VJ Ach de dagen Onzer plagen, Lieve broeders, gaan voorbij. Uit dit duister Rijst de luister Van een nieuwe heerschappij. Holland leeft weer Holland streeft weer Met zijn afgelegde vlag Naar de boorden Van het Noorden Naar den ongeboren dag. Holland groeit weer! Holland bloeit weer! Hollands naam is weer her steld! Holland uit zijn stof verrezen, Zal opnieuw ons Holland wezen; Stervend heb ik 't u gemeld. Oranje Boven! Holland is vrij, De Bondgenooten trekken op U trecht, De Engelschen worden geroe pen, De Franschen vlugten aan alle kanten, De zee is open, De koophandel herleeft. Het volk krijgt een vrolijken dag Op gemene kosten, Zonder plundering noch mis handeling. Elk dankt God. De oude tijden komen weer om, Oranje Boven! 4 EEN VOLK MAAKT ZICH WEER VRIJ ''"iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiH mumiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiüiiii De „grand seigneur" en helper van Van Hogendorp, graaf Van der Duyn van Maasdam, die met Gijshert Karei vanuit Den Haag den opstand bestuurde. Het was geen persoonlijke eerzucht, die hem dreef, deel te nemen aan de leiding, maar een zuiver gevoel van liefde tot het vaderland. Met Van Hogendorp onderteekende hij de proclamatie. Ruim van blik, trouw, moedig en bescheiden, heeft hij zijn krachten in dienst gesteld van het volk, in welks bevrijding hij den weg zag open liggen naar een betere toekomst (Drie strofen uit Bilderdüjks „Afscheid"). Het Fransche Staatsbestuur had ons land verdeeld in departementen. Ziehier de gouverneur, Charles Frangois Lebrun. Hij resideerde in de hoofdstad en woonde in het Paleis. Toen in den nacht van 15 op 16 November de Amsterdam mers de huisjes in brand staken van de Fransche douaniers, werd Lebrun van schrik bevangen. Des anderen daags verliet hij ijlings het paleis aan de achterzijde, om naar Frankrijk te vluchten. Ken vrouw uit het volk zac hem vertrekken en zei: „Die oude sukkel heeft het ons niet gedaan!" (Vreugdeboodschap uit naam' van den prins aan het volk bekend gemaakt door van Limburg Stirum. gouverneur van Den Haag en afgedrukt op een strooibiljet van de Haagsche Courant op 19 November 1813). ?enniaal souverein vorst schreed Willem 1 op gezette tijden naar de Vergaderingen ^er Aanzienlijken- Hoewel door de Grondwettelijke bepalingen zijn macht z^amerkelijk was besnoeid, genoot hij het voorrecht van een Persoonlijk Gouvernement in den vorm van een erfelijk koningschap. Critiek is hem niet SesPaard. Zijn werkkracht ontaardde meerdere malen in bemoeizucht en ^ijkhebberijmaar hij bezat een diep verantwoordelijkheidsgevoel, een groot T^jtvertrouwen en een veelzijdige kennis van zaken. Al was hij geen geniale soonlijkheidmet zijn ontnisbare talenten heeft hij energiek gewoekerd Bij de militaire organisatie m Nederland onaer Fransch bestuur behoorden ook de Nationale Garden. Zij werden gevormd uit Nederlandsche jongemannen van 20 tot 26 jaar, die niet tot de actieve krijgsmacht waren geroepen. Oorspronkelijk staande onder Fransch bevel, kozen zij, bij het uitroepen der bevrijding onmiddellijk de partij van den opstand. De hier afgebeelde prent geeft de Hoofdwacht weer te Muijderbergh, gelegerd voor de blokkade van de vesting Naarden, die langen tijd in de macht der Franschen bleef. De levendige voorstelling vormt een van de aardigste prentjes, die het Rijkskabinet uit de Novemberdagen van 1&I3 heeft verzameld De vreugde bij de komsi der Franschen in ons land in 1795 Was gelijk aan de blijdschap der Trojanen bij hel inhalen Van hel verraderlijke paard. Hier ziel men de stadsbe woners in argeloozen koul bijeen, sprekend mei elkan der over Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap. Men con verseert mei drukke gebaren, babbel! over de berichten, dobbeli, drinkl en debaiieeri.. alles héél gezellig onder hel loerend oog van hel Jacobijn- Sche terrorisme. De bevrijder van het Nederlandsche volk, GIJSBERT KAREL VAN HOGENDORP. Hij was het, die op 1 7 November 1813, toen Napoleon verloor bij Leipzig, te Den Haag de nationale vlag deed hijschen. Hij vormde een algemeen bestuur tot aan de komst van een nieuwe regeering. Met Van der Duyn van Maasdam richtte hij de beroemde proclamatie tot het Nederlandsche volk: ,,God helpt degenen, die zich zeiven helpen. Hij riep den Prins van Oranje uit Engeland en maakte hem tot souverein van de nieuwe, vrije! natie. Toen Van Hogendorp Holland van den Franschen druk bevrijdde, woonden Willem Prins van Oranje-Nassau en zijn gemalin Frederika Louisa Wilhelmina in Engeland Met zijn vader, stadhouder Willem Vwas hij in 1795, bij de komst der Franschen, daarheen uitgeweken. Vanuit Engeland volgde hij de gebeurtenissen in Europa. Op 19 November zond Gijsbert Karei twee gezanten naar Londen; dezen meldden hem den opstand. De Prins landde op 30 November in Scheveningen en werd op 2 December 1813 in de Nieuwe Kerk te Amsterdam ingehuldigd als souverein vorst, Willem I, koning van Nederland. Hij is de eerste koning uit het Huis der Oranjes, grootvader van Willem III, die de vader is van WïlheUnina, onge regeerende vorstin Op 20 November was, ondanks den opstand, ons land nog voor een groot deel in de macht der Franschen. Hun legers handhaafden zich nog binnen Utrecht, Gorkum en vele andere plaatsen. Hier ziet men een schermutseling bij Dordrecht op 24 November. Daar sloegen zij voor de gezamenlijke legers der bondgenooten op de vlucht. (Naar een teekening van J. C. Schotel, berustend in het Rijksprentenkabinet) Zoo vreugdevol men in 1795 dansle om den Franschen „vrijheidsboom", zoo blij ver nam men in 1813 de neder laag van Bonaparte. Hier ziel men den keizer, teruggekeerd uil Rusland. In plaais van een Iriomfleeken houdt hij een verdorden lak in de rechter hand. Alarmblazers, fluit spelers en muzikanten maken vroolijk misbaar om zijn ireu- rigen afiochi. Reptielen ver gezellen den imperator, wien eens de heele wereld aan de voelen lag. Arrestee of „toe-slee" in 1813. Dit voertuig getuigt nog van de statigheid, waaraan het openbare leven in het begin der 19de eeuw was gebonden Amsterdam was de eerste stad, waar de opstand tijdens de Novemberdagen is begonnen. Deze prent laat zien, hoe in den nacht van 15 op 16 Novdmber de Amsterdammers op de Nieuwe Brug het douane-huisje der Fransche ambtenaren in brand hebben gestoken. De Fransche douaniers waren hier bijzonder gehaat, daar zij waren aangesteld voor de heffing van een belasting op koloniale goederen, bedragende 40 pet. Wie hieraan niet voldeed kon er op rekenen, dat zijn waren in beslag werden genomen. (•Naar 'n teeke ning van G. Lamberts. Rijksprentenkabinet te Amsterdam De MODE van 1813 stond, even zeer als nu, sterk onder den invloed Wn de politieke gebeurtenissen. De hier afgebeelde dame draagt een kleed in empire-stijl, zooals Napoleon dien in Frankrijk had ingevoerd. Be wonderaar van het oude Romeinsche keizerrijk, richtte Napoleon zich voornamelijk naar den stijl der ^ntieken. Het korte lijfje aan de Japon dateert nog uit den tijd van "et „Directoire". De lange, recht ''aar beneden vallende rok is ♦.Empire". Deze mode is hier in Holland spoe dig nagevolgd, temeer omdat zij onze Wouwen van vlakbij getoond werd door de dames van de vele Fran- ^he ambtenaren, die zich hier in den lande gevestigd hadden. plaatje uit 't stadsche Amsterdam, fuurkoetsje, of „Brommertje". Het jh-s een vrij gebrekkig vervoermiddel, burger zelf maakte er gewoonlijk weinig gebruik van Zóó was de uniform van een kanon nier, die in 1813 diende in Neder lands KOLONIALE LEGER. Toen in de jaren 1 7931 795 de Repu bliek der Nederlanden in een oorlog was gewikkeld met Frankrijk, liet Willem V de koloniën overgeven aan Engelsch bestuur. Wij verloren zoodoende de Kaap, Ceylon, Coro- mandel, Malabar, Sumatra, West- Indië en ook tenslotte Java. Na de bevrijding in 1813 kregen wij de helft terug. De hier afgebeelde soldaat is in ge sprek met een verkoopster van reukwater. (De prent is gemaakt door Joh. Bemme, en .gedrukt te 's Gra- venhage bij F. J. Weijgand Vgl. Prof. Brugmans, Gedenkboek 1813)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1938 | | pagina 7