UIT DEN OMTREK En of Jan er is en blijft maar één De avonturen van een verkeersazentje IV vp'** L l Md v&thaal den dag te f&8 te8 te SHEA K" T* s Engelsche films ka foouw van de Iersche Brigade ZATERDAG 5 FEBRUARI 1938 NIEUWE IJSFABRIEK TE IJMUIDEN BEVERWIJK HALFWEG HAARLEMMERMEER HILLEGOM VELSEN VELSEN-NOORD ZANDVOORT IJMUIDEN RIJKSVISCHAFSLAG STAAT VAN BESOMMINGEN r Officieele documentaires HEEMSTEDE womddeen'nyntre- De boekenschat m e. b. VELDLOOPEN TE ALKMAAR Nga n °°Sr| J><L j r,er« DOOR RANDALL PARRISH Aan den aannemer Cupido is de bouw opge dragen van een ijsfabriek voor de V.E.M. Er zullen aan de Trawlerkade eenige booten wor den gesloopt en op den vrijgekomen grond zal de fabriek worden gebouwd. Deze uitbreiding houdt verband met het in de vaart brengen van groote trawlers door ge noemde reederij. Trawlers zooals de Erin IJm. 12 nemen per reis circa 60 ton ijs mee. Voor het afgeven van het ijs zal een bijzon dere installatie worden gebouwd. Van het fa brieksgebouw tot aan de remming komt een ijs- leider, waardoor het ijs, direct uit de fabriek in de tjsruimen der trawlers kan worden gevoerd, zoodat het ijsladen met karren en auto's over bodig wordt. Verkooping. Ten overstaan van notaris J. H. Bremmers is publiek verkocht: een woon huis met erf en poort aan de Creutzberglaan 56, groot 202 M2. Hoogste bieder was M. M. A. Davidson op f 3585. Bij afslag werd het perceel niet gemijnd. „De Hanze" 25 jaar. De plaatselijke afdee- ling van de R.K. Middenstandsvereeniging „De Hanze", die de volgende week haar zilveren be- staansfeest viert, heeft een jubileumuitgave doen verschijnen, waarin bijdragen zijn geschre ven door den Deken van Beverwijk, den hoog- eerw. heer P. J. Simons, den zeereerw. heer pastoor J. J. C. M. Looyaard, uit Oegstgeest, mede-oprichter en eersten geestelijken adviseur van de afdeeling, den weleerw. heer kapelaan dr. F. Holthuizen, den tegenwoordigen geeste lijken adviseur Mr. H. J. J. Scholtens, burge meester van Beverwijk, den heer E. J. M. Stum- pel. Bondsvoorzitter, den heer J. Bakker, di recteur van het Centraal Hanze-bureau en den heer N. J. Out, afdeelingsvoorzitter. In een bijdrage van den secretaris, den heer W. J. Lubbers, wordt een terugblik geworpen in de historie van de Beverwijksche Hanze. Sport voor Zondag Voor a.s. Zondag staan niet minder dan vier uitwedstrijden van Half weg op het programma zoodat het bruine le der dien dag in Halfweg niet zal rollen. Het eerste elftal gaat in Haarlem op bezoek bij E. H. S. I„ het tweede elftal trekt naar Zandvoort om daar den strijd aan te binden tegen Zeemeeuwen IV, terwijl het derde elf tal de gast zal zijn van Schoten V. Tenslotte spelen de Halfweg-Junioren nog een wedstrijd tegen de C.-Junioren van EDO. Algemeene vergadering „Het Witte Kruis" Op Donderdag, 10 Februari a.s„ des avonds te 8 uur, zal in het St. Jozefgebouw alhier eene algemeene vergadering worden gehouden van de afdeeling Halfweg van „Het Witte Kruis", als mede van de onderafdeelingen Wijkverpleging, T. B. C.-bestrijding en Vacantiekolonies. „Halfweg en Omstreken" Bovengenoemde vereeniging hield in café „Kroon" haar jaarver gadering. Uit de verschillende verslagen bleek, dat over 1937 aan verpleeggelden was uitgege ven een bedrag van f 10.002.45 en aan vervoer kosten naar de ziekenhuizen f 420.84. De aftredende bestuursleden werden herkozen, terwijl tot leden van de kascommissie werden benoemd de heeren Grauwelman, Drechsler en Postma. Na een zeer uitvoerige discussie werd met algemeene stemmen besloten om, gezien den stand van de kas, voor het jaar 1938 het maxi mum aantal ligdagen met 10 pCt. te verminde ren. Op 1 Januari 1938 bedroeg het aantal bij het fonds verzekerde gezinnen 1162 met een totaal aantal verzekerde personen van 4678. hebben, maar dat de St. Nicolaaskerk thans is toegewezen. De H. Mis na den ommegang zal dan om 5.30 plaats hebben De bedetocht zal op 13 Maart gehouden worden. Door de Bavozangers werden hierna, onder leiding van Br. Tarcisius, eenige toepasselijke liederen gezongen. Kapelaan J. Klijn, hield een treffend betoog over de H. Eucharistie. De Bavozangertjes brachten eenige liederen ten gehoore. Een aansporing tot de mannen, maar ook tot de vrouwen, om vooral op den Zondag van den Omgang veel te bidden voor het behoud en de vermeerdering van den christelijken levensernst in de huisgezinnen, liet spreker tot slot hooren. Gelijk met Prinses Beatrix! Ook hier was een gelukkige moeder op denzelfden dag dat ons Prinsesje werd geboren. Het echtpaar G. H. Coenen, Oosteinderlaan, werd dien dag met een dochter verblijd. Deze baby maakte boven dien het trouwboekje vol! Van de 12 kinderen van het gezin zijn er 11 in leven. De Beurs. De Hillegomsche Beurs werd Donderdag door 187 personen bezocht; er was een drukke handel. De Beursbezoekers, die per auto naar de Beurs komen, worden vriendelijk verzocht hun wagens zóó te plaatsen, dat zij de politie geen moeilijkheden veroorzaken. Donderdag waren er niet minder dan zeven automobilisten zij het onopzettelijk in overtreding. De Beurscommissie doet een ernstig beroep op alle automobilisten om mede te werken aan een goede plaatsing van hun auto's. Tijdelijke afsluiting van een weg. De Hoofdstraat te Santpoort van de Westlaan tot de Burgemeester Enschedelaan zal van Maan dag 7 Februari a.s. af tot nader order voor het doorgaand verkeer met rij- en voertuigen zijn afgesloten. R.K. Sportver. I.E.V. Zondag a.s. komen alleen de jongeren in het veld. Het programma luidt als volgt: IEV 3—GVO 3, 2.30 uur; IEV 4—DEK 3, 12.30 uur; ESV aIEV a, één uur en IEV bSDE a, één uur. Te veel vloeibare brandstof ingeladen Een 45-jarige brandstoffenhandelaar te Zandvoort, die blijkbaar te veel aan de algemeen heer- schende feeststemming had toegegeven, reed 's avonds omstreeks 8 uur in zwaar beschon ken toestand met zijn open brandstoffenauto zonder eenige verlichting in woeste vaart döor deze gemeente, daarbij van links* naar rechts slingerende. Nabij „de Tol" aan de Zandvoort- schelaan werd een inspecteur van politie, die hem wilde doen stoppen, bijna omvergereden. De laatste zette per auto en in gezelschap van een agent een achtervolging in. Dicht bü het oude voetbalveld werd de dronken woesteling ingehaald. De auto van de politie die door langzaam snelheid minderen, den vrachtauto tot stoppen zou dwingen, werd van achteren met groote kracht door dit voertuig aangere den, waardoor de carrosserie ernstig beschadigd werd. De dronken kolenhandelaar passeerde vervolgens en reed met vol gas verder. Geluk kig was de aangereden auto nog in staat de achtervolging voort te zetten. Halverweg Bent veld, toen beide ailto's op gelijke hoogte waren gekomen, botste de vrachtauto, die voortdurend over den weg geslingerd had, tegen een boom. Op hetzelfde oogenblik greep de inspecteur den bestuurder, die terstond naar het bureau werd overgebracht. De vrachtauto was tengevolge van de beide aanrijdingen aan de voorzijde ernstig beschadigd. Het voertuig is in beslag genomen. Nadat proces-verbaal was opgemaakt en de onverantwoordelijke weggebruiker zijn roes had uitgeslapen, werd hij in vrijheid gesteld. Bij contróle bleek de handrem van den vracht auto in het geheel niet te werken. Het mag een wonder worden genoemd, dat de vrachtauto niet met de vele passeerende tegenliggers in botsing is gekomen. R. K. Staatspartij De afdeeling Zandvoort van de R. K. Staatsparty belegt op Dinsdag 8 Februari as. des avonds te half negen in het patronaatsgebouw haar jaarvergadering. We gens een vacature in het bestuur zal deze moeten worden aangevuld. De Oranjeweek te Zandvoort Dinsdag-, Woensdag-, Donderdag- en Vrijdagavond wa ren de vier feestavonden ter gelegenheid van de biyde gebeurtenis, de geboorte van Prinses Beatrix en alle vier deze avonden zijn op bui tengewone wijze geslaagd. Een vijfde avond zal heden plaats hebben, ook weer in gebouw Monopole aan het Sta tionsplein. Diverse vereenigingen hebben be langeloos haar medewerking toegezegd. lederen avond was de zaal van Monopole tot in de nok gevuld. Den tweeden avond trad o.m. op het R. K. Kerkkoor St. Caeclia. Vrijdagavond was wederom de beurt aan twee R. K. vereenigin gen. Allereerst de R. K. Zangvereeniging Arti et Religioni onder leiding van den heer Paul Broerse, welke een drietal liederen deed hooren, zuiver van toon en verder geheel onberispeiyk. Een geweldig applaus klonk na ieder lied uit de zaal en zonder de waarheid tekort te doen, durven we beweren, hoewel ook de andere zang- vereenigingen, met uitzondering van het Man nenkoor van Onderling Hulpbetoon, zeer ver- diensteiyk hebben gezongen, dat de door Arti ten gehoore gebrachte zang ons het meest be koorde en het voortreffelijkst was. Tot slot van den Vrydagavond bracht de R. K. Tooneelver- eeniging Utile Dulci het daverende bhjspel van Gerard Nielen: De Gebroeders Kalkoen. De verschillende hoofdrollen werden zeer goed uit gebeeld. Slot van de feesteiykheden Gisteravond had tot besluit van de feesteiykheden een grootsch vuurwerk plaats aan de Rambonnet- laan, georganiseerd door de Oranjevereeniging „Wilhelmina" en de Chr. Oranje-vereeniging „IJmuiden-Oost", met medewerking van sub sidie van het gemeentebestuur. Daar het weer niets te wenschen overliet, waren duizenden uit den omtrek naar de Rambonnetlaan ge komen. Dit vuurwerk was een waardig slot van de feestelijkheden, welke beide Oranjevereenigin- gen aan de inwoners van IJmuiden hebben aan geboden. IJMUIDEN, 5 Febr. Rijksvischafslag. Ver3Che visch. Tarbot 1.261.65, Tong 1.06—1.36. Heilbot 98 cent per kg. Griet 30.0040. groote Schol 15—r 17.50, middel Schol 21.0025, Zetschól 22.0035, kleine Schol 13.00—28. Bot 6.10—8.50, Schar 7.00 11, Wijting 5.5012.50 per 50 kg. Kabeljauw 52.00—77 per 125 kg. LOGGERS MET VERSCHE VISCH Schev. 19 1720.—, K.W.: 3 100016 920—, 110 460 173 800.—, 95 640—, 178 860—, 177 920.—, 138 1470—, 70 960.—. CHIEF WHIP Dank zü de activiteit van diverse Necler- landsche verhuurkantoren is men hier zoo langzamerhand op de hoogte kunnen komen van de prestaties der Engelsche film industrie. Tot ongeveer 1933 scheen deze industrie slechts voor eigen land te produceeren; daar na gaven buitenlanders, waaronder vooral Alex ander Korda, grootere ruchtbaarheid aan haar bestaan en werd zij gebracht op meer interna tionale basis, waardoor de verkoopbaarheid van haar producten steeg. Sinds dien tyd kwamen vry geregeld de resultaten der Engelsche film activiteit in de Nederlandsche bioscopen en zyn ze even geregeld in deze kolommen op hun juiste, dat was in de meeste gevallen niet zeer hooge, waarde geapprecieérd. Maar naast het industrie-product ontstond in Engeland een contingent films, dat minder ge schikt bleek voor export, films, ontstaan in opdracht van particuliere ondernemingen of staatsbedrijven: reclamefilms, documentaires, leerfilms, die toch alle zeer de moeite van het zien waard waren, maar die slechts door par ticulier initiatief hier tot vertooning konden komen. Dank zy het genootschap Nederland- Engeland, in samenwerking met de Nieuwe Filmliga, die een Engelschen filmavond in het A.M.V.J.-gebouw organiseerde, heeft een derge- ïyke vertooning plaats gehad en heeft men een vry uitvoerig overzicht kunnen krijgen van de prestaties der z.g. Engelsche avant-garde, al thans van de buiten de industrie werkende Engelsche filmers. Het woord avant-garde werkt in dit verband misschien misleidend. Wel zyn aan de mees te van deze korte propaganda-films de namen verbonden van hen, die vroeger door daad of door geschrift gemakshalve tot de film-avant- garde gerekend werden, maar de vertooning van j.l. Woensdagavond bevestigde het oordeel, dat men zich in het vorig seizoen had kunnen vormen, toen de Nieuwe Filmliga eveneens een Engelsch programma had samengesteld voor haar leden en men tot de conclusie kwam, dat namen als Rótha, Grierson en Cavalcanti toch wel grootere verwachtingen opriepen dan in deze opdrachtfilms werden ingelost. Hier moet onmiddellijk aan toegevoegd worden, dat niet temin in de minste van deze prestaties nog genoeg te waardeeren viel aan goeden smaak, intelligent scenario, vaardig camera-werk en niet opdringerige reclametendenzen en men zal ook na dit nieuwe programma moeten toegeven, dat in Engeland een ideale toestand gescha pen is door deze samenwerking van opdracht gevers, die de waarde van goed-gemaakte pro paganda-films beseffen en hun opdrachten ge ven aan hen, waarvan redelijkerwijs verwacht mag worden, dat zij de primaire wetten van het materiaal respecteeren. Een situatie dus, Waarop de Nederlandsche filmers met recht ja- lóerseh kunnen zyn. Het nieuwe programma bevatte, althans voor de Liga-leden, eenige reprises: Nightmail van Basil Wright en Alberto Cavalcanti en The Birth of the Robot, een poppenfilm van Pal voor Shell. Vooral de eerste heeft bij herzien uitmuntende kwaliteiten; zij is, ondanks haar lengte, voortdurend boeiend, goed van compo sitie, vol afwisseling gemonteerd en voorzien van een prachtig slot met het suggestieve Burgerlijke Stand. Geboren: Nicolaas Pe trus Johannes, zoon van C. B. van Schagen en C M. Zuurbier; Cornells Jacobus Maria, zoon van H. van der Vlugt en J. Zevenhoven; Pieter- nella Tonny, dochter van W. F. J. Tielman en T. Barth. Getrouwd: Nicolaas Martinu,s Smit, 27 jaar en Maria Lodewina Smorenburg 26 jaar; Jo hannes Rusman, 25 jaar en Aaltje Johanna Jansen. 22 jaar. Personalia. De ambtenaar bij de inspectie der directe belastingen, de heer H. M. H. van Kuipers, is met ingang van 1 Maart a/s. over geplaatst van Hoofddorp naar Apeldoorn. Stille Omgang Vrydagavond hield de afd. Heemstede van het Genootschap „Stille Om gang" een propagandavergadering In het R.K. Vereenigingsgebouw. Bij de opening deelde de voorzitter, de heer W. Groenland, mede, dat Heemstede niet meer als voorheen het Torentje ter beschikking zal &2\JS/C fl Toen slopen en kropen ze door het struikgewas naar het huisje, waar de heks woonde. Het was een vervallen huisje met een groote deur in het midden, die scheef stond. Uit den schoor steen steeg rook op, een bewijs, dat de heks thuis was, „Nu, dat is me ook een, heksentoer," zuchtte het varkeersagentje, toen hy eindeiyk rustig op zijn buik kon liggen. Plotseling zagen ze een vos op hen afkomen en door den glanzenden steent, (die aan <3en knop van den tooverstok was aangebracht, kono'ien ze zien, dat die vos een spion van de heks was, die eens kwam kijken, wie daar zoo op de loer lagen. „We zyn hem te glad af," zei Keesie, toen hij wist wat de vos kwam. doen. „Met vossen moet men vossen. Vangen,, jongens." Er hing een angstige, spannende stilte in het studievertrek van wijlen den heer George Dufranger, toen de notaris na her haaldelijk en langdurig gekucht te hebben, aan stalten maakte om de zegels van wijlen Du- franger's testament te verbreken. De verzamelde familieleden, een heterogeen gezelschap, dat elkaar nauwelijks van aanzien kende, volgden zyn bewegingen met de nauw gezette interesse, waarmee kleine kinderen naar hun groote soortgenooten staren, als die voor hen een langbegeerden schat te voorschijn zul len tooveren. Met een scherp mesje, dat een verveeld toe ziende klerk hem precies op tyd overreikte, ver brak de notaris de lakstempels, welke eerst zorgvuldig terzijde werden gelegd, voor hy het document ontvouwde. Eerst nog een droog, irri teerend kuchje, dat uit ongedachte diepten scheen te komen, dan las de notaris scherp ar- ticuleerend George Dufranger's laatste wils beschikking. „Ik vermaak aan al mijn wettige erfgenamen een gelijk gedeelte van mijn boekenschat, welke zich bevindt in de achterste gelykvloersche ka mer. Indien een week, na het bekend zijn van deze, myn wilsbeschikking, een erfgenaam zijn toekomend deel niet in ontvangst heeft geno men, zal dit onder de andere rechthebbenden worden verdeeld. Indien ook dezen geen prijs stellen op het bezit ervan, zullen de boeken aan het tehuis voor ouden van dagen in de Rue Lervier ten deel vallen. Aan genoemd tehuis vermaak ik bovendien den geheelen inventaris van het door mij bewoonde huis." De notaris legde 't document voor zich op tafel en ging weer zitten. Zes paar oogen dwaalden naar de enkele planken in den hoek, waarop in ongelijke rijen een boeken-allegaartje bijeen stond, in het testament met den weidschen naam van „boe kenschat" aangeduid; maar spoedig hadden ze daar genoeg van en zochten den notaris weer op, die mijmerde en met zyn ringen speelde. Nog even duurde de benauwende stilte, dan gaf een lijvig heertje, dat vlak by de deur zat, zijn eega kordaat een elleboog-stoot en maakte met zijn glimmend hoofd de veelzeggende be weging van „ga je mee." Als had ze er op ge wacht, veerde zij van haar stoel, snibde tegen den notaris „myn portie mag u gerust ver- deelen" en was nog voor haar echtgenoot by de deur, welke ze met een weidsch gebaar opende en hard achter zich dicht sloeg. Dit heldhaftig voorbeeld werkte dermate aan stekelijk op de overige aanwezigen, dat binnen enkele oogenblikken zich nog maar drie per sonen in de studeerkamer bevonden. Dit trio bestond uit den onverstoorbaren notaris, zyn melancholieken klerk en Leon Gasper, student in de rechtswetenschappen, dus berooid. Met kennersblik had hij den boekenschat op genomen, de inhoud er van interesseerde hem maar matig, maar als man van de wereld had hy vlug getaxeerd, dat de een of andere derde rangs boekhandelaar er tenminste nog wel een slordige paar honderd francs voor zou bieden. Toen de notaris hem dan ook vroeg, of hy, de eenig overgebleven erfgenaam, wellicht het voorbeeld van zijn familie-le- l den wenschte te soluut „Neen." „Dan hebt u er j zorg voor te dra- gen, dat het u toekomende erfdeel voor de vol gende week Donderdag uit deze woning is weggehaald," bitste de advocaat. „Ik zal het u gemakkelijk maken, mijnheer," was het zelf-verzekerde antwoord. „Ik zal nu enkele exemplaren, welke me het meest inte resseeren, meenemen. De overige laat ik mor genochtend om, laten we zeggen, 11 uur weg halen. Dan is het meteen maar achter den rug." De notaris knikte en de klerk noteerde; „Don derdagmorgen 11 uur." In een gehavend stuk grauw papier wikkelde Leon Gasper enkele boeken, die hem het meest belangwekkend voorkwamen en verliet dan ook spoedig de ongezellige woning. Dat geen enkel deel van den boekenschat van wylen George Dufranger by den boekhandelaar kwam, eer Leon Gasper het van voor tot ach ter heel precies had nagesnuffeld en dat alle erfgenamen van George Dufranger z.g., uitge zonderd Leon Gasper, tot razernij kwamen, toen ze hoorden, hoe „oomlief" zyn contanten had vermaakt, vindt zyn simpele verklaring hierin, dat een bedrag van circa tachtig-duizend francs, verdeeld in lapjes van fr. 100, in den boeken schat was verborgen. (Nadruk verboden) "Mat a, !<s«t. Eg l08 dui» •tand im '^reens '«tfialve '«fdere 'dichte ^tancK ie Itlow «Uiers s§ lakeniie> r®se* ^°seve* Rig, w Cheffin Olsten e°°honr. spreekkoor op het rhythme van den voortsnel lenden posttrein. Nieuw was The Future is in the Air van Paul Rotha, een documentaire van de luchtverbinding Londen-Australië. In tegenstelling met Nightmail is de lengte van Rotha's film opvallend, een fout, die in de kwaliteit van de film gezocht moet worden. Rotha valt te veel in herhalingen en weet aan dit toch boeiende onderwerp weinig relief te geven. Er zijn mooie opnamen te bewonderen en het materiaal is dankbaar genoeg om hier en daar te boeien, maar het geheel is zeker geen prestatie te noemen, die overeenkomt met de theoretische beschouwingen van den publi cist, die Rotha toch ook is. Opvallender was We Live in two Worlds van Grierson en Ca valcanti. Hierin worden twee werelden naast elkaar geplaatst, de wereld van het enge na tionalisme, van grenzen, tolmuren, douane en uiteindelijk het leger ter bescherming van dit alles, en de wereld van het internationalisme, van de techniek, die dienstbaar gemaakt wordt aan het tot elkaar brengen der volkeren, van telefoon, telegraaf, radio, yliegwezen enz. Vooral de inzet, waarin Zwitserland als voor beeld van deze twee werelden genomen wordt, is zeer suggestief en treffend van montage. Jammer, dat tegen het einde zoowel de grondgedachte als de pregnante filmstijl ver watert en de uiteindelijke bedoeling van dit werkje niet zeer duidelijk wordt. For all Eternity van Marion Grierson is een rondgang door de Engelsche kerken en kathe dralen. Ook hier missen wij tempo. Er valt mooi camerawerk, mooie muziek, intelligente tekst te apprecieeren, maar na Ruttmann weten wy, dat er van dit oogenschijnlijk doode materiaal meer te maken is. En dan was er Len Lye, die ook in het vo rige Liga-programma tusschen de ietwat con- ventioneele en statige producten van zyn col lega's luidruchtig, brutaal, maar vooral vol originaliteit opviel. Len Lye werkte ook nu weer voor de G.P.O., de Engelsche Posterijen, en zyn twee filmpjes N. of N.W. en Trade Tattoo hadden ook nu weer dat meesleepende, dat verbijsterend jongleeren met allerlei vond sten op het gebied van camera-instelling, van kleurentoepassing, van montage, waardoor men na eerste vertooning dit werk bijna critiekloos accepteert, omdat het nieuw is, omdat het weer problemen opwerpt en niet gedachte moge lijkheden toont, omdat het alle accenten van de ware film bezit, misschien wat bandeloos en ongemotiveerd toegepast, maar aldus meer bezittend dan zooveel pompeus uitgedoste film werken met wereldreputatie. Het feit, dat men de kennismaking met den virtuozen en origi- neelen Len Lye kon hernieuwen, zou op zich zelf al het organiseeren van dezen avond kun nen motiveeren; al het overige, dat nog te apprecieeren viel in het omvangrijke program ma, was dan te beschouwen als een welkom en ten zeerste gewaardeerd surplus. Op 27 Februari 1938 organiseert het district Noordholland van de K.N.A.U. te Alkmaar en kele Districts-propaganda-veldloopen, open voor lederen Noordhollandschen sportbeoefenaar. Start (12.00 uur) en finish (Circa 12.30 uur) Muziektuin. Het programma hiervoor luidt: 1. A-klasse 5 K.M. 2. B-klasse 5 K.M. 3. C-klasse 3 K.M. 4. D-klasse 3 K.M. (niet KNAU-leden). 5. Junioren en Scholieren 1 K.M. (ook open voor niét KNAU-leden) rondom Hertenkamp (tot 18 jaar). Voor iedere groep worden afzonderlijke prij zen beschikbaar gesteld, terwijl den deelnemer, die als eerste in Alkmaar wonende-deelnemer in de D-klasse door de finish komt, een speciale medaile zal worden aangeboden. Routes: 5 K.M. vanaf Muziektuin langs Prins Bern hardlaan over Krocht en langs Westerweg naar Heilooërbosch, door het bosch, terug langs Zan- dersloot. 3 K.M. Muziektuin, Pr. Bernhardlaan, Krocht, Westerweg, Frederikslaan, over plank over Zan- dersloot (tusschen Fred.- en Spokenboschlaan), Van Foreestlaan, over brug terug naar Zander- sloot, Zanderslootweg, Harddraverslaan. 1 K.M. Rondom Hertenkamp: Harddravers laan, Prins Bernhardlaan, langs Hertenkamp, Prinses Julianalaan. Inschrijvingen voor Alkmaarders ook bij: se cretaris van A.V.A., B. Bruinvis, Metiusstraat 4 (firo 290887), doch vóór 15 Februari. De arm van eer fietser isgeentoo- verstaf: vóór het veranderen van richting moet hij zich ervan over tuigen of de ma noeuvre VEILIG volvoerd zal kun nen worden! ■"feeks *062-1 toO(Tac a ML t Nverst GKTiIL* Nxea, 18S-1 OoSTe. rHOSL; rr'fSl: h.u8e. fit. i ^ottee ~ü-ic cHil ^oluay t.eru 1 eru |0HU<3 ^Cou. **Roi 4-Ms' le ^Oltl 9 „Ik wacht tot u op zij gaat, mijnheer de kapi tein," zei ze, zonder in het minst te beven. „Ik ga liever zonder hulp naar beneden." Hij uitte een half onderdrukten vloek, maar ging toch naar de tafel terug. Zij drukte mij veelbeteekenend de hand en fluisterde heel zacht: „Vaarwel, Monsieur, maak u niet onge rust over mij, zorg goed voor het document." Daarop begon zij langzaam het krakende lad dertje af te dalen tot zy veilig op den grond stond, en keek den kapitein recht in de oogen. Ik bukte my een weinig, zoodat ik alles goed Zou kunnen opnemen en rekende er op, dat de man niet meer naar boven zou kijken. Als het meisje misschien bang was, dan toonde zij dit nóch in haar manieren nóch in haar uiterlijk. Zij stond rechtop en keek hem open aan, met de eene hand had zij nog de ladder vast, en het licht van de kaars viel op haar. Haar hou ding gaf blijk van een zekere onverschillige minachting, maar ook van groote vastberaden heid. Met den mond half open scheen de kapi tein te aarzelen om de woorden van scherts, die hem al op de lippen lagen, uit te spreken. Zijn stemming ging langzamerhand van onbe schaamdheid tot boosheid over. En toen zy daar zonder een woord te zeggen, hem bleef aan staren, verloor hy alle beheersching over zich zelf. „Je hoeft je fyne manieren niet op mij te probeeren, sluwe heks," bromde hij dreigend, „of ik zal je wel eens een lesje leeren. Je bent niet de eerste vrouw, die ik getemd heb, en je zult ook niet de laatste zijn. Maar kom toch een beetje dichter by." „Ik blijf liever hier," gaf zij koel ten ant woord, en haar vingers hielden het hout steviger vast, maar overigens gaf zy geen teeken van zenuwachtigheid. „En ik raad' u aan het zelfde te doen." „Ha! ha! Dus zooveel als een bedreiging, als ik het goed begrijp!" lachte hy, „en ik ben natuurlijk verschrikkelijk bang. Wel, jy kleine dwaas, ik zou je met één hand kunnen verplet terenkyk maar eens hier," en hy stak een reuzenvuist vooruit en deed de vingers veelbe teekenend open en dicht. „Stel je eens even voor, dat ik zoo je hals er tusschen nam? Ba! wie zou daar naar kraaien?" Zij maakte niet de geringste beweging, haar oogen bleven recht in de zijne staren en ver anderden in het minst met van uitdrukking. „Kapitein Awlright," zei ze flink, „u behoeft geen moeite te doen om mij bang te maken. Wel ben ik een vrouw, maar niet een van die soort, U heeft natuurlijk uw lichaamskracht mee, maar in mijn geval zal het u niet baten." „En waarom niet?" vroeg hij onbeschaamd. „Omdat," en de rust waarmee z|j sprak, werkte overtuigend, „als gy probeert de hand op mij te leggen zal ik u doodenverstaat gij mij?" „Jij kleine heks! Verbeeld je je soms, dat je mij met je oogen kunt dooden? Ik ben een veel te oude vogel om m|j zoo maar te latéh pak ken." Hij zweeg even. „En bovendien, je werd onderzocht „Dat is niet waar." „Dan heeft Dom gelogen! Ik ben er van overtuigd, dat je een bepaald doel hebt met je reis. Ik zal daar wel achterkomen!" „Gij hebt niets anders te doen, Monsieur, dan mij op de proef te stellen en af te wachten. Nog één stap en ik zal het u toonen. Wat? Uw mannen? Ik zou liever met hen te doen hebben dan met u alleen, en wat dien gluiperigen vos van een luitenant betreft, hij kan blaffen maar niet bijten. Luister nu eens, Monsieur ik heb eenmaal onwaarheid tegen u gesproken, maar op dit oogenblik niet. Als gy mij aanraakt, zult gy sterven, dat zweer ik. Hoor naar wat ik u ga zeggen. Gij zyt in den waan, dat ik een vrouw ben, die zichzelf niet verdedigen kan, de dochter van een onbekend commissaris, met wie gij kunt doen zooals gij wilt. Ik heb u dat verteld, toen gij nuchter waart en in het bijzijn van uw mannen." „Ik ben op het oogenblik nuchter." „Ja, gij kunt staan en loopen, maar uw ge dachten zyn door het vele drinken vertroebeld. Ik zag en ik hoorde en ik wist, wat gij van plan waart. En ik overlegde bij mijzelf wat ik zou doen. Ik vertelde u een valsch verhaaltje: ik ben niet Henriette Valoig, maar een dame van het Fransche hof. Als gij mij zoudt durven beleedigen, dan zijn er verschillenden, die hun zwaard in uw lichaam zouden steken, al zou dit hun dan ook het leven kosten. Dit is de waarheid." Als de man nuchter was geweest, dan zou hij haar zeker geloofd hebben, zy had met zulk een overtuiging gesproken, dat er geen plaats voor twijfel overbleef. Zelfs zooals de zaken nu stonden, aarzelde hy, hy wist niet recht, v/at hy hierop moest zeggen. Toen drong de gedachte, dat dit maar een truc was, een staaltje van vrouwelijk vernuft, zijn versufte hersens binnen. Het deed hem wat opleven en hij zei, half lachend, half boos: „Een aardig verhaaltje, moet ik zeggen, maar niet erg ge loofwaardig. Ik ben ook in het minst niet bang voor al die Fransche zwaarden, die voor u ge trokken zouden worden, myn liefje. Phoe! ik heb er twintig jaar mee omgegaan. We zullen dan ook maar eens een eind aan deze praatjes makenGij zijt dus niet Henriette Valois? Nu, ik heb dat ook geen oogenblik geloofd. Misschien wilt gij wel zoo goed z|jn uw werke- lijken naam te noemen?" „Ik ben Camille d'Enville." „Ho! ho! Gy noemt daar nog al zoo iets! Een heele sprong van uw eerste verklaring! Waarom u zelf maar niet meteen tot koningin gepro moveerd? Gij zijt dus de schoonheid van Louis' hof, niet waar? Nu, ik moet zeggen, dat uw uiterlijk uw woorden bevestigt. Op mijn woord, het zal een echte grap zijn om dit te kunnen vertellen. En wat is de reden, Mademoiselle Camille d'Enville, dat gij hier zijt? Ik meen toch, dat het hof nog steeds in Parijs is." „Louis is in Charleroi," gaf zij kalm ten ant woord, „ten minste, daar was hij twee dagen geleden. Er zijn dames van het hof mee naar het kamp gegaan, en er steekt niet vreemds in, dat ik mij bij haar zou voegen." „Alleen? door de linie van den vijand heen?" „Niet alleen, Monsieur, ik reisde onder ge leide, maar een ongeluk had ons van elkaar gescheiden. En ik zou ook niet alleen in het Fransche kamp zijn geweest, want myn broe der behoort tot Saxe's staf," „De jonge Chevalier d'Enville?" Het meisje boog. „De naam is u dus niet onbekend?" „Ik heb eerder over hem hooren praten. Wij hebben elkaar eens in Ostende ontmoet; toen was hij een wilde jonge kerel, maar na dien tijd heeft hy zich van den ernstigen kant doen ken nen. Ik zou hem my misschien niet eens her innerd hebben, als het niet was, dat ik nog dezen avond over hem had hooren praten." „Over hem? Op welke manier?" „Wel, laat ik eens zien. 't Kan een uur vóór wij op u en uw vriend stuitten, geweest zijn, dat wij schoten wisselden met een Franschen verkennerstroep, 't Had natuurlijk niets te be- teekenen, een beetje vuren in het donker, en de partijen kenden eikaars sterkte niet. Noch tans, de Franschen. vluchtten en lieten één man voor dood achter. Onze sergeant trof hem nog levend aan; het was een recruut van het Nor- mandische Regiment, en vóór hy stierf, vertelde h|j dat de sectie op zoek was naar een vluch teling, die een officier van het Regiment des Konings gedood had." Alle kleur trok uit haar gezicht weg en de voorgewende onverschilligheid van zoo even had haar geheel in den steek gelaten. „Het Regiment van den Koning, Monsieur? En de naam van den officier?" „Kapitein d'Enville." Er volgde nu zóó'n diepe stilte, dat ik de twee beneden kon hooren ademhalen. Haar hoofd zonk neer op haar handen, die nog altijd steun aan de ladder hadden. Een minuut lang had het meisje vergeten waar zij was, zelfs het bijzijn van den man. Ik beefde verschrikkelijk, al m|jn zenuwen waren in actie, maar ik ver loor Awlright's gezicht geen seconde uit het oog. Het stond duidelijk in zijn oogen te lezen, dat hij dacht, dat het meisje slechts de eenmaal op zich genomen rol verder speelde. „U weet dus heel zeker, Monsieur, dat hij gedood werd?" vroeg zij ten laatste. „Dat heeft de sergeant mij ten minste gerap porteerd. Ik zelf heb den man niet gezien. Het was een strijd bij het kaartspel en d'Enville kwam te vallen door het zwaard van zijn tegen stander. Men hoort dikwijls genoeg over der gelijke dingen praten en ik heb er dan ook niet bijzonder naar geluisterd." „En de man, die hem doodde? Hebt g|j zijn naam misschien ook gehoord?" Awlright dacht even na. .(Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 2