Een welsprekende redevoering VOOR 25 CENT m f3 MESSEN NATIONALE PAASCHLOTERIJ HET NATIONALE KASREGISTER CHAMBERLAIN VOOR HET LAGERHUIS Kerkelijk leven Een pijnlijk afscheid Kou in f Hoofd TEN BATE VAN DE ACTIE „VOOR GOD" TREKKING REEDS 29 APRIL A.S. H ZORGT DAT U POSTZEGELS IN HUIS HEBT!? DAAR WEER VRIJDAG 25 MAART 1938 BUITENLANDSCH OVERZICHT Gunstig voor Europa's evenwicht NATIONALE FILM 1898—1938 Samenstelling van eere- en algemeen comité C.A.O. BOEKBINDERSBEDRIJF Door patroonsbond aanvaard EEN GELUKKIG GEZIN DE GIFTEN VOOR DE WEERMACHT Waar heen ze gezonden moeten worden Giften van f 5000.tot vijf cent toe EEN JAAR LEVENSONDERHOUD VAN 1000 GULDEN ZONDAG 27 MAART, uitdeeling van lot-kaarten aan alle R.K. Kerken in Nederland LAAT - GEEN - KAART -VERLOREN - GAAN Bij het optreden van een nieuwen Vicaris Generaal in het bisdom Haarlem Pater A. Kersten jubileert Provinciaal der Witte Paters veertig jaar priester Pater A. Kersten Majoor G. Huijs 25 jaar aalmoezenier Een huldigingscomité is gevormd BONBON EIEREN CREME EIEREN GEVULDE EITJES Kracht door eenheid De actie voor een weerbaarheids geschenk LUCHTBESCHERMING Voor onderwijsinrichtingen en ziekenhuizen SNELTREINVERBINDING MET BELGIË Via EindhovenValkenswaard Welk lot wacht ons land? LUCHTVAARTNIEUWS UIT ONZE OOST De belangstelling voor de rede van den Britschen premier Neville Chamberlain, die hij gisteren in het Lagerhuis heeft gehouden, was in Europa vooral gericht op het geen hij zou zeggen over de houding van En geland in geval van een conflict tusschen Duitsehland en Tsjecho-Slowakije. In de afge- loopen weken heeft Chamberlain herhaaldelijk feeds bij gelegenheid van vragen in het par lement, zijn standpunt dienaangaande uiteen gezet. Hij week nooit van den in de Engelsche politiek zoo geliefden middenkoers af. Bindende verklaringen voor Engeland ten opzichte van Europeesche problemen legde hij niet af. Deze houding heeft de premier gisteren ook weer in zijn groote rede aangenomen. En tóch heeft hij voor een verrassing gezorgd, die vooral in Erankrijk en Tsjecho-Slowakije een uitsteken den indruk heeft gemaakt. Hij heeft namelijk in krachtiger bewoordingen dan Eden ooit heeft gebruikt, klaar en duidelijk uitgesproken, dat het niet-willen-aangaan van verplichte ver bintenissen in Centraal-Europa onder geen omstandigheden zóó mag worden uitgelegd, dat Engeland ook inderdaad onder alle omstan digheden neutraal zal blijven. Wat Tsjecho- Slowakije betreft, beteekent dit het volgende: Chamberlain en zijn kabinet hebben overwogen, Of Engeland tengevolge van den nieuw ge schapen toestand zijn verplichtingen moet uit breiden door Tsjecho-Slowakije van te voren tegen eiken vorm van agressie te garandeeren of door een verklaring af te leggen, dat Enge land onder alle omstandigheden en in elk con flict over Tsjecho-Slowakije automatisch achter Erankrijk zou staan. De regeering heeft be sloten, noch het een, noch het ander te doen, omdat zij zoodoende niet meer vrij zou zijn van geval tot geval te beslissen of de omstan digheden Engelands deelneming aan het con flict wettigen. De beslissing over oorlog of vrede zou daardoor automatisch in andere dan in Engelsche handen komen te liggen. Het feit, dat Engeland weigert zijn militaire bijstands- Verplichtingen uit te breiden beteekent echter geenszins, dat het alleen zal vechten in die gevallen (een onuitgelokte aanval op Frankrijk, België, Portugal of Irak) waarin het zich uit drukkelijk heeft verbonden te vechten. Enge land heeft ook zijn verplichtingen onder het Volkenbondshandvest. Hoewel die verplichtin gen niet tot automatischen militairen bijstand «an elk slachtoffer van een onuitgelokten aan val dwingen, zijn er gevallen denkbaar, waarin Engeland zich genoodzaakt zou voelen het slachtoffer te hulp te komen. Tsjecho-Slbwakije zou bijvoorbeeld zeer wel een dergelijk geval kunnen worden. Als ergens een oorlog uit zou breken, is het allerminst uitgesloten, dat ook landen, die geen uitdrukkelijke verplichtingen op zich hebben genomen, desondanks vrijwel onmiddellijk gedwongen zouden zijn zich in het conflict te mengen. Dit geldt vooral waar twee landen zoo nauw verbonden zijn als Engeland en Frankrijk. De oppositie in het Lagerhuis is zeer kalm gebleven. Wel toonde zij zich aanvan kelijk teleurgesteld, maar later in den avond keerde het getij. Dit stelde Winston Churchill, die wel niet tot de officieele opposi tie behoort, maar toch in zeer vele opzichten Politiek anders denkt dan de premier, helder in het licht. Hij merkte op, dat wat de premier gezegd had over Engelands houding ten op zichte van Tsjecho-Slowakije „een heel eind ging in de richting van een belofte, dit land niet aan zijn lot over te laten." En inderdaad, Wanneer men het boven aangegeven standpunt van Engeland goed bestudeert, komt men tot de ontdekking, dat Chamberlain's rustige woor den een heele collectie van ernstige waar schuwingen behelzen, die zéér zeker een stuk Verder gaan dan de tot nu toe gebruikelijke verklaringen. Chamberlain zegt duidelijk, dat de verzwakking van den Volkenbond niet be teekent, dat Engeland nooit van zijn recht, aan het Volkenbondspact ontleend, gebruik zal blaken. Voorts verklaart hij, dat Tsjecho- Slowakije een geval zou kunnen zijn, waarin Engeland genoodzaakt zou zijn een slachtoffer van een onuitgelokten aanval te hulp te komen zoodra het daartoe automatisch verplicht was. En ten slotte voegde hij er nog aan toe, dat, Wanneer een oorlog uitbreekt, het allerminst onwaarschijnlijk is, dat ook landen, die niet Verplicht zijn te intervenieeren, niettemin zul len ingrijpen. Op dit alles deed Churchill zijn licht schij nen. En de Engelsche pers heeft de situatie ook in dien zin opgevat. Afgezien van bladen als de «Daily Herald", het socialistische orgaan en van een paar felle oppositiebladen, is men van meening, dat de verklaringen van Chamberlain biet betrekking tot Tsjecho-Slowakije gunstiger Waren dan in vele kringen werd gevreesd. Cham berlain, zoo oordeelt men, sprak wel diploma tieke taal, maar wanneer zijn woorden zorgvul dig worden bestudeerd, blijkt, dat zij Waarschu wingen zijn aan het adres van het Derde Rijk en als zoodanig ook bedoeld zijn. Ook de Fransche pers ziet veel gunstigs in de rede van Chamberlain. In de bla den van de verschillende richtingen oor deelt men als volgt: Chamberlain opende voor de Fransch-Britsche samenwerking wijdere Perspectieven dan ieder zijner voorgangers en Zelfs Eden ooit had durven doen. Nooit heeft een Engelsche minister met zooveel overtuiging het feit tot uitdrukking gebracht, dat voortaan in tijd van vrede zoowel als van oorlog het lot beide landen zal binden. De Franschen voelen Chamberlain's woorden als een verlichting Kitler weet thans, zoo schrijft men, dat hij Tsjecho-Slowakije niet zal kunnen overweldi gen, zooals hij het Oostenrijk heeft gedaan. Dit zijn uitlatingen van burgerlijke bladen. Maar zelfs de linksche bladen zijn tevreden. De so cialistische Populaire is van oordeel, dat Cham berlain's rede een stap vooruit beteekent en dat de Duitsch-Tsjechisehe dialoog tot een gesprek wordt, waarbij Engeland niet langer afwezig is. En de communistische Humanité doet ook, hoe wel zuur, een beetje welgevallig door er op te wijzen, dat de verklaringen van Chamber lain in zekeren zin als een waarschuwing aan het adres van den aanvaller kunnen gelden. En „last, not least"" Tsjecho-Slowakije, het bedreigde land zelve! Chamberlain had er in leidend op gewezen, dat een oplossing van het Duitsche minderheidsvraagstuk veel zou kunnen bijdragen tot herstel van het door de recente gebeurtenissen in Oostenrijk geschokte interna tionale vertrouwen en had prijzende woorden gevonden voor wat Praag in dit verband doet. Praag toont zich daarmede zeer ingenomen. Chamberlain's rede is voorts zeer gunstig op genomen en „heeft ten vollezooals geseind wordt, „aan de verwachtingen voldaan". Hoe wel de Engelsche regeering zich niet heeft uit gesproken voor onmiddellijke verplichtingen tot bijstand, wordt Chamberlain's vaststelling dat in geval van oorlog ook die staten zich niet hierbuiten kunnen houden, die geen formeele verplichtingen hebben aangegaan, met blijde vreugde begroet. Uit Duitschland zijn nog geen uitingen over Chamberlain's rede tot ons gekomen. Blijkbaar wil de Duitsche regeering de rede eerst grondig bestudeeren alvorens al dan niet spijtige kon- sekwenties te trekken. Chamberlain heeft zich met zijn rustige, wel overwogen, krachtige rede gemaakt „bene meritus de pace mundi". seer. Ned. Fabrikaat, plv. penningmeester F. Reysenbach, alg. penningm. Alg. Ned. Verbond, lid de heer D. Hamburger, voorzitter bioscoop bond. De financieele commissie heeft de volgende samenstelling: voorzitter: mr. E. E. Menten, leden mr. D. Crena de Iongh, Amsterdam, dr. F. H. Fentener van Vlissingen, Utrecht, prof. dr. ir. H. C. J. H. Gelissen, Maastricht, Arthur Hartog, Wassenaar, ir. G. A. Kessler, IJmuiden, mr. K. P. van der Mandele, Rotterdam, Ph. van Ommeren, Wassenaar, en A. G. Verbeek, Den Haag. In het eere-comité voor de Nationale Film in verband met het veertig-jarig regeerings- jubileum van H. M. de Koningin hebben zit ting als voorzitter de minister-president dr. H. Colijn en als leden de ministers van de onder scheidene departementen, de Gouverneur- Generaal van Ned.-Indië, de gouverneurs van Suriname en van Curacao, de vice-president van den Raad van State, de commissarissen der Koningin in de elf provinciën, de president van de Nederlandsche Bank, de president van de Javasche Bank en de burgemeesters van Amsterdam, 's Gravenhage en Rotterdam, zoo mede die van de provinciale hoofdsteden. Het dagelijksch bestuur van het comité is als volgt samengesteld; voorzitter is jhr. ir. O. C. A. van Lidth de Jeude, secretaris Ph. C. A. J. Quanjer, alg. secr. Alg. Nederl. Verbond, pen ningmeester mr; E. E. Menten, directeur van de bank van Heldring en Pierson, lid mr. D. G. W. Spitzen, administrateur chef afd. B. B., en gedelegeerd lid D. van Staveren, voorzitter van de Ned. Ver. voor cultureele films. Het algemeen comité bestaat uit de leden van het dagelijksch bestuur van het comité, zoomede uit de volgende ondervoorzitters: ir. M. H. Damme, voorzitter Ver. Nederlands'ch fabrikaat. M. B. Van der Jagt, voorzitter Ver. Indië- Nederland, P. J. de Kanter, voorzitter H. B. Alg. Nederl. Verbond, C. R. T. baron Krayenhoff, voorzitter Alg. Ned. Ver. voor Vreemdelingen verkeer, K. E. Oudendijk, voorzitter Kon. Ver. Ons Leger, J. N. Pattist, voorzitter groep Ne derland Alg. Ned. Verbond, N. van Zaiinge, voorzitter Onze Vloot en R. Zuyderhoff, voor zitter Kon. Ver. Oost en West. Plaatsvervangend secretaris H. F. R. Snoek, In de Donderdag gehouden algemeene verga dering van den Nederlandschen bond van boek binders-patroons, is de door de onderhande lingscommissie voorgestelde nieuwe collectieve arbeidsovereenkomst voor het boekbinders-, en enveloppenbedrijf, niettegenstaande dat en kele aanwezigen zich tegen de loonparagraaf hadden verklaard, met algemeene stemmen aanvaard. Deze overeenkomst treedt, indien ook de werknemersbonden hieraan hun goedkeuring Smelt wat VapoRub in kokend water en adem de dampen in. Ook een weinig van deze zalf in de neus doen en opsnuiven. Dat verwijdert het slijm, verzacht de prikkeling en vergemakke lijkt de ademhaling. hebben gehecht, op 4 April a.s. in werking In verband met de hooge kosten, welke hier uit voor het bedrijf voortvloeien, werd het hoofdbestuur gemachtigd de leden groepsge wijze bijeen te roepen, om te overleggen welke maatregelen in verband met de prijsregeling moeten worden genomen. Een gelukkig gezin zal dat gezin zijn, waarin de prijs valt van een jaar levensonderhoud ter waarde van duizend gulden. Eén lotkaart der Nationale Paaschloterij ten bate van de Actie „Voor God", welke Zondag 27 Maart gratis zal worden uitgereikt geeft hierop reeds vier kansen. Wij deelen dit mede om het gevaar te voorkomen dat er kaarten ongebruikt blijven. Laat geen kaart verloren gaan! Omdat U met MAGGI5 Aroma de zekerheid hebt het beste te gebruiken, dat op dit gebied in de handel is! Bovendien, sinds kort, verlaagde navulprijzen1 FLACON No. 0 14 CT. FLACON No. 1 27 CT. De minister van Defensie spreekt in verband met het toenemen van het aantal der vrijwil lige giften voor de landsverdediging nogmaals zijn groote waardeering uit voor deze blijken van offervaardigheid. Mede om te voldoen aan de van verschillende zijden ingekomen vragen, is hij van oordeel, dat het aanbeveling ver dient, eventueele giften ts zenden aan het de partement van Defensie of wel te storten op het giro-nummer 114452 van den comptabel ambtenaar van dat departement. De ontvangen gelden zullen worden bestemd voor versterking van nader aan te wijzen de fensiemiddelen. De medewerking van de pers zal worden verzocht om de verantwoording van de ontvangen gelden te publiceeren. De minister van Defensie deelt mede, dat wederom een aantal vrijwillige bijdragen, va- rieerende van vijfduizend gulden tot vijf cent toe, bij het departement zijn ingekomen. De motiveering der giften toont wel, dat het Nederlandsche volk in al zijn geledingen zeer juist aanvoelt, om welke groote belangen het hier gaat. Een oud-officier-machinist der koninklijke marine vraagt zijn oud-collega's, waar hun gif ten blijven. Zorgt, dat de voedingspomp niet afslaat, roept hij hun toe. Een schoolmeisje stuurt dertig cent met de mededeeling: „dit is van mijn zakgeld overge bleven." Een Delftenaar stuurt honderd gulden. „Een millioen kan ik niet geven, maar wel een ge deelte er van. Denkt aan de mooie spreuk: Een dracht maakt macht." „Om te helpen bouwen aan een machtige Ne derlandsche luchtvloot" heeft een leerling van een handelsschool een kwartje gezonden. Sn zoo zijn er meer bewijzen van groote va derlandsliefde. (slechts één der 15 hoofdprijzen) aan hem die dien prijs trekt uit de Goedgekeurd bij Ministerieel Besluit van 5 Febr. '38 No. 1179 H De benoeming van een nieuwen Vicaris Ge neraal sluit in het afscheid van den aftreden de. Een afscheid dat pijnlijk is. Aldus schrijft M'gr. Th. M. P. Bekkers in „St. Bavo". In den vollen bloei van zijn jaren heeft Mgr. Pichot zijn ambt moeten neerleggen, omdat zijn physieke kracht de geweldige inspanning van zijn geest niet langer dragen kon. vier jaren, van het begin van 1934 af, is hij voor onzen Bisschop en diens voorganger een stoere en wijze helper geweest bij het dragen en regelen der groote geldelijke zorgen, welke op zóóveel parochies drukken, dat zij voor het bisdom in zijn geheel een bittere beproeving vormen. De lasten, die om verlichting dwongen, brachten tal van moeilijke vragen, die niet konden wor den opgelost zonder zware offers te eischen, en dikwerf pijnlijke regelingen te treffen. Mgr. Pi chot heeft den arbeid, die daarvoor geëischt werd, gegeven met een algeheele toewijding, die noch zijn tijd, noch zijn persoon spaarde; met een vasthoudendheid, die soms pijn moest doen en hem daardoor zelf veel kostte; met een be dachtzaam overleg, dat zich door geen schoon schijnende redeneeringen van den weg liet bren gen: met opoffering ook van veel, dat hem. persoonlijk lief wasc. Na vier harde jaren is de toestand in zooverre geregeld, dat de moeilijk heden zij het op langen termijn toch ge leidelijk kunnen worden afgewikkeld, zonder dat aan de hoofdsom der vorderingen wordt geraakt, en zonder dat er zwaarder offers wor den gevraagd, dan noodzakelijk is Ieder, die dit behaalde resultaat op zijn juiste waarde kan schatten, zal aan den afgetreden Vicaris een oprechte en dankbare hulde bren gen, voor dit werkelijk groote en noodzakelijke werk, dat veel ellende heeft voorkomen, en den grondslag voor een gezond financieel beleid heeft gelegd. Dat hij zijn krachten aan zulk een goede zaak niet nutteloos heeft opgeofferd, moge hem een troost en bemoediging zijn. Wij allen, die hem met bewondering hebben zien werken, vragen God, dat Hij zijn krachten zóó herstellen moge, dat hij de uiteindelijke vruchten van zijn arbeid ziet rijpen. Dat deze wensch in vervulling zal gaan, dur ven wij vertrouwen, ook om den persoon van zijn opvolger. Door den Bisschop te worden uitgekozen tot zijn onmiddellijken helper en alter ego is een groote eer, maar brengt als elke eer ook zware verantwoordelijkheid. Wat wij in den afgetreden Vicaris prezen, zal ieder diens opvolger toewenschen: een klaar inzicht gepaard aan wijs overleg, aan toewij ding en standvastigheid, opdat de groote moei lijkheden, welker ordening pas begonnen is, tot een goed einde worden gebracht. En dat hij daarbij in physieke kracht verre de meerdere van zijn, voorganger moge zijn, is voor het Bisdom van zulk een belang, dat wij dit met groot vertrouwen insluiten bij de bede om zegen, die wij voor den nieuwen Vicaris aan Gods goede Voorzienigheid aanbieden. Morgen Zaterdag 26 Maart zal pater A. Kersten zijn veertigjarig priesterschap herden ken. De feesteling werd 6 November 1873 te Puiflijk (Gld.) geboren. Het lager onderwijs genoot hij de eerste paar jaar in zijn geboorteplaats en daarna in Valkenswaard. Na zes jaar verblijf op het Klein Seminarie te St. Michielsgestel, vertrok hij ter voorbe reiding van zijn hartewensch om te mogen worden opgenomen in de Congregatie der Witte Paters naar Afrika, om de studies te volgen op het Groot Seminarie „Maison Carrée" in Algiers en verder in Carthago. 26 Maart 1898 ontving pater Kersten de H. Priesterwijding. Nadien werd hij door zijn Oversten steeds met hoogst gewichtige en ver antwoordelijke posten belast. Als professor der philosophie doceerde hij ge durende acht jaar tot 1906 Binson in M Frankrijk, om daarna gedurende bijna 12 jaar te fungeeren als de eerste Nederlandsche no- vicenmeester der toekomstige Witte Paters op „Maison Carrée" in Algiers. Benoemd tot Overste van St. Charles te Esch (bij Boxtel) keerde pater Kersten in 1918 naar zijn vaderland terug en werd hij de aangewezen organisator van de Nederlandsche Provincie. Met groote toewijding en liefde heeft hij ook deze laatste twintig jaar zijn eervolle, maar tevens zoo verantwoordelijke taak vervuld. Met een legio van successen! Eén huis in 1918. Thans op zijn feestdag staat hij als eerste Provinciaal aan het hoofd van Klein- en Groot-Seminarie, Noviciaat van Pa ters en Broeders, Postulaat voor Broeders en Procure. Het St. Paulus College te Sterksel (N.B.) als Klein Seminarie; het St. Bonifacius Ge sticht te 's Heerenberg (Gld.) als Scholasticaat en Noviciaat der Witte Paters, getuigen van onvermoeiden, onverwoestbaren arbeidslust en energie en spreken van de stoere werkkracht van dezen priester-bouwer. Ook als zieleherder is pater Kersten zeer ge zocht. Groote belangstelling zal de jubilaris zich morgen op de Procure der Witte Paters te Boxtel moeten laten welgevallen. 1 Augustus 1939 zal het 25 jaar geleden zijn, dat majoor G. Huys te Breda als aalmoezenier bi,j het leger werd aangesteld. Dat was in het jaar 1914 bij het uitbreken van de mobilisatie. Al ligt die jubileumdag nog in het verschiet, reeds thans heeft zich spontaan een comité ge vormd, om den sympathieken aalmoezenier, die zoo geweldig veel voor de manschappen gedaan heeft, in zijn jubileumjaar een grootsche hulde te bereiden. Het comité is als volgt samengesteld: Kape laan A. B. A. M. Stulemeijer, directeur der R.K. militaire vereeniging te Breda, A. J. M. Clement, Breda, voorzitter; M. Martens, Breda, secretaris; H. A. Mels, Pastoor Potterplein, Breda, penning meester; H. A. P. van Aalst, Breda, vertegen woordiger van de Alg. R.K. Officierenvereeni- ging; Th. J. A. v. d. Heijdt, Breda, vertegenwoor diger van de RK. Onderofficierenvereeniging „St. i.lartinus"; M. v. d. Pande, Breda; P. Zwols, Teteringen; C. Verschuur, Teteringen. Het volgende jaar zullen er onder het aalmoe zenierschap van majoor Huys 41 lichtingen heb ben gediend. Het comité heeft het plan, de man schappen van al deze lichtingen te mobiliseeren voor een huldebetooging aan den aalmoezenier. Giften worden voorloopig in ontvangst genomen aan het gebouw van de R.K. Militaire Vereeni ging te Breda, met m'n heerlijke in de fraaiste sortering met exquise vullingen in onovertroffen smaken vanaf 25 Ct. per ons DE NAAM ZEGT ALLES De Vereeniging voor Nationale veiligheid deelt ons nader mede, dat zij op 't oogenblik nog geen propaganda voor een bepaald weerbaarheids geschenk wil voeren, teneinde door een dergelijke inzameling geen verwarring te stichten. Anderzijds heeft de vereeniging alle reden om van de thans zoo sterk sprekenden offerzin ge bruik te maken om de aandacht nogmaals te vestigen op het luchtverdedigingsfonds met breede doelstelling. Indien derhalve zeer vele landgenooten eveneens uiting willen geven aan dezen zin van offervaardigheid, dan zullen bij dragen op giro-rekening no. 287.177 van de Ver eeniging voor Nationale Veiligheid te Den Haag gaarne worden ingewacht. Indien het binnenkomende bedrag een belang rijke hoogte bereikt, dan zal, zooals reeds be richt, in overleg worden getreden met de be treffende autoriteiten, om te zien op welke wijze dit voor de landsverdediging het beste kan wor den aangewend. Hierbij wordt nog steeds gedacht aan licht afweer-geschut. De Vereeniging meent deze houding te moeten aannemen, opdat door geen enkelen Nederlan der de bedoeling van de inzameling verkeerd kan worden gewaardeerd. Waar het hier gaat om de verhooging van 's lands weerkracht, moet het devies blijven: kracht door eenheid. Na overleg tusschen den minister van Bin- nenlandsche Zaken en den minister van On derwijs, Kunsten en Wetenschappen, is een commissie ingesteld, die het vraagstuk van de luchtbescherming voor onderwijsinrichtingen zal hebben te bestudeeren. Voorzitter van deze commissie is gep. luite nant-generaal P. H. A. de Ridder, rijksinspec teur van de inspectie voor de bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen. Leden van deze commissie zijn de heeren C. de Bruijn, inspecteur van het middelbaar onderwijs te 's-Gravenhage, W. H. Cool, inspecteur van het nijverheidsonderwijs te 's-Gravenhage en L. Welling, hoofdinspecteur van het lager onder wijs te 's-Gravenhage. Ten aanzien van de bescherming tegen lucht aanvallen voor ziekenhuizen zijn richtlijnen in bewerking bij een commissie, die tot voorzitter heeft gep. luit.-generaal P. H. A. de Ridder. Als leden van deze commissie treden op de hoofdinspecteur van de volksgezondheid dr. N. M. Eijkel, dr. P. H. van Roojen, directeur van het gemeente-ziekenhuis te 's-Gravenhage, dr. H. Offerhaus, lid van het hoofdbestuur van het Nederlandsche Roode Kruis, H. Th. Teeuwisse van de technische afdeeling van de rijksinspec tie voor de luchtbescherming, dr. E. Hoele, di recteur van de R. K. Jacobusstichting te Was senaar. Als secretaris van deze commissie zal fungeeren de heer van Slooten. In een conferentie met de directie der Neder landsche Spoorwegen heeft het comité van actie, dat in Oostelijk Noordbrabant gevormd is ter verkrijging van een sneltreinverbinding met België via Eindhoven—Valkenswaard, van de directie de toezegging gekregen, dat harerzijds al het mogelijke zal gedaan worden om aan dit verlangen tegemoet te komen, mits de zekerheid bestaat, dat ook de Belgische spoorwegen in Neerpelt voor de noodige aansluiting zorgen. Zou deze tot stand komen, dan wordt de route EindhovenBrussel, die thans over Roosendaal vier uren duurt, met de helft bekort. Men schrijft ons: Van alle kanten hoor ik de vraag: „nog niet uitverkocht?" Het gezonde verstand stelt deze vraag, omdat het vertrouwt op het gezond ver stand van onze landgenooten. Wie kan dan zóó tegen zichzelf zijn, dat hjj die paar dubbeltjes niet zou uitsparen om een der gelijke kans te hebben?. Dit is dan toch ook zoo maar niet een gewone liefdadigheidsloterij! Het is een werkelijke, za kelijke loterij. Een loterij voor ieder van U! Wij geven ter waarde van 10.000 aan prijzen. Het is toch, tegenover den kostprijs van het lot, geen kleinigheid! En dan die drie, neen, acht hoofd prijzen! Dit is niet „óns" lot! Dit is „Uw" lot! Leest de advertentie in dit blad en aarzelt nu niet langer! H. J. Bangert, Vlootaalmoezenier, Hoofdgracht 22, Den Helder, Postgironummer: 231067. Wie uit den vreemde na dagen van spanning en onrust terugkeert bin nen de grenzen van ons vaderland, vraagt zich onwillekeurig af, waarom ons land zoo bovenmatig gezegend schijnt. Ze ker, ook bij ons bestaan er tal van redenen tot ernstige en gerechtvaardigde critiek, ook bij ons doen zich trieste verschijnselen voor, welke voortkomen uit toestanden, welke óf wel voorkomen óf wel eerder gesaneerd had den dienen te worden. „Im Groszen und Ganzen" evenwel mogen wij ons land en ons volk, vergeleken bij andere, tot nu toe rog gelukkig prijzen om de buiten de grenzen zoo zeldzame rust en stabiliteit en zekerheid, welke hier gehandhaafd bleven. Maar hoe zeer wij bij behouden thuiskomst ook ge troffen worden door het vele goede, dat er in ons land in tegenstelling met andere, min der fortuinlijke landen te waardeeren valt, wij mogen daarin geen reden vinden ons te verhoovaardigen of ons door zelfgenoeg zaamheid te laten verblinden. Wat in andere landen tot nog niet geheel te overziene ge beurtenissen heeft geleid, is ook in ons land althans in kiem aanwezig en wij dienen ons krachtdadig in te spannen om deze kiemen niet tot ontwikkeling te laten komen. Zonder een paniek- of een wanhoopstemming te willen kweeken, welke andere volkeren ertoe hebben gebracht zich gewonnen te geven aan een juk, dat niet meer afgeschud kan wor den, zoodra het aanvaard is, zijn wij toch van meening, dat hier te lande niet alles in het werk gesteld wordt om te verijdelen, dat binnen onze grenzen zich drama's voltrek ken gelijk die zich b.v. in Frankrijk, Duitsch land en Oostenrijk hebben afgespeeld. Ze ker, het moge waar zijn, dat de groote we reldaardbevingen in ons taaie en ietwat trage klei-landje tot nu toe niet veel meer dan lichte trillingen hebben verwekt, daar mee is nog niet voor alle eeuwigheid komen vast te staan, dat het óók zoo zal blijven gaan Heel de economisch ontwrichte wereld is op 't oogenblik bezig zich koorts achtig te bewapenen, alle mogend heden zetten met alle kracht, die nog in hen is, als vinnige egels zooveel mogelijk staal harde stekels overeind, en ons land doet naar vermogen mee, omdat het niet anders kan, omdat het moet, omdat er helaas geen andere methode in dezen tijd van trouw- en woordbreuk, van gewelddadige rechtsver krachting. en collectieve onveiligheid meer overblijft. Alle aandacht van diegenen onzer regeerders, die het nationale kasregister heb- ben te bedienen, is vrijwel geconcentreerd op het primaire belang der defensie-verster king, waarvan het voortbestaan van onze nationale onafhankelijkheid afhankelijk is en de anderen krijgen voor hun departemen ten uiterst spaarzame fooitjes toegeschoven, waarmee zü slechts enkele druppeltjes kun nen laten vallen op de gloeiende platen, welke zij hebben af te koelen. Minister de Wilde heeft de zuinige huismoeder met haar kleine huishoudboekje tot patrones van het huidige financieele bewind verheven, terwijl in de Nederlandsche Bank een aan vetziekte lijdende gouden koe op stal staat, en een nog altijd ontstellend leger van werkloozen om arbeid smeekt. De aanpassingspolitiek, waardoor ons land te laat kwam bij de al gemeene stijging der wereldconjunctuur, wordt thans met een weergalooze hardnek kigheid voortgezet, nu die stijging voorloo pig tot stilstand schijnt gekomen en de ver sterking der weermacht geweldige offers vraagt. Het stereotiepe wachtwoord luidt: „er is geen geld", maar er ziin duizenden beleggers, die voor hun spaarduiten geen ge schikte plaats meenen te kunnen vinden, en spontaan zijn er particuliere bronnen gaan wellen ten behoeve van de nationale mili taire weerbaarheid. Met deze dingen wenscht het benepen huismoedersbeleid echter geen rekening te houden en daarom wordt de be- lastingschroef, die de betalersduimen al tot bloedens toe knelt, nog vaster aangedraaid. De budgetaire spaarzaamheid werkt met een nauwgezetheid als ware de mensch er voor het geld en niet het geld voor den mensch. De nieuwe voorzitter der R.K. Staatspartij, mr. Verschuur, heeft onlangs, erkennend de bittere noodzakelijkheid van een belangrijke versterking'der weermacht, verklaard: „Toch is er een tweede front, waaraan evenzeer gedacht moet worden, omdat het niet alleen onze volkskracht, maar ook onze onafhanke lijkheid raakt: de ontzettende werkloos heid." Hoe juist deze woorden zijn, heeft het op economische gronden zijn onafhankelijk heid prijsgevende Oostenrijk bewezen. Mogen angstvallige bewakers van het budget liever vandaag dan morgen inzien, dat het tijd wordt, het krenterige huishoudboekje te slui ten en radicale maatregelen te nemen voor een breedere en meer algemeene werkver schaffing aan ons werklooze volksdeel dan de werkverschaffingen, die nu eens hier dan eens daar met hooggestemde officieele redevoeringen worden ingezet, doch niet meer dan een der vele lapmiddeltjes betee- kenen, waar eigenlijk alleen een weloverwo gen systematisch toegepaste en streng vol gehouden kuur genezing zou kunnen bren gen voor deze de volkskracht ondermijnen de, slepende kwaal. TANDJONG PRIOK, 25 Maart* (Aneta) 28 Maart wordt het eerste watervliegtuig van de Quantas verwacht, welk vliegtuig een proeftocht Singapore-Australië en terug maakt, zulks ter voorbereiding van den geregelden dienst, welke in Juli zal beginnen. De vertegenwoordigers van de Qantas te Batavia hebben in de afge- loopen dagen onderhandelingen gevoerd met diverse officieele instanties en particulieren, onder meer over de vaststelling van de anker en landingsplaats, over de oprichting van een klein kantoorgebouw.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 9