VfrXiztinb
Het bouwplan aan den Dam
„Moderne" architectuur
zonder beteekenis
Restaurant DORRIUS
Slecht gebruik van het midden-Damterrein
ZATERDAG 21 JANUARI 1939
^^^ininnTiiin
Een
geregelde stoelgang
verzorgt--
Prinses Beatrix-fonds
Ontvangsten in het eerste jaar
ruim f 23.000
DUITSCHE VLUCHTELINGEN
IN INDIË
Minister Weiter motiveert hun
niet-toelating
Militair vliegveld
bij Katwijk
Met den aanleg kan niet langer
worden gewacht
ZAL DOUGLAS DC 4 WORDEN
OVERGEVLOGEN?
Eerste Nederlandsche vlucht over
den Noord-Atlantic
Komt er een einde aan
het zachte weer?
(Nadruk verboden),
WIJZIGING ARBEIDSWET
V oor ontwerp betreffende
bakkersarbeid
KIND OP SCHOOL GESLAGEN?
Veertien dagen geëischt tegen
hoofdonderwijzer
Het hoogovenbedrijf
Gunstige resultaten van uit
breiding verwacht
NESTKASTJES VOOR NUTTIGE
VOGELS
Thans dient men voor broed
plaatsen te zorgen
Een overzicht van de ravage
rEEN AARDIGE VERRASSING VOOR^
DE KINDEREN!
Wij zijn het, ten eerste, volkomen eens met
de opmerking, die architect Merkelbach in de
Groene Amsterdammer heeft gemaakt over
de funeste werking, welke het hooge, nieuwe
kantoorgebouw zal uitoefenen op het geeste
lijk gewicht van ons onvergelijkelijk Paleis:
„Aanvankelijk schijnt de ontworpen bouw 35
M. hoog geweest te zijn, thans spreekt men
van 29 M. Dergelijke afmetingen zijn fataal
voor de plaats, die het Paleis aan den Dam
inneemt. De belangrijkste plein-wand zou met
meer door het paleis en de Nieuwe Kerk ge
vormd worden, maar door de nieuwe bebou
wing. Met het midden-Damterrein verkoopt
men dus tevens de plaats van het Paleis aan
den DamZijn wij zulke materialisten, dat
wij terwille van vierhonderd-duizend, zilverlin
gen afstand doen van iets, dat we niet willen
missen, namelijk: de Dam beheerscht door het
Paleis?"
Maar buitendien: het ontwerp van den heer
Dudok heeft niets fijns en niets geestigs. Het
is een vrieskast, die in haar verhoudingen en
vlakwerkingen een armoede van geest ver
raadt, waarvan men alleen niet huivert, om
dat wij op dit gebied reeds aan zooveel gewend
zijn geraakt.
Men versta ons goed: wij keeren ons hier
volstrekt niet tegen de moderne architectuur
in het algemeen. Te goeder plaatse is zelfs
een zuivere utiliteitsarchitectuur, in de mo
dernste materialen, ons welkom. Waar wij ons
tegen verzetten, het is tegen de halve zake
lijkheid van dit gevoellooze, fantasielooze sta
pelmeubel, dat voor niets representatief is,
zelfs niet voor het onvermijdelijke mammonis-
VERWEKT GEEN KRAMP
Bij apotheker* en drogisten in verpakkingen van
10» 30 en 60 tabletten.
BAYER
me van het verzekeringsbedrijf, en dat hier nu
zal moeten staan als een spot voor het schitte
rende evenwichtsgevoel, de prachtig ingetoom
de pompeusheid, de enorme statie van Van
Campen, die de wezenlijke cultuur vertegen
woordigt.
Tot in het „luchtig geconstrueerd letteror-
nament", verticaal op den rechtschen hoek
staande, tot in den ter linkerzij uitstekenden
vlaggestok, is dit ontwerp een zeer typeerend
voorbeeld van het onrustige en ongefundeer
de modernisme, dat geen enkele les van het
verleden aanvaardt of origineel verwerkt. Men
kan weten het werd genoeg openbaar dat
de beste hedendaagsche architecten van dit
soort van bouwkunst allang zijn teruggekomen
en probeeren, bij behoud van de tech
nische verworvenheden, bij behoud van
een sterken eenvoud en zonder stijl-copie, aan
hun architectuur een menschelijker, fijner-
geprofileerd en evenwichtiger-verdeeld aan
schijn te geven.
De conclusie ligt voor de hand: de Amster-
damsche stadsbestuurders moeten zich goed
doordringen van de verantwoordelijkheid, die
zij dragen, en inzien dat hier eer en belang op
het spel staan, de eer van de stad en het cul
tureel belang, dat besloten ligt in het
geestelijk gezicht van land en hoofdstad. De
Dam is genoeg verknoeid, men moet de maat
niet doen overloopen door het toelaten van
een kantoorgebouw, dat de machtige schep
ping van Van Campen naar beneden haalt en
dat zelf geestelijk niets om het lijf heeft.
Gesteld tegenover dit onaannemelijk pro
ject, zal het dan ook een daad van wijs beleid
zijn als men opnieuw de diverse mogelijkheden
overweegt. Het komt waarlijk niet meer op
zes maanden aan. Maar het zou bedroevend
zijn als men, uit louter besluiteloosheid en
moeheid, zich letterlijk zou neerleggen bij een
„oplossing", die geen oplossing is, en die zelfs
„bij gebrek aan beter" niet is te aanvaarden.
ffl ÏTl TA M M
"voor ontwerp Dsmbsbouwing gebouw
Het ontwerp-Dudok voor de bebo uwing van het midden-Damterrein
Het bestuur van het Nationaal Fonds voor
bijzondere nooden herinnert aan de oprichting
op den geboortedag van Prinses Beatrix, 31
Januari 1938, van het Prinses Beatrixfonds, dat
hulp biedt in gezinnen, waar door geboorte,
ziekte of onvolwaardigheid van een kind bij
zondere nood is ontstaan. Dit fonds ontving
gedurende zijn één-jarig bestaan:
in Nederland 13.297,27;
in Ned. Oost-indië 7.375,
in Suriname 75,
in Curagao 2.485,75.
Terwijl de in de overzeesche gebiedsdeelen
bijeengebrachte gelden zullen worden besteed
tot steun van instellingen voor moeder en kind
in die gebiedsdeelen, heeft het fonds in Ne
derland een bedrag uitgekeerd van f 6691,53
in 92 gemeenten.
Een contribuant schreeft onlangs aan het
fonds: „Indien een ieder, die gaarne aan Prin
ses Beatrix op Haren eersten verjaardag een
geschenk zou willen aanbieden, dit nu eens
deed in den vorm van een bijdrage aan uw
fonds, wat zou dat nuttig zijn."
Mocht deze sympathieke gedachte in breeden
kring uitvoering vinden.
Het gironummer van het Prinses Beatrix
fonds is 's-Gravenhage 7 5 0 0 0.
Ten vervolge op de beantwoording van vragen
van het s.-d. Tweede Kamerlid, den heer Albarda,
betreffende het verbieden door een immigratie-
ambtenaar te Batavia aan Duitsche passagiers
van Joodschen bloede op de „Johan van Olden-
barnevelt" Pm te Batavia aan land te gaan, heeft
de minister van Koloniën o.m. het volgende
medegedeeld
Op 3 November 1938 arriveerden te Tandjong
Priok aan boord van het motorschip Johan van
Oldenbarnevelt een twaalftal Duitschers van
Joodschen bloede.
Nadat aanvankelijk aan allen de ontscheping
was geweigerd, is aan een tweetal gezinnen, in
totaal bestaande uit 5 personen, door wie nader
aannemelijk werd gemaakt, dat zij met hun
aankomst in Nederlandsch-Indië geen verdere
bedoelingen hadden dan een zg. toeristenreis
overJava en Bali te maken, alsnog vergund
zich te ontschepen en hun reisplannen ten
uitvoer te brengen. Deze beslissing bracht mede,
dat betrokkenen door de immigratie-autoriteiten
als zg. „doortrekkenden" werden behandeld.
De overigen waren niet in staat voldoende
aannemelijk te maken, dat zij slechts als toe
rist Nederlandsch-Indië wenschten te bezoeken.
Dientengevolge behoorden op hen de bepalingen
van het toelatingsbesluit toepassing te vinden.
Aangezien uit het onderzoek mede bleek, dat
zij niet voldeden aan den in het tweede lid van
N. Z. Voorburgwal b. h. Spul, Amsterdam.
PLATS OU JOUR EN A LA CARTE
Op de vragen van het Tweede Kamerlid
Krijger omtrent het aanleggen van een militair
vliegveld in de omgeving van Katwijk heeft
de minister van Defensie als volgt geantwoord:
In verband met de uitbreiding van de mili
taire luchtvloot bestaat nog dringende behoefte
aan twee groote militaire vliegvelden, welke
zoo mogelijk in de vesting Holland moeten zijn
gelegen. Een omvangrijk onderzoek heeft aan
getoond, dat daarvoor slechts enkele geschikte
terreinen zijn te vinden, wanneer althans on
evenredig hooge kosten zullen worden vermeden.
Daarbij komt, dat de keuze van de plaats
voor een militair vliegveld mede afhankelijk is
van den afstand tot een burgerlijk luchtvaart
terrein met intensief luchtverkeer, zulks ten
einde de veiligheid in de lucht zoowel voor
de burgerlijke als voor de militaire luchtvaart
niet in gevaar te brengen en te voorkomen,
dat in het bijzonder bij slecht zicht de militaire
oefeningen op ontoelaatbare wijze zouden moeten
worden ingeperkt.
Reeds geruimen tijd geleden werd in de nabij
heid van Katwijk een terrein gevonden, dat
aan de gestelde eischen van bodemgesteldheid
voldoet. Echter moest, nadat de voorbereidingen
tot den aankoop der gronden waren getroffen,
met de verdere uitvoering der plannen worden
gewacht, zoolang niet zou zijn beslist over het
aanleggen van een centraal vliegveld voor het
internationaal luchtverkeer in de nabijheid van
Leiderdorp.
De daardoor ontstane vertraging kan met
het oog op de belangen van de landsverdediging
niet langer worden aanvaard, zoodat dan ook
besloten is de plannen tot het aanleggen van
een militair vliegveld bij Katwijk ten uitvoer
te leggen. De ligging ten opzichte van Schiphol
is daarvoor geen beletsel.
Wel zal, wanneer Schiphol niet tot centraal
vliegveld voor het internationaal luchtverkeer zou
worden bestemd, voor een ander centraal vlieg
veld dan niet meer een terrein in de nabijheid
van Leiderdorp kunnen worden gekozen, maar
zou daarvoor een plaats moeten worden ge
zocht, op grooteren afstand van het militair
vliegveld bij Katwijk gelegen.
Naar wjj vernemen wordt in technische
kringen overwogen om, indien de KLM tot
aanschaffing van Douglas DC4 vliegtuigen
besluit, deze toestellen niet per boot te
verzenden, doch ze over te vliegen naar
Nederland. Het ligt immers voor de hand,
dat toestellen als de DC4, waarvan romp
en vleugels buitengewone afmetingen heb
ben, niet per schip vervoerd kunnen wor
den. Zoo zal dan voor het eerst een Neder-
landsche vlucht gemaakt worden «jver het
Noordelijk deel van den Atlantischen Oce
aan.
Daar het nog slechts gaat om voorloopige
plannen, is de route uiteraard nog niet vast
gesteld, terwijl ook de bemanningen voor der
gelijke vluchten nog niet zijn ingedeeld. Moch-
er inderdaad van den aankoop van DC 4-vlieg-
tuigen sprake zijn en zullen de toestellen wor
den overgevlogen, dan kan men veilig aanne
men, dat de bekende KLM-vlieger Parmentier
zeker deel zal uitmaken van de bemanning, die
het eerste vliegtuig zal besturen.
Tot heden heeft slechts één Nederlandsche
Oceaanvlucht plaats gevonden en wel over den
Zuidelijken Atlantischen Oceaan. Het was de
Kerstvlucht naar West-Indië van de Fokker F
18 Snip in 1934, met Hondong, Van Balkom, van
der Molen en Stolk. Eenmaal heeft een K.L.M.-
vlieger deelgenomen aan een vlucht naar N.
Amerika. Dit was de Oceaanvlucht va.n Kings-
iord Smith en Van Dijk in 1930 met de Fokker
Southern Cross.
Onze weerkundige medewerker schrijft:
Het is moeilijk uit te maken of wij een zuch
ten of een kbuden winter beleven. De vorst
periode in December was zoo koud, dat een
reeks van oude records voor lage temperaturen
werd geslagen, maar vóór en na die periode
werden eveneens verscheidene records, echter
wat betreft de hooge temperaturen, geslagen.
Ook de laatste dagen kwamen zulke hooge
temperaturen voor, als in de laatste halve
eeuw om dezen tijd van den winter nog nim
mer werden opgeteekend.
Dat dit zachte weer gepaard ging met storm
en met veel regen is uit den aard der zaak ge
woon, omdat zoowel storm en regen als hooge
temperaturen in den winter een gemeenschap
pelijke oorzaak hebben, n.l. den krachtigen
toevoer van warm-vochtige lucht uit den Oceaan
en de ontwikkeling van diepe depressies, die
over West-Europa trekken.
Den laatsten tijd zijn vijf van zulke diepe
depressies voorbij getrokken. Het schijnt, dat
hiermede weer een serie is afgesloten en dat er
tijdelijk stilstand zal zijn in den aanvoer van
depressies. Over de Noordelijke helft van Euro
pa stijgt de luchtdruk en er wordt verwacht,
dat zich daar een gebied van hoogen druk zal
vormen, waardoor over de Oostzee en de om
ringende landen een Noordoostelijke lucht
stroom zal doorkomen, die daar natuurlijk de
oorzaak zal zijn van een temperatuurdaling,
wellicht van den terugkeer van lichte vorst. Dit
zou voor ons land weer tengevolge kunnen
hebben, dat het zachte weer voorloopig uit is
en de temperatuur zal dalen, maar dat deze
daling zou uitloopen op vorst is vooralsnog niet
waarschijnlijk. Dat zal er trouwens van af
hangen, of weer spoedig nieuwe depressies in
het Noordwesten zullen verschijnen. Bij Ys-
land doen zich reeds voorteekenen hiervan
voor. Wij zullen een paar dagen moeten af
wachten om te zien, hoe de weerstoestand in
het Noordwesten zich verder ontwikkelt.
artikel 4 van meergemeld besluit, zooals dat
luidt ingevolge het Koninklijk Besluit van 13 De
cember 1923, gestelden eisch van te kunnen be
schikken Over een behoorlijk bestaansmiddel en
derhalve voor toelating niet in aanmerking
kwamen, is overeenkomstig de bedoeling van
het vierde lid van art. 1 ten aanzien van hen
het verbod om te ontschepen gehandhaafd.
Het is juist, dat aan betrokkenen vergund
is te Sabang en Medan aan wal te gaan om
te passagieren.
Heb geheele gezelschap heeft (met uitzonde
ring van een persoon, die inmiddels toestemming
had verkregen zich in Australië te vestigen)
met hetzelfde schip vanaf Tandjong Priok de
thuisreis aanvaard.
De beslissing ten aanzien van het al dan niet
ontschepen van bedoelde personen is door de
betrokken autoriteiten genomen na overleg met
de Indische regeering.
Een onderscheid tusschen joodsche en niet-
joodsche reizigers, als door den steller der vra
gen bedoeld, wordt door den immigratiedienst in
Nederlandsch-Indië niet gemaakt.
De voorzitter van den Hoogen Raad van
Arbeid heeft benoemd tot voorzitter, leden en
plaatsvervangende leden van de commissie,
welke praeadvies zal hebben uit te brengen over
een voorontwerp van wet inzake nadere wijzi
ging van de bepalingen der Arbeidswet 1919
betreffende den arbeid in broodbakkerijen:
Voorzitter: prof. mr. C. W. de Vries.
Leden en plaatsvervangende leden: H. B.
Berghuys (N.V.C.), mr. C. M. Corporaal (Ver
bond van Nederlandsche Werkgevers). Tj. El-
singa (C.N.V.), J. C. Evers (R.K.W.V.). F. P.
Fuykschot (C.N.V.), Is. Goudsmit (N.V.V.), dr.
ir. A. H. W. Hacke (plvv. ir. N. C. Winkel),
P. J". A. van Hegelsom (Ned. R. K. Midden
standsbond), A. Hillebregt (N.V.V.), J. Hopman
(N.V.C.), mr. D. Koning, F. L. van der Leeuw
(plw. H. W. Tupker) (Kon. Ned. Middenstands
bond), C. van der Lende (N.V.V.), mr. M. G.
Levenbach, mevr. mr. C F. baronese Mackay
Katz, J. S. Muis (plvv. I. M. Levisson) (Vereen,
van „Werkgevers in het Israël. Bakkersbedrijf
in Nederland), mr. A. F. H. C. Schrijvers (Ned.
R. K. Middenstandsbond), H. Smitskamp (Chr.
Werkgeversverbond), F. C. Stahle (plvv. H. C.
Kloet) (Ned. Bakkersbond), mr. P. Steinz (Ver
bond van Ned. Werkgevers), S. P. van Tol (R.K.
W.V.), prof. dr. J. A. Veraart en J. Vir,k (Chr.
Middenstandsbond)
Voor de Rechtbank in Zutfen heeft terecht
gestaan de heer B. J. P., hoofdonderwijzer te
Deventer, thans met ziekte-verlof, die terecht
stond, omdat hij in Juni jj. op school een
meisje mishandeld zou hebben, door haar te
hebben geslagen.
De psychiater, dokter P. J. Piebenga, te De
venter, heeft een onderzoek ingesteld naarver-
dachte's geestvermogens. Deze deskundige was
tot de conclusie gekomen, dat op het moment
van handelen verdachte niet geheel toereke
ningsvatbaar moest worden geacht.
Als getuigen werden gehoord drie schoolmeis
jes, van wie de eerste duidelijk wist te vertellen,
dat ze een tik had gekregen achter het oor
en dat de meester ook wel eens andere kinde-
ten sloeg. Het tweede meisje vertelde precies
hetzelfde, terwijl het derde den meester niet
had zien slaan.
Verdachte ontkende het kind geslagen te
hebben.
Hij zou het slechts bij den arm gepakt en in
den hoek gezet hebben.
De Officier, rekening houdend met het rap
port van den dokter, eischte 14 dagen gevange
nisstraf en gedurende 5 jaar intrekking van de
bevoegdheid om onderwijs te geven.
Vonnis over 14 dagen.
Blijkens het afdeelingsonderzoek van het
wetsontwerp inzake deelneming in het preferent
kapitaal der Koninklijke Nederlandsche Hoog
ovens en Staalfabrieken N.V. te IJmuiden en
bevordering van de uitbreiding der fabriek met
een walserij verklaarden vele leden der Tweede
Kamer met het voorstel in te stemmen, aan
gezien zij van de uitbreiding van dit bedrijf,
welke daardoor mogelijk zal worden, gunstige
resultaten verwachtten voor de vergrooting van
de werkgelegenheid.
Sommige leden vreesden, dat tegenover de
werkverruiming, welke van uitbreiding van
hoogovens met een walserij het gevolg zou zijn,
een vermindering van den Nederlandschen uit
voer zal komen te staan naar die landen, waar
uit wij tot dusverre staal en walsproducten
importeeren.
Voorts werd gezien het feit, dat de voor
genomen uitbreiding van het hoogovenbedrijf
geheel gericht is op afzet Op de binnenlandsche
markt de vraag gesteld, of er een redelijke
zekerheid bestaat, dat het bedrijf een behoorlijk
deel van deze markt kan veroveren en ook be
houden.
Sommige leden gaven nog uiting aan de vrees,
dat de voorgenomen uitbreiding van het hoog
ovenbedrijf aan het natuurschoon ter plaatse
veel schade zal toebrengen.
De Plantenziektenkundige Dienst te Wage-
ningen vestigt de aandacht op de wenschelfjk-
heid, dat in bosschen, parken en tuinen nest
kastjes worden aangebracht voor nuttige, in
sectenetende vogels. Hierdoor kan men het
aantal nuttige vogels sterk vermeerderen. Niet
alle vogelsoorten maken van deze kunstmatige
broedgelegenheid gebruik,, maar verscheidene
onzer nuttigste soorten als meezen, spechten en
uilen doen dat juist wel.
Het is thans de beste tijd om nestkastjes te
bestellen of te vervaardigen, daar zij in Fe
bruari, uiterlijk Maart, moeten worden ge
plaatst, om voor het komende broedseizoen nog
van nut te kunnen zijn.
Een volledige handleiding voor het vervaar
digen van nesjtkasten en de behandeling ervan
vindt men in Mededeeling no. 17 van den Plan-
tenziektenkundigen Dienst te Wageningen
„Bescherming van nuttige vogels", welke bij
dien Dienst verkrijgbaar is.
Verschillende systemen afgeschermde
verlichting werden tijdens de verduiste
ringsproef in Zuidholland door den A. H.
W. B. beproefd. Twee daarvan zijn met
pijlen aangegeven; ter vergelijking links
onaf geschermde koplampen
Op den Rijksstraatweg nabij Limmen zijn Vrijdagmorgen twee vrachtauto's tegen
elkaar gebotst, n.l. een wagen van den heer Jac. Schoorl uit Boskoop, beladen me*
tyeesters en planten en op weg naar Alkmaar, en een trailer uit Delfzijl, beladen
met hou-t van de firma Roggekamp uit D elf zijl en komende uit die richting Alkmaar.
Omdat kinderen zoo graag Palmolive Zeep ge
bruiken bieden wij hen 6 mooie, in kleuren gedrukte
uitknipkaarten met voorstellingen
van Sneeuwwitje, den Prins, de
7 dwergen (in totaal 32 figuren)
speciaal door Walt Disney voor
Palmolive geteekend, aan. Zij
worden franco toegezonden
tegen inzending van 3 zwarte
Palmolive-bandjes en 2 post
zegels van 5 cl. aan Palmolive,
Afdeeling 13 Postbus 635,
A'dam-C.
Ik masseer mijn gezicht, hals en schou
ders, tweemaal daags 's morgens en
's avonds met het donzig schuim van
Palmolive, de olijfolie-zeep. Niets over
treft dit natuurlijke middel. Het reinigt
de poriën en verzacht de huid, waar
door ik de teint der jeugd heb behouden.
Een mooie, jeugdige teint is een eerste ver-
eischte wanneer men als vrouw wil behagen.
Pas daarom ook de Palmolive-schoonheidsbe-
handeling toe. Duizenden vrouwen hebben deze
raad opgevolgd; zij zijn er eiken dag nog dank
baar voor. Volg haar voorbeeld. Na korten
tjjd zult U reeds het resultaat bemerken.
Het plan van Burgemeester en Wethou
ders der hoofdstad, om het zoogenaam
de Midden-Damterrein, dat al 'n kleine
dertig jaren vrij ligt, aanvankelijk in den
onooglijken toestand van een op deze plaats al
bijzonder onwelkom „terrain vague", later
Voorzien van een plantsoentje en omgeven
door een keurig Hollandsch hekje, te doen
bebouwen door de N. V. Assurantie Maat
schappij De Nederlanden van 1845, heeft en
Verdient de volle aandacht, niet alleen van
Amsterdams bevolking.
Deze aandacht kan zich ditmaal richten op
een concreet plan, waaraan men houvast
heeft. Het ligt in de bedoeling „Het huis 1845",
dat op het Midden-Damterrein zou verrijzen,
te bestemmen voor een café-restaurant, win
kels en kantoren, terwijl er ook gevestigd zal
Worden het bureau van de Vereeniging tot
Bevordering van het Vreemdelingenverkeer
Amsterdam. De verzekeringsmaatschappij
heeft tot haar architect gekozen den heer
W. M. Dudok, vooral bekend door zijn bouw
van stadhuis en scholen te Hilversum, en zijn
perspectiefteekening ligt voor ons. Zulk een
perspectiefteekening geeft uiteraard geen vol
komen voorstelling, maar toch wel zóóveel, dat
teen zich over de voor- en nadeelen van het
plan een indruk kan vormen.
Den indruk, dien wij er van kregen, willen
We in het onderstaande duidelijk meedeelen
en dit reeds direct zeggen: wanneer het
plan van den heer Dudok tot uitvoering komt,
achten wij den welstand van de Dam-ruimte,
dat gewichtigste punt van de prachtige stad
die ons allen lief is, niet bevorderd.
Wellicht zal er iemand van meening zijn,
dat er aan bepaalde gedeelten van de Dambe-
bouwing weinig te bederven valt. Een verge
lijking met de bebouwing van zoo menig ver
maard plein in de groote steden van Europa
(denken wij maar aan de groote Markt van
Brussel) kan zij, als wij het totale aspect be
kijken, stellig niet doorstaan. Wij hebben maar
enkele oude gravures voor ons te nemen, om
in één oogopslag te zien, dat er aan den Dam
jammerlijk geknoeid is en dat de burgerij
hier werd gezegend met voorbeelden van de
teeest karakterlooze architectuur, die men
zich denken kan. Dit is geen pleidooi voor het
conserveeren, onder alle omstandigheden, van
historische gevellijnen, gevelvlakken en gevel
toppen, maar een aanklacht tegen de zorge
loosheid, die verzuimde om voor de bebouwing
Van wat men toch het hart des lands mag noe-
teen, de hoogste eischen te stellen.
De bekoorlijkheid van den Dam is gelegen
in Van Campen's wonderwerk, het Paleis, dat
Pas zoo piëteitvol is gerestaureerd, en in den
schoonen hoek met de rank-oprijzende Nieuwe
Kerk. Hier staat het beste uit een tijd waarin
Wij groot waren. En verder zijn er de „broe
kenpaleizen", waarover ieder gevoelig burger zich
al eens zal geërgerd hebben.
Wij zijn er niet in geslaagd, aan den Dam
te behouden of te vereenigen, wat in iedere
buitenlandsche stad als iets vanzelfsprekend
schijnt te worden beschouwd: gebouwen, die
representatief zijn voor het leven der gemeen
schap. Wij hebben zooveel mogelijk geld ge-
vniaakt voor zoo weinig mogelijk grond en hebben
Ons niet bekommerd om de vraag, of de nieuwe
aanbouw vloekte tegen de waardigheid, de
schoonheid van wat zoo zinvol bij elkaar be
scherming schijnt te zoeken: Paleis en Kerk,
de symbolen van gezag en ceredienst.
Wordt nu het kantoorgebouw, dat de heer
Dudok ontwierp, gebouwd waar men het thans
plaatsen wil, dan wordt dit kwade systeem
eenvoudig voortgezet en zelfs op een wijze, die
misschien nog ongunstiger van uitwerking is
dan wat tot heden geschiedde.
Een der naarste eigenschappen van den Dam,
Zooals wij dien thans kennen, heeft ons altijd
geleken, dat hij meer een doorgangsplek is
dan een pleisterplaats. Enkele dagen zijn er
in het jaar, waarop het volk zich op den Dam
verzamelt en iets van zijn gemeenschapsgevoel
doet blijken. Als de koninklijke familie wordt
toegejuicht, als de kinderen zingen en het ca
rillon de vaderlandsche liederen in vlagen over
de duizenden koppen uitstrooit, is er kleur en
leven. Maar zoodra de standaard wordt inge
haald is de Dam weer iets om-te-passeeren,
en niet anders. Slechts de poppenkast en de
snelteekenaar verzamelen een kleinen drom
Van menschen, die den tijd hebben en niet
Voortjachten. 's Avonds na zessen, als kanto
ren en winkels gesloten zijn, is het er de
dood-in-den-pot. Niemand schijnt er aan te
denken wat, alweer, in het buitenland en
Zelfs op het Vrijthof te Maastricht vanzelf
sprekend schijnt dat een plein gevitaliseerd
Wordt en gezelligheid krijgt, wanneer men er
kan flaneeren en langdurig zitten op caféter
rassen, onder vroolijke zonneschermen. De
Dam is daar te zakelijk voor. Men handhaaft
er hoogheid in paleis en kerk, maar vulde dia
slechts aan met de nuchterste leelijkheid en
teet lusteloosheid.
Het gebouw van den heer Dudok zal een
café bevatten en wij noemen dit winst. Helaas
Zal het, meenen wij, de eenige winst zijn, die
zijn project voor den Dam oplevert. Dat het
heele gebouw, d.w.z. elk gebouw, op deze
Plaats overbodig en ongewenscht is, is een
teeening die wij later hopen te verdedigen. Wij
staan daarmee niet alleen achter de meening
Van velen onder de Amsterdamsche burgerij
cn onder de bevolking des lands, wier stern-
teen 'ons in deze dagen bereikten, maar her
halen ook wat in den gemeenteraad, bij vroe
gere behandelingen van het probleem, met
duidelijke argumenten is betoogd.
Het Midden-Damterrein is stellig, onbe
bouwd, tot een vitaal deel van de Dam-ruimte
te maken, indien men het maar de geschikte
functie wil geven en het plantsoentje met
Zijn malle hekjes weghaalt. Men kan er een
teonument of een fontein neerzetten (de beeld
houwers zijn er), men kan er banken plaatsen,
teen kan er desnoods ook een laag paviljoen
houwen met een groot terras, waar het op zo-
teeravonden goed zitten is. Maar daarover
'ater.
Ons bezwaar tegen dit plan van den
architect Dudok is, dat zijn gebouw als over
buurman van het Paleis volstrekt onwaardig
genoemd moet worden. Deze bouwmeester
weet in mondelinge en schriftelijke toelich
tingen van een intiem en vriendelijk karakter
zijn ontwerpen dikwijls voor den ontvankelij-
ken leek aantrekkelijk te maken. De lezer van
deze stemmige beschrijvingen gaat zich „me
deplichtig" voelen en begint den architect na
te fluisteren, gewagend van „variabele behoef
te", van „rustig silhouet", van zandsteen die
op den duur aangenaam vuil zal worden en
waartegen dan de „eenvoudige, dofvergulde
hekwerken der balcons" een „stemmige ver
levendiging" zullen brengen. Dit gekeuvel maakt
op ons helaas geen indruk. Wij bekijken het
plan op zijn architectonische merites en wij
moeten verklaren, dat deze ons zoo bitter
tegenvallen, dat wij geneigd zijn om zelfs
den simili-stijl van de Bijenkorf boven de
doosvormen van den heer Dudok te prefe-
reeren.