Simon doet een beroep op aller vredeswil SPIEGEL, INC Eugenese III LONDEN GELOOFT AAN VREEDZAME OPLOSSING BRIAND-KELL OGG-PA CT TIEN JAAR De opwinding te Jaffa Certificaten van Tien Gewone Aandeelen met een Nominale waarde van 2 1 ZONDAG 28 AUGUSTUS 1938 Ten aanzien van Tsjecho-Slowa- kije verwijst hij naar een rede van Chamberlain van Maart j.l. Trouw aan het ideaal van den Volkenbond Het Volkenbonds-ideaal mm Churchill en Inskip spreken Chamberlain's rede Cordell Huil betreurt den oorlogs- zuchtigen geest, die valt waar te nemen Betoogingen en plunderingen houden aan Vliegtuigongeluk in Frankrijk gevestigd te CHICAGO. Ondergeteekenden berichten dat zij, van Maandag, 29 Augustus 1938 af, ter Beurze van Amsterdam zullen doen verhandelen, der bovengenoemde vennootschap, uit te geven door Administratiekantoor „Interland" N.V. te Amsterdam. De opneming der certificaten onder Rubriek II in de Prijscourant van de Vereeniging voor den Effectenhandel te Amsterdam is aangevraagd. Exemplaren van een Bericht zijn ten kantore van ondergeteekenden verkrijgbaar, alwaar ook een exemplaar van het laatste jaarverslag van Spiegel, Inc. ter inzage ligt. Amsterdam, Augustus 1938. L. SLIJPER. In aansluiting aan bovenstaande mededeeling bericht Administratiekantoor „Interland" N.V., gevestigd te Amsterdam, dat zij een afdeeling geopend heeft voor de administratie der Gewone Aandeelen SPIEGEL, INC. Exemplaren der voorwaarden van administratie zijn te haren kantore, Tesselschadestraat 12, verkrijgbaar. Amsterdam, 25 Augustus 1938. In Tsjecho-Slowakije Sovjet-troepen in een benarde positie Ingesloten door overstroomingen bij Tsjangkoefeng VAN VRACHTAUTO GESLAGEN Jongen op slag gedood PATROUILLE AANGEREDEN Twee militairen werden gewond De Interparlementaire Unie 34e conferentie gesloten met een zegenwensch voor de leden van ons Koninklijk Huis EEN PARADEVLUCHT Besluit van het défilé der Weermacht iwt Stads- of Spatbordlampjes noodig LONDEN, 27 Aug. (Reuter). Sir John Simon heeft heden te La nark de rede gehouden, die eenige dagen geleden was aangekondigd. In deze rede zeide hij o.m.,,Ik zou de algemeene politiek der Britsche regeering op buitenlandsch gebied willen schetsen als een positieve vre despolitiek. Dit jaar is een jaar van veel zorg en moei lijkheden geweest en het leiderschap van Cham berlain is door niets meer gekenmerkt dan door de vastberaden pogingen, welke hij en Halifax in het werk hebben gesteld om de span ning te doen verminderen en een kalmeerim tot stand te brengen. Er is geen reden, waarom wij een politiek zouden voeren alsof geen vriendschap mo gelijk is met staten van een geheel ander politiek stelsel. Ik wijs de gedachte, dat oor log onvermijdelijk is, af, en zou eerder de opvatting willen verkondigen, dat oorlog nooit onvermijdelijk is, wanneer alle volken gelijkelijk hun best willen doen om de oor zaken weg te nemén, welke tot oorlog zou den kunnen leiden en in een geest van .eer lijkheid oplossingen voor welke moeilijk heden ook willen zoeken. De Britsche invloed is steeds aan de zijde van den vrede geweest." Simon zeide, dat de Britsche herbewapening geen wantrouwen in andere landen teweeg brengt, omdat ieder weet, dat de Britsche wa penen nooit gebruikt zullen worden voor een agressief doel. De inspanning der Britsche re geering is geheel gericht op de versterking van de instellingen des vredes, en de aanvaarding van argument en rede bij de beslechting var internationale geschillen. Want, aldus Simon, wij zijn er van over tuigd, dat echte oplossingen niet gevonden kunnen worden door geweld. Nog afgezien van de verliezen aan menschenlevens kan een gew-eldmaatregel gemakkelijk aanleiding geven tot reacties, die in zekere omstandig heden andere mogendheden dan de strijden de partijen zouden kunnen meesleuren. En wanneer deze procedure eenmaal begonnen is: wie zal dan zeggen, waar zij eindigt? De verwerkelijking van deze gedachte, aldus Simon, heeft geleid tot de aanvaarding van idealen en de beginselen, die den grondslag van den Volkenbond vormen en de Britsche re geering betreurt het ten zeerste, dat de afwe zigheid van een aantal belangrijke staten den Bond zoo ernstig verzwakt heeft. Indien echter gebleken is, dat een werk tuig niet in staat blijkt iederen last te dra gen, dan beteekent dat nog niet, dat wij zijn beginselen zouden moeten verzaken: integendeel, het ideaal van den Volken bond, vervanging van het geweld door de rede en het recht, is een mooie inspireeren- de gedachte, waarvoor wij zullen blijven werken. Ik geloof, dat alle landen evenals Engelana een groot verlangen naar den vrede en een haat tegen den oorlcg hebben. In vele landen van Europa verwachten mannen en vrouwen, dat zij zich moeten voorbereiden op de gevaren en de verschrikkingen van een luchtoorlog. Maar juist dat feit kan ons hoop geven, want nergens kan een regeering zoo onverschillig staan tegenover de gedachten van haar volk, dat zij niet wees dat het volk die verschrikkingen wil vermijden Inderdaad groot is de verantwoordelijkheid van elk, die door zijn optreden het menschelijke kwaad heeft veroorzaakt, dat den oorlog be geleidt. Terwijl er belangen en plichten zijn, die ons, ons volk en het volk van het Brit sche rijk aangaan, en die beschermd moeten worden, zullen we altijd het geheele gewicht van onzen invloed aanwenden om het uitbre ken van een oorlog, waar ter wereld ook, voorkomen en altijd onze bijdrage leveren tot de handhaving van den vrede. Dit geeft, naai ik meen, op juiste wijze de kern der Britsche tuitenlandsche politiek weer en wij gelooven daarbij den steun van het Britsche volk en in groote mate de sympathie van andere landen te hebben. In het speciale geval van Tsjecho- Slowakije, waaraan wij thans zeer onze aandacht schenken, is het Sir John Simon DE OPTIMIST „Zoo en geeft U me nu gelijk nog een hangmat mee!" standpunt van Engeland volkomen nauwkeurig uiteengezet in de rede, die Chamberlain op 24 Maart van dit jaar in het parlement heeft gehouden. Die verklaring geldt ook vandaag. Aan haar inhoud behoeft niets te worden toegevoegd of gewijzigd. Voor een oplossing van het Tsjecho-Slowaak- sche vraagstuk zijn bijdragen van alle betrok kenen noodig. Als regeering hebben wij in deze kwestie een werkelijk probleem gezien, dat drin gend oplossing behoeft. En wij zijn er van over tuigd, dat een oplossing kan worden gevonden, die allen belangen recht doet wedervaren, in dien aan beide zijden een goede wil wordt ge toond. Het behoeft geen betoog, dat het zeer belangrijk is een Vreedzame oplossing te vin den, want in onze moderne tijden kennen de oorlogsreacties geen grenzen meer. Sïmon herinnerde vervolgens aan de bekende rede van Cordell Hull over de noodzakelijkheid van vervanging van den oorlog door vriend schappelijke samenwerking en zeide: „Wat Huil zeide en wat Roosevelt eenige dagen later verklaarde, moet in menig Britsch hart weerklank hebben gevonden en daarom heeft de Britsche regeering haar invloed aangewend bij beide partijen in het conflict om er op aan te dringen, dat men redelijk zou zijn bij de pogingen tot het vinden van een oplossing." „Runciman, aldus zeide Simon verder, is geen scheidsrechter of rechter, maar bemiddelaar en viiend. De goede wenschen van de geheele we reld, die beseft hoeveel van zijn succes afhangt, vergezellen Runciman in zijn taak. Hij is te Praag niet als vertegenwoordiger der Britsche regeering, maar als vertegenwoor diger van allen, die gerechtigheid willen en den vrede liefhebben. Zooals ik reeds zeide, ge looven wij zeker in een vreedzame oplossing, indien de goede geest overheerscht." Terwijl Sir John Simon te Nanark heeft gesproken over de politiek van de Britsche re geering, hebben andere vooraanstaande perso nen gesproken over de gevaren van den huldi gen politieken toestand. Te Theydenbois in Essex heeft Winston Chur chill het wcord gevoerd. Hij zeide o.a., dat de wereld op weg is naar een nieuwe crisis. Een oorlog is zeker niet onvermijdelijk, doch het gevaar is niet geweken, zoolang de groote Duitsche legers niet ontbonden zijn. Alle hoop is thans ge vestigd op Hitier. Te Perth heeft Inskip verklaard, dat hij een oorlog niet onvermijdelijk achtte, omdat een mogendheid, welke zoo eensgezind is als de Britsche, een kracht heeft, welke door niets kan worden geschokt. Wat betreft Tsjecho-Slowakije zeide Inskip, dat de gebeurtenissen leiden naar een beslissing. Ter verduidelijking van Simon's woorden ge ven wij hier in het kort de verklaring weer, die Chamberlain op 24 Maart j.l. in een rede voor het Lagerhuis gaf. Hierin zette de Britsche pre mier uiteen, dat, indien Engeland automa- tischen bijstand beloofde via Frankrijk ofwel direct aan Tsjecho-Slowakije, de beslissing op het critieke oogenblik aan de Britsche regeering onttrokken zou worden, die geen recht meer zou hebben rekening te houden met gewijzigde omstandigheden. Bovendien treden in dit geval de Britsche belangen niet zoo op den vcorgrond als in het geval, dat Frankrijk of België zou worden aangevallen. „Om deze redenen," verklaarde Chamberlain, „acht de Britsche regeering zich niet in staat, dezen waarborg te geven. Terwijl ik eenvoudig melding maak van deze beslissing, wensch ik daaraan toe te voegen, dat bij oorlog en vrede niet alleen juiridischie verplich tingen betrokken zijn. Het is onwaar schijnlijk, dat de oorlog slechts beperkt blijft tot degenen, die dergelijke verplichtingen aanvaard hebben. Het is onmogelijk te zeggen, waar een oorlog zou ophouden en welke regeering erin betrokken zou worden." WASHINGTON, 27 Aug. (Reuter). Cordell Huil heeft een verklaring gepubliceerd, waarin hij de aandacht vestigt op den tienden verjaar dag van het Briand-Kellogg-pact. Hij noemt alle onderteekenaars, ook Duitschland, Italië en Japan. Verder verklaart hij, dat het zeer tra gisch is, dat, hoewel de ondervinding heeft ge leerd, dat zelfs geen overwinnaar iets in een oorlog kan winnen, toch in sommige deelen van de wereld wordt gestreden en conflicten onzeg bare ellende brengen aan millioenen, terwijl in andere deelen van de wereld de oorlogsgeest wordt geëerd. Van het al of niet nakomen van de plechtige beloften van tien jaar geleden hangt het bewaren van alles, wat waarde heeft, in het leven af. JAFFA, 27 Aug. (Havas). De opwinding te Jaffa, veroorzaakt door den aanslag van gisteren, duurt voort. Het verkeer ligt stil. De menigte houdt betoogingen en eenige agenten, die bedreigd werden, moesten van de vuurwapenen gebruik maken, waarbij twee Arabieren gewond werden. Verschei dene Joodsche winkels zijn geplunderd en in brand gestoken. Na 19 uur mag niemand zich op straat begeven. PAU, 27 Aug. (Havas). Twee Fransche mili taire vliegtuigen zijn tijdens een nachtvlucht Nieuwe Doelenstraat 68. VAN Twee toto's, genomen bij de verovering van de stad Castellon door de troepen van generaal Franco. Links de bewoners der stad vieren de overwinning, rechts de roode troepen verlaten de stad neergestort. De acht inzittenden zijn in de vlammen omgekomen. In dichten mist zijn vanochtend bij Zilina in Slowakije twee militaire vliegtuigen tegen elkaar gebotst en omlaag gestort. De vier inzittenden zijn om het leven gekomen. KEIJO, 27 Aug. (Domei). Sovjet-Russische troepen bij Tsjangkoefeng zijn, tengevolge van de hevige regens van den laatsten tijd, geheel van het achterland afgesneden. Sedert 22 Augus tus worden de troepen door middel van vlieg tuigen van proviand voorzien. Volgens de berichten is een groot gebied ten Oosten en Noordoosten van Tsjangkoefeng over stroomd. Vele huizen en bruggen zijn wegge slagen. Zaterdag is op den nieuwen rijksweg te Delft een doodelijk ongeval gebeurd. Een jongen, die boven op een met raamlijsten geladen vracht auto was geklommen, werd daarvan afgeslagen, toen de auto onder de viaduct bij de Brassers- Kade doorging. Hij kwam zoo ongelukkig op het wegdek te recht, dat hij vrijwel op slag dood was. De po litie heeft het lijk naar het ziekenhuis te Delft overgebracht en stelt een onderzoek in. Het slachtoffer is vermoedelijk een 14-jarige jongen uit Rotterdam. Te 's-Gravenhage is op de Alkemadelaan bij den ingang van de Alexanderkazerne een mili taire patrouille, welke de wacht ging aflossen van achteren aangereden door een personen auto, welke na de aanrijding doorreed. Twee militairen werden bij deze aanrijding gewond. De miliciens A. S. B. en C. B., beiden 20 jaar oud, kregen verwondingen aan het voorhoofd en kneuzingen aan de beenen. Beiden werden naar het militair hospitaal vervoerd. De politie stelt een onderzoek in naar den auto, welke de aanrijding heeft veroorzaakt. Men weet, dat er in Duitschland veel gedaan wordt om het ras te verbeteren. Tal van men- schen, van wie men verwacht, dat zij een defect nageslacht ter wereld zouden kunnen brengen, worden onvruchtbaar gemaakt door een ope ratie. Men weet evenzeer dat de Kerk deze vrij- heidsberooving heeft veroordeeld. Het staat zeer te betwijfelen, of de Duitsche staat met deze maatregelen een eenigszins be langrijk succes zal hebben. Het wordt in Duitschland in 't algemeen, of liever onder de machthebbers, als een biologische kwestie be schouwd, d. w. z. men meent, dat de aanwas van krankzinnigen en zwakzinnigen en lijders aan vallende ziekten voor het grootste deel ver oorzaakt wordt door een zwak lichaam. Welis waar zegt men vaak, dat ook geestelijke eigen schappen erfelijk zijn, maar men bedoelt daar mede die z.g. geestelijke eigenschappen, die van de constitutie van het lichaam afhangen. De Duitsche machthebbers meenen dus niet, dat de aanwas van al die lijders in hoofdzaak ol zelfs voor een belangrijk deel, gelegen is in op voeding en zelf-opvoeding. Ik voor mij meen, dat men deze factoren daar thans onderschat. Hoe staat het eigenlijk met het wetenschap pelijk bewijs? Men weet, dat die lijders naar een bepaald percentage voortkomen uit fami lies, waar een dergelijk lijden meer voorkomt. Laat nu de kinderen van daaraan lijdende ouders voor 25 pCt. deze ziekte overnemen, dan vraagt men zich af, waaraan de overige 75 pOt. die ziekte te wijten hebben. Er blijft altijd nog een groot percentage over, als men die lijders, die onder grootouders, ooms en tantes enz. lot- genooten vinden, aftrekt; dan nog, zeg ik, blijft er een groot percentage over, waar de ziekte door erfelijkheid niet verklaard kan worden. Er is menig geleerde, die er van overtuigd is, dat ook hier de opvoeding en de zelf-opvoeding een heel belangrijke rol spelen. Ofschoon nu opvoeding en zelf-opvoeding ten slotte zuiver persoonlijk zijn, ofschoon, beter gezegd, de zelf-opvoeding tenslotte over alles triomfeeren kan, is het toch, in het algemeen beschouwd, een sociale kwestie. Zoodra men den socialen kant van het probleem beschouwt, wordt er in eens heel veel duidelijk. De opvoeding n.l. heeft maar één doel en dat is de menschen zelf standig te maken; dat is te leeren hun verstand te gebruiken en daarnaar te handelen en te leven. Men helpt dit tot stand te brengen door onderwijs, ontwikkeling, gewoontevorming, as- kese enz.; maar de zelfstandigheid is het doel Beschouw nu de sociale opvoeding: is deze er op gericht, de menschen zelfstandig te maken? Werken de sociale factoren, dus onderwijs, de courant, de radio, de publieke opinie, mede om den mensch zelfstandig te maken? Integendeel zij werken er allen toe mee, om een genummer- den loonslaaf van hem te maken. Zelfs de ar beidersbeweging hoe vreemd het ook moge klinken en hoe waar het ook moge zijn, dat zij daarmee zich zelf tenslotte geen goed doet werkt er toe mede, den mensch onzelfstandig te maken. Er is in de arbeidersbeweging vaak een eigenaardige ressentiment tegen de kleine onafhankelijken, vooral bij de socialistische „be weging". Welnu, waar nu zooveel factoren er toe mede werken, om een onzelfstandig nummer van den mensch te maken, ligt de explosiestoi voor con flicten dik opgehoopt. Immers, een psycholo gisch conflict ontstaat vooral dan, wanneer de mensch niet die positie inneemt, die hij meent te kunnen, te moeten innemen. Wat hem tegen houdt, kan uiterlijke dwang of noodzaak, of in nerlijke onbeslistheid en verwarring zijn. Wan neer iemand een te hoog idee van zichzelf heeft, heeft hij meer kans op psychologische conflic ten, d. w. z. op diverse soorten van zenuwlijden, dan wanneer hij zich zelf op de juiste waarde schat. Anderszijds, wanneer hij door uiterlijke factoren, als staatsdwang, domme economiscne omstandigheden, een opdringerige vrouw, af gunst van zijn soortgenooten enz. in zijn ont wikkeling beperkt wordt, is er eveneens stof voor een psychologisch conflict en verlies van zelfbeheersching. Welnu, de maatschappij, die er zich op be roemt, modern te zijn, heeft eenerzijds den mensch tot god gemaakt, dus hem een te hoog idee van zichzelf gegeven, anderszijds is het modern economisch en politiek systeem zoo, dat de groote massa hoe langer zoo meer geproleta riseerd, d. w. z. in haar ontwikkeling en waardig heid gehinderd wordt. Van twee kanten komen dus hier de oorzaken tot nervositeit. En let op, dit is niet alleen het geval in de landen, waar de economie overheerscht, zooals Engeland en Ne derland, maar ook in een land, waar men het nationaal prestige of het rasbewustzijn als de hoogste waarde proclameert. Zonder twijfel zijn de Duitsche idealen van ras en natie hooger dan de idealen van niets dan geld en comfort; maar dat neemt niet weg dat dit nationalistische ideaal den mensch toch ook niet tot zelfstandig heid vormt: de neiging tot staatskapitalisme is daar nog veel te sterk. Daarom geloof ik, dat de sociale opvoeding in Duitschland nog zooveel stof tot zenuwlijden met zich brengt, dat daardoor het effect van de uitroeiing der minderwaardigen zeer aan be- teekenis verliezen zal. Dit is een practische be schouwing van de zaak: het is de vraag, of zij de kwestie, n.l. de vermindering van zwakzin nigheid, krankzinnigheid enz. wel op de juiste, op de beste manier hebben aangepakt. De veroordeeling van deze methoden door de Kerk steunt echter niet op deze practische be zwaren. Ook al zou men kunnen verwachten, dat de Duitsche methode volkomen effectief was, dan nog blijft de kwestie over, of het mid del moreel geoorloofd is. Het doel heiligt de middelen niet (wel, als de middelen in zich oe- hoorlijk zijn). Wanneer de Nederlandsche Staat haren kom miezen opdracht geeft, om iedereen, die vlak bij de grens gezien wordt, neer te schieten, is de smokkelarij morgen geëindigd. Maar het middel is in hooge mate onzedelijk, en zal daarom door den Staat niet worden toegepast. Sommige menschen raken door al het ge praat over erfelijkheid van de wijs en weten niet meer, of, nu alles een erfelijke eigenschap schijnt te zijn, er ook nog wel plaats over is voor den vrijen wil. In werkelijkheid echter zijn noch de argumenten vóór, noch de argumenten tegen den vrijen wil door de ontdekkingen der erfelijkheidswetenschap ook maar iets veran derd. Iemand, die van nature opvliegend is, heeft dit aan zijn lichamelijke constitutie te wijten; men weet tegenwoordig zelfs min of meer, aan welke organen (vroeger dacht men: de lever). De man is daarmee geboren; daarin zit zijn geluk en ongeluk; geluk als hij zijn drift ten goede Jeidt, zijn ongeluk, als hij zich daar door laat meesleepen. Maar hij is er in elk ge val mee geboren; daaraan heeft) de menschheid als geheel nooit getwijfeld, en wij vinden die overtuiging ook al duidelijk bü den grooten Griekschen geneesheer Hippocrates, 450 jaar vóór Christus. Dat kwam van de menging der lichaamsvochten, meende men toen. Later, vooral in de Middeleeuwen, meende men, dat 't van de sterren kwam. Iemand, die onder de pla neet Mars geboren is, was driftig, onder de pla neet Saturnus zwijgzaam en afgetrokken enz. Maar in elk geval het was hem aangeboren. Tegenwoordig weet men, dat die aanleg niet door de sterren komt, maar erfelijk is; maar dit heeft met den vrijen wil evenwel en even weinig te maken als de opinie, dat die constitutie door de lichaamsvochten, of door de sterren bepaald wordt. Iedereen heeft een bepaalde aangeboren constitutie, hij is driftig, dapper, langzaam, vlug, vreesachtig, vroolijk, bezadigd, min of meer intelligent enz. enz. Die neigingen, driften, hartstochten, die aanleg, die talenten zijn hem aangeboren: daar heeft hij mee te werken; hij heeft langs bepaalde lijnen, door zijn constitutie voorgeschreven, de volmaaktheid te bereiken. Of die aanleg nu uit de sterren komt, of van zijn voorouders, maakt hem de zelfbeheersching en de perfectie niets gemakkelijker en niets moeilijker. In den tijd van de Renaissance wa ren er menschen, die precies op dezelfde wijze van de kook raakten en zeiden: de sterren be schikken over ons lot, wij zijn machteloos, want alles is in de sterren geschreven. Toen waren het vooral de geleerden Marsilio Ficino en het wonder van knapheid Pico della Mirandola, die daartegen opkwamen en de formule vonden: Astra inclinant, non determinant, wat men zou kunnen vertalen met: „De sterren maken de neiging, maar geen dwang." Hetzelfde is op de erfelijkheid toe te passen. Men lette echter goed op wat vrije wil beteekent. De vrije wil heeft er niets over te beslissen of men blauwe of bruine oogen heeft, en evenmin of men intelli gent, muzikaal, langzaam, vlug enz. van na ture is. De vrije wil is een zedelijke macht, dooi den vrijen wil kan men het goede en het kwade willen. Maar langzaamheid is, moreel gespro ken, niet beter of slechter dan vlugheid, een sterke sexueele aandrang, is moreel gesproken, niet beter of slechter dan een zwakke. Het is alleen maar de kwestie, hoe en waarvoor men de neigingen en talenten werken laat, d. w. z, voor het goede of het kwade. Langzaamheid b.v. is prachtig voor een precies baantje, voor de wijsbegeerte enz., maar mag niet traag worden. Maar iemand, die een vluggen aanleg heeft, doet eenvoudig dwaas, naar een langzamen aan leg te verlangen. Iemand die voortvarend van natuur is, doet dwaas, naar een anderen aan leg te verlangen. De vrije wil verandert de aan geboren en erfelijke constitutie niet, maar kan wel door allerlei middelen oefening en levens wijze de constitutie tot zulk een evenwicht en beslistheid leiden, als noodig zijn om "s men schen doel te bereiken. DR. TH. H. SCHLICHTING 's GRAVENHAGE, 27 Aug. In de heden ge houden laatste zitting van de Interparlemen taire Unie bracht, na beëindiging van de debat ten, de voorzitter een resolutie in stemming, waarin de conferentie het zelfbeschikkingsrecht der volkeren als een essentieel element voor de internationale samenwerking zegt te beschou wen. Deze resolutie werd met een groote meerder heid van stemmen aangenomen. (Tegen 5 stem men en onthouding van Italië). De voorzitter deelde daarop mede, dat graaf Carton de Wiart herkozen is als president der Unie. De voorzitter resumeerde vervolgens de resul taten, die deze conferentie heeft bereikt en dankte de gedelegeerden voor hun medewerking. Kapitein L. F. Plugge (Engeland) dankte na mens alle gedelegeerden de Nêderlandsche groep en in het bijzonder ir. Bongaerts. Hij verzeker de, dat allen genoten hebben van de Neder landsche gastvrijheid en de beste herinneringen zullen bewaren aan het verblijf in dit mooie land van kanalen en molens, r Spr. drukte zich eerst in het Engelsch uit, daarna in het Fransch en besloot met en kele woorden van dank in het Nederlandsch, waaraan hij toevoegde een: „Lang leve Ko ningin Wilhelmina, lang leve Prinses Juliana, lang leve Prins Bernhard en lang leve Prin ses Beatrix." Nadat ir. Bongaerts voor deze woorden ge dankt had, sloot hij de 34e conferentie der In terparlementaire Unie. Omtrent de paradevlucht tot besluit van hst défilé der Weermacht voor H. M. de Koningin op Maandag a.s., vernemen wij: Ongeveer 14.30 starten de deelnemende vlieg tuigen van de Koninklijke Landmacht van Soesterberg, behoudens een jachtgroep, welke van Schiphol vertrekt. De deelnemende vlieg tuigen der Koninklijke Marine starten van Y pen burg. De vertrekuren zijn zoo geregeld, dat de de- fiieercolonne tijdig wordt gevormd op een cir cuit boven de Kager plassen. De defileer-col#nne bestaat uit: 1 commando groep van 3 vliegtuigen, waarin de comman dant van de gezamenlijke luchtescaders (in totaal ongeveer 90 vliegtuigen), de reserve-luit.- generaal M. Raaymaakers, inspecteur der mili taire luchtvaart, met beperkten staf. Het escader der Koninklijke Marine, aange voerd door den officier-vlieger der 1ste klasse, D. J. R. Beugeling, bestaande uit een colonne gevormd door drie afdeelingen van 5 vliegtui gen, typen Fokker C. V. en Koolhoven F. K. 51. Het escader der Koninklijke Landmacht, aan gevoerd door den commandant der luchtvaart- afdeeling, den luit.-kolonel F. A. van Heijsi. bestaande uit 2 groepen F. K. 51 vliegtuigen, 2 groepen c. V. vliegtuigen, elk dezer groepen samengesteld uit 2 afdeelingen van 7 vlieg tuigen. Voorts een groep van 11 Fokker C X vlieg tuigen, in gesloten formatie, gevormd door de Jachtgroep van Schiphol en een groep der mo dernste vliegtuigen, samengesteld uit een lucht- kruiser Fokker T. V. en 4 1-persoons jachtvlieg tuigen Fokker D. 21. Alle afdeelingen vliegen met 150 meter af stand achter elkaar. In de afdeelingen de vliegtuigen in V-formatie. De commando-groep overvliegt te 15 uur 25 de lijn RuygenhoekMeijendell en ongeveer 1 minuut later het defileerpunt, waar H. M. het defile afneemt. Met deze groep zal een lichte nijging voor H. M. worden gemaakt. Nadat de colonne het defileerpunt is gepas seerd, maakt de jachtgroep onder bevel van kapitein H. van Weerden Poelman zich los van de colonne, keert terug en vormt een „W" in de lucht, tot besluit van de eerbiedige hulde, welke de Weermacht brengt aan H. M. de Ko ningin. b d» afstand tussch^A den"' uHersJeru--1 zijkant van uw auto eii de bintenzijde van het koplampglas soms ook groote» dan 40 centimeter? Dat moogt u wel eens nameten, wam In dat geval hebt u

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 6