Binnenlandsch aspect der Engelsche crisis Hoest- Twee belangrijke gebeurtenissen in Oostenrijk Sociale Zaken EEN OUDE STELLING VERLATEN GROOTE BEROERING IN POLITIEKE KRINGEN B0NB0NS UTRECHT Voor het eerst werd Hitler's rede uitgezonden WOENSDAG 23 FEBRUARI 1938 De positie der conservatieven wordt zonder twijfel onder de kiezers aanmerkelijk verzwakt Crisisstemming zal aanhouden HET VLIEGONGELUK BIJ EELDE Onderzoek door den Raad voor de Luchtvaart PRINS BERNHARD NAAR LONDEN? Tuinders protesteeren tegen teeltheffing 1verzach«h| vjW tCttL Auto na botsing te water geraakt Een der drie inzittenden, een meisje, verdronken RIJWIELACHTERLICHTEN Men dient deugdelijk materiaal te gebruiken KONINGIN NAAR HET LOO Urk opgeschrikt door aardschok Oorzaak van dit verschijnsel niet bekend BOUW VAN KAZERNES TE HARDERWIJK De gemeente stelt terrein beschikbaar PAUL NEUMANN IN ONS LAND ar—!1 Nationaal-socialistische partij wordt niet erkend of geduld De a.s. rede van Bonds kanselier Schuschnigg De kwartjes-spaarregeling acht de minister van belang voor de betrokkenen Memorie van Antwoord aan Eerste Kamer Toepassing Bedrijfsradenwet Zuivering van afvalwater Arbeidersverzekering Werkloosheid onder de jeugd Het kwartje De Stille Omgang In drommen naar Amsterdam; 50 extra-treinen (Van onzen Londenschen correspondent) De gebeurtenissen en omstandigheden, welke Mr. Anthony Eden ruim twee ja ren na de verheffing tot zijn hoog ambt tot aftreden gedwongen hebben, zijn u bekend Uit den brief van den afgetreden minister aan Mr. Chamberlain blijkt wel heel duidelijk, hoe diepgaand de meeningsverschillen tusschen de beide staatslieden zijn. Deze meeningsverschil len vonden niet alleen hun oorzaak in uiteen- loopende begrippen betreffende taktfek en me thode; zij waren ook van principieelen aard. Het is hierbij, dat ook het buitenland het groot ste belang heeft. Mr. Eden plaatste zich, voor zoover de omstandigheden dit maar eenigszins toelieten, op Volkenbondsstandpunt; Mr. Chamberlain, vóór alles beheerscht door den wensch tot overeenstemming te komen met Italië, en ook met Duitschland, was geneigd Volkenbonds- (en andere) beginselen te laten varen, zoo deze toenadering tot de dictators in den weg stonden. Deze twee zienswijzen waren onvereenigbaar; het was reeds lang duidelijk, dat de betrekke lijke beginselvastheid van Mr. Eden en het meer opportunistische beleid van den Eersten Minister op den duur niet konden samengaan. Indien desniettemin Mr. Eden zoovele maanden onder Mr. Chamberlain is blijven voortwerken, ofschoon zijn positie vaak hoogst onaangenaam was, dan is dit vooral hieraan toe te schrijven, dat de Foreign Secretary, als loyaal partijman, en Mr. Chamberlain als hoofd der Regeering en der partij een crisis zoo lang mogelijk poog den te vermijden. Het is aan dit binnenlandsche aspect van Mr. Eden's aftreden, dat wij onze aandacht willen schenken. En dan moeten wij op de eerste plaats vast stellen, dat dit aftreden, ofschoon men het reeds lang voorzien had, zeldzaam opzien gebaard heeft, en dat in politieke kringen de beroering zoo mogelijk nog grooter is dan toen in Decem ber 1935 Mr. Eden's voorganger, Sir Samuel Hoare, zich in verband met zijn voorloopige overeenkomst met den Franschen minister Laval tot aftreden gedwongen zag. Wij herinneren eraan, dat het prestige van Sir Samuel, vooral na zyn schitterende recht- vaardigings-rede in het Lagerhuis, zoo snel weder toenam, dat Mr. Baldwin hem na eenige maanden opnieuw in het kabinet haalde als Eersten Lord der Admiraliteit. Eden is de populairste persoonlijkheid in het kabinet-Chamberlain. Hij dankt dit aan verschillende omstandigheden. Zijn loopbaan is schitterend geweest. Hij treedt af als Foreign Secretary op een leeftijd 40 jaar waarop anderen reeds hooglijk vereerd zou den zijp wanneer zij tot onder-staatssecretaris benoemd werden. Zijn voorkomen en manieren zijn zeer innemend. Zijn welsprekendheid, zon der in haar geheel bijzonder indrukwekkend te zijn, wordt toch gekenmerkt door metaphoren. die inslaan bij het beste deel der bevolking. Soms heeft hij in het Lagerhuis gesproken met een fierheid, waarvan het volk, al te zeer ge wend aan parlementaire vaagheden en ontdui kingen, genoot. Maar bovenal werd deze aristocraat be schouwd als de man, die, meer dan een zijner collega's, de begrippen van het volk ten aan zien van de internationale staatkunde verper soonlijkte. Lang voor hij Foreign Secretary was eerst als ondersecretaris en daarna als Lord Privy Seal was hij de gunsteling van de Op positie, die in zijn handen de belangen eener democratische, op den Volkenbond steunende buitenlandsche politiek het veiligst achtte. Merkwaardigerwijze won hij eerst later het ver trouwen van de massa der Conservatieven. Voor de partij en voor de Regeering was Mr. Eden een kostbaar bezit geworden, vooral sinds de stugge, weinig populaire Neville Chamber lain aan het hoofd van het kabinet gekomen was. Bij tusschen tij dsche verkiezingen speelt tegenwoordig de buitenlandsche politiek een eenigszins belangrijke rol. In een land, waar zoovelen partijloos zijn en opportunistisch stem men, kan de vraag hoe een candidaat (of diens partij) tegenover den Volkenbond, of tegenover het Spaansche conflict, of tegenover „de Dic tators" staat, van niet geringen invloed zijn op den uitslag van een stembusstrijd. Het was een belangrijk «.voordeel voor de Conservatieve par tij, dat Mr. Eden's politiek ook in niet-conser- vatieve kringen gunstig aangeschreven stond. Velen, die anders op een Labour-candidaat ge stemd zouden hebben, brachten nu hun stem uit op den Regeeringscandidaat, omdat zij ver trouwen stelden in Mr. Eden, of onder den in druk waren van diens laatste rede. Men moet dus aannemen, dat tengevolge van zijn heengaan de positie der Regeering onder de kiezers aanmerkelijk verzwakt zal worden. Alleen wanneer Mr. Chamberlain erin slagen mocht met Italië tot overeenstemming te ko men op een grondslag, welke de massa der kie zers bevredigt, zullen de Regeering en de Con servatieve partij den terugslag van Mr. Eden's aftreden bij tusschentijdsche verkiezingen niet. of althans minder pijnlijk voelen. Een aantal leden van het kabinet, onder an deren Mr. Malcolm MacDonald (Domi nions), Mr. Ormsby-Gore (Koloniën) en Mr. Elliot (secretaris voor Schotland), moeten geheel aan de zijde van Mr. Eden gestaan heb ben, zonder evenwel af te treden waarschijn lijk omdat door zulk een massa-ontslag de mi nister-crisis zou zijn aangegroeid tot een kabi netscrisis, zoodat zelfs algemeene verkiezingen onvermijdelijk hadden kunnen worden. Maar de beroering is, alom in politieke kringen, groot en zij weerspiegelt zich in de pers, niet alleen in de Londensche, maar ook in de provinciale, die in haar commentaren vaak veel scherper is. Mr. Eden wordt door ontelbare hoofdartikel- schrijvers gehuldigd, gelijk sinds onheuglijke tijden geen tusschentijds aftredend minister gehuldigd is. Het is waar, dat die geestdrift spoedig bekoelen kan; staatslieden op non-acti viteit worden licht vergeten. Maar in dit op zicht zal veel afhangen van wat Mr. Eden zelf doen zal. Hij kan zich „terugtrekken", teneinde de Re geering en de partifc jegens welke hij steeds loyaal geweest is, niet in moeilijkheden te bren gen. Maar een man, die voldoende aan'zijn beginselen hecht om er een der schitterendste openbare posten aan te offeren, heeft er ook voldoende aan om ze daarna met hand en tand te blijven verdedigen. Hij kan dit, evenals zijn leermeester, Sir Austen Chamberlain (ondei wien hij zijn loopbaan in 1927 begon als Parle mentair Particulier Secretaris), doen door in het Lagerhuis zijn waarschuwende stem te ver heffen zoo vaak groote beginselen in het ge drang komen. Maar Sir Austen was een man van 70 dertig jaren ouder dan Mr. Eden, en had het prestige van een hoogen leeftijd en een zeer lange ervaring. De rol, die hij gedurende zijn laatste levensjaren vervulde, kan niet ge speeld worden door een betrekkelijk jongen man. Van Mr. Eden verwacht men activiteit en actie. Men denkt dus aan de mogelijkheid dat hij zooal niet onmiddellijk, een eigen groep zal vor men, die min of meer buiten de partijen staat, maar waarin allen welkom zijn, die de Volken bondsbeginselen in de buitenlandsche staat kunde willen handhaven, en zich verzetten te gen de politiek van concessies tegenover „de Dictators", waarvan men Mr. Chamberlain be schuldigt. Zulk een groep zou den steun hebben van nagenoeg alle liberalen en labour-mannen benevens van den geheelen linkervleugel der Conservatieven. Een man als Winston Chur chill, die nu reeds bijna negen jaren „ambte loos" is, maar wiens invloed groot is gebleven zou zeker met Mr. Eden meegaan. Hij zou een Lloyd George met zich hebben. En beweerd wordt, dat in politieke kringen reeds plannen bestaan om Mr. Eden te spannen vóór een agi tatie tegen de Italiaansche politiek der Regee ring. Maar ook wanneer het zoover niet komt moet men in aanmerking nemen, dat een zeer slechte indruk verwekt is door dat ongetwijfeld de s c h ij n bestaat, dat Mr Eden's positie onhoudbaar geworden is tenge volge van Italiaansche en Duitsche pressie. In zulke gevallen kan de schijn even noodlottig zijn als de werkelijkheid. Weinige dagen geleden ontving de Eerste Mi nister de mededeeling, dat de zeer invloedfijke Conservatieve Commissie voor Buitenlandsche Zaken met groote meerderheid van stemmen een resolutie aangenomen had, waarin gezegd werd, dat het oogenblik voor het aanknooper. van onderhandelingen met Italië ongeschikt was. Dit is, gelijk men weet, het standpunt van Mr. Eden. Ongeveer honderd Conservatieve Lagerhuisleden moeten deze bijeenkomst der Commissie bijgewoond hebben; dit wijst erop dat Mr. Eden buiten het kabinet in politieke kringen veel steun vindt. De mogelijkheid bestaat natuurlijk, dat Mr Eden zich voorloopig op den achtergrond zal houden, maar onder politici meent men toch. dat hij het terrein niet geheel aan Mr. Cham berlain zal overlaten. En zelfs wanneer hij dit toch doen mocht, is de kans groot, dat anderen voor hem in het strijdperk zullen treden, want de Eerste Minister heeft mèt Mr. Eden een groot en belangrijk beginsel over boord gewor pen. De ministerieele crisis zal vandaag of mor gen opgelost zijn, maar een politieke crisis stemming zal blijven heerschen, en de beroe ring, welke thans merkbaar is, zal niet onmid dellijk bezinken. Zelfs wanneer men Mr. Eden niet meer mist, zal men de politiek missen waarvan hij in het kabinet de voorvechter ge weest Is. De tegenstanders der Regeering zullen het gebeurde tot het uiterste, en zeker niet zonder succes, uitbuiten, maar erger wellicht dan dat tallooze partijgangers der Regeering zullen niet berusten in wat men met den besten wil ter wereld niet anders dan een politieke frontverandering noemen kan. Door dat te constateeren, beweren wü niet, dat de Eerste Minister niet den juisten weg volgt. Dit kan eerst beoordeeld worden, wan neer men weet waarheen die weg hem voert. Maar hij heeft zeker beginselen verzaakt, waar in een groot deel van het volk te recht of ten onrechte nog gelooft en dit kan een nood lottige uitwerking hebben op de positie der Na tionale Regeering. Op 28 Februari zal de Raad voor de Lucht vaart in het Departement van Waterstaat een openbaar onderzoek instellen met betrekking tot het ongeval, dat op 17 December j.l. is over komen aan het vliegtuig PH-AKC. Het toestel, dat bestuurd werd door J. C. Plesman, is kort na den start nabij het luchtvaartterrein Eelde neergestort en werd daarbij vernield. De be stuurder en de mede-inzittenden bleven onge deerd. De bestuurder zal door den Raad worden ge hoord ter zake van schuld aan het ongeval. i Naar de „Daily Telegraph Morning Post" verneemt, zou Z.KM. Prins Bernhard voorne mens zijn in het midden van de volgende maand een particulier bezoek aan Londen te brengen. Z. K. H. hoopt verscheidene dagen in Engeland door te brengen, in gezelschap van zijn broeder, Prins Aschwin. Maandag waren alle tuinders te Hoogkarspel opgeroepen om een cessie te teekenen voor de teeltheffing op vroege aardappelen, welke hef fing dit jaar is verhoogd tot 50.per H.A. Op voorstel van het bestuur van de veiling „De Eendracht", de L.T.B., afd. Hoogkarspel, en den Ned. Tuindersbond, afd. Hoogkarspel, hebben alle tuinders „zonder uitzondering" deze cessie geteekend onder protest, door hun naam te plaatsen op twee lijsten, welke zullen worden verzonden aan de betrokken instanties. Om deze actie kracht bij te zetten is het te hopen dat dit voorbeeld door anderen zal wor den nagevolgd. Dinsdagdagavond om elf uur kwam de heer Van der Biggelaar uit Roosendaal, juist toen hij met zijn auto de Sluisbrug te Dordrecht was gepasseerd, met een vrachtauto, bestuurd door B. V. uit Barendrecht, in botsing. De schok van de aanrijding was zoo hevig, dat het portier open sloeg en de bestuurder uit den wagen werd geslingerd. Hij bekwam geen letsel. Stuurloos reed de auto met drie inzitten den op de Kalkhaven toe en stortte in het water. De zeventienjarige zoon van den heer Van der Biggelaar en de zeventienjarige dochter Nelly van den ijzerfabrikant Ko- nings uit Roosendaal konden zich onder water uit den auto bevrijden en zich zwem mende in veiligheid brengen. De derde in zittende, mejuffrouw C. H. M Konings, eveneens een dochter van den rabrikant, verdronk. Het lijk werd later met een dreg opgehaald. In de pers zijn in den laatsten tijd klach ten geuit ten aanzien van de rijwielachterlich ten, die, hoewel zij van het rijkskeur voorzien zijn, toch gebreken zouden vertoonen: zij zou den defect raken, lostrillen en onvoldoende con tact maken. Gevraagd werd, waarom het ach terlicht juist op het achterspatbord moest zijn bevestigd en waarom bijv. niet aan den bagage drager, waar het minder aan trilling onder hevig zou zjjn. Wij vernemen hieromtrent van officieele zij de, dat het achterlicht als het onklaar mocht raken, als reflector moet dienen. Daartoe moet het laag en ook overigens gemakkelijk zicht baar zijn aangebracht, teneinde voor achter- oprijdende automobilisten ook bij gedimd licht zichtbaar te zijn. Het lostrillen kan in vele gevallen voorkomen worden, indien men zorg draagt, dat het lampje stevig in den lamphouder wordt bevestigd. Te vens zorge men, dat de leiding uit deugdelijk materiaal bestaat. Door controle van overheidswege zal zooveel mogelijk er voor gewaakt worden, dat slechts deugdelijke lampjes in den handel worden ge bracht. H. M. de Koningin is hedenmorgen voor een kort bezoek per auto van Soest op het paleis Het Loo aangekomen. De bewoners van Urk zijn Dinsdagavond hevig opgeschrikt door een korten aardschok, die de ramen deed rinkelen, terwijl de deuren open gingen. Het ergste werd de schok gevoeld op het hoogste gedeelte van het eiland. De oorzaak van dezen schok, die met een dof gerommel gepaard ging, is niet bekend. De leider van het Kon. Ned. Meteorologisch Instituut kon geen verklaring geven van dit vreemde ver schijnsel. Vermoedelijk is een zeeverschuiving ten gevolge van het baggerwerk by het eiland de juiste verklaring van dit schrikbrengend ge beuren, dat overigens, voor zoover bekend, geen schade heeft aangericht. In de hedenmorgen gehouden vergadering heeft de raad van Harderwijk besloten om kos teloos aan het Rijk af te staan een terrein van ongeveer 25 H.A., gedeeltelijk met bosch be plant, voor den bouw van een kazerne-complex voor een regiment veldartillerie (het eerste re giment veldartillerie uit Utrecht). Verder be vat het besluit het aanleggen van toegangswe gen en rioleering, alsmede het opruimen van den boschaanplant. De gebouwen, voor elke batterij een paviljoen, zullen waarschijnlijk langs den Leuvenumschen- weg (den nieuwen a^phaltweg naar Apeldoorn) gebouwd worden. Het terrein ligt ten Zuiden en ten Zuidwes ten van het z.g. kampterrein. Dit terrein is reeds in het bezit van het Rijk en werd vroe ger gebruikt als kampeerterrein. Tijdens den wereldoorlog heeft het gediend voor het ver blijf van 10.000 geïnterneerde Belgen. Dit kampterrein, dat grenst aan het nieuwe terrein, waarover de raad thans besliste, zal gebruikt worden als exercitieterrein. Naar wij vernemen zal zoo spoedig mogelijk met den bouw van de kazernes worden begon nen. Eerst zullen de paardenstallen worden ge bouwd. Het personeel van het eerste regiment veldartillerie wordt dan tijdelijk ondergebracht op het terrein Kranenburg, waar vroeger de veldartillerie was gelegerd. Dit ligt onmiddellijk aan de militaire terreinen, waar de oefeningen worden gehouden en welke thans nog in ge bruik zijn voor de infanterie. De Breslauer geleerde, Paul Neumann, spe ciaal bekend als stern-kundige, komt dezer da? gen in Valkenburg enkele weken les geven. In Duitschland heeft hij veel gearbeid op Semina ria e.d. en we hebben hem indertyd te Regens burg medegemaakt, toen hij een cursus in stem-ontwikkeling gaf aan het Regensburger Domkoor. In zijn boekjes „Der Stimmwechsel", „Die Stimmkrankheiten der Lehrer" en „Die Stimm- liche Erziehung des Chores" behandelt hij zijn stof grondig en wetenschappelük. Aan allen, die veel moeten spreken en zingen en vooral aan degenen, die daarin onderwijs moeten geven, zijn deze werkjes bijzonder aan bevolen. De Parkiet, het eerste der serie Lockheed Super Elec- tra-toestellen, waarmee ge zagvoerder Geijsendorffer op het oogenblik onderweg is van Californië naar Curagao (Van onzen Weenschen correspondent) Zooals men weet is Zondag j.l. de groote redevoering van Rykskanselier Hitier door alle Oostenryksche zenders uitgezonden. Luid sprekers waren in groote lokalen opgesteld en iedere Oostenryker kon openiyk zyn belang stelling voor de woorden van den Duitschen dictator toonen. Misschien dat men in Neder land dit feit niet zoo heel belangrijk heeft ge vonden, in werkelijkheid was het een gebeurte nis van groote beteekenis. Vroeger kon de Oostenryker een rede van Hitier alleen in het geheim beluisteren. Eenige maanden geleden werd het toegestaan, dat men thuis zijn radiotoestel inschakelde om Hitier te hooren, maar men mocht bijvoorbeeld niet, als men zelf geen toestel had, bij zijn buurman gaan luisteren. Wie gesnapt werd, werd bestraft. Ik ben Zondag naar een restaurant gegaan om de rede te beluisteren en tevens om de reactie der bezoekers te observeeren. De men- schen gaven nu en dan teekenen van instem ming, daar bleef het echter bij en zoo schynt het vrijwel overal gegaan te zijn. Wel trok na de redevoering van Hitier een groote troep Oostenrijksche S.S. en S.A.-mannen, hoewel de leiding daartoe geen bevel had gegeven, naar het gebouw van het Duitsche gezantschap in de Metternichstrasse, begeleid door een massa publiek uit alle standen, om luidruch tig te danken voor de door Hitier doorgezette amnestie, maar de politie behoefde niet in te grijpen en had alleen maar voor de openbare orde zorg te dragen. Een tweede gebeurtenis van niet minder be lang is de rede, welke Schuschnigg Donderdag as. zal uitspreken en welke door de Duitsche radiostations wordt uitgezonden. De eerste sensatie is voorby en er wordt be trekkelijk kalm aan de afwikkeling der likwi- datie van den onmogeUjken toestand gewerkt. Steeds heb ik er den nadruk op gelegd, hoe groot het getal „nationalen" is in Oostenryk en wie niet blind is, heeft nu meer dan ge noeg gelegenheid, dit te constateeren. Wie nu nog van een kleine groep „Unentwegten" spreekt, zooals dit maar al te graag gedaan werd, is zienderoogen blind. Men legt het mas ker af, nu men niet meer gedwongen is te huichelen. Sinds de samenkomst der beide kanseliers te Berchtesgaden kan men in Oos tenryk openlijk nationaal-socialist zijn, zonder met den strafrechter in aanraking te komen. Dit wil echter niet zeggen, en hier zij de nadruk op gelegd, dat van nu af aan in Oostenrijk de nationaal-socialistische party erkend of ook maar geduld wordt. Absoluut niet. Oostenrijk kent sinds de grondwet van 1934 geen partijen meer, geen roode, geen zwarte en ook geen bruine. De eenige groote politieke organisatie van Oostenrijk was en is het Vaderlandsche Front. Na de conferentie van Herchtesgaden kan een nationaal-socialist lid worden of blijven van het Vaderlandsche Front op voorwaarde, dat hij zich evenals zyn „Führer" aan de overeen komst van 11 Juli 1936 houdt, die Oostenrüks onafhankelijkheid ten grondslag heeft. Welke houding de radicale nationaal- socialisten van Oostenrijk in dezen zullen aan nemen staat te bezien. De gematigden zijn zonder meer te winnen of liever reeds gewonnen. In nationale kringen zou men zelfs van plan zyn een demonstratieven nationalen optocht met „Heil Hitier" en „Heil Schuschnigg^' te organiseeren, als Schuschnigg's rede tenminste naar hun meening gunstig uitvalt. De passus-Oostenryk in de rede van Hitier klonk zeker sympathiek, ofschoon het opgeval len is, dat Hitler van Duitsch-Oostenryk sprak en Oostenrijks onafhankelykheid niet expressis verbis bevestigde. De waarborgen van de Utrechtzyn een bolwerk van rust en veiligheid voor ieder verzekerde! Eind 1936 bedroegen deze in totaal rond 134 millioen gulden! Vraagt inlichtingen. N.V. Levensverzekering Mij. „Utrecht" te Utrecht. In de Memorie van Antwoord op het Voor loopig Verslag der Eerste Kamer over de begrooting van Sociale Zaken merkt minis ter Romme o.m. op, dat, wanneer men den minister van Sociale Zaken verwijt, het kwaad der werkloosheid niet in den wortel te hebben aangetast, men impliciet veron derstelt, dat het werkterrein van den minis ter van Sociale Zaken zich ook zou uitstrek ken tot de bevordering van de wegneming der werkloosheidsoorzaken, hetgeen evenwel voor zooveel mogelijk tot het departement van Economische Zaken behoort. Wat betreft de opmerkingen, tot uiting ge bracht ter zake van het standpunt, dat de mi nister ten aanzien van het vraagstuk van den arbeid der gehuwde vrouw in het desbetreffende voorontwerp van wet heeft neergelegd, meent de minister zich thans van eenig wederwoord zij nerzijds te moeten onthouden, zulks wijl het bedoelde voorontwerp van een wettelijke rege ling by den Hoogen Raad van Arbeid nog in onderzoek is en dat college hem nog advies ter zake moet uitbrengen. De minister is doordrongen van de noodzake- lykheid, om de verdere invoering van de Ar beidswet zooveel mogelijk te bevorderen. Of tot verkorting van den werktijd, die sinds 1 Januari 1929 voor verplegend personeel geldt, zou kunnen worden overgegaan, vormt by den minister een punt van §verweging. Een volstrekt verbod van overwerk zou, naar de minister vreest, het beoogde doel missen en daarenboven in economisch-sociaal opzicht scha- deüik werken. Met de voorbereiding van een wettelyke regeling van den werktyd van landarbeiders wordt de gewenschte spoed betracht. Het is de bedoeling, dat daarbij loonarbeid van leerplichtige kinderen verboden zal worden. Omtrent de vraag, of voor bepaalde groepen van personeel bij overheidsdiensten verkorting van den werktijd gewenscht en mogelyk is. is tusschen den minister en eenige zijner ambtge- nooten overleg gaande. Er is in ons land een groot tekort aan dienst boden, tengevolge waarvan nog steeds rond 20.000 buitenlandsche meisjes hier in huiselijke dien sten werkzaam zyn. Het 'ligt voor de hand, dat men tracht, de plaatsen, thans door die meisjes ingenomen, waar mogelijk, te doen bezetten door Nederlandsche meisjes. Tot het bevorderen van de toepassing der wettelyke regelingen aangaande arbeidersbe scherming en sociale verzekering op huisperso neel, gelijk gevraagd, heeft de minister niet het voornemen. Naar aanleiding van de opmerkingen van eenige leden over de loonen by huisarbeid in de confectie- en tricotage-industrie deelt de mi nister mede dat hij bereid is huisarbeidscom missies voor die bedrijven in te stellen. De minister staat afwijzend tegenover de ge dachte, om te pogen te beletten, dat bezoldigde arbeid wordt verricht door personen, die een be- hoorlyk pensioen genieten. Wil het instituut der bedrijfsraden zich thans versneld kunnen ontwikkelen, dan is, naar de meening van den minister, in de eerste plaats noodig, dat den bedrijfsraad in de uitvoering der sociale wetgeving een ruime plaats wordt opengesteld. De minister heeft gemeend, daar mede zynerzyds een begin te moeten maken in de voorontwerpen van wet, welke hy bij den Hoogen Raad van Arbeid aanhangig heeft ge maakt. Daarnaast heeft de minister gemeend te moeten bevorderen een wijziging van artikel 22 der bedrijfsradenwet. Wat nu betreft de toekenning van verorde nende bevoegdheid aan de bedrijfsraden, meent de minister, dat, als algemeen vraagstuk, deze aangelegenheid eerst tot reëele oplossing zal kunnen worden gebracht, wanneer de bedrijfs raden zelf er zijn en er zóó zyn, dat zij tot het hanteeren van verordenende bevoegdheid ryp zijn te achten. De vraag, of de minister bereid is de afslui ting te bevorderen van collectieve contracten voor die groepen van werknemers, wier organi saties nog niet den invloed hebben verworven, welke noodig is om de betrokken werkgevers tot het aangaan van zoodanige overeenkomsten te bewegen, wordt ontkehnend beantwoord. De watervervuiling in Twente heeft de aan dacht van den minister. In een der grootste genteenten aldaar zijn zuiveringsplannen in voor bereiding, in een andere groote gemeente zyn ook reeds stappen gedaan tot het ontwerpen van plannen. De minister bereidt een wijziging der Ziekte wet voor, waardoor, naar hij vertrouwt, de door eenige leden ter sprake gebrachte moeilijkheid, welke verband houdt met het naast elkander werken van verschillende uitvoeringsorganen, tot bevredigende oplossing wordt gebracht Ook de minister acht het een ongunstig ver schijnsel, dat slechts een klein gedeelte van de werklooze jeugd gebruik maakt van de vele mo gelijkheden, welke haar in den vorm van werk verschaffingen, cursussen, centrale werkplaat sen, kampen, enz. geboden worden. Het is niet buitengesloten, dat op den duur de Overheid Terwijl in het nationaal-socialisti sche Duitschland het reëele en po sitieve Christendom door Alfred Rosenberg tot een verwerpelijke mythe van deze twintigste eeuw wordt ver klaard en de Germaansche mythe van ras, bloed en bodem tot de alleen-voor- deelige leer voor de hedendaagsche wer kelijkheid wordt verheven, is de S.D.A.P. ten onzent bezig zich los te maken van oude Marxistische dogma's, welke my then zonder beteekenis zijn gebleken. De S.D.A.P. verlaat successievelijk haar ge havende en bouwvallige of- en defen sieve stellingen om wellicht meer uit angst voor het „fascistisch gevaar" dan uit overtuiging zich zoo goed en zoo kwaad mogelijk aan te passen bij de zelfs door hen niet meer te miskennen natio nale noodzakelijkheden. Zoo heeft de sociaal-democraat van Overbeek onlangs in een nummer van „De Socialistische Gids" over de inter nationale proletarische solidariteit het volgende geschreven: „De internationale proletarische soli dariteit, waarover vaak zulke schoone woorden zijn gesproken en waarop men zulke stoute verwachtingen heeft opge bouwd, is een mythe. Zij bestaat niet en heeft nimmer geleefd. Zij is op zijn best een wenschdroom geweest. Eigenlijk is het zelfs problematiek hoe ver de pro letarische solidariteit binnen de eigen landsgrenzen reikt. De groote verdeeld heid onder de arbeidersklasse, haar ge scheidenheid op politiek en godsdienstig terrein, de belangentegenstellingen tus schen stad en platteland en tusschen bepaalde groepen van arbeiders vormen een zware hypotheek op hun solidari teit. Aan de aflossing daarvan te wer ken is een zware taak, die nog langen tijd onze volledige inspanning zal eischen." Hier wordt dus uit werkelijkheidszin de oude sociaal-democratische leu ze van een veronderstelde interna tionale proletarische solidariteit, ja zelfs van een nationale proletarische solida riteit, waarmee de leer van den verbit terden klassenstrijd ten nauwste samen hangt, naar het rijk der mythen, der ficties, der irreëele illusies verwezen. Deze verandering van inzicht is te merk waardiger, nu Stalin, de dictatoriale heerscher van de Derde Internationale, in zijn ook door ons geciteerden open brief aan den jongen communistischen propagandist Iwanof juist de internatio nale proletarische solidariteit weer ster ker accentueert. De standpunten van de aanhangers van de Tweede en van de Derde Internationale wijken in ons land zóó ver uiteen, dat een eventueele naar Moskousch project gebouwde Volksfront- brug slechts in het water kan vallen. Het is goed, dat de S.D.A.P. uit bepaalde wenschdroomen ontwaakt en de oogen opent voor een nuchtere beschouwing van de tastbare werkelijkheid, maar er zal nog heel wat moeten gebeuren voor zij tot de erkenning kan komen, dat de eenige realiseerbare internationale soli dariteit die is, welke de Katholieke Kerk met goddelijk gezag predikt, n.l. de in ternationale solidariteit der op naasten liefde gegrondveste, sociale, economische en politieke rechtvaardigheid, welke alle tegenstellingen overbrugt en met elkan der verzoent overeenkomstig de wetten van de door God gewilde orde. niet onverschillig blijft staan tegenover het feit. dat het grootste deel van de werklooze jeugd zich van al dit werk afzy'dig houdt. Mede voor een juiste beoordeeling van even tueel op dit gebied te treffen maatregelen, is de registratie ter hand genomen. Of aan dit stelsel, dat slechts moet worden gezien als een hulp middel ter verkrijging van het noodige inzicht, uitbreiding zal worden gegeven, kan thans nog niet met zekerheid worden ge'zegd. De minister is van meening, dat het aantal dergenen, die het kwartje voor de spaarregeling zelf niet kunnen bekostigen, uitermate gering is. De minister acht den getroffen maatregel nog steeds alleszins juist en in het welbegrepen be lang der betrokkenen. De gestelde vraag, of ook van andere parti culiere zijde byv. door familieleden het kwartje mag worden betaald, wordt bevestigend beantwoord. De minister is voornemens, om, als de rege ling eenigen tyd werkt, na te gaan, in hoeverre wyziging der regeling wenschelyk en mogelyk is. Het probleem van den loonbijslag maakt thans een punt van onderzoek uit by de werkcom- missie tot bestrijding van de werkloosheid en wel voor wat betreft den tuinbouw. Men is by de spoorwegen weder druk bezig met de voorbereiding van het vervoer van den Stillen Omgang, waarvoor weder groote deel neming verwacht wordt. Voor den eersten Om gang zijn extra-treinen ontworpen uit nagenoeg alle provincies, terwyl op vele zylijnen, over korte afstanden (b.v. Zoetermeer—Gouda, Bos koop—Gouda, Raalte—Zwolle enz.) extra-trei nen zullen loopen voor aanvoer naar de hoofd spoorwegen. In totaal zullen voor de reizigers dezen nacht en voor terugkeer op den volgenden dag ingelegd worden 50 extra-treinen, terwyl met de andere treinen mede, het totaal aantal komt op ongeveer 70. Het overgroote deel der treinen zal aan het Centraal-Station aanko men. Slechts tWee extra-treinen (n.l. die van Gouda en Ravenstein) zullen aan het station Weesperpoort en eveneens twee aan het station Haarlemmermeer aankomen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 9