Vollenhove zal het open water noode missen! Zoekt gij betrouwbaar 1 Personeel? Vr I Plaats dan een „Omroeper" voor 80.000 gezinnen ZEESTAD IN HART EN NIEREN WOENSDAG 3 AUGUSTUS 1938 De verdwijnende kust van Overijsel is rijk aan afwisseling In het land van de ruischende stilte moeite waard, om op een mooien zomer- De Voorst bij Vollenhove in zijn romantische dagen. Hoog rees de rossig-gele leemwand op uit het smalle strand, dat hem, bij laag water scheidde van de aanro llende golven der oude Zuiderzee Kraggenburg aan het eind van het Zwolsche Diep. De afgelegen norsche water- burcht, waar de eenzame lichtwachters bij storm en ontij benauwd werden door de barre eenzaamheid, zal eenmaal midden in den drooggelegden Noord-Oosterpolder komen te liggen Een der merkwaardigste en mooiste ha vens van Nederland is stellig die van Vollenhove H. M. de Koningin is Dinsdag van Haar vacantieverblijf in Zwitserland te Den Haag teruggekeerd. De aankomst van de vorstin aan het station, vanwaar Zij zich naar den Ruygenhoek begaf gmiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii^ Suuuiiiitiimiiiiniiinii!iiiiiuiiiiiiiii!iiiitiiiii!Uiiiiliiitliilliillllll]l!llllllllll!!lllllfllinilllll!l!I1lll1I!111lllI!llt11tB FOTOREPORTAGE gillllllllllllllllllllllllllllllllHIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIlHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIII'»»"""111"""111"11111111''! iiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiimiiiiimiiiiuiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiimiiiiiiiiiiiiuiiiimiiiiiiiiiilliiiiniiHiiiiiiiiiii» (Van onzen specialen verslaggever) Wordt Urk vastewal, verdwijnt Schokland, even ingrijpend zijn de wijzigingen, welke zich met den voort gang van het inpolderingswerk vol trekken langs de kust van Overijsel. En juist die Overijselsche wal, welke voor het grootste deel binnen den polder valt, was wel het mooiste en merkwaardigste kustgebied van heel 'de Zuiderzee. De geheimzinnige, „HET OUDE LAND IN DEN GREEP VAN HET NIEUWE" (VI) eeuwig ruischende biezenwereld der IJseldelta, de diluviale Vorst, die als een trotsche kaap in zee vooruit sprong, de atmosfeer van Genemui- den, van Vollenhove en Blokzijl, de norsche waterburcht Kraggenburg, de barre wijdheid, ruimte en rust bij Kuinre buitendijks, wat een afwisse ling in zoo klein bestek! Slechts een smalle strook water zal in de toekomst Kampereiland en Ramspol van het nieuwe land scheiden. Niet langer rijst en daalt een zilte zee, traag verloopénd in het moeras, borrelend tusschen de rietpollen en bevorderend door de wisseling van het tij een weligen was dom der zilvergrijze biezenvelden. Jaar na jaar groeide hier het land. Verder en verder drong het riet zee in, kunstmatig aangeplant. En in den oogsttijd van den rusch, schoven de platboomde biezenbakken door killen en kre ken, hoog beladen met versch gemaaid riet,, waar de nijvere handen der matters op wacht ten in Genemuiden, Grafhorst, Wilsum en Blokzijl. Het was een hard en rauw bestaan; zwij gende, naar binnen gegroeide naturen kweekte dit moeizaam bedrijf. Het biezen- volk, ploeterend in water en drab, gewend aan de eeuwig doorruischte stilte, de stem van den wind en de stem van de zee, had nochtans dit werk-in-eenzaamheid lief. Het is een ras, dat sterven moet, zoo goed als heel die oude nijverheid der huismatters in het Overijselsche kustland. Nog slechts en kele ouden van dagen vlechten aan hun mattenraam; de moderne industrie heeft dit werk overgenomen. Als een vooruitgeschoven bolwerk, voorwaarts springend uit het lage, in eeuwen van strijd met het water teruggeweken kustland rondom, ligt Vollenhove op zijn diluviale grondvesten, een uitlooper van de hoogte van Steenwijker- wold. Het stadje duikt weg in hooggaand ge boomte, waar alleen het geestig torentje bo venuit gluurt. Zij heeft allure, de oude stad der Havezaten, het ernstig gebaar van een veste, welker bewogen historie ver in het ver- Ie de"h terug reikt, maar ook dat eigenaardige vrij en franke, aan oude havenplaatsen eigen, die leefden van den adem der wereldzee, spoe lend tot langs hun kade en loswal, een adem, die jong en krachtig hield wat anders wellicht in vergetelheid was verstard. Hoe ongunstig wellicht de levenskansen van een stadje als Vollenhove ooit zijn ge weest, het lag aan de open zee, het had een haven en het had schepen en zoo kon het niet vergaan. Twee maal per etmaal joeg de wereldzee frisch levensbloed in zijn aderen en de wierigzilte geuren, die stra ten en huizen doortrokken, duldden geen mufheid en geen bederf. Vollenhove leefde aan en van de zee, het zond zijn groote visschersvloot, waar honderden handen werk vonden, naar buiten en in zijn ruime haven was altoos bedrijvigheid en vertier. Het mooist is Vollenhove dan ook aan den buitenkant. Nergens wellicht is het havenfront zoo interessant als hier. De diep verzonken binnenhaven, de oude slotgracht der middel- eeuwsche sterkte van Utrechts bisschoppen, die eindigt in een knus schaduwrijk werfje, de sombere vijftiende-eeuwsche Bovenkerk, werlker zware, hecht geplante muren, pal aan zee, zoo lang het ongebroken geweld van den storm hebben weerstaan, het oude stadhuis met zijn zuilen, de zware norsche klokkentoren, dat alles schept een sfeer, die uitzonderlijk mag heeten. En de nog altijd groote vloot van Schokkerschuiten, die zoowel de diepe bochtige watersleuf als het breede moderne havenbassin bevolkt, vormt er het levend element, brengend dag aan dag bedrijf aan de kade, den afslag, op de werf en in de smokende rookerijen. Daar aan den Vollenhover buitenkant is het heet toegegaan in lang teruggeweken dagen. Hier hadden de Bisschoppen van Utrecht hun meest vooruitgeschoven post in den strijd met de Friezen en meerdere malen is deze vesting bedreigd en belaagd geworden. Het zwaarst werd zij belegerd door de Stellingwerver Friezen in 1311, maar de bezetting wist zich te handhaven, In 1354 verleende de bekende bisschop Jan van Arkel, die zeer veel voor dit deel van Overijsel heeft gedaan als de uitvinder van het mat- tersraam eert Genemuiden hem nog in zijn wapen aan „de ghoede lude, die woenhaftig sijn voer onsen huse tot Vollenho", het stads recht. Onder Karei V werd Vollenhove de residen tie der stadhouders van de Noordelijke gewes ten. De eerste van hen was Schenk van Touten- burg, die aan de landzijde van Vollenhove een kasteel bewoonde, waarvan thans nog de zeer romantisch gelegen ruïne is te zien binnen de palen der havezate Oldruitenborgh. De opvol ger van Schenk was Aremberg, die in 1568 te Heiligerlee sneuvelde en aan wiens zorgen, voor 'n betere afwatering in dezen omtrek, o.m. nog de Arembergergracht herinnert. In later jaren waren het de havezaten, die Vollenhove zijn luister gaven. Maar de aanzien lijke families die er huisden zijn bijna alle verdwenen. De havezaten Benthuis, de Haere, Westerholt, Nijerwal Rhemershuizen, Rollecate, Lindenhorst, Hogendorp, Bonkerhave en Twee- nijenhuizen zijn historie gewerden; nog bestaat het huis Plettenburg. De Voorst zal na de inpoldering haar karak ter als kaap in de Zuiderzee geheel hebber, verloren. Wel komt het kanaal van Blokzijl naar het IJselmeer dicht aan de kust voorbij, doch moeilijk zal men zich dan nog kunnen voorstellen, hoe eenmaal van hier de blik on belemmerd het wijde water rondom kon af speuren. Haar romantiek is de Voorst intusschen al langen tijd kwijt. Eens toch rees er de leem- rand steil uit het water omhoog, stond er die kaap als een echte rots hoog en weerbarstig in de branding der Zuiderzee. Maar het typisch Nederlandsch instituut, dat Rijkswaterstaat heet, leeft met alle romantiek op voet van oorlog. De oude Voorst, zoo goed als in Gaas- terland het Roode Klif, werd eens duchtig onderhanden genomen en sedert glooit de oude kaap heel kalm en ordentelijk met 'n grasmat en beschoeiing van basalt in het water af waar bovendien een paar stugge golfbrekers het laatste greintje fantasie voorkomen. Hoe het vroeger geweest is kan men nog zien bij het Oude Mirdumer Klif aan den Frieschen Zuid- wal, dat nog juist op tijd als natuurmonument uit 'den greep van Waterstaat werd gered. Maar ondanks dat is het nog altijd de avond of eigenlijk bij elke weersgesteld heid van de kruin van de Voorst uit te zien over dien hoek van de oude Zuiderzee met zijn vertrouwde attributen, welke thans in luttel tijds historie zal zijn. Om te kijken naar de in- en uitvarende Vollenhover vis- schers, die dicht langs de Voorst hun koers nemen, en het silhouet te volgen van Schokland: van Emmeloord over het boo- menkluftje van Ens naar den Zuidelijken vuurtoren. Ook Kraggenburg is hier niet ver vandaan, eenzaam en norsch op zijn post aan den mond van het Zwolsche diep en bij helder zicht kan men zelfs Urk aan den horizon achter Schokland herkennen. Dit alles, land en water, heeft bijna zijn tijd gehad. Staande op de Voorst kan men het neg eens rustig overzien en er dan voor altijd afscheid van nemen. Ook Vollenhove zelf moet men eens goed aankijken. Het is nog vol van de sfeer, van de tastbare herinnering der oude Zuiderzee. Er wonen nog enkele Schokker afstammelingen in de kleederdracht van het eiland, de schepen in de haven zijn voor het grootste deel van Schokkermodel. Waar zullen die mooie kloeke schuiten blijven? Hoe zal heel dit bedrijf, waar tot voor kort nog drie vijfden der bevolking rechtstreeks van leefde en dat althans in de zomermaanden nog altijd velen honderden brood geeft, nu in korten tijd worden geliquideerd? En hoe moet men zich deze zeestad in hart en nieren eigenlijk voorstellen, niet langer be- spoeld door het wijde water, maar binnen de dijken aan een kanaal? Alleen het nageslacht, dat niet beter weet, zal aan den nieuwen toestand wennen. Het militair vliegtuig F.K. 51 No. 22, op weg van Ypenburg naar Soester- berg, stortte Dinsdag even na den start neer. Van de beide inzittenden werd de bestuurder gedood en de waarnemer ernstig gewond Dr. ir. F. Bakker Schut, inspecteur der Volksgezondheid, afdeeling Volkshuis vesting voor de provincies Groningen en Drente, is in gelijke functie in Haarlem benoemd De finale voor het Nederlandsch stayerkampioenschap 1938, is Dinsdagavond in het Olympisch stadion te Amsterdam verreden. Achter elkander de renners: H. J. Alkema, Cor Wals, J. J. Snoek en M. v. d. Wulp aan den start. Cor Wals werd kampioen Osendarp werd tweede achter den Amerikaan Walker in de 100 yards bij de internationale atletiek wedstrijden in White City Stadion te Londen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 4