De weerstand der linkschen bij Balaguer Britsch-Italiaansch accoord Benesj verleent amnestie New-Yorksche Beurs NIEUWE AANVAL DER NATIONALISTEN Een uitnoodiging van Londen HET GEHEIMZINNIGE DOCUMENT ZONDAG 17 APRIL 1938 De rechtschen zouden ook hier een overwinning behaald hebben Radiorede van Negrin aangekondigd T elegr omwisseling Stresa? 20 terroristen gedood 1.200 personen, veroordeeld wegens kleine politieke delicten, zullen vrij komen Praag zal werken voor den vrede Fransche ministers zullen 28 April een bezoek aan Engeland brengen De Duitsche politie verlaat Graz Het regeeringsprogram in Hongarije Daranyi laat zich niet leiden door „de straat" Joodsch protest OFFICIEELE CRISIS-PUBLICATIE Stemming: zeer vast Totale omzetten: 1.060.000 shares 53A 8Vs WISSELKOERSEN - AMERIK. GOEDERENMARKT éo% -- -. PAASCHCONGRES VAN DE S.D.A.P. De heer Van der Kieft over de verhouding tot de R. K. Staatspartij De zaak Kies LAMPEKAPPENMAGAZIJN UITGEBRAND Ziek meisje kon tijdig worden gered SARAGOSSA, 16 April(Havas). De re geeringstroepen, die zich bijna niet verzet hebben tegen den opmarsch van de troepen van Franco naar de Middellandsche Zee, hebben al hun krachten geconcentreerd op het bruggehoofd van Balaguer. Na gedu rende 75 uur alle aanvallen van de re- geeringstroepen te hebben afgeslagen zijn de Aragoneesche troepen van Franco tot den aanval overgegaan. Zij hebben de linkschen teruggedreven en brachten hun zware verliezen toe. Twee mu nitiedepots vielen in hun handen. Uit Barcelona wordt gemeld: De troepen van Franco hebben wel de kust van de Middelland sche Zee bereikt, doch ten Noorden van de Ebro houden de regeeringstroepen de recht schen bij Balaguer nog tegen. Ten Noorden van de stad hebben de rechtschen gepoogd de regeeringstroepen te verdrijven uit de stellingen, welke zij de laatste dagen veroverd hebben, doch alle aanvallen werden afgeslagen. Meer naar het Zuiden, bij Vallfogona, waar sedert drie dagen fn de straten wordt gestreden, konden de troepen van Franco den opmarsch van hun tegenstanders niet stuiten, zy hebben derhalve de sluizen van het kanaal langs de Segre ge opend, om het gebied ten Zuiden van Vallfo gona onder water te zetten en zoo de regeerings troepen tot staan te brengen. Ten Noorden van Morella bij Forcall houden de regeeringstroepen hun tegenstanders in be dwang. De vergadering van den Spaanschen minister raad onder voorzitterschap van Negrin heeft gisteravond geduurd van half elf tot na midder nacht. Minister-president Negrin heeft een nauwkeurige uiteenzetting van den toestand gegeven, alsmede van de maatregelen, welke hij heeft genomen, o.a. de benoeming van ge neraal Miaja in het niet-Catalaansche Spanje. Negrin zou vanavond in een radiorede de plichten van het Spaansche volk in de huidige omstandigheden uiteenzetten. De „Donostfa", een patrouille-leider van de Spaansche regeering, welke dertien maanden geleden een toevlucht heeft gezocht te La Ro- chelle, is heden naar het eiland Aix gestoomd, waar alle munitie van het Spaansche schip op de Fransche marinewerf werd gedeponeerd. Het schip keerde vervolgens naar La Rochelle terug. De markies de Portago, die gearresteerd was in verband met een zaak van valsche paspoor ten en het in het bezit hebben van wapens, is in vrijheid gesteld en naar San Sebastian te ruggekeerd. Sinds het uitbreken van den burgeroor log in Spanje is komen vast te staan, dat 1379 priesters en religieuzen, behoorende tot 27 Orden en Congregaties, zyn ver moord. In deze cijfers zijn niet begrepen de honderden saeculiere priesters, waarvan men met reden mag aannemen dat zy ter dood zijn gebracht. In onderstaande statistiek, die ons door pa ter Fr. Ledit S. J. werd verstrekt, is alleen het aantal priesters en religieuzen vermeld, waar van met zekerheid is komen vast te staan, dat ze gemarteld zijn: De paters van het H. Hart van Maria 237 slachtoffers; de Christelijke Broeders 143; de Fraters Maristen 109; Fran ciscanen 104; Jezuïeten 100; Augustynen 93; Capucijnen 89; Broeders der Christelijke Scho len 84; Salesianen 67; Benedictijnen 58, waar onder alle leden van een klooster ten getale van 40; Vincentianen 56; Broeders van St. Joannes de Deo 42; Ongeschoeide Carmelieten 42; Carmelieten van de Observantie 36; Domi nicanen (alleen van de Provincie Madrid) 33; Trinitariërs 24; Redemptoristen 19; Paters van de H. Familie 16; Fraters van O. L. Vrouw van Barmhartigheid 16; Missionarissen van 't H. Hart 10; Marianisten 9; Augustinessen 8; religieuzen van de Orde van St. Canisius de Leilis 5; Missionarissen van het H. Hart (Ma jorca) 4; Missionarissen van het H. Hart (Pic- pus) 4; Broeders van St. Gabriël 3; Fassionis- ten 2. (Vervolg.) Wanneer echter deze terugtrekking niet vol tooid is bij de beëindiging van den burger oorlog zullen alle overbiyvende Italiaansche vrywilligers terstond het Spaansche grondge bied verlaten, en zal het Italiaansche oorlogs materiaal tegelijkertyd worden teruggetrokken. De Italiaansche regeering verklaart, dat Italië geen territoriale of politieke doeleinden heeft, geen bevoorrechte economische positie nastreeft in of ten opzichte van Spanje, de Ba learen, de Spaansche overzeesche bezittingen of Spaansch Marokko, en niet voornemens is ge wapende troepen in die gebieden te houden. Nota nemende van deze verzekeringen be treffende de Italiaansche politiek ten op zichte van Spanje, maakt de Britsche re geering gebruik van de gelegenheid om te herhalen, dat zy een regeling der Spaan sche kwestie beschouwt als eerste vereischte voor het van kracht worden van de Britsch- Italiaansche overeenkomst. Wat Abessynië betreft, is Engeland voorne mens om, in den wensch de hinderpalen uit den weg te ruimen, die de staten-leden van den Volkenbond kunnen belemmeren ten op zichte van de erkenning der Italiaansche sou- vereiniteit over Abessynië, stappen te doen in de a.s. byeenkomst van den Volkenbondsraad, tot opheldering van de positie der staten-leden ln dit opzicht. Het accoord betreffende de goede nabuur schap, waarby Egypte deelgenoot is ten aanzien van den Soedan, geldt voor de periode tus- schen den datum van de onderteekening der hoofdovereenkomst en de voltooiing van de on derhandelingen betreffende specifiek Oost- Afrikaansche aangelegenheden, waarnaar in het protocol is verwezen. Dit accoord zal der halve voorzien in samenwerking met het oog op een voorkoming van ontduiking der wetten tegen de slavemü in de resp. gebieden, of in dienstneming van onderdanen der eene partij in militaire formaties van inboorlingen der andere party. De Egyptische regeering is deel genoot dezer verklaring. Onmiddeliyk na de onderteekening der over eenkomst heeft Chamberlain een telegram ge zonden aan Mussolini, waarin hij zegt zeer verheugd te zijn over het resultaat. Chamber lain en zyn collega's hebben waardeering ge voeld, aldus het telegram, voör den geest van goeden wil en samenwerking, die door Musso lini en Ciano by de besprekingen is getoond. Hieraan voegt Chamberlain toe: „Ik hoop, dat wanneer de overeenkomst volledig in werking treedt, zij alje bestaande punten van geschil tusschen ons zal opheffen en met vertrouwen verwacht ik, dat daarna de betrekkingen tus schen onze beide landen wederom hecht ge grondvest zullen blijken op het vertrouwen en de vriendschap, die zoo lang in het verleden hebben bestaan". Mussolini heeft hierop geantwoord met een telegram, waarin hij zegt inderdaad verheugd te zijn, dat de besprekingen op gelukkige wijze zijn geëindigd. „Dat de tusschei) ons hangende kwesties op zoo openhartige en volledige wyze geregeld zijn, plaatst de betrekkingen tusschen Engeland en Italië op een hechte, duurzame basis. Ik ben er van overtuigd, dat thans tus schen onze beide landen een nieuwe periode kan worden geopend van vertrouwen en vriendschap, hetgeen gy en ik wenschen, en hetgeen overeenkomt met onze traditioneele betrekkingen". De Italiaansche minister van Buitenland- sche Zaken, graaf Ciano, heeft vanmiddag den Egyptischen gezant te Rome in Palazzo Chigf ontvangen. Beide staatslieden hadden een langdurig onderhoud. De Italiaansche pers ruimt een eerste plaats in voor de onderteekening der overeenkomst tusschen Engeland en Italië. De foto's van Mussolini en Chamberlain, alsmede van graaf Ciano en Lord Perth nemen een eereplaats in, en vele kolommen zyn gewyd aan commentaar en indrukken uit het buitenlamj. Het Roemeensche blad „Piccolo" is vanmiddag in beslag genomen, aangezien het den volgenden zin heeft afgedrukt: „Men komt ongemerkt terug tot de Mussoliaansche gedachte van Stresa, die het heil van ons vasteland vormt." De „Stampa" daarentegen schryft, dat er geen sprake kan zyn van een terugkeer tot Stresa, aangezien het onmogelyk is terug te keeren tot politieke combinaties, die geen enkele waarde meer hebben. De Italiaansch-Britsche overeen stemming mag en kan de andere vruchtbare samenwerking niet verstoren, waaraan Italië sedert geruimen tijd al zijn diplomatieke en politieke activiteit heeft gewyd. JERUZALEM, 16 April (Reuter). Tydens een gevecht tusschen militairen en een Arabische terroristenbende ten Zuiden van Jenin zyn, naar men meent, minstens twintig bendeleden, onder wie het bendehoofd, gedood, terwijl verscheidene anderen gewond werden. Een soldaat is licht ge wond. licht brengt geluk, genot, teleur- I stelling. PRAAG, 16 April. (Havas). De Tsjecho- Slowaaksche president, Benesj, heeft he denochtend ter gelegenheid van 't Paasch- feest een decreet onderteekend, waarby amnestie wordt verleend aan alle personen, die veroordeeld waren wegens overtreding van de wet tot bescherming van de Repu bliek en van den staat, of van de wet op Vereenigingen of vergaderingen, wegens spionnage enz. De amnestie geldt niet voor ernstige over tredingen. Volgens de bladen zouden 1.200 personen van de arrestatie profiteeren. Zy is niet van toe passing op hen, „die uit haat jegens de Re publiek het grondgebied hebben verlaten". In de rede, die president Benesj tijdens de vredesplechtigheid in het parlementsgebouw heeft gehouden, zeide hy o.a., dat Tsjecho-Slo- wakije in binnen- en buitenland zijn gedrag volgens twee principes bepaalt: conflicten moeten niet worden geregeld met geweld, doch door overleg; echter heeft degeen, dien men wil knechten, het recht zich te verdedigen. Benesj zeide, dat Tsjecho-Slowakye op alle ge beurlijkheden voorbereid is, doch dat bet alles wil doen om bij te dragen tot het behoud van den vrede. Hy gaf als zyn meening te ken nen, dat een conflict, waar het ook in Europa zou uitbreken, moeilijk gelocaliseerd zou kun nen worden. Hij weigerde echter den oorlog als iets onvermydelyks te beschouwen. Sprekende over 't vraagstuk der Duitsche minderheden zeide Benesj: „Ons gemeen schappelijke vaderland wil niet slechts de plaatselyke problemen der nationaliteiten, waarvoor het zich geplaatst ziet, naar bil lijkheid oplossen, doch tevens en vooral langs dezen weg medewerken tot de op heffing van de algemeen© crisis, waaraan Europa ten prooi is. Noch in het land, noch in het buitenland, aldus besloot Benesj, zal zich iets kunnen voordoen, dat onze internationale betrekkingen of de ontwikkeling van onze binnenlandsche politiek omver zou kunnen werpen of vererge ren. De regeering, die eensgezind is, weet wat zij wil en waar zy heen gaat. De Republiek, de natie en al onze medeburgers van andere nationaliteiten, zullen versterkt, kalm en te vreden uit de huidige crisis treden." De Sudeten-Duitschers hebben by den minis ter-president geprotesteerd tegen de censuur, welke volgens hen strenger wordt toegepast ten aanzien van de Duitschers dan ten aan zien van de Tsjechen en Slowaken. Tusschen 1 Januari en 12 April zijn 262 dagbladen in be slag genomen, waarvan dertig van de Sudeten- Duitsclie partij. De Sudeten-Duitsche partij van Henlein heeft geprotesteerd tegen de wet, welke finan- cieele instellingen verplicht een deel van hun kapitaal te beleggen in staatspapieren. De „A-zet" merkt ten aanzien van dit pro test op, dat een dergelijke maatregel reeds in Duitschland is toegepast, en het blad vraagt, waarom de Henleinisten zich verzetten tegen een soortgelijken maatregel in Tsjecho-Slowa- kije. PARIJS, 16 April. (Havas) Volgens be voegde kringen te Parijs heeft Sir Eric Phipps, de Britsche ambassadeur te Parijs, een officieele nota zijner regeering overhan digd, waarin de minister-president en de minister van Buitenlandsche Zaken worden uitgenoodigd, naar Londen te komen, om besprekingen te voeren met Chamberlain en Lord Halifax. Het bezoek der Fransche ministers zal 28 April plaats vinden, en het zou twee dagen duren. Maandag zal hieromtrent waarschynlyk een of ficieel communiqué worden gepubliceerd. GRAZ, 16 April. (D.N.B.) De Duitsche politie en de gemotoriseerde Duitsche gendarmerie zullen 21 April a.s. uit Graz vertrekken. Ten aanzien van een bericht in de Praagsche „Telegraph", dat in den loop van de laatste drie weken 940 personen in Weenen om politieke redenen de hand aan zichzelf zouden hebben geslagen, deelt het Duitsche Nieuwsbureau me de, dat dit aantal sterk overdreven is. De laatste jaren bedroeg het gemiddelde aantal zelfmoor den per dag vyf. Dit gemiddelde is thans eerder gedaald dan gestegen. BOEDAPEST, 16 April. (Havas) Ter gelegen heid van het Paaschfeest heeft de ,,Esti Ujsag' een interview met den Hongaarschen premier Daranyi gepubliceerd, waarin deze met voldoe ning heeft vastgesteld, dat het volk eensgezind het programma van de regeering heeft aan vaard. Dit programma opent een gunstig voor uitzicht door toeneming van de productie en vergrooting van de koopkracht. Ook is het land tevreden met de regeling van het Joodsche vraagstuk, hetgeen blijkt uit de vele geluk- wenschtelegrammen. Daranyi zeide verder, dat de regeering niet ^al itoestaan, dat „de straat" haar het rhythme van haar arbeid zal voorschrijven. De regeering is zich wel bewust van haar verantwoordelijk heid, en zy beschouwt het ontwerp als recht vaardig. Zij wenscht, dat dit ontwerp kracht van wet zal krygen. Het Hongaarsch nationaal Israëlietisch bureau heeft in de pers een verklaring gepubliceerd, waarin wordt geprotesteerd tegen het anti- Joodsche wetsontwerp van Daranyi. Dit ont werp wordt een inbreuk op het beginsel van de gelijkheid van recht genoemd. De Hongaarsche minister van Onderwys heeft by decreet bepaald, dat arbeidsdienst verplicht is voor studenten van de Hongaar sche hoogescholen. De NEDERLANDSCHE MEELCENTRALE maakt bekend: Het gedeelte van het prysverschi! per 100 kg. voor den invoer van veekoeken (in den zin van artikel 1, lid 1, onder llo, van het Crisis-Akkerbouwbesluit 1934) als bedoeld in artikel 8, b, onder 2o, van de Crisis-Akkerbouwbeschikking 1934 I, is als volgt vastgesteld: Inklaring van Inklaring van Inklaring van Inklaring van 18 April af t/m 1 Mei af t/m 1 Juli af t/m 1 Sept. af t/m 30 April 1938: 30 Juni 1938: 31 Aug. 1938: 31 Dec. 1938: voor ƒ1.20 ƒ1.15 ƒ1.15 1.15 voor 0.30 0.25 0.2'5 0.25 voor 0.35 0.30 0.30 0.30 voor grondnootkoeken 0.75 0.75 0.75 0.75 voor grondnootschilfers „1.40 1.30 1.30 1.30 voor grondnootmeel 140 1.30 130 1.30 voor 1.50 1.45 1.45 1.50 voor Ned- Oost-Indische cocoskoeken 1.20 1.10 MO „110 voor maïsveekoeken e.d. 0.75 0.75 0.75 0.75 voor sesamkoeken 0.60 0.30 „0.40 0.40 voor palmpitkoeken 1.10 „1.- „1.— „1.— voor alle andere niet ge noemde soorten vee koeken (al dan niet verwerkt met byprod. „0.10 en/of afvallen) 0.10 „0.10 „0.10 Voor de goede orde wordt opgemerkt, dat in deze bedragen niet is begrepen het in artikel 8, b, onder lo, van voornoemde beschikking bedoelde gecteelta van het prysverschil. Indien men zyn import op verderen termyn nu rems wenscht vast te leggen tot bovenge noemde prysverschillen, gelieve men zich daarover met de Stichting Nedeirlandsche Meel centrale te 's-Gravenhage in verbinding te stellen. Slotkoersen April 16 Allied Chemical American Can Co. Am. Car. F.dry Amer. Rolliitg Mills Am. Smelt. Ref. Am. Tel. Tel. A n. Tobacco B. Am. Waterworks Anaconda Copper Atchison Topeka Baltimore Ohio Bethlehem Steel Canadian Pacific Case Treshing Chase National B. Ches. Ohio Chicago Rock IsL Crysler Motor Cities Service Consol Gas N.Y2 Continental Oil 7 Dawesl. 5V2 Young Deleware Huds. Douglas Aircraft Dupont de Nem. Eastman Kodak El. Bond Sh. General Electric General Motors Good Year Hudson Motor Illinois Central Intern. Harvester ntern. Nickel Intern. Tel. Tel. Kennecott Copper Missouri Pacific Idem pref. Montgomery Ward Nat. City Bank wit. Dairy Prod. New York Central North. Amer. Co. Norfolk Western Pennsylvania Phillips Oil Proctor Gamble Publ. Serv. N. J. Radio Corporation Sears Roebuck Shell Union Oil Socony Vacuum Southern Pacific Southern Railway Standard Brands Stand. Oil of N.-J. Tidewater Ass. Oil Union Pacific United Aircraft United Corp A. U. Leather U. Rubber U. A Steel Western Union Westingh. Electr. Woolworth Building Gedaan en laten. T bieden. ex dividend. ex coupon. 16 15 14 149 1441/4 142% 89% 88% 86 20 191/4 18% 18% 17% 17 41% 38% 36% 1301/s l28'/4 1271/4 72% 70% 70% 8V4 7% 73/4 31 28% 277/8 26% 25 251/8 6% 57/8 5 1 3/4 48% 48% 6% 6 57/s 73% 72 40% 40 38% 28% 27% 28t/4 3/4 3/4 473/4 45% 44% 1V4 V/a lVa 20% 20 193/4 29% 28 273/g 32 34 34 25% 26 26 Va 9% 9 83/4 43 Va 41 Va 39% 110 105 i02% 154 146 143„ 6% 6 Va 63/g 36 Va 34% 343/s 34% 33 327/g 21% 197/8 183/4 7% 71/s 7 73/4 7% 65 631/4 62 48 473/g 467/s 8 7Vbc 7Vs 36% 34 %s 33 3/4 1 1 1 1% 13/4 1% 351/8 32% 31% 251/4 24% 231/2 13Vsi 13'A 13% 13 121/4 12Vs 17% 167/s 17 146 146 142 171/4 16% 17Vs 37 343/4 333/4 47% 46 453/4 30 29% 29% 6% 61/4 6 621/4 58 553/4 14% 143/g 14Vs 14% 14 13% 12 111/4 113/4 7% 7% 7% 8 7% 7% 491/4 47% 47 3/4 141/s 13% 133/8 65 61 62% 26% 25 24% 2% 2% 2% 4% 4 28% 27 26a/8 48% 46% 457/8 22% 20 3/4 80 757/s 6% 42% 413/g 13/4 NEW YORK, 16 April Slotkoersen April 16 15 14 Brussel 16.90% 16.87 16.86 Rome 5.26% 5.26% 5.26% Madrid Bern 23 11 23.04% 23.01 Weenen Oslo 25.15 25.10 25.05 A'dam 55.80 55.65% 55.56% Londen 5.00-B- 4.993/8 4.98A Parijs 3.161/2 3.157/8 3.151/s Berlyn 40.35% 40.22% 40.18 NEW YORK, 16 April 16 Apr. 15 Apr. 16 Apr. 15 Apr. Tin Loco39.87 38 70 Termyn 39.95 38.80 CHICAGO, 16 April 16 Apr. 15 Apr. 16 Apr. 15 Apr. Tarwe Haver Mei 8 43/g-% 843/4 -7/8 Mei 293/g - - 29 Juli 813/4-7/8 82% - - Juli 27% - - 273/g Sept. 823/g-% 827/g - Sept 27% -- 27% Mais Rogge Mei 60% - Mei 61 60% Juli 62 62 -- Juli 60 593/8 3epi 62 3A 6.:% Sept 58 58 Reuzel Mei 8,42% 8.37% Oct. 8.90 8.90 Juli 8,62 8.60 Jan. Sept. 8,85 8.82% Mrt. -. WINNIPEG, 16 April 16 Apr. 15 Apr. 16 Apr. 15 Apr. Tarwe Mel 126 Juli 115% Oct 90% Rogge Mei 64 - - Juli - - Oct Haver Mei 47% Juli 43 gedaan en laten t nominaal 1261/6-- 115%-- 90% 64%' 65% Gerst Mei 57V8570/8 Juli 56V4-— 56%- - Oct. 52Vs-— 521/8- I Lijnzaad Mei. 1543/4- - 1543/4 - Juli 155%155%-- 473/4 Oct 38 Vb - - 38% 43 bieden Na de reeds door ons vermelde opening van het Paaschcongres der S.D.A.P., dat te Arnhem wordt gehouden, heette de heer K. Vorrink o.m. welkom de vertegenwoordigers van een drietal buitenlandsche zusterpartijen, n.l. den Tsjecho- Slowaakschen minister van Sociale Zaken Necas, den Zweedschen minister van Sociale Zaken Gustav Muller en den secretaris der Belgische werklieden-partij, August de Block. Zij zouden gaarne eenige begroetingswoorden hebben ge sproken, maar de Regeering heeft dit niet wil len toestaan. Verschillende voorstellen inzake staatspensioen werden van de agenda afgevoerd, aangezien S.D.A.P. en N.V.V. een rapport over de sociale verzekering voorbereiden. Hierna bestond gelegenheid voor de afgevaar digden het woord te voeren over het beleid van het partijbestuur, de Kamerfracties, enz. Twee kwesties bleken in het middelpunt der belangstelling te staan, n.l. het zoogenaamde nationale vraagstuk, de houding der partij ten aanzien van monarchistischen staatsvorm en Vorstenhuis, en ten tweede de moeilijkheden in Friesland, veroorzaakt door het royement van den tijdelyken propagandist in dit gewest, Pal1'- Kiès. De afgevaardigde van Leiden sprak als zyn meening uit, dat de partij-leiding en de redactie van de Arbeiderspers te veel buigingen naar de monarchie maken. Spr. verdedigde een voorstel- Lciden, waarin wordt uitgesproken, dat het on- gewenscht is, dat leden der S.D.A.P. ridderorden aanvaarden, vooral omdat de leden van S.D.A.P- en N.V.V. nog steeds uitgesloten blijven bij Defensie. Verschillende afgevaardigden betoogden in denzelfden geest of waren van meening, dat het partybestuur in deze zaak niet voldoende leiding heeft gegeven. De vertegenwoordiger der gezamenlyke Am- sterdamsche afdeelingen verklaarde, dat bij allen eerbied, die in de partij voor het Staats hoofd leeft, de partijleiding niet het recht hesft een principieele uitspraak op eigen houtje te doen, die bovendien indruischt tegen de gang bare meening in de party. Uitvoerig is de houding der S.D.A.P. ten aan zien van de R.K. Staatspartij ter sprake geko men. Het lid van het partybestuur, de heer J. van der Kieft uit Bussum, kreeg als minderheid ib het partijbestuur het woord. Hy was tot de conclusie gekomen, dat de voor de S.D.A.P. on bevredigende verkiezingsuitslag voor een belang rijk deel geweten moest worden aan het feit. cïat men den arbeiders nu al jaren lang als perspectief de op niets gebaseerde illusie van een Roomsch-roode regeering voorhoudt. Deze voor stelling van zaken is volgens spr. politiek niet houdbaar. Vervolgens richtte hy een felle aanval op de R. K. Staatspartij. Spr. waarschuwde verder tegen het meedoen aan militaire en nationalistische verdwazing. De werkelykheid is riep spr. uit dat wij een oppositiepartij zijn, die voorloopig geen kans heeft om mee te regeeren. Van de vele andere sprekers oefenden enkelen critiek op de huns inziens te nauwe samen werking met Eenheid- door Democratie. Over de zaak-Kiés heeft namens verschillen de Friesche afdeelingen de heer Hoogeveen uit Heerenveen het uitvoerigst het woord gevoerd. Hij noemde het conflict in Friesland niet al leen pijnlijk, maar voor de party hoogst na- deelig, omdat het in Friesland een groot leden verloop had veroorzaakt en ontmoediging bU degenen, die de partij niet verlaten hadden. Spr. oefende critiek op het verdere optreden van het partijbestuur en vooral op de wijze, waarop het partybestuur de royementen had toegepast, waarvan verscheidene later weer moesten worden ingetrokken. Spr. betreurt, dat het F. B. de gemaakte fouten niet wil erkennen. Hij diende tenslotte een motie in, welke bet beleid van het partijbestuur in deze kwestie wordt afgekeurd en in het byzonder wordt af gekeurd de wyze, waarop de party-voorzitter den persoon van Kiës heeft bestreden. Zaterdagmiddag te ongeveer twee uur ont dekte een knecht, dat brand wa-s uitgebroken in het atelier van het lampekappenmagazü11 „De Duif" van den heer G. Huizinga in Stoeldraaierstraat te Groningen. Het vuur, dat in het vele brandbare mate' riaal gretig voedsel vond, greep snel om z'c heen. De brandweer, welke zeer spoedig ^eï plaatse verscheen, trachtte het brandende ate lier met vier stralen in te sluiten, hetgeen haa na eenigen tyd gelukte. Na een uur was mel1 den brand meester. Een vijfjarig dochtertje van den heer Huizinga, dat in een slaapkamer boven het atelier ziek in bed lag, kon tijdig worden weggehaald. Het atelier en de daarboven gelegen wonib» zijn geheel uitgebrand. De oorzaak van den brand is niet bekend' De schade wordt door verzekering gedekt. Door CHRISTIAN HAUGEN 8 Hy had er honderd" pond voor uit getrokken, om nu eens een maand lang alle genoegens te smaken, die de rijken zich kunnen veroorlooven en om gedurende dien tyd in kringen te verkeeren, waartoe hij wegens zijn afkomst en opvoeding niet behoorde. Tien jaar geleden had hy in jeugdige onbezonnenheid 'n slechten raad opgevolgd en zyn klein vermogen in een bedriegelijke onderneming gestoken, wel ke met een totale ruïne eindigde. Door armoede gedreven, was hij ten laatste op den kantoor stoel bij Watson en Co. aangeland. Hy wilde zijn beide broers niet tot last strekken, temeer, wijl zij niet meer bezaten, dan zij voor hun levens onderhoud noodig hadden. Nu echter had hy zijn reisplannen geheel ge wijzigd en hoopte, ook op deze wijze de noodige afwisseling te vinden. Hij had een klein hotel letje aan de kust van Devon uitgekozen, tus schen Sidmouth en Exmouth. Hier had hy vroe ger ook al eens gelogeerd. Toen hij den volgenden morgen op het kan toor kwam. was hy moe en had weinig lust om te werken. Hij had trouwens maar vier uur ge slapen. Bovendien had ook de onafgebroken spanning, waarin hy de laatste dagen geleefd had, hem totaal afgemat. De middag-post bracht geen brief van Cyn thia en ook belde zij niet op. Ook dit bracht hem van streek. Eer hy ging, liet Watson Sr. hem roepen om hem 'n aangename vacantie toe te wenschen. Hij overhandigde hem een cheque van honderd pond en deelde hem mede, dat de firma beslo ten had, haar afdeelingschef Algy Rodney het volgend jaar als compagnon in de zaak op te nemen. Nog geheel onder den indruk van deze nieuwe verrassing gaf Algy zyn typiste vlug het adres van zijn schuilplaats aan 't Kanaal, met de uit drukkelijke opdracht, dit aan niemand te ver raden en enkel de aan hem persoonlijk gerichte brieven na te zenden. Mrs. Jones stond hem thuis al op te wachten. „Uw bureau is terug," zeide zy. „En er zit een dame op u te wachten." Algy trad binnen. In een der gemakkelyke fauteuils zat een jong meisje, hel belicht door het binnenstroomende daglicht. Hy kende haar niet. Toen zy opstond en hem tegemoet trad, had hy den Indruk, nog nimmer zoo'n mooi meisje gezien te hebben. Zij had donker haar en fraai- gevormde wenkbrauwen boven de warme diep blauwe oogen. Het smalle gezichtje toonde edele, fijne trekken. Het bekoorlijkst van alles was echter haar glimlach. ,Jk heet Cynthia," zeide zy, betooverend lachend, „en Ik wil tegelyk verraden, dat ik al acht en twintig jaar ben." „Niet mogelyk! U lijkt pas twintig," stamelde Algy verward. IX. HAAR RING „Neen, neen, zoo bedoelde ik 't niet," haastte Cynthia zich te zeggen en in haar oogen flon kerde iets ondeugends. Opeens echter werd zy ernstig en het lachje om haar lippen verdween, toen zy voortging: „Ik heb maar weinig tyd en moet u zoo heel veel vertellen. En daarom wilde ik er u direct op attent maken, dat ik niet maar 'n overspan nen meisje ben. Mijn vader heeft me hierheen gezonden." „Uw vader?" vroeg Algy nadenkend. „Is Mr. Hope misschien uw vader?" „Ja, ik weet, dat hy u geschreven heeft en dat hij gisteren tevergeefs op u wachtte. Ik kan niet aannemen, dat dit ontdekt is geworden, maar toch koestert Stenton argwaan en laat hem nu nog strenger bewaken. Anders zou myn vader zelf wel gekomen zyn; nu moest hij my sturen." „Ik ben werkelyk bly u te zien," zeide Algy en zyn openhartige bewondering tooverde weer dat bekoorlijke lachje om haar lippen. Zy wist, hoezeer hij over de gebeurtenissen der laatste dagen zat te tobben en zy wist ook, dat 't al heel veel beteekent, als een man in dergelyke positie, ook maar een enkel oogenblik z'n aan dacht aan iets anders besteedt. Zijn oprechte bewondering was er des te vleiender om. Toch bleek duidelyk, dat zy haar zenuwen niet geheel meester was. Zij deed erg onzeker en scheen vermoeid te zijn. Doch Algy's houding was evenmin rustig. Het ongewone van de ontmoeting, het feit, dat zij in zekeren zin in verband stond met de zaak Stenton, de omstandigheid, dat Algy nooit om gang met dames had gehad dat alles maakte 't voor hem buitengewoon moeilyk. Zy zetten zich aan het kleine rooktafeltje en eindelyk kwam Algy los; „Kunt u my ook zeggen, waarom Stenton my achtervolgt?" Cynthia knikte ontkennend. „Neen," antwoordde zy, „dat kan ik niet. Ik weet alleen, dat hy 't op uw leven gemunt heeft, en dat u zeker niet meer tot 't rijk der levenden zou behooren, als niet geheel onver wachts een andere zaak hem geheel in beslag genomen had. Het gaat namelijk om een geheim document en Stenton vermoedt, dat u dat in uw bezit hebt." „Wat voor een document zou dat zyn?" „Weet u dat niet?" vroeg Cynthia verbaasd. „Neen." „Ik geloof zeker, dat u 't weet. Ik weet 't niet. Ik weet alleen, dat Stenton dacht, dat het in uw oud schryfbureau lag. Doch daarin kon hij 't niet vinden en nu veronderstelde ik, dat u 't reeds vóór hem gevonden had en 't veilig had opgeborgen." Hiermede werd dus Algy's vermoeden omtrent zyn oud schryfbureau bevestigd. „Neen, ik vond wel een geheime lade," zeide hy, „doch daarin lag niets dan stof. Een ander zal 't document al gevonden hebben, eer ik 't bureau kocht. En daarmee zou dan ook de omstandigheid vervallen zijn, die mij de laatste dagen voor 't leven beschermd heeft?" „Dat durf ik niet met zekerheid zeggen," ant woordde Cynthia langzaam en in haar oogen lag een uitdrukking van angstige bezorgdheid, „ik weet 't niet zeker. Doch uit hetgeen ik van morgen hoorde, kon ik opmaken, dat Stenton vast gelooft, dat u het document verborgen houdt. Hy sprak er van, u ln geval van nood met de scherpste middelen te zullen dwingen af stand van het document te doen." „Maar m'n lieve Miss Cynthia, ik vermoed zelfs niet, wat hij bedoelt. Ik ken noch Stenton, noch een geheim document." Het lieve meisje sloeg de oogen neer. „Had ik dezen ochtend al den tyd binnen mogen blyven, dan zou ik u nu beter omtrent zijn plannen kunnen inlichten. Maar Ik werd weggestuurd. Mogelijk begint hij ook mij te wantrouwen." Alleen die gedachte maakte haar al angstig en Algy trachtte haar hand in de zijne te ne men, om haar te kalmeeren. Plotseling schoot hem echter een gedachte door 't hoofd en hy trok haastig zijn hand terug. „Bent ubent umet Stenton ge trouwd," vroeg hij. Cynthia's angst scheen verdwenen te zijn, zij keek hem verbaasd aan en glimlachte weer. „Neen. Gelukkig niet. Stenton is 'n oud man. Ik ben heelemaal niet getrouwd. Maar waarom vraagt u daarnaar?" Algy ontweek haar blik en bleef het antwoor op deze vraag schuldig. „Ik weet 't niet," zei hy eindelyk. „Misschie gaven uw woorden den indruk.... ja, ik we 't waarachtig niet." Door dit korte intermezzo waren zij van hu onderwerp afgedwaald en er ontstond een kor pauze. Dan begon Cynthia opnieuw; „U is klaar voor de reis, zooals ik zie?" D „Ja, ik vertrek vanavond, met den trein va 11.25 van Waterloo-station." „Waarheen?" „Naar Exeter in Devonshire. Dan reis ik nro gen verder via Exmouth naar Franklin's H<>r 'n mijl of vyf achter Exmouth aan de kust. is een klein, bijna onbekend hotelletje en ik loof, dat 't Stenton moeilijk zal vallen mh "a te vinden." r, „Ja, dat geloof ik ook. Maar wees vooral v° zichtig by uw vertrek. Let goed op, of u niet spionneerd wordt en zou er iemand by 't 10 staan, die u verdacht voorkomt, koop dan e kaartje tot aan een der tusschenstations." „Ik zal voorzichtig zijn." ,s En nu stelde Algy dezelfde vraag, die hij reC, aan de twee helpers van Stenton gedaan ha „Wie is Stenton? Waarom is hy my vi)a dig gezind en waarom achtervolgt hy my?" Cynthia keek op haar armbandhorloge.^ „Dat is eigenlyk een moeilyke vraag," a woordde zij. „Om die vraag te beantwoord zou ik heel wat tyd noodig hebben. (Wordt vervolgd-'

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 2