st De zelfstandigheid der Nederlanden n.v. NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN GOEDKOOP REIZEN PER SPOOR: I SPORTTARIEF II AVONDRETOURS JU ACHTDAAGSCHE ABONNEMENTEN ALLE INLICHTINGEN AAN DE STATIONS P. G. HAJENIOU SIGARETTEN SIGAREN TABAK N s Onze vertegenwoordigers komen U gaarne bezoeken eschiedenis onzer nationale Vrijheid sinds de zestiende eeuw -li ^NDERDAG 17 NOVEMBER 1938 BLADZIJDE 9 t^oor K. J. DERKS S. J. li L%«59 Dép. 'i duPhin De indeeling Van ons land in départementstijdens de Fransche overheersching w 13?' NOORD-NEDERLAND, gedurende de 18de Eeuw van 1740 tot in 1795 AMSTERDAM RO K I N 92-96 TELEFOON 37494 'S CRAVENHACE NOORDEINDE 64 TELEFOON 115453 Jfw -- TO.XX nvu "M" Matste maatregel maakte de afhan- J^eid van het Rijk practisch zóó illu- ia dat honderd jaar later, bij den vrede tej Munster, de band met het Duitsche iJ^ijk officieel kon worden verbroken |r.t^er dat er in werkelijkheid iets veran- !{jj Het gevaar voor het verlies van onze L handigheid was uit een anderen hoek lij/1611 opzetten. Filips II hield geen reke- Met de bestaande privilegiën en wilde l 6 gewesten, door hem als een onderdeel Vfi ®panJe beschouwd, gebruiken tot be- L rinS der Habsburgsche hegemonie. M dit streven kwamen de gewesten in hid, eerst Holland en Zeeland, later iet de andere. De Zuidelijke werden door krijgsbeleid en de staatsmanskunst van l'. goeddeels onderworpen, zoodat Wil lig Vah Oranje, overtuigd, dat de Noorde- 'i,e biet in staat waren uit eigen kracht zelfstandigheid tegenover Spanje te C^haven, geen ander redmiddel meer zag »(jt de souvereiniteit aan een vreemden tfc1 aan te bieden. De koning van Frank ly' beducht voor moeilijkheden, weigerde aanbod. Zijn broer, Frans van Anjou de opdracht wel aanvaarden, maar 'ae in zijn taak. Was dit niet gebeurd, ty ^as de mogelijkheid nabij geweest, dat eiakel van meester hadden verwisseld. |jt erst onder een vreemde, de Sour ly 8°ndische, dynastie is ons land, nog l5, vereenigd met het Zuiden, een poli- ie e zelfstandigheid geworden. Karei V ;.,1 de idee zijner onmiddellijke voor al k®rs voortgezet, toen hij in 1544 adderen en Artois los maakte van (s 'eenroerigheid aan Frankrijk en ln ti;* de overige gewesten tot een zelfstan- öeel van het Duitsche Rijk verklaarde. ba den dood van den Prins van ie hebben de Staten de richtlijnen, hem aangegeven, gevolgd. Met voor ,y'eb van het gevaar eener Engelsche ,Jheersching ook Elizabeth was abso- t^hisch boden zij haar de souvereini ,e over deze gewesten aan. Gelukkig L.hde ook deze vorstin, die rebellen ver- en zich tegenover Spanje niet veilig voelde, te moeten weigeren. Het waartoe zij bereid was, tegen be- f\) Hor riwiormnnHpn WflflVJlflri PPTSt 'g der riviermonden, waaraan eerst !nbarnevelt in 1614 op handige wijze de £m& Oriental Dép. I Dép. de Frist de !£ms ''Occidental \Dép.deó -"v Douches de i'hseli /-y-guider-^ j' K\defls5cl)jupéneurr*x 3 ouches de la Meuse Dép. des douches u r-' Dtp- de/Ècau//^ h'&usej^ Infirieurei- een einde heeft kunnen maken, was een beperkte hulpverleening onder den graaf van Leicester. Deze „landvoogd" een ge vaarlijke titel werd al spoedig verdacht meer de Engelsche belangen dan de Neder- landsche te behartigen en aanvaardde, na eenige jaren van geharrewar met de Sta ten, de terugreis naar zijn vaderland. Aldus schoot er, door den natuurlijken loop der dingen, niets anders over dan op eigen krachten te drijven. Met andere woorden: zelfstandig te zijn. Sinds is er geen sprake meer van geweest, zich onder de hoede te stellen van welke buitenlandsche mogend heid ook. De Republiek der Vereenigde Nederlanden trad sinds 1588 volgens een bepaling van de Unie van Utrecht als een zelfstandige gesloten eenheid tegenover het buitenland op. Zij kon zich deze fierheid des te gemakkelijker veroorloven, omdat in hetzelfde jaar Spanje door het verlies van de Armada door een onherstelbare inzin king werd getroffen. De veroveringen van Maurits in de volgende jaren maakten het aan het buitenland duidelijk, dat onze zelfstandigheid een niet meer ongedaan te maken feit was. Frankrijk en Engeland, die ons vroeger in den steek hadden gelaten, erkenden door het sluiten van een verdrag in 1595 de Republiek als volwaardige en gelijkberechtigde mogendheid. Zelfs Filips II zag in, dat zijn kansen verloren waren en trachtte, door de gezamenlijke Nederlanden aan zijn dochter, Isabella, over te dragen, de verloren gegane eenheid der gewesten te herstellen. Maar zijn beschikking kwam te laat. De Republiek ging haar eigen weg In 1609 kwam het Bestand, dat feitelijk, nu ook van Spaansche zijde, onze zelfstandig heid sanctionneerde. De latere oorlogsjaren konden hierin geen verandering meer bren gen, zoodat in 1648 Spanje voorgoed den strijd opgaf. Na de Spaansche hegemonie bleek de Fransche niet minder een ge vaar voor onze zelfstandigheid. In 1635 was opnieuw een verdrag van onderlinge hulpverleening tusschen de Republiek en Frankrijk gesloten. Het bevatte twee gevaarlijke bepalingen. Zuid-Nederland zou tusschen beide ver dragsluitende mogendheden verdeeld wor den, zoodat Frankrijk onze nabuur zou worden, en de verbondenen zouden geen vrede sluiten dan met onderling goedvin den. De eerste bepaling bracht ons op het hellend vlak van expansie, de tweede kon ons aan den leiband van een groote mo- genheid houden, wat voor een kleinen staat altijd riskant is. Van. een verovering van het Zuiden kwam niets terecht en de vrede van Munster werd zonder instemming van Frankrijk gesloten. Na Frederik Hendrik rustte de leiding van de buitenlandsche zaken op de schouders van Jan de Wit. Ook hij wilde niet anders dan onze zelfstandigheid handhaven, maar na twintig jaar laveeren viel zijn buiten- landsch beleid ineen, waarvan hij zelf het bloedige slachtoffer werd. In 1651 had En geland, dat onder het dictatorschap van Cromwell stond, een of- en defensief ver bond aangeboden. Geleerd door het ver drag met Frankrijk, weigerde de Groote Vergadering op dit voorstel, dat onze zelf standigheid zou beperken, in te gaan. Daarop volgde een drietal oorlogen, die ons zelfbestaan tenslotte onaangetast hebben gelaten, maar die onzen handelsvoorsprong op Engeland hebben teruggedrongen. Ern stiger was het gevaar, dat van den kant van Frankrijk dreigde. Jan de Wit trachtte het door een vriendschapsverdrag (1662) te bedwingen. Tevergeefs. Want Lodewijk XIV had zich als doelwit gesteld de ver overing van de Zuidelijke Nederlanden en wie was er borg voor, dat hij aan de grens der Noordelijke gewesten vredelievend halt zou houden? Noodgedwongen sloot de Wit zich, na kwalijk gemeende onderhandelin gen over een verdeeling of een „cantonne- ment" van Zuid-Nederland, aan bij de Triple-Alliantie, waardoor hij ons land de vijandschap van Lodewijk XIV op den hals haalde, zonder daarmee de vriendschap van Engeland te winnen. De wraaktocht van den Zonne-Koning in 1672 bedoelde niets minder dan een einde te maken aan onze onafhankelijkheid. Het grootste deel van ons land was door den vijand bezet. Met het oog op de houding van enkele buiten landsche mogendheden, wilde Lodewijk wel zoo goed zijn te berusten in den afstand van een deel van Nederlands gebied, ter wijl het overblijvende de kruipende houding van een vazalstaat zou moeten aanvaarden. Maar stadhouder Willem III was van mee ning, dat men zich „liever aan stukken moest laten houwen dan in zulk een ac- coord te berusten". Zijn woord en voor beeld verlevendigden den moed, Branden burg, Spanje, Oostenrijk kwamen ter hulp V OBSTSJDO O O (T'VRIl S L A N O H U Nfi fff GO t> L» l'UVB)d<;A i:u\ I'amh uu nuucloi gufde, ",lDR05TAMD T «■Um V.OVKR BE at9 Mftim V'. I it. i dm 9 MopnUnj* //«vso •tt'ffOo oUtflri Mua.Vriom KcnttruJrtji' Hmkfhint. ToniAnen ■JSKBS fMn# iSSEW' VV. fJUV as w tf S>Mr' bïRtA i --CT-i- °EJ* sj' nTv.;"<'™*y,Lr#-*™ »•»«-. J jL H I K ,~U\ r* (L>e bezittingen van het Huis van Oranje zijn onderstreept). Naar een kaart van C. L. VAN LANGENHUYSEN, Amsterdam, 1880 Sporivereenigingen op minimum 12 personen. Dal kosl slechis per persoon en pér k.m.: EENDAAGSCH VIERDAAGSCH RETOUR RETOUR 2e kl. 3e ld. 2e kl. 3e kl. 2.88 ct. 2 Ct. 3.61 Ct. 2.5 ct. Terugreis desgewenschi individueel. Na 1 jaar, onder bepaalde voorwaarden, nog reductie. le, 2e, 3e klasse van 17.30 uur af. Slechts iels duurder dan enkele reis. le, 2e, 3e klasse. Alle dagen. Alle richtingen. Alle treinen. Kosten slechis le klasse f 25.— 2e klasse f 21.75 3e klasse f 15.— Rijwiel mede f 5.— extra. 2 kinderen van 4 i/m 9 jaar op één kaart. In D-i r e i n e n toeslag verschuldigd. en in 1678 bij den vrede van Nijmegen stond de Republiek weer zelfstandig en onge schonden. Van nu af was het moeilijk de zelfstandigheid der Republiek te handha ven, zonder deel te nemen aan de buiten landsche, internationale verwikkelingen. Bij Willem III, die „Europeesch" zag en dacht, primeerde het internationale en nam de handhaving onzer zelfstandigheid, die er feitelijk mee gemoeid was, de tweede plaats in. Om de Fransche hegemonie te keeren heeft hij de spankracht van ons land over belast. Met hulp van de Staten verdreef hij zijn schoonvader van den Engelschen trooti om zelf koning te worden en Engeland in den strijd tegen Frankrijk te betrekken. De Republiek werd meegesleept in den ne genjarigen oorlog, moest deelnemen aar den Spaanschen Successie-oorlog en toen bij het einde daarvan het gevaar van Frankrijks hegemonie bezworen was, had den de Staten hun bekomst van interna tionale politiek en trachtten zich na den vrede van Utrecht (1713) van het wereld- tooneel terug te trekken. Zoo ineens ging dat niet. Want de samenwerking met Oos tenrijk en Engeland kon niet op slag ver broken worden. De Oostenrijksche Succes sie-oorlog dwong hen, na veel talmen, in te grijpen ten voordeele van Maria Tere- sia, wier opvolging zij door de aanvaarding van de Pragmatieke Sanctie erkend en ge waarborgd hadden. Het gevolg was een nieuwe inval der Franschen, die zich dit maal beperkte tot het Zuiden van het land en waarvan Bergen-op-Zoom en Maastricht het slachtoffer werden. Slechts kortston dig, omdat de vrede van Aken in 1748 den ouden toestand herstelde. Eerst het jaar 1756 schonk den Staten de gelegenheid hun politiek van neutrali teit door te voeren. De ommekeer der ver bonden brak het oude systeem, sinds Wil lem III gevolgd, namelijk internationale samenwerking van Oostenrijk, Engeland en de Republiek, midden door. Engeland ver bond zich met Pruisen, den vijand van Oos tenrijk, en Oostenrijk met Frankrijk, den vijand van Engeland. Op de Republiek werd van beide zijden pressie tot aansluiting uitgeoefend. Zij besloot eenter van deze gelegenheid gebruik te maken om zich afzijdig te houden van het zevenjarig ge schil, terwijl haar kooplieden onpartijdig genoeg waren om aan beide partijen leve ranties te doen. Nauwelijks was door den vrede van 1763 het gevaar in den oorlog be trokken te worden verdwenen, of een inmenging van Engeland en Frank rijk in onze binnenlandsche politiek vormde een ernstige aanslag op onze zelfstandigheid. De Fransche gezant steunde de patriotten 'en de Engelsche vertegenwoordiger de Oranjegezinden. Door de schuld van het patriottisch Amsterdam, anders zoo vredelievend, kwam het tot een oorlog met Engeland. Toonde Engeland, met het oog op de zwakke positie van het huis Oranje, zich bij het sluiten van den vrede gematigd, Frankrijk, dat als bemid delaar optrad in het geschil, dat tegelijker tijd met Josef II over de Schelde was ont staan, bracht in 1785 de patriottenpartij tot het sluiten van het verdrag van Fon- tainebleau, waarbij in geval van oorlog we- derzijdsche hulp werd beloofd. Hiermee was de politiek van neutraliteit weer opgege ven. Twee jaar later, in 1787, stonden we aan den anderen kant. Door het ingrijpen van Pruisen en Engeland moesten de pa triotten het regeeringskasteel verlaten 'en werd het gezag van Willem V hersteld. Het gevolg was, dat de nieuwe regeering een defensief verbond met deze mogendheden moest sluiten en in 1793 op voet van oorlog stond met Frankrijk. Frankrijk won en dwong in 1795 het Haagsch Verdrag af dat culmineerde in een of- en defensief verbond met dit land. Nu was de Bataafsche Republiek, vaster dan ooit, in den greep van de Revolutie en van Napoleon. De koloniën gingen verloren, een vijfde En gelsche oorlog vernietigde onze vloot en tenslotte in 1810 ging onze zelfstandigheid door inlijving bij Frankrijk te niet. Het is de roem van Gijsbert Karei van Hogen- dorp, dat zijn optimisme, ondanks alles, niet versaagde. Reeds in 1810 lagen zijn plannen gereed voor een nieuw onafhan kelijk Nederland. En toen in 1813 Napoleon te Leipzig verslagen was, begreep hij, dat het einde der overheersching gekomen was. Terwijl de Fransche troepen nog in het land stonden, durfde hij, bijna alleen, het aan, de zelfstandigheid van Nederland te proclameeren, opdat de naderende bond- genooten niet als overwinnaars, maar als vrienden den bodem van een zelfstandigen staat zouden betreden. Vandaar dat op het Congres van Weenen niet over de Noorde lijke gewesten, maar over de Zuidelijke, die zich niet geroerd hadden, als veroverd ge bied werd beschikt. We laten in het mid den, of het herstel der Bourgondische monarchie, op deze wijze tot stand geko men, een gelukkige gedachte was. De ver houding tot het buitenland in de 19de eeuw kon, in de gewijzigde omstandigheden, geen andere zijn dan terugkeer tot een politiek van neutraliteit en zelfstandigheid, zonder bondgenootschappen en zonder in menging in vraagstukken van internatio nalen aard. Een oogenblik dreigde de Luxemburgsche kwestie ons land in ver wikkelingen te brengen, maar de voorzich tigheid onzer regeering wist deze klip te omzeilen. Zelfs tijdens den wereldoorlog kwamen we ongehavend uit de vele geva ren, die ons beurtelings van beide zijden hadden bedreigd. Nu binnenkort koning Leopold van België een officieel bezoek aan ons land gaat brengen, zou het onkiesch zijn, de Belgische aanslagen op de integri teit van ons land op te halen. De roes der overwinning is immers voorbij. Onze regee ring heeft zich vastgelegd aanzelfstan- digheidspolitiek en is niet bereid zich in geschillen te laten betrekken, die haar niet rechtstreeks aangaan. Een andere vraag echter zal wellicht de toekomst brengen: als een mogendheid duidelijk zou streven naar de hegemonie over Europa en ook ons land zou bedreigen, zouden we dan niet moeten terugkeeren tot de politiek van stadhouder Willem Hl?

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 13