D
kyrit
„Geen
stap terug" zegt
Rome
Italië's eischen
verduidelijkt
RADIOMOEHEID
De „Parklaan" in
moeilijkheden
Hulp van Berlijn te
verwachten?
LITTHAUER-
Influenza
Naar de Nieuwe
Gemeenschap
Buitenlandsch overzicht
Kerkelijk leven
MAANDAG 23 JANUARI 1939
Het schip met lek in den romp op
weg naar de Azoren
Verzet tegen het
strijkgeld
Verdeelde meeningen bij de
boeren
De aanvaring van de
Tromp
Schade valt nog al mee
VIER MANNEN VALLEN EEN
VELDWACHTER AAN
Wraak van een strooper?
PRINSELIJK GEZIN NAAR
ZWITSERLAND?
STATENVERKIEZING
NOORD-BRABANT
IN
Tegelens ontvanger
aangehouden
Zichzelf ter beschikking gesteld
ZOMERPOSTZEGELS 1939
Verkrijgbaar van 1 Mei tot 1 Juli
„NAAR DE NIEUWE
GEMEENSCHAP",
op initiatief van het comité van actie
voor de Nieuwe Gemeenschap,
Revolveraanslag op
zijn vrouw
In hooger beroep vijf jaar
gevangenisstraf opgelegd
Restauratie van den
grafkelder te Breda
Koninklijke onderscheidingen
verleend
Uitstel was geen afstel
Magnetiseur veroordeeld
64 jaar koster
MAG EN BITTER
De Hollandsche Club
te Antwerpen 60 jaar
Belgisch-Nederlandsche
vriendschap
MR. R. RIDDER PAUW VAN
WIELDRECHT
Kamerheer van de Koningin
plotseling overleden
BENOEMINGEN
In het bisdom Haarlem
SOBR1ËTASWERK IN HET
BISDOM HAARLEM
Er zyn menschen, die blijkbaar de radio
niet moe kunnen worden en den god-
ganschelijken dag hun ontvangtoestel
aan laten staan, onverschillig welk geluid
eruit komt. Men zou deze oordeellooze
„radioliefhebbers" kunnen indeelen bij de
auditieve alles-eters, die niets zoozeer schij
nen te schuwen als de stilte, waarin zij de
stem van hun eigen hart zouden kunnen
hooren. Heeft hun eigen hart hun niets te
zeggen? Of heeft het him iets te zeggen,
dat zij liever niet willen hooren en dat zij
daarom trachten te overstemmen? Het is
mogelijk. Maar onder de velen, die de on
uitputtelijke radiokraan van 's morgens
vroeg tot 's avonds laat open laten staan,
zijn er voorzeker ook, die heelemaal niet
luisteren en de uitzendingen nog nauwe
lijks hooren en er daarom ook geen bijzon
deren hinder van ondervinden, wanneer
hun dagelijksch leven wordt begeleid van
een ononderbroken radio-ratjetoe van al
lerlei, de meest uiteenloopende en hetero
gene ingrediënten. Voor de fabrikanten van
en handelaars in radio-artikelen en -lam
pen vormen deze permanentisten tot op
zekere hoogte goede klanten, want zij ver
slijten hun toestellen het snelst, zoodat zij
ook het snelst zich van nieuwe apparaten
en onderdeelen moeten voorzien. Maar van
den anderen kant geven deze klanten blijk
van even weinig kieskeurigheid als waar
deering ten opzichte van de radio, waarmee
zij nog slordiger omspringen dan met b.v.
de waterleiding. Dat de radio op zulke
luisteraars niet meer invloed uitoefent dan
het loeien van den wind in den schoorsteen
of het tikken van een klok en dat de radio
op hen geen cultureele uitwerking kan
hebben, spreekt wel van zelf.
Er zijn ook radio-liefhebbers, die te
laks of te lui zijn om zich van te
voren op de hoogte te stellen van
wat zij op een bepaald moment uit hun
toestel verwachten kunnen. Zij draaien luk
raak aan den knop tot zij op een of ander
willekeurig station iets te hooren krijgen,
wat hun aanstaat. Wat het is, weten zij
vaak niet en interesseert hun vaak ook
niemendal. Ziflke radio-avonturiers komen
vaak bedrogen uit, doordat zij niet zelden
slechts het eind van een uitzending te hoo
ren krijgen. Zij loopen dan in den letterlij
ken zin des woords van den muur naar
het kastje om weer wat anders op de bonne
fooi te zoeken om opnieuw binnen enkele
seconden teleurgesteld te worden, wanneer
zij meenen iets gevonden te hebben.
Ook zulke betrekkelijk oordeellooze en
weinig diepere belangstelling bezittende
toevalligheidsluisteraars halen niet uit de
radio, wat er in zit, en gebruiken de radio
niet op de verantwoorde wijze, waarmede
het hoogste geestelijke en cultureele en ook
amusante rendement wordt behaald. Is het
te verwonderen, dat bij de hierboven ge
schilderde categorieën van radio-misbrui
kers een zekere radiomoeheid ontstaat en
de opvatting post vat, dat de radio eigen
lijk een onding is, dat men na korteren of
langeren tijd al naar het uithoudingsvermo
gen van den luisteraar tenslotte beu moet
worden? Maar de radio-moeheid van zulke
lieden wordt op de allereerste plaats ver
oorzaakt door het misbruik, dat zij zelve van
de radio maken. Hun radiomoeheid kan
spoedig genezen worden, indien zij er maar
toe willen overgaan een bewust en oordeel
kundig gebruik van de radio te maken.
Een goed en oordeelkundig, verantwoor
delijkheidsbesef bezittend radio-luisteraar,
die het hoogste nut ën het geringste gevaar
of bezwaar van zijn ontvangtoestel wil on
dervinden, zal van te voren de diverse ra
dioprogramma's controleeren om te zien
of er iets naar zijn smaak en gading in te
vinden is. Den eenen keer zal hij gestemd
zijn om klassieke muziek te genieten, den
anderen keer om zich te verpoozen of zich
over een of ander onderwerp te laten
voorlichten door een spreker, maar wat hij
ook kiezen zal, hij zal altijd iets goeds kie
zen, als het er is, en als dat er niet mocht
zijn, zal hij de radio het zwijgen opleggen
als iemand, die hem niets te zeggen heeft
en toch zich wil laten hooren. Zulke be
wuste radiogebruikers zullen doorgaans
echte radioliefhebbers zijn en blijven
niet gauw door radiomoeheid worden aan
getast, mits zij maar dikwijls genoeg iets
vinden kunnen, wat hun bevalt, en niet te
vaak teleurgesteld worden door den aard,
het gehalte der programma's.
Met den aard en het genalte van
hetgeen de radioprogramma's in
het algemeen of in doorsnee ple
gen te bieden zijn wij weer aangeland op
een reeds veel betreden, beschreven en
omstreden terrein. Het is zeker waar, dat
een deel der zich hier en daar vertoonende
radiomoeheid moet worden toegeschreven
aan de om economische redenen soms al
te vergaande aanpassing van het radiopro
gramma aan den helaas bestaanden slecht-
sten smaak van de massa der luisteraars,
maar even zeker waar is, dat de aard en het
gehalte der uitzendingen vaak lijden moeten
onder het groote aantal zenduren, dat nu
eenmaal door de diverse omroepen in ede
len wedstrijd met hooge kosten gevuld
moet worden. Het zou daarom misschien
aanbeveling verdienen door onderling
overleg der omroepvereenigingen het to
taal aantal zenduren te verminderen en
dit verminderde totaal-aantal in dezelfde
verhouding als thans geldt te verdeelen.
Naar onze meening zou een dergelijke
maatregel zoowel de qualiteit der uitzen
dingen als de bestrijding van de toenemen
de radiomoeheid en van het radiomisbruik
door de zoogenaamde permanentisten ten
goede komen.
e optimist is een beter hervormer
dan de pessimist.
Veelal het gevolg van verwaarloosde kou.
Maak een eind aan gevatte kou door keel, borst
«n rug in te wrijven met deze krachtige zalf.
Verwijdert congestie, vergemakkelijkt
i ademhaling en helpt spoedig.
Te New-York is een radiogram opgevan
gen, waarin wordt medegedeeld, dat het
Nederlandsche vrachtschip „Parklaan", zich
in moeilijkheden bevindt.
Het schip, dat een bemanning van twin
tig koppen aan boord heeft, gaf als positie
op 36 gr. 45 min. n.b. en 49 gr. 14 min.
W.I., op 2000 K.M. van Kaap Hatteras.
Het Engelsche vrachtschip „Deerpool", dat
zich op 100 K.M. van het Nederlandsche schip
bevond, toen de noodseinen werden uitgezonden,
gaf direct bericht te hulp te komen, terwijl de
Engelsche vrachtboot „Carare" mededeelde, bin
nen vier uur ter plaatse te kunnen zijn om de
Parklaan te assisteeren.
Volgens een door de Engelsche vrachtboot
„Masheer" opgevangen radiogram deelde de
„Parklaan" mede een lek in den romp te neb
ben. Het Nederlandsche schip vaart langzaam
in de richting der Azoren.
De kapitein vroeg slechts begeleiding tot de
Azoren, voor het geval het noodig zou zijn, dat
de bemanning de „Parklaan" zou verlaten.
Het vrachtschip „Parklaan", dat toebehoort
aan de firma F. W. Uittenbogaart te Rotterdam,
is met een lading metaalafval van Bloston op
weg naar Hamburg. Het schip was 15 Januari
jj. uit Boston vertrokken.
Eenigen tijd geleden hebben wij naar aan
leiding van een ingezonden stuk aangedrongen
op afschaffing van het strijkgeld bij verkoopin-
gen van landerijen. Niet alleen in Noord-Hol
land, waaruit het bedoelde ingezonden stuk ons
bereikte, maar in welhaast heel het land heeft
dit euvel afmetingen aangenomen van zoodani-
gen aard, dat de boeren en tuinders het als een
nuttelooze verhooging van lasten en als een
zWaren druk voelen.
In de bestuursvergadering van de Friesche
Maatschappij van Landbouw is deze kwéstie
onlangs aan de orde gekomen. Deze maatschap
pij, ziende dat tegen het strijkgeld weinig te
doen is, had aan de notarissen gevraagd of zij
zouden willen meewerken aan beperking of af
schaffing van dit euvel. Het antwoord op deze
vraag is niet erg bemoedigend.
Het Nieuwsblad van Friesland zegt in zijn
verslag van de genoemde' bestuursvergadering
over deze kwestie het volgende:
„Van den Ring Leeuwarden van de Broeder
schap der Notarissen in Nederland was een
antwcord ontvangen op het destijds tot hem
gerichte verzoek om mee te werken tot een ver
laging van het strijkgeld bij verkooping van
landelijke eigendommen tot 1 pCt. van de ge
boden sommen. Blijkens dit antwoord stelt de
Ring zich op het standpunt, dat het niet op
zijn weg ligt om zelfstandig een verlaging van
het strijkgeld te bevorderen en wel omdat bij
een ingesteld onderzoek gebleken is, dat welis
waar een groot deel der geraadpleegde land
bouworganisaties en financieele instellingen zich
met deze verlaging zou kunnen vereenigen, doch
dat daarnaast eenige dier lichamen evenals de
strijkgeldschrijvers tegenstanders dier verlaging
zijn. Na kennisneming van dit teleurstel
lend antwoord werd besloten te onderzoeken wat
nog gedaan kan worden om de door de afdee-
lingen vrijwel algemeen gewenschte verlaging
van strijkgeld te bevorderen."
Nu is het natuurlijk een zwak argument, dat
de strijkgeldschrijvers tegenstanders van ver
laging of afschaffing zijn, want wie zelf uit
spraak mag doen in zijn eigen proces zal dat
altijd winnen, maar uit deze passage in het
verslag blijkt wel, dat men het euvel van
het strijkèeld niet zal kunnen beperken zonder
krachtig ingrijpen van hoog'erhand. Doch de
boeren zullen dan wel moeten bedenken, dat zij
eensgezind en sterk op zulk een ingrijpen moe
ten aandringen. Zoolang de drie Centrale Land
bouworganisaties geen actie kunnen gaan voeren,
omdat hun meeningen verdeeld zijn, zoolang
zal elk ingrijpen van hoogerhand uitblijven.
Overigens doet het zeer eigenaardig aan, dat
wel alle boeren strijkgeld als een kwaad be
schouwen en het er over eens zijn, dat daar
tegen moet worden opgetreden, doch dat zij,
nu de een voor afschaffing is en de ander
slechts voor verlaging, maar besloten hebben
heelemaal niets te doen.
Omtrent H. Ms. flottieljeleider „Tromp" kan
nog worden gemeld, dat na aankomst van het
schip in het dok gebleken is, dat de schade be
langrijk meeviel.
De reparatie zal te Lissabon geschieden. Ver
wacht wordt, dat daardoor het verblijf ter plaat
se met zeven dagen zal worden verlengd. Waar
schijnlijk zal de reparatie 28 dezer zijn afgeloo-
pen.
Er is echter nog geen beslissing genomen, of
de „Tromp" haar reis zal voortzetten volgens
het oorspronkelijk reisplan, dan wel de reis zal
bekorten of dadelijk naar Nederland zal terug-
keeren
Zondagavond, toen de veldwachter te Hoog
Blokland om tien minuten voor half elf de ron
de door de gemeente deed en juist in de nabij
heid van het café van den heer Vos was ge
komen, kwam een viertal jonge mannen in
luidruchtige stemming naar buiten. Voor de
veldwachter wist wat er gebeurde, viel een van
de vier hem aan en kneep hem de keel dicht.
De aangevalleneechter wist zijn revolver te
grijpen en door waarschuwingsschoten te lossen
de aanvallers te verdrijven. Iemand in de buurt,
die de schoten hoorde, ging hierop direct met
een auto den veldwachter van Hoornaar halen,
waarna deze er in samenwerking met den aan
gevallen veldwachter in slaagde vannacht de
jongelui, die van deze laffe daad werden ver
dacht, aan te houden. Het zijn een 40-jarige
arbeider uit Gorinchem, en drie jongere man
nen uit Arkel. Alle vier zijn aan een uitvoerig
verhoor onderworpen. De oudste is in het poli
tiebureau te Gorinchem in arrest gehouden. De
drie overigen zijn voorloopig op vrije voeten
gesteld, doch zullen in den loop van den ochtend
weer verhoord worden.
Omtrent de beweegredenen van de daders tast
men voorloopig nog in het duister. Wel is de
vastgehoudene eenige malen door den veld
wachter wegens strooperij aangehouden.
Het prinselijk paar zal, naar de Telegraaf
mededeelt, zich begin Februari voor eenige we
ken naar Zwitserland begeven, om daar o.m. de
skisport te beoefenen.
Waarschijnlijk zal Prinses Beatrix met haar
ouders meegaan.
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant heb
ben de stemming voor de verkiezing van leden
der Provinciale Staten van Noord-Brabant, be
paald op Woensdag 19 April.
De gemeente-ontvanger van Tegelen, die se
dert 16 Januari voortvluchtig was, heeft zich
Zondagochtend vrijwillig ter beschikking van
den burgemeester gesteld. Hij heeft dit, zoo
verklaarde hij, aanstonds na de ontdekking van
de onregelmatigheden willen doen, doch uit een
gevoel van schaamte heeft hij zulks niet ge
durfd. Met medeneming van een betrekkelijk
klein bedrag is hij toen aan het zwerven ge
gaan. Na eenige dagen in België te hebben
rondge trókken, heeft hij zijn familie telefonisch
verzocht hem op te halen. Hij heeft een volle
dige bekentenis afgelegd.
Naar het zich voorloopig laat aanzien, zal het
verduisterde bedrag de vier duizend gulden niet
te boven gaan. Het accountantsonderzoek zal
nog een week in beslag nemen.
De oorzaak van 's mans handelingen, aldus
deelde de burgemeester ons nog mede, zou in
hoofdzaak gezocht moeten worden in de zware
financieele lasten, welke hij gedurende vele
jaren had te dragen o.a. door te duren bouw
van een huis en niet door zijn levenswijze.
Hij zal voor den officier van justitie te Roer
mond worden geleid.
Ook dit jaar zullen er weer zomerpostzegels
worden uitgegeven, waarvan de extra-opbrengst
besteed zal worden voor cultureel werk, ter tege
moetkoming in den huidigen nood der cultureele
werkers. Van de andere helft komt 50 procent
ten goede aan de tuberculose-bestrijding, 30 pro
cent aan het werk van de A.V.O. (arbeid voor
Geschud hebt Gij het land en Gü
hebt het doen sidderen; genees zijn
breuken, want het wankelt. Harde
dingen hebt Gij Uw volk getoond;
Gij hebt ons gedrenkt met wijn en
droefenis. (Ps. LIX, 45)
Herstel ons, o God, onze Heiland, en
verwijder van ons Uw toorn. Zult
Gtf voor eeuwig verbolgen zijn tegen
ons, of Uw toorn uitstrekken van
geslacht tot geslacht?
GU, o God, Gij zult opnieuw ons
doen leven en Uw volk zal zich
verhengen in U.
(Ps. LXXXIV, 5—9)
Woorden, voor eeuwen door den psal
mist gezongen. Woorden, die wij tot de
onze moeten maken, teneinde Gods
hulp bij de opbouw van een Nieuwe
Gemeenschap af te smeken. Aan dit
onderwerp zal Dinsdag 24 Januari
om 7.15 uur de zevende uitzending
worden gewijd van de serie
Spreker: PROF. B. MOLKENBOER O.P.
Benito Mussolini is ontstemd, zijn rede, Za
terdag in het Theater Argentina uitgesproken,
bewijst het. De onderscheidingen, die hij daar
aan de helden van den oogst uitreikte, liet hij
vergezeld gaan van woorden, die weinig het
karakter dragen van een genoeglijke stemming,
tenzij men den strijd, dien „vader van alle din
gen" volgens een bepaalde zienswijze een
genoeglijke zaak wil noemen.
Dat hij op zijn beurt iets wil zeggen over de
principieele vijanden van het fascisme, zooals
een staatshoofd aan de overzijde van den Groo-
ten Oceaan eenigen tijd geleden hartige dingen
zeide over de principieele vijanden van de de
mocratie, is begrijpelijk, en het geheel zou het
karakter dragen van een in ietwat krasse ter
men gevoerd debat, ware het niet, dat Musso
lini met die principieele anti-fascisten niet
alleen zijn dogmatische, maar ook zijn feitelijke
tegenstanders ziet: de Franschen. Hij dreef den
spot met een zekere buitenlandsche perscam
pagne, waarmee hij de Fransche pers bedoelt;
hij sprak opnieuw van de barrière van de Al
pen, en die barrière ligt tusschen zijn imperium
en Frankrijk; hij herinnerde aan zijn uitspraak
over „vijanden, te dom om gevaarlijk te zijn",
een uitspraak, die in September gedaan werd
en minder vreedzame herinneringen oproept,
en die thans ongetwijfeld tegen Frankrijk ge
richt is.
Het behoeft niet te verbazen, dat zulke harde
woorden gesproken worden zoo kort na het
bezoek, dat de Britsche ministers aan Rome
brachten; men heeft het daar immers niet veel
verder gebracht dan tot een wederzijdsche dui
delijke bepaling der standpunten, en woorden
als deze behooren bij het standpunt van Mus
solini. De anti-Fransche campagne, die de Ita-
liaansche pers even liet verflauwen toen Cham
berlain en zijn gevolg naar Rome kwamen; doch
kort na hun vertrek begon het steekspel met
vernieuwde kracht. Er is weinig verheffends in
dezen twist met woorden, die liggen ver beneden
het beschavingspeil, Waarop beide volkeren
groot kunnen gaan, doch voor het oogenblik is
het erger, dat deze twist ook en vooral veront
rustend is. Aan beide zijden is de geprikkeldheid
groot en men gaat er in die stemming toe over
dingen te zeggen, die doen vreezen voor de
„peace in our tune", die Chamberlain ons
eenige maanden geleden beloofde.
„Italië's eischen aan Frankrijk zullen worden
ingewilligd, of Europa zal in? een ontzettenden
oorlog gestort worden" koif men dezer dagen
lezen in de „Relazioni Internazionali", het Ita-
liaansche wekelijksche orgaan over buitenland
sche politiek, dat semi-officieel genoemd kan wor
den. Deze woorden zijn duidelijk en behoeven
geen verklaring, althans wat hun inhoud be
treft. De bedoeling ervan is klaarblijkelijk den
Quai d'Orsay onder de bedreiging met een oor
log te bewegen tot toegeeflijkheid, doch daar
voor is een bedreiging van Italië alléén niet
voldoende. Te Rome rekent men echter aller
eerst op den volledigen steun van Duitschland,
als belooning voor de hulp, in September door
Italië verleend. De houding van de Duitsche
pers geeft reden om aan te nemen, dat het
Palazzo Chigi zich bij die berekening niet al te
zeer vergist en Rome heeft nog meer noten
op zijn zang. Niet voor niets heeft het hemel
en aarde bewogen om Franco een overwinning
in Catalonië te bezorgen, die niet lang meer
schijnt te zullen uitblijven: dan ls Frankrijk
aan drie zijden ingesloten. Men herinnere zich,
hoe Chamberlain in het vuur van zijn ver
dediging van München zich onlangs een ge
vaarlijk woord liet ontvallen: niet toegeven,
zoo zeide hij, had kunnen uitloopen op een oor
log met Duitschland, Italië en óók Franco. En
men mag Chamberlain toch niet rekenen tot de
verstokte pessimisten
Bailby voorziet in de „Jour" een nauwe sa
menwerking tusschen Rome en Berlijn, waarbij
beider eischen ten aanzien van een nieuwe
verdeeling van Afrika gecoördineerd zullen
Worden tot een ernstige dreiging. Men heeft
geen reden om zich hierover te verbazen: wat
eens prachtig gelukte, kan met kans op succes
herhaald worden; bovendien is de situatie in
Oostelijk Europa dusdanig aan het wijzigen, dat
van die zijde niets meer te vreezen valt voor
de verlangende staten. Warschau zal er de sluit
steen van zijn; daarna kan men zich met volle
kracht op het Westen werpen.
Waarop men nog wacht, is de nauwkeurige
formuleering der eischen iets wat Mussolini
tot nog toe heeft nagelaten. Men verwacht die
formuleering echter spoedig: omstreeks de rede
van Hitler in den Rijksdag op 30 Januari as.
Nog weet men niet, of die eischen bescheidener
zullen uitvallen dan de tot dusver gevoerde
campagne laat vermoeden; de „Relazioni" ech
ter geeft weinig hoop dienaangaande. „Het is
niet gezegd, dat Italië eventueel niet nog groo-
ter eischen zal stellen dan thans; het Italiaan -
sche volk doet geen stap terug."
onvolwaardigen) en 20 procent aan de kanker
bestrijding.
De postzegels, zullen verkrijgbaar zijn van 1
Mei tot 1 Juli. Zij zullen de beeltenis dragen
van Nicolaas Beets, Mathijs Maris, Anton Mau
ve, Peter Stuyvesandt en Gerard van Swieten.
De frankeerwaarden der postzegels zijn: 13,
4, 5 en 12V4 cent, de prijzen met toeslag 3, 5,
6, 8 en 16 cent.
Welke de juiste verdeeling van de portretten
over de verschillende postzegels zal zijn, is nog
niet met zekerheid vastgesteld.
Er is een uitgebreid centraal-propaganda-
comité gevormd, dat reeds met zijn werkzaam
heden begonnen is. Het secretariaat van dit co
mité is gevestigd: Riouwstraat 7, Den Haag.
De 40-jarige varensgezel L. K. is door de Rot-
terdamsche rechtbank ter beschikking van de
regeering gesteld. Hij heeft met een revolver
tweemaal op een vrouw geschoten, waardoor zij
niet levensgevaarlijk gewond werd. Het vonnis
hield rekening met verminderde toerekenings
vatbaarheid
De officier van justitie ging in hooger beroep
en de advocaat-generaal bij het Haagsche ge
rechtshof eischte vernietiging van het vonnis
en veroordeeling tot een gevangenisstraf van
tien jaar.
Het hof vernietigde het vonnis van de Rot-
terdamsche rechtbank, legde verdachte een ge
vangenisstraf van vijf jaar op, te ondergaan in
de bijzondere strafgevangenis en bepaalde
voorts, dat verdachte ter beschikking van de -e-
geering zal worden gesteld.
Het heeft H.M. de Koningin behaagd de hee-
ren'J. H. A. Hardeman, gep. generaal-majoor,
president-kerkvoogd en B. W. Th. van Slobbe,
oud-gouverneur van Curasao, burgemeester van
Breda, te benoemen tot commandeur en den
heer F. A. Homix, directeur van Openbare
Werken te Breda, tot ridder le klasse van de
Huisorde van Oranje.
Deze benoeming is geschied naar aanleiding
van hunne diensten, bewezen bij de restauratie
van den grafkelder onder het monument van
Engelbrecht van Nassau, in de prinsenkapel
van de groote kerk te Breda.
Voor den kantonrechter te Den Haag, mr.
Fontein, werd dé behandeling voortgezet van
een zaak tegen den eigenaar van het „insti
tuut voor physische therapie", den heer C. J
V., die in dat instituut patiënten met electri-
sche apparaten (hoogtezon en diathermie-toe-
stellen) heeft behandeld.
Hij was vervolgd wegens overtreding van de
wet op de geneeskunde en heeft deswege in
het begin van het vorig jaar terecht gestaan.
De zaak werd toen evenwel uitgesteld om de
uitspraak van het medisch tuchtcollege af te
wachten, voor welk college de dokter, die con
trole op het instituut uitoefende, zich heeft
moeten verantwoorden.
De uitspraak van het medisch tuchtcollege is
geheim, doch ter terechtzitting bleek, dat het
college het beneden de waardigheid van een
arts vond, dat deze een magnetiseur als brood
heer had
De ambtenaar van het O.M., mr. Gelinck,
volhardde bij zijn requisitoir, waarbij hij inder
tijd een geldboete van f 100 subs. 30 dagen
hechtenis had gevorderd.
Mr. H. P. Marchant, de verdediging voorden
niet verschenen verdachte voerend, zeide, dat
men den tijd, met het uitstel gewonnen, goed
had besteed. Het instituut was nu omgezet in
een stichting met aan het hoofd een genees
heer, zoodat een regelmatige toestand was ge
schapen
Het onderhavige geval was volgens pleiter
een proef-proces, waarbij een hooge boete dus
niet op haar plaats was.
Mr. Marchant wees er voorts nog op, dat.
hoewel de arts niet bij elke behandeling aan
wezig was, hij toch de volle verantwoordelijk
heid droeg, voor alles wat er zich in het in
stituut afspeelde.
De kantonrechter deed onmiddellijk uit
spraak. In het geval, dat een patiënte zonder
medisch onderzoek was behandeld, achtte hij
de overtreding bewezen en. in verband met het
feit, dat nu een regulaire toestand is gescha
pen, legde hij een boete van f2 op.
Nog een tweede geval van onbevoegd uit
oefenen van de geneeskunde werd voor den
Haagschen kantonrechter behandeld.
De 54-jarige P. van S. had een ouden man
behandeld, die reeds eenmaal door een be
roerte was getroffen. Hij had dezen man ge
magnetiseerd en hem pillen en druppels voor
geschreven.
De behandeling had evenwel niet geholpen,
want de man was eenigen tijd later gestorven.
Op de terechtzitting werd een dochter van
den ouden man gehoord. Uit dit verhoor bleek,
dat de familie een gedeelte van het betaalde
geld had teruggevorderd en toen daarbij ge
schillen rezen, gedreigd had, de zaak bij de
justitie aan te geven.
De ambtenaar van het O.M. laakte deze hou
ding scherp.
De vertegenwoordiger van het O.M. noemde
verdachte een kwakzalver en memoreerde
voorts, dat deze al vijfmaal veroordeeld is.
Spr. vorderde een geldboete van f 75 subs.
25 dagen hechtenis.
De gemachtigde en verdediger, mr. L. W. R.
van Deventer, pleitte vrijspraak subs, ontslag
van rechtsvervolging.
De kantonrechter veroordeelde verdachte tot
een geldboete van f75.
Een te Maastricht bekend figuur, de heer Hu-
bert Mertz, hoofdkoster van de St. Servaaskerk,
is wegens zijn hoogen ouderdom uit zijn functie
getreden. Hij verkreeg daarbij eervol ontslag.
Ruim vier-en-zestig jaren was de heer Mertz
in dienst der parochie St. Servatius.
Hij was ook een onvermoeid gids voor
vreemdelingen om hun den ouden roem en de
historische bizonderheden van Maastricht mede
te deelen en hun belangstelling te wekken voor
zaken die de vereering van de H. Servatius en
de stad Maastricht luister bijzetten.
Waar in het buitenland Nederlanders in vol
doenden getale bijeen zijn om van een Neder
landsche kolonie te kunnen spreken, vormt zich
al vrij spoedig een Nederlandsche club of ver-
eeniging, waarbinnen zich het Nederlandsche
leven in den vreemde concentreert. Een twee
slachtige situatie dreigtechter te ontstaan,
wanneer de buiten de landsgrenzen levende
Nederlanders zich zóó dicht bij het vaderland
gevestigd hebben, in een milieu, dat hen nau
welijks eraan herinnert, dat zij in den vreemde
vertoeven, dat de behoefte aan een onderlingen
band vrijwel gaat ontbreken.
Om onder die omstandigheden toch een op
gewekt clubleven in stand te kunnen houden,
wijst wel op een groot saamhoorigheidsgevoel en
op een sterk bewustzijn van wat het betee-
kent, als Nederlanders bijeen te kunnen zijn.
Daarvan heeft Zaterdagavond de in 1879 op
gerichte Hollandsche Club te Antwerpen met
bijzondere opgewektheid en onder groote belang
stelling van Nederlandsche zoowel als van Bel
gische autoriteiten en bevriende organisaties
haar zestigjarig bestaan gevierd met een fees
telijk banket in de zalen van Hellemont aan de
Van Eycklei te Antwerpen.
Er waren ruim 150 deelnemers aan den feest
maaltijd, van wie o.a. aan de hoofdtafel had
den plaatsgenomen de Nederlandsche gezant te
Brussel Z. Exc. mr. B. Ph. baron van Harinxma
thoe Slooten en zijn echtgenoote.
Bij het begin van den maaltijd verzocht baron
van Harinxma thoe Slooten den aanwezigen een
dronk- uit te brengen op Koning Leopold van
België, welke dronk gevolgd werd dcor het
spelen van de Brabanqonne. Terstond hierna
stelde baron Holvoet, gouverneur der provincie
Antwerpen, een dronk in op H. M. Koningin
Wilhelmina. Het Wilhelmus, dat hierop volgde,
werd geestdriftigmeegezongen.
Tijdens den maaltijd heette de voorzitter der
jubileerende Hollandsche club, de heer H. van
Duiken, allen welkom, in het bijzonder Harer
Majesteits gezant en mevr. van Harinxma thoe
Slooten, baron Holvoet en den schepene van
Antwerpen, den heer Delwaide, wier aanwezig
heid een bewijs is, dat het Hollandsche club
leven hun belangstelling heeft.
Baron van Harinxma thoe Slooten sprak zijn
vreugde erover uit, dat hij bij een zoo feestelijke
gelegenheid kennis maakte met de Hollandsche
Club te' Antwerpen. Sedert den korten tijd, ge
durende welke hij als gezant in Brussei werk
zaam is, heeft hij geconstateerd, dat het Neder
landsche vereenigingsleven in België op hoog
peil staat.
Het heeft H. M. de Koningin behaagd, aldus
delde de gezant mede, den voorzitter oer Hol
landsche Club te Antwerpen, den heer H. van
Duiken, bij deze gelegenheid te benoemen tot
ridder in de orde van Oranje-Nassau.
Deze mededeeling werd met luid gejuich be
groet.
De heer A. Ruys wenschte hem geluk en bood
hem de bij de onderscheiding behoorende ver
sierselen aan.
De heer Van Duiken verzocht den gezant, zijn
dank aan H. M. de Koningin te willen over
brengen en verklaarde, in deze onderscheiding
een hulde te zien voor het werk, dat al zijn
medebestuursleden in het belang-van de Hol
landsche Club hadden verricht.
Nog voerden het woord de gouverneur der
provincie Antwerpen, baron Holvoet en de heer
Delwaide, schepene van Antwerpen.
Na de krachtige rede van schepene Delwaide,
die met groote aandacht was aangehoord,
bracht mevr. Ruys de gelukwenschen over van
den bond van Nederlandsche vereenigmgen en
lichamen in België, de heer Komps van de
Nederlandsche vereeniging te Brussel. Voorts
spraken nog enkele oud-bestuursleden o.w. de
heer Scheltema. De laatste vertelde onder
groote vroolijkheid iets van het clubleven van
vijftig jaar geleden, toen men geen gezanten
en gouverneurs aan tafel kreeg, maar wel men
schen als Jan van Rijswijk en Pol de Mont,
Toen durfde men nier droomen, dat men ooit
een gouverneur des Konings nog eens in het
Nederlandsch zou mogen toespreken of hem
Nederlandsch zou hooren spreken.
Na afloop van den maaltijd, die tegen mid-»
dernacht geëindigd was, bleef men nog gerui-
men tijd bijeen op het zeer geanimeerde bal.
dat volgde en dat eveneens door de aanwezigs
autoriteiten werd bijgewoond.
In den afgeloopen nacht is te 's Gravenhage
in den ouderdom van 45 jaar plotseling aan een
hartverlamming overleden mr. R. Ridder Pauw
van Wieldrecht, kamerheer van H. M. de Ko
ningin.
Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem heeft
benoemd: tot Rector te Amsterdam (St. Joan-
nesgesticht) den Weleerw. heer J. B. L. Simon;
tot kapelaan te Rotterdam (St. Antonius Abt)
den Weleerw. heer G. A. Beek; tot kapelaan
te Duivendrecht den Weleerw. heer M. L. M.
Welling (Neom.); tot assistent te Haarlem (S-
Jozef) den Weleerw. heer J. J. A. van der Zalm
De afdeelingen van Kruisverbond en Maria-
vereeniging in het bisdom Haarlem houden een
propaganda-vergadering te Haarlem op Zondag
5 Februari.
Aan de orde is ojn. een uiteenzetting van
mej. A. Kokshoom, presidente van den Maria-
bond over het Sobriëtaswerk in de Graal en
daarna een inleiding van den heer Arnoldus,
adj.-directeur der Scheveningsche Strafgevan
genis, over: alcohol en misdaad.