De roode haan kraaide op vele plaatsen De spelling-interpellatie WE ZIJN NOG EVEN VER BRANDWEREN HADDEN MOEILIJKE TAAK DONDERDAG 5 MEI 1938 HET GEHEIMZINNIGE DOCUMENT Boschbranden te Noord- barge en Emmen EERSTE KAMER Verdediging tegen klachten De minister acht het onmogelijk een voor ieder bevredigende oplossing te vinden Over het algemeen kon uit bran dende huizen, schuren en loodsen slechts weinig gered worden Uitbreiding PATER WITTE VAN EEN TRAM GEVALLEN Met gebroken knieschijf in het Mariapaviljoen te Amster dam opgenomen Eiken dag een brand PROF. VENING MEINESZ TOCH WEER NAAR ZEE Vrij onverwacht in een onderzeeër uit Den Helder vertrokken Te Bussum Vonk in voorraad kapok INVOER PRIJSVERSCHIL VROEGE AARDAPPELEN Verhooging zal eerst 1 Juni ingaan UIT DE STAATSCOURANT Belastingen KATHOLIEKE DAGBLADPERS Mr. Teulings geen voorzitter der Directeurenvereeniging meer Onderscheidingen Kapitale boerderij afgebrand Economische Zaken NOORDOOSTELIJKE POLDER Felle brand in radio-fabriek Landbouwhoogeschool Brand op scheepswerf 72 jaar getrouwd RECLASSEERINGSDAG Titulaire rang verleend van 10 bij 20 frieter. Binnen korten tijd stond deze loods, die geheel gevuld was met hout en waarin zich een nieuwe motorboot fcevond, in lichter laaie. In een minimum van tijd is zij geheel afgebrand. Het vuur sloeg over naar een aangrenzende loods, welke toebehoorde aan de firma J. Kos ter Hzn., te Groningen, waarin eveneens een groote hoeveelheid hout lag opgeslagen. Deze loods kon gedeeltelijk behouden blijven. De brandweer bestreed het vuur, onder leiding van commandant P. Ploeg, met drie stralen. De zeer omvangrijke schade wordt door ver zekering gedekt. tuigen dat recht en gerechtigheid onafwijsbaar gehandhaafd dienen te worden en tevens om dezen zelfden medemensch te leeren verstaan, dat recht en gerechtigheid niet uitsluiten door innerlijke ontferming bewogen te zijn. Het reclasseeringswerk wil terugbrengen, daadwerkelijke hulp verleenen, opdat 'n nieuwe staat wordt verkregen, waarin de veroordeelde weer het hoofd durft op te heffen. De minister spoorde allen aan mee te helpen tijdens de reclasseeringsweek en gehoor te geven aan den gezamenlijken oproep van de samen werkende reclasseeringsvereenigingen om hun werk financieel te steunen. Ondanks alles heeft de minister van Onder wijs, de heer SLOTEMAKER, de verschillende sprekers, ook in tweeden termijn, hoffelijk en niet onvriendelijk beantwoord, en wel terstond had hij schoon gelijk, toen hij verklaarde, dat ieder beleid op het gebied van de netelige spelling-kwestie aanvechtbare kanten moet ver- toonen; een ieder moest willen constateeren, dat de situatie uiterst moeilijk is en terecht legde de miniser er den nadruk op, dat het onmogelijk zal zijn en blijven, een 'n ieder be- bevredigende oplossing te vinden. Toen volgde de verdediging tegen een lange serie van klachten over het ministerieel beieid: De minister was geen taalgeleerde, maar dat was mr. Marchant toch ook niet? Indien alleen taalgeleerden mochten ingrijpen, zou er niet veel kunnen gebeuren. De minister was bovendien niet zeer onder den indruk van eens gezindheid onder de taalgeleerden. De verwijten ten aanzien van de beide door den heer Van Embden genoemde échecs wees de ministr terug. Aan de totstandkoming der herziening van aardrijkskundige namen had hij part noch deel gehad en het was niet zijn schuld, dat hij geen lijst van kennelijk manne lijke zelfstandigheden had kunnen krijgen. Dat er thans (nieuwe) onzekerheid zou bestaan, kon de minister niet toegeven; practisch zal er in de toekomst geen ver schil meer bestaan tusschen een examen- en een regeeringsspelling. aangepakt, waardoor de brand tot het inwen dige van het gebouw beperkt bleef. De arbeid in de fabriek was direct na het brandalarm stopgezet en vele employé's werkten mede, om boeken, machines, gereedschappen en meubilair in veiligheid te brengen. Tegen vier uur was de brand zoover ge- bluscht, dat geen uitbreiding meer behoefde gevreesd te worden. Verschillende brandgevaar lijke voorwerpen werden naar buiten gegooid, zoodat deze niet vlam zouden kunnen vatten. Bij deze werkzaamheden werd een der brand weerlieden aan zijn hand gewond, een blessure overigens van weinig beteekenis, welke hem niet ervan weerhield nog verder aan de blus- schingswerkzaamheden deel te nemen. Nog twee kleine ongevallen gebeurden er. Een der em ployé's stootte, toen hij door het brandende ge bouw liep. zijn hoofd aan een balk en mede door den schrik viel hij flauw. Dit gebeurde even eens met een anderen employé, die veel rook had binnengekregen. Beiden werden in de bui tenlucht onmiddellijk weer bijgebracht. Van de zijde van het publiek bestond voor dezen brand veel belangstelling. De oorzaak van den brand is gelegen in het feit. dat een der lakspuiters zeer onvoorzichtig is geweest. Hij schijnt een lucifer te hebben aangestoken in de nabijheid van de vele hoogst brandbare lakstoffen (cellulose e. d.)Onmid dellijk vatten al deze stoffen vlam en in een ommezien stond de lakspuiterij in lichter laaie. De branddeuren werden dadelijk gesloten en zij hebben uitstekend voldaan. De brand is tot de lakspuiterij beperkt gebleven. Het personeel was onmiddellijk gewaarschuwd. In de fabriek is een soort omroep-systeem. voornamelijk om menschen voor de telefoon te waarschuwen. Toen de brand uitbrak, ver zocht de directeur voor de microfoon iedereen zoo spoedig mogelijk naar buiten te gaan en in een minimum van tijd was de fabriek ontruimd. Het personeel heeft tal van papieren, kasboe ken, kantoormachines, enz. uit de nabijheid van den brandhaard kunnen weghalen. De brandschade is niet zeer groot, wel echter de waterschade, daar al het water naar beneden is geloopen en daar veel heeft bedorven. De fa briek is verzekerd. Hoeveel de schade bedraagt is nog niet te schatten. Het bedrijf zal geen stagnatie ondervinden. Woensdagmiddag omstreeks drie uur is brand uitgebroken in de staatsbosschen onder Noord- barge nabij Emmen. Personeel van het staats- boschbedrijf, de brandweer uit Emmen en een groot aantal omwonenden konden het vuur door krachtig ingrijpen bedwingen, waardoor de omvang van den brand in dit eenige hon derden H.A. groote boschcomplex beperkt bleef tot vijf HA. jong bosch met gemengde beplan ting Des avonds tegen zeven uur werd opnieuw brand gemeld, nu in de bekende Emmer den nen, een der meest gezochte uitspanningsoor den van het Noorden. Opnieuw was de brand weer met boschpersoneel en een zeer groot aantal bewoners ter plaatse, om het vuur te bestrijden. Dank zij het feit, dat de sterke oostenwind tegen den avond was gaan liggen, kon men hier het vuur spoedig meester worden. Een halve H.A. vijftienjarig dennenbosch is ver brand De' spoorwegontvangsten over de maand Maart bedroegen in totaal f 7.398.200. De totale ontvangsten van 1 Januari af wa ren dit jaar f 22.080.664 tegen f 23.704.664 in 1937. Zelfs de onvervaardste optimist Zal het niet wagen, te beweren, dat de debatten over de interpellatie van prof. Woltjer betreffende het spel ling-probleem eenige opheldering hebben gebracht. Alleen is gebleken (waartoe ove rigens geen uitspraak der Kamer noo- dig was geweest) dat de Senaats meerderheid niet terug wil naar de spelling De Vries en Te Winkel, ook niet als tijdelijken maatregel, en dat de Eerste Kamer met alleen de N. S. B.-ers als dissidenten geen schadevergoeding wenscht te geven aan de uitgevers, noch ook eenigen minister financieel verantwoordelijk wil stellen voor eventueel geleden schade. Het anders zoo rustige dorp Avenhorn verkeerde Woensdagmid dag in paniekstemming. Om half één ging van huis tot huis de mare: het café van Kwadijk staat in brand, en oogenblikkelijk begaven velen zich naar de plek des onheils. Behalve het café van den heer Kwadijk, dat tot den grond toe afgebrand is, is ook de boerderij met aangrenzende schuur van den heer J. Doets geheel in de asch gelegd. Het was ongeveer half één, toen eenige kin deren naast den stal van den heer Kwadijk bezig waren een vuurtje te stoken. Tot grooten schrik der kinderen nam het vuur een groo ten omvang aan en tastte het aanliggende kippenhok aan. In een oogwenk was dit een prooi der vlammen, die eveneens gretig voed sel vonden in de aangrenzende schuur, waar duizenden zakken aardappelen van de veiling Avenhorn en Omstreken opgeslagen waren. In jninder dan geen tijd stond ook deze stal in lichter laaie. Vele kratten en een oude auto, toebehoorend aan den heer H. Beemster, ston den eveneens in den stal, waarvan niets is overgebleven. Inmiddels was in allerijl de brandweer van Avenhorn gerequireerd en werden de brand weren van de omliggende dorpen gewaar schuwd. Binnen een kwartier waren er motor spuiten van Berkhut, van Avenhorn en van Oudendijk ter plaatse aanwezig. Met vele stra len werd gepoogd het vuur te dooven, doch de brandweer stond voor een zware taak, daar de naast den stal liggende tooneelzaal en het daaraan grenzende café obk reeds in lichter laaie stonden. Ijlings was de heer Kwadijk met zijn ge zin uit het huis gevlucht. Hij kon slechts zijn geld meenemen. Zooals gezegd, vermocht de brandweer tegen den sterk uitslaanden brand weinig uit te richten. Overal greep het vuur snel om zich heen en om twee uur waren van stal en tooneelzaal, waarin kort geleden nog kermis gevierd was, slechts rookende én smeulende puinhoopen over. Met veel materiaal werd alles nat gehouden, doch de brandweer kon niet voorkomen, dat het café met het uitgestrekte woonhuis even eens een prooi der vlammen werd. Woensdagavond om half negen is pater Witte O.P., uit Nijmegen, die te Amsterdam Th de pastorie van de St. Dominicuskerk in de Rijn straat logeerde, in de P. C. Hooftstraat van een tramwagen van lijn 3 gevallen, waarbij hij zijn knieschijf heeft gebroken. Sater Witte is naar het Mariapaviljoen overgebracht. Voor de vierde maal van deze maand is brand uitgebroken te Den Helder. Na den brand in een drogisterij op Zondag, een brand in een boerderij op Maandag en een brand in een leegstaande woning op Dinsdag, is Woensdag avond omstreeks half acht brand ontstaan in een houten loods op de Rijkswerf. In de loods, Hfet z.g. mothok, was houtafval opgeslagen. Ten gevolge van broei heeft de voorraad houtafval vlaïn gevat en spoedig was de loods gelijk een brandende fakkel. In de onmiddellijke nabijheid stond eeS brandspuithuisje van de werf en terstond heeft dan ook de werfbrandweer met assistentie van matrozen van de „Van Speyk", het opleidings schip, dat op de werf ligt, met drie stralen water gegeven. Het vuur was weldra bedwon gen, zoodat het gevaar voor uitbreiding er bevond zich een groot aantal houten sloepen- loodsen in de nabijheid was geweken. De houten loods brandde geheel af. Ook de Heldersche politiebrandweer arri veerde met een motorspuit, doch zü behoefde niet handelend op te treden. Het is der Kamer toch ook nooit goed! moet de minister wel verzucht hebben: geef ik aan De Vries en Te Winkel het laatste woord, dar wordt ik van „verstarring" beschuldigd en wil ik de ontwikkeling der dingen leiden, dan heet het, dat ik alles op losse schroeven zet. Inderdaad verkeert deze minister in de pb- sitie, dat hij tegenstanders hebben en maken moet, wélk standpunt hij ook inneemt. Het kan overigens vreemd loopen in een Kamerdebat: niet één der sprekers in den Se- haat heeft het beleid van minister Slotemaker tie Bruine goedgekeurd, integendeel; er zijn Uitsluitend harde noten gekraagt, nu en dan zelfs met heel groote onbarmhartigheid, maar tben de N. S. B. een motie indiende, uitspre kend afkeuring van het ministerieele spelling- keleid, verwierf deze uitsluitend de stemmer tier voorstellers. Van den anderen kant is deze gang van za ken echter ook weer niet zoo wonderlijk: de •notie droeg een te sterk politiek en anti-gou vernementeel karakter. Bovendien waren de bezwaren tegen dezen minister van zeer uit eenloopenden aard en liggen deze grootendeels *h het verleden. Krachtig heeft de heer DE JONG (R. K.) d? spelling-Marchant en het door dezen minister gevoerde beleid verdedigd. De resultaten van mr. Marchant's ingrijpen Zijn volgens spr. boven alle verwachting ge weest en als er nu nog verwarring heerscht, tian is dit niet in de school, maar in de maat schappij tiaar buiten. Deze minister houdt de gewenschte eenheid echter tegen. Nu wil hij de strekking van den Algemeenen Maatregel van Bestuur van 1934 Weer wijzigen, door de bepalingen omtrent het geslacht en de voornaamwoordlijke aanduiding terug te nemen ten pleiziere van de voorstan ders der spelling-De Vries en Te Winkel; psy chologisch en paedagogisch zou zulks in het onderwijs tot onmogelijke toestanden voeren. Had de Regeering aan den wensch der Twee de Kamer, die per motie-Moller volledige door- Voering der spelling-Marchant vroeg, voldaan, dan ware de chaos weggenomen. En wat België betreft: reeds in 1913 vond de nieuwe spellingsgedachte daar een goede ontvangst. In geheel gelijken geest sprak ook de heer WIKKES (S. D. A. P.), die geen Onwettigheid zag in de door mr. Marchant genomen maat delen. Zeer onvriendelijk bejegende de heer VAN ®MBDEN (V. D.) den minister, door dezen te lijzen op de twee échecs van jongeren datum het geval met de kennelijk mannelijke zelf standigheden en dat met de herziening de." Uardrijkskundige namen alsook door den mi- bister te verwijten, dat deze, ofschoon geen taalgeleerde zijnde, toch maatregelen op het Gebied der spelling neemt. Voor eenige, meer tastbare attractie zorgde bamens de N. S. B.-fractie, de heer DE RIJKE; bij kwam met maar liefst drie moties, waarin, 1- Het beleid der Regeering ten deze onjuist genoemd; 2. De intrekking werd gevraagd van alle biaatregelen van bestuur, welke verandering Cebracht hebben in de schrijfwijze bij examen- afleggen 3. Voor schadevergoeding aan uitgevers werd Bepleit en schadeverhaling op degenen, die verantwoordelijk zijn voor de genomen maat delen. Vooral de laatste wensch was begrijpelijk: Cud-minister Marchant is geen groot bewon- tieraar der N. S. B. en hij heeft daarvan nog ^'el eens ondubbelzinnig blijk gegeven. Deze Vrijmoedigheid moest hij nu maar eens boeten biet het neertellen van de noodige millioentjes, Voor zoover de voorraad strekt! Niet onaardig Bevonden: het zweemt naar zekere Duitsche Voorbeelden. Een actie tot schadevergoeding zou „niet kansloos" zijn, verzekerde mr. De Rijke, die Z'ch echter, ook als jurist, nog wel eens ver- Rist. Wanneer de Regeering de nieuwe spel ling zal overnemen? Als de nog bestaande dubia weggenomen zijn en ook de aard rijkskundige namen opnieuw bekeken zijn. Met dit alles kan intusschen nog heel wat tijd gemoeid zijn (ook uit Oost en West- moeten b.v. adviezen binnenkomen). Hoewel prof. dr. Vening Meinesz onlangs zijn taak in dienst der wetenschap officieel heeft neergelegd, is hij toch Dinsdag onverwacht, in gezelschap van zijn opvolger, dr. Nieuwenkamp, met Hr. Ms. O. 15 uit Den Helder vertrokken. Doel van dezen tocht is de Atlantische Oceaan, waar een toestel voor het verrichten van metingen, zal worden beproefd en even tueel zal worden verbeterd. Gerekend wordt, dat de tocht niet langer dan een week zal duren. Woensdagmiddag omstreeks kwart over vijf ontstond te Bussum brand in een opslagplaats, welke gelegen is aan de Raadhuisstraat en de dr. Fockstraat. Dit pand is gelegen in een zeer dichtgebouwde omgeving. Omwonenden waarschuwden onmiddellijk de brandweer, doch voor deze water kon geven, sloegen de vlammen reeds aan alle zijden uft de opslagplaats en had het vuur de drogisterij en het woonhuis reeds aangetast. De brandweer tastte met 5 stralen op de motorspuit het vuur aan. Allereerst werden in een naast het brandende pand gelegen dro gisterij de meest gevaarlijke stoffen uit de om geving van het vuur gehaald en werden de vlammen, die aan den gevel van de drogisterij lekten, bestreden. Ook op het woonhuis "werd onmiddellijk water gegeven. Door den sterken wind kwamen de brandende houtdeelen tot ver in het centrum der gemeente terecht, ter wijl dikke rookwolken door de winkeistrat-t* joegen. Van alle zijden kwamen dan ook nieuwsgierigen toestroomen, doch deze werden door de politie, die de omliggende straten naff afgezet, op behoorlijken afstand gehouden. Hoewel de brandweer groote watermassa's op het vuur wierp, kon zij niet voorkomen, dat binnen een half uur de groote opslagplaats in een rookenden puinhoop veranderd was. Een paard is in den rook gestikt. Alles wat zich tn de opslagplaats bevond ging verloren. De groentenboer, de heer V„ die de opslag plaats in gebruik had, was niet verzekerd. De eigenaar van de opslagplaats, de heer J., was wel verzekerd. Een viertal perceelen kreeg aan de achter zijde waterschade. Omtrent de oorzaak tast men in het duister. Als bijzonderheid valt nog te melden, dat, nadat het vuur geheel gebluscht was, drie ko nijnen ongedeerd uit de puinhoopen te voor schijn kwamen. Omtrent den fabrieksbrand bij de Njjko te Nijmegen vernemen wij nader, dat de schade vermoedelijk in de duizenden loopt. De machi nes zijn zoodanig beschadigd, dat de fabriek, volgens de mededeeling van de directie, pas tegen het einde van de volgende week weer in bedrijf zal kunnen worden gesteld. De ar beiders worden echter niet ontslagen, doch kunnen aan den opruimingsarbeid gezet worden. De brand is vermoedelijk ontstaan door het overspringen van een vonk van den motor op de aanwezige voorraden kapok. Onmogelijk is nog te zeggen, hoe de nieu we wet er uit zal zien, maar de minister schijn; goede hoop te hebben wij zijn zoo optimis tisch niet met de Tweede Kamer wel tot een ook hém bevredigend accoord te komen. Inmiddels kan de wijziging van het be staande Koninklijk Besluit niet daarop wachten. Tot slot van zijn betoog heeft de minister nog enkele opmerkingen over de spelling zelf beantwoord. De school zou nu eenmaal aan de nieuwe spelling gewend zijn en daarom zou een nieuwe wijziging afgewezen worden. Maar dót noemde de minister geen motief. Niet de school heeft te beslissen maar het hoöger be lang van de geheele maatschappij. Bovendien zal en beetje meer geestesdiscipline geen kwaad doen. Met klem kwam de bewindsman op te gen de dwangvoorstelling, als zouden alle leeraren en onderwijzers voorstanders zjjn van de regeling 1934. Men heeft spr. verweten, dat hij om redenen van economischen aard tot zijn besluit zou ge komen zijn en dat een nieuwe wijziging toch evenzeer den boekhandel zou treffen. Maar deze acht de nieuwe wijziging niet zoo bezwaarlijk Financieel? verantwoordelijkheid der regec ring bij wijziging van spelling is volgens den minister niet te aanvaarden. Nu en dan moe ten er wel veranderingen komen en deze ri sico's moeten de uitgevers dragen. De drie moties, allen afkomstig van de N.S.B. moest de minister natuurlijk ontraden. Bij dt behandeling der moties verklaarden echter de heeren DE SAVORNIN LOHMAN en WOLTJER mede namens hun fracties voor de tweede motie die betreffende de intrekking van alle sinds 1934 op het gebied van de spelling genomen maatregelen te zullen stemmen. Deze verklaringen riepen den heer VAN LAN- SCHOT (R. K.) in het geweer. De motie noem de hij een ijdelen slag in de lucht en een tot mislukking gedoemde poging der Kamer, om dat men weet, dat de regeering haar, indien ze aangenomen zou worden, toch niet uitvoert. Bovendien zullen de stemmingen onzuiver zijn. Bij de daarp volgende stemming (men zie hierboven) werd de eerste, evenals de derde verworpen met 32 tegen 4 stemmen. Alleen de N.S.B.-ers stemden voor. De tweede motie werd eveneens verworpen. De motie kelderde met 21 tegen 16 stemmen. Voor stemden de A. R„ C. H„ N. S. B. en de heer Van Rappard (lib.). De minister van Economische Zaken heeft ten einde de situatie op de consumptieaardappel- markt te vergemakkelijken, besloten de verhoo ging van het invoerprijsverschil op vroege aard appelen van f 3 tot f 5 per 100 K.G. niet op 16 Mei as. te doen ingaan, doch op 1 Juni a.s. De inspecteur der directe belastingen, enz. W. E. Kremer, toegevoegd aan den directeur van 's Rijks b'elastingen te Groningen, is ver plaatst naar 's Gravenhage en werkzaam ge steld aan het dep. van Financiën. De straffe Oostenwind joeg het vuur nog meer aan, en deze wind was tevens de oor zaak, dat de vonken overal in het rond ver spreid werden. Zbo kwamen er enkele vonken terecht op het rieten dak van het huis van den heer Bierman, dat aan de Dorpsstraat is gelegen, en dat reeds spoedig begon te branden. Gelukkig slaagde men er spoedig in, dezen brand te blusschen. Veel waterschade heeft het huis van den lieer Bierman intusschen op- geloopen. Kort hierna moest een deel van de brand weer gedirigeerd worden naar den Walig,sdyk, waar vonken op het dak van de boerderij van den heer J. Doets waren terecht gekomen. Spoedig stond de geheele boerderij met in de buurt staande schuur en hooiberg in vlam men. De voorzitter van de vereeniging „De Katho lieke Nederlandsche Dagbladpers", mr. Frans Teulings, heeft zijn ontslag als zoodanig aan geboden, omdat hij het directoraat heeft neer gelegd van de N. V. Algemeene Uitgeversmij. voor dag- en weekbladen, welke het Noord- brabantsch Dagblad, Het Huisgezin te 's Herto genbosch, uitgeeft. Deze beslissing staat in verband met toene mende werkzaamheden van mr. Teulings bp staatkundig terrein en met de hem gegeven opdracht, tot het ondernemen van een stu diereis naar Nederlandsch-Indië als gedele geerde van de R. K. Staatspartij. Toegekend de aan de orde van Oranje-Nas- sau verbonden eeremedaille, in brons, aan: J. Kaiser, wijklooper by de N. V. 's Gravenhaag- sche melkinrichting „De Sierkan" te 's Gra venhage; in zilver, aan mej. J. E. Denys, huis houdster in dienst van de familie W. Denys, te Baarn Vermoedeiyk door kortsluiting is brand uit gebroken in de kapitale boerdery van den heer H. H. Nyhof, gelegen te Wiederholthuis by Heino. De brandweer van Heino, die spoedig ter plaatse was, kon niet verhinderen, dat de ge heele boerdery tot den grond toe afbrandde. Een in de nabijheid gelegen schuur, waar o.m. de 'landbouwwerktuigen stonden, bleef behou den. De vrouw van den heer Nijhof, die ziek te bed lag, kon tijdig uit het huis worden ge bracht. Ook het vee, dat op stal stond, kon worden gered. De schade, die ongeveer f 10.000 bedraagt, wordt door verzekering gedekt. Te rekenen van 1 Januari 1938 zyn by het departement van 'Economische Zaken bevor derd tot referendaris mr. S. Th. J. Teppema, thans hoofdcommies; benoemd tot referendaris dr. P. P. van Berkum, thans werkzaam als ar- beidscontractant; bevorderd tot hoofdcommies J. van Vliet, thans commies; benoemd tot hoofdcommies dr,s. F. Ph. Groeneveld, thans werkzaam als tydeiyk ambtenaar en bevorderd tot commies A. Ch. Grefe, thans adjunct-com mies. De dienst der Zuiderzeewerken heeft aanbe steed het maken van een deel van den Meer- dijk van den Noord-oostelyken polder, tusschen het Zwolsche diep en het aansluitingspunt aan de Overijsselsehe kust, alsmede van een om- ringdam voor een fundeeringsput en geulen. Laagste inschrijver was o. J. Bosker, te Wieringen, voor f 186.400. Gelukkig was het vee juist op het land ge laten, zoodat dit geen last ondervond. De kip pen werden uit de schuur gered. Niets kon gered worden. En zoo zyn wy na twee dagen stemmings debat nog even ver van huis. Woensdagmiddag is brand uitgebroken in de N. V. Radiofabriek en Ingenieursbureau v/h. Van der Heem en Bloemsma te Den Haag. De brand ontstond in de lakspuitery. Het brandbare materiaal gaf het vuur rykelijk voed sel, zoodat de vlammen spoedig om zich heen grepen en de brand zich vrij ernstig liet aan zien, toen de brandweer weinige minuten na de alarmeering met twee motorspuiten ter plaatse verscheen. Met ingang van den datum, waarop hy ter aanvaarding van zyn ambt uit Nederlandsch- Oost-Indië zal vertrekken, is tot 1 Juni 1939, benbemd tot tydeiyk plantkundige aan de landbouwhoogeschool te Wageningen, dr. ir. S J. Wellensiek te Buitenzorg (N. O, I.). Woensdagmiddag half vyf is een felle uit slaande brand uitgebroken in een der groote loodsen van de N.V. H. Th. Wilmink, scheeps werven aan het Winschoterdiep te Groningen. Zooals gewooniyk, waren de knechten in de open lucht bezig met het verbranden van spaanders hout en houtafval, hetgeen geschied de op ongeveer tien meter van de loods. Door den sterken wind sloegen de vlammen evenwel over naar de loods, die een oppervlakte heeft Het echtpaar Kieven te Wilhelminaoord her denkt Vrydag 6 Mei zijn 72-jarig huweiyksfeest. De heer Kieven telt 98 jaar, zyn vrouw is vier jaar jonger. De oudjes genieten nog steeds een goede gezondheid. Vader Kieven bezoekt nog steeds de kerk, terwyi de vrouw, ofschoon den laatsten tijd geplaagd door rheumatiek, nog geregeld de breikous ter hand neemt. Van de kinderen zyn er nog negen in leven, van wie de oudste 71 jaar is. Voor de radio heeft Z.Exc. H. van Boeyen, minister van Binnenlandsche Zaken, het woord gevoerd over den reclasseeringsarbeid in verband met den Nationalen Reclasseeringsöag van Zaterdag 7 Mei. Reclasseeren, aldus de minister o.m., is her stellen, terugbrengen, opvoeden tevens. Reclasseeren wil zeggen een poging onderne men om dengene, die zich misdroeg, te over- De titulaire rang van generaal-majoor is ver leend aan den gep. luitenant-kolonel der artil lerie L. J. Kuyck, wien sedert de titulaire rang van kolonel is toegekend. Het vuur werd echter onmiddellijk krachtig vlug in haar auto, onder voorwendsel, dat zy moe was en naar haar hotel moest. Wie weet, hoe ongerust haar vader al was. Doch Algy vergat die woorden niet en met 'n innig gevoel van vreugde herhaalde hij ze zacht in zich zelf, toen hy den auto nakeek, die spoedig uit 't gezicht verdwenen was. Lang zaam keerde hij naar z'n hotel terug. Hy was weer 'n gelukkig mensch en zelfs in z'n slaap droomde hy nog van Cynthia en de laatste woorden, die zy tot hem gesproken had. Het was al over één, toen hy 't hotel binnenstapte en tot z'n niet geringe verwondering was Miss Franklin nog op, wat anders nimmer haar ge woonte was. zy groette hem dan ook allerminst vriendelijk. „Zoo juist was een heer hier, die naar u vroeg," zeide zy. „Hy kon niet wachten." Het werd Algy weer angstig om 't hart: zou dat misschien Hunter geweest zyn? „Hoe heet hy?" vroeg hy ademloos. „Dat kan ik u werkeiyk niet zeggen," ant- woorde miss Franklin een weinig verlegen en te vens gekrenkt. „Maar het moet 'n voornaam persoon geweest zyn. Hy dorst me eenvoudig te laten wekken, enkel en alleen om my te zeg gen, dat hy voor u een brief zou achterlaten, Hy beweerde, dat hy dien niet aan iemand van het personeel dorst geven, wyi het een zaak van buitengewoon belang was, en dat ik u den brief direct moest overhandigen, zoodra u thuis kwam. Ik hoop.... „Op die manier zullen wy hen bedotten. Ze zyn dan meteen een heel eind uit de buurt. Als we nu maar een betrouwbaar man kunnen vinden. Misschien kent papa wel iemand. De poppen kunnen we van stroo maken en 'n masker voor doen. Als de chauffeur dan een flink vaartje neemt en de groote steden mydt, zal de ver momming zeker niet zoo heel gauw ontdekt worden. U bent werkelijk vindingryk, Mr. Rod ney. Ik wist wel, dat u ons zou helpen". Algy merkte, dat hy om deze woorden van lof begon te blozen, en was biy, dat 't donker was. Hy zeide echter niets. „Hoe staat 't echter met de kwestie van die bankbiljetten?" vroeg Cynthia opeens. Algy vertelde haar in 't kort van zyn tele foongesprek met den detective Merdow, dien hy dezen nacht nog verwachtte en die de zaak misschien als spoedig tot een goede oplossing zou brengen. „Maar dat speelt eigeniyk heelemaal geen rol meer", besloot hy, „daar we morgen alle geheimen en alle raadsels ontvluchten". „U hebt toch gelijk", antwoordde Cynthia, terwijl zy opstond. „Doch ik meen my te her inneren, dat ik de benaming „Dobrowitz" al eens gehoord heb. Ook den detective Merdow heb ik al eens hooren noemen en ik vermoed, dat Stenton zich ook voor deze aangelegenheid interesseert. Maar ik weet 't niet zeker. Ik ben er trouwens heelemaal niet nieuwsgierig naar en dolblij, dat ik van al dien naren rommel af ben en met u te zamen kan gaan reizen." De laatste woorden schenen haar tegen haar zin ontsnapt te zün. In ieder geval stapte zy trekken opnieuw den Oceaan over. Er zyn daar zooveel van die heeriyke eilandjes". Haar oogen glinsterden en zy lachte hem hoopvol toe. Doch plotseling werd haar vreugde weer getemperd. „Als Stenton ons nu maar niet inhaalt vóór we vertrokken zijn. We zullen moet oppassen". „Ditmaal zullen we hem te vlug af zyn", ant woordde Algy. „We kunnen morgen in den voormiddag al aan boord gaan. John is zeker om tien uur al hier; misschien nog wel vroeger. Maar hoe zal ik u kunnen bereiken?" Cynthia dacht 'n oogenblik na. „Wij logeeren vannacht in hotel Exmouth, en ryden morgen om zeven uur verder. Ik zal iemand met een briefje sturen, waar u ons ongeveer half tien kunt treffen. Schikt u dat? „Ja". „Ik denk, dat wij ons in het bosch van Moran verbergen zullen. Papa heeft in die streek en kele jaren gewoond en is er dus goed bekend". Daar schoot Algy iets te binnen. „Ik geloof," zeide hy, „dat het 't beste zal zyn, als u in alle stilte 'n chauffeur huurt en hem den auto laat besturen. U laat hem b.v. naar Exeter terug ryden en vandaar naar Ply mouth. Mogelijk heeft Stenton omdat u in 'n auto kwam, zonder eenige moeilijkheid uw spoor kunnen volgen en zal uw wagen natuuriyk goed in 't oog houden. Laten we twee poppen in den auto zetten; een die uw kleeren en een die de kleeren van uw papa draagt. Stenton's spionnen weten dan niet beter, of ik ben de man, die aan 't stuur zit". „Juist!" onderbrak Cynthia hem vol yuur. „en ook vader is u dankbaar, dat u ons wilt bijstaan. Hij is een oud man geworden, maar u bent nog jong en sterk. Misschien lukt 't ons toch nog om te ontvluchten. Ofschoon Algy zich volkomen bewust was van het gevaar, dat hy zich daardoor op den hals haalde, doorstroomde hem toch 'n gevoel van biydschap bij de gedachte, dat hij nu voort durend in de nabyheid van dit bekoorlijk schepseltje zou zyn en haar dagelijks zou kun nen zien. Hij beminde haar boven alles en was gaarne bereid z'n leven voor haar op te offeren. Het door John ontworpen plan zou, naar hij hoopte, de redding van hen allen beteekenen. „We hebben een kans. Het zal ons gelukken", stelde hy haar gerust. zy zetten zich naast elkaar op de breede tree plank van den auto, en hij vertelde haar van z'n broeder John en de „E 94", die hen ver van Engeland's kusten zou voeren en Stenton zoo in de war zou brengen, dat hy elk spoor byster bleef. Opmerkzaam luisterde zy naar zyn woorden en onbewust werd zy meegesleept door z'n hoop en z'n enthousiasme. Dit verried haar stem, toen zy zeide: „Oh, maar dat Is reusachtig! Wat zal vader blij zyn. We varen naar een eiland ergens in den Stillen Oceaan, ofneen, 't beste is, dat we tot Panama varen. Als Stenton dan soms na den terugkeer van 't schip de bemanning uitvraagt, houdt hij Panama voor ons einddoel, en op die manier hebben wij een grooten voor sprong. Papa kan 'n flink kapitaal meenemen, daar koopen we dan daarginds 'n schip van en NOGMAALS: MERDOW. Cynthia doofde nu snel de beide lichten. Doch, ondanks de duisternis viel 't Algy op, hoe bleek zü was en las hy angst en onrust in haar diepe, donkere oogen. Zü stonden alleen, in de nachteiyke stilte, temidden der eenzame verlatenheid. Slechts nu en dan werd de diepe stilte even onderbroken door 't geklots der golven aan 't strand. Cynthia sprak nerveus, in korte, afgebroken zinnen. „Ik dachtdat u de signalen wel zou zienen zou komen", zeide zij. „Aan 't hotel naar u vragen, dorst ik niet. Vader en ik zyn gevlucht. Stenton heeft ontdekt, dat ik met u in relatie stond. Ik heb den geheelen nacht doorgereden. Vader kan niet chauffeuren. Oh, ik ben zoo moe, Algy, en ik ben zoo bang". Opgewonden stond hij naast haar. Nog nim mer was er 'n klacht over haar lippen geko men. Het trillen van haar stem ontroerde hem en een byna onweerstaanbaar verlangen kwam in hem op, haar in z'n armen te nemen, om haar te beschermen. Doch hy bedwong zich en drukte een lan gen, innigen kus op haar hand. „Lieve, arme Cynthia", fluisterde hy, ,ik wil u zoo graag helpen, en ik zal alles doen wat ik kan". Hij voelde een haast onmerkbaar drukje van haar fijne slanke hand, eer zy deze terugtrok. „Ik was zoo Wy met dat telegram", zeide zy, Algy betrok dezelfde kamers, zette zich aan het venster en staarde naar buiten, tot het twaalf uur sloeg. Hij wilde juist z'n laatste siga- dtenstompje in den aschbak werpen toen in de duisternis buiten een lichtsignaal z'n aandacht •tok. Drie kort op elkaar volgende lichtflitsen, dan even 'n wat langer'en nog 'n kort signaal. Ka 'n korte pauze herhaalde zich deze lichttee- kens. Het was het oproep-teeken: systeem Morse. Algy nam z'n hoed en vertrok. Zoo goed als 2eker was dit signaal voor hem bestemd. Mo- Reiyk was Merdow reeds gearriveerd. Doch z'n ®teeds toenemend wantrouwen zeide hem, dat "et evengoed een hinderlaag kon zyn. Z'n hand 2°cht naar z'n revolver en hij hield z'n vinger ®an den trekker. Maar hy zou dit wapen niet behoeven te ge- buiken. Niemand anders dan Cynthia was 't ie hem geroepen had. R'Ü stond naast een bestoften, kleinen auto en *\ad cie iantaarns als signaal gebruikt. Zy was (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 3