, dat geen der leden ooit
recht kan doen gelden op een uitkeering, daar
het bestuur hierover beslist. Men kan de uit
keering wel zelf aanvragen, doch beslissingen
worden door het bestuur genomen.
Het karakter van het fonds aldus de toe
lichting is dus geen steunregeling, maar een
bepaalde vorm van verzekering.
Met belangstelling werd door de aanwezigen
van een en ander kennis genomen.
Het bestuur van de Koninklijke Neder-
landsche maatschappij tot exploitatie van
petroleumbronnen in Ned.-Indië deelt
mede, dat besloten is, over het boekjaar
1937 een interim-dividend uit te keexen
van zes procent.
Dit dividend is betaalbaar gesteld op
Dinsdag 11 Januari.
De 34-jarige J. Th. M. K. te Huissen heeft
zich in 1936 opzettelijk gelden tot een bedrag
van 415.80 toegeëigend, welke hij als secre
taris-penningmeester van het Crisis-Comité
der gemeente Huissen voor dit comité had ont
vangen.
Dinsdag moest verd. hiervoor terecht staan
voor de Arnhemsche Rechtbank. Hij bekende
het hem ten laste gelegde, er aan toevoegen
de, dat hij met het geld zijn vader had gehol
pen, die in financieele moeilijkheden zat.
Verd. betoonde groote spijt over het ge
beurde. Het verduisterde bedrag der gemeente
is volkomen aangezuiverd, terwijl voor het af
doen van overige schulden, die hij gemaakt
•had, een regeling is getroffen.
In zijn requisitoir zeide de substituut-officiei
van Justitie, mr. J. E. baron Spyart van Woer
den, dat dit niet de eerste maal is, dat hij heeft
moeten ingrijpen in de gestes van 'dezen gewe
zen gemeente-secretaris. Toen verd. indertija
gemeente-ambtenaar te Millingen was, rustten
reeds ernstige verdenkingen op hem. Dat hü
niet werd vervolgd is te danken aan zijn hul
digen burgemeester, die zich volkomen garant
voor hem stelde. De dank van verd. is niet erg
groot, nu hij dienzelfden burgemeester weer
heeft bedrogen. Iemand als verd., die weet dat
hij als gemeente-ambtenaar een absoluut eer
lijk en onomkoopbaar persoon moet zijn, hoort
niet thuis in de gemeentehuishouding.
De gemeente is geen reclasseeringsinstelling
of philantropische inrichting. NU van de zij at
van het gemeentebestuur alllerlei clementie
is gebruikt, zal moeten blijken dat er ook in
stanties zijn, die er anders over denken.
Verd. zal thans de consequenties van zfji»
misstap dienen te aanvaarden.
De Officier eischte daarom een gevangenis
straf van een jaar, welke verd. eventueel in as
bijzondere strafgevangenis zal dienen door te
brengen, als de districts-geneesheer dit noodig
acht in verband met den gezondheidstoestand
van verdachte.
Mr. P. J. Bervoets, verdachte's raadsman,
verzoekt in aanmerking te willen nemen de om
standigheden, die verdachte tot zijn daad hébben
gebracht. Het is niet juist van den Officier
een vroeger dossier hier als verzwarende om
standigheid aan te voeren, daar geen enkel
bewijs van een onrechtmatige daad geleverd
werd. Vrijwel vanaf den dag zijner meerder
jarigheid, aldus vervolgde verdediger, werd verd.
door zijn vader uitgebuit. Op onverantwoorde
lijke en lichtzinnigs wijze heeft verd. allerlei
schuldbekentenissen en borgstellingen getee-
kend om de zaak van zijn vader te redden.
Verd.'s leven is een aaneenschakeling van fi
nancieele lasten, waarover hij met niemand
ooit gesproken heeft. Door uitersten nood ge
dreven, is verd. tenslotte bezweken en eigen
de zich een som gelds toe echter met de vas
te bedoeling deze later weer terug te betalen.
Verd. is reeds zeer zwaar gestraft door te
rugstelling van gemeente-secretaris tot adj.-
commies. Zou de rechtbank verd. veroordeelen,
dan moet hij ook uit deze functie ontslagen
worden, hetgeen de ondergang beteekent voor
hemzelf en zijn gezin.
Verd. staat als een gunstig persoon bekend
en heeft nooit boven zijn stand geleefd. De
schade, welke de gemeente geleden heeft, is
volledig door de familie vergoed. Herhaling van
het gebeurde valt niet te duchten. De ge
meente heeft verd. voor algeheelen ondergang
behoed, moge de rechtbank hetzelfde doen.
Spr. diong daarna aan op een voorwaarde
lijke straf, of anders uiterste clementie.
Uitspraak 18 Januari.
De leden van de zeeliedenorganisaties te
IJmuiden hebben besloten, de binnenkomst van
de nog op zee zijnde schepen af te wachten, al
vorens naar zee te vertrekken. De schepelingen
achten het nieuwe contract niet bevredigend.
Maandag en Dinsdag is geen enkele visschers-
boot uitgevaren.
H. M. de Koningin is Dinsdagmiddag te on
geveer half vijf per auto van het paleis Soest
dijk vertrokken.
Dinsdagavond om 7 uur is H. M. per auto in
de Residentie teruggekeerd, waar Zij haar in
trek heeft genomen in het paleis Noordeinde.
Naar wij vernemen, heeft de Kroon de
Haagsche parkeerverordening voor onbepaal-
den tijd goedgekeurd. Den Haag verkeert daar
bij in een uitzonderingspositie, daar voor an
dere gemeenten een dergelijke goedkeuring niet
is verleend.
Naar aanleiding hiervan schrijft ons de
K.N.A.C.:
Ondanks het feit, dat de regeering blijkens
haar vroegere verklaringen afwijzend tegen
over de z.g. parkeerheffingen stond, is zij dus
toch gezwicht voor den aandrang welke het
Haagsche gemeentebestuur in dezen heeft uit
geoefend. Het gevolg is dus, dat de automo
bilisten in Den Haag voor het geregeld laten
staan van hun voertuig voor of nabij perceelen,
waar zij wonen of werken, een extra belasting
zullen moeten betalen.
Het is te hopen, dat het Haagsche gemeen
tebestuur tenslotte het onbillijke van deze
extra-heffing, welke daarenboven voor een ge
meente als Den Haag als een onwaardige bron
van inkomsten moet worden beschouwd, zal in
zien en tot intrekking van dit besluit zal over
gaan.
Tot zoolang zullen de automobilisten te Den
Haag zich aan de Haagsche verordening heb
ben te onderwerpen.
Naar wij vernemen zal de heer D. Hambur
ger, voorzitter van den Nederlandschen Bios
coopbond, op Maandag 17 Januari zijn vijf en
twintig jarige werkzaamheid bij het Bioscoop
bedrijf herdenken.
Een verheugend bericht:
Bij het gezelschap Saalbom—Parser is in
studie Shakespeare's „Leer om leer" (Measure
for measure) in de vertaling van dr. Am. Saal
bom. De regie is in handen van Louis Saal
bom, die tevens de nieuwe décors ontwierp. De
première kan in Februari verwacht worden.
Te Velddriel heeft een hevige vechtpartij
plaats gehad tusschen een tweetal jongelieden,
die den avond in een café hadden doorgebracht
en lichtelijk aangeschoten naar huis terugkeer
den. Onderweg ontstond een woordenwisseling,
welke in een verwoede vechtpartij ontaardde.
Plotseling ging v. E. zijn tegenstander V. met
een mes te lijf en bracht hem eenige steken
toe in heup en armen. Het slachtoffer zakte
bloedend ineen en is door omstanders bij een
dokter binnengedragen. Nadat eerste hulp was
verleend is V. naar het ziekenhuis vervoerd.
De dader was gevlucht, doch werd spoedig
door de politie gearresteerd. Hü werd op het
politiebreuau ingesloten en zal ter beschikking
van de Justitie worden gesteld. De aangehou
dene heeft een volledige bekentenis afgelegd.
Dinsdag herdacht de heer J. B. Romeyn den
dag, waarop hij vijftig jaar geleden in dienst
trad .bij de N.V. Olieslagerij v.h. H. W. Ver
loop en co. te Oudewater.
De jubilaris, die op zestienjarigen leeftijd in
het bedrijf trad en thans bedrijfsleider is, werd
gehuldigd door directie en personeel, waarbij
hem een geschenk onder couvert en verschil
lende andere cadeaux werden overhandigd.
Ja, heusch, er
zijn automobilisten,
die hun wagen niet
afsluiten als ze hem
onbeheerd latenstaan I
Ideaal, zooietsvoor los-
loopende jongens om zoo n
auto even te „leenen" voor n
„vroolijken avond f'
En wat erop volgt I.- Politie
rechtbankII
Brengt hen niet ln verleiding: sluit uw
auto ail 1
Te Herten (L.) is Dinsdag vrij onverwacht
overleden pastoor L. H. E. Bongaerts.
De overledene werd geboren te Roermond 12
Sept. 1877 en priester gewijd 8 April 1905.
Achtereenvolgens werd hij benoemd tot ka
pelaan te Belfeld 22 Dec. 1905, sap. te Swalmen
25 Sept. 1908, Rector te Steijl 17 Sept. 1915 en
pastoor te St. Gertruide 1 Oct. 1928.
Sinds 1 Juli 1934 was hij pastoor te Herten.
Bijzonder aardige dingen staan er in dit num
mer. De herinnering aan den bewogen dag,
waarop Prinses Juliana werd geboren, in woord
en beeld door G. P. Bon en Frans Lammers ge-
teekend, vormt het begin. Hoe blinden lezen en
hoe blinden boetseeren is interessant om te
zien. Het verschil tusschen rijp en ruigvorst
wordt door den weerkundige bij mooie foto's
duidelijk gemaakt. H. de Greeve preekt over
„Belangrijke gezichtspunten", de H.H. Drieko
ningen worden geëerd en Sint Balthazar als
heilige van de week gevierd. Sapiens heeft een
boeiende beschrijving van de Laplandsche scho
lieren, naar de wijs van de KJ., die altijd rijk
is aan foto-materiaal, fraai verlucht. Over de
verandering van een Anglicaansche in een ka
tholieke abdij in Gloucestershire verhaalt P. I.
M De middelpagina's zijn vol leven door de
dansende zwarte mijnwerkers van Johannesburg.
Tooneel en flim krijgen weer ieder een fleurige
bladzijde, aan de binnen- en buitenlandsche
actualiteiten wordt zorg besteed en een bijzon
dere actualiteit: de sluisbouw bij Wijk bij
Duin-stede zien we in den breede behandeld.
Een geheel ander, ook naar eigen aard, maar
zooveel kunstzinniger beeld dan de Zoeloes le
vert het Balineesche volk, dat door Jan D. Vos
kuil bij de meesterlijke teekeningen van R. Bon
net wordt geschetst.
Nu zijn we in de vrouweiiwereld aangeland,
waar niet alleen gesproken wordt over de rui
tenmode en een jurkje voor kleine zus, maar
ook over dysenterie, door den huisdokter en over
het véél eten van kinderen, door den opvoed
kundige.
Naast de mooie platen zooals de welgeslaag
de pastelteekening van W. van DuyllHet dank
gebed brengen de verhalen afwisseling. De
geschiedenis van Pater Damiaan Veusters krijgt
een bijzondere noot door het optreden van den
merkwaardigen helper Dutton. Van De Brom
pot vertelt Bennett Foster op pakkenden toon.
In de memoires van een advocaat neemt „Zij, die
erop sloeg" een leuke plaats in, en Rolf Bormani
heeft een historische schets: Schaakmat, Sire!
Een nieuwe roman van Frederick C. Painton:
De man zonder beenen, zet aanstonds spannend
in, te meer omdat hij door de troebelen in Pa
lestina actueel is.
Dan is er nog weer De Narrenkap, een blad
van zestien pagina's, gevuld met prettige lectuur,
fijne moppen en grappige teekeningen. Jan Ver-
heijen vertelt van Een opstandig Peeken, en
Guus Betlem Jr. van De Recalcitrante. In Okki
is Piet Broos nu de verteller en verder worden
de kinderen op allerlei voor hoofd en hand ont
haald. Wat van details geldt, is ook waar voor
deze heele K.I.: een bijzonder aardige aflevering!
De heer P. A. Wernink te Wassenaar, direc
teur van Wernink's fabrieken te Leiden, zal
heden zijn vijftigjarig jubileum als zoodanig
herdenken.
Tot onze droefheid riep God
onze zeer geliefde Echtge-
noote en goede moeder.
Mevrouw
hendrika schiphorst
geb. Hoolwerf
heden plotseling tot zich.
Wij vragen Uwe gebeden.
F. X. M. SCHIPHORST
HENNY en Verloofde
CISKA
Amsterdam, 2 Jan. 1938.
Rivierenlaan 186.
Geen bloemen.
Gfeen bezoek.
Geruimen tijd geleden werd bekend gemaakt,
dat de minister van Defensie voornemens zou
zijn bij de N.V. Nederlandsche Vliegtuigen-
fabriek Fokker te Amsterdam, een belangrijke
opdracht te plaatsen ten behoeve van de lucht-
vaartafdeeling te Soesterberg.
Naar verluidt is aan bedoeld voornemen
dezer dagen definitief uitvoering gegeven
en zijn de desbetreffende contracten reeds
tot stand gekomen.
De directie van de Fokkerfabrieken, tot wie
wij ons om inlichtingen hebben gewend, deelde
ons mede, het bovenstaande te kunnen beves
tigen. Inlichtingen omtrent aam al en soort der
betrokken vliegtuigen, kon men ons evenwel
niet verstrekken.
Aangenomen mag echter worden, dat de
thans bestelde vliegtuigen behooren tot de
nieuwste producten van de Fokkerfabrieken
en dat derhalve de luchtmacht zal worden uit
gebreid met eenige tientallen der nieuwste
Fokker-jagers van het type D 21, eenige tien
tallen snelle tweemotorige gevechtsvliegtuigen
van het reeds dadelijk na zijn verschijnen op
den Parijschen luchtvaartsalon, in 1936 zooveel
opzienbarende type kruisers T 5, alsmede een
aantal soortgelijke, doch zwaarder bewapende
luchtkruisers van een iets zwaarder type.
Toen een visscher Dinsdagnacht over de
Markt te Veere kwam, nam hü en sterke
brandlucht waar. Tot zün schrik bemerkte hü
achter de ramen van de eerste verdieping van
het oude stadhuis een lichtschünsel. Hü maak
te direct alarm, waarna bü onderzoek bleek,
dat in de burgemeesterskamer onder een gas
haard, dien men had laten branden, een gat in
den vloer was gebrand. Het brandje was spoe
dig gebluscht.
Met ingang van 1 Januari 1938 is benoemd
tot burgemeester der gemeente Leidschendam:
W. J. H. J. M. Keyzer met toekenning van
gelijktijdig eervol ontslag als burgemeester der
gemeente Stompwük.
Benoemd is tot commissaris van politie te
Tiel J. S. de Jong, thans inspecteur van politie
te Zwolle.
Benoemd tot notaris binpen het arrondisse
ment Haarlem, ter standplaats de gemeente
Zaandük mr. C. Walig, candidaat-notaris te
Zaandük; tot notaris binnen het arrondisse
ment Groningen, ter standplaats de gemeente
Sappemeer: mr. P. H. Velsen, thans notaris te
Meppel.
Benoemd is tot kantonrechter-plaatsvervan-
ger in het kanton Oud-Beüerland B. Groene-
veld de Kater, burgemeester en secretaris van
de gemeente Maasdam.
De arrondissementsrechtbank te 's Graven-
hage heeft ter vervulling van de vacature van
rechter in haar college de volgende alphabe-
tlsche lijst van aanbeveling opgemaakt: mr. G.
H. L. Arriëns, substituut-griffier bü de arron
dissementsrechtbank te 's Gravenhage; mr. M.
R. Rinkel, rechter-plaatsvervanger in de ar
rondissementsrechtbank te Arnhem; Jhr. mr.
C. J. van der Wück, rechter-plaatsvervanger
in de arrondissementsrechtbank te 's Graven
hage.
Met ingang van 1 Januari 1938 is aan B. C.
van den Steenhoven te 's Gravenhage, op zün
verzoek, eervol ontslag verleend als tüdelük
leeraar aan de Rükstuinbouwschool te Bos
koop.
Weder is tüdelük benoemd tot leeraar aan
de R. H. B. S. te Alkmaar dr. H. A. Cysouw.
Toegekend is de aan de orde van Oranje-
Nassau verbonden eere-medaille, in brons, aan
mej. A. M. Glorius, arbeidster bij de firma J.
Mannaerts Schoenfabrieken te Tilburg.
Benoemd is in de in het bestuur van de
Aardappelmeelcentrale, gevestigd te Veendam
door het overhjden van H. van Middelburg te
Kloosterveen, ter voorziening in de ontstane
vacature, J. Oldenziel te Kloosterveen (Gem.
Assen).
25
m?3 6611 Soeden dag spraken de vriendinnen
,zeer veel lof van Mrs. Munro en Amy be
sloot met een:
heeft maar één gebrek en dat is haar
j, fiilietrots. Het verwondert mij nog, dat zij het
d vond, dat hij mü vroeg."
.Tb' k beste Amy, dat verwondert mij niets,
y "ent zijns gelüke in afkomst en fortuin. Ik
aag mij alleen af, hoe het komt, dat je niet
van hem houdt?"
..O, toen ik hem voor het eerst zag, liep Philip
e Brath naast hem en, daar de liefde nu een-
aa' aitüd in de contramine is, gaf ik mün
art, waar het niet welkom was en sloeg Claud's
goede bedoelingen af. Want het waren niet an-
ers dan goede bedoelingen: hij heeft mij nooit
hders dan als een zuster lief gehad, maar hü
"de mq gelukkig maken. Hij had toen nog
ooit yan iemand gehouden en kende het yer-
schil niet, maar nu is hü wijzer. Zou dat niet
zoo zün, Marie?"
„Toch zou ik niet willen, dat zijn gevoelen
voor mij tot verdeeldheid met zün grootmoeder
leidde."
„Ik geloof, dat we maar stil het verloop van
zaken moeten afwachten."
Korten tijd, nadat dit gesprek tusschen de
vriendinnen had plaats gehad, gaf Mrs. Munro
gevolg aan een uitnoodiging, om met Amy bü
een vriendin van haar te gaan logeeren. Deze,
Lady Nettlerthorpe, had echter Marie niet uit-
genoodigd en daarom had Amy eerst bedankt.
Maar Mrs. Munro vermaande haar:
„Ik vind wel, dat Claud en jü een beetje te
veel werk van haar maken. Marie kan zich hier
toch genoeg amuseeren met wandelen, lezen,
studeeren en teekenen."
Het jonge meisje had een zeer verlaten gevoel
over zich en ze was blü, dat die eerste dag nog
boven verwachting gauw om gegaan was.
Den volgenden dag sneeuwde het wat. Marie
had een portret van Claud onderhanden en daar
was zij den heelen ochtend mee bezig, zoodat ze
er 's middags nog moe van was en haar troost
zocht in het lezen van een belangwekkenden
roman.
Juist toen zü een oogenblik lusteloos stond uit
te kijken, kwam er een rütuig aangereden. Ze
vond het een vreemden dag voor bezoekers,
maar die zouden ook wel gauw weer vertrekken,
als zü hoorden, dat Mrs. Munro en Amy niet
thuis waren. Maar dit rijtuig reed den stal bin
nen en John kondigde aan:
„Sir Robert Rivers,", t
Marie stond tegenover een langen, jongen
man, die er ouder uitzag dan de acht en dertig
die hij in waarheid telde: Hij boog en veront
schuldigde zich, dat hij eigenlijk een week eer
der Was gekomen, dan zijn afspraak met Mrs.
Munro was. Ook zei hij, dat het hem speet, haar
niet thuis te treffen.
„Maar," zei hü, „ik ben zeker, dat zü mij, als
zoo'n na-familielid, wel zou toestaan, hier den
nacht over te blüven daar ik altijd nog ziek
ben en mü nog zeer vermoeid voel van mün
reis uit Londen.
„Natuurlijk," zei Marie verlegen, „u zult zeer
welkom zijn. Mrs. Stirling zal wel een kamer
voor u willen klaar maken."
„Dank u," zei hü, zich met moeite voortbewe
gend, alsof hij pün had.
Aarzelend vroeg John:
„Om hoe laat gebruikt Miss...."
Trouville," vulde Marie in.
„gebruikt Miss Trouville haar diner?"
„Om acht uur was het plan, Sir Robert."
„Mag ik ook aan dien maaltüd deelnemen?"
Marie boog en ging verlegen aan den anderen
kant van den haard zitten.
Maar Sir Robert had er den slag van, haar
op haar gemak te stellen en weldra waren zü
in een geanimeerd gesprek verdiept. Ineens
uitte hij een onderdrukt gekreun en sprak:
„Neem mü niet kwalijk, Miss Trouville, maar
ik lqd geweldig aan zenuwpünen. Zou u zoo
goed willen zijn even te bellen? Ik kan er niet
makkelük bü op het oogenblik."
Marie gaf gevolg aan dit verzoek en even
later geleidde een Fransche lijfknecht Sir Ro
bert naar zijn kamer, waar hü tot den maaltüd
blijven zou.
Marie voelde zich verlicht, toen hü vertrokken
was, want wel hadden zü aangenaam gepraat,
maar zü vond haar positie toch moeiliük en wist
eigenlijk niet goed, wat zij doen moest.
Gelukkig vertoonde Mrs. Stirling zich nog
eens en die mocht het vriendelqke jonge meisje
graag lüden.
„Vertelt u mij eens, Mrs. Stirling," vroeg Ma
rie dan ook dadelijk, „vind u het verkeerd, dat
ik den maaltijd gezamenlijk met Sir Robert
zal gebruiken?"
„U kon wel haast niet weigeren, leek mü-
Maar ik kan mij begrqpen, dat u het een las
tige positie vindt. Maar ik heb een telegram
gezonden aan Mrs. Munro, dat Sir Robert hier
is; waarschünlük zal zü dan dadelük terugkee-
ren. Morgen kunt u uw ontbüt op uw eigen ka
mer gebruiken, Miss Trouville."
„Dank u wel, Mrs. Stirling. Hoe komt Sir Ro
bert toch zoo te lüden? Heeft hü erg kou ge
vat?"
„Dat weet ik eigenlük niet. Maar hü leed al
aan zenuwpünen, toen kapitein de Brath hier
voor het eerst in huis kwam."
Mrs. Stirling verliet het vertrek en om acht
uur precies kwam de baronet, gesteund op den
arm van zijn lijfknecht, binnen.
Marie had meelijden met den man, die blijk
baar zoo welvarend was, wat zün financiën be
trof, maar zoo ongelukkig in gezondheid.
Als men niet geweten had, hoe lü'dende hü
was, zou men het zeker nooit gezegd hebben,
want hij praatte zoo opgewekt, als maar moge-
lük was en ze hadden het nu juist over een zeer
bekende opera-zangeres, toen Sir Robert ineens
vroeg:
„Zou u mü misschien ook het overgroote ge
noegen willen doen wat voor mij te zingen? U
weet niet, wat een heilzamen invloed nuziek
heeft op mün~ zenuwgestel. Francois hier ont
haalt mü dikwüls op zün waarlijk verdienstelijk
vioolspel, maar zingen is een speciale tractatie
voor mü!"
Hoe kon zij h'em dit. nu weigeren?
Ze stond op, trad aan de piano en zong een
nummer van Handel en daarna nog eenige ge
wijde liederen, met een reinheid van stem en
een eenvoud van voordracht, dat zijn betuiging
dan ook volkomen oprecht klonk, toen hij zei:
„Ik kan u niet genoeg danken voor het genot,
dat u mij bezorgd heeft!"
Heel eerbiedig ging Francois nu nog naar de
piano en verzocht haar op zachten toon, of zij
soms een wiegeliedje zou willen ringen.
Na afloop ging de trouwe lijfknecht ander
maal naar de piano en zei:
„Mademoiselle, zeer veel dank! Monsieur
slaapt en is vrij van pün. Dank u zeer!"
Ze stond op, keek eens rond en zag dat Sir
Robert kalm sliep in een makkelijken stoel. Met
een glimlach knikte ze den lüfknecht toe en
verliet geruischloos het vertrek.
Francois ging bü het vuur zitten en legde af
en toe een blok op den haard, waardoor de uren
omvlogen. Om één uur ontwaakte Sir Robert
huiverend en vroeg verward:
„Waar ben ik, Francois, en waar is het jonge
meisje, dat zoo heerlijk heeft gezongen? Ik ben
toch niet zoo lomp geweest, dat ik ben inge
slapen, terwijl zij zong?"
„Het was een triomf voor de kunst van Made
moiselle, waarop zij trotsch was!"
„Je moet eens alles zien uit te vinden, wat be
treft de jonge gezelschapsdame van mijn tante:
wie zü is en waar zü vandaan komt."
„Ja, monsieur," zei de Franschman en nam
zich ook vast voor, dit onderzoek getrouw door
te zetten.
HOOFDSTUK XXIII
Toen Marie dien volgenden morgen ontwaak
te en eens naar buiten keek, zag zü, dat het
overal met een dik sneeuwkleed was overdekt.
„O, dacht zij ,hü kan niet gaan in dit weer!
En wat zal ik beginnen, als Mrs. Munro niet
thuis komt? Ik zal zeker mijn kamer moeten
houden." Zü kleedde zich en belde toen c-m de
meid. Mijn ontbüt zou mij boven gebracht wor
den. Zou je daarvoor willen zorgen?"
Een oogenblik later kwam het meisje terug
met de boodschap
„Ik moest u van Mrs. Stirling zeggen, dat uw
ontbijt bü Mr. Dacre op de zitkamer is gebracht.
Ze dacht, dat dit aangenamer voor u zou we
zen."
Er stond daar een keurig ontbüt voor haar ge
reed en de kachel brandde er uitnoodigend. Wel
dra verscheen Mrs. Stirling zelf en begon:
„Wel, Miss Trouville, ik hoop, dat u zich hier
op uw gemak voelt?"