De pensionneering van het spoorwegpersoneel Nederland in oorlogstijd r DE DUITSCHE HELD L BESPREKING TE UTRECHT Kerkelijk leven DINSDAG 24 JANUARI 1939 Een eerste felicitatie DUITSCHE DIENSTBODEN TERUG Extra-trein uit Amsterdam TEGEN EEN AUTOBUS OPGELOOPEN Jongen aan zijn verwondingen overleden MOSSELBAK GEZONKEN Een der vier opvarenden verdronken BESLAG OPGEHEVEN Italiaansch schip zet zijn reis voort Interessante voordracht over de economische verdedigings voorbereiding Genu-express aansluitend op „Johan de Witt" Vreeeniging van inlandsche bestuursambtenaren Emissie 4 pet. Frankrijk Inschrijvingen worden ten volle toegewezen R. K. Universiteit Academische examens Landbouwhoogeschool UIT DE STAATSCOURANT De erkende spoorwegorganisaties verklaren zich opnieuw tegen de toegepaste korting Resolutie - aangenomen Resolutie ARBEIDSON GELUK TE ENSCHEDE Man onder vallenden paal gedood „MORGEN GAAT 'T BETER" De opnamen gereed VERBODEN LOTERIJ EX-KEIZER BEDENKT DE ARMEN VAN DOORN DRIE ARRESTATIES TE NIJMEGEN NIEUWE ARRESTATIES IN INDIË Vergadering ontbonden Geen audiëntie Clearingkoersen Mgr. F. Bruis S.M.M. Nieuwe Nederlandsche missie bisschop in Columbia Zeemacht Onderscheidingen Belastingen Voogdijraad Maandag heeft ex-Keizer Wilhelm in gezel schap van zijn echtgenoote aan de armsten der gemeente Doom feestgeschenken uitgedeeld in verband met zijn aanstaanden tachtigsten ver jaardag, Hieronder bevonden zich groote vrach ten kachelblokjes, voor direct gebruik gereed. Treffend was het tafreeltje, toen een oud ge brekkig mannetje de gelegenheid waarnam om den ex-Keizer vast geluk te wenschen met zyn aanstaanden verjaardag en daarbij een heil- wensch uitsprak, die met een stevigen handdruk in ontvangst werd genomen. Het Duitsche consulaat-generaal deelt mede, dat 1 Februari bij voldoende deelneming een extra-trein uit Amsterdam zal vertrekken, voor het vervoer van de Duitsche dienstboeken, die naar huis terugkeeren. De trein zal tot Dusseldorf loopen. Te Eindhoven is Zondagavond omstreeks half acht de zesjarige J. Dekkers tegen een autobus van den stadsverkeersdienst opgeloopen, die van den Leenderweg de Heistraat wilde inrijden. De jongen viel, waarna de achterwielen hem over het lichaam gingen. Zwaar gewond werd hij de ouderlijke woning binnengedragen, waar hij Maandagnacht is overleden. Maandagmiddag omstreeks drie uur is de 40-jarige P. van der Jagt uit Yerseke in de Schelde verdronken. De man was bezig met het lossen van een mosselbak, ongeveer 2 k.m. uit den wal. Door onbekende oorzaak is de bak gezonken. Er waren vier opvarenden. Drie van hen konden worden gered, doch Van der Jagt is verdronken. Zijn lijk was Maandagavond nog niet gevonden. Het beslag, dat te Vlissingen op het Italiaan- sche stoomschip „Monte Santo" was gelegd, in verband met de aanvaring op 15 Januari j.l met het Engelsche s.s. „Conifer" is Maandag middag opgeheven, doordat de verlangde cautie is verstrekt. Het schip zal nu de reis naar Sa- vona voortzetten. Maandagavond hield dr. W. K. H. Feuilletau de Bruyn in het klein auditorium van de uni versiteit te Utrecht de eerste van een serie van vijf voordrachten over de economische verdedi gingsvoorbereiding. Spr. wees er op, dat de moderne oorlogvoe ling heel andere eischen stelt aan de productie dan vroeger het geval was. Hij ging aan de hand van cijfers na, dat geen moderne legerleiding in de toekomst een groot offensief kan ontkete nen zonder zorgvuldige economische voorberei ding van den aanval. Zoo komt het dat na den grooten oorlog het begrip van den oorlogspotentieel is ontstaan, want de gevechtskracht van een volk hangt niet alleen meer af van de militaire strijdmiddelen, maar ook van de mate van voedselvoorziening van een land, de beschikbare grondstoffen, de capaciteit van de industrieën, enz. Na den oorlog is het begrip van den oorlogs potentieel ook het oorlogs- en neutraliteitsrecht gaan beheerschen. Wij zijn gewend geraakt aan het bombardee ren van open steden om het moreel van het „bomefront" te breken in China en Spanje. Alle groote mogendheden hebben maatregelen ge troffen tegen een gas-bombardement der bur gerbevolking. Spr. wees er op, dat er wel degelijk grenzen zijn aan opzettelijke rechtsschendingen. In de eerste plaats kunnen de militaire eischen der oorlogvoering aan die schendingen grenzen stel len. Hij toonde met voorbeelden uit den wereld oorlog aan, dat men de rechten der neutralen ter zee niet straffeloos kan afbreken zoolang men niet de volstrekte zekerheid heeft van de heerschappij ter zee. Engeland zal in de eerste phase van een nieuwen oorlog heelemaal niet zeker zijn van zijn verbindingen over zee; het weet niet, in welke mate die kunnen worden bedreigd door de Duitsche luchtmacht en de onderzeeërs. Afbraak van rechten van neutra len kan zich dan tegen Engeland keeren, als later blijkt, dat het niet de oppermacht ter zee heeft. Zijn situatie zou uiterst precair kunnen worden als Nederland door schending van zijn neutraliteit verplicht zou zyn Duitschlands zijde te kiezen. Maar zou Duitschland onze neutrali teit schenden, dan foopt het Ruhrgebied, de ruggegraat der Duitsche economische verdedi ging ernstig gevaar, voorloopig doordat bombar dementsvliegtuigen van onze bondgenooten dit industriegebied zouden bedreigen vanuit de Hol- landsche waterlinie. Spr. achtte het daarom dringend noodig dat wij zelf over een groote kern van offen sieve bombardementsvliegtuigen de be schikking krijgen, om aan onze zelfstandig- heidspolitiek kracht bij te zetten. Toch zijn het niet alleen militaire beweeg redenen, die tot respecteeren van het oorlogs- en neutraliteitsrecht dwingen. Het bestaan van een rechtsgemeenschap van cultuurstaten, die door moreele grondregels en zekere begrippen van menschelijkheid gebonden zyn, is een on betwistbaar feit. Wie deze grondregels opzet telijk met voeten treedt, wordt door de wereld tot „outlaw" verklaard. Men onderschatte dit niet. In een tijdperk, waarin de economische krachten voor de uiteindelijke beslissing van een oorlog van zeer groote beteekenis zijn, spe len mogendheden, die zich door willekeurige schending van oorlogsgewoonten en gecodifi ceerd oorlogs- en neutraliteitsrecht tot „out law" stempelen, gevaarlijk spel, als zy de we reld tegen zich' krijgen. Geen enkele mogend heid zal noodeloos dergelijke wryvingsweer- standen opwekken. kosten der oefeningen, enz., regelt, de eenige afdoende oplossing kan brengen Voorts achtte hy het noodzakeiyk, dat per hectare in de steden een voldoende hoeveelheid chloorkalk wordt opgeslagen, daar zout de grondstof, waar de chloorkalk uit wordt ge maakt, in Boekeloo, nabij de grens, wordt ge wonnen. Evenzoo is een sterke luchtafweer van onze groote havens door geschut, mitrailleurs, zoek lichten en vliegtuigen dringend geboden, daar zy voor de economische verdediging van ons land van vitaal belang zijn. Voorts wees spr. op de noodzakelijkheid om direct bij het uitbreken van een oorlog tot het convoyeeren van Nederlandsche koopvaardij schepen over te gaan. Spr. wees op de zeer groote beteekenis, welke Limburg voor onze economische ver dediging heeft en hy drong aan op een zoodanige verdediging van dit gebied, dat het uitgesloten is, dat Limburg onder den voet wordt geloopen, voordat het veldleger kan ingrypen. Ten slotte wees spr. er op, dat wy jaarlijks aan werkloozensteun een bedrag van f 250 a f 300 millioen uitgeven, geld, dat verbruik! wordt en waarvoor wij niets terug krijgen. Is het niet mogelijk, een stelsel te scheppen, waar bij men belangrijke sommen op den werkloozen steun bespaart en deze ten goede laat komen aan de versterking van ons oorlogspotentieel? Spr. zal in zijn volgende voordracht over de financieele verdedigingsvoorbereiding aantoonen, dat dit ten deele werkeiyk mogeiyk is. De N.V. Stoomvaart Maatschappij Nederland meldt, dat de speciale trein met passagiers en post in aansluiting op het d.d. 27 Januari a.s. van Genua vertrekkend s.s. Johan de Witt Donderdagmorgen 26 Januari te 10.27 van Den Haag s.s. zal vertrekken. Vertrek van Utrecht C.S. 11.23, van Arnhem 12.12, van Nijmegen 12.36. Vertrek van den aansluitenden trein naar Utrecht: van Amsterdam C.S. 10.00 of 10.33, van Amsterdam W.P. 10.43. De aansluitende trein van Rotterdam (Maas) vertrekt om 10.23. Aan komst te Genua Vrijdagmorgen a.s. te 8.50. g Naar wy vernemen zullen de inschrijvingen op de emissie 4 procent Frankryk ten voHe worden toegewezen. NIJMEGEN. Geslaagd voor het candidaats- examen in de klassieke taai- en letterkunde, pater A. A. M. Hoogveld O.E S.A. te Nijmegen. AMSTERDAM. Geslaagd voor het candidaats- examen geneeskunde de dames: A. M. A. van Beers, E. Weisz en C. Stappershoef en de heeren: H. C. A. Koppejan, W. Hylkema, G. J. Cladder, A. W. F. Rutgers, C. H. Muller van Brakel, J. W. Bos, D. Lely, H. D. Kan, J. E. de Bourgraaf, H. B. J. Kuenen, prof. dr. H. v. Lippmann. B. W. H. Ide. LEIDEN. Doctoraal examen geneeskunde de heeren; H. de Roest, Rhoon; H. v. d. Berg, Enschede; C. Kuijpers, Oegstgeest. Artsexamen eerste gedeelte de heer H W. Veen, Den Haag. Bevorderd tot arts de heeren: J. H. Binnerts, Den Haag; K. v. Hellemond, Vlissingen; J. B'. Coster, Leiden; C. D. Binkhorst, Rotterdam en W. O. Bomhaupt, Wassenaar. UTRECHT. Gepromoveerd tot doctor in de wis- en natuurkunde aan de Ryksuniversiteit te Utrecht de heer S. J. Vies, geboren te Zalt- bommel op proefschrift. Gepromoveerd tot doctor in de wis- en na tuurkunde aan de Rijksuniversiteit te Utrecht de heer J. G. ten Houten A.Thzn., geboren te Winterswijk, op proefschrift, UTRECHT. Geslaagd voor het candidaats- examen rechten de heer E. Bouma. LEIDEN. Geslaagd voor het candidaatsexamen Indisch recht de heer A, de Haas Jr Den Haag. WAGENINGEN. Candidaatsexamen Neder landsche landbouw de heeren B. K. de Boer, P. G. de Boer, P. Eenshuistra, A. W. G. Koppe jan, J. W. Lackamp, W. H. A. Th. van Oyen, K. J. de Raad, J. H. Riemersma, H. H. Smeenk, D. S. Tuijnman, J. M. H. Zeguers en K. Zwik ken Maandagmiddag hebben de vijf erkende organisaties van spoorwegpersoneel, onder leiding van den Personeelraad der N. S., in het N. V.-Huis te Utrecht een besturencon- gres gehouden, hetwelk beoogde een nieu we poging te doen om intrekking van de korting op de pensioenen van het spoor wegpersoneel te bevorderen. Het congres Werd gepresideerd door den heer P. Molt- hiaker, lid der Eerste Kamer. In zijn openingswoord noemde de voorzitter £et betreurenswaardig, dat deze bijeenkomst °6' noodzakelijk was, omdat het spoorwegper- toneel in een uitzonderingspositie is geraakt. Pit congres wenscht den minister eraan te her inneren, dat het spoorwegpersoneel niet langer üo dupe wil blijven van het schorsen der be- iaadslagingen in de Tweede Kamer. Als eerste spreker trad op de heer F. L. D. Nivard, lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, die eraan herinnerde, dat Nederland een rechtsstaat is. In dit verband is de houding der opeenvolgende regeerin gen tegenover de pensioenkwestie van het spoorwegpersoneel zeer onbegrijpelijk. Er ger dan de pensioenkorting zelf is, dat deze alleen wordt toegepast op het spoorwegper soneel. Hier heeft ongelijke behandeling plaats, want aan anderen vraagt de Staat geen offers t. a. v. hun pensioenen. Bij de wet van 22 Februari 1936 is geen tfchtsgrond aangegeven, al heeft de regeering 'h de memorie van antwoord dan verklaard, öat de pensioenen moeten worden aangepast aan het loonpeil. Aan den anderen kant heeft Ce regeering verklaard, dat bij ontslag het ver band tusschen den Staat en den gepensionneer- is verbroken. Dan aldus de regeering Seldt dus niet meer het beginsel, dat loon en Pensioen met eikaar moeten overeenstemmen; Can geldt alleen het beginsel, dat de Staat aan de op zich genomen verplichtingen moet Jol doen. Deze meening heeft de regeering her baalde malen uitgesproken. Dit standpunt nu is 'h flagranten strijd met de meening der regee- f'ng t. a. v. het pensioen van het spoorwegper- sonèel. Dit alles maakt voor de betrokkenen de Jaak nog onaangenamer. Het beroep der regee- :'ng op een toeslag van 40 pet. op alle pensioe nen is ook niet juist, want zelfs met dezen toe zag is geen behoorlijk levenspeil te bereiken. de toekenning hiervan heeft de regeering Jfin overvloede nog verklaard,dat de toeslag niet berustte op een recht der gepensionneerden. Dit aan thans dus niet worden aangehaald als ftchtsgrond voor de korting. De heer Nivard Jprak voorts zijn twijfel uit over de waarschyn- 'ükheid, dat bij stijging van loonen ook de pen noenen weer zouden stijgen. Een kleine wetswij- 2lging kan in Nederland elke toezegging van de 'ogeering te niet doen. Voorts haalde spr. nog erii aantal voorbeelden aan, waaruit blijkt, dat regeering voor anderen op het standpunt 6laat, dat zij aan verkregen rechten t. a.v. de Pensioenen niet mag tornen. De rechtsgrond van de wet van 22 Febr. 1936 is dus wel zeer Ctivoldoende. Bovendien heeft de Tweede Ka- C»er zich voor herstel der pensioenen uitgespro ken. Spr. besloot zijn rede met de aansporing Ce actie voor rechtsherstel met dezelfde kalmte vastgeradenheid voort te zetten, om zoo tot bUcces te komen. De tweede spreker, de heer H. J. van Braambeek, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, begon met te verklaren, dat deze bijeenkomst niet alleen belegd is om te protesteeren tegen de korting der spoorwegpensioenen, maar meer nog om te Protesteeren tegen het onrecht, dat de Staat het spoorwegpersoneel aandoet. Een onrecht, dat nog schrijnender is, omdat de Staat tegenover zijn eigen ambtenaren en beambten een gansch ander standpunt in neemt. Aan de hand van de verschillende wetten ging 5Pr. na, dat de spoorwegen in wezen een ryks- bedrijf zijn geworden en dat het spoorwegper soneel in wezen rykspersoneel is geworden. Voorts heeft de directie der N.S. met het per soneel een overeenkomst aangegaan, dat zij er baar zou streven het spoorwegpersoneel te be handelen op dezelfde wijze als het rijksperso neel. Spr. behandelde daarop vrij uitvoerig de Seschiedenis van de totstandkoming der pen sioenregelingen, waaruit blijkt, dat het spoor wegpersoneel po gelijken voet moet worden be handeld met hen, die in Rijksdienst zyn. De koestand wordt nog merkwaardiger sinds de overeenkomst van Januari 1938, waarbij nog Cuideiyker tot uiting kwam, dat het spoorweg personeel op gelijke wijze als het rijkspersoneel behandeld moet worden. Nog vreemder is, dat het personeel van dochterondernemingen der spoorwegen niet op de pensioenen wordt ge kort. Spr. noemde de houding van de regeering weinig principieel, daar zij de behandeling van het spoorwegpersoneel laat afhangen var oogenblikkeiyke omstandigheden van haar fi nanciën. Temeer is deze houding afkeurens waardig, omdat de regeering tevoren ht-eft ge weten en erkend, voor welke verplichtingen zij zou komen te staan en heeft verklaard, dat de pensioenen van het personeel veilig zouden ziin Overigens zal het opheffen der korting de re geering geen noemenswaardig financieel nadeel brengen, waartegenover dan staat een moreel voordeel, omdat de regeering dan haar vroeger gedane beloften vervult. De beer Van Braambreek sprak ten slotte op sterke wijze zijn wantrouwen uit in den minister van Water staat en spoorde zijn toehoorders aan hun actie vol te houden. Na deze beide redevoeringen werd een reso lutie aangenomen, inhoudende, dat het bestu- rencongres, uitgeschreven door den Personeel raad der N.S., gehoord de inleidingen ter zake het ten zeerste betreurt, dat de minister tot nog toe geen gevolg wil geven aan den wensch van Tweede Kamer en spoorwegpersoneel, aan het gepensionneerde en nog te pensionneeren spoorwegpersoneel op dit gebied zijn uitzonde ringspositie te ontnemen en het weer gelijk te stellen met het overige rijkspersoneel; weder- indiening van het ingetrokken ontwerp op zeer korten termijn onafwijsbaar acht, ware het slechts omdat een belangrijke groep personeel in goed vertrouwen op de tot standkoming van de wettelijke uitwerking van een overeenkomst, tusschen directie en Personeelraad gesloten, een stap deed, die het, zoolang wetswijziging uit blijft, financieel ernstig dupeert, terwijl ook overigens onhoudbaar is, dat wettelijke voor ziening uitblijft wegens het feit, dat er thans bijv. geen pensioentoekennende en beroepsin stantie bestaat; en er nogmaals ten krachtigste bij den jninister op aandringt, daarbij dan als nog voor te stellen de artt. 80a en 80b van de Pensioenwet voor de spoorwegambtenaren 1925 te doen vervallen en de reeds gekorte of te laag berekende pensioenen opnieuw te doen vaststellen. Na het aannemen van deze resolutie deelde de voorzitter mede, dat 10 Februari te Den Haag in den Dierentuin een bijeenkomst za'. worden gehouden van den Personeelraad. waar de verkeerscoördinatie zal worden behandeld. Hierna werd de bijeenkomst gesloten. Maandagmiddag is de 58-jarige A. Visser ach ter een garage aan de Oldenzaalschestraat te Enschedé om het leven gekomen. Er was daar een stellage geplaatst voor het optakelen van een ondergrondsche benzineleiding. Een der palen van deze stellage is door nog niet be kende oorzaak omgevallen en trof V. aan het hoofd, waarbij hij op slag werd gedood. De opnamen voor de nieuwe Nederlandsche film „Morgen gaat 't beter", welke onder regie van Friedrich Zelnik in de Cinetone-studios te Amsterdam vervaardigd wordt, zyn thans, ge heel volgens programma, gereed. Naast Lily Bouwmeester, die de vrouwelijke hoofdrol vervult, werken aan deze film mede. Theo Frenkel, Paul Steenbergen, Nico de Jong, Chris Baay, Louis Gimberg, Ko Arnoldi, Aaf Bouber, Joke Busch, Mien Duymaer van Twist, Fie Kohier, Péronne Hosang, Lau Ezerman Piet Kohier, Adr. van der Horst, Kommer Kleyn, Guus Weitzel, Bob de Lange, Anton Roemer, J. Liesting en Corn. Dommelshuizen Aan de camera stonden Otto Heller en Frits Meyer; de décors werden gebouwd door A. H. Wegerif, montage Jan Theunissen, geluidsop name I. J. Citroen. De muziek, die door Max Tak gecomponeerd en gedirigeerd wordt zal in de komende week opgenomen worden. De alge- li eele productieleiding is in handen van Rudoli Meyer. De première is vastgesteld op 24 Februari a.s in het City Theater te Amsterdam. Deze nieuwe Nederlandsche film heeft een groot aantal Nederlandsche arbeidskrachten en acteurs, die anders voor een groot gedeelte werkloos zijn, gedurende eenige weken aan werk geholpen. De procureur-generaal bij den Hoogen Raad heeft geconcludeerd tet verwerping van het cassatieberoep van W. K. M. te Utrecht, die bij vonnis van de rechtbank aldaar d.d. 18 Oc tober j.l. was veroordeeld tot f 500 subs. 100 dagen hechtenis wegens het afleveren van aan- deelen in een andere loterij dan de zoodanige tot het aanleggen en houden waarvan de bij de Loterywet 1905 vereischte toestemming is ver leend." Verdachte handelde onder den naam: Admi nistratiekantoor „De Unie", waarvan onder den schijn van kwitanties voor te beleggen gelden aandeelen in een lotery werden uitgegeven, ge baseerd op de trekkingen der Staatslotery. Arrest 20 Februari. De politie te Nijmegen heeft aangehouden en ter beschikking van de justitie gesteld zekeren A. J., die beschuldigd wordt van overtreding van art. 297 Wetboek van Strafrecht. Bij het ingestelde onderzoek zijn niet mindei dan tien gevallen van overtreding van genoem-i artikel aan het licht gekomen. Zijn vrouw, die van zijn handelingen op de hoogte was, is eveneens aangehouden. Tegeiykertijd heeft de politie in verband met deze misdrijven een winkelier te Nymegen aan gehouden. BATAVIA, 23 Jan. (Aneta) De officier van Justitie heeft hier nog een Europeaan in pre ventieve hechtenis gesteld. Ook te Medan is nog een Europeaan in pre ventieve hechtenis gesteld. MEDAN, 23 Jan. (Aneta) De gewestelyke recherche ontbond 1>e Arnhemia een politieke vergadering van de Gerindo (Gerakan Rajat Indonesia, een inheemsche partij ter bestrijding van anti-democratische stroomingen, etc.). Hier voerde de nationalist Mondjoni 't woordpaar- bij hij ontoelaatbare uitlatingen bezigde. Spr. betreurde het, dat de Volkenbond in decadentie is. Deze was de kern, waarom zich het geweten der volken in regels van groote moreele waarde critiseerde. Een neutrale Volkenbond als centrum van clearing van politieke geschillen en samen werking van alle cultuurstaten der wereld heeft zeker reden van bestaan. De huidige Volkenbond, die door het verdrag van Versailles ten doop gehouden werd, droeg door dit feit de kiem van ontbinding in zich. Een rechtsinstituut kan een georganiseerde Volkenbond echter voorloopig onmogelijk wor den, omdat er geen objectieve macht is, die vonnissen van een dergelijk rechtsinstituut ten uitvoer zou kunnen leggen. En ook al zou die er zijn dan is het de vraag of alle staten be reid zouden zijn zich daaraan te onderwerpen. De toepassing der sancties tijdens den ItaliaanschAbcssijnschen oorlog heeft dit af doende aangetoond. Spr. was van meening, dat de luchtbescher mings organisatie versteviging behoeft. Hij toon de met cijfers de ernstige mislukking van de Londensche vrijwillige luchtbescherming in Sep tember 1938 aan. Hoewel hij groote bewondering heeft voor alles wat de Nederlandsche Vereeniging voor Luchtbescherming tot stand heeft ge bracht, is hy van oordeel, dat alleen een luchtbeschermingsdienstplichtwet in den zin van de Duitsche wet van 7 Mei 1937, die naast den luchtbeschermingsdienstplicht de ongevallenverzekering bij oefeningen, de Op vragen van het Tweede Kamerlid, den heer Stokvis (S. D. A. P.), betreffende het overwegen van de vraag, of het lidmaatschap van de vereeniging van inlandsche bestuurs ambtenaren geoorloofd kan blijven, heeft de heer Weiter, minister van Koloniën, geant woord, dat het hem niet bekend is, dat een maatregel wordt overwogen, hetgeen uiteraard niet uitsluit, dat de Indische regeering daar toe te gelegener tyd zou kunnen besluiten, in dien het landsbelang zulks zou vorderen. De gewone audiëntie van den minister van Justitie zal Vrijdag 27 Januari niet worden ge houden. Koersen voor stortingen op 24 Januari tegen verplichtingen, luidende in: Reichsmarken 74, lires 9.66. Wederom is een Nederlandsche missio naris tot de bisschoppelijke waardigheid verheven. Het Provincialaat der Paters Montforta- nen te Meerssen deelt ons namelpk mede, dat aan den tegenwoordigen Apostolischen Vicaris van Llanos de San Martinos in Co lumbia als coadjutor is toegevoegd Mgr. F. Bruis S. M. M. De benoemde heeft het recht van opvolging. Mgr. Ejruls is thans 41 jaar oud. Hij werd geboren te Hulsberg (L.). In 1924 werd hy priester gewijd. Spoedig na zijn wijding ver trok hij naar de Montfortanen-missie in Co lumbia, waar hij slechts twee jaren de prac- tische zielzorg utoefende. Na eenige jaren als leeraar aan het Klein-Seminarie van het dio cees verbonden te zijn geweest, werd hy aan gesteld als professor aan het Groot-Seminarie, waarvan hij in 1934 rector werd. V^od liefhebben is geen kwestie j van woorden, maar van daden. Met 1 Februari is aan de kapiteins ter zee J. A. Sonnenberg en L. F. Klaassen, op ver zoek, ter zake van langdurigen dienst, eervol ontslag uit den zeedienst verleend. Bevorderd tot kapiteins ter zee de kapitein- luitenants ter zee J. W. G. van Hengel en P. J. Feteris, tot kapitein-luitenant ter zee de lui tenant ter zee der 1ste klasse jhr. W. Foreel en jhr. E. J. van Holthe, tot hoofdofficier van den marinestoomvaartdienst der 2e klasse de officieren van den marinestoomvaartdienst der le klasse W. J. Dahnghaus en M. de Vries en tot officier van den marinestoomvaartdienst der 1ste klasse de officieren van den marine stoomvaartdienst der 2de klasse F. H. Kohier en H. J. van der Heijden. Benoemd tot officier in de orde van Oranje Nassau dr. P. Bierens de Haan te Driebergen- Rysenburg. Toegekend de aan de orde van Oranje Nassau verbonden eere-medaille, in zilver, aan A. van Zeist, filiaalhouder bij Wed. en Gebr. Staff- horst N.V., te Utrecht; aan C. van Zutphen in dienst van de firma J. W. van der Mey, te Apeldoorn; aan A. Koet, chef bij de N.V. Boek-, Courant- en handelsdrukkery voorheen J. J. Groen en Zoon, te Leiden; aan J. van Zetten, wonende te Sommelsdyk, adjunct-directeur en chef van de machinezettery by de N.V. Flak- keesche boek- en handelsdrukkerij te Middel- harnis en aan A. van Zetten, adjunct-directeur en algemeen uitvoerder bij de N.V. Flakkee- sche boek- en handelsdrukkery, te Middelnar- nis; id. in brons aan J. A. Odinot, timmerman by de N. V. Centrale Suiker-maatschappy te Amsterdam. Vergunning is verleend tot het aannemen van de benoeming tot officier d'academie. aan mr. J. H. Polenaar, voorzitter der Amsterdam - sche vereeniging voor onderricht in het Franscli te Amsterdam en mevrouw W. B. J Gerrits— Van Maarsseveen, secretaresse van genoemde vereeniging. Benoemd tot officier in de orde van Oranje- Nassau de heer N. W. van Hartingsveldt, resi dent van Kediri. Benoemd tot ridder in de orde van Oranje- Nasau de heer H. van Duiken, voorzitter van de Hollandsche club te Antwerpen De inspecteur der directe belastingen, enz. B. S. A. Klop, hoofd van de inspectie der be lastingen te Hoogeveen, is verplaatst naar Ber gen op Zoom en aangewezen als hoofd van de inspectie der directe belastingen aldaar Aan mevr. de wed. S. H. Römer geboren Bar- nouw is op verzoek eervol ontslag verleend als lid van den voogdijraad te 's-Gravenhage, on der dankbetuiging. Een roman van Enrica von Handel-Mazzetti 85 Hij ging en kwam terug met het berookte Christusbeeld der veroordeelden en de twee ge klakte waskaarsen op de tinnen kandelaars, ^et zijn zakdoek wreef hij het Christuscorpus Jthoon en toen hij de kandelaars opstelde en de kaarsen ontstak, kroop in hem een heimelijke khgst op, dat de geweldenaar iets kwaads in 't Schild voerde met die heilige dingen; want daar- 8'Hds, in de kanselarij was het mis gegaan, de jjartshertog had hern niets toegestaan, tenzij dat hij niet zou worden gebonden op zijn laatsten ^eg. Aarzelend schoof de provoost uit de cel, 5keeds met schuwen blik den gevangene beglu- tehd. Dat hy zoo rustig schijnt, is wonderiyk! Jhisschien vermoeidheid, of wie weet wat hij nu eer van plan is. Btak had de cel verlaten, maar opende heel k^cht een kier van de deur en spiedde naar bin- hen. De ritmeester stond naast de tafel, hij zag karn van ter zijde; hij stond kaarsrecht in heel kijn grootte, maar zijn lamme rechterhand was 'Ja'hengevouwen met de vrije linker, en zijn lip- hen bewogen zich; hij bidt tot God, die, met Uitgespreide armen, zwak belicht door de arme- zondaars-kaarsen, voor hem aan het heilige kruis hangt. „O Jezus," mompelde de oude zacht, „het won der is geschied." Prachtig ziet hij er uit, zoo als hij daar staat voor het heilige kruis en bidt, de oude kon niet anders; hij wenkt zijn dochter en zegt: „Marka, de wilde moordenaar staat bij het heilige crucifix en hij bidt, kijk eens, hoe mooi dat is." Het meisje, dat weenend in de gangen heen en weer liep, kwam nabij, en weer opende de provoost de deur op een kier, en zij zagen den machtigen, forschen man in al de pracht van zijn fiere verschijning voor de tafel staan en bidden; zijn handen, de lamme en de andere, waarmee hij den moord beging, lagen vast ineen gestrengeld, en zijn wilde, onrustige oogen wa ren strak gericht op den Christus aan 't kruis. Marka snikte luid. Haar vader trok haar weg van de deur, gedempt-mopperend. Maar onmiddellijk daarna waren zij weer bij de deur. Zij zagen, dat hy zyn gebed beëindigd had en een teeken des kruises maakte; hij deed het met zyn linkerhand over het met het bloed- roode litteeken gemerkte voorhoofd en zijn bree- de, stoere borst, waarop de eereteekenen glin sterden. Toen schreed hij, steeds in ongebroken hou ding, naar zijn rustbed; het sloeg één uur van de toren der Rupertuskerk. Hij strekte zich uit op het bed; de beide spiedenden zagen, dat hij meermalen over zijn voorhoofd streek en plotse ling zich verbeet in zijn zakdoek; huilde hij? Ptak, nu door medelijden gedreven, trad de cel binnen en kwam voorzichtig naar het bed. Toen zag hij, dat de man rustte, maar niet sliep. „Wenscht u iets?" „Jij, Ptak? Goed dat je komt. Ik wil nu wat slapen, maar als de biechtvader komt, wek je me onmiddellijk!" De biechtvader! dat gaat Ptak's kleine ver stand te boven. Drie zijn er reeds geweest, die hij allen heeft weggejaagd; 't is een wonder, God zal zich ontfermen. „Geef mij den uniform-cape!" zei Tessenburg. „Ik heb 't koud." Het was de koorts van den naderenden dood. „Leg hem op m'n voeten zoo!" Toen schitterden zijn vreemde, wilde oogen onder de wilde Titusharen den oude triomfan telijk tegen: „Je hebt hem gezien, hè? Dat is een groot man, niet?" „Dat zou ik denken," zei de provoost onderdanig. „Wenscht u nog iets ritmeester, zal ik de kaarsen uitdoen, opdat 't licht niet in üw ge zicht schijnt?" „Neen," zei Tessenburg, met behagen zijn lede maten uitstrekkend. „Zoo kan ik zien, hoe de Lieve Heer naar me kijkt. Toen ik in 't leger was, heb ik veel van Hem gehouden; daarna heb ik Hem de vriendschap opgezegd, maar nu zijn we weer goed samen." Hij hief zijn bovenlichaam van 't kussen op. steunde op zijn linkerarm en het scheen den provoost toe alsof zijn zwarte, vlammende oogen overal tegelijk keken in het kleine vertrek. „Zeg, Ptak! Ben je ook in Budweiss geweest!' „Ja ritmeester, maar 't is lang geleden, toen ik nog kind was, 't is 'n mooie stad „Dat weet ik rjiet. Maar in de nabijheid van de Mariakerk had hij zijn hoofdkwartier, waar ik met hem gesproken heb en waar hij mij den brief gegeven heeft." De gevangene begon de eerste maten van den Neerwindner marsch te trommelen op den rand van het bed. Vroeger bliezen de hoornblazers dien marsch „Zeg, vertel me eenshet executie eomman - do van welk wapen?" „Jagers," zei, de oude met gedempte stem. „Hoeveel man? Waarop schieten ze?" „Zes man, als ik goed heb." De oude waag de niet op te kijken naar de krijgshaftig lichten de oogen van den rustenden held, toen hij die wreede woorden uitsprak: „Twee op het hoofd, vier op de borst." Heel zacht was, door de deur, die op een kier stond Marka binnengekomen, onophoudelijk vloeiden tranen over haar rond. blank gezicht. „Ritmeester?" vroeg zij onderworpen, „wenscht u iets? Zwarte koffie?" „Niets," schudde Tessenburg afwerend het hoofd. „Ze huilt!" De provoost gaf haar een teeken, te verdwij nen. „Wy praten te lang. De ritmeester moet nu slapen. Heeft kracht noodig." „Mijn beste oude, die heb ik een uur geleden gekregen." Behoedzaam en zacht zich bewe gend verwijderde de provoost zich. Toen hij de deur sloot, beijverde hij zich zorgzaam, geen ge luid te maken. De cel was weer leeg. Buiten liep de wachtpost met eentonigen tred op en neer. Overigens geen enkel geluid. Maar luister! Van verre, heel verweg klonk de Neerwindner marsch, steeds dichterbij, steeds dichterbij en zwol aan tot een forschen krijgs- marsch, tot dondergeroffel, en Fransche storm troepen rukten op. De trompetten schetterden, de trommels sloegen chargeeren, hemel en aarde trilden van de felle slagen. In den glans der zon blonk Napoleon's adelaar, maar hooger vliegt het vaandel, het sneeuwwitte vaandel van Karl. Nog eenmaal komt 't er op aan, het land en den keizer te beschermen, nog eenmaal vliegen de ulanen met schallende bravo's op den vijand in, hun brieschende paarden voortjakkerend nogmaals slaat Tessenburg den met zwaar goud behangen Napoleontischen commandant neer. nogmaals keert het leidinglooze bataillon zich in wilde vlucht om en trekt brigade na brigade mee. Nog eenmaal legt de aartshertog, stralend als God onder de engelen, zijn gunsteling de hand op den schouder en zegt: Heb dank. mijn vriend en speldt het eereteeken op zyn borst Eens nooit meer!Trommels, zwaarden vaandels en ulanen, alles weg. Maar heel. heel zacht komt een ranke, teere meisjesgedaante binnen, zij was steeds als een meisje, ook nadat haar lieve schoot zijn kinderen gedragen had. Zij komt dichter bij zijn bed, o, wat is zij schoon en liefdevol! Haar hoed hangt aan haar arm, en haar lekken, glanzend als donkere zijde vallen om de teere schouders. Het is een schande, dat jij op dien strooien stoel moet zit ten, maar neem plaats. Haar kleine hand. nooit was er zachter vrouwenhand, strekt zij uit, het licht glanst er doorheen, als was die hand van albast, waarin rose-rood bloed golft. Maar haar borst is beklemd. Zü ademt zwaar. Zy spreekt niet. „Huil je, kind? Trek 't je niet aan! Ik heb je toch gisteren nog gekwetst en leed gedaan. En niet alleen gisteren. Wat heb je aan my gehad Maar haar oogen, die groot zijn als sterren en even stralend glanzen, vestigt zij op zijn lamme hand. Waarom kijk je my aan? De ring? Van den aartshertog gekregen. Mijn kind, met dezen ring aan mijn hand ga ik sterven. Wat, ik mag niet? Ik moet. Die andere had ook een vrouw, zij had hem zoo lief als ju mij. Laat mij, laatApïj sterven! Haar hoofd lag op z'n doode hand, en haar tranen, haar tranen vloeiden. Hij weerde haar af. .Mijn kind." sprak hij die in de cellen naast de zijne lagen hoorden hem spreken in zijn droom „Ga, laat mij alleen, je maakt me zwak. Wat zouden ze zeg gen: Een ulaan van den aartshertog, en hy is bevreesd voor den dood?" Toen weende zy nog inniger, maar zy werd bleek en bleeker en ver dween; zelgs haar droombeeld luistert naar zijn woorden, evenals zij in werkelijkheid elk bevel van hem stil en deemoedig gehoorzaamde. Morgenlucht mengde zich door den wasgeur der opgebrande kaarsen; aan den hemel streepte een vale schijn; weer kraaide ver en vroolijk een haan. het uur der geestverschijningen is voorbij, de wakkere dag begint, ook in dit huis van smarten ook voor hem, die geen nieuwen meer beleven zal na dezen. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1939 | | pagina 3