Internationaal Katholiek
Vredescongres
EUGENESE II
NAAR ORDE EN HERSTEL
NIEUW WERELDRECORD
4x100 M. ESTAFETTE
VOOR „OUD WIJF"
UITGESCHOLDEN
ZONDAG 21 AUGUSTUS 1938
In de zittingen van Zaterdag wer
den belangrijke praeadviezen
uitgebracht
De Staat is een
rechtsstaat
Ontvangst door het Haagsche
gemeentebestuur
ATHLETIEK
Wooderson verbetert
wereldrecords
Fraaie prestaties van den Engelsch-
man op de 800 M. en halve mijl
DRIELANDENWEDSTRIJD
TE ROTTERDAM
ZWEMMEN
WELDADIGHEIDSFONDS-
WEDSTRIJDEN
Proefnemingen voor league
elftallen
VOETBAL
IR. J. PH. VAN DALSUM
Voorzitter van den Zeeuwschen
Voetbalbond
WIELRENNEN
AMATEUR BANKEN IS
DUITSCHER
In zijn plaats zal nu Engel starten
Amerikanen verbeteren Hongaar-
sche prestatie aanmerkelijk
LAW NT EN NIS
NEDERLAND—BELGIË
DELFTSCHE POORT WORDT
NIET VERROLD
VELDWACHTER TINTEL
GAAT MARKEN VERLATEN
Examen hoofdakte
Beklaagde had het niet zoo
bedoeld, maar moet er
toch voor boeten
Ook het slachtoffer
ging niet vrijuit
De keerzijde van de medaille
Als zwagers ruzie hebbed
Dienaren van Bacchus, moar
daarom nog geen vriendefl
De eerste zitting van het Internationaal
Katholiek Vredescongres is Zaterdagmor
gen in huize Katwijk te Den Haag geopend
met een korte rede van prof. mag. dr. J. B.
Kors O.P., nadat Vrijdagavond in hotel De
Wittebrug een begroetingsavond heeft
plaats gehad.
In het bureau van het congres werden als
vice-presidenten gekozen mgr. J. A. Ryan uit
Washington, mgr. E. Beaupin uit Parijs, father
Leo O'Hea S.J. uit Engeland, father S. Brown
S.J. uit Ierland en prof. A. Muller S.J. uit Bel
gië. De heer P. J. S. Serrarens, lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, is secre
taris van het congres.
Deze eerste zitting was gewijd aan „De poli
tieke oorzaken van de internationale wanorde
en de middelen tot herstel".
Over dit onderwerp brachten prof. J. Delos
O.P. van de katholieke universiteit van Rijssel
en mgr. prof. John A. Ryan van de katholieke
universiteit te Washington praeadviezen uit.
Prof. Delos onderzocht in de eerste plaats
het begrip: internationale orde, de vrede, die
het doel der politiek moet zijn: de rust der
orde, die als beginsel en als band heeft de deel
neming aan het algemeen welzijn.
De gerechtigheid vormt den grondslag der
orde, maar zij is niet te verwezenlijken zonder
liefde. Het politieke streven heeft het algemeen
welzijn tot onmiddellijk doel en het is er in de
eerste plaats op gericht een rechtsorde te stich
ten: de staat is een rechtsstaat.
De liefde is geen rechtstreeksch deel van de
staatstaak, maar zij moat de politiek beheer-
schen.
Prof. Delos gaat dan de oorzaken na, die de
vaderlandsliefde hebben doen vervangen door
nationalisme en natie, ras of klasse tot beheer-
schenden factor van den staat hebben gemaakt.
De staatsopvatting, die de taak van den staat
ziet in het vestigen van een rechtsorde, boven
alle personen en groepen en het scheppen van
rechtszekerheid, die dus gebaseerd is op den
eerbied voor de menschelijke persoonlijkheid,
maakt in den totalitairen staat plaats voor een
opvatting, die alleen de rechten der gemeen
schap erkent.
Deze totalitaire staatsopvatting maakt de
vestiging van een internationale orde onmoge
lijk.
Prof. Ryan had zijn studie beperkt tot de
politieke oorzaken in engeren zin uit de pe
riode vanaf het uitbreken van den wereld
oorlog.
Hij ging de grove politieke fouten na, die
o.a. in het verdrag van Versailles en mede door
de houding der Vereenigde Staten ten aanzien
van de internationale schulden waren begaan,
om dan na te gaan, hoe het politiek regime
der totalitaire staten eigenlijk een voor-christe-,
lijke, een heidensche staatsopvatting predikt.
De rapporteur ging dan ten aanzien van ieder
der totalitaire systemen na, welke gevaren zij
voor den wereldvrede beteekenen, om daarna
de middelen tot herstel te onderzoeken.
Onder deze middelen noemde hij, wat de
katholieken betreft, het vormen van organisa
ties tot bevordering van den wereldvrede. Spr.
betreurde, dat de Vereenigde Staten door hun
wegblijven uit den Volkenbond dezen belet had
den, zich behoorlijk te ontwikkelen. Weigeren,
den thans bestaanden Volkenbond te steunen
onder voorwendsel, dat men op een beteren
wachtte, achtte inleider niet verantwoord.
Op de beide inleidingen volgde een uitvoerig
debat. Een commissie werkt met de inleiders
conclusies uit.
In de tweede congreszitting van Zaterdag
middag vormden de rapporten van prof. M.
Bye uit Toulouse en mr. L. J. van der Valk uit
Breda over de economische oorzaken van de
internationale wanorde en de middelen tot her
stel het onderwerp van bespreking.
Prof. Bye wees allereerst op de wisselwer
king tusschen economische en niet-economische
oorzaken. Tracht men eenerzijds vele politieke
daden van ingrijpenden aard met economische
argumenten te rechtvaardigen, anderzijds zijn
veel factoren, die economische verwarring ge
bracht hebben van politieken, zelfs van mili-
tair-politieken aard.
De voor den oorlog bestaande orde van zaken
berustte op een mechanisme, dat spontaan in
werking trad en waarvan de voornaamste fac
toren waren: het vertrouwen in de overeen
komsten, nationaal en internationaal, de soe
pelheid van de economische structuur van ieder
land en het homogene karakter van de econo
mische stelsels der verschillende landen.
Die drie factoren werken niet meer.
Vooral de nieuwe economische stelsels, waar
in het particulier initiatief plaats maakt voor
dat der staten, hebben in de economische ver
houdingen diepgaande wijzigingen gebracht.
Bij de middelen tot herstel kan in afzien-
baren tijd van een internationaal corporatief
stelsel geen sprake zijn. Er is voorloopig inter
nationaal alleen mogelijk een terugkeer tot
grootere vrijheid Wan economisch handelen,
waarbij de individueele vrijheid van handelen
door maatregelen van de staten geremd wordt.
Inleider gaat dan de kansen van monetaire
ontwapening en tariefsverlaging na.
Prof. Bye wenscht in dit verband met mi
nister Van Zeeland een verdrag van interna
tionale economische samenwerking, daarnaast
een internationale grondstoffencontröle met
toepassing van de opendeurpolitiek in de ko
loniën, hulp door kapitaalverstrekking aan eco
nomisch zwakkere landen en ten slotte een be
gin van organisatie van het internationale
economische leven.
Mr. L. J. van der Valk gaat in zijn praead-
vies in de eerste plaats na, welke groote be-
teekenis de menschelijke arbeid in het pro
ductieproces heeft ingenomen en betoogt dan
hoezeer de werkloosheid een economisch ver
lies beteekent. Hij ziet de voornaamste oor
zaken dezer werkloosheid in de industrlalisee-
ring der vroegere grondstoffenlanden en daar
naast in het wegvallen van de werking van
vraag en aanbod op het gebied van prijzen en
loonen, hoe heilzaam dit op zichzelf ook mocht
zijn.
Een derde oorzaak zag inleider op politiek ge
bied in den oorlog en de vredesverdragen.
Inleider erkent geen permanente werkloos
heid, zoolang er nog zooveel behoeften te be
vredigen zijn. Ons economisch leven behoort
echter georganiseerd te worden, niet alleen na
tionaal, maar internationaal.
Intusschen is in ieder land reeds veel te
doen: openbare werken moeten de werkloozen
opzuigen. Industrialisatie is daarnaast een be
langrijke factor tot vergrooting der werkge
legenheid.
In ieder geval zal de werkloosheid niet ver
dwijnen tengevolge van een betere verdeeling
der werkgelegenheid, maar doordat de werk
loozen worden opgezogen door een betere or
ganisatie van productie en distributie en de
vestiging van den internationalen handel op
de grondslagen van wederkeerigheid.
Ook hierna werd langdurig gedebatteerd.
Het gemeentebestuur van 's Gravenhage heeft
Zaterdagmiddag de deelnemers aan het Inter
nationaal Katholiek Vredescongres in het ge
meentemuseum ontvangen.
Bij deze ontvangst waren aanwezig de burge
meester, "mr. S. J. R. de Monchy, de wethou
ders Buurman en Vrijenhoek, verscheidene ge
meenteraadsleden, Mgr. J. M. van der Tuyn,
deken van 's Gravenhage, H. J. Borghols, voor
zitter van het comité Katholiek 's Gravenhage
en verscheidene anderen.
Burgemeester De Monchy heeft de congres
sisten in de Fransche taal toegesproken.
„Het is mij een buitengewon groot genoegen",
aldus de burgemeester, ,,u namens het ge
meentebestuur van 's Gravenhage een hartelijk
welkom toe te roepen." G-ij zijt naar Den Haag,
naar dit middelpunt van internationalisme, ge
komen om in een onderlinge, wetenschappelijke
sfeer datgene te bestudeeren, wat gedaan moet
worden om een duurzamen wereldvrede te ver
zekeren.
De tegenwoordige generatie is wel gedwongen
dit groote probleem uit een geheel ander stand
punt te bezien dan de staatslieden aan het be
gin van dpze eeuw. Men leefde toen nog in de
hoop van een eeuwigen, op het recht gefun-
deerden vrede. De vredesconferenties strekten
toen om het domein van den oorlog geleidelijk
te beperken.
Het is niet noodig u te herinneren aan de
teleurstellingen, welke de vrienden van den
vrede sindsdien hebben ondervonden. De
schoone illusies van 1900, na den wereldoorlog
weer tot leven geroepen door de pogingen van
president Wilson, hebben plaats gemaakt voor
een algemeen scepticisme. Bij dezen stand van
zaken kan men niet beter doen dan zooveel
mogelijk de zedelijke kracht versterken, welke
in de harten der menschen leeft. De burgers
van de verschillende landen met elkaar, op
welk gebied ook, in aanraking brengen en
daarbij de denkbeelden van het christendom
verbreiden, dat welwillendheid leert tegenover
zijn medemenschen, welke ook hun nationali
teit, kleur of ras is.
Ik ben er zeker van, dat dit ook het doel
van uw conferentie is. Wij hebben gemeend in
haar geest te handelen, toen wij u in dezen
tempel van schoone kunsten uitnoodigden.
In dit domein van internationalisme en
broederschap, begroet ik nogmaals uw congres,
dat zich hier ongetwijfeld in een haar passen
de omgeving bevindt en ik verzeker u, dat wij
met heel ons hart uw streven toejuichen, een
streven, waarvan wij hopen, dat het het heil
der menschheid tot voordeel zal strekken.
Namens de congressisten heeft Mgr. E. Beau
pin, uit Parijs, een der vice-presidenten van
het congres, den burgemeester geantwoord,
waarbij hij zeide zeer getroffen te zijn door de
hartelijke ontvangst in Nederland en in het
bijzonder in Den Haag, welke stad hij de
„hoofdstad van den vrede" noemde.
Hierna heeft de directeur van het gemeente
museum, dr. H. E. van Gelder, eenige bijzonder
heden omtrent geschiedenis en indeeling van
het museum verteld, ter inleiding aan een
rondgang door het museum, welke daarop
volgde.
Van dezen rondgang terugkomende gebruik
ten de congressisten in de benedenzaal de
thee.
Heden vergaderen de verschillende commis
sies, welke in de zittingen van Zaterdag wer
den samengesteld.
In de derde congreszitting, welke hedenavond
wordt gehouden, volgen praeadviezen van prof.
A. Muller S.J. en John Eppstein over „De or
ganisatie der internationale maatschappij."
m
Tienduizenden jonge boeren en boerinnen uit alle streken van Polen namen de
zer dagen deel aan het congres der lande lijke jeugd te Warschau. De kleeder
drachten in allerlei kleur en schakeering maakten deze bijeenkomst een feest
voor de oogen. Hierboven de oogstkroon, die aan veldmaarschalk Rydz-Smigly
werd aangeboden
Sydney Wooderson, de bekende Engelsche
middenafstandslooper, verbeterde te Motspur-
park het wereldrecord over 800 Meter door de
zen afstand af te leggen in 1 min. 48.4 sec. Het
wereldrecord stond op naam van Elroy Robin
son (V.S.) met een tijd van 1 min. 49.6 sec.,
gevestigd op 12 Juli van het vorig jaar te New
York.
Verder heeft Wooderson ook het wereldrecord
over een halve mijl verbeterd met een tijd van
1 min. 49.2 sec. Het record op dezen afstand
stond eveneens op naam van Elroy Robinson
met een tijd van 1 min. 49.6 sec.
De Duitsche en Belgische athletiekploeg, die
hedenmiddag in het Feyenoordstadion te Rot
terdam zullen deelnemen aan 't drielandentour-
nooi NederlandBelgiëDuitschland, zijn Za
terdagmiddag te Rotterdam aangekomen.
De Duitsche ploeg is geheel volledig ver
schenen. Bij de Belgen is de polsstokhoogsprin
ger Noirhomme uitgevallen en voor hem komt
thans Mulkens uit, die ook deelgenomen heeft
aan den landenwedstrijd tegen Duitschland te
Brussel.
In de Nederlandsche ploeg kan Petit op de
1500 meter niet uitkomen. Hij wordt vervangen
door den Rotterdammer Kalkman, die tezamen
met den Nederlandschen kampioen het zal
moeten opnemen tegen den Belgischen record
houder Mostert.
De Nederlandsche estafetteploeg loopt in de
volgorde: H. Baumgarten, Van Beveren, Boers-
ma en Osendarp. Slaagt dit experiment, dan
zal dit viertal waarschijnlijk voor de Europee-
sche kampioenschappen te Parijs worden op
gesteld.
de onlangs overleden voorzitter, J. P. van Bel,
herdacht.
Tot zijn opvolger werd gekozen ingenieur J.
Ph. van Dalsum, directeur der rijks H.B.S. te
Middelburg.
(L.), dat de door de N.W.U. voor de wereld
kampioenschappen op den weg te Valkenburg
aangewezen amateur Banken van Duitsche na
tionaliteit is, zoodat hij niet kan starten. Hij
wordt nu vervangen door Engel, die als reserve
was aangewezen.
Banken is door het uitvoerend comité van
de sportcommissie geschorst, omdat hij val-
schelijk, schriftelijk heeft verklaard Nederlan
der te zijn.
De Engelsohe Leaguewedstrijden beginnen
pas de volgende week, maar reeds Zaterdag
waren de 88 clubs, welke in de league spelen
in de gelegenheid om in hun elftallen proefne
mingen te doen. De F. A. heeft n.l. voor van
daag seriewedstrijden georganiseerd ter gele
genheid van haar jubileum. De recette van
deze wedstrijden zal gestort worden in een wei-
dadigheidsfcnds, dat de F. A. tracht te stich
ten ten bate van spelers en officials, die in
financieele moeilijkheden verkeeren.
De paring der clubs is zuiver geographisch
verricht, zoodat de naaste buren tegen elkaar
speelden.
De uitslagen luiden:
In de Zaterdag te Middelburg gehouden ver
gadering van den Zeeuwschen voetbalbond werd
ArsenalTottenham Hotspur
Aston Villa—West Bromwich Albion
Holton WanderersBury
BrentfordChelsea
Coventry CityBirmingham
Ev er ton—Liverpool
Leeds—Hudtfersfield Town
Leicester CityDerby County
Lincoln CityGrimsby Town
Manchester CityManchester United
MillwallCharlton
PorthsmcuthSouthampton
Preston North End—Blackpool
Sunderland—Middlesbrough
Wolverhampton WanderersStoke City
BarnsleyChesterfield
BlackburnBurnley
Bradford CityBradford
Newcastle UnitedGateshead
Ncrwich CityIpswich Town
Oldham AthleticStockport County
Plymouth ArgyleExeter City
Sheffield WednesdaySheffield United
Swansea TownCardiff City
Westham UnitedFulham
0—2
1—1
1—2
2—1
2—9
2—1
1—1
4—2
2—1
2—1
0—1
4—2
0—0
4—2
4—3
0—0
3—2
2—1
2—1
1—1
1—8
5—3
4—1
3—3
4—2
De Ned. Wielren Unie heeft bericht ontvan-
van den burgemeester van Ubach-Overworms
Tijdens den werelddeelenwedstrijd Euro
pa—Amerika slaagde de Amerikaansche
estafetteploeg erin een nieuw wereldrecord
op de 4 x 4 100 M. estafette te vestigen door
dezen afstand af te leggen in den tijd van
3 min. 59,2 sec.
Het oude wereldrecord was in het bezit van
Hongarije met een tijd van 4 min. 2 sec., ge
vestigd op 14 Juli van dit jaar te Boedapest met
de zwemmers Zolyomi, Scik, Koeroesi en Grot.
De Amerikaansche ploeg bestond uit: Hirose,
Jaretz, Wolff en Fick.
De 100 M. borstcrawi leverde natuurlijk een
Amerikaansche overwinning op, daar ook
Fischer, die voor onzen landgenoot Hoving was
aangewezen, niet aan den start verscheen, om
dat hij in de 'estafette moest uitkomen. Niet
Peter Fick, doch zijn landgenoot Jaretz werd
eerste met een tijd van 59.3 sec.
Op de 200 M. schoolslag werd Europa eerste.
Balke, de Duitsche schoolslagzwemmer, legde de
eerste 50 M. af met den vlinderslag. Op de
tweede 50 M. liep Balke nog meer uit en ten
slotte won hij met ongeveer 10 M. verschil op
den Amerikaan Werson.
De uitslagen luiden:
100 M. borstcrawi: 1. Jaretz (AO, 59.3 sec.; 2
Fick (A.), 59.8 sec.; 3. Dove (E.), 1 min. 1.2 sec.;
4. Koeroesi (E.), 1 min. 1.6 sec.
200 M. schoolslag: 1. Balke (E.), 2 min. 42.8
sec.; 2. Werson (A.), 2 min. 50.9 sec.
4 x 100 M. estafette: 1. Amerika in 3 min.
59,2 sec. (nieuw wereldrecord)2. Europa met
Dove, Fischer, Heibel en Koeroesi, 4 min. 3.1
sec
De jeugdwedstrijd NederlandBelgië is ge
ëindigd in een 96 overwinning der Belgen,
nadat zij op den eersten dag reeds een 51
voorsprong hadden behaald.
Thans is een beslissing gevallen inzake de
verplaatsing van de Delftsche Poort te Rotter
dam. Het Departement van Onderwijs, Kunsten
en Wetenschappen heeft bericht gezonden, dat
deze verplaatsing kan geschieden, echter niet.
zooals de Rotterdamsche Gemeenteraad aan
vankelijk besloten, had door verrolling, doch
door de Poort af te breken en vervolgens op de
nieuwe plaats weer op te bouwen.
De heer J. C. Tintel, de bekende veldwachter
van Marken en tegenspeler van Sijtje Boes,
wiens naam ook in onze kolommen herhaal
delijk werd vermeld, gaat het groene eiland
verlaten. De heer Tintel is benoemd tot veld
wachter te Ammerstol in Zuidholland.
's-GRAVENHAGE. Geslaagd de heeren C.
Blaauw en G. K. Boender, beiden te Leiden en
J. Montagne te Lisse.
Om een gezond nageslacht te krijgen, zijn ge
zonde ouders noodig. Dit klinkt heel eenvoudig',
maar is toch slechts betrekkelijk waar. Ouders
kunnen wel ziek zijn en toch een gezond nage
slacht hebben. De zaak zit dan ook zoo, dat het
zaad, waaruit het nieuwe geslacht voortkomt,
gezond moet zijn. In de praktijk komt het
daarop neer, dat er geen aanleg voor erfelijke
ziekten in de ouders is. Verreweg de meeste
ziekten zijn niet erfelijk; kanker is b.v. heel
weinig erfelijk. Nu zal men vragen, hoe zoo iets
mogelijk is: weinig erfelijk. Men zou meenen,
dat iets erfelijk is of niet erfelijk. Dat is ook
zoo; en als wij nu zeggen, dat kanker weinig
erfelijk is, dan beteekent dat niets anders, dan
dat de kankerlijders wat meer kankerlijders on
der hun voorgeslacht hebben dan de niet-
kankerlijders; en dan wil dat ook zeggen, dat
kankerlijders ook wat meer kankerlijders onder
hun kinderen hebben, dan niet-Kankerlijders.
Wanneer b.v. de geheele bevolking 6 pet. kan
kerlijders heeft komen er onder het nage
slacht van de kankerlijders 10 pet. kankerlij
ders voor. Nu moet men weer niet denken, dat
6 pet. van de menschen aan kanker lijden, maar
6 pet. krijgt kanker, doch slechts gedurende
enkele jaren van hun leven, laten we zeggen
gedurende 3 jaar gemiddeld; immers sommigen
genezen, anderen sterven er spoedig aan. Wan
neer nu de gemiddelde leeftijd van de bevolking
b.v. 45 jaar is, en de gemiddelde kankerlijder
lijdt 3 jaar aan deze ziekte, dan is dat een vijf
tiende deel van het leven. Die 6 pet. moet dan
door 15 gedeeld worden, dus dan zijn er 0,4 pet.
kankerlijders onder de bevolking, dat is 4 op
de duizend. Ik geef deze cijfers slechts als be
nadering.
Om op de erfelijkheid terug te komen: kan
ker wordt dus niet gerekend onder de erfelijke
ziekten; zoo is het eveneens met suikerziekte;
toch heeft het nageslacht van een lijder aan
suikerziekte een kansje meer, om aan een der
gelijke ziekte te gaan lijden, dan een ander.
Zoo zyn er verschillende ziekten, die in de fa
milie rondspoken, maar die toch niet tot de
erfelijke ziekten gerekend mogen worden.
Dan zijn er een groote massa ziekten, die in
't geheel niet erfelijk zijn; daartoe behooren
b.v. vrijwel alle infectieziekten, mazelen, rood
vonk, diphterie, typhus, malaria; ook staat
het wel vast, dat de tuberculose niet erfelijk
is, maar wel is de nakomelingschap van t.b.c-
lijders vaak zwak van gestel, en krijgt gemak
kelijk tuberculose; maar de ziekte als zoodanig
is niet erfelijk. Wel is erfelijk de syphilis; in
wetenschappelijke termen noemt men dit ech
ter niet erfelijk, maar aangeboren; omdat de
syphilis niet is een eigenschap van de kiem,
maar een van buiten aangebrachte beschadi
ging. Behalve de infectieziekten zijn ook vele
andere ziekten niet erfelijk; o.a. Engelsche ziek
te, beroepsziekten: nierziekten, longziekten,
hartaandoeningen enz. enz. enz.
Soms erft men den aanleg voor een groep
ziekten: b.v. asthma, netelroos, eczeem, mi
graine; de moeder heeft b.v. eczeem, het kind
heeft asthma (kinderasthma geneest bijzonder
dikwijls).
Of de groep: suikerziekte, vechtzucht, jicht,
niersteenen.
Maar een dergelijke erfelijkheid weegt niet
zoo heel zwaar, omdat men door een verstan
dige, d.w.z. matige levenswijze deze ziekte vaak
in toom kan houden.
Onze kennis van de erfelijkheid is op som
mige punten groot, op andere punten klein.
Wanneer honderd menschen onder dezelfde
omstandigheden leven, b.v. kantoorklerk zijn,
en vier daarvan krijgen schrijfkramp; waarom
die vier en waarom de anderen niet? Nu, dat
kan zijn, omdat die, vier door een eigenaardige
karakterontwikkeling en een zeker soort haast
en vreesachtigheid hun pen te stijf vasthouden.
Dit antwoord is waarschijnlijk juist, en dan
is het dus een oorzaak, die met de erfelijkheid
niets te maken heeft.
Maar wanneer er vier van honderd arbeiders
op een ijzerfabriek longontsteking krijgen, zou
den ze dan niet, vraagt men zich af, misschien
zwakke longen hebben, of bijzonder vatbaar
zijn voor infectie; en als nu die vatbaarheid
voor infectie, of die zwakte der longen een
blijvende toestand is van hun constitutie, dan
moet toch in den regel de erfelijkheid daaraan
ten grondslag liggen. Wij kunnen dus wel zeker
zijn, dat er veel meer in de erfelijkheid ligt,
dan wij thans nog zien; de toekomst zal het
leeren, indien de dokters tenminste ijverig
doorstudeeren.
Er zijn enkele ziekten en afwijkingen, die
bijzonder erfelijk zijn. Onder de afwijkingen
behoort b.v. het hebben van zes vingers; maar
dat is onbelangrijk. Onder de ziekten zijn er
echter zeer ernstige, die bovendien veel voor
komen, en wel geestes- of zenuwziekten. In het
bijzonder: vallende ziekte, schizophrenie en
manisch-depressieve psychose, twee van de
meest voorkomende vormen van krankzinnig
heid, en. dan de zwakzinnigheid. Ik heb op het
oogenblik de cijfers niet tot mijn beschikking
in dit kleine dorpje, waar ik schrijf, maar er
zijn hieronder ziekten, waarbij 25 pet. van de
nakomelingschap van een lijder of lijdster ook
weer aan die ziekte lijdt. (Men bedenke echter,
dat krankzinnigen, die opgesloten zijn, geen
nageslacht krijgen.)
Men ziet hieruit duidelijk, dat het van het
hoogste gewicht is, om bij de huwelijkskeuze op
de gezondheid, niet alleen van man en vrouw,
maar ook van beider ouders te letten, en soms
ook op de gezondheid van grootouders, ooms en
tantes. Want indien enkele gevallen van een
dergelijke ziekte in de naaste familie voorko
men, is het gevaar voor de nakomelingschap
niet denkbeeldig.
Het is echter maar, zooals men het opneemt.
Laten wij eerst spreken over de zwakzinni
gen: daar is de zaak duidelijk: het is een
dwaasheid, om met een achterlijken man of
vrouw te trouwen. Met een krankzinnige trouwt
niemand; maar nu b.v. een dochter van een
krankzinnige moeder; laten wij aannemen, dat
zij 6 pet. kans heeft op een krankzinnig nage
slacht; dus gemiddeld 1 op de 16 kinderen zal
krankzinnig zijn. Wanneer nu een jonge man
en vrouw vastbesloten zijn, met elkaar te trou
wen, zal de bovengenoemde overweging dan een
reden zijn, de huwelijksbelofte te breken? ik
denk, dat weinig menschen dien raad zouden
durven geven. Moet er dan van de gezondheids
zorg niets terecht komen? Ook dat is zeer ge
vaarlijk. Maar is het dan niet duidelijk, dat
geneeskundig onderzoek vóór het huwelijk
weinig waarde heeft; indien althans van den
uitslag van dat onderzoek het al of niet sluiten
van het huwelijk zal afhangen? Daórvoor komt
dit onderzoek veel te laat. (Het onderzoek op
zichzelf is natuurlijk zeer nuttig; want in vele
gevallen zal hieruit een nuttig inzicht kunnen
voortkomen.)
Maar wat dan? Op welke wijze zal dan de
zorg voor de gezondheid van ouders en nage
slacht kunnen worden bevorderd bij het slui
ten van het huwelijk? Natuurlijk doordat reeds
voor de verloving daarop gelet wordt: m.a.w.
het geheele volk dient te weten, dat dit een
zaak van groot gewicht is. Het moet een van
zelfsprekende zaak worden, dat er op de ge
zondheid en op de erfelijke gezondheid gelet
wordt.
Waarom is dit juist tegenwoordig zoo noodig?
Waarom hadden de vroegere menschen daar
niet op te letten? Dat het tegenwoordig noodi-
ger is dan vroeger, komt daardoor, dat er voor
zwakzinnigen en halve gekken niet meer zoo
veel plaats in de samenleving is als vroeger.
Toen ik klein was, „hadden wij" in Alkmaar
Malle Gerrit, die brood bezorgde en, wanneer
hij geplaagd werd, wel drie meter ver spuwen
kon, waardoor hij een zeker respect inboezem
de; en er was nog een gekke vrouw, wier naam
ik vergeten ben. Tegenwoordig, met de ratio
nalisatie, gaat dat veel moeilijker.
Wat de andere vraag betreft: men meene
niet, dat er vroeger op de gezondheid minder
gelet werd: ik geloof meer.
Beschouw eens de vermaningen van de Kerk.
Bijna steeds heeft de kerk door den mond van
haar priesters de geloovigen vermaand, om hun
kinderen een zekere vrijheid te geven bij de
huwelijkssluiting, en niet al te zeer te letten
op overwegingen van stand en rijkdom. Zoo o.a.
de Jezuïet Bourdaloue aan het Hof van Lode-
wijk XIV. De Kerk vermaande de geloovigen,
liever er op te letten, dat er een ware liefde
was tusschen de verloofden.
Thans is de toestand anders. De sentimenta
liteit is ten top gestegen; het huwelijk wordt
een gevoelskwestie (vandaar de vele scheidin
gen) het is vaak niet meer een solide verbond
voor de stichting van een familie, maar berust
al te zeer op de wederzijdsche sympathie alleen.
Nu is de Kerk er dan ook toe gekomen, om tot
grootere voorzichtigheid en ernst aan te ma
nen bij het aangaan van een huwelijk. Tot deze
voorzichtigheid behoort zonder twijfel ook het
letten op de gezondheid.
Waar let men dan wel op bij het sluiten van
een huwelijk? Op godsdienst, ontwikkeling,
stand, rijkdom, ras, schoonheid, karakter, tem
perament, moraal; of wil men het in volgorde
hebben: ras, schoonheid, temperament, ont
wikkeling, karakter, godsdienst, stand en rijk
dom. Dat is in 't algemeen de volgorde, waarin
deze dingen worden waargenomen. Over den
invloed van het ras op de gezondheid wil ik
niet spreken: men kan zeker in 't algemeen niet
zeggen, dat de afstammelingen van gemengd
ras in gezondheid achterop komen. De schoon
heid echter hangt ten nauwste samen met de
gezondheid. Iedereen begrijpt, dat de mode
hier een geweldigen invloed heeft. Het schoon
heids-ideaal, dat door de huidige mode wordt
nagestreefd, is te ver van de natuur verwij
derd. Dat is voor de gezondheid van het nage
slacht een ernstige zaak. Het instinct, door den
Schepper in de natuur gelegd, waardoor de
schoonheid wordt gekozen, is op deze wijze
aan het verzwakken geraakt. Hoe zeer ook het
geestelijke hooger staat, deze ontwikkeling van
de mode is in elk geval niet goed. Zij heeft een
dieperen ondergrond dan men zou zeggen, en
berust niet alleen op de winzucht van de mode
huizen. De mode maakt een soort type van „ge
trouwde celibatair" gewild; het is dan ook geen
wonder, dat men in landen als Duitschland en
Italië daartegen terstond gereageerd heeft en
deze mode van hoogerhand heeft afgeschaft.
Dr. TH. H. SCHLICHTING.
De machinist H. ter B. te Hengeloo kreeg het
op 14 Mei te kwaad met juffrouw Leefferink.
Daarbij beleedigde hij die dame, door haar oud
wijf te noemen. Nu wil geen enkele vrouw gaar
ne „oud" worden genoemd en wanneer daar
dan nog „wijf" bij komt, danenfin, bij de
juffrouw in kwestie liep de maat over en ze
ging naar de politie.
Tengevolge daarvan had Ter B. zich nu voor
de rechtbank te Almeloo te verantwoorden.
Verd. gaf het feit grif toe, maar, zegt hij, „ze
bemoeide zich met mijn zaken en zei: „Rotmof,
wat doo'j hier?"
Rechter: Goed, maar dat geeft u nog niet het
recht een vrouw van middelbaren leeftijd oud
wijf te noemen.
Nee, zegt verd., maar zoo kwaad heb ik dat
ook niet bedoeld.
Als de juffrouw komt, zegt de rechter: „Het
is 5 jaar geleden, dat u hier bent geweest."
„Goddank wel," zegt getuige.
Rechter: Het is alleen maar jammer, dat er
nu weer iets is.
Get. 'vertelt dan, dat men haar hond vergif
tigd heeft, al kan ze niet bewijzen, dat verd.
dit gedaan heeft. Op den bewusten dag zei haar
dochter: „Is dat ter B.?" Toen get. bevestigend
antwoordde, begon verd. te schelden voor rot-
kreng en oud wijf.
Het eerste wordt beslist door verd. ontkend.
De officier, mr. van der Hoeven, acht ook
enkel de uitlating „oud wijf" bewezen en eischt
ƒ2 boete of 2 dagen hechtenis.
De rechter doet er 'n schepje bij op en maakt
er 4 of 4 dagen van.
Dan staat de beleedigde juffrouw terecht. BU
dezelfde gelegenheid zou ze n.l. P. Leuning. H>
ter Brake en A. Geerdink hebben uitgescholden
voor rotmoffen.
Verd.: Het is niet zoo. Dat zijn geen moffen,
hoe kan ik ze dan zoo noemen?
Rechter: Nou, als u ter Brake hoort spreken,
kunt u toch wel hooren, dat hij Duitscher is en
die Geerdink heeft ook wel wat met Duitschland
te maken.
Get. Geerdink verklaart, dat de verd. geheel
zonder reden zei: „Wat hebben jullie hier te ma
ken, rotmoffen?" En toen haar zoon zei: „Als
jullie niet maakt dat je wegKomt; sla ik jullie
weg," zei verdachte: „Ja, en anders sla
jullie weg, rotmoffen."
En get. heeft geen andere relatie met „das
grosze Vaterland" dan dat hij er geboren is.
Get. ter Brake verklaart hetzelfde en voeg'
er bij, dat 'n paar vrouwen zeiden: „Gaat door
jongens, die vrouw kan nu eenmaal niet an
ders."
Verd.: „Ik heb er niets anders op te zeggen,
dan dat ze liegen."
Get. Leunink is zeer boos op buurvrouw, want
deze zendt de hond achter zijn kinderen.
„Och, zegt verd., ik zal mi'j mar stil holden,
ik hebbe toch niks te zegg'n."
Een dochter van verd. heeft gehoord, dat ter
Braak zei: „Oud kreng, oud wijf, kom maat
mee naar de straat, dan zal ik je aftuigen-'
Wat haar moeder gezegd heeft, heeft get. niet
gehoord.
Rechter: U weet, dat we al allerlei met uV"'
moeder hebben meegemaakt. Dit is het zwakke
punt van uw moeder.
Get.: Maar ik geloof, dat ze nu geen schuld
heeft.
Rechter: Goed, maar helpt u zorgen, dat er
geen moeilijkheden meer komen.
De officier wijst er op, dat het met verd. op
verschillende manieren geprobeerd is. Vfth
kleine boetes is het naar groote gegaan en zelf3
tot 3 maanden voorwaardelijke gevangenisstraf-
De maat is nu vol. Spr. eischt nu 14 dagen ge
vangenisstraf.
Zoo, zegt verd. heftig, ik wel en een ander
niet.
Rechter: Toen u voor 't eerst kwam, hebt
ook maar 3 boete gehad en daarom krijgt 11
ander ook eerst boete. U hebt zelfs 'n voor
waardelijke straf later ir eten uitzitten.
Toch vind ik het voor u 'n heele prestatie-
dat u hier in 5 jaar niet geweest bent; ik za
het nu met 3 weken voorwaardelijk probeere®
en 12 boete of 12 dagen hechtenis. Maar P®5
u op.
Verd.: Ik heb 'n groote schutting laten zei
ten.
Rechter: Prachtig, u hebt 14 dagen voor be
roep.
Verd.: Daar slaap ik nog eens over.
Daarna stapt ze zwaar geladen de deur Uit-
J. M., thans te Wieringermeer, vroeger
Ambt-Hardenberg, moest op 16 Juni voor
te
zijd
B-
vader geld innen voor zijn zwager G.
Daarover zijn, toen het innen niet zoo vlot gidg'
woorden gekomen en van woorden kwam
het
tot handtastelijkheden. Daarbij heeft M. zijd
zwager geslagen en gestompt.
Verd.: Alleen maar geslagen. f
Rechter: Maar mooi was het toch niet onde
zwagers.
De zwager ontkent dat het over geld j
Maar verd. verweet hem, dat hij het l®n
verwaarloosde. Get. heeft de boerderij n.l. va
zijn schoonvader gehuurd. Zijn zwager beg01
toen te slaan.
Rechter: U had die kwestie beter buiten
politie kunnen houden.
De officier wil den familietwist niet door ee>
hooge straf aanblazen en eischt 3 boete cl
dagen hechtenis. Kt
De rechter vindt dit niet genoeg en m®ak
er ƒ5 of 5 dagen van.
B. A. F. te Oldenzaal had op 29 Juni S°^
geofferd aan Bacchus en pl.m. 10 biertjes e
borrels door het keelgat gegoten. Toen y
's avonds om half elf buiten kwam, ontmoet
hij zekeren Tasche, die volgens hem wel
biertjes op had en dronken was, welken hij
slagen heeft.
Verd. geeft wel toe geslagen te hebben.
Rechter: U bent later ook flink afgetuigd
nu wil ik niet goedpraten wat men deed, m®
verdiend had u 't wel. j
Wie zal 't zeggen? filosofeert verd. T.
ook schuld. „y
Deze, als getuige gehoord, geeft toe dat K
inderdaad flink gedronken heeft, maar geed
biertjes, al heeft hij deze wel betaald. Er ware(.
rondjes gegeven. Van de mishandeling weet 6
niets anders, dan dat hij geslagen is. iu,,e
café had hij niets met verd. gehad, maar d
had eveneens te veel gedronken. g.
De rechter merkt op, dat beiden minder 111
ten drinken. Zoo loopt het verkeerd.
De officier eischt 25 boete of 25 dagen be
tenis. e(
Verd. vindt dit veel en de rechter maakt
dan 15 of 15 dagen van, doch bovendied
dagen voorwaardelijke gevangenisstraf.