Indische beeldhouwkunst
De avonturen van een verkeersagent je
9id tm&aal mn dm dag
H
ALLE ABONNÉ'S
F 250.-
VRIJDAG 23 SEPTEMBER 1938
EEN GOED HUISMIDDELTJE
TEGEN RHEUMATIEK
Uit de collectie C. T. Loo
2uw&u>UXK[
DEKENS!'
és
HON IG's KEUKENSTROOP ufcUizondetel
wat ze wil
as»
Natuurlijke en kunst
matige rubber
OUDE TOREN TE
HEDIKHUIZEN
UITWISSELING VAN
KUNSTENAARS
In een paar minuten zelf gemaakt
Katholieken en film
SmiIËIIIwiw:.:4v; m-mÊ&SSËÊB':r -
Ï.T I D" ™reldreis van j
Beate weet
Terwjjl het natuurproduct rubber een decen
nium geleden slechts de concurrentie van de
z.g. geregenereerde rubber te duchten had, Is
de wereld op het oogenblik ook de synthetische
kunstrubber rijk.
Het is niet alleen Duitschland, dat het syn
thetische product Buna bracht, waarvan de
basis calciumcarbied is, doch ook andere lan
den, zooals b.v. de Vereenigde Staten en Polen,
vervaardigen kunstrubbersoorten.
In ons land hoort men over al deze rubber
soorten slechts weinig spreken. Dit is echter
niet zoo erg verwonderlijk. Waar onze koloniën
een belangrijk aandeel hebben in de voort
brenging van de natuurlijke rubber, kunnen
wij in een tijd van zoo grooten overvloed van
dit product als wij nu medemaken, toch nau
welijks verwachten, dat een concurreerend ar
tikel. dat slechts met groote kosten langs kunst-
matigen weg te bereiden valt, grooten opgang
zal maken. Niettemin zetten die landen, welke
hun heil zien in een systematische afsluiting
van de buitenwereld, ijverig hun pogingen
voort om onafhankelijkheid van 't natuurproduct
te bereiken. Dat de productiekosten vrij hoog
zijn, speelt dan meestal geen rol. Men telt het
doel alleen en acht dit alle offers ruimschoots
waard.
Dat de kosten voor het vervaardigen van de
synthetische rubbersoorten vrij hoog zijn, en
hoe hoog precies blijkt uit Wallstreet Jour
nal, dat de kostprijzen voor een pound der in
Amerika vervaardigde soorten synthetische rub
ber geeft Deze kosten bedragen voor neo-
phreen-rubber 3 shilling, voor thiokol 2 sh. 5 d.
en voor Perbunan niet minder dan 5 sh. 5 d.
Wil men die met de Indische kostprijzen ver
gelijken, dan bedenke men, dat voor daar te
lande een kostprijs van 20 ct. per kg als
laag geldt en een van 30 ct. als hoog, waarbij
men de kostprijzen van de kunstmatige soor
ten met 10 procent heeft te verhoogen, daar
deze in pounds zijn uitgedrukt en de Indische
in halve kilogrammen.
Natuurlijk is tegen een dergelijke vergelij
king protest aan te teekenen en wel kan men
beide rubbersoorten uit hoofde van hun uiteen-
loopende eigenschappen onvergelijkbaar ver
klaren. Men bedenke bijvoorbeeld, dat sommige
kunstmatige rubbersoorten boven het natuur
product het voordeel hebben veel beter bestand
te zijn tegen de inwerking van olie. Met dat al
blijft er nog altijd een belangrijk prijsverschil
in het voordeel van de natuurlijke rubber.
Naar wij vernemen, is, na ontvangen goed
keuring van den Minister van Onderwijs, Kun
sten en Wetenschappen, alsmede van het Werk
fonds, de restauratie van den bekenden monu
mentalen toren van Hedikhuizen (Heusden) op
gedragen aan de firma Prett te Oostzaan voor
f 8282.
De eerste drie Nederlandsche kunstenaars,
die als resultaat van de uitwisselling van Neder
landsche en Hongaarsche kunstenaars waren
aangewezen, Paul Kromjong, K. Andrea en
L. van der Bundt, zijn naar Hongarije vertrok
ken. Als vierde is M. Bleekrode aangeweezen.
Zooals men weet waren tot nog toe vier Hon
gaarsche schilders naar Nederland gezonden.
Binnenkort zullen weer drie Hongaren naar ons
lnad komen: de schilders Dénes, Förstner, Imre
Szobotka en Istvan Zador, voorzitter van den
Hongaarschen etsersbond.
(Ingezonden Mededeeling
Om Uw rheumatiek-oijnen te verdriiven is er
niets beters dan dit middeltje, dat U zelf klaar
kimt maken. Het is een beproefd receptje.
Koopt 85 gram terpentijn en 15 gram Rheuma-
gie-olie (geconcentreerd). Elke apotheker of
drogist kan U beide leveren. Een 15 grams-
fleschje Rheumagic-olie (geconcentreerd) kost
maar 65 oent, dus met de terpentijn bent U
voor ongeveer drie kwartjes klaar. Vermengt
deze twee bestanddeelen thuis in een schoone
flesch door goed te schudden. Uw eigen rheu-
matiekmiddeltje is dan gereed. Het brengt
onmiddellijk verlichting, omdat de Rheumagic-
olie een combinatie is van 5 krachtige pijn-
doodende bestanddeelen. Daarom moogt U de
Rheumagic-olie niet zuiver gebruiken. Ze moet
vermengd worden met de terpentijn, anders is
ze te sterk. Dit middeltje is wel een proef waard,
als U al lang aan Rheumatiek lijdt. Haal van
daag nog 85 gram terpentijn en 15 gram
Rheumagic-olie (geconcentreerd) in huis. Be
waart dit recept.
Stuk voor stuk^- door en
door solide, bovendien fraai
van lijn, modern van kleur
Het komt zelden voor dat men, tenzij dan
in musea, een zoo uitnemende verzame
ling Indische beeldhouwkunst bijeen vindt
als thans te zien is in de Kunstzaal Van Lier,
aan het Rokin te Amsterdam. Er zijn hier een
aantal bronzen, steenen en houten kunstwer
ken te vinden, van hooge geestelijke gezindheid
en onaanrandbare grootheid, afkomstig uit de
collectie C. T. Loo te Parijs. Geen wonder, dat
vele kenners van de Aziatische kunst hun hart
zijn komen ophalen.
De tentoonstelling bestaat voornamelijk uit
beeldhouwkunst van de hooge cultuur van Zuid-
Indië, uit de 12e, 13e, 14e, 15s en 16e eeuw,
maar er zijn ook Boeddha's en Bodhisattva's
uit vroeger tijd, van Mathura, in Britsch-Indië,
en van de kunst der Khmers uit Achter-Indië.
De oudste Boeddha, een simpel, maar prachtig
archaïsch ding in rooden steen, is uit de vijfde
eeuw.
Het mag zijn dat de Europeaan vreemd staat
tegenover de geheel persoonlijke symboliek dezer
Indische kunst, met haar eigen religieuze tee-
kens en vervoerde stemmingen, wanneer men
ziet hoe volkomen van plastiek het werk is,
met hoeveel meesterschap en zekerheid de voor
ons gevoel grillige proporties en contaminaties
zijn opgelost en gqprdend, dan raakt men ver
vuld van bewondering voor de makers dezer
werken en men voelt te staan in de nabijheid
van iets verhevens en sacraals. Voor ons gevoel
heeft een beeld als dat van Ganesa, den god
met den kop van een olifant, zijn slurf vast
houdend met de linkerhand, misschien iets
lachwekkends, bij oppervlakkige beschouwing.
Maar wat voor ons een circusattractie is, is
voor den Indiër het symbool van iets heiligs,
en deze Ganesa heeft in gansch zijn wezen iets
zoo grootsch en monumentaals, dat iedere ge
dachte aan komisch effect eenvoudig ongepast
is.
Een prachtig stuk is de bronzen Civa in
een aureool, met bijl en antilope; bijzon
der indrukwekkend ook de dansende
Swami; van uiterste verfijning het Devi-beeldje
(no. 5) met den lotus, schitterend geciseleerd,
op een wijze die de vormen van het lichaam
volkomen laat spreken, maar toch een vluch
tige, geraffineerde bekoring toevoegt aan de
weergaloos uitgebalanceerde werking der lede
maten. En de Soundarar (no. 6)de vishnu-
heilige van den zang, is hij niet volmaakt als
een Apollo, drukt heel zijn wezen niet de musi
sche vervoering, den heiligen waanzin van den
zang uit?
Toppunt van grilligheid schijnt de Soubra-
mani, met de twaalf armen en de zes hoofden.
Is een dergelijke monsterlijkheid nog zóó voor
te stellen, dat zij tot schoonheid wordt ge
wekt? De Indische beeldhouwer kón het, want
de harmonie van dit beeld is volkomen, de vele
ledematen zijn grandioos geordend en inpla'ats
van gruwelijkheid ontmoeten we edele harmo
nie.
Zie daarnaast dan de diepe contemplatie van
het Boeddha-kopje in grijzen steen (no. 19),
met den mysterieuzen glimlach, een wonder van
liefelijkheid en geestelijkheid en men zal
weten, dat een groote cultuur hier in prachtige
kunstwerken zich openbaart, dat er vele ver
schijningsvormen der schoonheid zijn en dat
het onbegonnen werk is voor haar een modus
en een wet te construeeren, die algemeen-geldig
zou zijn. De wijze zoekt de schoonheid overal
en laat zich door hiërarchische vormen, door
iconographie, niet afleiden van de hoofdzaken,
de bewegingen der ziel.
JAN ENGELMAN
In Casa Nova op de H. Landstichting werden
dezer dagen conferenties gehouden door de le
den van het Katholiek Gemeenschapsoord over
de film in het algemeen en het standpunt van
de katholieken tegenover de film. De heer
Bernard Verhoeven leidde de conferenties en
gaf allereerst het woord aan den heer A. van
Domburg, redactie-secretaris van ..Katholiek
Filmfront", die een verhandeling hield over de
mogelijkheden van een katholieke Nederland
sche filmproductie. Het probleem van de ka
tholieke filmactie is nog moeilijker dan het
probleem van de algemeene Nederlandsche
filmproductie, en dat is reeds zoo ingewikkeld,
zooals blijkt uit den strijd tusschen Cinetone en
Fjlmstad. Als de beste vorm van katholieke
filmactie lijkt spreker het stimuleeren van vrije
katholieke filmers onder meer door hun gelde-
lijken en anderen steun te verschaffen. Onze
filmers moeten daarbij vrij gelaten worden in
hun arbeid en het recht hebben die film te
maken, die zij brandend verlangen te maken,
onverschillig of deze films een katholieke ten-
denz hebben of niet. Het gaat hier meer om de
superieure kwaliteit van hun producten. En in
dezen zin moeten zij en ook wij, die hun stimu
lators zijn, avant-gardisten wezen.
Na deze korte, zakelijke inleiding ontspon
zich een zeer interessant debat, waaraan zoo
wel katholieke filmvoorstanders uit Vlaamsche
als Nederlandsche kringen deelnamen. De mee
ning was wel algemeen, dat de katholieke film
actie doeltreffend moet zijn en dat de waardig
heid van het katholicisme van kunst en van
mensch eischt dat de film vóór alles goed en
wel verantwoord is. Het werd niet noodig ge
acht, dat wij propageeren de katholieke tota-
liteitsfilm, maar wel moet de film min of meer
Cri Devi, godin met den lotus, een
bronzen Indisch beeld uit de 15e eeuw,
op de tentoonstelling van de collectie
C. T. Loo in de kunstzaal Van Lier
positief katholiek gericht zijn. Evengoed als wij
katholieken in de literatuur, in de schilder
kunst, in den omroep onzen invloed hebben
kunnen doen gelden, zoo zal dat ook kunnen
gebeuren in de film. Daarbij moeten wij niet
uitschakelen het standpunt: Wij moeten hebben
een katholieke film, maar katholieken moeten
hun invloed op de film kunnen doen gelden en
hun beginselen daarin kunnen laten leven.
Door Pater Morlion werd gewezen op de
groote moeilijkheden van financieelen aard aan
katholieke filmproductie verbonden. Daartegen
over werd door den heer van 't Hof uit Voor
burg gewezen op de mogelijkheid, dat wij inter
nationaal zouden kunnen samenwerken om zoo
ook de katholieke film productief te kunnen
maken. Gewezen werd hier op de mogelijkheid
van een internationaal katholiek journaalbu
reau. Prof. Dr. Rutten sloot zich aan bij den
inleider en verklaarde zich voorstander van de
goede film, waarin het publiek vermaak vindt,
maar wees er tegelijk op, dat wij den katholieken
smaak op de juiste wijze moeten richten. Tege-
y»f 'v'TSy':"
m
VOORKOMEN
RHEUMATIEK
ETTIG GEDEP. HANDELSMERK
En wat kon hij anders doen dan te gehoorzamen. Een agent
had hem bevolen de tasch open te maken en hij deed het. En
tot vreugde van de visschen, maar tot groote woede van den
hengelaar, die zijn kostbaren buit weer moest loslaten, kozen
de visschen het ruime sop. Ze waren Weer in hun element.
En de agent, die eigenlijk niets te vertellen had onder water,
vroeg hem zijn naam, zijn voorletters, waar hij woonde en wat
hij voor den kost deed. En de man, d<-l dank zij het verkeeis-
agentje onder water kon blijven, anders was hij al lang ver
dronken, gaf op alles antwoord.
et was een advertentie van den volgenden
inhoud, die de belangstelling trok van
Thomas Brentford.
Romanschrijver, die binnenkort een wereldreis
gaat ondernemen, vraagt een bekwaam typist,
die in staat is, stenografisch werk op een schrijf
machine uit te werken. Sollicitant moet in het
bezit zijn van een goede „Union Portable"
schrijfmachine en bereid zijn, de reis om de
wereld mede te maken. Salaris: Vijftig pond
sterling per maand, benevens vrije reis en ver
blijfkosten. Br. Motto: Wereldreis, bui. dezer.
Thomas Brentford liet de krant zakken en
vloog op zijn schrijfbureau toe. Nog geen half
uur later lag de sollicitatie in de brievenbus.
Het geluk was hem gunstig, want twee dagen
later ontving hij een brief met de uitnoodiging,
zich dien avond te vervoegen bij Richard Clap
ton, Regentspark 23. Lang voor het afgesproken
uur liep hij in de nabijheid van de villa van den
schrijver heen en weer. Toen het tijd was, belde
hij aan en een jongeman in een rood en wit
gestreept jasje opende de deur en liet hem in
een prachtig gemeubelde wachtkamer. Hij voel
de zich in deze luxe een beetje onwennig, maar
toen even later een stem hem uitnoodigde in
den salon te komen, voelde hij zich al meer op
zijn gemak.
„Neem plaats, mijnheer.... eh.
„Brentford.... Thomas Brentford," haastte
hy zich. Gelijktijdig haalde hij den brief te
voorschijn maar Clapton, een man van middel
baren leeftijd met een grijs puntsikje, weerde
lachend af.
„Luister eens, mijnheer Brentford. De adver
tentie was zeer aanlokkelijk, nietwaar? Vijftig
pond sterling per maand enzoovoorts, dat wordt
je niet iederen dag aangeboden."
De jongeman knikte lachend.
„Inderdaad, mijnheer, het klinkt wel wat erg
mooi."
lijk werd gewezen op den machtigen invloed
van den Nederlandschen Bioscoopbond. De heer
van Domburg wees er nog op, dat de vorm van
de film moet samengaan met den inhoud en
dat wij ook in de film dat goede geestelijke
voedsel moeten geven, waarnaar het gezonde
volk verlangt.
Door den leider, den heer B. Verhoeven, werd
de vraag gesteld: Wat kan de bemoeiing van
de katholieken zijn, die op het terrein van de
film iets goeds willen berijken? Wij moeten
onzen filmers kansen en opdrachten geven en
probeeren invloed uit te oefenen op de inter
nationale en nationale filmproductie. Tegelijker
tijd zou daar geld beschikbaar moeten zijn om
dat te kunnen besteden aan goede filmproduc
tie. Na een uitvoerige beschouwing van de pro
blemen van Abbé Bernard over de filmproduc
tie in het algemeen en den katholieken invloed
daarop, bracht de heer Weterings naar voren,
wat de katholieke filmactie reeds deed en wat
haar plannen voor de toekomst zijn.
De volgende inleider, de heer van 't Hof,
wees op den droevigen toestand, welke op het
amateursfilmgebied in ons land bestaat. Zelfs
aan technische eischen wordt dikwijls niet eens
voldaan, om niet te spreken van schoonheids-
en andere eischen. Men kent de figuur van
papa-filmer, wien het er alleen om te doen is,
dat Jantje er „goed op komt", men kent de
treurige school-, jeugd-, en propaganda-films,
door amateurs vervaardigd.
Toch is het filmamateurisme belangrijk, om
dat het in een gunstiger positie verkeert, wijl
het vrijer is, dan beroepsfilmvervaardiging. Van
deze gunstiger positie moeten wij in de toe
komst partij trekken. Er rijzen echter verschil
lende vragen op: b.v. moet er solo-arbeid zijn
of gemeenschapsarbeid? Moet ons amateurisme
in zekeren zin worden georganiseerd? Deze
laatste vraag meende spr. bevestigend te moe
ten beantwoorden. Spr. wees er op, dat de ka
tholieke filmactie van het amateurisme ont
zaglijk veel kan verwachten, en haalde in dit
verband het voorbeeld aan van Italië, waar
b.v. onder de studenten van hoogescholen ama
teursfilmclubs bestaan, die kunnen werken met
subsidies van de Italiaansche regeering, welke
hoopt, dat uit deze amateursclubs in de toe
komst prominente figuren zullen te voorschijn
komen, welke de Italiaansche filmvervaardiging
als beroep ter hand kunnen nemen en haar op
hoog peil zullen kunnen brengen.
Spr. had op deze bijeenkomst, waar hij meer
amateurs-filmers had willen ontmoeten, een
voorstel willen indienen de organisatie van de
amateursfilmvervaardiging direct ter hand te
nemen. Thans wilde spr. zich bepalen tot het
aangeven van een schets van organisatie, waar
van hij hoopte, dat de aanwezigen deze in
overweging zouden willen nemen.
Spr. had zich twee eischen gedacht: de or
ganisatie zou moeten staan op katholieken
grondslag en ten tweede: werken binnen het
raam der K.F.A.
In elke stad veronderstelde spr. een afdeeling
der K.F.A., waarbinnen een of meer filmkrin
gen, welke 3040 personen zouden omsluiten.
Elke kring zou bestaan uit twee groepen, waar
van er een een studiegroep zou zijn, de ander
practisch filmwerk zou doen. Uit den aard der
zaak zouden beide groepen zich kunnen over
lappen.
Al deze filmkringen tezamen zouden onder
de K.F.A. een verband moeten vormen, waar
door ervaringen zouden kunnen worden uitge
wisseld, technische hulpmiddelen gemakkelijker
zouden kunnen worden geruild enz.
„En toch is het de waarheid, maar er zijn
maren aan verbonden, zooals u wel begrijpen
kunt. Kijk eens, op mijn wereldreis komen wil
niet alleen in beschaafde landen, maar even
goed in de binnenlanden van Afrika en zoo.
Daar is zeer veel gevaar en risico aan verbon
den. Ik stel er prijs op, dat u goed weet, waar
aan u begint. De mogelijkheid is niet uitgeslo
ten, dat we onder de kannibalen terecht komen
en dat u het er niet levend afbrengt."
Hij keek zijn bezoeker een oogenblik oplet
tend aan en vervolgde toen glimlachend: „Juist,
ik zie het al. U bent juist de persoon, dien ik
zoek. U schijnt niet bang te zijn. Bent u bereid,
de wereldreis met mij te maken, ondanks de
gevaren?"
„Maar natuurlijk, mijnheer Clapton. Ik zal
de gevaren wel leeren kennen en dan handelen
naar omstandigheden."
„Prachtig!En danbent u in het be
zit van een Union Portable schrijfmachine?"
Brentford schudde het hoofd.
„Nog niet, mijnheer. Maar daar is wel aan
te komen. Moet het juist een Union Portable
zijn?"
Clapton knikte.
„Ik zal u zeggen waarom. Ik ben zelf wel in
het bezit van zoo'n machine, maar die is uit
sluitend geschikt om in huis gebruikt te worden
vanwege zijn grootte. Op reis moeten we een
kleine reismachine hebben. Dat ik juist een
Union Portable wensch, komt omdat deze ma
chine een buitengewoon kleine en sierlijke let
ter heeft. Dat is met het oog op portobespa
ring van groot belang, begrijpt u? Bovendien
vind ik het wel interessant, en ook bij wijze
van tegenprestatie en zekerheid, als mijn reis
gezel blijk geeft, ook iets voor de zaak over te
hebben. Het geeft mij tevens een weinig zeker
heid, dat u niet op het laatste oogenblik terug
krabbelt."
Hij keek Thomas vragend aan.
„Wat denkt u ervan, mijnheer Brentford?
Gaat u op mijn voorstel in?"
„Ik zou werkelijk niet weten, welke bezwaren
ik nog zou moeten opperen," lachte Brentford.
„Als het moet, kan ik binnen twee dagen ge
reed zijn voor de reis."
„Niet zoo hard van stal loopen, jongmensch,"
vermaande Clapton. „De reis begint pas over1
twee maanden. En dan wilde ik u voorstellen,
dat ulaat eens zienhet Is nu vijftien
Ajiril. Laten we afspreken, dat u op vijftien Juni
weer hier komt met uw bagage en uw schrijf
machine, om nog enkele dingen te regelen. We
gaan met de boot, die op twintig Juni naar
Vlissingen vertrekt."
„Dat is best,
mijnheer. Ik zal s
weten, welk adres i
voor het aan- I Thomas Brentford l
schaffen van de
machine 't beste
is. Ik ben in Londen niet zoo goed bekend."
Clapton dacht even na.
„Ik heb mijn machine drie jaar geleden ge
kocht bij de firma Mossley and Cross aan het
Strand, maar ik weet niet, of die zaak er nog
is. Dat moet u maar even informeeren. Wacht
eens, ik heb het adres genoteerd."
Hij haalde een notitieboekje uit een lade van
de tafel.
„Juist, hier staat het, Mossley and Cross. Al
leenverkoop van de Union Portable schrijf
machine. 234 Strand Londen. Telefoon 254617.
Ik kan het wel even informeeren."
Hij greep de telefoon en even later had hij
de bevestiging, dat de firma Mossley and Cross
nog aan hetzelfde adres haar dreef.
Thomas schreef het adres op en na nog een
poosje over de toekomstige reis te hebben ge
praat, verliet de jongeman opgewekt de woning
van den schrijver.
Het was den vijftienden Juni, toen des mor
gens orrj tien uur een taxi stilhield voor de wo
ning in het Regentspark. Even later volgde een
tweede auto en even later een derde. Uit al deze
auto's stapten jongemannen met in de hand een
grooten reiskoffer en in de andere hand een
kleineren, waarin naar den vorm zich 'n schrijf
machine bevond.
Een van de mannen belde aan en toen deze
aan het dienstmeisje vroeg om mijnheer Clapton
te spreken, zei ze kortaf:
„Mijnheer Clapton?.Die is eergisteren ver
trokken. Hij was hier op kamers en is plotse
ling heengegaan zonder te zeggen, waarheen."
„Vertrokken....?" vroeg Brentford, die gebeld
had. „En we hadden afgesproken, dat ik van
daag hier zou komen, om de laatste toebereid
selen te maken voor de wereldreis...."
Op datzelfde oogenblik zaten op den mail-
stoomer van Liverpool naar New York twee
mannen aan dek zachtjes met elkaar te praten.
„Ik zou op het oogenblik wel eens een kijkje
willen nemen, Jack, hoe of het er voor de wo
ning in Regentspark uitziet. In totaal heb iK
honderdveertig sollicitanten aangenomen voor
de wereldreis en honderddertig hebben werke
lijk bij ons een Union Portable gekocht voor
dertig pond sterling. Als we uitrekenen dat we
op elke machine twintig pond verdienen, dah
hebben we in twee maanden tweeduizend zes
honderd pond verdiend."
Zijn kameraad lachte zachtjes.
„Dat is tenminste genoeg om het een poosje
uit te zingen in New York en dan kunnen we
in dien tijd onze nieuwe zaak openen in tro
pische kleeding."
op dit blad zfln ingevolge de verzekeringsvoorwaarden tegen T"i pm pg levenslange geheele ongeschiktheid tot werken doo* jP pm pg een ongeval met
ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen A DU#" verlies van beide armen, beide beenen of belde oogen 1 i OU*" doodelijken afloop
AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIE MAAL VIER EN TWINTIG UUR NA HET ONGEVAL
pg verlies van een han*
of een
door Otfrid
=1 von Hanstoin
Hoe haatte hij haar, het meisje met den vas
ten wil, dat hem had overgehaald, zichzelf voor
haar op te offeren.
Op het station moest hij eenige uren wach
ten, welke gelegenheid hij waarnam, om aan
den heer Jousten in Buenos Aires te telegra-
feeren.
„Verzoeke telegrafisch antwoord, poste
restante Santa Fé, of u weet, wat er van Beate
Serenus geworden is!"
Hard was zijn gezicht als hij aan haar dacht.
Eindeloos waren die vreeselijke uren in San
Christobal. Vreeselijk waren 't stof in de straten,
het eten, bestaande uit taai vleesch en ellendige
zoete aardappelen, het water, dat slechts ge
nietbaar was, wanneer het met canja, een foe-
rtelachtigen brandewijn, vermengd werd.
Wat was hij verwend gedurende die zes
weken op de estancia! Niet denken was hij
gisteren maar niet zoo krankzinnig geweest!
Nu stonden de machines, waar hij zoo van
hield, daar zonder hem, nu....
Kleine, lieve Ines!
Eindelijk kwam de trein. Het paard werd in
geladen. Egon leunde moe in een hoek van de
coupé. Hij reisde in de goedkoope klasse en sliep
in, terwijl tegenover hem gaucho's, kleine far
mers en koewachters praatten, spuwden en
rookten.
In het hotel Santa Fé, hetzelfde, waarin hij
destijds de helft van zijn laatste pesos ver
teerd had, nam hij een kamer.
Het was in den middag van den volgenden
dag. Er waren reeds vier en twintig uur ver-
loopen, sinds hy de ectancia had verlaten.
Egon ging naar de post.
„Een telegram voor den senhor."
Bespottelijk, zooals zijn zenuwen hem in den
steek lieten. Was het een telegram, dat hem
terugriep? Hij brak het haastig open en las:
„Senhora Dombusch verliet Buenos Aires vier
weken geleden. Adres onbekend. Niets achter
gelaten. Jousten."
Egon lachte zóó bitter, dat de omstanders
hem verwonderd aanzagen.
Terneergeslagen keerde hij naar zyn hotel
terug en sloot zich in zyn kamer op.
HOOFDSTUK XIV
Beate Serenus hield school zooals zij het nu
reeds vier weken lang had gedaan, zy zat in
het eenige kale lokaal van de „school"; vóór
haar zaten de twintig vuile kinderen en zij
trachtte met veel yver, hen rustig te houden
en hun wat kennis bij te brengen!
Ellendige kinderen, in lompen gehuld. De
mannen en vrouwen, die wanhopig streden om
het oerwoud te slechten, den grond te ploegen,
die zaad strooiden en niet wisten, of dit zou
uitgroeien tot een overvloedigen oogst of dat de
onbarmhartige zon alles zou verbranden; die
moesten toezien, hoe de tropenregen de rivieren
deed aanzwellen en de velden in moerassen
veranderde of hoe sprinkhanenzwermen op het
laatste oogenblik hun hoop verstoorden die
mannen en vrouwen hadden geen tijd om
zich te bekommeren om het welzijn van de
kinderen.
zy keek neer op de bloote, stoffige voeten,
die mijlen hadden geloopen of gereden, de ge
zichten, waarop niet de minste belangstelling
te lezen stond, maar alleen het verlangen naar
het einde van de schooluren. Schreeuwende
stemmen dreunden in koor op, wat zij voorzei;
de jonge hersenen, die reeds de zorgen der
ouders deelden, trachtten te rekenen met onbe
kende cijfers. Verwonderd luisterden zy toe als
de onderwijzeres vertelde van het verre land,
waar een winter en een zomer bestond en dat
eens het vaderland van hun ouders was ge
weest. Het kwam hun voor als een verloren
paradijs.
Dan begon de zon te branden; de lessen wer
den onderbroken. De kinderen zaten te slapen of
speelden landerig in de buurt.
Beate zat in haar leunstoel en dacht na.
Don Xavero, de bezitter van de farm en het
schooltje, kwam met zwaren tred naderby. Hij
was buiten op zyn veld geweest bij de jonge
katoenaanplanting, die dit jaar voor het eerst
vrucht zou dragen.
Op zyn gezicht lag een tevreden lachje. Hy
knikte haar toe.
„Buenos dias, senhorita Beatel"
Ook zy vertrok haar gezicht tot een glim
lachje.
„Ik wou met u spreken. Of bent u misschien
te moe?"
„Ik ben tot uw dienst, mynheer Gschaftler."
De onbeholpen boer nam haar mee naar zijn
boerdery en ging met haar op de veranda
zitten.
„Dat gaat zoo niet langer!"
Beate schrok. Waren ze niet tevreden over
haar als onderwijzeres? Nog pas een paar minu
ten geleden had de heete, benauwde school
ruimte haar een hel toegeschenen, nu beefde zij
bij de gedachte, dat men haar zou kunnen ont
slaan.
Wat was Beate Serenus klein geworden, het
verwende meisje, dat nu bleek werd bij het ver
moeden, dat die ruwe farmers misschien niet
tevreden over haar waren! zy vroeg angstig:
„Wét gaat zoo niet verder?"
„Dit hier, met u!"
„Bent u niet tevreden?"
„Hebt u zelf plezier in dit leven?"
„Ik doe mijn uiterste best."
„Gisteren is hier een Duitscher gekomen. Die
wou dominee worden, maar is nu al Jaren aan
het zwerven. Ik geloof, dat een man er beter
geschikt voor is de bengels in toom te houden."
„Moet ik gaan?"
De farmer bestudeerde haar gezicht.
„Bent u graag hier?"
„Ik...."
„Wacht u maar. U bent een braaf meisje. Een
meisje, dat weet, wat ze wil. Maar ik span een
goede melkkoe niet voor den ploeg en ga ze
dan in de zon dood jakkeren!"
Onwillekeurig moest ze lachen.
„Ben ik de melkkoe?"
„U moet mij de vergelijking niet kwalijk
nemen."
„Ik weet, dat een melkkoe een heel nuttig
dier is."
„Juist, wy hebben u goed waargenomen, sen
horita. Wij mogen u graag! En daarom hebben
wij besloten, iets anders voor u te zoeken."
Beate luisterde nu oplettend.
„wy hebben hier straks een soort vergadering
en ik'geloof, dat ik u beter kan vertellen, wat
er aan de hand is. Die vergadering geldt name
lijk u."
Zij begreep er steeds minder van.
„My?"
„Ja, wy.... Hij aarzelde en tegelijkertijd
werden er stemmen hoorbaar voor het huis. De
acht farmers uit de naaste omgeving kwamen
aanrijden, stegen af, bonden de paarden aan
het hek en kwamen met zware stappen de
veranda op.
„Buenos dias, senhores!"
Algemeene begroeting, maar gewichtiger dan
anders het geval was. Gschaftler, als hoofd van
de nederzetting, keek om zich heen.
„Zijn we er allemaal?"
„Ja, allemaal."
De mannen gingen op de krukjes zitten, die
haastig werden aangedragen. Voor Beate werd
een stoel gebracht,
„Waarde geburen. amigos!"
De brave Gschaftler zag er altyd buitenge
woon komiek uit, als hij plechtig wilde doen-
„U weet, waarom wij te zamen komen. Het
gaat er om, den Duitscher Friedrich Kurz, <*ie
vroeger candidaat in de theologie was, aan
stellen tot nieuwen schoolmeester in onze Se'
meenschap. Is er iemand onder ons, die e
tegen is?"
Geen antwoord, slechts peinzend geboge0
hoofden.
„Dat is dus afgedaan. De schoolmeester krité
het schoolhuisje en een stuk land en verdof
wat ons goed dunkt. Voorts hebben we
spreken over het welzijn en de toekomst vS-
senhorita Beate Serenus, die zich onder on
hoede gesteld heeft en voor wier welzijn
bereid zijn te zorgen."
Beate werd hoe langer hoe verbaasder e
voelde zich heel onrustig. fl
„Senhorita! U hebt genoeg uw best Sec^tr
met onze bengels, maar dat is geen werk vCv
u. Wij houden van u. U bent een braaf
U bent mooi, hebt stevige armen en een v®.g
standig hoofd. Wij hebben besloten, u gelukK
te maken."
Beate begon de geschiedenis van den kob1
schen kant op te nemen.
„Dat is allervriendelykst van u!" ng
„Lacht u alstublieft niet, want het is
ernst! Wat is het levensdoel van een SeZ<Ld
meisje? Soms schooljuffrouw zyn? In de s
is dat misschien gewoonte, maar hier h
Kinderen krijgen en die opvoeden, een ol „re.
teiyke huisvrouw worden, dat is het w ,at
Kort en goed, wy zullen u uithuwehjken, .j
is ons besluit". (Wordt vervol»