De Algemeene Landsdrukkerij
bestaat 125 jaar
SCHUDT UW LEVER
WAKKER
Een nieuw stadium in het
Verre Oosten
De protesten te
Tokio
THERMO
KURA!
PAPEGAAI BLIJFT
PAPEGAAI
Wie riskeert, wint
MAGGI* JULIENNE-SOEP
OUDSTE STAATSBEDRIJF
IN ONS LAND
Buitenlandsch overzicht
Kerkelijk leven
Bescherm
Utegen
Hoest
wmm
MIJN BESTOND ALLEEN
IN FANTASIE
VRIJDAG 20 JANUARI 1939
DOODELIJK ONGELUK IN
HET DUISTER
Bij het aan boord gaan te
water geraakt
TEGELENS ONTVANGER
GESCHORST
Academische examens
t
rwAvoot Uur Soep
Overzicht der geschiedenis van
20 Januari 1814 tot nu toe
Thans geheel modern
geoutilleerd
Gunstige ontwikkeling
Bezoek van Prins Bernhard
aan Rijksuniversiteit
DOM J. DE PUNIET
Verbetering in zijn toestand
Audiëntie
FABRIKAAT THERMOGENE'
ft s
X*
x
Een moment uit de "biljartwedstrijden cm het lste klasse kampioenschap
van Nederland, welke te Amsterdam gehouden worden. De heer De
Leeuw aan stoot uit een moeilijke positie
Fel requisitoir van het O. M. bij
de rechtbank te Breda inzake
de oplichting te Ginneken
80 mille was spoedig
verbrast
De verdediging
Tientallen auto's
gestolen
Uit het in beslag nemen der persen
van het Nationale Dagblad heeft
de N. S. B. politieke munt trach
ten te slaan, terwijl het voor alle tegen
standers van Minister Goseling en
dat zijn er nog al wat een gereede
aanleiding is geworden om Oss weer
sens uit de politieke ijskast te halen
an als versche waar op te dienen. Mus-
Sert, die erg blij zegt te zijn met de in
beslagname der persen van het Natio
nale Dagblad, omdat hij die als een
Prachtige reclame voor zijn zaak be
schouwt, heeft het niettemin noodig
geoordeeld in het Concertgebouw te
Amsterdam een daverende protestver
gadering te beleggen. Hij wil blijkbaar
niet goed gedaan wezen, en de justi
tie kan zuchten: „Ondank is 's werelds
loon". Op deze protestvergadering heeft
de heer Mussert het woord gevoerd en
Zooals te doen gebruikelijk is een paar
Zeer opmerkelijke uitspraken ten beste
gegeven. Dat hij de R. K. Staatspartij
Verweet na terreur, broodroof, ambte
narenverbod en Oss in rechte lijn naar
de dictatuur te streven, is niets nieuws.
De felheid en de woede, waarmee hij
zich tegen de Staatspartij pleegt te
keeren, bewijzen slechts, dat hij zelf
de R. K. Staatspartij als het grootste
en moeilijkst te overwinnen bolwerk op
den weg naar zijn dictatuur beschouwt;
en daarin kon hij wel eens gelijk heb
ben. De Staatspartij behoeft met recht
niet ongevoelig te blijven voor dit niet
geringe compliment. Volgens de pers
verslagen heeft de heer Mussert ech
ter nog andere, in zijn mond wel nieu
we en merkwaardige dingen gezegd.
Zoo verklaarde hij o.m.:
„Hoe meer een regeering verwordt,
des te meer voelt zij zich beleedigd.
Mij heeft men zeven jaren lang belee
digd." Voor de Duitsche regeering, die
bij monde van Dr. Goebbels onlangs
Zelfs alle grapjes ten koste van het
Derde Rijk officieel en nadrukkelijk
als beleedigend heeft verboden, moet
deze uitspraak een meer directe provo
catie zijn dan die der dubieuze kogel
gaatjes, zoodat wij vreezen, dat
de heer Mussert de Duitsch-Neder-
landsche betrekkingen, welke hij
gaarne zoo goed mogelijk wenscht,
ernstig in gevaar heeft ge
bracht. Mussert is nog wel niet gelijk
te stellen met een regeering, maar hij
hoopt het wel zoo ver te brengen. Als
hij nu, voor hij zoo ver is, zich al zeven
jaar lang beleedigd acht, hoe verwor
den moet zijn regeering dan wel zijn,
Wanneer zij eenmaal zou beginnen?
In verband met de persvrijheid heeft
de heer Mussert zich verdedigd te
gen 'de aantijging, dat hij alle per
sen in beslag zou laten nemen, indien
hij zelf de baas zou worden. Met een
blijkbaar hemzelf overtuigend beroep
op zijn Nederlanderschap zeide hij:
„Ik moet niets van een gelijkgeschakel
de, van een papegaaienpers hebben".
Ook deze uitlating is lichtelijk provo-
ceerend voor onze Oosterburen, waar
de pers gelijkgeschakeld is en dus vol
gens Mussert als een papegaaienpers
moet worden gequalificeerd. Zijn Duit
sche vrienden, die zich o zoo gauw be
leedigd achten, wanneer de niet-natio-
haal-socialistische Nederlandsche pers
zich heel wat minder onvriendelijke op
merkingen veroorlooft, zullen dit ge
vleugelde en gevederde woord wel door
de vingers zien. Zij weten immers net
als wij, wie het heeft gezegd, n.l. de
man, die de Duitsche gelijkgeschakel
de pers en haar mededeelingen en
zienswijzen steeds ten voorbeeld stelt
aan de Nederlandsche en deze tegen
haar tracht uit te spelen.
Een papegaai blijft papegaai, wat
hij ook zegt. Een papegaai, die uit de
rol valt en een woord verkeerd gebruikt
of verkeerd plaatst, wordt echter zoo
hopeloos belachelijk als alleen maar
een papegaai worden kan en maakt
bovendien zijn leermeester ten schande.
Behalve eenige ongelukjes van onbeteekenen-
den aard, is er tijdens de verduisteringsoefening
te Rotterdam een ernstig ongeluk gebeurd, dat
den 16-jarigen messroombediende K. Franssen
het leven heeft gekost.
P., die thuis behoorde aan boord van het
Deensche s.s. „Nancy". keerde omstreeks kwart
v°or tien van den wal terug aan boord en is
teen door de duisternis misleid in de Maas
haven geraakt.
Een bij de oefening betrokken brandweerman
cn een burger zijn den jongen direct nage
sprongen, doch toen zij hem ophaalden waren
de levensgeesten reeds geweken.
De gemeente-ontvanger te Tegelen, tegen
Vden ernstige verdenkingen zijn gerezen, is
hog steeds voortvluchtig.
In een Donderdagmiddag gehouden spoed
vergadering heeft de Gemeenteraad met alge-
meene stemmen een voorstel goedgekeurd, den
ontvanger te schorsen.
DELFT. Geslaagd voor het candidaatsexamen
?por werktuigkundig ingenieur de heer C. Bok,
Batavia.
W m M M
MAGGIS JULIENNE-S O EP
is een heerlijke, volledige soep.
Bevat het beste wat Holland's
groentetuin ons biedt.
Per tablet voor 2-3 borden 8 cent.
pak 4-6 15
De Algemeene Landsdrukkerij viert van
daag een bijzonder jubileum. 20 Januari
1814 werd het souvereine besluit afgekon
digd, waarbij besloten werd tot oprichting
van de Algemeene Landsdrukkerij, welke
in den loop van haar 125-jarig bestaan
zulks een voorname plaats is gaan innemen
in het officieele leven in den lande.
Wij mogen .spreken van het oudste staats
bedrijf in ons land, want daarmede bedoe
len wij niet zoozeer de Algemeene Lands
drukkerij zooals zij bij de wet van 21 De
cember 1914 met ingang van 1 Januari
1915 werd aangewezen als zelfstandig
staatsbedrijf in den zin der bedrijvenwet
van 16 Februari 1912, doch dan denken wij
vooral aan de functie, welke zij als staats
drukkerij nu reeds 125 jaar lang vervuld
heeft. Niettegenstaande de vele wijzigingen
van intern crganisatorischen, technischen,
comptabelen en juridischen aard, heeft zij
in den tijd van haar bestaan onverander
lijk voldaan aan het doel, waartoe zij in
het leven werd geroepen en werd bestemd.
Bij gelegenheid van dit jubileum schrijft de
heer H. J. Offerhaus, die een speciale studie
van de geschiedenis der landsdrukkerij ge
maakt heeft, ons o.m. het volgende:
In 1814 werd bij souverein besluit van den
lateren koning Willem I besloten tot „oprich
ting en daarstelling van eene algemeene
's landsdrukkerij opwelke, behalven de Neder
landsche staatscourant en het staatsblad der
Vereenigde Nederlanden, alles, wat door de
onderscheidene departementen tot het alge
meen bestuur behoorende, zal worden noodig
geoordeeld, gedrukt zal worden."
Zij werd derhalve bestemd tot het verrichten
van drukwerk en wat daarmede samenhangt,
ten behoeve van het rijk en de rijksinstellin
gen, zoomede van de provinciale besturen, rijks
autoriteiten, colleges en administratiën, voor
zoover de laatste tot de verplichting hun druk
werk aldaar te laten drukken niet ontheven
zijn.
In zekeren zin zouden wij met eenig recht
kunnen spreken van een „her-oprichting", aan
gezien reeds onder de republiek vanaf 1577 de
levering van het „rijksdrukwerk" werd opge
dragen aan een particulier drukker met den
titel van ,,'s Landsdrukker". Reeds in het laat
ste kwart van de 16de eeuw kan men der
halve spreken van ,,'s Lands-drukkers". Zij le
verden het drukwerk aan de Staten van Hol
land en eveneens aan de Staten-Generaal.
In het revolutiejaar 1795 werd de orangisti-
sche landsdrukker Scheltus, wiens familie reeds
meer dan 100 jaren voor het land gewerkt had,
op zijde geschoven. „De provinciale represen
tanten van Holland" wenschten een eigen pro
vinciale drukkerij op te richten. Daartoe on
derhandelden zij met den patriottischen
drukker Plaat uit Haarlem. Zijn drukkerij
werd de provinciale drukkerij van Holland,
waarvan hij zelf directeur werd.
Bij een decreet van 22 Februari 1798 werd
deze drukkerij tot „Nationale- of Staatsdruk
kerij" verklaard. Bij de inlijving bij het Fran-
sche keizerrijk hief men de drukkerij, die on
der Lodewijk Napoleon van 's-Gravenhage
naar Amsterdam was overgebracht, op.
20 Januari 1814 werd op voordracht van den
algemeenen secretaris van staat, A. R. Palck, de
organisatie bevolen en geregeld bij S. B. van
24 Februari 1814, terwijl op 20 Maart da.v.
werden vastgesteld de „instructiën voor den di
recteur en de andere vaste ambtenaren, als
mede het reglement van orde voor de zetters,
drukkers, binders en het verder personeel."
Tot directeur werd benoemd Gualtherus Vos-
maer, bestuurder van de drukkerij der firma
Vosmaer en En. te 's-Gravenhage, op welke
drukkerij in November 1813 de bekende procla
matie van Van Hogendorp, het beroemde
Oranje-boven-biljet was gedrukt, hetwelk aan
de Oranje-beweging in November 1813 leiding
had gegeven.
Het verweekt dan ook geen verwondering, dat
deze trouwe vriend en aanhanger van het
Oranjehuis, zelve met het drukkersbedrijf be
kend, tot eersten directeur werd benoemd.
De drukkerij was eerst gevestigd in een ge
bouw aan de Casuarystraat..
Het bedrijf, technisch nog zeer onvolkomen
ingericht, had toch terstond reeds een vrij aan
zienlijken omvang, wanneer wij in aanmerking
nemen, dat een 70-tal werklieden (zetters, druk
kers, binders en jongens) te werk werd gesteld.
De totale jaarbegrooting, salarissen, loonen,
papier en aanschaffing nieuw materieel, beliep
een bedrag van 75.116, hetwelk echter de
eerste jaren reeds werd overschreden tot ruim
100.000.
Thans vinden wij cijfers van 1.750.000 jaar
lijks met een kapitaalsinvestatie van ongeveer
f 1.000.000.
Aanvankelijk berustte het toezicht op de al
gemeene landsdrukkerij bij den algemeenen se
cretaris van staat, A. R. Falck, terwijl sedert
zijn heengaan, van 1 April 1818 af tot op heden
het oppertoezicht is opgedragen aan den minis
ter van Binnenlandsche Zaken.
In 1827 werd het bedrijf overgeplaatst naar
een bouwvallige kazerne, welke eigendom was
van de gemeente, op den Fluweelen Burgwal,
waar het wederom slecht was gehuisvest.
De gestage uitbreiding en toeneming van
werk, de hoogere eischen, die gesteld werden
aan de snelheid en fraaiheid bij de uitvoering
der orders, de steeds voortschrijdende techni
sche verbeteringen, benevens de aanzienlijke
uitbreiding van personeel, deden in den loop var.
de vorige eeuw, omstreeks 1900, de behoefte ge
voelen aan een modern en ruim gebouw, dar
naar de eischen van het bedrijf moest zijn in
gericht.
Het is een der groote verdiensten geweest
van den directeur H. C. van Woerden, dat
onder zijn bestuur een nieuw gebouw ver
rees op de plaats van het oude. Zonder
ondqrbrèking van den dienst kwam in den
loop van de jaren 1906 tot 1910 de verbou
wing tot stand en het nieuwe gebouw kon
op 2 November 1910 officieel in gebruik
worden genomen.
In deze nieuwe lokaliteit, welke voor
die jaren mocht gelden als een voorbeeld
van een modern fabrieksgebouw, vond en
vindt de Algemeene Landsdrukkerij de
waardige behuizing, die een zoo omvangrijk
en modem bedrijf als eisch voor zijn be
staan mag stellen.
In 1814 begonnen onder ongunstige omstan
digheden in een onmogelijk gebouw, met slechts
een 12-tal houten handpersen en verder onvol
ledig materiaal, werkende bij olie- en kaars
licht, door pl.m. 70 man personeel, is de Alge
meene Landsdrukkerij thans uitgegroeid tot een
der grootste en beste geoutilleerde drukkerijen
in Nederland, gehuisvest in een ruim en hecht
gebouw, haar stand en behoefte geheel waardig.
Een bedrijf, dat meer dan ooit te voren in
zijn geschiedenis geheel berekend en capabel is
om zich te kunnen belasten met alle drukwerk.
De landsdrukkerij is een door en door ge
zond bedrijf, dat, sedert het staatsbedrijf is ge
worden en vooral na het verkrijgen van een
eigen kasbeheer op 1 Januari 1926, thans ge
heel geschoeid is op modem-commercieelen voet
en dan ook op door velen gewaardeerde wijze
voorziet in de taak, die het is toebedeeld.
Het jubileum van de landsdrukkerij is
vandaag niet officieel gevierd, omdat in
1928 nog de 100-jarige vestiging in het ge
bouw aan den Fluweelen Burgwal is her
dacht. Toch heeft de minister van Binnen
landsche Zaken, vergezeld van den chef
van de afdeeling A. S. C., den heer L. L.
Franx, heden een bezoek gebracht aan de
landsdrukkerij, om de directie met het ju
bileum geluk te wenschen.
Binnenkort zal een uitgebreid boekwerk
over de landsdrukkerij worden uitgegeven.
Naar wij vernemen, is Z. K. H. Prftis Bern
hard voornemens Vrijdag 27 dezer een niet of
ficieel bezoek te brengen aan de rijksuniversi
teit te Leiden.
ZONDER SCHADELIJKE LAXEERMIDDELEN
en O zult 's morgéns „kiplekker"
uit bed springen.
lederen dag moet Ow lever minstens een liter gal
In Uw ingewanden doen stroomen. Wanneer deze
stroom van gal onvoldoende ls, verteert Uw voedsel
niet, het bederft. U voelt U opgeblazen, U raakt
verstopt. Uw lichaam is vergiftigd en U bent
humeurig, veelt U ellendig en ziet alles somber in.
De meeste laxeermiddelenzijnslechtslapmiddelen.
U moet CARTER S LEVERPILLETJES nemen om
een liter gal vrij te doen stroomen en U zult weer
geheel fit zijn. Onschadelijk, plantaardig, zacht, on
overtroffen om de gal te doen stroomen.
Eischt Carter s Leverpilletjes bij apothekers en
drogisten. 0.75.
Het conflict in China schijnt na den val van
de laatste havenstad, die den Chineezen den weg
naar de zee versperde, in een nieuw stadium
te zijn getreden. Wel werd en wordt hier en
daar nog verbitterd gevochten; de Japanners
oefenen op verschillende plaatsen druk uit op
de Chineesche frontlijn, welke door een enkele
snelle beweging iets in het voordeel der Chi
neezen gewijzigd werd; en de venijnige guerilla
in het veroverde gebied gaat onverminderd
voort. Doch de gevechten, die geleverd worden
zijn plaatselijk; groote strategische ondernemin
gen werden niet opgezet en schijnen in de
naaste toekomst ook niet te verwachten. Beide
partijen verzamelen nieuwe krachten na den
geleverden strijd en beiden zoeken om zich heen
naar verbetering van hun internationale posi
tie, om aldus beter te kunnen uithalen voor
den volgenden slag. Want dat het einde van de
vijandelijkheden nu in zicht komt, kan niet ge
zegd worden. Even scheen het communiqué van
Wang Tsjing Wei na de gematigd gestelde
vredesvoorwaarden van Tokio eenige beroering
te wekken, doch deze actie is op niets uitgeloo-
pen en beide partijen staan even onverzoenlijk
tegenover elkaar als bij het begin van de vijan
delijkheden.
De nieuwjaarsboodschap van Roosevelt moet
Tsjang Kai Sjek als hemelsche muziek in de
ooren geklonken hebben; de Amerikaansche
president sprak van een oorlog, die met andere
dan militaire middelen gevoerd kan worden, en
iedereen weet, dat Japan voor economische sanc
ties zeer kwetsbaar is. De Amerikaansche lee
ning aan de KWo Min Tang en het omstreeks
de Jaarwisseling aan Tokio gezonden protest
schenen aan te duiden, dat Washington lang
zamerhand voldoende geprikkeld was over het
Japansche optreden in het veroverde gebied om
tot zulke maatregelen over te gaan, en de lee
ning, die Londen aan Tsjoengking beloofde,
scheen tot versterking van die houding te kun
nen bijdragen. De gebeurtenissen verloopen
echter traag, en het lijkt nog altijd zéér twij
felachtig, of China inderdaad zal kunnen reke
nen op meer steun van de Westersche mogend
heden dan felle maar platonische protesten.
Japan houdt in het veroverde gebied huis als
een potentaat, die geen andere macht naast
zich duldt. In de afgeloopen Decemberdagen
is door een tweetal Japansche ministers ver
zekerd, dat het doel van Tokic's onderneming
in China is de schepping van een „nieuwe orde
in Azië", die practisch neerkomt op een politiek
en economisch blok onder Japansche leiding,
waarin de mogendheden, die op het oogenblik
nog iets in China te zeggen hebben, geen invloed
meer zullen kunnen uitoefenen. De rechten der
internationale en buitenlandsche concessies wor
den nu reeds, onder allerlei voorwendsels, be
knibbeld en beperkt, zelfs met geweld; de bui
tenlandsche eigendommen worden allesbehalve
geëerbiedigd. Thans weigert Japan de douane
opbrengsten, het onderpand van Chineesche
leeningen, aan de buitenlandsche rechthebben
den af te staan dit alles is niet bevorderlijk
voor de welgezindheid der belanghebbende
mogendheden, die nu achtereenvolgens het
Amerikaansche voorbeeld gevolgd hebben en
protesten zonden aan Tokio, dat openlijk ver
klaard heeft zich niet aan het negen-mogend-
heden-verdrag te willen houden. Men begrijpt
te Tokio langzamerhand wel, dat er een soort
samenwerking bestaat tusschen Washington,
Londen en Parijs, doch zoolang hun optreden
niet zoodanig gecoördineerd is, dat er een ge
zamenlijke actie te verwachten valt, voelen de
Japanners zich betrekkelijk veilig. Zoo veilig,
dat een Japansch admiraal zonder vrees scherpe
opmerkingen plaatste aan het adres van
^Washington, dat voornemens is Guam te gaan
versterken, waardoor het onschuldige Japan zich
bedreigd gaat voelen wegens de agressiviteit der
oorlogszuchtige V.S'.
Te Genève achtte Wellington Koo, de Chi
neesche gedelegeerde, het oogenblik gekomen
om in den Volkenbondsraad aan te dringen op
positieve hulp aan China. Rechtstreeksche
steun aan de Kwo Min Tang zal veel doen,
maar meer nog verhoopt hij van economische
sancties, tegen Japan te treffen; de aanvaller
zou daarmede spoedig op de knieën zijn to
brengen.
Tokio schijnt hiervoor echter niet te vreezen.
en het heeft vermoedelijk gelijk. In de gisteren
gehouden geheime zitting torpedeerde de Brit-
sche gedelegeerde dit voorstel, in naam omwille
van den Volkenbond zelf, die door zulk een be
sluit te nemen een nieuw échec zou kunnen
lijden. In werkelijkheid zou dit échec grooten-
deels afhangen van die mogendheden, die Japan
economisch klein zouden kunnen krijgen, doch
die daartoe niet genegen zijn. Immers, wanneer
zij tot sancties zouden overgaan, zou Japan
hun bezittingen in China en Japan in beslag
kunnen nemen, hetgeen op een gevaarlijk avon
tuur zou kunnen uitloopen. En voor gevaarlijke
avonturen zijn noch Washington, noch Londen,
hoch Parijs te vinden. Dat weet Japan, en van
zijn kant heeft het gelijk met door dreigementen
het nadeel af te wenden. Op de protesten zwijgt
het voorloopig, de Westersche hoofdsteden in
de hoop latend, dat men tot een overeenkomst
kan komen. Intusschen kan het zoo noodig in
gewikkelde voorstellen doen, om aldus tijd te
winnen en de protesteerenden van elkaar ge
scheiden te houden. Een gezamenlijk optreden
heeft het niet te verwachten, en het zal wel
voorkomen, dat het dit optreden uitlokt. Totdat
de tijd daar is om opnieuw te handelen, waarna
het spel opnieuw kan beginnen. In etappes rukt
Japan verder naar de „nieuwe orde" en ver
moedelijk is het ook daar reeds te laat, om door
maatregelen dezen opmarsch te stuiten. Tokio
weet, dat wie winst wil, risico moet nemen,
maar het weet ook, dat de anderen dien regel
zoetjesaan gaan vergeten. En het doet er zijn
voordeel mee.
Naar we vernemen is in den ziektetoestand
van Dom. J. de Puniet de Parry te Oosterhout
een wending ten goede gekomen.
De zieke mocht in de afgeloopen dagen van
vele zijden hartelijke belangstelling onder
vinden.
Z. H. Exc. de Aartsbisschop van Utrecht zal
de volgende week geen audiëntie verleenen.
Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem zal
Woensdag geen audiëntie verleenen.
VERKOUDHEID.
BRONCHITIS
mei /iel
Pijnverdrijvende borsl- en rugbedekking,
een bron van warmte.
Verkrijgbaar bij alle Apothekers en Drogisten F 1.10
V -
-
Donderdagmiddag heeft de Bredasche recht
bank de behandeling der oplichtingszaak te Gin
neken voortgezet.
Het verhoor der verdachten bracht geen nieu
we feiten aan het licht.
De oude D. erkent met zijn zoon naar Breda
te zijn geweest. Er is bij mej. Kessler eerst ge
sproken over schilderijen en later heeft de oude
D. aan mej. Kessler verzocht zijn zoon te willen
voorthelpen om een andere positie te verkrijgen.
Hij heeft gehoord, dat zijn zoon grof geld uit
gaf en in deze periode heeft zijn zoon hem de
1400 teruggegeven, welke hij aan zijn zoon
heeft geleend.
Hij verklaart verder, dat er gesproken is over
Rabat bij Cairo. Daar ligt geen Rabat. Deze
plaats ligt in Marokko.
Mej. Kessler behandelde zijn zoon als haar
eigen zoon. Hij erkent tegen mej. Kessler te heb
ben gesproken over mijnen en verklaart, dat het
zijn bedoeling is geweest om te trachten zijn
ouders weer bij elkaar te brengen.
Hij had het geld noodig om een toonkamer in
te richten voor zijn schilderijen-zaak.
President: U sprak toch met mej. K. om geld
los te krijgen?
Verdachte: Wel neen, ik heb haar geen geld
gevraagd. Zij stelde veel belang in mij en zij
wilde mij helpen.
President: Als u geen geld wilde hebben, waar
om sprak u dan met mej. Kessler over geld?
Verdachte: Mej. Kessler was als een moeder
voor mij en daarom sprak ik haar over deze
dingen.
President: 't Is onbegrijpelijk. Maar u toonde
mej. Kessler een kaart en u suggereerde haar,
dat dit een kaart was van de mijn bij Rabat.
VerdachteWel neen, dat was een gewone pen-
teekening. Mej. Kessler heeft zich daarmede
vergist. Hij erkent verder vanuit Marseille aan
mej. Kessler om een bedrag van 6000 te heb
ben gevraagd.
President: Welke resultaten hebt u in uw za
ken met al dat geld gehad?
Verdachte: Ja, die zijn voor een groot deel
tegengevallen.
President: Tegengevallen? U bent heelemaal
niet bij die mijn geweest. U kunt alles zeggen
wat u wilt, maar daarom behoeven wij dat alles
niet te gelooven. Een kinderkamer is het hier
nog niet.
Daarna wordt het woord verleend aan den of
ficier van justitie tot het uitspreken van zijn
requisitoir.
Mr. van der Dussen wijst er op, dat een op
lichterszaak als deze in Nederland gelukkig niet
dikwijls voorkomt. Het gaat hier over een be
drag waarvan het juiste cijfer wel niet precies
vaststaat, maar dat toch een eind over de
100.000 loopt. Deze oplichterij is met buiten
gewone brutaliteit gepleegd. Hij brengt een com
pliment aan den rijksrechercheur, die alles zoo
minutieus heeft onderzocht, waardoor 't moge
lijk zal zijn beide verdachten te veroordeelen.
D. jr. heeft tegen mej. Kessler den 'liefhebben
den zoon gespeeld, die zoo verheugd was, dat zijn
ouders weer bij elkaar waren. Juffrouw Kessler
is er ingevlogen. Beide verdachten hebben aan
mej. Kessler een verhaal opgedischt, hetwelk in
hoofdzaak door D. sr. is ineengezet. Ook de
1400 komen uit de kas van mej. Kessler.
Intusschen meent de officier, dat D. jr. de
hoofddader is geweest.
Hij toch heeft al het geld getoucheerd. Er is
niets ten gunste van D. jr. te -zeggen. Met ge-
wetenlooze brutaliteit heeft hij het verhaal, dat
zijn vader heeft opgezet, volgehouden. Als de
rijksrecherche het geld niet gevonden had, zou
alles op zijn geweest. D. jr. heeft met al dit geld
niets nuttigs uitgevoerd. Hij heeft met zijn vrien
den aan de roulette gespeeld, dure hotels be
zocht, luchtreizen gemaakt enz. In betrekkelijk
korten tijd was bijna 80.000 verbrast. Hij meent
daarom, dat hier de maximum straf mag worden
geëischt.
Hij requireert daarom voor D. jr. een gevan
genisstraf van drie jaar zonder aftrek van het
voorarrest en teruggave van het inbeslag ge
nomen geld aan mej. Kessler.
D. sr. heeft lang geen blanco strafregister,
zoodat ook voor hem een strenge straf op zijn
plaats is. Hq requireert voor Dr. sr. een ge
vangenisstraf van 2 jaar met aftrek van het
voorarrest.
Mr. Pauwels brengt hulde aan den rechter
commissaris voor zijn minutieus vooronderzoek
en ook aan de recherche. Maar hij kan geen be
wondering hebben voor de dagvaarding en het
requisitoir. Hij kan ook geen bewondering heb
ben voor iemand, die gelooft aan de verhalen,
welke in de dagvaarding zijn vermeld. Ook ge
looft hij niet, dat mej. Kessler aan deze verhalen
heeft geloofd. De oude D. heeft mej. K. ver
zocht zijn zoon te willen helpen, doch hij heeft
dit bedoeld als een middel tot weldadigheid en
niet als een zaak. Zij is geen zakenvrouw en
heeft nooit gedacht aan winst. Indien dit het
geval was geweest, dan had ze wel over de kwes
tie gesproken met haar neef mr. Kessler in Den
Haag, maar zij wilde bedrogen worden, wijl zij
daarin een middel zocht om liefdadig te zijn.
Vader D. heeft aan pleiter in de gevangenis ge
zegd, dat hij begrijpt, dat het zijn schuld is,
dat zijn zoon hier zit, wijl hij zich te weinig
met zijn zoon heeft beziggehouden.
Ook D. jr. is een slachtoffer n.l. van zijn jeugd.
Hij was een kwajongen, die allereerst vreugde
zocht. Ongelukkig voor hem is dit zoo gemakke
lijk geweest. Hij behoefde slechts te telefonee-
ren en het geld lag gereed.
Ook juridisch meent pleiter, dat noch voor D.
sr. noch voor D. jr. het bewijs is geleverd. Voor
D. sr. is er geen enkele verklaring als die van
mej. Kessler, die niet juist kan zjjn, wijl D. sr.
toen de gelden werden verstrekt, in de gevan
genis zat.
Hij vroeg voor beiden vrijspraak en voor D. sr.
onmiddellijke invrijheidstelling, terwijl hij indien
D. jr. niet mocht worden vrijgesproken, voor
hem een lichtere straf vraagt.
De rechtbank in raadkamer het verzoek van
den verdediger overwogen hebbende, verklaart
alsnog geen termen aanwezig te vinden om D.
sr. direct in vrijheid te stellen.
De uitspraak wordt bepaald over 14 dagen.
Gedurende de laatste maanden van 1938
werden in Zeeuwsch-Vlaanderen verschillende
auto's gestolen, o.m. te Breskens en te Axel. In
de laatstgenoemde plaats geschiedde de diefstal
ten nadeele van een handelaar uit Hulst, die op
de markt te Axel zijn wagen had geplaatst.
Toen dezer dagen te Waereghem, in België, om
andere redenen een inwoner uit Gent werd ge
arresteerd, kwam tevens aan het licht, dat hij
in Zeeuwsch-Vlaanderen de autodiefstallen
had gepleegd.
Intusschen leidde de arrestatie van den in
woner van Gent, zekeren v. d. M., tot het op
sporen van vertakkingen, waarbij aan 't licht
kwam. dat het hier om een gansche auto-die
venbende ging. Een paar der in verband hier
mede gearresteerden bleek te Amsterdam te
werken, met het doel de in België gestolen au
to's aan den man te brengen. In het geheel zqn
te Brussel circa vijf personen achter siot en
grendel gezet, als verdacht bij deze autodief
stallen te zijn betrokken. Onder hen behoort
ook een Belgische garagehouder, die ervan
wordt verdacht de meeste wagens (die na de
diefstallen geheel in een andere kleur werden
geschilderd) te hebben gekocht.
Naar verluidt is de Belg, die in Zeeuwsch-
V.aanderen de auto's stal, reeds eenige jaren
geleden in die streek gesignaleerd, met name
te Sas van Gent en omgeving. Hij hield zich,
naar het schijnt, toen hoofdzakelijk bezig met
smokkelzaken. Ook. moet hij toen reeds in de
„auto-branche" hebben gewerkt. Hij zou zich
onledig hebben gehouden met het helen en
opkoopen van ontvreemde wagens.
Blijkens nadere berichten is een der in
Zeeuwsch-Vlaanderen gestolen auto's, de te
Breskens meegenomen wagen, in België op
gespoord en aan den eigenaar teruggegeven.
Aangenomen wordt, dat de bende de dief
stallen van enkele tientallen wagens op haar
debet heeft staan.