Huldigingssolisten
Hitier maakt de balans op
SCHUDT UW LEVER
WAKKER
Getuigenis van
dankbaarheid
Het graanconflict
Kinderverlamming
Zuid-Afrika en
Engeland
VOORZICHTIG VERTOON
VAN MACHT
WOENSDAG 7 SEPTEMBER 1938
maken.
KIND VERDRONKEN
Bij het spel te water geraakt
Te New-York botsten twee ondergrond sche treinen tegen elkaar. Het ongeluk
eischte vele dooden en gewonden
Geen steun beloofd aan Londen
in geval van oorlog
China wendt zich tot
Genève
Japanners schieten verkeers
vliegtuig neer
De dood van den graaf
van Covadonga
De bestuurster van den auto
gearresteerd
Het gebruik van gifgas door
de Japanners
De Duitsche grens-
versterking
De ongeregeldheden
in Palestina
BUITENLANDSCH OVERZICHT
Het nieuwe plan van
Praag
Vandaar waarschijnlijk, dat hij zich in deze
Er zal een commissie tot bestu
deering van de graanpolitiek
worden ingesteld
Wapenstilstand
gesloten
NED. BOOT IN DIENST
VAN JAPAN?
De „Reinier" in China in beslag
genomen
Herdenking van het regeerings
jubileum in den Centralen
Raad van Beroep
Baron van Wijnbergen
houdt een rede
Volgens dr. Eijkel is er geen reden
voor een paniekstemming
Kalmte gewenscht
KAMERLID SURING
HERSTELD
Mag echter nog niet aan parlemen
tairen arbeid deelnemen
EERSTE KAMERVACATURE
Indien er voor alle politieke partijen in
ons land ooit één geschikte gelegenheid
is geweest om in waarlijk nationale eens
gezindheid zich te vereenigen, dan is het
Wel nu onze geliefde Vorstin Haar veertig
jarig jubileum viert. Immers Haar hooge
Persoonlijkheid heeft zich al de jaren van
Haar zegenrijk bewind met vastheid van
karakter, met wijs inzicht en diep door
zicht, met moed en offervaardigheid en een
nimmer onderbroken continuïteit uitslui
tend gewijd aan de belangen van geheel het
volk, geheel de natie, geheel het rijk. Als
öe integere nationale figuur bij uitstek
heeft Zij zich steeds boven den politieken
strijd en de verschillende partijschappen
Weten te handhaven, al Haar woorden,
daden en denken slechts toetsend aan den
Wil van God, bij Wiens Gratie Zij de
regeering aanvaardde, en aan den wil des
volks, vastgelegd in de Grondwet, waarop
Zij veertig jaar geleden, in de aanvalligheid
Van Haar nog bijna kinderlijke jongvrou-
Welijkheid, den eed van trouw aflegde. Zoo
heeft Zij allen zonder uitzondering aan
Zich verplicht en er was dan ook alle reden
voor, dat althans voor deze ééne zeldzame
gelegenheid van Haar regeeringsjubileum
ons volk, óók het verpolitiekte deel daar
van, de onderlinge meeningsverschillen zou
laten rusten en in één machtig en indruk
wekkend unisono-koor Haar hulde zou
1* tuigen. Helaas, dit heeft niet mogen zijn.
Het blijkt te veel gevraagd van de zelfbe-
heersching en de noblesse van sommige
Nederlanders, of die daarvoor door willen
gaan.
Dat de communisten zich wrokkend
afzijdig houden en den materieelen
nood van zekere lagen der bevolking
trachten uit te buiten tot het stoken van
ontevredenheid, spreekt vanzelf en is ook
Van hun standpunt gezien juist, al hebben
óók zij alle reden om H. M. dankbaar te
zijn voor de onkreukbare trouw, waarmede
Zij veertig jaar lang de Grondwet hand
haafde. Deze zgn. anti-monarchale knechten
Van Moskou hebben nu eenmaal trouw ge
boren aan den meest terrcristischen en
despotischen monarch van onzen tijd,
Stalin, die méér dan zijn keizerlijke voor
ganger in de macht, Iwan, den bijnaam van
..He Verschrikkelijke" verdient. Door hun
houding, aangenomen ten opzichte van het
regeeringsjubileum, dat zij, mdien zij daar
toe de kans zouden hebben gekregen, door
het ontketenen van een revolutie zouden
hebben verijdeld, isoleeren de communisten
zich opnieuw als een element, dat in ons
land en in ons volk niet thuis behoort. Af
gezien echter van dit element, zijn er ook
heg andere, die zich niet hebben weten te
Voegen in het massale en nationale hulde-
koor, dat ter eere van onze jubileerende
Kbningin werd aangeheven. Deze hebben
gemeend enkele soli ten beste te moeten
geven, welke kwalijk pasten in de nationale
aubade van de overgroote meerderheid des
Volks. Men herinnert zich, dat de sociaal
democratische A.J.C. niet aan de nationale
jeugdhulde wilde deelnemen, wanneer óók
de nationaal-socialistisch geïnfecteerde na
tionale jeugdstorm van de partij zou zijn.
Wij hebben dit bekrompen standpunt, dat
aan de boven de partijen staande Lands
vrouwe weinig, en aan de pupillen van
kfussert's Rosenberg, van Geelkerken, te
Veel eer bewijst, indertijd scherp afgekeurd,
^e ontroerende radio-rede van H. M. de
Koningin, waarin Zij zoo treffend in het
hijzonder Haar Koninklijk en tevens zoo
Eenvoudig menschelijk woord richtte tot de
•teugd, de bouwers der toekomst, schijnt
hiet zonder invloed op de A.J.C. en haar
leiders te zijn gebleven. Het hoofdbestuur
tier Arbeiders Jeugd Centrale heeft zich ten
minste in een telegram tot Hare Majesteit
gericht om Haar geluk te wenschen met
Haar regeeringsjubileum en de hoop uit te
8Preken, dat Zij „er getuige van moge zijn,
hat het tijdens Haar bestuur tot stand ge
komen beschavingswerk ten behoeve van
het Nederlandsche volk inzonderheid voor
h® rijpere jeugd, door jeugdorganisaties
van alle richtingen opgebouwd zich vol-
todig zal ontwikkelen en dai. de groote ge-
Varen, die de volksgemeenschap en de jeugd
bedreigen, overwonnen worden." Dat de
6°cialistische A.J.C. hier niet doelt op de
gevaren, die in 1918 „bij vergissing" onze
Volksgemeenschap hebben bedreigd, noch op
hie, welke tijdens de muiterij op de Zeven
^ovinciën aan het tropische daglicht
traden, is niet geheel onwaarschijnlijk,
^aar met die gevaren voor oogen had de
A j.C. een schoonere geste moeten maken
han zjj nu heeft gedaan door het uitvoeren
Vah haar buiten het algemeene koor val-
*ehde huldigingssolo, in het nederig besef,
öat het niet op de eerste plaats aan de
s°ciaal- democraten te danken is, dat Neder-
'and thans dit heuglijk jubeltij vieren kan,
efl dat er voor hen wel wat valt goed te
Over de wijze, waarop de nationaal-
socialisten, die de eenig ware
Oranjeliefde in erfpacht meenen te
hebben, gemeend hebben onze Koningin in
hun pers te moeten huldigen als een figuur,
hi° er veertig jaar in berust heeft niet de
blaats in te nemen, welke Haar krachtens
hf: tradities van het Oranjehuis toe zsou
moeten komen, zullen wij hier maar verder
^vijgen. Alleen lijkt het ons nuttig, hier
m,eh aan te halen, wat de heer Arnold
meyer, de leider van Zwart Front, ter hul
ding van Hare Majesteit in zijn orgaan
®eft gezongen. Na eerst verklaard te heb-
n, dat de Zwart-Fronters niet willen mee-
c°en aan het „gehos, gejoel en aan brallen-
öe feestartikelen en feestspeeches", omdat
dit alles willen overlaten aan hen „die
franje gebruiken om hun eigen onbedui-
hendheid te bedekken", gaat de heer Meyer
in het volle besef van zijn eigen zelfs niet
met Oranje te bedekken beduidendheid o.m
als volgt verder:
„Onze dankbaarheid gaat vóór alles uit
naar den Koning der Koningen, den Heer
van leven en dood, omdat Hij de Koningin
der Nederlanden bewaard en den Oranje
boom heeft doen voortbestaan. In dit voort
bestaan van net Vorstenhuis, zien wij den
Vinger Gods. Van uit zuiver menschelijk
standpunt bezien, zou in de tormenten der
laatste tientallen van jaren dit Vorstenhuis
verdwenen moeten zijn. De democratie zou
consequent hiertoe geleid hebben. De ont
binding in ons land zou noodzakelijk den
ondergang van het Vorstenhuis ten gevolge
moeten gehad hebben. Dat dit niet geschied
ie, is een hoopvol teeken, dat de Heer, die
het lot van volkeren en landen in Zijn han
den draagt, het Dietsche volk bewaren wil
en het opnieuw een zelfstandig, onafhanke
lijk bestaan, slechts mogelijk onder Oranje,
hergeven zal."
Terwijl in dezen passus God terecht ge
geven wordt, wat Godes is, ontvangt de Ko
ningin allerminst wat Haar op grond van
Haar»veertig regeeringsjaren toekomt. Im
mers juist de wijze, waarop Zij zoo voorbeel
dig de democratische grondwet van ons
land heeft gehandhaafd, heeft er conse-
o.uent toe geleid, dat ons Vorstenhuis in de
tormenten der laatste tientallen van jaren
niet verdwenen is, maar vaster dan ooit ge
grondvest staat in de liefde, de trouw en de
aanhankelijkheid van het Nederlandsche
volk, dat zijn schoonste en roemrijkste
historische tradities en zijn eigen karakter
eerbiedigde er. bewaarde. Het is overigens
een merkwaardige hulde, gebracht aan H.
M. de Koningin, te beweren, dat onder
Haar bestuur een ontbinding zich van ons
land zou hebben meester gemaakt, welke
menschelijkerwijze gesproken het vorsten
huis had moeten wegvagen en dat het zelf
standig, onafhankelijk bestaan, slechts mo
gelijk onder Oranje, zoo deerlijk zoek is ge
raakt, dat de Heer, die het lot van volkeren
en landen in Zijn handen draagt, het moet
hergeven. Neen, het ware toch maar beter
geweest, wanneer de Heer Arnold Meyer in
de dagen van afzondering en bezinning
welke hem werden opgelegd, ertoe had kun
nen besluiten, wel mee te doen aan het ge
hos, gejoel etc., om zijn eigen onbeduidend
heid met Oranje te bedekken.
Intusschen zullen allen, die van ganscher
harte hebben meegezongen in het nationale
huldigingskoor ter eere van onze geëerbie
digde en geliefde Koningin de heeren, die
dissonneerende soli ten gehoore hebben ge
bracht, niet vergeten. En daarom is het
misschien toch goed en van waarlijk natio
naal belang, dat zij gezongen hebben gelijk
zij deden.
Dinsdagmiddag te ongeveer drie uur-is het
zesjarig zoontje van de familie Ronteltap uit
de Veerlaan te Amstelveen bij het spelen in een
gracht aan de Graaf Aelbrechtlaan gevallen en
verdronken. Zijn makkertjes hebben direct hulp
geroepen en het kind was spoedig op het droge.
Men heeft een uur kunstmatige ademhaling
toegepast, hetgeen echter niet meer mocht
baten.
Wv J
KAAPSTAD, 7 Sept. (Reuter) Minister-presi
dent Hertzog heeft in het parlement verklaard,
dat de regeering van de Unie van Zuid-Afrika
noch met de Engelsche regeering van gedachten
heeft gewisseld, noch haar geconsulteerd heeft
over de eventueel door Groot-Brittannië met be
trekking tot het Tsjecho-Slowaaksche probleem
te volgen politiek, zoodat de Unie zich bijgevolg
ook niet bereid heeft verklaard, Engeland in ge
val van oorlog te steunen, zooals in sommige
buitenlandsche bladen is medegedeeld.
De premier voegde hieraan toe, dat het vol
gens zijn meening niet alleen voorbarig zou zijn
thans reeds de politieke gedragslijn van de Unie
in geval van een crisis in Tsjecho-Slowakije be
kend te maken, doch dat dit eveneens onge-
wenscht zou zijn, aangezien, aldus spreker,
„niemand de reacties ka noverzien, welke onder
de delicate omstandigheden, waarin wij thans
leven, op onverschillig welke belangrijke ver
klaring dan ook zouden kunnen volgen."
In een te Paarl gehouden vergadering der
nationale partij is de volgende motie aangeno
men:
„De partij" vereenigt zich van ganscher harte
met de politiek van neutraliteit in een komenden
oorlog, omdat dat de grootste waarborg is voor
onze veiligheid en onzen vrede."
Malan, de partijleider, verklaarde: „Engeland
is niet meer de sterke militaire macht, welke
het was in het verleden. Het zou Zuid-Afrika
niet die bescherming kunnen geven welke men
zich voorstelt."
deld, die door gifgassen waren aangetast, en
van documenten, gevonden op lijken van Ja-
pansche officieren bij Nanking. De nota zegt.
dat in Juli en Augustus duizend Chineezen bij
Joeitsjang door phosgeengas om het leven zijn
gekomen, dat op 1 September bij Singtse een
geheel bataljon zoo is uitgeroeid en dat bij
Tauhwatsjen een half regiment door gifgas ver
delgd is.
SJANGHAI, 7 Sept. (Reuter.) Officieel wordt
medegedeeld dat de Japansche luchtstrijdkrach
ten wederom een vliegtuig van de Eurasia
neergeschoten hebben op 30 mijl ten zuidwesten
van Hankau. Het feit heeft zich gistermiddag
voorgedaan.
MIAMI (Florida), 7 Sept. Naar verno
men wordt zou de 25-jarige dame, die den auto
bestuurde, waarmede het ongeluk is geschied,
dat een einde heeft gemaakt aan het veelbe
wogen leven van den graaf van Covadonga, ge
arresteerd zijn, op grond van de geheimzinnige
omstandigheden van het ongeluk.
GENÈVE, 7 Sept. (Havas.) De permanente
gedelegeerde van China te Genève heeft het
Secretariaat-Generaal van den Volkenbond een
nota doen toekomen, bevattende „aanvullende
inlichtingen over het gebruik van gifgas door
de Japansche troepen in China". De nota gaat
vergezeld van een rapport, geteekend door vijf
dokters van het Roode Kruis, die in Mei te
Soetsjau Chineesche soldaten hebben behan-
BRUSSEL, 7 Sept. (Havas). Een bijzon
dere correspondent van de Vingtième Siècle in
Luxemburg schrijft, dat langs de grenzen van
België en Luxemburg Duitsche versterkingen
worden aangebracht in een koortsachtig tempo.
JERUSALEM, 7 Sept. (Reuter). Gisteravond
is aan de Noordelijke grens een landmijn ont
ploft, juist op het öogenblik dat een auto
patrouille passeerde. Twee soldaten werden ge
dood en vier gewond.
Adolf Hitler heeft dan gesproken, bij mon
de van den gouwleider Wagner uit Mün-
chen, wiens stem een opvallende gelijke
nis met die van den Fuehrer vertoont. En de
eerste woorden waren een uiting van vreugde
over de toevoeging van de „Ostmark" aan het
Duitsche rijk, geheel in het kader van dezen
rijksdag, waarop het parool „Groot-Duitsch-
land" was uitgegeven.
Onwillekeurig komt men ertoe een vergelij
king te maken tusschen het oogenblik, waarop
de Duitsche rijkskanselier zegevierend het oude
Oostenrijksche land binnentrok, en dit oogen
blik, waarop hij een nieuwe zege ten aanzien
van het „Deutschtum" voorbereidt. Toen, in
die woelige Februaridagen, behoefde hij nau
welijks acht te slaan op een nerveus conferee-
rend kabinet te Londen en een demissionnairer»
ministerraad te Parijs, dat in steriele twisten
over volksfrontpolitiek den kostbaren tijd ver
deed. Thans staat hij echter tegenover een
Britsch kabinet, dat lang op alle eventualiteiten
is voorbereid, dat duidelijk zijn waarschuwingen
deed hooren en dat door middel van een on-
officieelen bemiddelaar op het bedreigde punt
duchtig werkzaam is. En hand in hand met
Engeland gaat thans een Frankrijk, welks re
geering de binnenlandsche situatie steeds meer
meester wordt, een regeering, die tegenover het
drijven van enkele agitatoren den steun heeft
van de publieke opinie en die op het laatste
oogenblik voor de opening van den partijdag
de grenzen in vollen staat van verdediging
bracht. Terw'ijl over de houding van Italië
niets zeker is, nemen de Vereenigde Sta
ten een houding aan, die zich immer
verder schijnt te verwijderen van het eens
als „schitterend" gevierde isolement. De rijks
kanselier moge alle reden hebben tot juichen
over het verleden, de toekomst ziet er minder
gunstig uit.
rede bezon op de positieve punten, waarop hij
zijn toekomst kan bouwen. Handig keerde hij
de economische moeilijkheden, waarmee
Duftschland te kampen heeft, om: het gebrek
aan geschoolde arbeiders duidt op een fabel
achtige productie. Dat dit voornamelijk een
wapenproductie is, verzweeg hij wijselijk: wel-
isw'aar geeft, dit een demonstratie van zijn
agressieve kracht, doch anderzijds zou hij daar
mee de zwakte van ee'n onevenwichtige productie
toegeven. Het gebrek aan voldoende landarbei
ders toont, dat de oogst overvloedig is, een
sterke steun dus voor iemand, die het argument
van gewapend optreden in petto houdt. Tegen
over Washington, dat geen gelegenheid voorbij
laat gaan om de voordeelen van een terugkeer
naar den vrijhandel in het licht te stellen, is
de verheerlijking van de autarkie een onhof
felijke geste; tegenover de latente tegenstan
ders is Hitler's schouderophalen voor een blok
kade een bedreiging, al zal de Britsche admi
raliteit in stilte meesmuilen over deze implicite
erkenning van de suprematie der Engelsche
oorlogsbodems, die een blokkade mogelijk zou
den maken.
De stelling, dat Duitschlands isolement voor
bij is, lijkt in dit betoog de meest aanvechtbare
van alle. Berlijn heeft weinig vrienden; zijn
naburen zijn ongerust geworden en de Wes-
tersche diplomaten ontwikkelen een activiteit,
die reeds belangrijke successen heeft opgele
verd.
Dat de rijkskanselier niet sprak over Tsje
cho-Slowakije moge op het eerste ge
zicht opvallend zijn, het lag niettemin
geheel in de lijn van zijn betoog, waarin hij het
verleden beschouwde en de krachten van het
oogenblik mat. Door zich vooralsnog niet uit
te spreken over dit netelige vraagstuk, wint
Hitier tijd waarmee een krijgsman genoeg
wint, zegt de dichter en bovendien bereikt
hij een zooveel te grooter effect, wanneer hij
eerst in de groote rede van a.s. Maandag, waar
in hij ongetwijfeld zal spreken over de toekomst
van groot-Duitschland, zijn standpunt inzake
dit brandende „groot-Duitsche" vraagstuk zal
uiteenzetten.
Bovendien kon hij omtrent deze kwestie nog
niet spreken, wijl de normale spanning, die
men tegenw'oordig met het woord „ontspanning'
gelieft aan te duiden, nog aanhield en de jong
ste plannen van Praag hem nog niet bekend
konden zijn. Weliswaar trok Henlein naar Neu
renberg, doch Kundt en Sebekowsky, die de
détails van het plan bij Hodza zouden halen,
keerden niet terug, zoodat men te Neurenberg
officieel nog in het onzekere blijft.
Wat die nieuwe plannen zelf betreft:
het schijnt dan toch neergekomen te
zijn op een verbetering van het „derde"
plan van Praag, waarbij inderdaad aan de acht
eischen van Karlsbad ten zeerste wordt tege
moet gekomen, zonder dat de Tsjechen de on
afhankelijkheid van den staat in gevaar laten
brengen. In zooverre kan men ze niet anders
dan toejuichen; een herstel van aangedaan
leed en onrecht moet kalmeerend werken.
Vooral het crediet van 700 millioen kronen,
waarmede het zwaar door de crisis en Tsje
chische militaire maatregelen en men moet
hier rechtvaardigheidshalve aan toevoegen:
door de scherpe Duitsche grensbepalingen
geteisterde Sudetenland economisch gesteund
moet worden. Het schijnt dan ook, dat de
nieuwe plannen door de Sudeten-Duitschers
voorloopig gunstig ontvangen werden.
Twee vragen blijven bij dit alles echter; een
staatkundige en een ideologische. Gesteld, dat
het probleem van de min of meer zelfstandige
Duitsche „kantons" technisch kan worden op
gelost: waar zullen dan de grenzen van de aan
deze kantons verleende autonomie liggen? Zal
die voldoende beperkt worden door het gezag
van den nieuwen Tsjecho-Slowaakschen staat,
of zal die autonomie zoover gaan, dat het tot
een scherpe tegenstelling kan komen tusschen
het ,aanzien van twee naast elkaar gelegen
kantons van den eenen staal? De ideologische
zijde van dit vraagstuk maakt deze kwestie nog
urgenter: zal punt acht van Henlein's eischen
zoozeer ingewilligd worden, dat de nieuwe
Duitsche kantons meer zullen gelijken op
„groot-Duitsche" gouwen dan op autonome
provinciën van een democratisehen staat? Wat
moet er dan gebeuren met niet-nationaal-
socialistische Duitschers in deze streken? En
zal de decentralisatie zoover gaan, dat van een
eenheidsstaat bij deze ideologische geschillen
geen sprake meer kan zijn? Dan zou inderdaad
vanzelf het buitenlandsche vraagstuk opgelost
worden; de nieuwe staat zou in een ommezien,
verlaten door zijn oude vrienden, in het Duit
sche vaarwater terecht komen.
En daarom gaat de geheele strijd immers
Dit is het punt, waar de belangen van Berlijn
m conflict komen met die van Parijs en Lon
den, het eenige strijdpunt waarover in de ko
mende weken beslist gaat worden. Misschien
is het hierom, nu de eigenlijke strijdvraag
naar voren komt, dat Runciman verhuisde van
hotel Alcron naar de Britsche legatie.
ZONDER SCHADELIJKE LAXEERMIDDELEN
en U zult 's morgens „kiplekker"
uit bed springen.
lederen dag moet Uw lever minstens een liter gal
In Uw ingewanden doen stroomen. Wanneer deze
stroom van gal onvoldoende is. verteert Uw voedsel
niet, het bederft. U voelt U opgeblazen. U raakt
verstopt. Uw lichaam is vergiftigd en U bent
humeurig, v«elt U ellendig en ziet alles somber in.
De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmiddelen.
U moet CARTER'S LEVERPILLETJES nemen om
een liter gal vrij te doen stroomen en U zult weer
geheel fit zijn. Onschadelijk, plantaardig, zacht, on
overtroffen om de gal te doen stroomen.
Eischt Carter s Leverpilletjes bij apothekers en
drogisten, f. 0.75.
De minister van Economische
Zaken zal, naar wij vernemen,
eerstdaags een commissie in het
leven roepen, die de tot dusver ge
voerde graanpolitiek der regeering
en de meest juiste wijze om de
graanbouwers te steunen, aan een
onderzoek zal onderwerpen en
daarover vermoedelijk op kor
ten termijn rapport zal uit
brengen.
In deze commissie zullen verte
genwoordigers der verschillende be
trokken bedrijfsgroepen zitting heb
ben.
Men heeft er in de kringen van den graan
handel allesbehalve een geheim van gemaakt,
dat men met de jongste maatregelen, door mi
nister Steenberghe in het belang van de graan-
verbouwers getroffen, niet instemde.
Men heeft alarm geslagen en daar openlijk
de hulp van de couranten toe ingeroepen; men
heeft vergaderingen belegd en telegrammen
verzonden; men ging op audiëntie en liet niet
na daarvan foto's te publiceeren en tenslotte
gingen de bezoekers van de graanbeurs zelfs
drie dagen in regelrechte staking.
Dit alles vond zijn grond in de wending van
de graanpolitiek der regeering.
Aanvankelijk steunde de regeering de graan
beurs langs twee wegen: zij hief aan de grens
monopolierechten op de binnenkomende gra
nen en met de gelden, daaruit verkregen, hielp
zij de boeren door rechtstreeksch steun-
bijslagen. Ds monopolieheffingen hadden de
tendenz de graanprijzen omhoog te drijven, de
steunbijslagen daarentegen drukken de prij
zen weer naar beneden. Zoo hielden deze beide
maatregelen elkander min of meer in even
wicht.
Toen nu twee jaren geleden, onmiddellijk
na de devaluatie, de wereldmarkt voor de gra
nen een gunstiger beeld vertoonde en de prij
zen op de binnenlandsche markt geen sterken
steun-in-den-rug meer noodig hadden, werden
de monopolieheffingen verlaagd en de steun
bijslagen geheel afgeschaft.
Een nieuwe daling in de conjunctuur dwong
de regeering echter tot nieuwe maatregelen.
Doch in plaats van terug te keeren tot de
weegschaal van bijslag en heffing, verkiest zij
thans alleen den weg der monopolieheffingen
in te slaan. Tot driemaal toe heeft zij de graan
rechten aan de grens verhoogd. Doch de gel
den, daardoor ontvangen, worden niet meer
in den vorm van directen steun den graanver-
bouwers toegevoerd.
Tusschen de regels van het betreffende com
muniqué door kon men lezen, dat deze derge
lijke directe steunverleening naar het oordeel
van de regeering een veel te grooten administra
tieven omslag vergt een feit, dat men in het
jongste verslag van de Algemeene Rekenkamer,
waarin van een anderen bijslag wordt aange
toond, dat een vierde part der daarvoor be
stemde gelden aan ambtelijke kosten weggaat,
zijdelings bevestigd kan vinden.
De graanhandelaren hebben nu tegen deze
wending in de graanpolitiek verzet aangetee-
kend. Aanvankelijk omdat zij, naar zij verzeker
den, de belangen van den consument op het oog
hadden, die door de verhooging van de monopo-
lieheffingen aan evenredige prijsverhooging
bloot zou staan. Later echter omdat de prijzen
niet evenredig omhoog liepen en omdat de
graanhandelaren zelf geen kans zagen, om de
verhooging van de monopolieheffingen op den
consument te verhalen.
Na hun audiëntie echter bij den minister-pre
sident is de storm van hun eersten aanloop ge
luwd. Het vooruitzicht van een commissoriaal
onderzoek scheen hun gemoederen tot bedaren
te hebben gebracht.
De commissie van minister Steenberghe
brengt het graanconflict in het stadium van
den wapenstilstand waarop hopenljjk binnen
kort de vrede zal volgen.
Volgens een bericht van United Press aan de
bladen hebben de Chineesche autoriteiten te
Canton beslag gelegd op de sleepboot „Reinier"
van de Ned. Mij. voor Havenwerken onder be
schuldiging dat Japansche belangen te Hongkong
het schip gebruiken om lichters met koper- of
wolframerts, waarop een uitvoerverbod ligt, te
doen sleepen.. De kapitein bevindt zich op vrije
voeten, doch de Chineesche bemanning is ge
vangen genomen.
Bij den aanvang van de openbare zitting van
den Centralen Raad van Beroep te Utrecht
heeft hedenochtend de voorzitter, Mr. A. I. M. J.
Baron van Wijnbergen, de volgende rede ge
houden.
De Centrale Raad van Beroep neemt van hee
ler harte deel in de vreugde, in de dankbaar
heid van het Nederlandsche volk, nu het H.M.
de Koningin gegeven werd 40 jaren lang het
bewind te voeren, gelijk Zij het heeft gedaan.
In de ontroerende rede, door de Koningin
op Haar jongsten verjaardag tot- Haar volk ge
richt, heeft Zij in heerlijk getuigenis voor gansch
de wereld, voor staatshoofden en volken, het
kloek en onomwonden verklaard, waaraan Zij
vooral de kracht ontleende Haar Volk zoo ze
genrijk te regeeren 40 jaren lang, nX aan het
vertrouwen op God, aan het erkennen en aan
vaarden van Zijn leiding.
En opnieuw heeft het Nederlandsche Volk in
die verklaring gevoeld, waarom en hoezeer het
zich onder het bewind van Zijn Koningin, ook
in deze donkere wereld, veilig weten mag.
In de afgeloopen 40-jarige periode werd recht
spraak ingevoerd op nieuw terrein, in den loop
der jaren herhaaldelijk uitgebreid; de uitoefe
ning er van werd in hoogste instantie aan ons
College opgedragen, en op dezen dag stemt het
dankbaar die eervolle taak 35 jaren lang in
Nam der Koningin te hebben mogen vervullen.
Over enkele dagen herneemt het leven zijn
gewonen gang.
Te midden der vele spanningen in de wereld
zal het Nederlandsche volk met gerustheid,
met vertrouwen de toekomst kunnen tegen
gaan, als het zich in hechte trouw blijft scha
ren om de Koningin, Haar Geloof, Godsdienst
zin, toewijding en plichtsbetrachting na te vol
gen weet.
Aan dankbaarheid voor het verleden, paart
de Centrale Raad van Beroep de beste wen
schen voor de toekomst, met de bede, dat God
Hare Majesteit de kracht moge blijven schen
ken tot heil van Haar Volk, Haar verheven
regeertaak te blijven vervullen.
In verschillende plaatsen van ons land hebben
zich gevallen van kinderverlamming voorgedaan.
Tot 6 September zijn 245 gevallen, voorkomende
in 109 gemeenten, gemeld. In 949 gemeenten des
lands kwam geen kinderverlamming voor. Ver
geleken met 1930, toen tot 1 September van dat
jaar 423 gevallen gemeld werden, is het verloop
van dit jaar dus nog gunstig.
Is er nu reden voor ernstige ongerustheid?
Bovenstaande cijfers deelde dr. R. N. M.
Eijkel, hoofdinspecteur van de Volksgezond
heid, ons mede, toen wij met hem over de kin
derverlamming spraken.
Voor een paniekstemming is geen reden,
meende dr. Eijkel. „Ik begrijp, dat ouders en
de gemeentelijke overheid him verantwoor
delijkheid nu extra zwaar voelen. Maar hoe
zeer ik ook de ellende, welke deze ziekte kan
veroorzaken, betreur, zou ik hun toch ern
stig willen raden kalm te blijven en geen
overhaaste maatregelen te treffen.
Voornamelijk denk ik hierbij aan het school
bezoek en de schoolsluiting.
Indien zulks noodig is, zal de geneeskundige
inspecteur van der Volksgezondheid ongetwijfeld
op grond van de Besmettelijke Ziektenwet den
burgemeester hiertoe adviseeren.
Vrijdag jX heeft de geneeskundige inspectie
wederom vergaderd om de maatregelen te be
spreken ter bestrijding van de kinderverlam
ming. Op deze vergadering is o.m. de gedrags
lijn vastgesteld, welke gevolgd zal worden ten
opzichte van de schoolsluiting, kinderfeesten en
koloniehuizen.
Wij weten wel, dat een niet zichtbaar levend
organisme de oorzaak van de ziekte is, maar
langs welke wegen dit virus zich verspreidt is
nog niet geheel duidelijk. Naast contact schijnt
ook nog op andere wijze de infectie tot stand te
kunnen komen. Er is dus tegen de verspreiding
eer kinderverlamming nog weinig te doen.
In den laatsten tijd zijn door een Zweedsch
onderzoeker, Sven Grave, nieuwe denkbeelden
naar voren gebracht omtrent de wijze, waarop
ae besmetting tot stand zou komen, nX door
middel van water, melk en andere voedings
middelen.
Deze mededeelingen zijn gepubliceerd in de
Officie International d'Hygiène Publique van
Mei 1938. Misschien dat de toekomst de juist
heid van deze stelling zal aantoonen."
Naar de Volkskrant verneemt, is het herstel
van het Tweede Kamerlid, den heer Suring,
thans zoover gevorderd, dat hij niet meer zijn
kamer behoeft te houden. Volgens medisch ad
vies zal het echter nog geruimen tijd duren, eer
hij weder geregeld aan den parlementairen
arbeid zal mogen deelnemen.
Als opvolger van mr. P. Droogleever Fortuyn
als lid van de Eerste Kamer staat op de lijst van
de liberale staatspartij de heer Gelderman te
Oldenzaal, die van 19281937 reeds in dit colle
ge heeft zitting gehad.