Nieuwe Diesel-electrische treinen ifloSpjes! Zuiderzeefonds S' De vorst' VOLLEDIGE DIENST hhss mms WOllEN mm •5y ...maar SKIPPY smaakt duurder! n Cgend Leden der N.S.B. beleedigd Site' z Mi^- A0Tf .cW-, ATLANTA TOBACCO COMPANY H OHIO'S KEUKENSTROO VRIJDAG 11 NOVEMBER 1938 De reiziger kan een maaltijd ge bruikenzonder dat hij zijn plaats behoeft te verlaten 15 Mei 1940 gereed Goede ervaringen Waarvoor deze nieuwe bestelling? TWEEDE KAMER OVER DE WIERINGERMEER Tweede Kamer informeert naar de verdere uitvoering der drooglegging Schadevergoeding aan visschers CONTINGENT EERINGEN Tweede Kamer over Engelsche maatjesharing en Russische lucifers PAT ^°ude tredir*" öe pste pet, I Set Kwoordi h, ree 4ar*ta g van 4 ienj bni'eIla .„^^naar Goed nieuws voor den verwenden rooker- Thans kunt U gerust hóógere eischen aan Uw cigaretten stellen: onveranderlijke kwa liteit en 100°/o rookgenot. Want thans is er de altijd versche Skippy, de echte Ameri- kaansche cigaret! Inderdaad, Skippy is een topprestatie een vakkundig samengesteld mengsel van rijpe, versche tabak en bovendien zoodanig behandeld en in extra sterk staniol verpakt, dat haar pittige geur en zachte smaak on veranderd behouden blijft. Skippy is dus versch en blijft verschSteek maar eens een „Skippy" opDan zult U zeggen „Jawel, dat is versche tabak: pittig en toch.... o zoo zacht". 20 voor 15 cent. i» <4 ft1* ■ih Senoo te 6* letfi Tegen der voorzitter der S.D.A.P. werd een boete van f 100 geëischt VERJAARDAG MGR. HUIBERS Receptie Dinsdag 15 November Audiëntie Aartsbisschop MAN DOODGEREDEN Bij het oversteken door een aut" gegrepen ROODE KRUIS ZOEKT NOG TWEE MILDE GEVERS èlEeri N Sb"' st kernei '8. bu I»Wil t Bai reist incognito Sigmar's krachtige bariton overstemde het Flater !>Ki ona De Nederlandsche Spoorwegen hebben, zooals reeds gemeld, bij de eigen vaderland- sche industrie een order geplaatst van 8% millioen gulden, waarvoor 18 vijf-wagens Diesel-electrische treinstellen geleverd moe ten worden, voorzien van Maybach-Werk- spoor-motoren. Bovendien zijn twee reserve- machinewagens in bestelling, zooals men weet, de middelmoot van een Diesel-electri- schen trein, waarin zich de motoren, een bagage-ruimte en een kleine keuken bevin den. Sedert 1934, het jaar, dat met de Diesel- electrische-tractie begonnen is, werd 52 mil lioen gulden voor materieel van het beken de stroomlijn-type en bovenleiding, alsmede onderstations, noodig voor de electrische trei nen, uitgegeven, waarvan 18.6 millioen uit sluitend bestemd waren voor bovenleiding en onderstations. De rest vanzelfsprekend dus voor rollend materieel. De rijtuigen worden gefabriceerd bij Beijnes, Werkspoor en Allard, terwijl de Maybach-mo- toren eveneens bij Werkspoor gebouwd worden. Voor de twee reserve-wagens worden echter in tegenstelling met de 18 treinstellen, waarin drie motoren van 600 P.K. geplaatst worden, twee Stork-Ganz motoren, elk van 900 P.K. gebruikt. Deze machine-wagens, zooals we ze maar zul len blijven noemen, kunnen op normale wijze in de treinstellen worden geschoven, waaruit de eventueele defecte motor-wagens op nor male wijze uitgereden kan worden. In een onderhoud met den directeur der Ne derlandsche Spoorwegen, die speciaal de zorg heeft voor tractie en materieel, ir. W. Hupkes, deelde deze ons mede, dat men zeer tevreden is over de ervaringen, die men tot nu toe met de Dieseltreinen heeft opgedaan. Na de bekende strubbelingen, hebben de Maybach-motoren een wijziging ondergaan, die sssm nu uitstekend voldoen en bij de motoren, die regelmatig in herstelling komen zijn er bij, waarmee een afstand van meer dan 400.000 K.M. is afgelegd. Reeds in 1936 en 1937, toen de Dieseltreinen in vollen omvang op het middennet zijn gaan rijden met een maximum-snelheid van 100 K.M., waren de ervaringen uitstekend, doch de resul taten zijn nog gunstiger geworden, sinds deze snelheid voor de verbinding van de groote ste den met het Noorden, Oosten en het Zuiden tot 125 K.M. is opgevoerd. Een voornaam ding is ook, dat de Dieseltrei nen uitstekend aan de eischen van het publiek blijken te voldoen. Het comfort, dat men daar in heeft, wordt zoo op prijs gesteld, dat men er vanzelf toe komt het materieel, zooals de mooie leeren kussens in de derde klasse, goed te ontzien en van beschadiging door nonchalance of roekeloosheid van de zijde der reizigers is dan ook geen sprake. De Diesel-electrische treinen, waarover de Nederlandsche Spoorwegen thans de beschik king heeft het zijn 40 stellen in totaal be staan uit drie rijtuigen, doch bij de nieuwe treinen worden, zooals gezegd, vijf-wagens- stellen ingevoerd. De totale lengte van zoo'n stel bedraagt 109 meter met een aantal zitplaatsen voor de tweede klas van 52 en voor de derde klas van 224. Ver der zijn er in de tweede klas 30 en in de derde klas 70 staanplaatsen. Is de verhouding van het aantal zitplaatsen van de tweede-klas tot de derde klas heden 1 tot 2jj, bij de nieuwe Diesels wordt die dus van 1 tot 4. De uitvoering geschiedt weer volgens het be kende stroomlijn-type, de koppeling blijft auto matisch en een groot voordeel is, dat de nieuwe stellen in combinatie met de bestaande gereden kunnen worden. Wat de verdeeling der plaatsen betreft, er komt weer een middengang, doch een afwijking is de inrichting van twee afgesloten le klas coupé's, die een eenigszins luxe aankleeding krij gen, zooals een leeslampje, een beter soort trijp en een kleed op den vloer. Nieuw is ook de aanwezigheid van een keu kentje, dat in den machine-wagen komt en zich tot nog toe alleen in de electrische treinen be vindt. Hier wordt deze ruimte zelfs van grooteren omvang en is de keuken ook berekend op het bereiden van eenvoudige maaltijden. De zorg voor deze afdeeling zal weer bij de „Wagons lits" komen te berusten. Het ligt in de bedoeling, dat de reizigers hun maaltijd ter plaatse gebruiken, zooals bij de Engelsche Spoorwegen, waarvoor losse tafeltjes worden aangeschoven, die gemakkelijk aan het bestaande klaptafeltje bevestigd kunnen wor den. Ze worden anders in de bagage-ruimte mee gevoerd. De ramen zijn dezelfde als bi) de electrische treinen, de verwarming geschiedt weer door middel van warme lucht en in den eersten en laatsten coupé is voor de reizigers de attractie blijven bestaan van op de baan te kunnen zien. Overwogen werd ook om pneumatisch slui tende deuren aan te brengen, gelijk de onder- grondsche spoorwegen die kennen, doch men is van dit idee teruggekomen, omdat men vreesde, dat het Nederlandsche publiek daar nog te wei nig op ingesteld is. Evenwel is de inrichting der deuren zoo gemaakt, dat men er in de toekomst altijd nog toe over zou kunnen gaan. Met de nieuwe treinen zal een snelheid van 160 K.M. ontwikkeld kunnen worden en het ligt zeker in de bedoeling in de toekomst de bestaande snel heid op te voer»" Natuurlijk vraagt men zich af, waarvoor deze nieuwe Dieseltreinen dienen. De bedoeling is met deze treinstellen, die voor den zomer van 1940 gereed moeten zijn, gecom bineerd met de aanwezige Dieseltreinen een vol- ledigen dienst in te voeren op de lijnen van de groote steden als Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht met Groningen, Twente en Maastricht. In Mei 1940 zal dit ingaan. Gedacht is ook aan de mogelijkheid om met dit materieel buitenlandsche verbindingen tot stand te brengen en de persoonlijke mee ning van den heer Hupkes was, dat dit al leszins wenschelijk zou zijn. Het groote voordeel hiervan, voor wat de snelheid betreft, toonde hij met eenige spreken de cijfers aan. Tegenwoordig is de tijdsduur van een treinreis van Amsterdam naar Berlijn 8 uur 45 minuten, met een Dieseltrein zou deze slechts 6 uur en 26 minuten bedragen. Voor AmsterdamBazel zijn deze' tijden respectievelijk 10 uur 10 minu ten en 7 uur 44 minuten; voor Amsterdam Parijs 6 uur 15 minuten en 5 uur 26 minuten. Voor deze laatste verbinding is het verschil slechts gering in verband met de bestaande rechtstreeksche verbinding Brussel—Parijs. Uit bovenstaande moge weer blijken, dat de Ne derlandsche Spoorwegen alles in het werk blijven stellen om het publiek een zoo goed mogelijke „service" te geven en bemoedigend zijn in dit verband de woorden, die prof. Westendorp in een rede op 15 October te Rotterdam uitsprak, dat het reizigersvervoer door de Nederlandsche Spoorwegen sinds Mei 1938 sneller afgewikkeld wordt dan in eenig ander land van het conti nent en de snelheid overal eerder geringer is. Volgens het Voorloopig Verslag van de Tweede Kamer over de begrooting voor het openbaar lichaam de W'ieringermeer, spraken vele leden hun waardeering uit voor den door het be stuur van „De Wieringermeer" verrichten arbeid. De samenstelling van de bestuurscommissie m VOORKOMEN «S?1 RHEUMATIEK WETTIG GEOEP. HANDELSMERK werd door verscheidene leden ernstig gelaakt. Hoewel zij wisten, dat de directie zich niet be perkt, noch zal beperken tot de uitgifte van groote bedrijven, achtten verscheidene leden het toch gewenscht, wederom de wenschelijk- heid te bepleiten, dat ook kleine bedrijven wor den uitgegeven. Vele andere leden hadden geen bezwaar tegen een beperkt aantal kleinere bedrijven van ten minste 10 H.A. Doch tegen de plannen om de Wieringermeer in een groot aantal kleine be drijven te versplinteren, zouden zij zich met kracht verzetten. Aan het voorloopigi verslag der Tweede Ka mer over de begrooting van het Zuiderzeefonds ontleenen wij het volgende: Uit het voorstel, de uitgaven van de betref fende afdeeling met f 2.652.750 te verhoogen, leidde men algemeen met instemming af, dat de minister de in de Troonrede gedane toezeg ging, dat de verdere uitvoering van de droog legging van den Noord-Oost-polder krachtig zal worden voortgezet, gestand zal doen. In verband met de voorgenomen versnelling van de werkzaamheden achtten eenige leden het intusschen van groot belang te vernemen, welk bedrag voor den Noordoostelijken polder in 1938 zal zijn verwerkt. Zij vroegen tevens, of het tempo der werk zaamheden zoozeer zal worden versneld, dat de voor 1939 uitgetrokken bedragen inderdaad zul len worden verwerkt. Vele leden merkten op, dat het hun niet duidelijk was, wanneer met de inpoldering van de Zuidelijke polders een aanvang zal worden gemaakt. Zij meenden, dat de oorzaak, dat de inpolde ringswerkzaamheden weinig vroeger dan in 1943 kunnen aanvangen, gezocht moet worden in deze twee overwegingen: 1. dat eerst tegen 1943 het groote materiaal van de werken aan den Noordoostelijken polder zal vrijkomen; 2. dat het tijdstip, waarop de gronden van den Zuidoostelijken polder in gebruik worden genomen, moet worden voorafgegaan door de uitgifte van de cultuur-rijp gemaakte 40.000 H.A. van den Noordoostelijken polder. Naar de meening van deskundigen, aldus deze leden, zouden deze twee omstandigheden echter geen oorzaak behoeven te zijn van uit stel tot 1943. Tengevolge van de inpolderingswerkzaam heden van den Noordoostelijken polder onder vinden te visschers te Vollenhove, die meest wal- visschers zijn, bij de uitoefening van hun be drijf op het IJsselmeer groote moeilijkheden; daardoor brengt hun bedrijf steeds minder op. Ook blijkt, dat de visschers te Huizen belang rijke schade lijden, omdat, als gevolg van het afsluiten van een groot gedeelte van het IJs selmeer, het vischwater zich ver van die ge meente bevindt. Deze omstandigheden maken het, naar men meende, noodzakelijk, dat èn voor de visschers te Vollenhoven èn voor die te Huizen bijzondere maatregelen worden getrof fen ter tegemoetkoming in de schade, die zij van de afsluiting der Zuiderzee ondervinden. Volgens het verslag van de Tweede Kamer over het wetsontwerp tot contingenteering van zeevisch meenden eenige leden te weten, dat tijdens het jongste conflict in het liaringvis- echersbedrjjf vrij veel gelegenheid is gegeven tot invoer van Engelsche maatjesharing en wel op onjuiste basis. De handelaren, die in de basisjaren gedurende het laatste deel van het seizoen Engelsche haring invoerden, meestal om deze met Hollandsche te vermengen en als Hollandsche uit te voeren, hebben van deze gelegenheid gebruik kunnen maken om Engel sche maatjesharing in te koopen, die zij voor hun cliënteele niet noodig hadden, doch aan andere handelaren verkochten. Deze leden be treurden. dat de regeering geen bijzondere maatregelen heeft genomen om dit te voor komen. Bij het afdeelingsonderzoek van het ontwerp betreffende contingenteering' van lucifers en lucifershoutjes verzochten sommige leden van de Tweede Kamer te mogen vernemen,, of het waar is, dat aan Rusland boven het normale percentage extra-contingenten zijn en worden toegekend. Dit klemt te meer, omdat de abnormaal lage prijzen, waartegen de invoer plaats heeft, de verhoudingen op de binnenlanösche markt ver storen. Deze leden vestigden er verder de aandacht op, dat de Russische lucifers nog steeds onder Nederlandschen naam worden ingevoerd, waar door het publiek den indruk krijgt Nederlandsch fabrikaat voor zich te hebben. Ru«jri Roe 'aan# gele gir spel. Thans krijgt U ook \fj Ut*De a cursv ussen 4 i Bre<la, d P. De Officier van Justitie bij de Haarlem- sche Rechtbank heeft gistermiddag een boete van 100 subsidiair 30 dagen hech tenis geëischt tegen J. J. V.„ voorzitter der S.D.A.P., die in een redevoering op 1 Mei j.l. te Zaandam, sprekende over de verhou ding der N.S.B. tot het buitenland, zich op beleedigende wijze tegenover de leden der N.S.B. zou hebben uitgelaten. Daar verd. zelf niet verschenen was, werd de zaak bij verstek behandeld. De verbalisant,' een Zaandamsche hoofdagent-rechercheur, ver klaarde, dat de zinsnede, waartegen van zekere zijde was geprotesteerd, door verd. was gebezigd op een groote openluchtvergadering op den Burcht te Zaandam, die door ongeveer 2000 menschen werd bijgewoond. Een 18-jarige automonteur had zich onder de toehoorders bevonden en zich hoorbaar afge vraagd: Mag dat zoomaar? Hij stond temidden van een groepje A.J.C.-ers, die daarop eenig spektakel zouden hebben gemaakt. Get. ver klaarde niet de zinsnede, zooals die in de dag vaarding stond, in haar geheel te hebben ver staan. De Officier van Justitie, mr. Sikkel, achtte de zinsnede zeker beleedigend. Zij was stellig bedoeld om den leden van een bepaalde volks groep bepaalde eigenschappen toe te dichten, waardoor deze volksgroep in een uitzonderings positie in ongunstigen zin kwam te staan. Een dergelijke beleediging achtte spr. niet gering. Zij was nutteloos en noodeloos en had geen andere bedoeling dan ophitsing. Dergelijke uitlatingen getuigen niet van vredelievendheid, noch van ordelievendheid. En handelingen als deze zijn in onze geor dende samenleving ongewenscht. Wat de strafmaat betrof was spr. de overtui ging toegedaan, dat een kleine geldboete verd. niet zou aanmanen zich in den vervolge van dergelijke uitlatingen te onthouden. Hij eischte daarom wegens een in het openbaar mondeling geuite opzettelijke beleediging van leden van een bepaalde volksgroep een geldboete van 100, te vervangen door 30 dagen hechtenis. Over veertien dagen zal de Haarlemsche Rechtbank in dezen uitspraak doen. Z. H. Exc. Mgr. J. P. Huibers, Bisschop van Haarlem, zal ter gelegenheid van zijn verjaar dag op Dinsdag 15 November a.s. receptie ver- leenen aan de religieusen (Broeders en Zusters) en aan de leeken van 1112 uur, en aan de priesters van 121 uur. Z. H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht zal de volgende week alleen Maandag, Dinsdag en Donderdag audiëntie verleenen. Op den rijksweg te Sittard, even voor Gelee»' is Donderdagavond de vijftigjarige caféhouder W. Pelzers uit Geleen door een personenauto aangereden en op slag gedood. P. stak te voet den weg over, om aan de» overkant zijn rijwiel, dat hij daar had neergezet' te halen. De man was gehuwd en vader van vi®r kinderen. Binnen enkeie dagen moeien er nog tw®6 milde Nederlanders gevonden worden, die e'" f 1000 willen schenken aan het Nederlandsch6 Roode Kruis, ten einde het z.g. „tien milde 8e' versplan" volledig te doen slagen. Men weetd»' er een Hagenaar was, die f 100 schonk, welt6 hij tot f 1000 wilde aanvullen indien er nof tien individueele gevers van elk f 1000 gevoh' den werden. Acht zulke gevers hebben zich, b®' halve den initiatiefnemer, aangemeld en m®e' rendeels de toegezegde bedragen ook reeds ft' stort. Nog twee keer hoopt het hoofdbestuur "P zijn postrekening 22120 deze week een bijschrll' ving van f 1000 aan te treffen. Dan zal binnctl enkele weken tijds een som van f 11.000 in de kas van het Roode Kruis zijn gevloeid ond®r dit „milde geverslan." Een hoogst welkome vet' sterking der kasmiddelen van deze instellihP' die bij haar menschlievenden arbeid voor steed6 stijgende uitgaven staat. J°r voor Vi.vvt üa "tfa aire Cv,a»gcl bijzin DOOR FRITZ METZNER 30 „Ik moet mij kosteloos ter beschikking van uwe hoogheid stellen." „Dank u. Vóór u echter vertrekt, wat waar schijnlijk vanavond nog moet gebeuren, wil ik u een voorschot geven. Hier zijn duizend mark. Een belooning zult u extra krijgen. Ik dank u." De hakken sloegen tegen elkaar, een bui ging, en de detective verliet de vorstin om zich naar zijn post te begeven. „Maar nu ben ik moeZoo'n feest heb ik nog nooit meegemaakt, mijnheer Hughen. Ik voel mij werkelijk een beetje verward. Zoo'n feest voor mij...." Gravin Hughen sloeg haar arm om Maria heen en lachte: „U hebt zich goed gehouden, lief, dapper meisje." Graaf Hughen keek Sigmar eens aan. Het mocht niet te laat worden, oordeelde hij en daarom moest men nu het feest besluiten. Hij stond op en kuste MaTla ten afscheid de hand. Doch zijn vrouw omhelsde het meisje. „Slaap goed, lieve Maria Wij blijven nog eenige dagen hier, dus wij zullen elkaar nog wel eens zien, nietwaar? Sigmar moet mij dat beloven." Terwijl de graaf en de gravin zich terug trokken, hielp Sigmar Maria in den wagen en reed snel weg. Als een oververmoeid kind zat Maria naast hem. Boven hun hoofden spande zich het zwart blauwe hemelgewelf. Het was een verrukkelijke zomeravond en het koele windje, dat om Maria's gezicht speelde, deed haar goed. De vermoeienis viel langzaam van haar af en zij kreeg haar opgewektheid weer terug. „Nu rijden wij naar huis, Sigmar. Doch wat doe je nu met den wagen?" „Dien breng ik nog terug, lieveling. Ik moet toch in het hotel overnachten, om morgen ochtend op tijd ter beschikking te zijn. Is de avond mijn kleine meisje bevallen, ja?" „Ja, Sigmar, ik vond het werkelijk een heer lijke avond. En die adellijke lui schijnen toch niet allemaal zoo dom en onaardig te zijn. Graaf Hughen en zijn vrouw zijn buitenge woon haTtelijke menschen. O, ja, die bevallen mij „Dat begrijp ik, lieveling." Maria keèk naar de sterrenlucht; nog nooit had zij die zoo mooi gezien; nog nooit in haar leven ook had zij zoo van een zomeravond ge noten. Zij begreep, dat het geluk haar een heel ander mensch had gemaakt en zonder verder nog iets te zeggen, bleef zij stil voor zich uit zitten staren. Een gevoel van dankbaarheid doorstroomde haar. „Wanneer de liefde het wil Staan de sterren stil.... En de wereld is een paradijs geluid van den zwaren motor. Af en toe keek hij Maria aan met een blijde schittering in de oogen. „Kijk toch uit, Sigmar; wij zijn er al." En ja, zij waren reeds voor de zwarte poort van de smederij. Sigmar remde en Maria sprong uit den wagen op den hobbeligen straatweg. „Och, viel het haar opeens in, „nu zijn wij verloofd en hebben niet eens ringen Maar nu ja, van een landlooper kun je niet anders ver wachten, wel?" „RingenDaar zal ik morgen voor zor gen." „En geld schep je zeker uit een putje, jon gen. Nee, laat maar, hoor. Wij hebben geen ringen noodig. Die kosten te veel geld. En o ja. laat nu eens zien hoeveel geld je nog over hebt. Maar vlug, want ik ben heusch moe. Wat hebben wij uitgegeven? Waarom moest je ook een flesch champagne bestellen? Je bent toch veel te lichtzinnig! Na dezen tijd komt er nog een andere. Gauw, laat nu zien wat je over hebt." Werktuigelijk haalde Sigmar von Wernstein de twintig markt uit zijn zak. die Maria hem 's middags had gegeven. „Het is er allemaal nog, Maria. Maar zeg eens, zal dat altijd zoo blijven, die curateele? Waarom doe je zoo? Dat is toch niet mooi, lieveling." Maria had haar hoed in de hand genomen en zwaaide daarmee door de lucht. „Waarom ik zoo doeIk zal het je zeg gen. Luister dan." Zij trok Sigmar's hoofd naar zich toe en fluisterde aan zijn oor: „Wat ik nu zeg, Sigmar, dat heb ik nog nooit gezegd, en zeg het nu voor het eerst, en al leen tegen jou.Waarom ik alles zoo pre cies uitrekenOmdat ik van je houd, zoo onuitsprekelijk veel van je houd...." Voor Sigmar werd in dit oogenblik de we reld werkelijk tot een paradijs. Noöit zou hij gelukkiger kunnen zijn dan nu, leek het hem. O, hoe heerlijk was het, die woorden door Maria' te hooren spreken. Zijn Maria, die an ders nooit haar liefde eri teederheid uitte. Innig sloeg hij zijn armen om haar heen en Maria weerde hem nu niet af. Zij stonden in den schijn van de helle autolichten en Maria's stralend gezichtje werd door dat helle licht beschenen. Sigmar kon maar niet genoeg naar haar kijken. „Mijn klein, lief meisje," fluisterde hij, „je maakt je landlooper overgelukkig. O, hij zou iets dols kunnen doen, om aan iedereen zijn geluk te toonen." „Nee, je moet sparen, Sigmar, dat is beter. Nu komt het werk vóór alles. Morgen zorg je er voor, dat je je dienst bij Richter kunt ver laten en dan ga je bij ons aan den slag. Je zorgt er voor, gauw een flinke smid te zijn, want dat kan je toch altijd van pas komen, als je nog eens een betrekking van bediende of rijknecht bij een graaf aanneemt." Sigmar lachte. „O, jij klein ding. Je schijnt altijd te moe ten handelen. Nu kan ik mij ook verklaren, waarom je aan het aambeeld staat. Je moet vooruit, nietwaar?" Maria knikte slechts. Altroda lag bijna geheel in rust. Van verre klonk alleen nog de zware stap van den veld wachter en verder deed zich weinig of niets hooren. Sigmar fluisterde over later. „Wij zullen sa men heel gelukkig zijn, denk je ook niet, kindje? Wij gaan een mooie toekomst tege moet en. „Ja, heel mooi, dat kan ik mij zoo indenken, beste Warmsteen," deed opeens een bromstem hen opschrikken. En in het helle licht der autolantaarns stond Maria's vader. „Heel mooi, hoor. Maar, Warmsteen, mij zou het wel aangenaam zijn, wanneer je niet met je elleboog tegen de nachtbei aanleunde. Het belt bij ons binnen aan één stuk door. Ik dacht, dat wij minstens duizend liter benzine moesten leveren." „Och, vader!" „Nou, tweeduizend dan! Het belde om er tureluursch van te worden." Smid Disselhoff lachte vrooüjk en bleef op zijn gemak nog een poosje babbelen. Doch toen hij daar genoeg van had, gaf hij zijn toe- komstigen schoonzoon kort en bondig te ver staan, dat de avond nu lang genoeg was ge weest. Sigmar moest hem daarin groot gelijk geven. „Binnen een paar seconden ben ik verdwe nen, baas." Maria had plotseling nog iets heel gewich7 tigs te zeggen. „Heb je graaf Hughen wel een schuldbekentenis voor die tweeduizend mark gegeven? Nee? Dat is toch niet in orde. Mor gen zal ik er een voor je schrijven, en di® moet je hem dan geven. Zooiets moet in oi'd® zijn. Het beste is, dat wij overeenkomen, he" geld binnen twee jaar terug te betalen, vind ook niet? Ik zal op de schuldbekentenis vil* procent rente aangeven. Zou de graaf daar' mee accoord gaan?" „Och nee, Maria, zooiefcs kunnen wij heel®' maal niet doen! Wij kunnen den graaf toe*1 niet als een geldschieter behandelen!" „Nou, kalm maar, groote jongen! Dan vet' zinnen wij er wat anders op. Het moet toch geregeld worden. Rij nu maar gauw weF' Goeden nacht!" Dat was nu weer zoo echt Maria. Vóór b» er goed en wel erg in had, stond Sigmar alle®® en schoot hij hartelijk in den lach. O, o. W»* een meisje toch Vorst Sigmar von Wernstein voelde zich d® gelukkigste mensch van heel de wereld, en ree® in een langzaam gangetje den korten weg na»* Harzburg terug. Hij hoopte graaf Hughen noi in de vestibule te treffen, zooals was afg®' sproken, doch zijn vriend was niet te zied* Nu pas keek Sigmar op zijn horloge en const»' teerde, dat het later was dan hij had gedacht' „Vlug opschieten nu maar," mompelde hij zichzelf. „Morgen vroeg moet ik bij Richt®* zijn. Dan moet de rijknecht zich voor het laats1 melden." „Wanneer de liefde het wil Staan de sterren stil En de wereld is een paradijs...." ♦Wlordt vervolgd* aagd tii A.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 10