Simon doet een beroep op aller
vredeswil
SPIEGEL, INC
Eugenese III
LONDEN GELOOFT AAN
VREEDZAME OPLOSSING
BRIAND-KELL OGG-PA CT
TIEN JAAR
De opwinding te
Jaffa
Certificaten van Tien Gewone Aandeelen
met een Nominale waarde van 2
1
ZONDAG 28 AUGUSTUS 1938
Ten aanzien van Tsjecho-Slowa-
kije verwijst hij naar een
rede van Chamberlain
van Maart j.l.
Trouw aan het ideaal
van den Volkenbond
Het Volkenbonds-ideaal
mm
Churchill en Inskip spreken
Chamberlain's rede
Cordell Huil betreurt den oorlogs-
zuchtigen geest, die valt
waar te nemen
Betoogingen en plunderingen
houden aan
Vliegtuigongeluk in
Frankrijk
gevestigd te CHICAGO.
Ondergeteekenden berichten dat zij, van Maandag,
29 Augustus 1938 af, ter Beurze van Amsterdam zullen
doen verhandelen,
der bovengenoemde vennootschap, uit te geven door
Administratiekantoor „Interland" N.V. te Amsterdam.
De opneming der certificaten onder Rubriek II in de
Prijscourant van de Vereeniging voor den Effectenhandel
te Amsterdam is aangevraagd.
Exemplaren van een Bericht zijn ten kantore van
ondergeteekenden verkrijgbaar, alwaar ook een exemplaar
van het laatste jaarverslag van Spiegel, Inc. ter inzage ligt.
Amsterdam, Augustus 1938. L. SLIJPER.
In aansluiting aan bovenstaande mededeeling bericht
Administratiekantoor „Interland" N.V., gevestigd te
Amsterdam, dat zij een afdeeling geopend heeft voor de
administratie der
Gewone Aandeelen
SPIEGEL, INC.
Exemplaren der voorwaarden van administratie zijn te
haren kantore, Tesselschadestraat 12, verkrijgbaar.
Amsterdam, 25 Augustus 1938.
In Tsjecho-Slowakije
Sovjet-troepen in een
benarde positie
Ingesloten door overstroomingen
bij Tsjangkoefeng
VAN VRACHTAUTO
GESLAGEN
Jongen op slag gedood
PATROUILLE AANGEREDEN
Twee militairen werden gewond
De Interparlementaire
Unie
34e conferentie gesloten met een
zegenwensch voor de leden
van ons Koninklijk Huis
EEN PARADEVLUCHT
Besluit van het défilé der
Weermacht
iwt
Stads- of Spatbordlampjes noodig
LONDEN, 27 Aug. (Reuter).
Sir John Simon heeft heden te La
nark de rede gehouden, die eenige
dagen geleden was aangekondigd.
In deze rede zeide hij o.m.,,Ik zou
de algemeene politiek der Britsche
regeering op buitenlandsch gebied
willen schetsen als een positieve vre
despolitiek.
Dit jaar is een jaar van veel zorg en moei
lijkheden geweest en het leiderschap van Cham
berlain is door niets meer gekenmerkt dan
door de vastberaden pogingen, welke hij en
Halifax in het werk hebben gesteld om de span
ning te doen verminderen en een kalmeerim
tot stand te brengen.
Er is geen reden, waarom wij een politiek
zouden voeren alsof geen vriendschap mo
gelijk is met staten van een geheel ander
politiek stelsel. Ik wijs de gedachte, dat oor
log onvermijdelijk is, af, en zou eerder de
opvatting willen verkondigen, dat oorlog
nooit onvermijdelijk is, wanneer alle volken
gelijkelijk hun best willen doen om de oor
zaken weg te nemén, welke tot oorlog zou
den kunnen leiden en in een geest van .eer
lijkheid oplossingen voor welke moeilijk
heden ook willen zoeken.
De Britsche invloed is steeds aan de zijde
van den vrede geweest."
Simon zeide, dat de Britsche herbewapening
geen wantrouwen in andere landen teweeg
brengt, omdat ieder weet, dat de Britsche wa
penen nooit gebruikt zullen worden voor een
agressief doel. De inspanning der Britsche re
geering is geheel gericht op de versterking van
de instellingen des vredes, en de aanvaarding
van argument en rede bij de beslechting var
internationale geschillen.
Want, aldus Simon, wij zijn er van over
tuigd, dat echte oplossingen niet gevonden
kunnen worden door geweld. Nog afgezien
van de verliezen aan menschenlevens kan
een gew-eldmaatregel gemakkelijk aanleiding
geven tot reacties, die in zekere omstandig
heden andere mogendheden dan de strijden
de partijen zouden kunnen meesleuren. En
wanneer deze procedure eenmaal begonnen
is: wie zal dan zeggen, waar zij eindigt?
De verwerkelijking van deze gedachte, aldus
Simon, heeft geleid tot de aanvaarding van
idealen en de beginselen, die den grondslag
van den Volkenbond vormen en de Britsche re
geering betreurt het ten zeerste, dat de afwe
zigheid van een aantal belangrijke staten den
Bond zoo ernstig verzwakt heeft.
Indien echter gebleken is, dat een werk
tuig niet in staat blijkt iederen last te dra
gen, dan beteekent dat nog niet, dat wij
zijn beginselen zouden moeten verzaken:
integendeel, het ideaal van den Volken
bond, vervanging van het geweld door de
rede en het recht, is een mooie inspireeren-
de gedachte, waarvoor wij zullen blijven
werken.
Ik geloof, dat alle landen evenals Engelana
een groot verlangen naar den vrede en een haat
tegen den oorlcg hebben. In vele landen van
Europa verwachten mannen en vrouwen, dat zij
zich moeten voorbereiden op de gevaren en de
verschrikkingen van een luchtoorlog. Maar juist
dat feit kan ons hoop geven, want nergens kan
een regeering zoo onverschillig staan tegenover
de gedachten van haar volk, dat zij niet wees
dat het volk die verschrikkingen wil vermijden
Inderdaad groot is de verantwoordelijkheid van
elk, die door zijn optreden het menschelijke
kwaad heeft veroorzaakt, dat den oorlog be
geleidt. Terwijl er belangen en plichten zijn,
die ons, ons volk en het volk van het Brit
sche rijk aangaan, en die beschermd moeten
worden, zullen we altijd het geheele gewicht
van onzen invloed aanwenden om het uitbre
ken van een oorlog, waar ter wereld ook,
voorkomen en altijd onze bijdrage leveren tot
de handhaving van den vrede. Dit geeft, naai
ik meen, op juiste wijze de kern der Britsche
tuitenlandsche politiek weer en wij gelooven
daarbij den steun van het Britsche volk en in
groote mate de sympathie van andere landen
te hebben.
In het speciale geval van Tsjecho-
Slowakije, waaraan wij thans zeer
onze aandacht schenken, is het
Sir John Simon
DE OPTIMIST
„Zoo en geeft U me nu gelijk nog een
hangmat mee!"
standpunt van Engeland volkomen
nauwkeurig uiteengezet in de rede,
die Chamberlain op 24 Maart van dit
jaar in het parlement heeft gehouden.
Die verklaring geldt ook vandaag.
Aan haar inhoud behoeft niets te
worden toegevoegd of gewijzigd.
Voor een oplossing van het Tsjecho-Slowaak-
sche vraagstuk zijn bijdragen van alle betrok
kenen noodig. Als regeering hebben wij in deze
kwestie een werkelijk probleem gezien, dat drin
gend oplossing behoeft. En wij zijn er van over
tuigd, dat een oplossing kan worden gevonden,
die allen belangen recht doet wedervaren, in
dien aan beide zijden een goede wil wordt ge
toond. Het behoeft geen betoog, dat het zeer
belangrijk is een Vreedzame oplossing te vin
den, want in onze moderne tijden kennen de
oorlogsreacties geen grenzen meer.
Sïmon herinnerde vervolgens aan de bekende
rede van Cordell Hull over de noodzakelijkheid
van vervanging van den oorlog door vriend
schappelijke samenwerking en zeide:
„Wat Huil zeide en wat Roosevelt eenige
dagen later verklaarde, moet in menig
Britsch hart weerklank hebben gevonden
en daarom heeft de Britsche regeering haar
invloed aangewend bij beide partijen in het
conflict om er op aan te dringen, dat men
redelijk zou zijn bij de pogingen tot het
vinden van een oplossing."
„Runciman, aldus zeide Simon verder, is geen
scheidsrechter of rechter, maar bemiddelaar en
viiend. De goede wenschen van de geheele we
reld, die beseft hoeveel van zijn succes afhangt,
vergezellen Runciman in zijn taak.
Hij is te Praag niet als vertegenwoordiger
der Britsche regeering, maar als vertegenwoor
diger van allen, die gerechtigheid willen en
den vrede liefhebben. Zooals ik reeds zeide, ge
looven wij zeker in een vreedzame oplossing,
indien de goede geest overheerscht."
Terwijl Sir John Simon te Nanark heeft
gesproken over de politiek van de Britsche re
geering, hebben andere vooraanstaande perso
nen gesproken over de gevaren van den huldi
gen politieken toestand.
Te Theydenbois in Essex heeft Winston Chur
chill het wcord gevoerd.
Hij zeide o.a., dat de wereld op weg is
naar een nieuwe crisis. Een oorlog is zeker
niet onvermijdelijk, doch het gevaar is niet
geweken, zoolang de groote Duitsche legers
niet ontbonden zijn. Alle hoop is thans ge
vestigd op Hitier.
Te Perth heeft Inskip verklaard, dat hij een
oorlog niet onvermijdelijk achtte, omdat een
mogendheid, welke zoo eensgezind is als de
Britsche, een kracht heeft, welke door niets kan
worden geschokt. Wat betreft Tsjecho-Slowakije
zeide Inskip, dat de gebeurtenissen leiden naar
een beslissing.
Ter verduidelijking van Simon's woorden ge
ven wij hier in het kort de verklaring weer, die
Chamberlain op 24 Maart j.l. in een rede voor
het Lagerhuis gaf. Hierin zette de Britsche pre
mier uiteen, dat, indien Engeland automa-
tischen bijstand beloofde via Frankrijk ofwel
direct aan Tsjecho-Slowakije, de beslissing op
het critieke oogenblik aan de Britsche regeering
onttrokken zou worden, die geen recht meer
zou hebben rekening te houden met gewijzigde
omstandigheden. Bovendien treden in dit geval
de Britsche belangen niet zoo op den vcorgrond
als in het geval, dat Frankrijk of België zou
worden aangevallen.
„Om deze redenen," verklaarde Chamberlain,
„acht de Britsche regeering zich niet in staat,
dezen waarborg te geven. Terwijl ik eenvoudig
melding maak van deze beslissing, wensch ik
daaraan toe te voegen, dat bij oorlog en vrede
niet alleen juiridischie verplich
tingen betrokken zijn. Het is onwaar
schijnlijk, dat de oorlog slechts beperkt blijft tot
degenen, die dergelijke verplichtingen aanvaard
hebben. Het is onmogelijk te zeggen, waar een
oorlog zou ophouden en welke regeering erin
betrokken zou worden."
WASHINGTON, 27 Aug. (Reuter). Cordell
Huil heeft een verklaring gepubliceerd, waarin
hij de aandacht vestigt op den tienden verjaar
dag van het Briand-Kellogg-pact. Hij noemt
alle onderteekenaars, ook Duitschland, Italië en
Japan. Verder verklaart hij, dat het zeer tra
gisch is, dat, hoewel de ondervinding heeft ge
leerd, dat zelfs geen overwinnaar iets in een
oorlog kan winnen, toch in sommige deelen van
de wereld wordt gestreden en conflicten onzeg
bare ellende brengen aan millioenen, terwijl in
andere deelen van de wereld de oorlogsgeest
wordt geëerd. Van het al of niet nakomen van
de plechtige beloften van tien jaar geleden
hangt het bewaren van alles, wat waarde heeft,
in het leven af.
JAFFA, 27 Aug. (Havas). De opwinding
te Jaffa, veroorzaakt door den aanslag van
gisteren, duurt voort. Het verkeer ligt stil.
De menigte houdt betoogingen en eenige
agenten, die bedreigd werden, moesten van
de vuurwapenen gebruik maken, waarbij
twee Arabieren gewond werden. Verschei
dene Joodsche winkels zijn geplunderd en
in brand gestoken. Na 19 uur mag niemand
zich op straat begeven.
PAU, 27 Aug. (Havas). Twee Fransche mili
taire vliegtuigen zijn tijdens een nachtvlucht
Nieuwe Doelenstraat 68.
VAN
Twee toto's, genomen bij de verovering van de stad Castellon door de troepen
van generaal Franco. Links de bewoners der stad vieren de overwinning, rechts
de roode troepen verlaten de stad
neergestort. De acht inzittenden zijn in de
vlammen omgekomen.
In dichten mist zijn vanochtend bij Zilina in
Slowakije twee militaire vliegtuigen tegen elkaar
gebotst en omlaag gestort. De vier inzittenden
zijn om het leven gekomen.
KEIJO, 27 Aug. (Domei). Sovjet-Russische
troepen bij Tsjangkoefeng zijn, tengevolge van
de hevige regens van den laatsten tijd, geheel
van het achterland afgesneden. Sedert 22 Augus
tus worden de troepen door middel van vlieg
tuigen van proviand voorzien.
Volgens de berichten is een groot gebied ten
Oosten en Noordoosten van Tsjangkoefeng over
stroomd. Vele huizen en bruggen zijn wegge
slagen.
Zaterdag is op den nieuwen rijksweg te Delft
een doodelijk ongeval gebeurd. Een jongen, die
boven op een met raamlijsten geladen vracht
auto was geklommen, werd daarvan afgeslagen,
toen de auto onder de viaduct bij de Brassers-
Kade doorging.
Hij kwam zoo ongelukkig op het wegdek te
recht, dat hij vrijwel op slag dood was. De po
litie heeft het lijk naar het ziekenhuis te Delft
overgebracht en stelt een onderzoek in. Het
slachtoffer is vermoedelijk een 14-jarige jongen
uit Rotterdam.
Te 's-Gravenhage is op de Alkemadelaan bij
den ingang van de Alexanderkazerne een mili
taire patrouille, welke de wacht ging aflossen
van achteren aangereden door een personen
auto, welke na de aanrijding doorreed.
Twee militairen werden bij deze aanrijding
gewond.
De miliciens A. S. B. en C. B., beiden 20 jaar
oud, kregen verwondingen aan het voorhoofd
en kneuzingen aan de beenen. Beiden werden
naar het militair hospitaal vervoerd. De politie
stelt een onderzoek in naar den auto, welke
de aanrijding heeft veroorzaakt.
Men weet, dat er in Duitschland veel gedaan
wordt om het ras te verbeteren. Tal van men-
schen, van wie men verwacht, dat zij een defect
nageslacht ter wereld zouden kunnen brengen,
worden onvruchtbaar gemaakt door een ope
ratie. Men weet evenzeer dat de Kerk deze vrij-
heidsberooving heeft veroordeeld.
Het staat zeer te betwijfelen, of de Duitsche
staat met deze maatregelen een eenigszins be
langrijk succes zal hebben. Het wordt in
Duitschland in 't algemeen, of liever onder de
machthebbers, als een biologische kwestie be
schouwd, d. w. z. men meent, dat de aanwas
van krankzinnigen en zwakzinnigen en lijders
aan vallende ziekten voor het grootste deel ver
oorzaakt wordt door een zwak lichaam. Welis
waar zegt men vaak, dat ook geestelijke eigen
schappen erfelijk zijn, maar men bedoelt daar
mede die z.g. geestelijke eigenschappen, die van
de constitutie van het lichaam afhangen. De
Duitsche machthebbers meenen dus niet, dat
de aanwas van al die lijders in hoofdzaak ol
zelfs voor een belangrijk deel, gelegen is in op
voeding en zelf-opvoeding. Ik voor mij meen,
dat men deze factoren daar thans onderschat.
Hoe staat het eigenlijk met het wetenschap
pelijk bewijs? Men weet, dat die lijders naar
een bepaald percentage voortkomen uit fami
lies, waar een dergelijk lijden meer voorkomt.
Laat nu de kinderen van daaraan lijdende
ouders voor 25 pCt. deze ziekte overnemen, dan
vraagt men zich af, waaraan de overige 75 pOt.
die ziekte te wijten hebben. Er blijft altijd nog
een groot percentage over, als men die lijders,
die onder grootouders, ooms en tantes enz. lot-
genooten vinden, aftrekt; dan nog, zeg ik, blijft
er een groot percentage over, waar de ziekte door
erfelijkheid niet verklaard kan worden. Er is
menig geleerde, die er van overtuigd is, dat ook
hier de opvoeding en de zelf-opvoeding een heel
belangrijke rol spelen.
Ofschoon nu opvoeding en zelf-opvoeding ten
slotte zuiver persoonlijk zijn, ofschoon, beter
gezegd, de zelf-opvoeding tenslotte over alles
triomfeeren kan, is het toch, in het algemeen
beschouwd, een sociale kwestie. Zoodra men den
socialen kant van het probleem beschouwt, wordt
er in eens heel veel duidelijk. De opvoeding n.l.
heeft maar één doel en dat is de menschen zelf
standig te maken; dat is te leeren hun verstand
te gebruiken en daarnaar te handelen en te
leven. Men helpt dit tot stand te brengen door
onderwijs, ontwikkeling, gewoontevorming, as-
kese enz.; maar de zelfstandigheid is het doel
Beschouw nu de sociale opvoeding: is deze er
op gericht, de menschen zelfstandig te maken?
Werken de sociale factoren, dus onderwijs, de
courant, de radio, de publieke opinie, mede om
den mensch zelfstandig te maken? Integendeel
zij werken er allen toe mee, om een genummer-
den loonslaaf van hem te maken. Zelfs de ar
beidersbeweging hoe vreemd het ook moge
klinken en hoe waar het ook moge zijn, dat zij
daarmee zich zelf tenslotte geen goed doet
werkt er toe mede, den mensch onzelfstandig
te maken. Er is in de arbeidersbeweging vaak
een eigenaardige ressentiment tegen de kleine
onafhankelijken, vooral bij de socialistische „be
weging".
Welnu, waar nu zooveel factoren er toe mede
werken, om een onzelfstandig nummer van den
mensch te maken, ligt de explosiestoi voor con
flicten dik opgehoopt. Immers, een psycholo
gisch conflict ontstaat vooral dan, wanneer de
mensch niet die positie inneemt, die hij meent
te kunnen, te moeten innemen. Wat hem tegen
houdt, kan uiterlijke dwang of noodzaak, of in
nerlijke onbeslistheid en verwarring zijn. Wan
neer iemand een te hoog idee van zichzelf heeft,
heeft hij meer kans op psychologische conflic
ten, d. w. z. op diverse soorten van zenuwlijden,
dan wanneer hij zich zelf op de juiste waarde
schat. Anderszijds, wanneer hij door uiterlijke
factoren, als staatsdwang, domme economiscne
omstandigheden, een opdringerige vrouw, af
gunst van zijn soortgenooten enz. in zijn ont
wikkeling beperkt wordt, is er eveneens stof
voor een psychologisch conflict en verlies van
zelfbeheersching.
Welnu, de maatschappij, die er zich op be
roemt, modern te zijn, heeft eenerzijds den
mensch tot god gemaakt, dus hem een te hoog
idee van zichzelf gegeven, anderszijds is het
modern economisch en politiek systeem zoo, dat
de groote massa hoe langer zoo meer geproleta
riseerd, d. w. z. in haar ontwikkeling en waardig
heid gehinderd wordt. Van twee kanten komen
dus hier de oorzaken tot nervositeit. En let op, dit
is niet alleen het geval in de landen, waar de
economie overheerscht, zooals Engeland en Ne
derland, maar ook in een land, waar men het
nationaal prestige of het rasbewustzijn als de
hoogste waarde proclameert. Zonder twijfel zijn
de Duitsche idealen van ras en natie hooger
dan de idealen van niets dan geld en comfort;
maar dat neemt niet weg dat dit nationalistische
ideaal den mensch toch ook niet tot zelfstandig
heid vormt: de neiging tot staatskapitalisme is
daar nog veel te sterk.
Daarom geloof ik, dat de sociale opvoeding
in Duitschland nog zooveel stof tot zenuwlijden
met zich brengt, dat daardoor het effect van de
uitroeiing der minderwaardigen zeer aan be-
teekenis verliezen zal. Dit is een practische be
schouwing van de zaak: het is de vraag, of zij
de kwestie, n.l. de vermindering van zwakzin
nigheid, krankzinnigheid enz. wel op de juiste,
op de beste manier hebben aangepakt.
De veroordeeling van deze methoden door de
Kerk steunt echter niet op deze practische be
zwaren. Ook al zou men kunnen verwachten,
dat de Duitsche methode volkomen effectief
was, dan nog blijft de kwestie over, of het mid
del moreel geoorloofd is. Het doel heiligt de
middelen niet (wel, als de middelen in zich oe-
hoorlijk zijn).
Wanneer de Nederlandsche Staat haren kom
miezen opdracht geeft, om iedereen, die vlak bij
de grens gezien wordt, neer te schieten, is de
smokkelarij morgen geëindigd. Maar het middel
is in hooge mate onzedelijk, en zal daarom door
den Staat niet worden toegepast.
Sommige menschen raken door al het ge
praat over erfelijkheid van de wijs en weten
niet meer, of, nu alles een erfelijke eigenschap
schijnt te zijn, er ook nog wel plaats over is
voor den vrijen wil. In werkelijkheid echter zijn
noch de argumenten vóór, noch de argumenten
tegen den vrijen wil door de ontdekkingen der
erfelijkheidswetenschap ook maar iets veran
derd. Iemand, die van nature opvliegend is,
heeft dit aan zijn lichamelijke constitutie te
wijten; men weet tegenwoordig zelfs min of
meer, aan welke organen (vroeger dacht men:
de lever). De man is daarmee geboren; daarin
zit zijn geluk en ongeluk; geluk als hij zijn drift
ten goede Jeidt, zijn ongeluk, als hij zich daar
door laat meesleepen. Maar hij is er in elk ge
val mee geboren; daaraan heeft) de menschheid
als geheel nooit getwijfeld, en wij vinden die
overtuiging ook al duidelijk bü den grooten
Griekschen geneesheer Hippocrates, 450 jaar
vóór Christus. Dat kwam van de menging der
lichaamsvochten, meende men toen. Later,
vooral in de Middeleeuwen, meende men, dat 't
van de sterren kwam. Iemand, die onder de pla
neet Mars geboren is, was driftig, onder de pla
neet Saturnus zwijgzaam en afgetrokken enz.
Maar in elk geval het was hem aangeboren.
Tegenwoordig weet men, dat die aanleg niet door
de sterren komt, maar erfelijk is; maar dit heeft
met den vrijen wil evenwel en even weinig te
maken als de opinie, dat die constitutie door
de lichaamsvochten, of door de sterren bepaald
wordt. Iedereen heeft een bepaalde aangeboren
constitutie, hij is driftig, dapper, langzaam,
vlug, vreesachtig, vroolijk, bezadigd, min of meer
intelligent enz. enz. Die neigingen, driften,
hartstochten, die aanleg, die talenten zijn hem
aangeboren: daar heeft hij mee te werken; hij
heeft langs bepaalde lijnen, door zijn constitutie
voorgeschreven, de volmaaktheid te bereiken.
Of die aanleg nu uit de sterren komt, of van
zijn voorouders, maakt hem de zelfbeheersching
en de perfectie niets gemakkelijker en niets
moeilijker. In den tijd van de Renaissance wa
ren er menschen, die precies op dezelfde wijze
van de kook raakten en zeiden: de sterren be
schikken over ons lot, wij zijn machteloos, want
alles is in de sterren geschreven. Toen waren
het vooral de geleerden Marsilio Ficino en het
wonder van knapheid Pico della Mirandola,
die daartegen opkwamen en de formule vonden:
Astra inclinant, non determinant, wat men zou
kunnen vertalen met: „De sterren maken de
neiging, maar geen dwang." Hetzelfde is op de
erfelijkheid toe te passen. Men lette echter goed
op wat vrije wil beteekent. De vrije wil heeft
er niets over te beslissen of men blauwe of
bruine oogen heeft, en evenmin of men intelli
gent, muzikaal, langzaam, vlug enz. van na
ture is. De vrije wil is een zedelijke macht, dooi
den vrijen wil kan men het goede en het kwade
willen. Maar langzaamheid is, moreel gespro
ken, niet beter of slechter dan vlugheid, een
sterke sexueele aandrang, is moreel gesproken,
niet beter of slechter dan een zwakke. Het is
alleen maar de kwestie, hoe en waarvoor men
de neigingen en talenten werken laat, d. w. z,
voor het goede of het kwade. Langzaamheid b.v.
is prachtig voor een precies baantje, voor de
wijsbegeerte enz., maar mag niet traag worden.
Maar iemand, die een vluggen aanleg heeft,
doet eenvoudig dwaas, naar een langzamen aan
leg te verlangen. Iemand die voortvarend van
natuur is, doet dwaas, naar een anderen aan
leg te verlangen. De vrije wil verandert de aan
geboren en erfelijke constitutie niet, maar kan
wel door allerlei middelen oefening en levens
wijze de constitutie tot zulk een evenwicht
en beslistheid leiden, als noodig zijn om "s men
schen doel te bereiken.
DR. TH. H. SCHLICHTING
's GRAVENHAGE, 27 Aug. In de heden ge
houden laatste zitting van de Interparlemen
taire Unie bracht, na beëindiging van de debat
ten, de voorzitter een resolutie in stemming,
waarin de conferentie het zelfbeschikkingsrecht
der volkeren als een essentieel element voor de
internationale samenwerking zegt te beschou
wen.
Deze resolutie werd met een groote meerder
heid van stemmen aangenomen. (Tegen 5 stem
men en onthouding van Italië).
De voorzitter deelde daarop mede, dat graaf
Carton de Wiart herkozen is als president der
Unie.
De voorzitter resumeerde vervolgens de resul
taten, die deze conferentie heeft bereikt en
dankte de gedelegeerden voor hun medewerking.
Kapitein L. F. Plugge (Engeland) dankte na
mens alle gedelegeerden de Nêderlandsche groep
en in het bijzonder ir. Bongaerts. Hij verzeker
de, dat allen genoten hebben van de Neder
landsche gastvrijheid en de beste herinneringen
zullen bewaren aan het verblijf in dit mooie
land van kanalen en molens,
r
Spr. drukte zich eerst in het Engelsch uit,
daarna in het Fransch en besloot met en
kele woorden van dank in het Nederlandsch,
waaraan hij toevoegde een: „Lang leve Ko
ningin Wilhelmina, lang leve Prinses Juliana,
lang leve Prins Bernhard en lang leve Prin
ses Beatrix."
Nadat ir. Bongaerts voor deze woorden ge
dankt had, sloot hij de 34e conferentie der In
terparlementaire Unie.
Omtrent de paradevlucht tot besluit van hst
défilé der Weermacht voor H. M. de Koningin
op Maandag a.s., vernemen wij:
Ongeveer 14.30 starten de deelnemende vlieg
tuigen van de Koninklijke Landmacht van
Soesterberg, behoudens een jachtgroep, welke
van Schiphol vertrekt. De deelnemende vlieg
tuigen der Koninklijke Marine starten van
Y pen burg.
De vertrekuren zijn zoo geregeld, dat de de-
fiieercolonne tijdig wordt gevormd op een cir
cuit boven de Kager plassen.
De defileer-col#nne bestaat uit: 1 commando
groep van 3 vliegtuigen, waarin de comman
dant van de gezamenlijke luchtescaders (in
totaal ongeveer 90 vliegtuigen), de reserve-luit.-
generaal M. Raaymaakers, inspecteur der mili
taire luchtvaart, met beperkten staf.
Het escader der Koninklijke Marine, aange
voerd door den officier-vlieger der 1ste klasse,
D. J. R. Beugeling, bestaande uit een colonne
gevormd door drie afdeelingen van 5 vliegtui
gen, typen Fokker C. V. en Koolhoven F. K. 51.
Het escader der Koninklijke Landmacht, aan
gevoerd door den commandant der luchtvaart-
afdeeling, den luit.-kolonel F. A. van Heijsi.
bestaande uit 2 groepen F. K. 51 vliegtuigen,
2 groepen c. V. vliegtuigen, elk dezer groepen
samengesteld uit 2 afdeelingen van 7 vlieg
tuigen.
Voorts een groep van 11 Fokker C X vlieg
tuigen, in gesloten formatie, gevormd door de
Jachtgroep van Schiphol en een groep der mo
dernste vliegtuigen, samengesteld uit een lucht-
kruiser Fokker T. V. en 4 1-persoons jachtvlieg
tuigen Fokker D. 21.
Alle afdeelingen vliegen met 150 meter af
stand achter elkaar. In de afdeelingen de
vliegtuigen in V-formatie.
De commando-groep overvliegt te 15 uur 25
de lijn RuygenhoekMeijendell en ongeveer 1
minuut later het defileerpunt, waar H. M. het
defile afneemt. Met deze groep zal een lichte
nijging voor H. M. worden gemaakt.
Nadat de colonne het defileerpunt is gepas
seerd, maakt de jachtgroep onder bevel van
kapitein H. van Weerden Poelman zich los
van de colonne, keert terug en vormt een „W"
in de lucht, tot besluit van de eerbiedige hulde,
welke de Weermacht brengt aan H. M. de Ko
ningin.
b d» afstand tussch^A den"' uHersJeru--1
zijkant van uw auto eii de bintenzijde
van het koplampglas soms ook groote»
dan 40 centimeter?
Dat moogt u wel eens nameten, wam
In dat geval hebt u