Tentoonspreiding van kracht als politiek instrument SCHUDT UW LEVER WAKKER De bollen bloeien weer 12e Eeuwgetij van St. Willibrord IMPRODUCTIEVE UITGAVEN? Father J. Reesinck MUSSOLINI IN DE ROL VAN NAPOLEON NATIONALE K.J.M.V.- BIJEENKOMST Kerkelijk leven DONDERDAG 31 MAART 1938 BUFTENLANDSCH OVERZICHT Binnenlandsch gebruik EEN STERFGEVAL OP HET S.S. ROSSUM Twee andere opvarenden ernstig ziek DOOR FIETSER AANGEREDEN Jongetje te Kloosterzande aan de gevolgen overleden Bloedvergiftiging fl. 390 MIJN KEUS Voor een onafhankelijk Nederland Weer bijna f 8500 aan giften ontvangen VERDOOVENDE MIDDELEN ACHTERHAALD Smokkelhandelaar te Hilversum aangehouden Herdenking van het eerste lustrum der K.J.M.V. Bezoek van Mgr. de Jong Opvoering van een ideeënspel Waar de mooiste velden binnen kort te vinden zijn Verkeer sadviezen ITALIAANSCHE EN ZWITSERSCHE MEREN REIS&UREAUX Nationale hulde aan den brenger der oude christelijke cultuur in onze gewesten Apostel der Neder landen „MAG 'K ME EFFE. 't Moet toch Effendi zijn en geen Roestam Het is een al te vaak verkondigde en te weinig aangevochten stel ling, dat alle uitgaven voor ver sterking der Nederlandsche weerbaar heid in zich oneconomisch, want impro ductief zouden zijn. Slechts noodge dwongen doet Nederland op zijn eigen wijze en in zijn mate mee aan den al- gemeenen bewapeningswedloop, terwijl het in zijn hart het daaraan gespen deerde geld economisch totaal verloren acht. Deze populaire opvatting is toch eigenlijk onjuist. Zeker, het zou econo misch en niet alleen economisch, maar ook sociaal beter zijn, indien de mil- lioenen, die thans in den wijdopenge- sperden muil der defensie-behoeften ge stort worden, besteed hadden kunnen worden aan sociale en direct-economi- sche en cultureele doeleinden, die luide, maar tevergeefs thans om verwezenlij king schreeuwen. Het zou beter en ver kieslijker zijn, indien de veiligheid en onafhankelijkheid van ons nationale volksbestaan op 'n andere, minder kost bare wijze gewaarborgd zou kunnen wor den dan door versterking en verbetering en vergrooting van ons militaire defen sie-apparaat. Maar nu 't niet anders kan, moeten wij er ons wel degelijk reken schap van geven, dat de aan die ver sterking bestede gelden een verhoogde nationale veiligheid en een waarborg voor het behoud van onze stoffelijke en geestelijke verworvenheden produceeren. Afgezien nog van de althans tijdelijke stimuleering van het bedrijfsleven, welke van de voorziening in de militaire be hoeften uit kan gaan, en van de absorp tie van werkloozen, welke van een ver hooging van het contingent het gevolg zal zijn, zijn dus de verhoogde defensie uitgaven onder de huidige omstandig heden op zichzelf reeds wel degelijk productief en ook economisch verant woord. Even productief en economisch verantwoord als het leidingwater, dat op een door brand bedreigden kostbaren inboedel wordt gespoten en als de houten schotten, waarmee in tijden van relletjes op straat de voorzichtige en verstandige winkelier zijn spiegelruiten en wat daar achter ligt uitgestald, tracht te bescher men. Dat dit in bepaalde kringen terdege wordt ingezien, blijkt uit den stroom van vrijwillige giften, welke thans bij het departement van Defensie binnenkomen. Maar laten wij dan ook niet klakkeloos een algemeen verkondigde stelling na bauwen, die in zich onjuist is en het risico meebrengt, dat de spontane offer vaardigheid voor onze nationale weer baarheid ontijdig zou bekoelen op zgn. economische gronden. Benoemd tot Apostolisch-Vicaris van Oeganda RADIO-UITZENDING VOOR ZUID-AFRIKA Uit het leven van H. K. H. Prinses Juliana Contingenteering rijst verlengd In ingewijde kringen te Rome, weten buiten- landsche bladen te melden, wordt de ver wachting aldoor grooter, dat de onderhan delingen met Engeland spoedig tot een tevre denstellend einde zullen worden gevoerd en is men de overtuiging toegedaan, dat de onder- teekening nog zal kunnen plaats hebben vóór den lOen April, den dag, waarop in Duitschland en Oostenrijk het plebisciet zal worden gehou den over den Anschluss, die reeds dadelijk bij den val van Schuschnigg een volledig feit was. Verleden week is men reeds begonnen de resul taten der gesprekken te formuleeren. Van beide zijden beschouwt men als het verblijdendste van deze gesprekken het feit, dat het vertrou wen in elkander zéér wordt bevestigd. Vooral op twee punten. Engela-nd is namelijk evenzeer er van overtuigd, dat Italië de territoriale on aantastbaarheid van Spanje zal eerbiedigen als Italië er zeker van is, dat Engeland, na vooraf gaande onderhandelingen te Genève, het impe rium Romanum zal erkennen. In zijn groote Senaatsrede heeft Mussolini gisteren niet recht streeks gesproken over de buitenlandsche poli tiek en dus ook niet de onderhandelingen met Engeland gememoreerd. Maar ons komt het voor, dat hij indirect de buitenlandsche betrek kingen van Italië heeft behandeld door de- macht en de kracht van zijn leger in het licht te stellen. Op de eerste plaats heeft het er sterk den schijn van dat de Duce, die thans, tegelijk met zijn Koning, Keizer en Heer, tot eer ste-maarschalk is verheven (dat een souverein maarschalk wordt, is beslist iets nieuws in de krijgshistorie), aan de toekomstige Engelsche vrienden nog eens duidelijk voor oogen heeft wil len stellen, over welke geweldige strijdkrachten 't ipiperium in de Middellandsche Zee beschikt. Het is, of hij op daverende wijze in het licht heeft willen stellen, welk een waarde hij mer zijn strijdkrachten als onderhandelingspartner vertegenwoordigt ten opzichte van een land als Engeland, dat zijn verbindingen door de Mid dellandsche Zee met zijn koloniën en domi nions onmogelijk kan ontberen en dus op goeden voet moet blijven met een Italië, dat zóó sterk is als het tegenwoordige, een land, dat, volgens den Duce, beschikt „over verreweg de sterkste duikbootvloot ter wereld" en over een lucht macht, „die thans een van de eerste ter wereld is". Men heeft in Londen de beteekenis van Mussolini's rede in bovenaangegeven zin ter dege begrepen. De Engelsche pers beweert wel op de eerste plaats, dat de rede vooral bestemd was voor „binnenlandsch gebruik", maar van den anderen kant verheelt zij zich niet, dat Mussolini's woorden bestemd waren voor Cham berlain en ter beïnvloeding van den loop en uit slag der Italiaansch-Engelsche onderhande lingen. Naar gelang van de politieke verhou dingen zijn de Engelsche bladen goed of slecht over den inhoud der rede te spreken. De link- sche bladen bezweren Chamberlain, dat men geen geloof kan hechten aan het woord van Mussolini en beweren, dat het Engelsche volk in zijn geheel koud en koel staat tegenover de pretenties van Mussolini. Klaarblijkelijk bereidt deze man een oorlog van snelle beslissingen voor. Welke zijner woorden zijn de echte? Vraagt het aan de Abessiniërs, aan de Span jaarden. Chamberlain zou er goed aan doen, zich af te vragen, welke waarde er te hechten is aan de gentlemen-agreements of vriend schappelijke ententes, gesloten met zulk een oorlogszuchtig man. Men ziet, erg vriendelijk is de toon der Engelsche pers niet. Niet alleen Engeland heeft Mussolini willen imponeeren, maar ook zijn nieuwe Duitsche buren aan den Brenner, bij Zuid-Tirol. Zeer beslist heeft de Duce zijn as-vriend Hitier het volgende voorgehouden: „Italië heeft als na tuurlijke grens de Alpen. Deze Alpen-grenzen zijn en blijven onoverkoombaar en dat geldt niet alleen voor het -Winterseizoen (gelach). Het zijn de duizendjarige grenzen, die God hier heeft getrokken. Wanneer men enkele Alpen passen hermetisch gesloten heeft, zijn deze grenzen niet te overschrijden." Voorloopig zal men er in Berlijn rekening mede houden en goede nota er van nemen. Voorloopig. Toen na afloop der rede eenige senatoren aan Mussolini hun gelukwenschen aan boden, dankte hü voor de hem verleende waardigheid van maarschalk en verklaarde, dat „deze nieuwe waardigheid hem groote verant woording oplegde ten overstaan van de derde groote victorieuze campagne van het imperium, waarin hij zelf als leider zou optreden." Deze woorden wekken ongerustheid. De diplomatieke redacteur van de Daily Express vraagt zich af, wat de duce met deze woorden meende en tegen wien ze gericht waren. In dit verband wijst hij er op, dat de Italiaansche bladen overeen stemmend beweren, dat het roode gevaar zich verplaatst heeft van Moskou naar Parijs en vraagt: zou Frankrijk de nieuwe vijand zijn? Eet blad voegt er echter in één adem aan toe, dat men niets te vreezen heeft, daar Mussolini nooit ofte nimmer het „formidabelste leger van Europa" zal provoceeren. De Fransche pers heeft zich nog niet uitgelaten over de duistere, raad selachtige woorden van Mussolini. Wel over de rede zelf. Zij oordeelt: Ondanks het bestaan van de as RomeBerlijn en ondanks de onder handelingen met Engeland bindt Italië zich niet voor de toekomst. Het zal op het geschikt ste oogenblik zijn vrienden en vijanden kiezen. Het tegenwoordige oogmerk van Mussolini is, aldus de Figaro, van de tentoonspreiding van macht een diplomatiek instrument te maken, dat de onderhandelingen van vandaag en mor gen kan vergemakkelijken en zijn land de vei ligheid zijner grenzen en uitgebreide mogelijk heden voor expansie kan verzekeren. De Epoque wijst er op, dat Mussolini in strijd met zijn gewoonte geen hevigen aanval op de de mocratieën heeft gedaan. De reden hiervan is eenvoudig: hoewel hij op goeden voet staat met Duitschland, wil hij toenadering tot En geland. Hij heeft verscheidene kaarten in zijn spel. Hij zal ze al naar gelang de omstandig heden uitspelen. De socialistische Populaire ziet het groote gevaar voor den vrede in het verlangen van Mussolini eens een Napoleon- rol te spelen. De duce heeft onmiskenbaar aan deze vrees nieuw voedsel gegeven, toen hij, na geconstateerd te hebben, dat de kracht van Italië nooit zoo diep en zoo algemeen, zoo brandend en zoo vastbesloten als thans is ge weest, uitriep: „Heeft de Italiaan Napoleon Buonaparte, die in Frankrijk het geschikte middel vond om zijn bovenmenschelijk militair genie te ontplooien, dat voorzien? Toen de Fransche maarschalk Suchet tijdens den oorlog in Spanje den keizer de vraag stelde of hij de beschikking kon krijgen over de Italiaansche Palombini-divisie, antwoordde Napoleon: „Gij hebt gelijk. Dig Italianen zullen eens de eerste soldaten der wereld zijn." „Dit is het." aldus Mussolini zijn rede, ,,dit is het, wat wij willen: n.l. dat deze Napoleon tische profetie in de fascistische en Romeinsche werkelijkheid van onzen tijd zal worden om gezet." Hopen we mèt de internationale pers, dat Mussolini's rede vooral voor „binnenlandsch ge bruik" was bestemd. Dan wordt zijn verzeke ring: „Wij willen vrede, maar dan onzen vrede" minder dreigend, want ten slotte wil men geen vrede, wanneer men zijn vrede wil. Op weg naar Bremen is, naar United Press aan de bladen meldt, te Lissabon aangekomen het Nederlandsche s.s. „Rossum", dat een doode aan boord had. Het lid der bemanning G. Salz- rick was tijdens de reis overleden. Twee an dere opvarenden zijn ernstig ziek in een zie kenhuis te Lissabon opgenomen. Het stoffelijk overschot van Salzrick is aan wal gebracht. Te Kloosterzande is Woensdag een leerling van de handelsdagschool te Hulst, de 13-jarige L. W. aldaar, toen hq per rijwiel op den pro vincialen weg ter hoogte van Terhole reed, door een uit tegenovergestelde richting komen den wielrijder aangereden, waardoor de jon gen viel. Hij kwam hierdoor in aanraking met een personenauto. Het slachtoffer bekwam een hersenschudding en een gebroken been. In den loop van den dag is het slachtoffer aan zijn bekomen verwondingen overleden. De 14-jarige H., te Tegelen, die zich aan een been verwondde, is aan bloedvergiftiging over leden. Op de aanvankelijk onbeduidende wonde had H. geen acht geslagen. Volgens heden ontvangen opgave bedraagt het totaal van de tot nu toe bij het departe ment van Defensie binnen gekomen vrijwillige giften 53.014.28 j-ij, zoodat Woensdag de som van 7.302.19% is bijeengebracht. Bij de Vereeniging van Nationale Veiligheid is per giro ontvangen een bedrag van 1164.63. In totaal is in de laatste dagen bij de ver eeniging gestort 4646.98. Woensdagavond heeft de Hilversumsche recherche een goeden slag geslagen door een man te arresteeren, die zich aan smok kelhandel van verdoovende middelen schul dig maakte. Reeds eenigen tijd had de recherche er de lucht van, dat in die gemeente een persoon moest wonen, die zich bezig hield met klandes- tiene aflevering van verdoovende middelen, als morphine, cocaïne, opium en dergelijke. Bij een nauwkeurig ingestelde recherche, waarbij vooral de rechercheur Houwing zich onderscheidde, viel de verdenking op zekeren V., wonende aan den Hooge-Laarderweg. Nauw keurig werden diens gedragingen nagegaan, totdat Woensdagavond het oogenblik gekomen scheen om in te grijpen. Een van de over de gemeente uitgezette pos ten rapporteerde namelijk, dat gezien was, dat V. na zich eenigen tijd in gezelschap van en kele personen in een restaurant te hebben op gehouden, zich begaf naar het Stationsplein, waar hij, kennelijk in afwachting van iets, on der de stationsklok zich opstelde. In de veronderstelling, dat wellicht hier de aflevering zou plaats hebben, besloot de re cherche thans in te grijpen. Twee rechercheurs arresteerden V. ter plaatse. Hij werd naar het bureau overge bracht. Bij zijn fouilleering werden op hem bevonden ongeveer 700 opium-tabletjes en twaalf cocaïne-ampullen. Bij een daarna in zijn woning ingesteld onderzoek werden bovendien nog, verbor gen in een ouden divan, staande in een schuur, twee groote ampullen verdoovende middelen gevonden. De man werd ter beschikking gesteld van den commissaris van politie. Bij zijn verhoor ver klaarde hij als tusschenverkooper te hebben ge fungeerd voor een hem onbekende. Naar dezen persoon wordt een nader onder zoek ingesteld. In ons avondblad van Vrijdag 4 Maart j.l. maakten wij reeds melding van een op 26 Mei (Hemelvaartsdag) te Utrecht te houden Na tionale K. J. M. V.-bijeenkomst. We zijn nu in de gelegenheid gesteld nog de volgende bijzon derheden over dit Congres te publiceeren: Deze Nationale bijeenkomst wordt gehouden naar aanleiding van het vijf-jarig bestaan der K. J. M. V. Het wordt met recht een Nationale bijeen komst, want de K. J. M. V. strekt zich uit over het geheele land, over alle vijf de diocesen. Dit zal ook de eerste Nationale K. J. M. V.-bij eenkomst zijn, tot nu werden slechts dioce sane K. J. M. V.-dagen gehouden. Het ligt nu in de bedoeling dezen dag te doen aanvangen in elke afdeeling afzonderlijk door een algemeens H. Communie der leden. Bij de aankomst te Utrecht vervolgens, be geven de deelnemers zich naar de St. Domini- cuskerk, aan de Mariaplaats, waar om half twaalf een plechtige Hoogmis zal worden opge dragen door een van de vijf diocesane Modera tors met assistentie van de vier andere. Een Schola Cantorum, bestaande uit Hilver sumsche K. J. M. V-ers verzorgt onder deze Hoogmis de wisselende gezangen, terwijl alle deelnemers gezamenlijk de Missa de Angelis zullen zingen. Na deze H. Mis wordt, wanneer daarvoor goedkeuring verkregen wordt, in optocht naai Tivoli getrokken, waar de lunch gebruikt wordt. Tegen half drie vangt dan in Tivoli de groote feestelijke bijeenkomst aan, welke bij eenkomst bijgewoond zal worden door Z. H Exc. Mgr. dr. J. de Jong, Aartsbisschop van Utrecht. Er zal een soort ideeënspel worden opgevoerd: door muziek, zang en declamatie zullen o. a. verklaard en uitgebeeld worden het Goddelijk Vaderschap, het Moederschap v. d. H. Kerk, het Gezin enz. De uitleg van de verschillende dee- len wordt gegeven door den zeereerw. heer H. de Greeve. De regie berust bij Jan Muller, terwijl ook de bekende kunstenaar Gabriël Smit mede werking verleent. Uitvoerenden zijn K. J. M. V.-ers, de décors worden door Harry Sterk verzorgd. Dit „ideeënspel" zal de bekroning zijn van het rijke Gezinsprogram, dat in het afgeloo- pen seizoen in alle K. J. M. V.-afdeelingen be handeld is. Tot deze middagbijeenkomst, die georga niseerd is door de Nationale Actiegroep der K. J. M. V., hebben behalve de K. J. M. V.-ers, ook toegang de ouders der leden, de leden van den R. K. Middenstand en van den Werkne- menden Middenstand. Tenslotte kunnen wij nog mededeelen dat door de Ned. Spoorwegen aan de deelnemers een zeer belangrijke reductie op de reiskosten, van by'na 35 pCt. wordt toegestaan. ZONDER SCHADELIJKE LAXEERMIDDELEN en U zult 's morgéns „kiplekker" uit bed springen. lederen dag moet Uw lever minstens een liter gal in Uw ingewanden doen stroomen. Wanneer deze stroom van gal onvoldoende is, verteert Uw voedsel niet, het bederft. U voelt U opgeblazen, U raakt verstopt. Uw lichaam is vergiftigd en U bent humeurig, v»elt U ellendig en ziet alles somber in. De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmiddelen. U moet CARTER'S LEVERPILLETJES nemen om een liter gal vrij te doen stroomen en U zult weer geheel fit zijn. Onschadelijk, plantaardig, zacht, on overtroffen om de gal te doen stroomen. Eischt Carter's Leverpilletjes bü apothekers en drogisten, f. 0.75, De K.N.A.C. schrijft ons: De bollen bloeien weer! Schuchter vertoon den zich de crocusjes. Eerst enkele, als ver trouwden zij het nog niet recht. Het was ook nog zoo vroeg In het jaar. Maar niet zoodra hadden zij de koestering gevoeld van de lente zonnestralen of het was alsof zij de nog sla- penden toefluisterden toch wakker te worden om mede te helpen het voorjaar in te luiden. Ook de narcissen talmden niet lang en nu komt de beurt van de hyacinten en de vroege tulpen. Hoewel de bollenvelden Zondag nog niet op hun mooist zullen zijn zal er voor den liefheb ber toch voldoende te genieten vallen. Te ge nieten vooral in de streek tusschen Sassenheim en Bennebroek, vanouds het centrum van onze wereldvermaarde cultuur. Langs den straatweg rijdende van de Haag- sche Schouw naar Haarlem, ziet men reeds links en rechts de hyacinten en tulpenvelden. Men geniet weer van het eeuwig schoone schouwspel van dit voorjaarsbloemenfeest en onwillekeurig rijdt men iets langzamer om het intenser te beleven. Maar dieper onder den in druk komt men als men langs de binnenwegen rijdt, die zich westelijk van den straatweg be vinden. Hier is het pas mogelijk om de pracht van de velden volkomen op den geest te laten inwerken. Talrijk zijn de binnenwegen. Vele zijn zeer goed te berijden, niet smal en voor zien van een fraai wegdek. Bij andere is het iets minder best, maar gaarne heeft men deze ongemakken van den rit over voor de beloo ning, die te wachten staat. Want deze wegen leiden den natuurliefhebber dwars, door de vel den. Men dringt door tot in het hart van de cultuur, waarop wij Nederlanders terecht zeer trotsch zijn. Een kleine moeilijkheid is om in de grootere plaatsen den juisten weg te vin den, die toegang tot het dorado der binnen wegen geeft. In Sassenheim bereikt men dit door ongeveer midden in het dorp de Teylin- gerlaan in te slaan (richting Noordwijk). Deze laan voert langs de ruïne Teylingen en verder naar Noordwijkerhout. In Lisse is het de Stationsweg of de Achter weg, dien men in de richting Ruigenhoek moet volgen om op het binnenwegennet te belanden, terwijl men in Hillegom de tijdens den bloei Sennebroek GOED BERIJDBARE BINNENWEGEN .....BERIJDBARE BINNENWEGEN Pasfoorsl OeZilk Ruigenhoek RDWUK onzegbaar mooie Veenenburgerlaan moet op zoeken die aan het zuideinde van het dorp t.o. de R.K. Kerk westwaarts afbuigt. Bezuiden Bennebroek leidt de Nieuwe weg langs tal van bijzonder mooie velden, waarover men een weidsch uitzicht krijgt, doordat het in den weg aanwezige bruggetje den automobilist als het ware op een podium plaatst. Wil men genieten van een buitengewoon mooi uitzicht over de bollenvelden, dan ver- zuime men niet een bezoek te brengen aan den watertoren te Noordwijk aan Zee. Om toegang tot den toren te verkrijgen zal men een klei nigheid moeten betalen. Als er niemand aan wezig is, vervoege men zich bij den pachter: Kerkhofpad 15 te Noordwijk. Behalve de streek tusschen Haarlem en Lei den bezit Nederland nog een centrum voor de bollencultuur, voornamelijk de tulpenbollen. Ten noorden van Alkmaar in de richting den Helder rijdende, ziet men aan de rechterzijde van het Noord-Hollandsch kanaal reeds vele tulpenvelden. Een bezoek aan Bovenkarspel, de Koog, Breezand, Middenmeer, Medemblik, An- djjk en Enkhuizen is een bezoek meer dan waarö. Hier en daar zal men den wagen echter aan den kant moeten zetten, daar voortzetting van den tocht per automobiel ondoenlijk zal blijken, want om in deze streken intens van de bloe men te genieten moet men zich vele overgan gen met bootjes en tochtjes over smalle paden getroosten. Ook in de streek tusschen Haarlem en Alk maar, langs de binnenwegen bij Beverwijk en Santpoort treft men bloembollenvelden aan. Maar het centrum van onze Hollandsche bol lencultuur ligt toch nog steeds tusschen Sas senheim en Bennebroek. Tot slot nog dit. Indien men zich de luxe kan permitteeren om op een door-de weeksche- dag er tusschen uit te gaan, doe dat dan! Men behoeft dan niet beangst te zijn voor het raken in verkeersknoopen, men rijdt niet in files en men heeft de illusie alleen te zijn alleen met die onbeschrijfelijke pracht van het Hollandsche kleurpalet, waarvan men tin ten en schakeeringen in volkomen rust kan ge nieten. Is men echter gedwongen het bezoek op een Zondag te bepalen, dus op den dag dat het uit den aard der zaak veel drukker is, rijdt dan voorzichtig. Erger u niet als gij niet kunt op schieten. Per slot van rekening bent u toch niet naar de bollenvelden getogen om er door heen te vliegen. Eik oponthoud kan slechts winst beteekenen, al is het dan ook soms ge dwongen, Ga ook naar de wonderschoone Van 1 Maart tot 31 October 9-daagsche arrangementen Relssom van f 74,— af Op 7 November 1939 zal het twaalf eeuwen geleden zijn, dat Willibrord, de Apostel der Nederlanden, gestorven is. De plannen, het volgend jaar deze historische figuur te herdenken en te herinneren aan hetgeen hij als een onzer grootsten voor Nederland heeft beteekend door zijn verkondiging van het Evangelie en als drager van de oude christelijke cultuur, hebben thans vasten vorm gekregen. Daarbij is er van uitgegaan, dat de stad Utrecht, waar Willibrord zijn voornaamste kerk heeft gesticht en het uit gangspunt van zijn werkzaamheid heeft gevestigd, in de eerste plaats in aanmerking komt als centrum eener herdenking, welke intusschen voor het geheele land beteekenis heeft. Het voornemen bestaat, de plechtige her denking op den sterfdag te houden in de Domkerk te Utrecht en aan die herdenking in de zomermaanden 1939 vooraf te doen gaan een tentoonstelling, die de figuur van St. Willibrord en de cultuur van zijn tijd tot onderwerp zal hebben. f De tentoonstelling zal een tweeledig karakter dragen: in de eerste plaats zal zij bevatten voorwerpen, in verband te brengen met de ver eering van den Apostel Willibrord in den loop der tijden tot den huidigen dag toe. In de tweede plaats zal het zijn een internationale tentoonstelling van vroeg-Middeleeuwsche we reldlijke en kerkelijke kunst, gezien in ver band met de Nederlanden. Ter voorbereiding van de herdenking heeft zich een nationaal comité gevormd, dat sa mengesteld is als volgt: mr. G. A. W. ter Pelk- wijk, burgemeester van Utrecht, prof. dr. W J. Aalders te Groningen, mr. P. C. J. A. Boeles te Leeuwarden, dr. C. W. Th.' baron van Boet- zelaer van Dubbeldam te De Bilt, H. Botter- weg te Utrecht, prof. dr. G. Brom te Nijmegen, prof. dr. H. Brugmans te Amsterdam, Mgr. dr. P. J. M. van Gils te Roermond, prof. dr. J. Hui- zinga te Leiden, mr. H. Th. s'Jacob te Huis ter Heide, prof. dr. G. W. Kernkamp te Utrecht, Mgr. Th. J. M. Knuvelder te Utrecht, de oud- katholieke pastoor E. Lagerwey te Utrecht, mr. A. Meerkamp van Embden te Middelburg, jhr. mr. W. Michiels van Kessenich te Maastricht, dr. H. W. E. Moller te Tilburg, pastoor W. No- let te Amsterdam, prof. dr. A. K. M. Noyons te Utrecht, prof. dr. M. van Rhijn te Utrecht, jhr. mr. A. F. O. van Sasse van Ysselt te 's-Her- togenbosch, prof. dr. A. A. van Schelven te Bentveld by Haarlem, terwyi het secretariaat op zich hebben genomen dr. W. C. Schuylenburg en mr. J. W. C. van Campen te Utrecht. Het tentoonstellingscomité is aldus samenge steld: dr. W. C. Schuylenburg te Utrecht, voor zitter, J. E. Brom te Utrecht, mr. B. J. baron de Geer van Jutphaas te Utrecht, prof. dr. H. Grondüs te Scheveningen, prof. J. J. Henne- man te Warmond, dr. ir. G. W. van Heukelcm te Bilthoven, dr. A. Hulshof te Utrecht, dom. dr. J. Huyben O.S.B. te Egmond-Binnen, jkvr. dr. C. H. de Jonge te Utrecht, dr. J. Kalf te Den Haag, de oud-katholieke pastoor E. La gerwey te Utrecht, prof. dr. W. Lampen te Nijmegen, dr. F. Schmidt Degener te Amster dam, prof. dr. W. Vogelsang te Utrecht met als secretaris jhr. dr. J. S. Witsen Elias te Blaricum. In wording zijn nog bijzondere comité's, o. m. voor de regeling van de herdenkingsplechtig heid, terwijl de heeren H. Botterweg, J. M. Fentener van Vlissingen, N. Janssen en mr. K. L. C. M. I. baron de Wijkerslooth de Weer- desteyn zich bereid hebben verklaard zitting te nemen in een comité voor de financiën. Het ligt in de bedoeling te bevorderen, dat de verschillende groepen, waaruit het comité is gevormd, het initiatief nemen tot een herdenking in eigen kring. Het „Nieuws v. d. Dag v. Ned. Indië" schrijft: Minister Weiter zei Roestam en Kamervoor zitter Van Schaik wil Effendi. De minister is een hoffeiyk en parlementair man, en. ofschoon Effendi maleisch is voor heer, voldoet Z. Exc. aan des voorzitters wensch en noemt het com munistisch kamerlid voortaan de heer Effendi, hetgeen vrij vertaald de heer De Heer beteekent. De kamervoorzitter blijkt onbewust geiyk te hebben. De „Sumatra-Bode" komt nameiyk vertellen, dat de Padangsche familie als Effendi bekend staat en dat er vele Effendi's zyn: Roestam Effendi, Bachtiar Effendi, Soeleiman Effendi. Zoodat Effendi is ingeburgerd als ach ternaam, „al beteekent Effendi dan ook inder daad „meneer" of in het Turksch „staats dienaar". Goed. Effendi dus. Mag 'k me effeEffendi! Aangenaam! Een waar wereldburger. Padanger van origine, Inheemsch onderdaan-niet-Neder- lander naar staatkundige onderscheiding, vol gens Turksch-taalkundigen uitleg „staatsdienaar" en dit laatste dan met het gelaat gewend naar het Oosten, waar Moskou ligt en Vadertje Sta lin troont, de naam verandert, de zaak wordt op denzelfden voet voortgezet: hou den heer Effendi in de gatent Father J. Reesinck van de St. Joseph- congregatie van Mill-Hill, is, naar de over ste van het missiehuis te Roosendaal ons meedeelt, benoemd tot apostolisch vicaris van den Boven-Nijl (Oeganda), als opvol ger van Mgr. Campling. Mgr. Reesinck, die 22 Februari 1881 te Delft werd geboren, is dus nu 57 jaar oud. In 1908 werd hij te Mill-Hill priester gewijd. Onmid- dellük daarna vertrok hij naar de missie in het vicariaat van den Boven-Nijl. In 1921 kwam hij om gezondheidsredenen in ons land terug, maar een jaar daarna ging hij weer naar zijn geliefd missiegebied terug. In 1928 werd hij naar ons land teruggeroe pen en aangesteld als leeraar aan het St. Jo- sephstudiehuis te Tilburg, dat hü reeds in 1931 verliet, toen hij werd benoemd tot directeur van het missiehuis te Roosendaal. In Juli 1934 volgde de benoeming tot een der hoogste posten in de Congregatie, n.l. die van tweeden consultor van den Algemeen Over ste. De nieuwbenoemde apostolische vicaris heeft zich steeds doen kennen als een üverig, onver moeid missionaris met groot organisatie-talent en uitstekende eigenschappen voor het onder was. Zaterdag 30 April a.s. zal de P.H.O.H.I. ter gelegenheid van den verjaardag van H. K. H. Prinses Juliana een speciaal programma uitzen den voor de Nederlandsche luisteraars in Zuid- Afrika. Deze uitzending geschiedt te 1920.30 g.m.t. golflengte 31.28 M. Het programma, dat in deze uitzending ten gehoore wordt gebracht, is getiteld: „De chate laine van Soestdijk" (uit het leven van H. K. H. Prinses Juliana). De verschillende onderdeelen van dit feeste- ïyk programma waaraan om. medewerken het Phohi-orkest, Willem Hespe's Kinderkoor, He- lene Ludolph, sopraan en Frans Vroons, tenor, zullen op oud-vaderlandsche wijze aan elkander worden verbonden door een „verteller". Als zoo danig fungeert de heer J. Jessurun, den luiste raars welbekend als ooggetuige-verslaggever bij de reportages ter gelegenheid van de geboorte van Prinses Beatrix. De contingenteering van ryst per 1 April 1938 zal voor den tüd van een jaar worden ver lengd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 9