Engeland neemt geen risico D VEERTIG JAREN WÉT ACTIVITEIT VAN DE BRITSCHE POLITICI Hoofdpijn, Kiespijn. ÏSThSS Kerkelijk leven VRIJDAG 2 SEPTEMBER 1938 HET KONINKLIJK BEZOEK AAN AMSTERDAM Voorgeschreven kleeding der officieren BUITENLANDSCH OVERZICHT Het woord is thans aan den rijkskanselier èsf, Ai HPt - t Ziekte van Weil HET „OVERIJSELSCH DAGBLAD Inspecteur Geneeskundigen dienst der Landmacht Twee gevallen te Enschede geconstateerd MOTORISEERING IN DE MISSIES Oproep van de M.I.V.A. Het Godloozencongres te Londen Gezamenlijk eerherstel van katholiek Nederland OVERMAKEN VAN LOONEN UIT DUITSCHLAND Wijziging in de regeling te wachten DE BUITENLANDSCHE HANDEL VAN CHINA Actieve handelsbalans in de maand Juni Rome-reis van Rotala Neerlandica H.H. WIJDINGEN Audiëntie Kinderverlamming De zgn. „nationale film", vervaar digd ter gelegenheid van het veertigjarig regeeringsjubileum van H. M. de Koningin, is in meer dan één opzicht de mislukking geworden, welke de niet bedriegende voorteekenen reeds deden vreezen. In plaats van een superieur en suggestief kunstwerk, dat een boeiende synthese geeft van de ont wikkeling en het karakter van het leven der natie in de veertig jaren, waarin onze geliefde Koningin met wijsheid en beleid het land heeft bestuurd, is een oppervlakkig middelmatigheidsproduct tot stand gekomen, dat ondanks de tech nische vaardigheid van den regisseur Gréville niet beantwoordt aan de de eischen, welke aan een waar dige en waarachtige huldiging van onze Vorstin ter gelegenheid van Haar jubileum gesteld moeten worden. Een kostbare kans is hier op kostbare wijze verspeeld. En dat is te meer te betreu ren, omdat het voorkomen had kunnen worden. Wij behoeven ons hierover niet méér op te winden dan over b.v. een mislukte feestversiering of een niet ge slaagden feestavond. Voor het Nationale Dagblad echter is deze mislukking een gretig aangegrepen aanleiding om in de meest opgeschroefde bewoordingen en gevoelens lucht te geven aan zijn anti semitisme en het houden van een ko- lommenlange charge volgens de strate gie van zijn dragonder-politiek. Het ver makelijke daarbij is, dat het zich ver galoppeert op een wijze, waardoor het geheel het drijven van de N.S.B. zelve als overbodig en ongerechtvaardigd dis- qualificeert. Uiteenzettend, wat de „na tionale film" niet geworden is, maar had moeten en kunnen zijn, schrijft Mus- sert's blad met vette letters o.m. het volgende: „Een heerlijke, frisch klaterende (wat een perspectief voor filmische geluids techniek!) geestrijke symphonie van een klein volk in de rij der stated, klein in getal, groot door zijn daden. Een docu mentatie in den levenden volkschen geest, getooid met feiten uit het moe derland en de overzeesche gewesten. Het was dan geen verhaaltje geworden, doch een heerlijk heldenepos, een spannend stukje historie van het leven van den boer, den arbeider, den middenstander, ieder in zijn gilde. Dan ware een eere plaats gegeven aan het Oranjehuis, dat in traditie van eeuwen de leiding van dit werkend volk heeft gehad en geve God het spoedig ook weer zal krij gen." Het was en is dus volgens het „Na tionale Dagblad" mogelijk een dergelijk „heerlijk heldenepos" samen te stellen over de afgeloopen veertig jaar, waarin H. M. de Koningin plichtsgetrouw overeenkomstig de demo cratische grondwet van ons land heeft geregeerd. In de afgeloopen veertig jaren is dus ook volgens het „Nationale Dagblad" ons kleine volk zoo groot ge weest door zijn daden, dat het in een heerlijke filmsymphonie verheerlijkt had kunnen worden. Het is alleen nu juist niet een directe hulde voor onze Koningin, dat het „Nationale Dagblad" meent, dat dit mogelijk is geweest, on danks het feit, dat gedurende die veer tig jaren aan het Oranjehuis niet de eerepiaats is gegeven, die het overeen komstig de traditie van eeuwen in de leiding van ons werkend volk had moe ten hebben. MaÜr afgezien van dit kleine déraillement zijn wij toch blij, dat de nationale film juist door haar misluk king de N.S.B. tot het inzicht schijnt te hebben gebracht, dat onze „demo-libe rale" staat gedurende veertig jaren stof te over heeft samen gebracht voor een documentair heldenepos in den leven den volkschen geest. Wij wachten nu op de eenige logische conclusie, welke het „Nationale Dagblad" zal hebben te trek ken, n.l. dat de N.S.B. zoo snel mogelijk heeft te verdwijnen als een beweging, wier program en streven totaal overbo dig zijn gebleken. De garnizoenscommandant te Amsterdam deelt ons mede, dat officieren, die tijdens het bezoek van H.M. de Koningin aan Amsterdam van 5 tot en met 12 September 1938 aldaar in uniform gekleed in het openbaar verschijnen, gekleed moeten zijn in de dagelijksche tenue met wandelsabel of in gekleede tenue. Officieren, die tijdens voormeld bezoek, in uniform gekleed plechtigheden of feestelijkhe den bijwonen, waarbij leden van het vorstelijk <huis tegenwoordig zijn, moeten voor zooveei Jfcet bezit daarvan voor hen verplichtend is 4e ceremonieele tenue dragen. Laatstgenoemde tenue zal tevens gedragen worden bij de ontvangsten van het uitvoerend comité der huldigingscommissie 1938 in het Rijksmuseum te Amsterdam op 6 en 10 Sep tember 1938. Bij andere feestelijkheden ter eere van het regeeringsjubileum van H.M. de Koningin zal de gekleede tenue met halssnoer c.q. vang snoer met verlengstuk of giberne en ridderor den, eereteekenen, medailles enz. van model formaat worden gedragen. Officieren, voor wie het bezit van de „don kere uniform" facultatief is gesteld en die niet in het bezit zijn van deze tot de gekleede en ceremonieele tenue behoorende kledingstuk ken, dragen in voornoemde gevallen, waarin de ceremonieele tenue of de gekleede tenue met halssnoeren enz. wordt gedragen, de dagelijk sche tenue met wandelsabel en ridderorden, eereteekenen, medailles enz. van modelformaat. Het „derde plan" van de Tsjecho-Slowaak- sche regeering is thans uitgewerkt; voor zoover men de mededeelingen, die daaromtrent verschenen zijn, mag gelooven, komt het in groote lijnen inderdaad neer op 'n kantonnaal stelsel, analoog aan het Zwitsersche, zooals reeds eenigen tijd geleden was gesugge reerd. De concessies die de Tsjecho-Slbwaak- sche regeering doet, schijnen ver te gaan, hoe wel uit Londen geluiden vernomen worden, die erop wijzen, dat men daar die concessies niet ruim genoeg acht. De Sudeten-Duitschers schij nen de nieuwe voorstellen wel 'n aanvaardbare basis voor verdere onderhandelingen te ach ten, al hebben zij uiteraard hun reserves, en de hevige spanning, die in de eerste dagen van deze week rondom het Tsjecho-Slowaaksche vraagstuk was ontstaan, is in belangrijke mate verminderd; men spreekt zelfs van een voor- loopige regeling, die een atmbsfeer van rust zou scheppen, waarin de partijen het vraagstuk tot een oplossing kunnen brengen. Intusschen is Henlein naar Obersalzberg vertrokken, op aandringen van Lord Runciman, die den Duit- schen rijkskanselier voor wou zijn in het ge val, dat deze een verklaring zou willen afleg gen. Hitier zal in alle gevallen de houding der Sudeten-Duitsche partij zooal niet bepalen, dan toch moeten bekrachtigen, en aldus de ver antwoording moeten nemen voor de toe komstige gebeurtenissen, welke verantwoorde lijkheid de Duitsche pers eenige dagen geleden nog afwees. De Fuehrer, aldus zeide dezer da gen een nationaal-socialistische spreker, laat geen enkelen factor onzeker. Er is geen reden om dit te betwijfelen, doch dat er in het po litieke spel om Praag nog krachten optreden, die een niet al te scherp omlijnde positie in nemen, is duidelijk gebleken. De rijkskanselier heeft dan ook zijn vertegenwoordigers in de verschillende hoofdsteden „in particuliere ge sprekken" laten vragen, hoe men op de twij felachtige punten over een eventueel gewapend ingrijpen van Duitschland denkt; een onder neming die hevige onrust in het Westen van Europa heeft veroorzaakt. Zooveel is wel ge bleken, dat Hongarije, Roemenië en Joego-Sla- vië elkaar in evenwicht houden, hoewel Boe karest schichtig geworden is voor de Duitsche belangstelling voor alles, wat naar petrbleum riekt, terwijl ook Stoyadinowitsch zijn sympa thieën vrijblijvend wenscht te verleenen. Bel grado, dat tusschen Rome en Berlijn het even wicht wil bewaren ten aanzien van den Bal kan, helt thans meer over naar de zijde van Mussolini, die officieel geen interesse zegt te hebben in de Tsjecho-Slowaaksche kwestie. Het zou ons echter verwonderen, wanneer hij een belangrijke vermeerdering van den in vloed, dien zijn Duitsche asgenoot in oost- Europa heeft, zou toejuichen; ook Italië heeft zich bijtijds een toegangspoort naar den Bal kan via Joego-Slavië verzekerd, daarmede te kennen gevende, dat het aan zijn invlbed op dit deel van Europa gehecht is. Bovendien zou de duce, wiens houding ten aanzien van de non-interventie in Spanje den Britschen pre mier kennelijk ergert bij alle beslommerin gen elders zond Halifax den Britschen verte genwoordiger met ongeduldige vragen naar Ciano hier een prachtige gelegenheid heb ben om ChambeTlain met een zachten aan drang te Berlijn weer in een gunstiger stem ming te brengen. Een andere onzekere factor is de houding, die de Vereenigde Staten bij een even tueel gewapend conflict zouden aanne men. Roosevelt en Huil hielden redevoeringen, die meer voor binnenlandsche opvoeding dan voor buitenlandsche demonstratie bedoeld schenen, doch hun woorden hebben indirect het Britsche streven gesteund. Bovendien leg gen de Amerikaansche diplomaten een opmer kelijke activiteit aan den dag, vooral Kennedy, de Amerikaansche ambassadeur aan het hof van St. James, die voortdurend met de Brit sche regeering confereerde en bij de belang rijkste besprekingen tegenwoordig was. De Johnson-act, die Amerikaansche leeningen aan insolvente crediteuren uit den wereldoorlog verbiedt, en de neutraliteitswet, die bij een ge wapend conflict de zending van wapentuig naar de partijen zou verhinderen, bieden moei lijkheden, waarover Halifax den Amerikaan- schen ambassadeur om opheldering heeft ver zocht. Ofschoon het niet waarschijnlijk is, dat Roosevelt in een plechtige verklaring een waarschuwing zal doen hooren, duidt de Ame rikaansche activiteit erOp, dat de rijkskanse lier, indien hij niets aan het toeval wil over laten, met Washington geducht rekening zal dienen te houden. Te Gdynia leidde de Britsche minister van Marine, Duff Cooper, inmiddels onder handelingen in met Polen, dat te kennen gegeven had een houding aan te zullen nemen van neutraliteit en zelfs een „welwillende" neu traliteit jegens Duitschland. Beklemd tusschen de Sovjet-Unie en de nationaal-socialistische naburen, zoekt Warschau een uitweg naar het Noorden en daarbij neemt het, sedert het ver drag van 1934, jegens Duitschland een welwil lende houding aan. officieel althans, want de betrekkingen tusschen de beide volkeren zijn nooit ontstellend hartelijk geweest, integendeel Het Poolsche volk is naar zijn aard veeleer Fransch gezind en in den laatsten tijd is het tot duchtige wrijving gekomen tusschen Pool sche en Duitsche onderdanen en Danzigers, indien men die nog afzonderlijk wil noemen waarbij de oude controverse in den eens be- ruchten „Corridor" weer eens tot uiting kwam. Het was in dien corridor, in de havenstad, die Polens nieuwe poort naar het begeerde Noor den zelf is, dat de Britsche staatslieden de re laties met Warschau begonnen aan te knooper.. Hoezeer Beek ook Duitsch gezind heet, hij maakt zich over de uiteindelijke bedoelingen van Berlijn ten aanzien van den corridor geen illusies, en hij heeft alle reden om voor een tegenprestatie de Britsche belangstelling voor zijn moeilijkheden te wekken. Te Londen vroeg Lord Halifax daarop om de Foolsche medewerking inzake de brandende kwestie, daarbij beloften uitsprekende voor de Foolsche minderheid in Tsjecho-Slowakije. Be sluit de regeering te Warschau en daar be vinden zich, naast Beek, autoriteiten met uitge sproken westersche sympathieën haar mede werking te v'erleenen, dan doet zij geen slech ten ruil. En kolonel Beek ziet zijn droom: Polen officieel opgenomen in den kring der groote mogendheden, verwerkelijkt. Terwijl aldus het onzekere Rusland verder van de Europeesche gebeurlijkheden wordt verwijderd. Het zou te verwonderen zijn, indien ook uit dien hoek de wind niet gunstig zou gaan waaien. Het wachten is thans op het woord van den Führer en rijkskanselier, die zich met zijn be langrijkste medewerkers te Berchtesgaden be raadde. Algemeen wordt verwacht, dat hij zijn beslissend woord zal spreken tijdens het partij congres, dat volgende week te Neurenberg wordt gehouden. Het woord is voorloopig aan hem. Doch de Britsche politiek maakt hem de be slissing niet gemakkelijk. Hitier laat niets aan liet toeval over. Londen doet het nog minder. Engelands home-vloot ligt binnenkort in de Noordzee gereed; zij zal daar de Duitsche vloot bij de manoeuvres tegenover zich vinden, doch voorloopig nog verplaatsen de Engelsche dread noughts meer water. Wanneer van risico ge sproken wordt, is het Engeland, die dit het minste neemt. Iri het Olympisch Stadion te Amsterdam werd Donderdagavond de finale 100 K.M. om het wereldkampioenschap der stayers verreden. De wereldkampioen Erich Metze na zijn overwinning. Een aardig snapshot Het „Overijselsch Dagblad", nieuwsblad voor Overijsel en Noordelijk Gelderland, waarin op genomen „De Nieuwe IJselbode" is per X Sep tember overgenomen door de N.V. Drukkerij „De Spaarnestad" en ondergebracht in 't ver band der Vereenigde Katholieke Pers te Am sterdam. In het nummer van gisteren stond een schrij ven afgedrukt van Z. H. Exc. den Aartsbisschop van den volgenden inhoud: „Wij verheugen er Ons over, dat tenge volge van de overname door de N.V. Druk kerij „De Spaarnestad" het voortbestaan van het Overijselsch Dagblad verzekerd is. Immers een Katholiek blad met gewestelijk karakter moet van groote beteekenis ge acht worden. Daarom bevelen Wij het gaar ne aan in den steun van geestelijkheid en geloovigen." De Aartsbisschop van Utrecht, w.g. Dr. J. DE JONG. In plaats van generaal-majoor S. W. Praag, aan wien met ingang van 1 November een eer vol ontslag uit den militairen dienst is ver leend, zal, naar de N.R.Crt. verneemt, tot in specteur van den Geneeskundigen dienst dér Landmacht worden benoemd kolonel N. A. A. van de Roemer, thans dirigeerend officier van gezondheid 1ste klasse, chef van het militaire hospitaal te 's-Gravenhage. AM HOBB6MASTRAAT 3TADWOU DG R3KADS" Telefoon 26600 Kamers met ontbijt vanaf 4. Eigen Garage in het Hotel. Voor Hotelgasten gratis autostalling. In de gemeente Enschede zijn dezer dagen twee gevallen van de ziekte van Weil geconsta teerd. Het vermoeden bestaat, dat de besmetting is geschied in de Buurserbeek in de buurt van de Duitsche grens. Hoewel het open bad- en zwem- seizoen bijna verstreken is, wordt thans ieder een afgeraden in de Buurserbeek te gaan baden of zwemmen. De M.I.V.A. schrijft ons: De vacantie-maanden zijn ten einde, en de gelukkigen, op wie de arbeid wacht, zullen zich verheugd en met frissche kracht weer aan hun taak gaan wijden. De Missie-Verkeersmiddelen-Actie mocht zich geen zomerrust veroorloven, waar zoovele mis sionarissen in de verstreken maanden op Ne- derlandschen bodem hun vertrek naar hun ver gelegen arbeidsveld voorbereidden en daarbij 'n beroep op haar deden om een voor hen, onont beerlijk, modern verkeersmiddel als hun voor naamste bagage te kunnen meenemen. De MI VA was zoo gelukkig het verzoek van verschillende missionarissen te kunnen inwilli gen, maar moest dat helaas van meer anderen onbeantwoord laten, omdat haar middelen ertoe ontbraken. Met verdubbelden ijver werd daarom in de afgeloopen maanden ook de MIVA-winter- propaganda-actie voorbereid. In tal van plaatsen mocht het gelukken ge durende het komende herfst- en winterseizoen wederom MIVA-avonden te organiseeren, waar de geluidsfilm: „Het Testament van een Mis sionaris" zal worden vertoond en een beroep op de toeschouwers zal worden gedaan, 't mooie en zoo dringend noodzakelijke MIVA-werk te steunen met offervaardige Missie-liefde. De ervaring van eenige jaren heeft geleerd, dat dit beroep niet onbeantwoord zal blijven. Maar het MIVA-comité is er zich van bewust, dat zijn arbeid in het algemeen en het succes dezer avonden in het bijzonder nog veel vrucht baarder en veel grooter zou zijn, wanneer het over meer medewerkers en medewerksters kon beschikken, die bereid waren zijn taak te ver lichten door de plaatselijke propaganda te steu nen. Er is zooveel te doen en ook hier geldt het spreekwoord, dat vele handen licht werk ma ken. Vandaar dat het MIVA-comité dankbaar gebruik maakt van de hier geboden gast vrijheid om een beroep te doen op dames en heeren, die minstens den twintigjarigen leeftijd bereikt hebben en bereid zijn van hun vrijen tijd eenige uren per maand slechts, uit Missie-liefde beschikbaar te stellen om de MIVA te helpen. De MIVA hoopt gaarne, dat deze oproep uit tal van plaatsen, groote en kleinere, beantwoord zal worden. De MIVA-Centrale, Bagijnhof 38, Amsterdam (Tel. 43488) zal dan omgaand doen weten, hoe en waarmee men zich voor het mooie ideaal: de motoriseering der Missiën, verdienstelijk kan maken. Het Katholiek Comité van Actie „Voor God" schrijft ons: Het Vrijdenkerscongres te Londen, dat aan gekondigd is voor de dagen van 9 tot en met 13 September, zal dan toch worden gehouden. De meer dan 30.000 protesten, welke Anglicanen en Katholieken bij de Engelsche regeering hebben ingediend, zijn zonder succes gebleven. De Home Secretary, Sir Samuel Hoare, verklaarde, dat ook hij hoopte dat het Congres niet zou door gaan. Maar de traditioneele vrijheid, welke in rustiger tijden in de Engelsche wet werd vast gelegd, waarborgt ook in dit geval een gastvrij heid, welke door het overgroote deel van het Engelsche volk als een persoonlijke beleediging wordt gevoeld. Het Godloozencongres van 1936 te Praag, waarin de „burgerlijke" en „proletarische" Vrij denkers zich vereenlgden tot de Wereldunie van Vrijdenkers, en waar de president, Dr. Terwag- ne, plechtig verklaarde „onze heele verwachting ligt bij de Sovjet-Unie", heeft de Engelsche re geering niets geleerd. De Sovjet-Godloozenbeweging, welke in Rus land officieel door de regeering wordt gesteund en gepropageerd (alle godloozen-uitgaven wor den op de staatsdrukkerijen te Moskou gedrukt) zal ook in Londen den toon aangeven. De „An- tireligioznik", het kaderorgaan van de Russi sche godloozenbeweging, heeft zich in het af geloopen jaar in ieder nuinmer opnieuw met de organisatie van het Londensche Congres bezig gehouden. Alle Sovjet-kopstukken, met Stalin aan het hoofd, zijn tot eereleden van het Con gres benoemd. Op een vergadering van de Catholic Truth Society zei Kardinaal Hinsley duidelijk waar het op stond: de strijdende godloozen uit Rus land gebruiken de burgerlijke vrijdenkers als paard van Troje. En dit paard van Troje zal binnen enkele da gen met Engelsche hoffelijkheid te Londen wor den verwelkomd. Millioenen Engelschen voelen zich in hun hei ligste gevoelens gekwetst. De bisschoppen heb ben hun geloovigen moeten vermanen het niet tot wanordelijkheden te laten komen. Veel en veel grooter is echter de afschuwe lijke beleediging, welke dit congres in koel over leg aan God aandoet. Dit hebben de Engelsche katholieken begrepen. Op den Zondag van het Congres wordt in Londen een Stille Omgang gehouden, waaraan tienduizenden katholieke mannen zullen deelnemen. In alle kerken wor den oefeningen van eerherstel gehouden. Rond de bewuste Godsontkenning te Londen, zal in christelijk Engeland een vuur van aanbidding èn boetedoening branden, waarin geheel een volk zijn geloof in Gods Majesteit belijdt. Katholiek Nederland mag hierbij niet ach terblijven. Reeds enkele weken geleden heeft het Comité van Actie „Voor God" alle klooster oversten, pastoors en rectoren in Nederland uitgenoodigd om in den tijd, dat het Con gres in Londen wordt gehouden, alle katho lieken op te roepen tot een gezamenlijk eer herstel in een vorm, welke het best door plaatselijke omstandigheden wordt aangege ven. Geen massale demonstraties, met veel rumoer en wapperende vanen, zijn hier op hun plaats. Alleen door een vurig gebed en door versterving kun nen wij belijden, dat wij ons heil slechts stellen in God, Die in Zijn ondoorgronde lijk plan toelaat, dat Hij door Zijn schep selen wordt veracht en geloochend. Moge geheel Nederland in dien tijd een waardige positieve geloofsbelijdenis stellen en een vurig eerherstel brengen tegenover de bewuste Godslastering, welke te Londen zal worden bedreven. altijd een poeder of cachet van Mijnhardt. Mijnhardt's Poeders per stuk 8 ct. Doos 45 ct. Cachets, genaamd „Mijnhardtjes" 2 st. 10 ct. Doos 50 ct. De directeur van den Rijksdienst der Werk loosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling maakt bekend, dat een wijziging in de regeling tot het overmaken via de clearing van loon- overschotten van Nederlandsche hoofd- en handarbeiders in Duitschland te wachten is. Er kan niet worden bevorderd, dat loonover- schotten van bedoelde arbeiders, die na den 4den September 1938, zonder tusschenkomst van de arbeidsbeurzen van beide landen arbeid ïn Duitschland aanvaarden, van Duitschland naar Nederland over de clearing worden overge maakt. Overmaking van loonoverschotten van hen, die door bemiddeling van de arbeidsbeurzen van beide landen zijn geplaatst, zal ook verder doorgaan. Tot nader bericht zullen ook die hoofd- en handarbeiders, wier plaatsing niet door tusschenkomst van de arbeidsbeurzen is tot stand gekomen, maar die reeds vóór den 5den September in Duitschland werkzaam wa ren, van de overmaking profiteeren. De regelingen voor zgn. grensloopers blijven ongewijzigd. Volgens inlichtingen van de douaneautoritei- teri te Hongkong heeft zich in Juni voor de eerste maal sedert het uitbreken van de Chi- neesch-Japansche vijandelijkheden een op- waartsche beweging voorgedaan in den bui- tenlandschen handel van China. De handels balans van China was die maand met 2 mil- lioen dollar actief. In Juli bedroeg de totale uitvoerhandel van China 10.188.820 dollar meer dan de invoerhandel. De opwaartsche beweging in den Chineeschen buitenlandschen handel wordt over het algemeen toegeschreven aan de deviezencontröle der regeering. Het onder de katholieken zeer goed bekende reisbureau „Rotala Neerlandica", Passage 82. Den Haag, besluit het reisseizoen met een zeer interessante reis naar Rome, waarbij tevens een bezoek gebracht zal worden aan Napels, Capri, Florence, Venetië en München. Voor nadere bijzonderheden omtrent deze reis verwijzen wij naar de advertentie in dit blad. oor het bloed van martelaren wordt de akker der Kerk vrucht baar. Zondag 11 September zal Z.H.Exc. Mgr. M. Meulenberg, Apostolisch Vicaris van IJsland, in de kapel van het Scholasticaat der Paters Mont- fortanen te Oirschot de volgende H.H. Wijdin gen toedienen: De tonsuur aan de fraters: N. Mooy, C. van Riel, H. Liebregts, H. Kunkels, C. Ghijsen, E. Bernard, J. Ogg, J. Sluismans, Fr. Lebouille, J. Nuvelstein, G. Snijders, A. Genet, J. Habets, A. Delahaye, P. Bonnier, L. v. d. Boom, A. Jans sen. De vier mindere orden aan de fraters: Fr. v. Geyte, V. Haccuria, G. Klerkx, A. Gielens, P. Meyer, L. Humblé, L. Terstroet, J. Gundry, L. Smeets, P. Weynen, H. v. Bergen, J. v. Benthem A. Coenjaerts, H. Cruyen, A. Schellart, II. Reyn- ders, R. Dijker, J. Hoeberichts, G. Meels, Ant. Voncken, J. Berghs. Het subdiaconaat aan de fraters: J. Huntjens, W. Siegrist, J. Obemdorff, J. Smeets, P. v. Eu- nen, J. v. Lunszen, L. v. Kessel, H. Mennens, H. Herberighs, M. Vanderhallen, J. de Kroon. Het diakonaat aan de fraters: J. Jansen, J. Hermans, L. Godefroy. Z.H.Exc. de Aartsbisschop van Utrecht zal de volgende week alleen Maandag en Donderdag audiëntie verleenen. In de laatste weken zijn er hier en daar weer verschillende gevallen van kinderverlamming voorgekomen. Maar wanneer men het zóó zegt, is er reeds een zekere onjuistheid in. Er zijn nl.. verschillende, vaak zelfs de meerderheid der ge vallen, dat het niet tot een echte verlamming komt. Dezen naam heeft men aan de ziekte ge geven, doordat er in de ernstige gevallen een langdurige of blijvende verlamming ontstaat, vooral van een arm, een been of beiden. Doch omdat dit lang niet altijd voorkomt, is de naam toch een weinig misleidend. De officieele naam is poliomyelitis acuta anteror, d.w.z. acute ont steking van het voorste grijze gedeelte van het ruggemerg, dat zijn die grijze deelen, die in het bijzonder zorgen voor de bewegingen der spieren. Doch ook deze naam is een weinig misleidend, omdat het in de minder ernstige gevallen niet tot die ontsteking komt, maar de ziekte reeds eerder is geweest. Als men het dan heel precies bekijkt, zou men zeggen dat de derde naam „ziekte van Heine-Medin" nog beter is. Heine en Medin hebben deze ziekte het eerst beschre ven, v. Heine (Duitschland) in 1840, Medin (Zweden) in 1890. In d entusschentijd hebben vooral Fransche onderzoekers gevonden, dat het een ziekte van het ruggemerg was.,Soms echter is niet zoozeer het ruggemerg als wel de vliezen van hersenen en ruggemerg en sommige her- sendeelen aangedaan. De ziekte is een infectieziekte, d.w.z. zij wordt door kiemen veroorzaakt. Deze kiemen zijn ech ter veel kleiner dan de bacillen en kunnen zelfs met het microscoop niet gezien worden. Men geeft daaraan den naam ultra-virus (d.w.z. bij zonder kleine kiem). De ziekte is verder besmettelijk, d.w.z. gaat van den een op den ander over. In de praktijk echter is dit lang niet altijd gemakkelijk waar te nemen. In de laatste weken kwamen er wel iswaar verschillende gevallen in dezelfde ge zinnen voor, maar het gebeurt toch ook heel vaak, dat de ziekte sporadisch voorkomt, d.w.z. in diverse gevallen, die men niet met elkaar in verband kan brengen. Dit klinkt natuurlijk heel vreemd: een besmettelijke ziekte, waarbij de lij ders elkaar niet besmet hebben. Toch is het mogelijk daarvoor een verklaring te geven. Men moet aannemen, dat verreweg de meeste men- schen onvatbaar zijn voor deze ziekte, en wel omdat zij reeds eenmaal, hoewel op een uiterst zwakke wijze, zijn geïnfecteerd, en uit die lichte infectie een onvatbaarheid hebben overgehou den. Hoezeer dit mogelijk is, zien wij aan de pokken: door de inenting, die niets anders is dan een heel lichte infectie, wordt men immers onvatbaar. Het spreekt nu vanzelf, dat jonge menschen, vooral kinderen, nog niet zooveel gelegenheid hebben gehad om zulk een heel lichte infectie door te maken als anderen. Vandaar dat kinde ren voor deze ziekte vatbaar zijn. Maar ook dan nog slechts een zeer klein deel der kinderen. Verreweg de meesten worden niet ziek, of in zulk een geringe mate, dat de aandoening on- herkend, of soms nauwelijks bemerkt, voorbij gaat. Want in het begin is deze ziekte heel moeilijk te herkennen. Er zijn dan geen karakteristieke teekenen, geen verschijnselen, waardoor men haar van andere ziekten kan onderscheiden. Dit is heel lastig, want daardoor is men ook niet in staat om zoo vroeg mogelijk die geneesmid delen toe te passen, waarvan men succes kan hopen. En dit te meer, omdat het beste genees middel, waarover men beschikt, vooral dan werkzaam is, wanneer het zoo spoedig mogelijk wordt toegediend. Wanneer een kind een dag ziek is, wat lastig en lusteloos is, misschien een roode keel heeft, en de geheele aandoening daarmee is afgeloo pen, is het uiteraard onmogelijk om te zeggen: ook dat is eigenlijk een, hoewel uiterst licht geval, van kinderverlamming. Wanneer de ziekte twee, drie dagen duürt, zonder' dat' er 'eenige verschijnselen optreden, die er op wijzen dat ook het zenuwstelsel is aangedaan, is het even zeer onmogelijk de diagnose te stellen, al kan men dan, wanneer er in de omgeving duidelijke gevallen voorkomen, toch een rechtmatig ver moeden koesteren. Ontwikkelt de ziekte zich volkomen, dan is het algemeen verloop als volgt: Het kind wordt plotseling ziek, krijgt een flinke koorts, is lastig, vervelend en lusteloos, soms afwisselend slaperig en opgewonden. Het gelaat is vuurrood, de oogen zijn glazig en glan zend. Het heeft pijn in den nek, en het gebeurt vrij vaak, dat het braakt. Daarbij sterk zwee- ten en een groote gevoeligheid van de huid. Dit stadium duurt gemeenlijk ongeveer twee dagen maar kan ook korter en veel langer duren. In dit stadium is de ziekte niet te herkennen, hoewel het onderzoek van het z.g. hunbaalvocht (het vocht, dat om het ruggemerg is, en dat door een prik in de lénden kan afgetapt wor den) vaak een vingerwijzing kan geven. Daarna treden dan lichte verschijnselen op die er op wijzen, dat het zenuwstelsel is aan gedaan. De patiënt krijgt hoofdpijn, pijn in nek en wervelkolom. De handen beven, als hij iets aanvat. De stoelgang is vertraagd. De bewust- zijntoestand wordt gestoord, de patiënt wordt versuft. Soms zijn er onwillekeurige spiertrek- kingen; soms ook ziet men dat de ééne helft van het gezicht slap is. Een voorbijgaande ver lamming van de gelaatszenuw. De arts neemt nog wel andere verschijnselen waar, maar het hier genoemde is ook voor den leek waarneembaar. In dit stadium is het ver moeden reeds ernstig. Weliswaar is het meestal niet met zekerheid uit te maken, of het nu een kinderverlamming betreft of een andere her- sen- of ruggemergaandoening, maar in elk ge val denkt men er aan, en natuurlijk in het bij zonder, wanneer kinderverlamming in de om geving reeds geconstateerd is. Dit stadium is zeer verschillend van duur. Meestal echter is het kort: één a twee dagen Wanneer nu de patiënt zoo een dag of drie vier ziek geweest is, wordt er plotseling een ver lamming ontdekt: het kind kan een van de beide voeten niet meer bewegen, soms het on derbeen niet, dan zijn vooral de dijspieren aan gedaan. Minder vaak komt het voor, dat een arm verlamd is, waarbij het dan vooral de groote schouderspier (deltoideus) betreft. In de volgende dagen of nog later bemerkt men dan, dat de verlamming teruggaat. Deze genezing kan nog wel maanden, soms wel twee jaar duren, wel te verstaan, ook zonder behan deling. Dat is zeer gelukkig, maar met dat al blijft er toch vaak een blijvende verlamming over, die een langdurige behandeling behoeft. Het kan in zeldzame gevallen ook erger wor den, de verlamming neemt toe, stijgt op, zooals het heet, omdat dan eerst de beenen, daarna de buikspieren en tenslotte de borstspieren verlamd worden. Daardoor kan de patiënt niet meer ademhalen, en hij sterft. Het moet echter ge zegd worden, dat dit zeer zeldzaam is. Bijna steeds blijft de patiënt in leven. Dan is het ech ter noodig, om een langdurige controle en be handeling toe te passen, om de verlammingen zoo goed mogelijk te genezen en tevens zooveel mogelijk de verdere gevolgen daarvan, o.a. ver krommingen, te voorkomen. Het geneesmiddel, waar wij zooeven over spra ken, is een serum uit het bloed van herstelde lijders (reconvalescenten-serum). Men doet goed bij vermoeden op kinderverlamming, den dok ter spoedig te waarschuwen. De patiënten wor den liefst in een ziekenhuis opgenomen en al- thans streng geïsoleerd, want de besmetting kan zoowel door hoesten als door urine, ontlasting, kleedingstukken enz. overgebracht worden. Dat alles dient dus goed ontsmet te worden. Bezoe kers worden niet toegelaten, vooral geen kin deren. De ziekte heeft, sedert de verbetering der behandeling, veel van haar verschrikkingen ver loren. Nochtans is de grootste waakzaamheid geboden, want een duurzame verlamming blijft steeds een ernstige hindernis in het leven. Dr. TH. H. SCHLICHTING.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 2