Kleine wenken voor de vrouw J Een witten Nieuwjaar Tal van variaties mogelijk RADOX Op allerlei gebied VETPUISTJES ZONDAG 9 JANUARI 1938 „Bobby" wordt verwend De verkeersregelaar het mid delpunt der algemeene liefdadigheid Geld ligt op straat ONS PRIJSRAADSEL Zoo'n sorteer-probleem behoort nu eenmaal niet tot de gemak kelijkste opgaven Kruiswoordpuzzle in cijfers Oplossing vorig raadsel Prijswinnaars Het nieuwe raadsel f 190 MILLIOEN AAN VERGETEN GELD Een banksaldo van 79.000 dollar was finaal vergeten De grondslagen van het bieden Beroemde dwergen Minder dan een meter lang Wist U dat? BRABANTSCHE BRIEVEN 't Leven eigens is maar een klein potje" vJLB llllllllllllllllllllllllllflllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllüllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllll Nog nooit zyn rimpels met vreugde begroet integendeel veel meer met een zucht en toen ging zich het hoofd breken hoe ze zoo spoedig mogelijk weg te werken. Hier is een uitmuntend middeltje uit de oude doos, maar juist daarom misschien wel zoo probaat. Meng een paplepel honing en melk en be smeer uw heele gezicht met deze crème, ver geet vooral de oogleden en uw hals niet. Ga vervolgens een half uurtje liggen om het papje te laten drogen en wasch dan uw gezicht af toet warm water. Geeft het een koude afspoe ling na en uw huid zal reeds na den eersten keer die souplesse gekregen hebben, welke de eerste Schrede is op den weg naar een, niet rimpel loos gezicht, maar wel naar een gelaat, dat door zijn veel grootere gaafheid aan aantrek kelijkheid gewonnen heeft. Misschien denkt u wel dat het zoo gemak kelijk is om uw gezicht eventjes te poederen: Je doopt de dons maar even in de doos, klopt de poeder op je gezicht en klaar ben je. Neen, dit is zeer zeker niet de goede manier, wel de kortste. De beste methode is: eerst een on derlaag van vanishing cream en dan een dikke laag poeder. Té dik, zoodat het te veel er Weer met een watje afgehaald, moet worden. Dan pas heeft de huid dien donzigen weer schijn, dien we zoo graag willen hebben. Over watjes gesproken. Weet u dat het zoo Uitermate practisch is om een klein pakje wat ten in stukjes te knippen en die in een doos op uw waschtafel te hebben, opdat u een plukje dadelijk bij de hand hebt? Dat is des avonds zoo gemakkelijk als u voor het naar bed gaan eventjes uw gezicht reinigt met een toengsel van half alcohol, half water. Of wan neer u uw gezicht met wat vaseline gemasseerd hebt is het watje ook alweer practisch om de vaseline er weer af te vegen. En nu iets over de zorg voor uw ellebogen. 2e zijn altijd rimpelig en een beetje hard, haast eeltig. Het is natuurlijk heelemaal niet te verwonderen, want hoe dikwijls leunen we niet op de punten van onze ellebogen? Het is alleen maar zoo jammer, dat het bij korte mouwen heelemaal niet mooi staat. Het Ss echter zeer gemakkelijk te verhelpen. In de Palm van uw hand neemt u een klein beetje vaseline en wrijft iederen avond gedurende een minuut uw elleboog hiermede in. Na een toaand is er niets meer over van het rimpelige velletje, dat er eerst op zat. En nu iets voor wanneer een mensch zich tooe en een beetje afgemat voelt na een paar Uur hard werken en nog flink wat voor den boeg heeft. Misschien zou iemand zeggen: drink er een". Ik niet want dat heeft al tijd een terugwerkende kracht, die men mid den op een werkdag niet gebruiken kan. Ik raad dit aan: pers een sinaasappel uit ®h kluts er een ei door, ga een kwartiertje liggen en dank zij dezen gezonden slok en het éventjes rusten is men weer fit om een heele- boel arbeid te verrichten Nu gaan we op zeer eenvoudige, doch chique *ijze onze avondjapon vervolmaken. Het bolero-jakje heeft namelijk nog niets Van zijn modieus cachet ingeboet integen deel het is een zeer geliefd voorwerp. Men draagt ze heel kort, nauw en met mouwen, die oveneens kort zijn gehouden en gelijk met den zoom van het jakje eindigen. En men ge bruikt voor dit coquette jakje niet eens kost bare stof maar beperkt zich tot een gladde zwarte stof of eenvoudige zijde, wat bij het bont-bedrukte of goud doorweven kleed zoo be koorlijk staat. Heelemaal af is ons toilet als we bij deze korte mouwen van de bolero lange handschoe nen dragen, in dezelfde kleur als ons taschje. En willen we ons uiterlijk een nog feestelijker cachet geven, dan kunnen we ook een kleine bloem in ons haar steken want u weet het toch; hoofd en hoedversiering hebben weer veel overgenomen uit den tijd, toen beide nog wel iets meer droegen dan een bloem en een veer. Als versiering van een effen, en een voudige middag japon kan men dezen winter den breeden, strak om het middel slui tenden en op den rug vastgekpoopten gordel bewonde ren, die in twee slippen naar bene den valt en van een afstekende kleur. Ze zijn be zaaid met zilveren of gouden paillet- jes. Soms ook wordt er van vo ren, in het mid den een glanzende pijl gestoken. Als versiering van mantels en jasjes, zelfs ook van japonnen, zien we heel vaak bies jes bont gebruiken of namaak-bont. Dat is dezen win ter in den handel gekomen en het is volkomen en vogue om onze garderobe daar mee op te knappen. Het gemeentebestuur van Blackborn heeft be sloten, gedurende 't winterseizoen den beamb ten der verkeerspolitie tweemaal per dag heete koffie te serveeren. Te Dublin mogen de ver- keerspolitle-agenten van November tot Maart hun winterjas aanhouden en in Parijs kunnen de politieagenten, die des nachts moeten sur- veilleeren, gratis in bepaalde koffiehuizen te eten en te drinken krijgen. Londen spant, wat tegemoetkoming tegen over de politie-agenten betreft, de kroon. In de Engelsche hoofdstad maken de verkeers agenten gebruik van voetbanken, welke worden verwarmd. Naar goeddunken kunnen deze bankjes op warm of minder warm worden ge steld. Ook in Londen krijgen de „bobbies" hun daagsch kop koffie en bovendien is de politie agent in de Britsche hoofdstad zoo populair, dat hij, vooral bij koud en guur weer, van alle kan ten door goedgeefsche lieden wordt bedacht, zoodat het hem aan niets ontbreekt. Tenminste in zijn diensturen!' In de Skandinavische landen wordt sinds eenigen tijd een levendige propaganda gemaakt om de menschen tot sparen aan te sporen. De methode, waarop men dit doet, is werkelijk buitengewoon origineel. Een Stockholmsc'ne bank had werkelijk een bijzonder origineelen inval. Zij huurde een vliegtuig en lfet door den piloot spaarbankboekjes naar beneden werpen. Degenen, die een dergelijk boekje opvingen, hadden niets anders te doen, dan hun naam aan het kantoor op te geven. Wanneer dit ge beurd was, beschikte hij of zij over 'n bedrag van vijf kronen. Ieder spaarbankboekje, dat door den piloot naar beneden geworpen werd, toonde namelijk een inlegsom van vijf kronen. Het idee vond grooten bijval. Men betreurt het alleen, dat niet iederen dag spaarbankboekjes uit den hemel vallen. SPORTIEF EN ELEGANT wordt deze jumper door de contrast eerende kleuren van mouwen en schouderstuk. Wanneer daarbij sokken, wanten en muts in de zelfde tinten gedragen worden met pantalon in de donkere kleurt krijgen wij een prachtige uitrusting voor de wintersport Wat 'n variaties zagen wij in de afgeloopen week! Hieronder waren er zeer vele, die ons niet konden voldoen, of omdat er van een versje, dat toch vooral het metrum behoorlijk meet laten uitkomen, heel geen sprake was, óf om dat aan beteekenis en inhoud van de gedachte heel wat geweld werd aangedaan. Wat dit laat ste betreft, lijkt het ons vanzelfsprekend, dat de twee tegenstellingen: de vrede tegenover den strijd, en liefde tegenover haat en nijd, moesten voor den dag treden. De verwisseling van den 5en en den 6en regel "kon er wel mee door, schoon er toch ook nog wat aan de juiste weergave hapert. Al met al bleek opnieuw, dat zoo'n sorteer-pro bleem niet tot de gemakkelijkste opgaven be hoort. Goed, dat we enkele helpende aanwijzin gen hebben gegeven: zonder deze zou de va riatie stellig nog grooter zijn geworden wie weet, verwarring' hebben veroorzaakt! Na de juiste sorteering der lettergrepen en woordjes in onze drie rechthoeken, komen we tot het volgende resultaat: 't Nieuwe Jaar is weer begonnen, Wat zal 't brengen, Vrede of Strijd, Liefde of Haat en Nijd? Laten wy de handen vouwen, Biddend der Voorzienigheid Om Barmhartigheid, Die de goeden èn de kwaden Leidt ter Zaligheid. De zes uitgeloofde prijzen werden dezen keer door het lot toegewezen aan: J. W. van Beek, Heerenstr. 20, Doesburg; mej. M. C. J. A. Hei nes, Wilhelminasingel 12, Weert; J. Meester Wzn., 503, Andijk (West)A. A. van Schaik, Hoenderweg 12, Hilversum; mej. A. Straver, verwijdert U onmiddellijk en afdoende door deze te betten met Radox. opgelost in warm water. Bij apothekers en erkende drogisten a f 0.90 per pak en f 0.15 per klein pakje. Grebberstraat 24, Haarlem; A. M. Vulsma, Cein tuurbaan 203 I, Amsterdam (Zuid). Deze week volgt als Januari-nummer een kruiswoordraadsel in cijfers. We willen onze serie maandelijksche kruis woordraadsels voor het jaar '38 openen met een nummer, dat verkregen wordt uit de juiste vervanging van elk der getallen 1 tot en met 19 door een der letters van ons alfabet. Heeft die juiste vervanging plaats gehad dan ligt daar tevens de opgeloste „Cross" voor u. Een paar aanwijzingen ter vergemakkelijking van de taak: lo. er komt in de opgave slechts één afkor ting voor, n.l. in de 5e vertikale rij van rechts in het midden: deze afkorting betreft den naam van een groote transportonderneming; 2o. een paar minder algemeen bekende woor den zijn deze: 4e horizontale rij van boven links geeft het Latijnsche woord, waarmee de priester het „Wees-Gegroet" aanvangt; 5e horizontale rij van beneden links bevat een term uit de handelsrekening; 4e. vertikale rij van rechts beneden noemt den naam van een bijzondere papegaaien-soort. Onder de inzenders van een goede oplossing worden weer zes fraaie prijzen verloot. Oplossingen worden tot Donderdagmiddag 12 uur ingewacht bij den heer G. M. A. Jansen, Ruysdaelstraat 60, Utrecht. Aan de vergeetachtigheid van de Amerikaan- sche burgers heeft de Schatkist van Washington, de bondshoofdstaat der Ver. Staten van Amerika het te danken, dat zü onlangs een bedrag van 190 millioen dollar rijkergeworden is. Het Congres heeft n.l. een wet aangenomen, waarbij alle gelden, die gedurende twintig ja ren onaangeroerd „op de bank staan", aan de schatkist vervallen. Ofschoon alle geldeigenaars een waarschuwing hebben ontvangen zijn er vijf millioen, die niets van zich hebben laten hooren. Dat men een parapluie of een wandel stok, of een boek in den trein of de tram ver geet, is niets ongewoons, maar dat er menschen zijn, die vergeten, die zij 'n bank-tegoed van 50.000 dollar hebben, klinkt niet minder dan ongeloofelijk. En toch zijn er in de VB. 65 per sonen, die vergeten zijn, dat zij bij een of an dere bankinstelling een tegoed van 50.000 dollar hebben. Toen senator Wheeler dit wetsvoorstel in diende, ging er in het Congres een homerisch gelach op, want men beschouwde het voorstel bedoeld als scherts. Zou er nu waarlijk ook maar een enkel normaal mensch op de wereld zijn, die zijn bankconto zoo maar vergat en zijn geld aan den Staat liet vervallen? Het wetsvoorstel werd echter aangenomen, zonder dat men er zich veel van voorstelde. Men plaatste niet alleen in 't oog loopende op roepingen in de kranten, maar de banken pro beerden zelf ook met hun deposanten in con tact te komen. Zoo is de Amerikaansche statenbond nu In het bezit gekomen van 190 millioen dollar. Er waren natuurlijk ook bedragen van slechts enkele dollars bij, maar toch waren er 1200 sommen van tusschen de 10 en 50 duizend dollai door de eigenaars glad vergeten, of schoon het natuurlijk mogelijk, ja zelfs waar schijnlijk is, dat velen ervan overleden of naar een ander land vertrokken zijn. Het hoogste bedrag waarop niemand aanspraken deed gel den, beliep 790.000 dollar! De man was dus bijna millionnair en was er zich niet van bewust, 't Is wel een rare wereld: er zijn menschen, die 190 millioen vergeten, waar anderen den ko ning te rijk zouden zijn, als ze 100 gulden op hun spaarboekje hadden! Als maatstaf ter beoordeeling van een kaart zullen we dus de honneurtricks (topslagen) ge bruiken. Als topslagen beschouwen we die kaar ten of combinatie van kaarten, die waarschijn lijk ook tegen een troefcontract van de tegen partij een slag op zullen leveren. Hieruit volgt dus, dat het kaarten moeten zijn, die in de eerste of tweede ronde van die kleur een slag opleveren; immers bij de derde ronde zal er veelal afgetroefd worden. Hieronder volgt nu een lijstje van topslagen, waarbij ik onderscheid primaire topslagen en secundaire topslagen. De primaire topslagen zijn de topslagen in den strikten zin van de gebruikte definitie, n.l. kaar ten, die in eerste instantie een slag opleveren, dus in de eerste of tweede ronde. We komen dan tot het volgende lijstje: 2 Primaire topslagen 1% Primaire topslagen 1 Primaire topslag (4 Primaire topslag A. H. A. V. A. H. V. H. x. De opener zal dus behalve de 2% P. T. S. ook tenminste a 1 S. T. E. moeten hebben om te mogen openen. Tot slot zal ik dan nog eenige handen ge ven, die als normale opening beschouwd kun nen worden. Sch. A V x x H. H x x R. A X X X KI. x x H B x A x' x H V x x XXX A H x A B x X XXX X X XXX H x A H B V 10 x x x H V B x X X X X X X A V x Op deze handen moet achtereenvolgens als volgt geopend worden: 11 schoppen; 21 ruiten; 31 harten; 41 klaveren; 5—1 schoppen. P. H. A. Tuin De secundaire topslagen zijn die kaarten, die slechts bij uitzondering in eerste instantie een slag opleveren, dus meestal pas in de 3e of hoogstens in de 2e ronde van die kleur. Hier voor geldt dan het volgende lijstje, waarbij 2 waarden te zamen gelden voor een (4 se- cundairen topslag, terwijl sommige secundaire slagen aanvullend zijn voor de primaire top slagen. Combinatie H. V. x H. V. B. A. V. B. A. H. V. H. B. K) V. B. x A. B. 10 Prim, topsl. sec. topslagen 1 1 1% 2 (4 0 1 B. x x V. x H. (sec. 1 1 1 1 waarde Zooals u wel zult begrijpen, zijn de twee bo venstaande lijstjes, die natuurlijk gemakkelijk in elkaar geschoven kunnen worden, zeer be langrijk. Het is de basis, waarop we verder gaan bouwen, want bij de beoordeeling van iedere hand (13 kaarten) gebruiken we de top slagen als maatstaf. En nu komen we tot den regel, dien ik de vorige maal reeds even noem de, n.l. den regel van 8. Culbertson is de maker er van en het getal 8 is een gevolg van zijn Honneur-tricks-telling. Wanneer we echter van de primaire topslagen uitgaan, zullen we den regel anders moeten noemen, n.l. den regel van 7. Deze regel nu leert ons, dat er in totaal 7 primaire topslagen in het spel zijn. Dit aantal is natuurlijk variabel, n.l. tusschen 6 en 8, maar meestal is het 7. De regel van 7 leert ons dus, dat het totale aantal primaire topslagen tamelijk constant is en dit aantal gemiddeld 7 is. Wat is nu het nut van dezen regel? In de eerste plaats, dat we een houvast hebben, een zekerheid. In de tweede plaats, dat we kun nen bepalen, wat het vereischte is voor een opening. Immers volgens de definitie, welke ik de vorige maal gaf, berustte een opening op de vermoedelijke overmacht op de tegenpartij. De ze overmacht wordt zeer waarschijnlijk, wan neer de opener 2% prim, topslag bezit. In dit geval hebben de drie overige spelers te zamen 4(4 prim, topslag (72(4), dat is dus gemid deld 11/2 P. T. S. (primaire topslag)opener en partner hebben dan dus samen 2(4 1(4 4 P. T. S.. terwijl de tegenpartij dan maar 7 4 3 P. T. S. kan hebben. Hieruit zien we nog een voordeel van den re gel van 7, n.l. dat we kunnen uitrekenen hoe veel P. T. S. de tegenpartij ongeveer kan heb ben, zoodat we tevens kunnen vaststellen, wat het hoogste contract is, dat de tegenpartij uiterlijk kan bieden. Het dubbelen kan dus met grooter zekerheid geschieden. Zooals we echter reeds zagen zijn er ook secundaire topslagen (S. T. S.), zoodat de ope ner met 2(4 P. T. S. niet kan volstaan. Im mers een opening op: Sch. H x x x x H. A x x R. A x x KI. x x zou niet verantwoord zijn. Het aantal S. T. S. is echter veel minder constant dan het aantal P. T. S. en varieert tusschen 1(4 en 3(4, maar schommelt gewoonlijk tusschen en om de 2(4. Bébé, de hofnar van Koning Stanislaus van Polen, was een van de beroemdste dwergen, die in de geschiedenis der Europeesche hoven naam gemaakt hebben. Het kereltje was bij zijn ge boorte maar 21 centimeter lang en woog niet meer dan 12 ons. Een andere beroemd geworden dwerg, John Worrenburgh geheeten, werd maar 80 centi meter lang. Hij trad veel in Engeland op en zijn glansnummer was zich in een koffer te laten verzenden. In 1887 liet een onhandige matroos hem met koffer en al in zee tuimelen, zoodat de arme dwerg jammerlijk verdronk. Door de aanwending van zekere handgrepen met 't vliegertouw, kunnen de in het vliegeren bedreven Chineezen met den staart van den vlieger, hoog in de lucht letters doen vormen. Birmingham heeft gemiddeld één winkel op 48 inwoners. Er wordt gezegd, dat daar in som mige wijken meer winkels dan klanten zijn. In Amerika wordt thans een papiersoort ver vaardigd, welke „eeuwigdurend" wordt ge noemd. Dit papier kan practisch niet vernietigd worden. Men kan het onmogelijk scheuren, cok niet doorknippen en het is onbrandbaar. Er wordt thans over gedacht dit eeuwige pa pier voor het vervaardigen van bankbiljetten te gebruiken. Op Ceylon "beschermen vrouwen en meisjes zich met groote bladeren tegen de zware slagregens Blvenhout, 6 Jan. '38 Amico, Vandaag, mee dieën •.halven" Heiligendag Jaja, wij vieren den Driekoningen nog 'n bietje; den nuuwerwetschen tijd buigt op 't Ihvenhoutsche zielement om, als 'nen blekken tooneclsabel op 'n kuras ik zeg, vandaag fciee dleën Driekoningen is 't mee 'n scherke Beknipt om den eersten brief van t Nuuwe Jaar aan oe weg te schrijven. Trui zit op den oogenblik in de late Mis, thé III draaft op Bles over de witte boschdre- ven. Deur Trui's kraakheldere vitraasgordyn- tjes spikkelt 't Januari-zonneke gouwen con fetti op de blank-geschuurde tafel en zoo, on- her 't liedeke van den ketel kokend water Veur Trui's „versche-bakske"-na-de-kerk zit in 'n echt Zondagsche bui deuzen brief te botlooien. De blommen zijn van de ruiten ge dooid en deur de waterpeerls, die nog op 't glas hangen, zie ik over m'n zonnigen erf, dunnekes besuikerd mee den bevrozen sneeuw van Nuuw- Jaar. •Ja, amico, we hadden dan wel ginnen witten tterst van 't jaar, maar den witten Nuuwjaar Vfcrgoeide veul. 'tWas schoon, man, op ons hurpke. Bekans onzichtbaar-fijn poeierde den Sneeuw in den vroegen middag deur Ulvenhout. 'Was krakens-koud. In de bruine heggen, mee perkament-dorre geblaart hóórde-n-ik den Ginter kraken! 'n Lage sneeuwtocht hing zwaar 't kale geboomt. 't Ende m'n velden en ak- schemerden de bosschen in 'n purperen stilte, waar den fijnen poeiersneeuw dwars over joeg. En als ik, bij 't vallen van den vroegen avond van m'n nuuwjaarsbezoek aan m'nen vrind ons pastorke kwam, dan lag zijnen tuin, dan lagen de wegels, dan lagen de huizekens die al gesloten wierden mee de blinden, bedekt onder den witten winter, die heimelijk nezelde, zachtekens knisterde in 't dorre struikhout. .Nuuwjaar" liep ten ende; waasde weg in 'nen witten nacht, die vol was van sneeuw- gefluister. Toen spoeide-n-ik me naar huis. Want den stillen witten wemel sneeuwde bekans m'n zielement onder! Ik snakte naar 't vertier bij me thuis, dat Hjk 'n eiland van kindergedruisch en feestgeruisch afgesloten lag in 'n wit-be- vrozen meer, grenzenloos in den witten fluister van deuzen eersten Januari-avond. En als ik veurbij de boschdreef ging, die als 'nen donke ren tunnel in den buiten sperde, dan schimden daar, teugen den witten bojem van die bosch poort, twee eenzame menschfiguurkens, die zwijgend en 'n bietje gebogen deur den dwar- sen dwerl trokken van de sneeuwpluimen. Toen schouwde zwaar en stootend hondge blaf deur de kathedrale stilte van 't avondlijke winterbosch. „Herman!" docht ik: „Dus. Vic en Hanneke." Ik wochte efkens. Den sneeuw kriewelde op m'n wangen, smolt aan m'n oogharen, kraakte onder m'n voeten, als ik daar stil stond. En ineens kreeg ik goesting, óm mee 'n stem als van den Vic-eigens zoo hard, iets te roepen deur die stille, duistere dreef. „Zalig Nuuwjaar! 1" blèèrde ik. „Zalig Nuuwjaar!" wenschte 't bosch me terug in duuzend echo's. Dat wordt 'n goei jaar, flitste deur m'nen kop en meteen zag ik den Vic, mee de rapheid van 'nen waakhond, zij nen kop opheffen en ook den Vic galmde 'n „Zalig Nuuwjaar" deur den boschtunnel mee 'n stem die deur de stilte ging als 'n warm mes deur den boter. Als ze vlakkebij waren gekomen, dan zag ik, dat den Vic 'n groot reisvalies droeg. „Gade vertrekken, Hanneke?" vroeg ik. En mee 'n weemoedig trekske langs den mond antwoordde ze zachtekens en 'n bietje heesch: „M'n tijd bij vader is weer om, Dré." Ik vergat üalyk te antwoorden, want deus fijne, zenuw-bewogen smoeltje was schoon als levend marmer. Ook Hanneke zweeg verder, volgde mee doffe oogskes de vlakbije sneeuwvlokken, maar ik weet zeker, dat zij ze nie zag. Den Vic trok ontevrejen aan z'n pijp en z'n peinzende, ver kijkende schildersoogen puurden uit den don ker alle schoons van deuze trieste stemming. 't Eerste geluid kwam toen van den Vic. En na 'n forsche haal aan z'n pijp, bulderde-n-ie „Laat die schooll vrrèkke, potdóóme! Blijf hierr, Hanneke! In dit witte woud der sprro- lcen, waarruit ik onsterrflijke schilderijen slee pen zal, als jij muuziek maakt op ons klavierr! Duizendmaal nuttiger zul je zijn, hierr bij mU, dan gindsch bij al die snotneuzen, die lettrren studeeren, om dan te trouwen met 'n bankvent, 'n echtscheidingsadvocaat of 'n an der zoo'n glanzend sstuk onderkrruipsel of wantluiss in de voegen der samenleving!!" ('t Bosch dreunde, amico). „Wat zeg jij, Dré?" En hij douwde z'nen pijpesteel ferm op m'n borstbeen. Ik had onderwijle naar Hanneke staan zien, die heel ver weg tuurde, alsof ze aan andere dingskes docht, dan aan deus verstolen smeek- bee van heuren eenzamen vader, den sympa- tieksten trotserik, dien ik ooit teugenkwam. „We zouden er later beiden spijt van hebben, vader," zee Hanneke in mijn plaats. Toen greep den Vic mee z'n handen naar z'n bontmuts, drukte ze dieper over z'n grijze krul len, pakte 't valies weer op en zee: „vooruit dan! Maar ik zeg je, Hanna, t wordt tijd, meid dat jij ook eens iets onverstandigs doet!" „Maaarvaderzee Hanneke ver wonderd „Oew vader bedoelt, Hanneke," antwoordde n-ik veur den Vic: „dat de weareld dat 't menschdom gebukt gaat onder teveul verstand en te weinig hart. Economisch en moreel wor den we kapotgemaakt deur 't loutere en 't nuchtere verstand. De weareld.... sterfter mee uit!" Den Vic gaf me 'nen douw. „Begrrepe! Dré!!" gaimde-n-ie over den witten durpsweg. „Zie je, Hanneke, dat is de wijsheid van den buiten. Die niet gedrrukt staat in al jouw duizend boeken! „Ik dacht, vader, dat je toch wel 'n beetje trotsch was op mijn.... eh.... examens.... en zoo „Tuurlijk, meid! Maar dien rrommel heb je noodig om de weareld van botte geleerdheden te toonen, dat je geen stommeling bent, verd...l Voor de rrest....!? Is er meer behoefte aan 'n uitstekenden clown en 'n prima timmerman, dan aan twintig prrofessóren die den bybel pas klaar maken voor deze weareld waarin ie slecht past; die gifgassen in voorraad brrouwen, óf in hun wetenschappelijke onschuld machines in mekaar prrutsen, die de weareld verarrmen en de menschen tot lapzwansen maken. Amen! En schrrijf me weer elke week zoo'n gezelligen brieff, Hanneke!" Toen zette-n-ie den koffer neer, om 'm in z'n andere hand over te nemen. „Vic, laat mij 'm efkens dragen." „Geen haarr op m'n hoofd! Ik draag de kof- ferr van m'n meiske!" Haneke lichtte heur vaaltje op en kuste geroerd den vierkanten Vic. Meteen fluisterde zij iets in z'n oor. En den Vic antwoordde: „ben je bedonderd, kind? Je moet niet toegeven aan 'n sentimenteele bui van 'n grijskop! Denk er maar eens over tot de Paaschvacantie! Maar wéét toen zette-n-ie 't valies weer neer en zwaaide mee z'nen sierlijken wijsvinger langs Hannekes kin: „maar wéét de deur staat dag en nacht en alle uren open, om mijn meis ke feestelijk te ontvangen!" „Vic, ik ben thuis. Zal ik efkens de sjees in spannen en juilie naar de statie rijen?" ..Op je gezicht, man! Wij pakken daar op de markt de bus en jij gaat naar je kinderen en je stalletje. Hanneke, geef mijn besten vriend de vijf en zeg, tot Paschen!" Zoo, amico, verdween den Vic en z'n meske in den donkeren sneeuwavond, richting stad. Hij brocht zijnen Kerst al weg, ik had er nog vierentwintig uren den tijd mee. 'n „Eeuwig heid", waarover ik me, teugenover den Vic, 'n bietje bevoordeeld voelde. Maar ochèrme „Eeuwigheden" van zooveul uren't zijn zulke fluttekens! Ochja den mensch wil altij „veul". Endaar gaat zoo weinig in 'n klein potje, 't Leven eigens is maar zo'n „klein potje". Wat zullen we 'r „veul" kunnen indoenHoe zal den Vic trotsch kunnen zijn op zijn dochter, de leerares en blij kunnen zijn mee zijn meske bij 'm in 't boschhuis? Zóó veul gaat nie in zijn kleine potje! Allee, dat wit ie ook wel! Maar da's veur den Vic nog gin reden om er z'n eigen voet stoots by neer te leggen. Daarveur is ie te be wust idioot, den goeien kearel! Den dappere! Die er nie teugen opziet om 'n gevecht te be ginnen, waarvan ie van te veuren wit, 't te zul len verliezen. „Onverstandig" zegt ge? Jawel! Dat zegt deuze „sportieve" weareld ook! Maar den Vic vecht om 't gevecht! Leeft om 't leven! En da's sportiever, dan voetballen om vijf-nul en 't prenteke in de krant! Ochja hij kan 't ook „doen". Hy is iemand! Vic Zonneveld zynen naam is nie afhankelijk van den mooien mantel van z'n vrouw, zélfs nie van z'n vrouw, die wegliep, lijk ge wit! Zynen naam is nie afhankelijk van de ver loochening van z'n familie, van margarine-def tigheid of zoo. Hij brikt 'n brood kapot en „vreet" 't op mee z'nen hond. Zynen naam is nie afhankeiyk van eiken dag duuzend zorg- kens om wat de menschen zullen zeggen. Of van de straat waarin ie geboren is. Want Vic Zonneveld is „Vic Zonneveld", 'nen naam, die in Amerika onder 'n schildery hetzelfde be- teekent als hier „Trip" op 'n bankbiljet. Den Vic kan 'n gevecht verliezen, ïyk 'nen millionnair honderd gulden. Hy is iemand en nie „iets". Gin onderdeel van 'n „corps", dat z'n eigen grandioos overschat. Zelfs gin hoofd" van overschatters. Hij is „maar" 'nen mensch, die verlangen kan naar 'n briefke van z'n kinders, 'n geldchèque weg- frommelt, maar zo'n briefke „opbergt" in zynen portefeuille. Hy is ginnen fabrieksbaas, die zyn arbeiders dondert en veur den kantoorchef beeft. Hij is ginnen „patroon", die zynen kan toorchef uitkaffert en de schoenen likt van zij- 'nen president-commissaris. Hij is gin aandeel houwer, die den president-commissaris 't durft te zeggen en thuis te zuchten zit over de kleine dividenden. Hy is gin soldaat en gin generaal. Hy is.... niks. Hy staat 'Emergens op, looft den dag van God en gapt 'nen kruimel uit dieën schoonen dag, deur 'm in schoone kleuren op 'n lap linnen te verwen. Mee dezelfde plicht betrachting als waarmee 'nen boer z'n spaai in den grond stikt. Meer nie. En zoo wierd ie groot genogt om *n gevecht te kunnen verliezen. Welken generaal zegt 'm dat na? Hy is, lyk ik in m'nen eersten brief over hum al schreef, 'nen prachtigen, romantieken vry- buiter, wien niks gebeuren kan, wanthy is zóó heb ik 'm leeren kennen, 'n Kind van God! Sjuust t teugengestelde van z'n gewichtige, geleerde, strebende evenmenschen diealle gaar zooveul te verliezen hebben dus! Zooveul vast te houwen ook! Zelfsd'r „geleerd heid", die „bygehouwen" mot worden. Hy zit weer alleen in z'n boschhuis. Schil dert. Brikt brood kapot mee den Herman. Ju belt, galmt de bosschen vol mee zynen zang, schildert en ploetert op de viool dat, wat nie te schilderen is! Leest de brieven van z'n kin ders, puurt mee scherpe oogen den nectar uit den dag dankt veur 'n gelukkige veeg op z'n schilderyen. Den Vic bidt en werkt! Dus lééft ie voluit! Kom, 't is schoon weer, "k heb m'nen koffie g'ad van Trui, 'k gaai "m opzoeken! Dus amico: veul groeten van Trui, Dré III en als alty gin horke minder van oewen t.a.v. DRL

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 7