Onze politiek in dezen ernstigen tijd Permanent conflict tusschen Polen en Litauen WEERKRACHT EN VOLKSKRACHT DEMARCATIELIJN ALS GRENS Kerkelijk leven VRIJDAG 18 MAART 1938 Duitschlands recht was te goed om door zulke slechte middelen te worden verdedigd Mr. Verschuur's eerste voorzittersrede Het zwaard smeden SCHIPPER BIJ LOSSEN ZWAAR GEWOND Stuwadoorsbaas staat terecht DE VOORDEELEN VAN EEN RENTEKAART EEN RAADSLID STEMDE ZIJN BROER De Kroon vernietigde het raadsbesluit ALBATROSS-VLIEGTUIGEN Dezen zomer op alle Europeesche lijnen der Imperial Airways EEN „ORANJE-VLOOT" OP STAPEL Groote deelneming aan den modellenbouw-wedstrijd MOND- EN KLAUWZEER Weezenrente krachtens de Invaliditeitswet Ingezonden Mededeeling) RHEUMATISCHE RUGPIJN Hoe zij zich er van bevrijdde BELANGSTELLING VOOR EEN KORAALVISCH Wetenschap en gastronomie BUITENLANDSCH OVERZICHT Wilna de twistappel Het ongeluk met de „Ooievaar" Cassatieberoep verworpen HET GRAF VAN J. Pz. COEN Belangrijke ontdekking te Batavia Geldinzameling voor 't graf NAAR DE MISSIE Geen audiëntie Rotterdam, 17 Maart. Partijvoorzitter mr. dr. T. J. Ver schuur heeft in de groote Schouw burgzaal van de St. Josephgezellen- vereeniging, tegenover het D. P station zijn eerste groote politieke rede in zijn nieuwe kwaliteit gehou den. De zaal is goed gevuld. De Rotterdamsche kiezers, met den Deken van hun stad, den Koogeerw. Heer Kanunnik van Heeswijk in hun midden, toonen levendige belangstelling in Wat de nieuwe voorzitter hun zal zeggen. Met lang-aanhoudend applaus begroeten zij den ïobusten mr. Verschuur na een rede van hir. van Maarseveen, die een overzicht gaf van Wat het gemeen overleg tusschen Regeering en Tweede Kamer in de zittingsperiode van het hieuwe kabinet reeds tot stand bracht op het spreekgestoelte. Een hoffelijkheid, die mr. Verschuur beant woordde met eenige vriendelijke woorden aan het adres van Rotterdam, dat zich met zijn schitterende outillage aan de spits der wereld havens handhaaft en dat nog altijd een voor- heeldigen ondernemersgeest toont. Nu verwijt men ons, katholieken, aldus mr. Verschuur, dat wij den ondernemingsgeest ver lammen door staatsbemoeiing; dat wij het eco nomisch leven in een broeikas willen plaatsen; dat wij de moeilijke verhoudingen niet zien en door ingrijpen meer bederven dan goedmaken. Wij zijn dankbaar voor die waarschuwingen. Men doet zelfs goed, ons die nu en dan voor dogen te houden. Maar achterlijk en onwaardig noemen wij het tegenover eiken maatregel, welke in het economisch leven eenig sociaal element inbrengt, te plaatsen een eeuwig en onveranderlijk: ..neen". Achterlijk en zonder eenig ideaal is dat nihilisme. Neen, neen, klinkt het iederen dag uit een hier in Rotterdam (de N. R. Crt. Red.) verschijnend blad, dat de ordening, die het bedrijfsleven zich zelf schenkt, wel niet hennen moet om zoo heftig te razen tegen elke poging van de Overheid daarin de sociale Êerechtigheid te doen meespreken.'Om elk po gen van ordening bij zijn lezers gehaat te ma ken, krijt deze krant het uit voor het is heel verschrikkelijk katholiek. Dit is het dhti-papisme aanjagen. Geen jammerlijker be drijf is in ons land denkbaar. Maar ook geen Zekerder teeken, dat men goede argumenten te kort komt. Wij rekenen er stellig op, dat óók Vele liberalen deze wijze van bestrijding zullen df keur en. Onze politiek is redelijk en christelijk. Onze «ischen dragen geen specifiek katholiek brand- dierk, doch wij kunnen ze als gemeengoed van dlle christenen beschouwen en er een positief- christelijk kabinet op bouwen. In het thans zittende kabinet stellen wij het volste ver trouwen. Natuurlijk niet zonder ons recht op critiek prijs te geven. Dat ware afstand doen Van de gezonde democratie. Gezonde demo cratie eischt echter óók een goede verdeeling Van verantwoordelijkheid. De kiezers hebben hen afgevaardigden eenmaal hun vertrouwen geschonken, dat vertrouwen moeten zij blijven ®chenken. Aan de afgevaardigden de vrijheid Zélf te beoordeelen of de verwezenlijking van ons program met voldoenden ernst wordt na gestreefd. Aan hèn in hoofdzaak de critiek en he waardeering. Gaan wij aan die verantwoordelijkheidsver- heeling wrikken, dan werken wij het verval van he democratie in de hand, een verval, waarvan Wij in Frankrijk een betreurenswaardig voor beeld zien. Geen land heeft zoozeer voor Hitier gewerkt als Frankrijk met zijn volslagen staat kundige bandeloosheid. Willen wij in den gruwelijken ernst van deze hagen tusschen de uitersten van verworden de mocratie en geweldrégime paraat blijven, dan •boeten wij vóór alles één blijven. Komend tot de gebeurtenissen van de laat- 8te week, zeide mr. Verschuur o.m. het vólgen de: Er is in de wijze, waarop Duitschland zich opricht, iets groots en bewonderenswaardigs: eh men zou gaarne hebben gezien, dat dit volk met zijn hooge ontwikkeling, zijn vlijt en or- ganiseerend vermogen niet ware verzeild tot een levensbeschouwing, die de vrijheid van den geest wil opheffen en het Christendom uit dien. Waartoe heeft het de leer noodig van he superioriteit van zijn ras een theorie, Welke geen wetenschappelijk man (ten minste buiten Duitschland) ernstig kan nemen? Waar om moet een dom boek als dat van Rosenberg tot staats-cultuur worden verheven. In alle landen verschijnen nu en dan domme boeken, hat is niet zoo erg. Maar dat het niet met argumenten mag worden weerlegd dat is van Oen droeven ernst, welke in de geschiedenis bijna geen weerga heeft. Waarom? Naar mijne meening is het eigenlijke, groote recht van Duitschland te goed om zoo bedorven te worden in de schatting der geheele wereld. Duitschland is een land, dat leeft, en andere naties zijn er, die afsterven, die zich zelf dooden. Voor de Nederlandsche regeerders moet het thans gebeurde, de recente afwijkingen der in ternationale politiek van de wegen des rechts, he les bevatten dat schier geen offer te groot kan zjjn om het eenig middel tot handhaving van ons recht, het zwaard, te smeden. Over de grenzen wordt niet gepraat, zegt Mussolini, die worden verdedigd. Zoo ook zeg- ken. wij; Over ons onafhankelijk volksbestaan wordt biet niemand gepraat, dat wordt verdedigd, Ms het, wat God verhoede, noodig wordt De werkloosheid Daar is ook een tweede front, dat én onze *ulkskracht én onze onafhankelijkheid aan- het front der werkloosheid. Mr. dr. T. J. Verschuur Wij herbergen een leger van meer dan 400.000, die werken willen en geen kans krijgen. Zij zijn reeds jaren lang werklooze van beroep. Zorgen wij niet goed voor ze? Zeker, onze steun bedragen zijn de hoogste ter wereld. Maar dal belet niet, dat wij een leger ontzenuwde men- schen binnen onze grenzen houden, vatbaar voor elke geestelijke besmetting. Wat moet ons volk geestelijk sterk zijn, dat het bij de laat ste verkiezing Mussert en Moscou met hun ver dwazing, die ons beiden willen wijs maken, dal het tusschen hen beiden gaat, kloek buiten de deur heeft gewezen. Maar het proces van ontzenuwing vreet voort. Honderd duizenden jongemannen heeft u de foto's uit Oostenrijk goed beke ken? loopen hier rond, die alle hoop drei gen te verliezen en zich aan minderwaar digheidsbesef overleveren. Er zullen lieden opstaan, om aan deze ontredderde zielen een mooie toekomst voor te spiegelen, die zich in de toekomst brani zien met geweer en met macht, met posten en ambten. Gij zijt aangewezen als hoofd van het post kantoor, gij als directeur van de gasfabriek. Jullie wordt gewapende politie en moogt joden doodslaan. Enzoovoorts. Begrijpt gij, dat dit op ontzenuwde jongemannen als een geestelijke bevrijding, een verandering, een heroprichting kan werken? Aan deze beide fronten onze landsgrenzen en het front der werkloosheid mogen wij strij den met de leuze van den goeden padvinder: Wij doen ons best. De voorzitter van de vergadering, dr. Lucas, dankte mr. Verschuur onder luide instemming der aanwezigen voor zijn krachtige woorden. Voor de Rotterdamsche rechtbank moest te recht staan de 54-jarige stuwadoorsbaas K. F. F., wonende te Rotterdam, verdacht van het ver oorzaken van zwaar lichamelijk letsel door schuld. 5 Juni van het vorig jaar was hij in de haven van Rotterdam bezig met het, door middel van een stoomlier, lossen van een schip met rijst- balen. Bij iederen hijsch werden 10 balen rijst a 100 K.G. per baal van een zeeschip naar een binnenvaartschip overgebracht. Toen dit schip bijna vol was, wilde de schipper, J. C. v. Kessel, eenige rijstzakken verleggen, daarbij niet ziende dat juist een hijsch met balen daalde. Op het laatste oogenblikken werd hij door het schreeu wen van de bootslieden opmerkzaam, doch het was reeds te laat, om het geheele lichaam in veiligheid te brengen. Door het snel wegkruipen kwam zijn rechterbeen in een verdraaiden toe stand te staan, waarna de hijsch balen er op neerdaalde. Het been werd zwaar gewond, met het gevolg, dat het later geheel geamputeerd moest worden. Aan F. was nu ten laste gelegd, dat het ongeluk aan zijn onvoorzichtigheid te wijten is. Hij had namelijk tijdig moeten waarschuwen. F. ontkende echter alle schuld en trachtte dit met bewijzen aan te toonen. De officier van justitie requireerde een geld boete van 40 subs. 10 dagen hechtenis. Verdachte's raadsman pleitte vrijspraak. Uitspraak 29 Maart a.s. De gemeenteraad van Uithuizen had 25 November een lid van het Burgerlijk Arm bestuur benoemd, echter eerst na loting, om dat bij een herstemming tusschen de heeren IJ. Dopmd Sr. en W. T. Huizinga elk (5 stem men had verkregen. De loting wees uit, dat eerstgenoemde tot lid van genoemd college was gekozen. Echter was dit geschied met medewer king van het raadslid D. Dopma, broer van den benoemde, waarom de bemoeiing van de Kroon werd ingeroepen. Deze hield er rekening mee, dat art. 52 der Gemeentewet den raadsleden ver biedt, mede te stemmen o.m. over benoemingen die hun bloed- of aanverwanten, tot den derden graad ingesloten, persoonlijk aangaan. In het zelfde artikel staat nog, dat een benoeming ge acht wordt iemand persoonlijk aan te gaan, wanneer hij behoort tot die personen, tot wie de keuze bij een herstemming is beperkt. Daar het laatstgenoemde het geval was bij de herstemming, vernietigde de Kroon het betrok ken raadsbesluit. Volgens mededeeling van Imperial Airways zullen de vijf De Havilland Albatross vlieg tuigen, die voor de maatschappij in aanbouw zijn, nog in den loop van den zomer in dienst gesteld worden op de Europeesche lijnen. Ze komen niet alleen op de luchtlijn Londen- Farijs, doch zullen eveneens naar Brussel, Keu len, Frankfort, Praag, Weenen, Boedapest, Ba zel, Zürich en St. Moritz vliegen. De Albatross is een gestroomlijnd, viermoto rig vliegtuig met een kruissnelheid van om streeks 340 k.m. per uur, ingericht voor het vervoer van 22 passagiers. Met deze vliegtuigen kan men uit Londen in één uur naar Parijs, in V/i uur naar Zwitserland vliegen. De vijf nieuwe vliegtuigen zullen de namen Frobisher, Falconi Fortuna, Fingal en Fiona dragen. De Albatross is een geheel houten vliegtuig. Een tweemotorige versie van dit toestel, doch geheel in metaal uitgevoerd, is op het oogenblik in aanbouw. Naar wij vernemen, belooft de modellenbouw van het m.s. „Oranje", welke uitgaat van het Nationaal Comité tot het bevorderen van be langstelling in de Nederlandsche scheepvaart door het bouwen van scheepsmodellen 'n groot succes te worden. Ongeveer 4000 handleidingen zijn geplaatst. De vervaardigde modellen kunnen van 28 April tot en met 2 Mei worden ingezonden, ter keuze der inzenders bij het Koloniaal In stituut, afdeeling Volkenkunde, Linnaeusstraat 2, te Amsterdam of bij het Instituut voor Scheepvaart en Luchtvaart, Haringvliet 68, te Rotterdam. Aldaar zal de keuring geschieden en vervolgens een tentoonstelling der ingezon den modellen gehouden worden en wel te Am sterdam van 7 tot en met 12 Mei en te Rot terdam van 14 tot en met 19 Mei. Ook in Nederlandsch-Indië bestaat groote belangstelling voor dezen modellenbouw. Te Batavia heeft zich een comité gevormd, het welk een afzonderlijken wedstrijd organiseert. De aantallen sterfgevallen ten gevolge van het mond- en klauwzeer waren in de week van 6 t.m. 12 Maart de volgende (waarbij de to taal aantallen sedert 19 September telkens tusschen haakjes zijn geplaatst): 12 (3096) runderen, 27 (3861) kalveren, 11 (2984) var kens en biggen, 0 (208) schapen en 0 (49) geiten. De voorzitter van den Raad van Arbeid te 's Gravenhage deelt ons het volgende mede: Nog steeds komt het voor, dat vele perso nen niet goed op de hoogte zijn van de voor- deelen, welke verbonden zijn aan het bezit van een rentekaart. Zoo blijkt in de practijk herhaaldelijk, dat gemeend wordt, dat bij het overlijden van den vader voor de kinderen beneden 14 jaar slechts dan recht op weezenrente bestaat, indien die vader een rentekaart had. Over het hoofd wordt dan echter gezien, dat bij het overlijden van den vader, ook al had deze zelf nooit een rentekaart, recht op wee zenrente voor de kinderen beneden 14 jaar kan bestaan, indien de moeder een rentekaart heeft (of vroeger heeft gehad), mits voor haar op den datum van het overlijden van haar echtgenoot minstens veertig rentezegels zijn geplakt. Ter voorkoming van misverstand zij opge merkt, dat een weezenrente slechts wordt ge geven, op grond van de verzekering van den vader of op grond van die van de moeder. Sa- mengang van deze renten is niet mogelijk. Mocht recht op rente bestaan, wegens beide verzekeringen, dan wordt de hoogste rente toe gekend. Het verdient derhalve aanbeveling, dat bij het overlijden van een vader, die niet in het bezit was van een rentekaart, de nabestaanden zich eigener beweging in verbinding stellen met den Raad van Arbeid, opdat nagegaan zal kunnen worden of wellicht toch nog recht op weezenrente bestaat. Wie in het verleden verzuimd mocht heb ben, zulk een weezenrente aan te vragen, winne alsnog inlichtingen in bij den Raad van Ar beid, ook al is de weduwe inmiddels hertrouwd en/of zijn de kinderen 14 jaar geworden. Nog kort geleden zijn renten met terugwer kende kracht toegekend, waarbij bedragen van ongeveer 1500. en 1800. ineens betaalbaar gesteld konden worden. „Ongeveer twee jaar geleden leed ik zoo hevig aan rheumatische pijnen in mijn rug, dat ik slechts een paar minuten achter elkaar kon staan. Het werd steeds erger, zelfs als ik zat of lag ging het niet over. Men raadde mij aan iederen morgen in mijn eerste kop thee wat Krusehen Salts te nemen en na dit een week of twee te hebben gedaan, was ik van mijn pijnen verlost." Mevr. W. B. te S. Rheumatische pijnen beteekenen meestal, dat Uw organisme niet voldoende gereinigd wordt van de schadelijke afvalstoffen, zoodat deze achterblijven en de oorzaak kunnen worden van velerlei klachten. Krusehen helpt Uw afvoer organen hun taak naar behooren te vervullen en in korten tijd zullen Uw oude klachten dan ook totaal verdwenen zijn. Krusehen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij apothekers en er kende drogisten a 0.40, 0.75 en 1-60 per flacon. Let op, dat op het etiket op de flesch zoowel als op de buitenverpakking, de naam Rowntree Handels Mij., Amsterdam, voorkomt. Ongeveer een week geleden verscheen in de pers het bericht, dat enkele inwoners van 's-Gravenzande op het Terheydsche strand een zgn. koraalvisch hadden gevangen, een prachtig exemplaar van 34 pond. De koraalvisch is in onze streken niet zóó algemeen en het Natuur Historisch Instituut te Leiden stelde pogingen in het werk, om het dier te bemachtigen, al waren het slechts de graten. Helaas moest geconstateerd worden, dat de gastronomie de wetenschap vóór was geweest de zeldzame visch was in de pan gelegd en opgegeten. Over de graten ontfermden zich de 's-Graven- zandsche katten. De Chroomleder fabriek. ,,De Amstel" te Waalwijk is Donderdag door brand geheel verwoest. De schade wordt op ruim 1 millioen gulden geschatZeer vele arbeiders zijn door den brand gedupeerdHet vernielde s fabrieksgebouw De spanning tusschen Polen en Litauen neemt op onrustbarende wijze toe en heden heeft de Poolsche regeering, zoo als men onder de berichten kan lezen, een soort ultimatum aan Litauen gericht. De on middellijke aanleiding daartoe is een grens incident, dat onder normale omstandigheden van geringe beteekenis zou zijn, maar dat bijna het karakter van een „casus belli" krijgt, nu het plaats vindt op de grens volgens Litau- sche opvattingen: de administratieve demar catie-lijn van twee staten, die sinds vele jaren geen diplomatieke betrekkingen meer met elkaar onderhouden. Volgens Litausche be richten zou een Poolsch soldaat de demarcatie lijn hebben overschreden en tot zeven maal toe op vluchtende Litauers geschoten hebben om vervolgens zelf, op Litausch gebied, te worden gedood. Het dooden van dien Poolschen soldaat, waarvan de Poolsche autoriteiten, na tuurlijk, ontkennen dat hij zijn boekje te bui ten ging, heeft te Warschau groote beroering verwekt. Het Poolsche Telegraafagentschap Iskra waarschuwt Litauen dat het geduld van Polen niet onuitputtelijk is. Na een te Vileika gehouden meeting heeft de verzamelde menigte in koor den kreet aangeheven: Wij willen te gen Litauen optrekken! Laat ons naar Klai peda (Memel) gaan! Maarschalk Smigly Rydz zal ons van Litauen verlossen! En bij ge legenheid van de indiening van een interpel latie over het grensincident bij den Senaat, is door een aantal leden uitgeroepen: Er moet aan de provocaties van Litauen een eind ko men! Minister Peck, die zich met vacantie aan de Cóte d'Azur bevond, heeft aanleiding gevonden zijn rust te onderbreken en is, via Weenen naar Warschau vertrokken, om daar met zijn ambtgenooten te overleggen over de maatrege len, die in de bestaande omstandigheden tegen Litauen genomen moeten worden. Dit alles klinkt niet heel geruststellend. Het is mogelijk dat de kwestie ook ditmaal gesust wordt, maar er bestaat evenveel kans dat Po len tot krachtige maatregelen zal willen over gaan. „Zij, die zich verdedigers van den vrede noemen" aldus het agentschap Iskra „zouden zich thans moeten inspannen om vreedzame middelen te vinden tot regeling van den toestand, waarin zich de Poolsche minder heden in Litauen bevinden en opdat de Foolsch-Litausche grens eindelijk het karakter van een Europeesche grens krijgt". Wat voor Polen tusschen beide lan den de grens is, is het voor Litauen evenwel niet. Op alle Litausche kaar ten is de oude grens, zooals die vóór 1920 be stond, vóór de Poolsche generaal ZeligOwski zich van de Litausche hoofdstad Wilna (Vil nius) meester maakte, als de officieele schei dingslijn tusschen Poolsch en Litausch gebied aangegeven. De tegenwoordige grens loopt op deze kaarten als een stippellijntje door het Litausche land, en er is wel geen Litauer, die er aan denkt, deze grens als een blijvende te beschouwen. Litauen zal alleen weer betrekkin gen van goede nabuurschap met Polen onder houden als dit laatste land het „gestolen" ge bied teruggeeft, zoodat de Litausche regeering opnieuw in Wilna zetelen kan en de „vOorloo- pige hoofdstad" Kowno kan verlaten. Het is juist een jaar geleden dat de Litausche minister van Buitenlandsche Zaken, Lozoraitis, op een interpellatie in zake de Poolsch-Litau- sche betrekkingen antwoordend, verklaarde: „De Poolsche minister van Buitenlandsche Za ken heeft mij medegedeeld dat POlen bereid v/as de onafhankelijkheid van Litauen te er kennen, maar dat het in ruil voor die erken ning dan ook een verzoenend gebaar van Litauen meende te mogen verwachten. De Pool sche minister gaat evenwel met stilzwijgen het feit voorbij, dat het geheele Poolsch-Litausche vraagstuk in het onrecht bestaat, dat Polen Litauen heeft aangedaan. Als de toestand, die tusschen Litauen en Polen bestaat, eenig ter wereld is, zooals minister Beek heeft verklaard, ztoo treft Litauen daarvoor toch geen schuld. Wat eenig ter wereld moet genoemd worden, is het onrecht dat Polen Litauen heeft aange daan. Poolsche verwijten kunnen wij niet aan vaarden." De minister besloot met te zeggen dat hij betreurde in de Poolsche houding geen elementen te hebben kunnen vinden, die hem de overtuiging schonken dat Polen inderdaad het vraagstuk, zooals Litauen het begrijpt, zou willen bespreken. Tót onderhandelingen is het dus ook toen niet gekomen en het geheele jaar is verloopen zonder dat het vraagstuk een stap nader tot de oplossing gekomen is. Verschillende grens incidenten hebben aan weerszijden van de grens of van de demarcatie-lijn de ge moederen verhit en het ziet er thans naar uit, dat de Polen het niet bij verontwaardigde ver klaringen of felle artikelen in de pers zullen laten. De toestand kan inderdaad niet blijven zooals hij is. Dat er nu reeds gedurende achttien jaar tusschen twee aan elkaar grenzende landen geen enkele relatie bestaat, is op zich zelf reeds hoogst abnormaal en be treurenswaardig, maar nbg abnormaler en be treurenswaardiger is, dat een dezer beide lan den de hoofdstad van het andere bij zijn grondgebied heeft ingelijfd, nadat eerst de hooge officier, die zich van die hoofdstad mees ter maakte, door de Polen zelf als een rebel beschouwd werd. Om zijn rechten op Wilna te bewijzen, beroept Polen zich uit den aard der zaak op het plebisciet, dat onder auspiciën van den volkenbond later gehouden werd. Maar Litauen erkent de uitkomsten van dat plebis ciet niet. Volgens de regeering van Kowno heeft de toen gehouden volksstemming geen waarde, omdat een groot aantal kiezers zich van .stemming heeft onthouden of, ten gevolge van de „Poolsche terreur", zich heeft moeten onthouden. Het is een feit, dat Litauen het gebied van Wilna nimmer als tot Polen behoorend zal er kennen, terwijl Polen, op zijn beurt, er niet aan denkt de stad, waar de nationale held Pilsoedski geboren werd, opnieuw aan Litauen af te staan. In dezen zin is het vraagstuk dus volkomen onoplosbaar. Het hangt tusschen bei de staten als een dreigende wolk, waaruit van daag of morgen een bliksemschicht verwacht worden kan. Als Polen, op het voorbeeld van Duitschland, de positie van de Poolsche min derheid in Litauen een andere basis geven wil, zonder de Litausche regeering toestemming te vragen, kan het ergste verwacht worden. De Hooge Raad heeft arrest gewezen in de zaak van mevrouw D. Young, weduwe van ir. Ch. A. A. Baudart, tegen de K.L.M. Het beroep werd verworpen. Bij de ramp met de „Ooievaar" op 6 Decem ber 1931 te Bangkok is ir. Baudart om het leven gekomen. Zijn nabestaanden iweduwe Baudart en de twee zoons) spraken de K. L. M. in rechte aan ter verkrijging van schade vergoeding, doch rechtbank en Hof te 'sGra- venhafee wezen deze actie af, voornamelijk op grond, dat ir. Baudart bij het koopen van zijn passagebiljet van elke actie tot schadevergoe ding had afgezien. De nabestaanden stelden daarop cassatieberoep in, waarbij o.a. gesteld werd, dat hoewel iemand afstand kan doen van een hem door de wet toegekend recht, hij niet kan beschikken over zelfstandige aan spraken van zijn nabestaanden. De Hooge Raad heeft in zijn arrest overwo gen, dat, waar vaststaat, dat in dezen het Sia- meesche recht toepasselijk is, de vraag wat hier naar Nederlandsch recht geldt nu hei Hof niet spreekt over mogelijken strijd van het Siameesche met het Nederlandsche recht van geen belang is en de al of niet juist heid van het door het Hof ten aanzien van het Nederlandsche recht ingenomen standpunt niet ter toetse behoeft te komen. Het gaat hier niet zegt de Hooge Raad om den plicht van den man en vader tot onderhoud van zijn nabestaanden, doch om de verplichting van de werkgeefster, om bij de beweerde grove schuld van haar bestuur der aan die nabestaanden schadevergoeding te geven. Van de toepassing van de Siamee sche wet, die een afwijkend beding mogelijk en geldig acht, kan niet gezegd worden, dat zij een gevolg teweegbrengt, dat de Neder landsche rechtsorde niet toelaat. Ter bestrijding van 'sHofs arrest was voorts een beroep gedaan op bepalingen van Neder landsch recht omtrent het gevolg van over eenkomsten tegenover derden. De Hooge Raad acht dit beroep ongegrond, omdat de vraag, of aan de onderhavige aanspraak van de na bestaanden van Baudart de tusschen hem en de K. L. M. gesloten overeenkomst in den weg staat, haar beantwoording niet vindt in even- vermelde bepalingen, doch in de wetsbepalin gen, waaruit die aanspraak voortvloeit en de- 2e Siameesche rechtsvoorschriften naar de in cassatie onaantastbare opvatting van het Hof in het onderhavige geval zoodanige aan spraak uitsluiten, welke uitsluiting, zooals reeds gezegd, niet onvereenigbaar is met de Nederlandsche openbare orde. Op deze gronden verwierp de Hooge Raad t cassatieberoep. Zooals men zich zal herinneren is aldus meldt Aneta/A.N.P. in aansluiting aan het des betreffende telegrafische bericht de commis sie voor het onderzoek naar de ligging van het graf van Jan Pieterszoon Coen in 1935 tot de conclusie gekomen, dat twee der onder de voor malige goedang (pakhuis) aan het Stadhuis plein te Batavia gelegen graven in aanmerking komen om te worden beschouwd als dat van Coen. Daar geen zekerheid kon worden verkre gen en voortzetting der ontgravingen op zeer groote moeilijkheden stuitte, heeft de Regee ring in 1936 besloten het geheele complex gra ven tot monument te verklaren. Intusschen is naar men weet, een bedrag bij eengebracht om de goedang aan te koopen en een algemeene inzameling gehouden om dit on ooglijke gebouw te vervangen door iets, dat meer in overeenstemming is met de historische beteekenis van deze plek en de piëteit voor de daaronder liggende gebeenten. Door de samenwerking van het Koninklijk Bataviaasch Genootschap en de Vereeniging Oud-Batavia is het mogelijk gebleken dit plan te verwezenlijken, zoodat thans ter plaatse een ingrijpende verbouwing in vollen gang is. Daar de bodem tot monument is verklaard, heeft het hoofd van den Oudheidkundigen Dienst deskundig toezicht doen houden op de werkzaamheden, voorzoover deze zich tot in den grond uitstrekken. Daarbij zijn enkele hoogst belangrijke vondsten gedaan, welke het onop geloste vraagstuk van Coen's graf misschien tot oplossing zullen kunnen brengen. In twee niet door bovengenoemde commis sie geopende graven zijn namelijk belangrijke fragmenten van grafzerken met inscripties ge vonden, een van het graf van de vrouw van Nicolaas Overschie, directeur in Persia, gestor ven 20 October 1642 en een van dat van de dochter van Philip Lucas van Middelburg, Raad van Indië, welk meisje in den leeftijd van nog geen maand is overleden. Thans is een onderzoek aan den gang in hoeverre zekerheid kan worden verkregen, dat deze beide zerken lagen in de graven, waarop zij oorspronkelijk thuishoorden. Mocht deze worden verkregen, dan is daar mede tevens de plaats bepaald, waar zich het graf van Jan Pieterszoon Coen bevindt en zal men den stichter van Batavia en grondvester van het Nederlandsch Gezag in Indië op betere wijze kunnen eeren dan tot nog toe mogelijk was. BATAVIA, 18 Maart (Aneta). De geldinzame ling ten behoeve van het graf van J. P.zn. Coen leverde een netto bedrag op van totaal f 35.602; hiervan is f 2582 uit Nederland afkomstig. Vanuit het Moederhuis der missiezusters van het Kostbaar Bloed te Aarle-Rixtel vertrekken 24 Maart vanaf Antwerpen: zr. M. Josefrieda Blasig en zr. M. Silvana Geisen naar Zanzibar, zr. M. Damianis Trampert naar Daressalam- Morogoro. 13 April vertrekken vanaf Rotterdam naar Durban-Mariannhill de zusters M. Pientia Sel- horst, Idmara Thienel, Deodata Thienel, Mein- radis Bausenwein, Theresetta Ernst, Wilfriedis Kippes, Fredeswinda Grundhöfer, Jukundis Leufker, Adelgisa Herrmann, Liboris Schlepp- horst, Flaviana Casper, Franzisjfa Argendorf. Z. H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht zal de volgende week geen audiëntie verleenen. Z. H. Exc. de Bisschop van Breda zal Zater dag van deze week en Woensdag en Zaterdag van de volgende week geen audiëntie verleenen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 9