STARK's S3,
PALESTINA
Een Joodsche staat in het Britsche
Gemeenebest
De weerstoestand
Het incident te
Sjanghai
T IRA INI
OilROA
HET GOEDE VOORBEELD
LEIDT
ZATERDAG 8 JANUARI 1938
Het witboek over de nieuwe
Palestina-comm issie
Er blijkt volstrekt nog geen een
stemmigheid onder de Zio
nisten te bestaan
Ook verdeeldheid in het
kabinet?
De nieuwe gezant der
Ver. Staten te Londen
De eerste katholieke diplomaat
NED. TENTOONSTELLING
TE CAIRO
Minister Steenberghe houdt
28 Jan. de openingsrede
Louis Raemaekers
De brandstoffenbüslag
DE OVERDEKTE ZWEM
INRICHTINGEN
Pijnlijke zindelijkheid dient
betracht te worden
OVERWEG BIJ HOEVEN
WORDT ONBEWAAKT
Voor
helder
witte i
tanden li
-Hict fon qeScbm&e*.
NERGENS IS BIJZONDER
STRENGE VORST
Voorloopig voor ons land nog
niet te vreezen
NOG REGENACHTIG
EN ZACHT
De wind zal vermoedelijk
toenemen
BLOEMENTENTOONSTELLING
TE BOSKOOP
Bekroning van ontwerp voor
den aanleg
Leeuwen en beren over
de grens
Duivendrecht slaagt er in zich
van zijn viervoetige gasten
te ontdoen
Kinderbijslagver
zekering
Commissie tot onderzoek van het
voorontwerp benoemd
BESLAG OP RECETTE A.T.V.
OPGEHEVEN
Regeling met auteursbureau
getroffen
BRAND IN SIGARENWINKEL
Filiaalhouder moest door voorbij
gangers gewekt worden
JAFFA
mmw
[32 Arabische- staat
Regeling voor de dagen (weken)
dat de arbeiders niet te werk
zijn gesteld
BLOEMEN EN VRUCHTEN
VOOR PRINS BERNHARD
Namens de schooljeugd te
Soestdijk bezorgd
Zooals gemeld is Dinsdag j.l. een witboek
verschenen inzake de Britsche politiek
in Palestina. Het witboek geeft een uit
eenzetting van de aan de technische commis
sie, welke naar Palestina zal worden gezonden,
te verleenen opdracht. Deze commissie zal
trachten een .practisch plan op te stellen, dat
door alle partijen kan worden aanvaard. Zij
heeft o. a. tot taak zoo spoedig mogelijk haar
advies uit te brengen over de voorloopige gren
zen van de voorgestelde Arabische en Joodsche
gebieden en van het nieuwe gebied onder
Britsch mandaat, terwijl voorts een financieel
onderzoek zal moeten worden ingesteld, waar
voor de Koninklijke commissie de benoeming
van een financieele commissie heeft aanbe
volen. Slaagt de commissie er inderdaad in een
nieuw praktisch plan voor te stellen, dan zal
dit aan de goedkeuring van de Engelsche re
geering worden voorgelegd, waarna de Volken
bond er zijn oordeel over zal hebben uit te
spreken. De minister van koloniën heeft echter
ïeeds medegedeeld, dat het onderzoek der tech
nische commissie vele maanden zal duren.
Intusschen valt uit het witboek te concludee-
ren, dat de Britsche regeering nog steeds vast
houdt aan haar plan tot verdeeling van Pa
lestina, maar dat een wijziging van het plan
der commissie-Peel, waarop zooveel kritiek is
uitgeoefend, niet tot de onmogelijkheden be
hoort.
Het is onmogelijk te voorspellen, wanneer
een definitieve regeling zal tot stand komen.
De Joden weten zelf nog niet, welk plan zij
zullen steunen: een minderheid in Palestina
worden of een eigen Joodschen staat krij
gen. Onze Londensche correspondent geeft hier
onder een beschouwing over het standpunt van
den Britschen Zionistischen Bond. Deze bond
heeft dezer dagen een bijeenkomst gehouden,
Waarin met algemeene stemmen een resolutie
van het bestuur werd aangenomen tegen het
scheppen van een permanente Joodsche min
derheid in Palestina, en ten gunste van de in
stelling van een Joodschen staat, die deel zou
uitmaken van het Britsche Rijk. Wat het laat
ste punt aangaat, luidt de resolutie:
„In het geloof dat Britsche en Joodsche
idealen en belangen samengaan in Palestina,
zou de Bond een oplossing toejuichen, welke
den Joodschen staat uiteindelijk een plaats zou
geven in het kader van het Britsche Gemeene-
best."
De zionistische leiders, die voor zulk een
oplossing ijveren, zijn -niet alleen zeer Aanzien
lijke Joden en Zionisten, maar ook zeer aan
zienlijke en invloedrijke Britten. De bijeen
komst werd voorgezeten door de markiezin van
Reading, douairière van den beroemden staats
man.
De markiezin van Reading zinspeelde in de
rede, waarmee zij de bijeenkomst opende, op
geruchten, volgens welke den Jodsn in Palestina
voorgoed een minderheidsstatus zou worden
opgelegd. De door haar bedoelde geruchten wa
ren de vorige week eenigszins uitvoerig weer
gegeven in de „Daily Herald", een blad, welks
Politieke richting wel niet overeenkomt met die
der meerendeels conservatieve en liberale Zio
nistische leiders, maar dat goed ingelicht schijnt
te zijn omtrent hetgeen in Engelsche Ziönis-
tenkringen omgaat. Volgens het Labour-orgaan
zou men zich in deze kringen bezorgd maken
in verband met het beweerde feit, dat Sir
Samuel Hoare en andere invloedrijke minis
ters tegen verdeeling van Palestina in een
Arabischen en een Joodschen staat zouden zijn
en de Joden zouden willen plaatsen in de po
sitie eener beschermde minderheid. Deze mi-
histers zouden gesteund worden door niet-
Zionistische Engelsche Joden, die het denk
beeld van een Joodschen staat verwerpen, om
de zeer begrijpelijke reden, dat de stichting
van zulk een staat hun Britsch staatsburger
schap «zou kunnen ondermijnen.
De geruchten omtrent bedoelde strooming
in het kabinet werden den volgenden dag van
gezaghebbende zijde tegengesproken, maar er
kend werd, dat bezorgdheid heerschte in krin
gen van Zionisten. De oorzaak hiervan zou zijn
dat de nieuwe Palestina-Commissie een rui
mer veld van onderzoek zal krijgen dan de vo
rige, die onder leiding stond van den inmid
dels overleden Lord Peel, en in den afgeloo-
Pen zomer het meesterlijke rapport uitbracht,
dat concludeerde tot splitsing van Palestina in
een Arabischen en een Joodschen staat. De
nieuwe Commissie zou de vrijheid hebben ad
viezen in te dienen, geheel onafhankelijk van
het beginsel van een „Joodsch Tehuis", gefor
muleerd in de Balfour-verklaring van 1917.
„De tijd is gekomen," zeide Lady Rea
ding, „waarop wij onze harten voor het
Britsche volk en de Britsche regeering moe
ten openstellen. Moeten wij een minder
heid in Palestina worden, of zullen wij een
Joodschen staat in Palestina krijgen? Wij
zullen moeten kiezen. Wij moeten zeer dui
delijk toonen, dat de Zionisten van Groot-
Brittannië en de Zionisten der wereld het
niet als mogelijk beschouwen, dat Groot-
Brittannië, na den vervolgden Joden, van
Palestina een toevluchtsplaats beloofd te
hebben, hen als een hulpelooze minderheid
te midden van vijanden aan hun lot zou
overlaten."
Het is minder zeker dan men uit de woor
den van sommige leiders zou opmaken,
of wel de overgroote meerderheid der
Britsche en vooral der niet-Britsche Zionis
ten een verdeeling van het land zou toejuichen,
zelfs indien het Joodsche deel in de vooMeelige
positie van een Britsch Dominion zou komen.
De meestal uit deze kringen goed ingelichte
„Daily Telegraph" verzekert, dat een groot aan
tal Zionisten van oordeel is, dat Joden en
Arabieren in een Hereenigd Palestina vriend
schappelijk kunnen samenleven, zonder inmen
ging van andere naties.
De waarheid schijnt te zijn dat er volstrekt
geen eenstemmigheid onder de Zionisten
heerscht.
V
In dit verband is van belang wat de poli
tieke medewerker van de „Daily Telegraph"
verneemt, namelijk dat dr. Chaim Weizmann,
de leider der Zionistische Joden over heel de
wereld, binnenkort van Palestina naar Londen
zal vertrekken, ten einde een vergadering bij
te wonen van het Comité van Actie van dc
Zionistische Wereld Organisatie, en dr. Weiz
mann, die ongetwijfeld president zou worden
van een te stichten Joodschen staat, geniet in
dit Comité een weergaloos prestige. Behalve
een vurig Zionist is hij steeds een zeer pa
triottisch Engelschman geweest, die zijn land
tijdens den oorlog buitengewone diensten be
wezen heeft. Men kan zich dan ook moeilijk
voorstellen, dat hij niet krachtig zou opkomen
ten gunste van een politiek, waardoor een
eventueele Joodsche staat de positie van een
zelfbesturend Dominion van- het Britsche Rijk
zou krijgen.
De vraag is of de Zionisten in niet-Britsche
landen er evenzeer mede ingenomen zouden zijn
indien hun Zion een stuk van het Britsche
Gemeenebest, en iedere Jood, die burger van
Palestina wordt, tevens onderhoorig wordt aan
den koning van Groot-Brittannië.
Een andere vraag is of er, van Engelsch
standpunt bezien, geen ernstige bezwaren
kunnen bestaan tegen opname van een
Joodschen staat in het Britsche Rijk, in de
positie van een dominion. Hiervan zouden on
der zekere omstandigheden verwikkelingen het
gevolg kunnen zijn, waarbij geen eigenlijk
Britsch belang gemoeid is. Zoo kan men zich
voorstellen, dat de verhouding tusschen een
autonomen Joodschen staat en Duitschland
niet van bijzonder vriendschappelijken aard zou
zijn. Die Joodsche staat zou een gezant naar
Berlijn kunnen zenden, die zijn geloofsbrieven
ontvangt van den koning van Engeland, maar
op instructie van de Joodsche regeering han
delen zou. Bjjj de ontelbare diplomatieke con
flicten, die hieruit bijna onvermijdelijk zouden
voortspruiten, zou Groot-Brittannië dan indi
rect betrokken worden. Voor het waarschijnlij
ker geval dat een Joodsche staat geen eigen
gezant naar Berlijn zou zenden, zou hij daar
door den Britschen Ambassadeur vertegenwoor
digd worden evenals de meeste andere do
minions. De ambassadeur zou wel niet op ini
tiatief van een Joodsche regeering behoeven te
handelen, maar toch zou hij menigmaal ge
dwongen zijn op te treden, wanneer van Pa
lestina uit geprotesteerd werd tegen de behan
deling van Joodsche „minderheden" in Duitsch
land. Met andere woorden: de mogelijkheid
bestaat dat datgene, wat tot nu toe een „zui
ver binnenlandsche aangelegenheid" van
Duitschland is, namelijk de behandeling der
Duitsche Joden, herhaaldelijk oorzaak van di
plomatieke wrijving met Engeland zou worden.
De vraag of door stichting van een Jood
schen staat de Joden buiten dien staat in de
positie van „nationale minderheden" zouden
komen, is nog nooit in het openbaar bespro
ken, maar wél officieel overwogen. De Duitsche
Joden zijn geen „nationale minderheid", omdat
er geen Joodsche staat en dus ook geen ge
organiseerde en volkenrechtelijk erkende Jood
sche natie bestaat. Hierin zou een verande
ring komen, indien het verdeelingsplan door
gevoerd werd. Maar werd dan tevens besloten
tot opname van het Joodsche land in het Brit
sche Rijk, dan zou de behandeling van Joden
in andere landen ook een Britsche aangele
genheid kunnen worden en de moeilijkheden,
lljllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllflIIIIIIIIIMI
Het „Katholiek Comité van Actie M
Voor God" schrijft ons
Zooals gemeld heeft president Roosevelt den
voorzitter van de federale vlootcommissie, Ken
nedy, benoemd tot ambassadeur te Londen. Jo
seph Patrick Kennedy, een dér beste vrienden
van Roosevelt, is 49 jaren oud en verkocht te
Boston als jongen op de straat couranten.
Later werd de financieele situatie van zijn
ouders beter en hij kon de Harvard-universiteit
bezoeken. Op buitengewoon snelle wijze maakte
hij zijn maatschappelijke carrière. Toen Roose
velt president van de Ver. Staten werd, vond,hij
in Kennedy spoedig een van de voornaamste
voorstanders van de New Deal.
Te Washington is men van meening, dat men
met de benoeming van Kennedy tot gezant te
Londen een zeer goede keus heeft gedaan, in
verband met zijn groote kennis van economische
vraagstukken. Dit zal ten goede komen aan een
vlot verloop van de a.s. Engelsch-Amerikaan-
sche handelsbesprekingen.
Kennedy is vader van negen kinderen en
practiseerend Katholiek. Met zijn benoeming
heeft president Roosevelt met een oude traditie
der Amerikaansche diplomatie gebroken. De
nieuwe ambassadeur is namelijk de eerste Ka
tholieke diplomaat en van.... Iersche afkomst,
die de Ver. Staten te Londen vertegenwoordigt.
Zooals bekend heeft het vorig jaar het be
stuur van de Nederlandsch-Egyptische Kamer
van Koophandel het initiatief genomen tot het
tot stand brengen van een Nederlandsche ten
toonstelling, te Cairo te houden in den aan
vang van 1938.
Dit tijdstip werd gekozen in verband met de
feestelijkheden in Egypte naar aanleiding van
de kroning en de huwelijksvoltrekking van Z.M.
Koning Faroek I.
Het gelukte aan het tentoonstellingscomité,
voor de tentoonstelling beslag te leggen op het
Palais des Industries, het gebouw, waarin ge
regeld zeer belangrijke tentoonstellingen wor
den gehouden.
Van de zijde van het Egyptische gouverne
ment werd van den aanvang af de meest mo
gelijke medewerking ondervonden.
Thans zijn de voorbereidingen voor deze ten
toonstelling zoover gevorderd, dat de opening
zal geschieden Vrijdag 28 Januari. Bij deze ge
legenheid zal mr. M. P. L. Steenberghe, minis
ter van Economische Zaken, de openingsrede
uitspreken, welke door de radio zal worden uit
gezonden met medewerking van de P.H.O.H.I.
Door den Limburgschen Kunstkring wordt
een tentoonstelling gehouden van werken van
dr. Louis Raemaekers, die geopend wordt op
Zondag 9 Januari a.s., te half een, in het Ste
delijk Museum, Vrijthof, Maastricht. Het ope
ningswoord zal worden uitgesproken door den
heer Jules Schaepkens van Riempst, wethouder
van schoone kunsten der gemeente Maastricht.
De tentoonstelling duurt tot en met 23 Ja
nuari a.s,
De Afdeeling voor Gezondheidstechniek van
het Koninklijk Instituut van ingenieurs hield
dezer dagen in het Instituutsgebouw te 's-Gra-
venhage onder voorzitterschap van den heer
W. F. J. M. Krul, directeur van het Rijksbu
reau voor Drinkwatervoorziening, een vergade
ring ter behandeling van het onderwerp: Over
dekte zweminrichtingen.
De heer A. H. v. d. Velde, inspecteur van
de Volksgezondheid in Algemeenen Dienst, gaf
een inleiding over: De hygiëne en de overdekte
zweminrichting. Spr. constateerde het feit, dat
in de laatste 10 jaar in ons land tweemaal
zooveel overdekte zweminrichtingen tot stand
gekomen zijn als in de voorafgaande 45 jaren;
thans bestaan hier te lande 30 van deze in
richtingen.
Het eenige belangrijke nadeel is, dat de
heilzame werking van het zonlicht en de prik
keling van de buitenlucht ontbreken. Een van
de groote voordeelen is, dat voor de ligging een
gunstig gelegen punt midden in een stad of
stadswijk kan worden gekozen. Wat het water
betreft heeft men zich geheel onafhankelijk
gemaakt van de verontreinigingsmogelijkhe
den, waaraan openbaar water bloot staat door
rioleering, schepen, ratten, enz.
Pijnlijke zindelijkheid moet betracht worden,
zoowel door personeel als door bezoekers;
scheiding is noodig tusschen de gedeelten, die
met schoenen en met bloote voeten betreden
worden; toiletten, buffet, terrassen en bewaar
plaatsen van badgoed e. d. moeten aan hooge
eischen voldoen.
De mogelijkheid van infectie van het water
behandelend, kwam spr. tot de conclusie, dat
de kans op het overbrengen van ziekte door
het zwemwater in overdekte inrichtingen zeer
klein is.
Vervolgens werden de verschillende syste
men van zuivering van het zwemwater be
sproken.
Als tweede inleider behandelde de heer ir.
H. Sangster, architect-ingenieur, de bouwtech
nische problemen.
In den namiddag werd een vijftal korte re
feraten over speciale gebieden gehouden en
wel door dr. Idzerda (Utrecht) over: De water
zuivering uit hygiënisch oogpunt, door mevr.
dr. WibautIsebree Moens (Amsterdam), over:
De biologische waterzuivering, toegepast in de
zweminrichting aan den Heiligeweg te Amster
dam, door ir. Hellendoorn (Rotterdam) over:
De economie en de exploitatie, door dr. ing.
Halbertsma (Eindhoven) over: De verlichting
en door ir. Deerns (Den Haag) over: Ventila
tie en verwarming.
De Minister van Waterstaat heeft aan de
Nederl. Spoorwegen toestemming verleend om
de bewaking en afsluiting van den overweg bij
K.M. 10.263 van den spoorweg Roosendaal—
Breda, in de gemeente Hoeven (N.-Br.) op te
heffen. Deze opheffing van de bewaking van
dezen overweg, die gelegen is in den weg van
Sprundel naar Hoeven, houdt verband met de
buitendienststelling van blokpost Hoeven van
waaruit genoemde overweg wordt bediend.
Bfj den overweg zal ter beveiling van het weg
verkeer een automatische waarschuwingsinstal
latie, zooals bij Steenwijk in gebruik, worden
geplaatst.
Bovendien zullen ter weerszijden van den weg
vóórwaarschuwings- en waarschuwingsborden,
alsmede rood-wit geschilderde vleugelhekken
i worden aangebracht.
Doosi 12»/,
en 22'/» ct.
Groote
tube;-30 cf.
iiiiiiiiiiiimiiiiiiftiiiiiiiiiimmiimiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiii
De laatste dagen zijn in de bladen verschil
lende berichten verschenen, die den indruk
zouden kunnen vestigen alsof in Europa thans
buitengewoon strenge koude heerscht en in ver;
band hiermede kan de verwachting worden ge
wekt, dat wij ook in ons land een strengen
winter te duchten hebben. Het is daarom goed
den weerstoestand in de juiste verhoudingen te
zien.
Het is inderdaad waar, dat in de Balkan-
staten de vorst streng is geweest. Er kwamen
daar omstreeks 5 en 6 Januari morgentempera-
turen voor van 20 tot 25 graden Celsius *onder
nul, die gelijk staan met 35 tot 45 graden
Fahrenheit onder het vriespunt. Er worden wel
eens vergissingen gemaakt, doordat men de
Fahrenheitgraden waarvan er bijna twee in
een Celsiusgraad gaan, eenvoudig als C-graden
rekent. Zoo is o.a. vermeld, dat in Hongarije 't
kwik tot 45 graden onder nul was gedaald. Dit
kan zijn 45 graden F. en dit zou gelijk staan
met 25 graden C onder nul, hetgeen aanneme
lijk is.
De juistheid van de berichten nagaande aan
de hand van de officieele weerberichten van
6 Januari van een paar honderd waarnemings
stations over Europa van het uiterste Noorden
en Westen tot het Zuiden en tot in Siberië, is
nergens uitzonderlijk strenge vorst gevonden (in
verhouding tot de normale vorst) anders dan
in den Balkan. Het is juist het merkwaardige,
dat in dezen winter de vorst in die streken van
Europa, die voor ons van belang zijn, niet
sterk is.
Wat de sneeuw betreft, is het waar, dat in de
Oostelijke helft van Duitschland veel sneeuw
is gevallen, maar overigens kwam de laatste
dagen in Europa weinig of geen sneeuw voor.
Dat de Zuidelijke landen van Europa strenge
vorst hadden, is niet waar, maar de lichte vorst,
die daar voorkwam, is daar ongewoon en men
schreeuwt er dus onder die omstandigheden
harder over dan in die landen, waar sterke
vorst normaal is. Waar is evenwel, dat de vorst
dezen winter zich uitzonderlijk sterker voordoet
in de Zuid-Oostelijke en Zuidelijke landen dan
in de Oostelijke en Noordelijke.
De vraag, of wij nu nog een tijdperk van
strenge vorst in Nederland hebben te wachten,
is reeds enkele malen te dezer plaatse behan
deld. Voorloopig is daar geen kans op, maar
wij moeten den toestand in het Oosten en Zui
den goed in het oog houden, omdat de winter
nog niet zoover is gevorderd. Er kan nog een
ommekeer komen.
(Nadruk verboden)
Nadat een uitlooper van de depressie bij
Schotland met vrij veel regen ons land gepas
seerd is, nam de kern af, maar een diepere
nadert bij IJsland. De hooge drukking is nog
verder zuidwaarts teruggetrokken. In een wei
nig beteekenenden rug van hooge drukking over
Zweden, waar de lucht opklaarde, is de vorst
tot zeer streng toegenomen.
Sarna meldt 31 graden vorst. Uit Frankrijk
is de vorst geheel verdwenen. In Duitschland
bleef alleen in het oosten lichte vorst over,
in het zuiden valt nog sneeuw. Ook in Zwit
serland viel dooi in; op de Alpentoppen valt
nog sneeuw bij tien tot vijftien graden vorst.
In Frankrijk is de lucht betrokken tot zwaar
bewolkt, er valt vrij veel regen. Engeland heeft
tijdelijk opklaring, maar in Ierland en Schot
land begint weer regen te vallen.
De algemeene toestand wijst nog op
voortduren van het zachte en regenachti
ge weer. De wind zal vermoedelijk weer
toenemen.
Zooais indertijd is gemeld, heeft de Tentoon-
stellingsvereeniging ,3oskoop" een prijsvraag
uitgeschreven voor het beste ontwerp voor den
aanleg van haar groote Voorjaarsbloementen
toonstelling, te houden van 1430 April 1938.
Thans is gekozen het ontwerp „Maja", inge
zonden door den heer A. Lebbink te Rotterdam,
een bekende persoonlijkheid in tuinbouwkringen.
Het is een prachtig plan, dat dan ook alle
stemmen op zich vereenigde en dat weer ge
heel iets anders is dan de beide vooraf gaande.
Dat een plan voor een tentoonstelling te Bos
koop heel bijzondere eischen stelt, is door den
ontwerper blijkbaar aangevoeld, zoodat deze bü
uitstek goed tot hun recht komen.
Voor- en middengedeelte van het plan zijn
streng symmetrisch, terwijl van het achterste
deel de aanleg in landschapstijl is gehouden,
met een bijzonder gelukkig geslaagden overgang,
gevormd door model stadstuintjes, die bezitters
van kleine plekjes open grond ten voorbeeld
kunnen strekken.
Bijzonder geslaagd zijn ook de ontworpen ver
gezichten, die elkaar kruisen en de volle jengte
zoowel als de volle breedte bijzonder goed doen
uitkomen.
Terwijl het 'Amsterdamsche Artis alle po
gingen in het werk stelt, om zijn fraaie die
renverzameling te kunnen behouden, heeft
men eenige kilometers verder, n.l. in Duiven
drecht, zijn uitersten best gedaan, van
een kostbare leeuwen- en beren-familie te
worden verlost. Verschillende omstandighe
den werkten samen, om het kleine platte-
landsche Duivendrecht niet een geschikte
verblijfplaats te doen zijn voor een zoo groot
aantal wilde dieren. De dorpelingen bleken
er allerminst iets voor te gevoelen, dat op
zoo'n korten afstand een groot gezelschap
leeuwen en beren in kooien was opgesloten,
ook al werd van de zijde der bewakers na
drukkelijk verzekerd, dat er voor uitbreken
geen vrees behoefde te bestaan.
Het was voor burgemeester J. A. A. Stram an
van Ouder-Amstel (waaronder Duivendrecht
ressorteert) in dit geval al heel moeilijk, met
de wenschen van alle partijen rekening te hou
den. De burgemeester beeft zich met de Depar
tementen van Binnenlandsche Zakeij, Sociale
Zaken en Justitie in verbinding gesteld en ten
slotte bleek Sociale Zaken in 't Duivendrecht-
sche leeuwen- en beren-geval te kunnen ingrij
pen, en wel op grond van de arbeidsvergunnin
gen, benoodigd voor het personeel van den heer
Schneider, eigenaar der menagerie.
Zoolang de heer Schneider en zijn viervoetig
gezelschap deel uitmaakten van het circus Sar-
rasani, was het met de arbeidsvergunning in
orde, maar sinds het verband met genoemde cir
cus-onderneming verbroken werd, kwam de zaak
er eenigszins anders voor te staan. Het resultaat
van tal van besprekingen is geweest, dat er ter
men aanwezig waren, om aan het winterverblijf
van de ongenoodigde logé's in ons land een einde
te maken, en de menagerie van den heer
Schneider uit Duivendrecht te doen verdwijnen.
Naar ons van bevoegde zijde werd medegedeeld,
zal in het begin der volgende week, onder toe
zicht van de marechaussee, de leeuwen- en be
renfamilie Nederland worden uitgeleid en zal
Duitschland voorloopig als verblijfplaats worden
gekozen.
De voorzitter van den Hoogen Raad van
Arbeid heeft benoemd tot voorzitter, leden en
plaatsvervangende leden van de commissie,
welke prae-advies zal hebben uit te brengen over
het voorontwerp wettelijke regelen in zake
kinderbijslagverzekering
Voorzitter: mr. dr. L. N. Deckers.
Mr. F. J. H. Each (R.K. Middenstandsbond).
L. J. Bakker (N.V.V.), J. C. Blankert (Kon.
Ned. Middenstandsbond). A. Borst Pzn., (plw.
mr. A. Hoekema) (Chr. Werkg. Verbond), mr.
dr. J. van Bruggen (Ver. Raden van Arbeid),
mr. T. A. van Dijken. W. Drees, dr. H. L. van
Duyl (plw. pir. H. Bijleveld) (Rijksverzeke
ringsbank), Joh. Bering (N.V.C.), Jac. Gemen
(R.K.W.V.), mr. H. W. Groeneveld, P. J. Kolijn
(C3.T.B), H J Kuiper (RK.W.V.), C. van der
Lende (N.V.V.), A. Mastenbroek, dr. J. A. Oort
wijn Botjes (Kon. Ned. Landbouw-Comité),
K. L. H. van der Putt (plw. mr. E. J. M. van
Spaendonck)(Alg. R.K. Werkgeversvereeniging),
J. Schipper (C.N.V.), mr. B C. Slotemaker (plw.
mr. P. Steinz) (Verbond van Ned. Werkgevers),
A. Stapelkamp (C.N.V.), prof. dr. J. A. Veraart
en prof. mr. C. W. de Vries.
Het beslag op de recette van de Amster
damsche Tooneel Vereeniging is opgeheven.
Er is tuschen het auteursbureau Brander en
de AT.V. een regeling getroffen, waarbij de
laatste zich heeft verbonden f950.— te be
talen.
Vrijdag bood de A.T.V. f 850.aan en ver
minderde de heer Brander zijn vordering van
f 1400.tot f 1050.Vanmorgen is men het
eens geworden over een bedrag van f 950.
Het korte geding voor den president, na-. A
W. Huysinga, waarbij de A T.V. opheffing van t
beslag eischte en dat hedenochtend voortgezet
zou worden, was door deze regeling dus spoe
dig geëindigd.
Voor de A.T.V. trad op mr. A. Stemhekn en
voor het auteursbureau mr. W. H. P. Loggere.
Hedennacht te ruim half een zag een late
voorbijganger, dat er brand was uitgebroken in
een sigarenwinkel aan den Denneweg hoek
Spekstraat, een filiaal van de firma J. van
Thuil, te Den Haag.
De uiteraard zeer brandbare voorraden siga
ren en cigaretten, welke in den rinkel lagen
opgestapeld, stonden reeds gedeeltelijk in vlam,
waardoor de brand zich aanvankelijk zeer ernstig
liet aanzien. Het feit echter, dat de vlammen
nog geen gelegenheid hadden gekregen naar
buiten te slaan, toen de motorspuit van het
hoofdbureau ter plaatse verscheen, voorkwam
erger.
Met een straal was de brandweer het vuur
spoedig meester. De winkel brandde niettemin
grootendeels uit, terwijl de aanwezige voorraden
sigaren en cigaretten verloren gingen.
De oorzaak moe^ gezocht worden in overver
hitting van de afvoerpijp van een r iskachel. De
filiaalhouder, de heer M. van der Heyde, die bo
ven den winkel woont en sliep, had niets van de
brand gemerkt. Hij was door voorbijgangers ge
wekt.
De schade wordt door verzekering gedekt.
SAFED
ACRE
IBERIAS
A&AUffi (J.KOLONIE,
GE5JER WM4ARA1M
(J. KOLONIE]
FH5EAW
ss s s s,
TEl-KARAM
VERKLARING
LYDDA
RAMLE
RUZALEM
'BETHLEHE
JOODSORE STAAT
ÖRITSC'UmWAAT
STEDEHT'JDEVJK
ORDER ÖR1TÓCH
MAR DA AT.
JOODSCHE EfSWEH
VOOR EXPARS/E
VAR MEERGEBIED
„Woorden wekken, maar voorbeelden
trekken."
Wee den ergernisgever, die door zijn
voorbeelden anderen trekt tot het
kwaad.
„Het ware hem beter
Alleen het goede voorbeeld leidt, het
slechte Misleidt.
Een katholieke persoonlijkheid, die
open en eerlijk leeft volgens de heilige
beginselen van menschelijkheid, recht
en geweten, beteekent een groote
werkkracht voor het goede. Hij is
voor velen een lichtbaken, een vuur
toren.
Pater Gervasius O.Cap.
die hieruit zouden voortspruiten, zijn niet tc
overzien.
Weegt hiertegen voor Engeland het onloo
chenbare voordeel op, dat het militair en eco
nomisch trekken zou uit toetreding van een
Joodschen staat tot het Britsche Rijk?
Wij kunnen het niet beoordeelen, maar be
twijfelen het.
SJANGHAI, 8 Jan. (Reuter.) Het inci
dent, waarbij een Russische vrijwilliger te
Sjanghai betrokken was, heeft zich als volgt
afgespeeld:
De Russische vrijwilliger belette een Japan-
schen soldaat, die den weg had overgestoken,
welke door het door de Japansche troepen be
zette Nantau scheidt van de Fransche neder
zetting, een Chineesche vrouw te slaan, die den
weg was overgestoken om water te halen uit
een pomp in de Fransche nederzetting, hoewel
dit door de Japansche autoriteiten verboden is.
Hieraan moet worden toegevoegd, dat te Nan
tau geen water is, aangezien de Chineezen voor
hun terugtocht het pompstation hebben ver
nield.
Een ander Russisch vrijwilliger merkte de
zaak op, en blies op zijn signaalfluit, waarop
twee Fransche pantserwagens en een vracht
auto met Russische vrijwilligers aankwamen;
de te hulp gesnelden schaarden zich in slag
orde. Aan de andere zijde namen meer dan
honderd Japansche soldaten stelling, en de
spanning werd zeer groot.
Ten slotte werd de Rus, die de aanleiding was
geweest tot het incident, naar het nabijgelegen
posthuis van de Fransche brandweer gebracht.
Japansche en Fransche officieren zijn hier tot
een overeenstemming gekomen, waaromtrent
niets naders bekend is.
De Minister van Sociale Zaken heeft een cir
culaire gezonden aan de gemeentebesturen be
treffende den brandstoffenbijslag, waarin hij-
herinnert aan zijn vorige circulaire inzake dit
onderwerp en waarin de minister bepaald heeft,
dat degenen, die geen volle week bij de werk
verschaffing zijn geplaatst, dan wel periodiek
zijn te werk gesteld, den brandstoffenbijslag
slechts kunnen ontvangen voor dagen of we
ken, gedurende welke zij bij de werkverschaffing
arbeiden.
Dit voorschrift blijkt aldus schrijft de mi
nister thans in sommige gevallen onbevre
digende consequenties te hebben ten aanzien
van de te werk gestelden, doordat de gesteun-
den, ook al ontvangen zij tengevolge van ge
zinsinkomsten een lage steunuitkeering, wel
wekelijks brandstoffenbijslag ontvangen.
De minister is bereid, aan dit bezwaar tege
moet te komen, doch zou het niet juist achten,
wanneer aan de te werk gestelden ook over de
dagen, c.q. weken, dat zij niet arbeiden, de
volle brandstoffenbijslag werd toegekend.
Immers, het gemiddeld inkomen is ook bij de
periodieke te werkstelling hooger dan het be
drag, dat aan Aeun zou worden ontvangen.
Hierin ligt reeds een zekere compensatie. Daar
enboven ontvangen de gesteunden niet steeds
den vollen brandstoffenbijslag ten gevolge van
het voorschrift, dat bij geheele werkloosheid de
som van steunbedrag en brandstoffenbijslag en
bij gedeeltelijke werkloosheid de som van het
loon van den ondersteunde, het steunbedrag en
brandstoffenbijslag ten hoogste mag bedragen
95 pet. van het loon, dat de betrokken arbeider
ten tijde van de ondersteuning in het vrije be
drijf zou kunnen verdienen, indien hij niet
werkloos was.
Met deze factoren rekening houdend, keurt de
Minister goed, dat aan arbeiders, die geen volle
week bij de werkverschaffing zijn geplaatst dan
wel periodiek zijn te werk gesteld, te rekenen
van 10 Januari 1938 over de dagen c.q. weken,
dat zij niet zijn te werk gesteld (de z.g. wandel-
dagen of -weken) wordt uitgekeerd 50 pet. van
het bedrag dat zij, irtet inachtneming van de
ministerieele circulaire van 29 November j.l., als
brandstoffenbijslag zouden ontvangen, indien
zij over bedoelde dagen, c.q. weken, wel te werk
gesteld waren geweest.
Het Comité van de Nederlandsche schooljeugd
heeft heden ten paleize te Soestdijk een mand
met bloemen en vruchten laten bezorgen voor
Prins Bernhard.
In een begeleidend schrijven zegt het Comité,
dat de Ned. schooljeugd gedurende de laatste
weken intens met den Prins heeft meegeleefd.
Door de aanbieding van bloemen en vruchten
wil zij uitdrukking geven aan haar blijdschap
over het herstel.