D L De avonturen vaneen verkeersagen tje Rijf Mdm%Aaal mndm De hekkensluiters weren zich SHEA Forti kampioen MAANDAG 7 MAART 1938 H.F.C. in veiligheid V- t den tijd, vV van de lersche Brigade STT «Ti De aangebedene j TWEEDE KLASSE K.N.V.B. Fraaie prestatie van O.S.V. B.F.C. in de knel H.V.V. kampioen V- s- B.F.C.R.C.H. 2—1 H.F.C.Zeeburgia 30 VELOX—E.D.O. 4—1 D.O.S.—HILVERSUM 7—3 'F: Hockey-uitslagen Korfbal-uitslagen DOOR RANDALL PARRISH TWEEDE KLASSE l.V.C.B. Het lot van Teylingen en Hertha zoo goed als beslist DAMES-HOCKEY-COMPETITIE Sportraad van de Graal „Pavilion d'Or 1938" ïn de Westelijke tweede klasse zijn gisteren 06 degradatiecandidaten aan bod geweest. Er Vielen enkele verrassende uitslagen, die den Eindstrijd om de laatste plaats beduidend aan sPanning deden winnen. In West Ia was O. S. V., dat onderaan ben- &e'de, te gast bij H. R. C. en wist zoowaar be- s|ag te leggen op beide punten. Door deze over winning zijn nu practisch zes clubs candidaat v°or de degradatiewedstrijden, daar nu ook °Partaan en West-Frisia, dat van Alcmaria VeNoor, weer in de gevaarlijke zone zijn aan beland. W. V16 10 5 1 25 47—19 ^ennemers 16 9 5 2 23 37—24 *icm. Victrix 16 6 5 5 17 38—42 y*- F. C16 6 4 6 16 28—26 Spartaan 16 5 5 6 15 35-1-29 West-Frisia 16 5 4 7 14 34—46 R- C16 5 3 8 13 42—45 S. v16 4 5 7 13 23—37 5" F- C16 5 2 9 12 25—28 v. V. 16 4 4 8 12 24—36 In ib is de spanning zeer groot geworden. F. c., dat de laatste plaats bezette, sloeg R. H. in een spannenden wedstrijd, maar het aatte niet veel, want ook Velox won. Edo '"best met 41 de meerderheid van de Utrech tenaren erkennen. Ook H. F. C. bracht het weer eens tot een overwinning en wel tegen Zeebur- ®'a, dat met 30 verloor. The good old is nu definitief veilig gesteld. Het gaat nu nog tus sen B. F. C. en Velox. Vermoedelijk zal eerst genoemde wel aan het kortste eindje trekken. P: S. won ten slotte met groote cijfers van Hilversum. R. F A. p R. r D. o. C. C. 17 12 3 2 27 62—21 16 7 4 5 18 35—32 16 6 5 5 17 35—33 17 7 3 7 17 34—35 17 6 4 7 16 38—36 17 7 2 8 16 31—31 17 6 4 7 16 32—42 17 6 3 8 15 3429 17 5 4 8 14 30—42 17 4 4 9 12 32—58 Ifelox F. c. In West Ha wist HW Zondag het kam- Pjoenschap te behalen, doordat het zelf van won en zijn eenige concurrente Emma van *?e Hollandiaan zag verliezen. BEC stelde zich «°or een overwinning op DCL definitief in vei lheid. Hoek van Holland, dat van UVS verloor, nu den slag moeilijk meer kunnen ontwijken. J1- V. V. 17 13 2 2 28 48—14 ®toma 16 10 3 3 23 46—18 Rollandiaan 17 9 4 4 22 5043 C. L. 17 8 2 7 18 28—25 16 5 6 5 16 37—33 16 4 5 7 13 30—33 16 5 2 9 12 34—49 17 3 6 8 12 26—43 Reptunus 14 4 2 8 10 27—33 Hoek v. Holl. 16 2 2 12 6 23—59 NUick D. L. 6. E. C. In nb werd Gouda vtx>r den strijd om den «tel uitgeschakeld door een 4—1-nederlaag tegen SVV, terwijl Overmaas zelf met 3—0 van Rercules won. De Rotterdammers hebben het *ampioenschap nu voor het grijpen. Alphen, öat eerstdaags degradatiewedstrijden moet gaan spelen, wt>n met 32 van Unitas. ^Vermaas 17 11 3 3 25 34—14 8' V. v. 17 11 1 5 23 51—19 Gouda 17 9 4 4 22 45—33 V. V. 17 9 2 6 20 44—25 D. S. 17 7 2 8 16 27—28 «Mtas 15 7 1 7 15 37—33 vriendenschaar 16 5 2 9 12 2629 freules 16 5 2 9 12 25—56 miedrecht 17 5 2 10 12 32—51 ^Iphen 17 4 1 12 9 3543 Direct na het begin ontwikkelt zich een vlug °P en neergaand spel, waarbij de thuisclub het *heest in den aanval is. Er volgen al dadelijk PEhige corners aan weerskanten, die echter op mets uitloopen. Na keurig samenspel van Boer- *?°dt en Beugelaar weet laatstgenoemde te doelpunten, 10. Er ontstaan nog eenige ge vaarlijke situaties voor het RCH-doel, maar 2°nder resultaat, waarna de rust aanbreekt. Ra de hervatting gelukt het den linksbinnen Van RCH, na een doorbraak van den rechts buiten, die snel voorschiet, gelijk te maken, 1—1. klaar de thuisclub laat het er niet bij zitten en ?pt alle zeilen bü om de leiding te hernemen. ®Fc heeft dezen middag weinig geluk, want vele «arde schoten van Beugelaar suizen over de lat een onverwacht schot van Boerhout gaat buiten bereik van den keeper tegen den paal. En a's de thuisclub dan een penalty krijgt toe- e meest geraffineerde vorm van ijdelheid is prat gaan op zijn bescheidenheid. gewezen, schiet Boerhout den bal tegen den paal. Het einde nadert snel en de thuisclub probeert op alle mogelijke manieren om een doelpunt te maken en vele bezoekers rekenen al op een gelijk spel. Doch in de laatste minuut van den wedstrijd krijgt BFC wederom een penalty te nemen. Nu belast zich Vermeulen ermee, en deze doet het beter, want met een kalm schot verdwijnt de bal in den hoek, 21. HFC wint den toss en gaat met wind en zon tegen spelen. De Amsterdammers zijn direct in den aanval en v. d. Togt moet verschillende harde schoten van den Amsterdamschen mid denvoor stoppen. De linksbinnen krijgt een goede kans om voor Zeeburgia te scoren, maar hij schiet te onbesuisd en de bal gaat naast. De Haarlemmers vallen door ten Have plotse ling aan; deze zet fraai voor en de toespe lende Wepster heeft geen moeite den bal in het doel te plaatsen. Zeeburgia blijft aanvallen maar is met schieten niet gelukkig. Als Drijver op 30 M. afstand een bal zeer hoog naar voren speelt gaat deze over de handen van den kee per in het doel en scoort H.F.C. dus zeer ge lukkig. Rust 20. Na rust weer hetzelfde spelletje. Zeeburgia is steeds overwegend sterker maar vindt de H.F.C.-achterhoede in puike conditie, vooral v. d. Togt weert zich geducht. Als Beets schiet denken wij Zeeburgia een tegenpunt te zien maken, maar v. d. Togt redt schitterend. Bij een der weinige H.F.C. uitvallen komt de bal bij Wepster, deze rent langs de lijn zet fraai voor en Höck kopt het leder langs den keeper, stand 30. De Amsterdammers zwoegen enorm om een tegenpunt, maar het geluk is niet met hen. De Haarlemsche bezoekers verschenen met eenige invallers en naar onze meening zonder den wil om te winnen, want dan hadden ze het de thuisclub, speciaal in de tweede helft, wel wat lastiger gemaakt. Het begin van den strijd liet een enthousiast spelend E.D.O. zien, zeer fair, doch zonder eenige schotvaardigheid. Toen Velox zich wat had los gewerkt, ging het vrij gelijk op, waarbij Van Rooy het eerst scoorde en Velox de leiding gaf. Onverwacht vlug kwam de gelijkmaker. Timmermans dribbelde fraai door de defensie en bracht den stand op 1—1. Even voor de rust maakte Heideman er 21 van. In de tweede helft was het initiatief goed deels aan de gastheeren, die nog al eens in het buitenspelvalletje tippelden, waardoor twee doelpunten niet konden worden toegekend. Van Rooy zorgde voor een geldigen goal (31) en Velox was daardoor reeds zeker van de zege, doch Eimers benutte toch nog maar een kans, zoodat de eindstand 41 werd. Vóór den aanvang van den strijd werden door een bestuurslid van Hilversum aan den DOS-aanvoerder Weber fraaie bloemen over handigd, terwijl de supporters van de gelegen heid gebruik maakten het bestuur een kam pioenswimpel aan te bieden. De strijd nam dan een aanvang, waarbij de bezoekers even den toon aangaven, doch door een foutje in hun verdediging was Dumortier in staat,- voor DOS de scbre te openen, spoedig gevolgd door een goal van Van Leur Jr. Een penalty, aan Hilversum toegekend, werd niet benut, en even voor rust liepen twee gastheeren doelman Sluiter met bal en al over de doellijn C30) Spoedig na het tweede begin werd het door v. Leur en Veltmeijer 50, maar door twee fouten van den DOS-doelman kreeg Hilversum evenveel tegenpunten (52). De strijd droeg daarna het kenmerk van niet meer ter zake dienende. Op vrij onverwachte wijze scoorde Dumortier, waarna Toes en v. Putten na goed samenspel voor een derde tegenpunt zorgden. Dumortier zorgde voor het slotstuk en bracht den stand op 73. Op ondubbelzinnige wijze gaf de Haarlem- keeper Vijgeboom uiting aan z'n vreugde, toen zijn clubgenooten een doelpunt scoorden tegen Feijenoord Westelijke afdeeling Promotieklasse Eerste klasse l. Studenten Laren 10 Tweede klasse Pinokkio Schaerw. 43 Derde-Tweede klasse BMHC 4—TOGO 2 0—5 Gr.-Geel Strawberries 2 2I Schaerweyde 2 A'dam 5 10 HLC—DSt.HC 3 3i Rijswijk—Leonidas 2l Strawb. 3 Zandv. 2 13 Vierde-Derde klasse Gooi 6Kamp. 2 20 SCHC 5SCHC 4 1—3 Oostelijke afdeeling Derde-Tweede klasse OosterbeekPW 3 O1 EHV—Zwolle 2—3 Competitie Westelijke afdeeling Promotieklasse AlkmaarStrawb. 70 Tweede klasse HOC 2—HCM 4—2 D. Stud. 2- Rijswijk 21 HHYC 3—HDM 4 BMHC 3—Kiev. PamosGooi 3 SCHC 2A'dam 4 Be Pair 2—A'foort 13 óostelijke afdeeling Eerste klasse Zutphen Arnhem 11 Tweede klasse Deventer 3 Arnhem 2 21 2—1 2—3 1—3 Amsterdam-beker Tusschenronde Dev. A'dam 2 23 Be Fair—PW 2—0 BHV—Victoria 12 A'damTOGO 73 H'sum—BMHC 4—1 Treslingbeker SOS—BMHC 2 3—0 3CHCHHIJC 2 42 H'sum 2Leiden 50 Dames Westelijke afdeeling Eerstd klasse H'sumGooi 30 Tweede klasse BDHC 3—HHYC 2 22 Oostelijke afdeelnig Tweeoe klasse Apeldoorn Deventer 2 30 Zuidelijke afdeeling Eerste klasse HDS—THOR 1—3 TilburgEMHC 30 Jeanette Walen-beker Tweede en derde ronde Gooi 2A'dam 06 SCHC—HDM 1—2 Om den Amsterdam beker Derde en vierde ronde H'sum 2Hurley 03 Promotie-degradatie wedstrijden A'foortR.-Wlt 2 1—3 Zanc'voort De Staart 13 H'sum 3A'dam 5 21 De Staart 2 HDM 3 1—1 A'foort 2—BHV 2 2—1 HBS 2—HHIJC 3 2—2 SchaerwA'dam 4 10 Als u soms eens teveel haast hebt om uw beurt af te wach ten bij een kruispunt, dan is t een prettige zekerheid, dat er een andere wagen voor u klaar staat, die steeds den tijd heeft en altijd rustig z ij n beurt afwacht Westelijke afdeeling Eerste klasse LutoKattenburg 17 DTVK. Zaandijk 31 Sportief—Bl.-Wlt 10—9 DKCDeetos 24 Fluks—HSV 3—3 Ons Eibernest Rozenb. 64 Oostelijke afdeeling Eerste klasse MercedesZKC 16 Hellas—EKCA 4—3 Onder Ons 't Oversch. 51 Zw.-WltNaas Zuidelijke afdeeling Eerste klasse R.-ZwartWordt Kwiek 08 Nic—WWMD 1—7 VitesseSparta O5 Zuidelijke afdeeling Eerste klasse Oranje-Wit—PSV 0—9 Noordholland Tweede klasse Vogel—Bilth. 49 KVDExcelsior 53 Oosterkwartier A'dam-Z. 14 W.kw.t. 2—ZKV 11—3 BEPVolharding 22 Nw.d.ham Gr.-Geel 56 Derde klasse BaerneDe Tovers K. Zaandijk 2 DED 2 32 DTV 3Rohda 2 24 AjaxTogo 28 ZKV 2Sportief 2 8—1 Oostelijke afdeeling Tweede klasse EibergenZKC 2 26 Wilskr. 2Vada 2 31 Odio—DOS 2 21 Goorsche KC Rigtersbleek 2 20 Derc'e klasse EKCA 3— Redichem 17 Dion—HKC 2 1—2 Zw.-Wlt 2— Bl.-Zwart 1—4 I „Ze deed net alsof ze wegging en terwijl ik bezig was wat graan te strooien voor de dieren, gooide ze, voor ik er op be dacht was, een ring over mijn hoofd. Ik werd er koud van.' „Ja, ja," zeide de kabouter, „U ziet, een ongeluk zit in een klein hoekje." „Ik wtas nu in een muis veranderd en in de macht van de heks. Het was verschrikkelijk. Ik, een prinses, nu een muis met een langen staart en ik wist niet wat ik moest doen. Ik was ten einde raad, lieve kabouter, dat begrijp je wel." „Of ik het begrijp, lieve prinses, ik ben niet zoo onnoozel als ik er uit zie." 34 Even kwam de onstuimige gedachte bij öiij op, het hier op aan te sturen en den strijd than tegen man uit te vechten. Maar als ik geen succes zou hebben en de man zou winnen, dan zou de positie van Mademoiselle eenvoudig onhoudbaar worden. Aan zulk een risico kon ik mij dan ook niet wagen; er bleef dus niets anders over dan mij schuil te houden en de gelukkige kans af te wachten. De gedachte aan zulk een ongezond avontuur zette ik dan ook toet geweld van mij af. Ik voelde, dat het toeisje zich dichter tegen mij aandrukte en dat zij mij met smeekende oogen aankeek. Het 'eek mij zelfs toe, dat zij besef had van de be koring, die mij in dit oogenblik zoo te pakken had. „Ik bid u, Monsieur!" „Ik ben een soldaat het vechten valt mij veel lichter." „Ik weet het, Monsieur ik weet het! maar denk eens een oogenblikje aan mij. Als gij zoudt komen te vallen, blijf ik geheel alleen achter. Ik ben bang." ..Bang? Gij? Wel, gü hebt meer dan eens uw moed getoond. Het is ook waarlijk niet voor het eerst, dat men ter wille van u naar het zwaard grijpt. Gij zijt Camille d'Enville." „Neen, neen. Monsieur. Ik ben slechts een meisje, dat in doodsangst verkeert. Zie, hoe ik mij aan u vastklamp, hoe ik op u vertrouw. Ik kan u niet laten gaan. Beloof mij toch, dat gi) mij niet alleen zult laten." „DM, is gemakkelijk te beloven. Maar haast u nu een beetje. Mademoiselle, ik kan de gang nu juist zien en wij hebben niet veel tijd." In het diepste zwijgen staken wij de groote ruimte over, voldoende bijgelicht door de lang zaam naderende fakkels. De geheime deur stond heel even open, juist zoo als ik ze had achter gelaten. Als de vreemdeling dezen kant was uit- gedwaald, dan had hij de smalle opening in den muur natuurlijk niet opgemerkt en had hij zeker ergens anders een toevlucht gevonden. Maar het was nu geen geschikt oogenblik, om daarover beschouwingen te houden de fak keldragers stonden al voor den ingang van de groote zaal. Ik trok haar binnen de opening en deed de steenen deur achter ons dicht. XX HET VISIOEN OP HET DAK Het was om ons heen volkomen donker en volkomen stil; de zware steen paste zoo vol maakt in de daarvoor bestemde opening, dat niet het geringste lichtstraaltje door de spleten drong. Er was misschien een eeuw of meer zelfs verloopen, dat die geheime deur daar was aangebracht, maar het mechanisme verkeerde nog in den besten staat en het reageerde op de minste aanraking. Behalve dan het lichte klik ken van het slot viel er geen enkel geluid waar te nemen; en het geroezemoes van stemmen, waarmee onze laffe achtervolgers hun moed poogden te vermeerderen, drong niet langer tot ons door. Enkele seconden hielden wij daar halt; wi) ademden zwaar, niet omdat het ons zoo moei lijk viel, adem te halen, maar door de span ning, die wij hadden doorstaan; mijn arm ondersteunde haar nog steeds, terwijl zij in kinderlijk vertrouwen tegen mij aanleunde. De trap was zóó nauw, dat wij ons slechts met moeite konden bewegen en de diepe duister nis was oorzaak, dat wij ons als in een gral verplaatst voelden. De gedachte kwam ineens bij mij op, dat het wel eens inderdaad een graf kon worden, want al tastte ik zoo hier en daaT met mijn vingers langs de steenen, Ik kon niets vinden, dat ook maar in het minst op een veer leek, en als het luik boven dat ook van steen was gesloten zou blijken, dan zouden wij daar voor alle eeuwigheid moeten blijven. Immers, het was heel goed mogelijk, dat geen van de mannen iets van de geheime deur af wist, en onze kreten om hulp zouden niet door de dikke muren heen dringen. Zelfs als wij zoo gelukkig zouden zijn het dak te bereiken, dan kon het nog heel goed gebeuren, dat wij daar zouden moeten blijven, als er ten minste geen andere weg was om af te dalen. Maar, naar boven lag onze eenige kans op redding en het was natuurlijk het verstandigst om alle gedach ten aan een mogelijke teleurstelling van ons af te zetten. Ik kon de half onderdrukte snikken van mijn gezellin hooren en het werd mij duidelijk, hoe veel behoefte zij had aan het beetje moed. dat mij nog overbleef. Zij was niet langer de schoone hofdame, zich volop bewust van haar macht en positie en heerschende over een ieder, met wie zij in aanraking kwam; zij was nu een bang meisje,.dat zich voor steun aan mij vastklampte. Ik kon het dan ook niet over mij verkrijgen haar te vertellen, dat ons nog andere gevaren boven het hoofd hingen. „Kom, Mademoiselle," zei ik. zoo hartelijk ik kon. „die schurken zijn wij nu kwijt. Schep goeden moed, er is hier niets om bang voor te zijn." „Maar kunnen zij dan ook niet achter het ge heim van deze trap komen, en ons achterna gaan? Is dat een geheime deur?" „Ja, Mademoiselle, een zware steen, die vol komen in den muur past en zoo is aangebracht, dat hij op scharnieren draait. Let eens op, geen straaltje licht dringt er door heen en niet het minste geluid. Ik denk, dat menige lord en lady en zelfs een koning in de jaren die voorbij zijn, hier een veilige schuilplaats hebben ge vonden." „En waar voert de trap heen?" „Naar een toren tegenover dien, waarin gij waart opgesloten. Uiterlijk hebben zij veel van elkaar, alleen is deze niet geheel opgemetseld en een opening voert naar het dak. Ik heb nog geen tijd gehad het grondig te onderzoeken, want het was daar, dat ik den dwerg Gospele De kleine Erna was achttien jaar. Dat ver klaart alles. Achttien lentes en een ont wakend verlangen om ook eens wat „aan haar arm" te hebben, als ze naar den schouw burg ging of een wandeling maakte in den gou den voorjaarsavond. Tot dusver had ze haar jaren doorgebracht aan de zijde van tante Me- lanie. Tante Melanie had roodachtig haar, dat ze in een knotje achter op haar hoofd droeg. De bril ontbrak er alleen maar aan; anders zou ze het volmaakte type van een kostschooljuf frouw zijn geweest. Ze had, integendeel, arends- oogen, die door boeken en kastjes heenkeken, om eventueel verborgen foto's van filmsterren e.d. te ontdekken. Was dat het geval, dan kon de arme Erna rekenen op zwijgende scènes van enkele weken lang, in een atmosfeer van kil heid, die haar heugde. En na een jaar nog wist tante Melanie zich dergelijke vergrijpen op het gepaste oogenblik te herinneren, om ze Erna in het gezicht te gooien. Dit alles belette Erna evenwel niet, dat ze jong was en er lief uitzag, ondanks de minder smaakvolle costuums, die tante Melanie voor haar uitzocht. En haar meisjesdroomen waren thans uitgegaan naar een hoogst aantrekkelijk jongmensch aan de overzijde van de straat. De heer Wilhelm Haller junior, schrijver van be roep, had zijn kamer vlak tegenover haar en zoo was zij, meer dan wie ook, in de gelegen heid om hem op haar gemak gade te slaan. Wat was hij groot en slank! Zijn donkergrijze cos- tuum stond hem nog keuriger dan de weerga- looze uniform van een huzaren-officier. Als hij je zag, leek het of hij je aankeek. Als hij je aankeek, was het of hij je wat toefluisterde. En als hij wat neuriede, vergaf ze het hem, dat hij den toon niet bij kon houden. Zooals gezegd, Erna was achttien en die om standigheid dreef haar. regelrecht tot een dwaasheid. Oordeelt u zelf. Het was een heerlijke zomeravond. De perken in tante Melanie's tuin, alsmede in de aangren zende tuinen, ademden een zoeten geur, on danks al de neuzen, die er in snoven. De maan was opgekomen en nu en dan ver nam men het geluid van een nachtegaal. De stemming was er dus. De heer Haller, die den laatsten tijd bezig was met een geschiedkundig drama, was uitgegaan voor zijn gewone wan deling. Erna was hem tegengekomen en hun oogen hadden elkaar ontmoet. Goeden avond! had hij haar gegroet. Iets heel gewoons, maar Erna's knieën be gonnen opeens te knikken en volgens haar mee ning zat er achter die hoogst-alledaagsche woor den een verborgen, zij het dan ook gejaagde, liefdesverklaring. „Goeden avond," dat betee- kende zooveel als: „Je bent me altijd in de gedachte, ik kan alleen maar denken aan jou." Daar was geen verschil tusschen. Ze had een kleur gekregen als vuur en had meneer Wilhelm met vochtige oogen nagekeken, tot hij om den hoek van de straat verdween, zijn wandelstok handteerend als een page zijn degen. Het kwam haar voor, of het niet meer de nachtegaal was, die zong, maar haar eigen hart. Wat kon ze doen, om uiting te geven aan het alles-overheerschend gevoel, dat haar bezielde? Door het open raam van haar kamer drong de zoete zomergeur naar binnen en door een alleszins begrijpelijken samenhang van gedach ten kwam zij op het idee haar „held" een bloe menhulde te brengen. Wilhelm! prevelde ze zachtjes voor zich heen, terwijl ze de handen tegen haar boezem drukte. Je bent mijn éénigste! Ik heb je lief! Wat ben ik je dankbaar! Zachtjes ontsloot ze haar kamer en over tuigde zich voorzichtig, dat tante Melanie al boven was. Dan sloop ze onhoorbaar de trap af, deed de tuindeur open en zocht j de heerlijkste maanlicht vinden j kon. Met haar buit liep ze ver volgens om het huis heen. naar de straat, stak deze steelsgewijze over en spoedde zich naar de portiek van meneer Wilhelm's huis, ten einde aldaar haar welgemeende hulde te de- poneeren. Lustig met zijn wandelstok zwaaiend, ver scheen meneer Haller junior even later op het tuinpad. Bij de deur gekomen, bemerkte hij opeens een schaduw, die uit het zwakke schijn sel van de maan te voorschijn kwam en snel langs hem heen wilde glippen. Met zijn ge dachten was hij nog heelemaal bij de helden figuur van zijn geschiedkundige drama. Wie daar? zei hij luid, in de stilte van den avond. Iemand wilde langs hem heen en alsnu zijn wandelstok opheffend, begon hij, in het wilde weg, een regen van slagen uit te deelen. Twee of drie keer raakte hij iets hards, met dof ge luid. Toen hoorde hij een gesmoorden kreet en even daarna snelle passen, als van iemand die zich uit de voeten maakte. Op haar kamer bekeek Erna zich sarcastisch in den spiegel. Ze was temoede als iemand die een koude douche heeft gehad. Ze zou het uit geproest hebben, als de bult op haar hoofd haar niet zoo'n pijn had gedaan. En ze zou in tranen zijn uitgebarsten, als die pijn haar niet juist eraan herinnerd had, hoe kranig haar „held" zich gedragen had. (Nadruk verboden) Het programma der Westelijke tweede klassers was niet bijzonder groot, maar wel in hooge mate belangrijk. Fortitudo be haalde het kampioenschap terwijl in de beide andere afdeelingen de bezetting van de laatste plaats in een beslissend stadium is gekomen. In West Ia heeft Fortitudo aan L. V. V. de handen vol gehad maar tenslotte toch de overwinning weten te behalen en daardoor het lang verwachte kampioenschap veroverd. M. S. V. en Actif verrichtten kranig werk door hun uitwedstrijden tegen Zwaluwen Vooruit en Saestum met 20 te winnen. Fortitudo 17 15 1 1 31 55—16 S. D. O. 15 11 1 3 23 50—27 R.K. B. V. V. 17 10 2 5 22 36—25 L. V. V. 16 7 5 4 19 36—27 M. S. V. 15 6 3 6 15 27—24 Actif 17 4 5 8 13 35—41 Zwal. Vooruit 15 5 2 8 12 20—27 Saestum 16 4 4 8 12 24—26 Olympia 16 4 2 10 10 33—51 V. V. IJ. 2 16 1 2 13 4 7—63 In I b stelde Constantius zich veilig door V. I. C. een gelijk spel af te dwingen, terwijl Volendam 2 in feite het vonnis voltrok over Hertha door dit met 5—0 te kloppen. Inder daad moet er heel wat gebeuren willen de hekkensluiters den dans nog ontspringen. DOSS 16 13 2 1 28 69—21 RKAV 15 9 3 3 21 40—17 Alw. Forward 14 8 4 2 20 47—18 Zwaluwen 15 6 6 3 18 31—24 The Victory 16 5 3 8 13 22—15 V.I.C. 15 5 3 7 13 42—36 WA 2 15 4 4 7 12 26—40 Constantius 17 5 2 10 12 26—44 Volendam 2 14 4 2 8 10 34—44 Hertha 16 3 1 12 7 19—57 In Ha werd slechts één wedstrijd gespeeld, maar ook hiervan ls de uitslag van groote be- teekenis. Santpoort 2 wist een alleszins ver dienstelijke overwinning op Lisse te boeken en heeft daarmee een voorsprong van 3 punten ge nomen om Teylingen, dat voor de moeilijke op gave staat deze in twee wedstrijden teniet te doen. DOS 16 14 0 2 28 54—19 OIV 18 13 1 4 27 54—28 WE 17 9 1 7 19 36—35 Lisse 18 9 0 9 18 43—28 DEM 17 8 2 7 18 34-31 ADO 18 5 5 8 15 31—46 Vitesse 16 6 1 9 13 40—45 DSSH 17 6 1 10 13 29-46 Santpoort 2 18 6 0 12 12 47—61 Teylingen 16 4 1 11 9 31—54 De uitslagen der Zondag voor de R. K. Da- meshockey-competitie van den Sportraad van de Graal gespeelde wedstrijden zijn: Hurry Up 1 (Overveen)—Thor (A'dam) A 2—2 Hurry Up 1 (Overveen)—Thor (A'dam) B 1—2 Quick (Haarlem)—Hurry Up II (Overv.) A 2—0 Quick (Haarlem)—Hurry Up II (Overv.) B 2—2 Wilskracht I (A'dam)— NVA (A'dam) A 2—2 Wilskracht I (A'dam)—NVA (A'dam) B 0—1 The UnityKeep Fit afgelast. Hurry Up 1—Thor A was 'n spannende wed strijd, waarin de beide partijen aan elkaar ge waagd waren. Hurry Up nam al spoedig de lei ding, dit duurde echter niet lang, want Thor wist den stand op 1—1 te brengen. Hoewel de strijd nu verder gelijk opging, wist Hurry Up uit een strafcomer een doelpunt te maken en hierdoor met 21 de leiding te nemen. Even voor het eind werd door de linksbuiten van Thor gelijk gemaakt. Z. K. H. Prins Bemhard heeft erin toegestemd, dat de internationale stertocht om den .Pavil ion d'or" van de Union Internationale de Yach ting Automobile, welke dit jaar naar Nederland zal worden ondernomen en waarvan de organi satie geschiedt door de Kon. Ned. Motorboot club, onder zijne Hooge bescherming zal staan. tegenkwam en hem heb gevangen genomen. Maar er moet nog een andere weg zijn, om naar beneden te gaan. Ik heb alle reden om aan te nemen, dat de Saule hier nog nooit is geweest; en wat de anderen betreft, als zij er al eenig vermoeden van hebben, dan zullen zij toch niet spreken. Die lafaards verlangen naar niets dan naar een reden om terug te kunnen keeren. Als Gospele bij hen was dan was het een heel ander geval. Hij is goed op de hoogte en is slim als een duivel. Maar van 'de rest hebben wij niets te vreezen. Zullen wij nu verder gaan? Ik voelde, dat haar hand de mijne inniger drukte. „Ja, Monsieur." „Ik kan u niet dankbaar genoeg zijn voor het vertrouwen, dat gij in mij stelt," fluisterde ik innig, hier toe aangezet door den stevigen druk van haar vingers. „Waarom zou ik u niet vertrouwen?" vroeg zij. „Gij zijt van het eerste oogenblik af, dat ik u heb leeren kennen, mijn vriend geweest." „Ik ken u nog maar zoo kort en ik heb nog maar zoo weinig voor u kunnen doen niet meer dan iedere andere man ook voor u zou hebben gedaan. En gij zult toch ook nooit kunnen vergeten, dat ik misschien uw broeder in den dood heb gejaagd." „Jawel, Monsieur, ik heb het vergeten, of liever, ik geloof het niet. Iets zegt mij, dat mijn broeder in leven is. Gospele toch kende hem veel te goed dan dat hij zich door de een of andere toevallige gelijkenis zou laten verleiden. Hij. heeft u toch ook nog verteld, dat hij een paar woorden met den man heeft gesproken en een enkel woord zou meer dan voldoende zijn geweest voor het vlugge begrip van den dwerg om hem zijn vergissing te doen inzien. Mon sieur, ik voor mij ben er van overtuigd, dat de man, die zich schuil houdt, Charles d'Enville is, en dat het lage complot, waarin men mij heeft gewikkeld, ook hem omvat." „Hoe bedoelt gij?" „Ik stel het mij voor als volgt en de Saule heeft meer dan genoeg uitgelaten om mij reden voor deze veronderstelling te geven. Zoowel hij als de koning kennen mij voldoende om te weten, dat ik niet gemakkelijk een plan ter wille van een bedreiging of persoonlijk gevaar opgeef. Zij waren bang, dat niets mij tot hun zienswijze zou overhalen en vormden daarom het plan, ook Charles van zijn vrijheid te be- rooven. Dan zou zijn leven de losprijs zijn en ik zou, ten einde hem te redden, verplicht zijn toe te geven." „Het klink alles heel waarschijnlijk. Gij denkt dus, dat de koning „Hem uitzond op de een of andere zending, waar gevangenneming gemakkelijk spel was. Het was alles afgesproken werk. Toen gij beiden aan het rijden waart, zal hij de orders bij zich heb ben gehad. De stoot, dien gij hem met uw zwaard toebracht, was niet doodeJijk, misschien zelfs heelemaal niet ernstig, en zoodra hij er maar even toe in staat was, zette hij zijn tocht in dienst van den koning voort." (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 11